EiyvnPEn hieuvs
Dampo
RIHA
Op het aardappelveld
klankrijk
de beste
mossel+
versteege
Commentaar van de Suiker Unie
op artikel m.b.t. vervoer bieten
over de Rijksweg Oostflakkee
DÊSIBÉE
Wie krijgt dit jaar de
„Gulden Letter"
De herberg „Het IJ"
Zeeuwse wandelingen
Bietenoogst
KEUVELAAR
Verhoging
P.T.T.-tarieven
per 1 febr. 1968
Ditjes en Datjes
2e blad
Vrijdag 27 september 1968
No. 3724
37
♦♦♦4
(an ko-1
P- Uit-
BIJ VERKOUDHEDEN
Blazers zijn typisch
Engels. Waar koopt
Nederland Kattenburg
dus zijn blazers?
Precies! In Londen.
Alles wat de moderne man
verwacht van zijn blazer
vindt u dan ook terug in dit
model; en u kunt kiezen uit
o.a. donkerblauw en zwart,
in één- en twee-rij. Nieuw zijn
hier de sierstiksels. Een
„classic" die voortreffelijk
combineert met een grijze
pantalon.
Blazers van 89.- tot 139.-
In elke prijsklasse het
allermooiste.
NEDERLAND KATTENBURG NV
Pe£lègi^nteverlopt2gsrmg,
MIDDELHARNIS
^♦♦«A
|er van
liedenis
ni in I
I tweede
gt tot
en er
iGod en
Jp zich-
loek ge
rat! dit]
f^ijn bij-
ise ge-
tirijfster I
pde ma
len het I
bij het
beft.
I meege-
eerste
iiter, nu
luder de
lor zijn
pter uit.
len van
Jredikant
|em had,
lomend,
wenste
loedster-
[lij in de
ld: „be
de wa-
Ingshuis;
In gestel
lek toch
lacht van
ers ston-
Irinsterer
Igelegen-
let spel",
(tegenge-
van de
land. Bij
1 niet aan
kad, door
Jie in dif
■orden -
|rd maar
op God
Iraard al-
J Evange-
Idem zou
I, dochter
1 de Trom
elicht.
Ipgedron-
|hem zou
tiebbende
III was
nuntende
een on-
hag leg*.
Ichting en
>reffelijte
ook zeer
uwlettenc
zaken en
oordeel.
es, omdat I
tst.
1 dit boek
lergevens-
1 vijanden
veil voot]
In.
Irk gaarnel
I dient zijnl
Imen wete|
pr gewoo»!
j gebonden!
trendrult, f
fekeningeul
|G
iRDEN
zo heet*!
Irale B»|
istelling«?|
nainelill
de bejaatf
lp nog wf
p en vrou-l
larden WUf
in eige>l
lers bove'l
Ij hulp n|
j de andfl
tstek wer|
)or een
cring k"!
irlijk W"!
nd hebWl
belangst*!
Sheden vj
melden m
gorging-1"
ver vertf
rbaar. Vo<1
)etaald vj
3,19 e»!
gen en o 1
per w^T
September, het is weer druk op het
aardappelland. Een grote machine, met
een paar boeren bemand, ratelt over het
veld. Ze haalt de aardappelen uit de
grond en bergt die tegelijk in zakken.
De zakkenrooier, een van de nieuwste
uitvindingen. De opvolger van de voor
raadrooier, een eenvoudiger machine,
die met zwaaiende tanden de piepers
uit de grond slingert. Maar daar zijn
rapers bij nodig, die ze verzamelen.
Dikwijls schoolkinderen, die er een
zakcent mee verdienen. Dat „cent" niet
letterlijk- op te vatten: wat doe je in deze
tijden nog met een cent? Het worden
Kwartjes en guldens. Een groot verschil
met vroeger, toen alles met de hand
gebeurde. Met een riek werden de
aardappels uitgedaan, daarachter kro
pen de arbeidersvrouwen en -kinderen
om ze op te rapen en te sorteren: grote
en kleine apart in manden. Dat is ver
leden tijd. Alleen wie een klein hoekje
in zijn tuin met aardappelen heeft be-
poot, volgt allicht nog deze ouderwetse
methode. Of een keuterboertje, met een
klein plekje aardappelland.
Soorten.
Met de verschillende soorten is het
ook anders dan vroeger. Waar zijn de
vroegere Zeeuwse blauwe en bonte ge
bleven? Ze bestaan niet meer. Wel heb
ik buiten Zeeland in de groentevsdnkel
wel boven een kist een bord zien han
gen met „Zeeuwse aardappelen". Maar
jai»''«a«l
de oude soorten zijn het niet meer. Die
zijn verdwenen. Ze brachten veel te
weinig op en waren te vatbaar voor
ziekten. Nu zijn het Eerstelingen, Doré,
iEigenheimers, Rode Star, Furore, Alpha
Koopmans blauwe. Bintjes. Ontstaan
door vermenging van rassen, door se
lectie en veredeling, vaak een moeilijk
werk, dat jaren duurde.
Maar het resultaat mag men zien.
Bij een eeuwwisseling was de op
brengst per ha 8 a 10.000 kg, met de
nieuwe soorten kan dit wil tot 30.000
kg oplopen. Men ging meer op de kwan
titeit dan op de kwaliteit letten. Hoewel
de smaak van de nieuwe rassen er ook
mag zijn. Daarbij zijn bloemige en af
kokers, volgens moeder de vrouw.
Aardappels met diepliggende ogen zijn
wat moeilijker te schillen.
De ene soort is meer vatbaar voor de
aardappelziekte dan^ de andere. Maar
daar kan de teler rekening mee houden
wat het bespuiten betreft, die het voort
gaan van deze sfchimmel tegenhoudt.
Soms is het nodig het loof helemaal
dood te spuiten, zodat het „kwaad" niet
naar de knollen overgaat.
Van de Coloradokever horen we te
genwoordig niet veel meer. Wat jaren
terug was deze kever met zijn larven
een verwoester van de aardappels; ze
vraten de bladeren op, zodat de knollen
niet groeien konden.
De Friese schoolmeester K. L. de Vries
{e Suawoude had in het begin van deze
eeuw veel liefhebberij in het kweken
van nieuwe aardappelrassen.
Zo heeft hij in 1904 een nieuw ras ver
kregen, dat hij naar zijn leerlinge Bin
tje Jansma noemde, een meisje van 10
jaar. Iedereen kent nu de Bintjes. Niet
zo bijzonder lekker, maar de ideale
soort om er frites van te maken. Ook in
de Wilhelminapolder bij Goes zocht men
telkens naar nieuwe rassen. Een ervan,
Wilpo, is genoemd naar deze polder. De
bekende Koopmans blauwe zijn een
teeltproduct van de gebr. Koopman uit
Zierikzee. Sommige aardappels hebben
zelfs een stamboom! Zo is de Ostara
een kruising van Ari en Sientje.
Volksvoedsel.
Het heeft lang geduurd vóór de aard
appel als volksvoedsel werd gebruikt.
De plant komt uit Zuid-Amerika. De
Spanjaard Pizarro bracht de eerste
aardappelen mee uit Peru naar Europa.
Men wilde er echter niet aan. Soms
wist men ook niet hoe ze klaargemaakt
moesten worden.
Zo kreeg een Engelse grondbezitter
eens een partijtje aardappels, met de
mededeling erbij dat ze een zeer sma
kelijke vrucht opleverden. Hij pootte ze,
ze groeiden en droegen groene bessen.
Die liet hij door zijn kok stoven met bo
ter en suiker en zette het „lekkere"
maaltje aan zijn gasten voor. Het was
niet te eten. Misschien wel goed voed
sel voor een ander, maar niet voor een
Engelsman! Tegenwoordig zijn er soor
ten die niet meer bloeien en dus ook de
groene vruchtjes niet dragen. Als jon
gens staken we deze bessen op een stok
en konden-ze heel ver weggooien, we
noemden ze papappels, wat die naam
betekent weet ik niet.
Om ze in Frankrijk beter bekend te
maken gebruikte de landbouwkundige
Parmentier een list. Bij een aardappel
veld plaatste hij een bord: „Eigendom
des konings". Met de waarschuwing er
bij dat dieven van de vruchten streng
gestraft zouden worden. Verboden
vruchten zijn zoet en wat de koning
lust, zullen wij ook wel lekker vinden,
dacht men. Het gehele veld werd leeg-
gestolen, wat juist de bedoeling was om
de aardappel wat populair te maken.
In de 18e eeuw ging men overal in
West-Europa aardappels eten. Ook in
Zeeland. In een placaat van de Staten
van Zeeland uit 1736 lezen we: „Alzo
wij bevinden dat sedert enige jaren
herwaarts in onze provincie het planten
van aardappelen meer dan tevoren
wordt gedaan
In de hongerjaren 1740 en 1772 werd de
aardappel meer en meer hoofdvoedsel.
In de klei-aardappelen zit 20''/o zetmeel,
2''/o eiwit, wat ijzer en fosfor en vitamine
C. Niet voldoende voedingsstoffen voor
wie het enkel met aardappelen moet
doen. Zoals bij de armen uit de vorige
eeuw. Ze verdienden niet genoeg om er
brood van te kopen en dan was het
twee keer pèr dag aardappelen. Met niet
veel erbij, dat deze eenzijdige voeding
kon aanvullen. Vooral voor zulken was
het jaar 1845 een ramp. Toen trad voor
het eerst de aardappelziekte op. Bestrij
dingsmiddelen kende men nog niet.
Toen is er bittere armoe geleden.
Behalve door de consumptieaardappel
is ons land ook bekend door de uitvoer
van pootaardappelen. Vooral Friesland,
maar ook Zeeland speelt een steeds toe-
Als exclusief dealer van de
Riha orgels, nodigen wij u
uit de geweldige Riha orgel-
kollektie te komen beluis
teren.
Het Riha orgel waar elke
muziekliefhebber verrukt
over blijft!
Door: betere iritorlatie
(extra boventonen); meer
voetm'^atregisters; zelfstan
dige percussion; tiendui
zenden klankkleuren; snel
lere speelresultaten en nog
vele andere voordelen.
Vanaf f 1.995,— (incl. bank
en nagalm).
alle goeda merken In één zaak
Middelburg L.Delft 103-t05 Tel. 01180-7684
ook In Oen Haag Groningen Heerlen
nemende rol: het ligt vlak bij België en
Frankrijk, waarheen de export zich
richt.
Aardappelmeelfabrieken kennen we
hier niet. Daarvoor moeten we in Gro
ningen zijn. Daar in de noordelijke pro
vinciën wordt de fabrieksaardappel ver
bouwd, niet geschikt voor consumptie
en met slechts 14''/o zetmeel. Behalve
aardappelmeel haalt men uit de knollen:
sago (natuurlijk niet de echte, die uit de
sagopalm bereid wordt), macaroni, ver
micelli, dextrine voor stijfsel en plak-
middelen, glucose of blanke stroop voor
suikerwerk, koek en jam.
Vroeger verkreeg men ook alcohol en
spiritus uit de knollen.
En wat kregen de kinderen op school
vroeger? Aardappelvakantie, om te hel
pen bij het rooien. Nu krijgen ze die
ook, maar het wordt herfstvakantie ge
noemd.
Middelburg.
L. van Wallenburg.
„De Gulden Letter" wordt toegekend
aan een persoon of instelling die zich
bijzonder verdienstelijk heeft gemaakt
voor de Nederlandse jeugd. Aan de on
derscheiding is een bedrag verbonden
van 1000,bestemd voor een door de
onderscheidene aan te wijzen organisa
tie, stichting, vereniging en dergelijke.
De Commissie, die zal beoordelen aan
wie en op welke gronden de onderschei
ding „De Gulden Letter" zal worden
uitgereikt bestaat uit:
Mevrouw C. de Beer-van Lier (kin
derpolitie), de heer H. J. Broekhuizen
(A.V.R.O.-jeugdprogramma's)i de heer
Ph. H. Fiedeldij Dop (kinderarts), de
heer S. Heijers (jeugdzaken), de heer J.
W. Ooms (nederlandse jeugdgemeen-
schap) en de heer C. P. de Smit (sport-
raad). In 1967 werd de onderscheiding
uitgereikt aan de heer Hans Tiemeijer
als erkenning voor zijn aktiviteiten voor
de jeugd en wel voornamelijk voor het
jeugdfestival Velp.
Aanbeveling van kandidaten, met een
korte motivering, moet plaatsvinden
vóór 15 oktober a.s. aan het sekretari-
aat van „De Gulden Letter", Postbus 9
te Haarlem.
De bietenoogst is weer begonnen,
daaglijks rooit men vele tonnen,
want 't gaat alles machinaal.
Rijdend rooit men hele dagen,
laadt ze rechtstreeks op de wagen,
maakt zo hele stukken kaal.
Wie heeft 't vroeger kunnen dromen
dat machines zouden komen
om dit zware werk te doen?
Men rooit bieten onder 't zitten,
't gaat veel sneller dan het spitten
en men rooit een vol seizoen.
Gaat de regen 't land doorweken...
dan blijven de machines steken,
men blijft noodgedwongen thuis.
Regen en mechanisatie
worden nooit een „combinatie"
't is zoiets als „kat en muis".
Maar al loopt het nu wat tegen
met een overvloed van regen...
wat het werk geducht stagneert...
Als het eenmaal weer gaat drogen
dan „ont-biet" men zienderogen
't bietenland; want 't gaat gesmeerd.
Wel een heel verschil met vroeger,
vraagt het maar zo'n oude zwoeger,
't was toch maar een heel getob.
Werken aan het bietenspaatje...
'k weet ervan, en daarom 'k raad je
niet te dingen naar zo'n job.
Weg nu kloven, rugpijnklachten...
weg de slapeloze nachten...
weg de zalf en leukoplast.
Weg nu met de glycerine,
't gaat vanzelf met de „machine"...
spa en douwer opgekrast.
De oude „bieten-veteranen",
laten hierover geen tranen,
steken 't spaatje wel in 't dak.
'k Denk als men ze weer moest spitten
dat de bieten bleven zitten
daar men naar geen BIET meer stak.
J. S.
HOniVUMKIH
Lange Kerkstraat 27, Goes.
Westdijk 39-41, Middelhamis.
Naar aanleiding van de bijdrage in
Eilanden-nieuws van vrijdag 13 sep
tember 1968 over de bietencampagne,
berichten we U het volgende:
Uw artikel handelde over de sluiting
van de ontvangstplaats Ooltgensplaat en
de verscheping via Den Bommel.
Gesteld werd, dat 10.000 ton bieten
van de ene zijde van de rijksweg per
boerenwagen tractor naar de andere
zijde van de rijksweg zou moeten over
steken. Dit is onjuist.
Van deze 10.000 ton wordt n.l. TO'/o
7.000 ton) per vrachtauto naar Mid-
delharnls vervoerd (zgn. hardeweg).
Aangezien deze vrachtauto's kipwa-
gens zonder aanhanger zijn en hun
lengte minder dan 10 meter is, kunnen
deze auto's zich gemakkelijk opstellen
tussen de rijbanen. Dus voor 70% geen
enkel probleem! 30»/o 3.000 ton)
moet inderdaad de rijksweg over naar
Den Bommel en wel met tractor met 1
of 2 wagens.
Bekenen we dat deze 3.000 ton ge
bracht worden met tractor -I- 2 wagens
a 7 ton, dan moeten 3.000 7 450
vrachten de rijksweg over.
Bij een ontvangst van 12 weken van
3 dagen a 8 uur 288 uur) zullen er op
deze dagen 450 288 IV2 vracht/uui'
de rijksweg moeten passeren, en geen 5
vrachten/uur (zoals geschreven is in
Eilanden-nieuws van 13-9-'68).
De redenen voor de Suiker Unie om
Ooltgensplaat te sluiten zijn geweest:
1. De kade 'te Ooltgensplaat is verzakt,
en laat geen bietenverlading meer toe.
2. Jaarlijks voordeel voor Suiker Unie
van minstens 10.000,
3. Door grotere en regelmatiger aanvoer
in Middelhamis en Den Bommel kun
nen de schepen veel vlotter geladen
worden.
4. Zoveel mogeUjk mechanisatie mon-
stername.
Dat de telers (3.000 ton) verder moe
ten rijden (vorig jaar naar Ooltgens
plaat, nu naar Den Bommel) is juist.
Men dient echter niet te vergeten dat
voor deze verdere afstand een rijvergoe-
ding wordt verstrekt.
Wat de Volkeraksluis als oponthoud
voor de schippers betreft: dit ongemak
is in het tarief verdisconteerd.
Buitendienst Suiker Unie.
COMMENTAAR:
Dank voor uw verduidelijkende reac
tie waaruit blijkt dat het er allemaal
wat gunstiger uitziet. Onze cijfers had
den we overigens van een goed geïnfor
meerd te achten bron. Trouwens, let u
er wel op dat de wagens ook uit Den
Bommel terug rijden!
Howtdrank intobt«tvorm.aS«^
SOMMELSDIJK
Najaarsmarkt. De marktmeester van
Middelhamis maakt bekend dat op 2
oktober 1968 op de Voorstraat te Som-
melsdijk de eerste najaarsmarkt zal
worden gehouden.
De omstandigheid, dat de rentabiliteit
van P.T.T. zal dalen beneden een rede
lijk niveau, alsmede de budgettaire si
tuatie van het Rijk, maken een aantal
tariefsverhogingen in 1969 onvermijde
lijk. Zo zal bij de Postdienst o.m. het
brieftarief van 20 op 25 cent worden
gebracht, zullen de abonnementsgelden
voor telefoon worden verhoogd en vindt
een verhoging plaats van de tarieven
voor binnenlandse telegrammen.
De meeropbrengst (op jaarbasis) zal in
totaal ca. 103 miljoen gulden bedragen;
aangezien de invoeringsdatum bij de
Postdienst op 1 februari 1969 ligl; en bij
de overige diensten op 1 januari, wordt
het effect voor 1969 geraamd op rond
lOO miljoen.
RIJMEN VAN TIJMEÏsr.
We weten, weer zo ongeveer,
Hoe 't met de schatkist staat.
De nota's zijn gepresenteerd.
We weten hoe het gaat!
Hier een tekort en daar een plus.
En ginds een heel groot lek.
De cijfers spreken klare taal.
Al was 't in kort bestek.
De sigaretten weer omhoog.
Veel hoop in rook vervlogen!
Zodat we ook op dit gebied.
Wel zuinig wezen mogen.
De post eist strakjes meer van ons.
Ondanks de vele grieven.
Wat zal er duurder worden straks?
De telefoon, de brieven?
De rekenmeesters in Den Haag,
Ze hadden drukke dagen.
De beste stuurlui staan aan wal.
Men moest 't hen maar eens vragen!
Het wordt in de toekomst,
Met zo'n rijschool wat.
Iedereen mag heus niet
Lerende op pad.
Men stelt hoge eisen,
Aan zo'n instructeur.
Stellen misschien velen.
Heden erg teleur?
Ja, veel hoger eisen.
Worden er gesteld.
Het publiek wil immers.
Waarde voor haar geld!
Heel geleerde heren.
Geven strakjes les
Misschien oogsten velen.
Dan wat meer succes.
Alles in het teken.
Van het snelverkeer.
Wat gaat alles anders.
Denk eens aan weleer!
Dagen korten aardig.
R is in de maand.
Zo wordt voor de winter.
Weer de weg gebaand,
't Vallen van de blaren.
Toont heel duidelijk aan:
Onze natte zomer,
Heeft weer afgedaan.
Vogels zijn vertrokken.
Bomen plukt men leeg.
Dat de dagen korten.
Merkt men wel terdeeg.
Miöt, zo bar gevaarlijk.
Komt weer vaker voor.
In de weerberichten,
Klinkt het telkens door.
Langs de kale velden.
Jakkert nu de ploeg.
Alles gaat mechanisch.
Nog geen tijd genoeg!
TIJMEN
lyERVOLGVERHAAL
j' door P. de Zeeuw J.G.zn.
JN.V. Uitgeverij „De Banier" - Utrecht
J'^^2^S^SS5SS5£5ê>£XS£''SSSnS©S5SS!SS:S^^
De beide mannen hielden de sergeant
[goed m het oog. Ze zagen duidelijk, dat
Ifti] zich in het minst niet beledigd voel-
|ae, omdat men een poging deed hem om
|te kopen. Wel keek hij erg bedenkelijk
len eindelijk zei hij: „Veel te gevaarlijk!"
I „Niet zo erg als je denkt", meende
|Denecker.
.>Er komen de laatste tijd gedurig
inieuwe soldaten in Antwerpen en wij
pouden heel goed voor een paar nieuwe
IKunnen doorgaan".
"^at zou wel gaan meende
löchwartz er is echter een andere
poeilijkheid. Voor mij is het de vraag:
lyat zijn jullie van plan te doen? Willen
lluliie met de provoost en de schrijver
P^^i' de cel gaan, hen daar opsluiten en
Tiet de gevangene terugkomen?"
i.Dat heb je precies geraden zei Van
|üer Stappen en als jij ons daarbij
P"^^^t helpen, sTal ons plan nog gelukken
■^ok!" ^^Dat geloof ik graag zei
achwartz Jullie gaan er met de ge
vangene vandoor, maar ik zit met de
gebakken peren. Weet u hoe het met
mij zal aflopen? Zodra ze merken dat
de provoost in de cel zit en dat de beide
soldaten er vandoor zijn,.komen ze bij
sergeantSchwartz. Ze zullen me vragen,
wat dit te betekenen heeft, ze zullen
vermoeden en al gauw begrijpen, dat
zoiets onmogelijk gebeuren kon zonder
mijn medewerking en dan is Schwartz
het haasje. Duizend goudguldens zijn
een aardig grijpstuivertje, dat geef ik
toe, maar als dat mijn kop moet kosten,
wat heb ik er dan aan?"
„We kunnen je bezwaren heel goed
begrijpen, sergeant zei Denecker
maar je voelt zelf wel, als we de ge
vangene zouden bevrijden en het werd
een paar uur later reeds ontdekt, dan
zou die bevrijding geen 'duit waard zijn.
Daar moeten minstens twee, drie dagen
overheen gaan en om dat te bereiken
hebben we een uitstekend plan be-
dacht".
Hij zette nu uiteen, dat zij van plan
waren een brief op het politiehuis te
laten bezorgen, waarin de provoost zelf
meldde, dat hij voor enkele dagen naar
Berchem was vertrokken. „Kijk ein
digde Denecker zijn verhaal op deze
manier heb jij minstens achtenveertig
uur de tijd de benen te nemen. Als sol
daat zal het je niet moeilijk vallen de
stad uit te komen en als de zaak hier
ontdekt wordt, ben jij met je duizend
goudguldens al ik weet niet waar".
Schwartz gaf niet dadelijk antwoord.
Het was duidelijk te zien, dat hij het
nog niet met zichzelf eens was. Om hem
nog een klein duwtje te geven, haalden
ze twee linnen zakken te voorschijn en
zetten die voor hem op tafel. Van der
Stappen maakte één van die zakken
open en haalde er een handvol goud
stukken uit.
„In elke zak zitten er tweehonderd
vijftig zei hij Zeg je ja, dan blij
ven deze twee zakken hier en als ons
plan gelukt, krijg je er morgen nog
twee bij".
Al pratend liet hij de goudstukken
door zijn vingers glijden, het kaarslicht
deed ze verleidelijk glinsteren. Schwartz
werd er door gefascineerd, dat was goed
te zien. Hij zat te overwegen wat hij
zou doen. Jaren en jaren zou hij moeten
vechten en roven, eer hij zo'n schat bij
elkaar had, als hem dit ooit lukken zou.
Hij wist al van tevoren, dat hij zo'n
bedrag nooit bijeen zou krijgen. En nu
behoefde hij zijn hand maar uit te ste
ken en hij zou ze hebben.
Het plan, dat die twee mannen ge
maakt hadden, zat goed in elkaar, dat
moest hij toegeven.
Feitelijk was het onmogelijk, dat er
iets mis zou gaan. Hij kreeg ruim de
tijd het hazepad te kiezen en dan zou
hij nooit meer gebrek behoeven te lij
den. Duizen goudguldens, het was om
van te duizelen
„Hoe is het? vroeg Van der Stap
pen kunnen we zaken doen?"
Schwartz zat op zijn rode snor te bij
ten, hij krabde zich nog eens achter het
oor, haalde diep adem en zei toen met
een zucht: „Geef die zakken maar hier,
ik doe het!"
Zo werd het listige plan in elkaar ge
zet en stipt uitgevoerd. Het slaagde vol
komen zoals reeds uit het vorige hoofd
stuk is gebleken. Prans Claes kwam vrij,
dank zij de hulp van die begerige ser
geant Schwartz.
DE BESLISSENDE NACHT
Frans sliep die nacht voortreffelijk
en toen hij 's morgens wakker werd,
was hij weer zo goed als geheel de oude.
Lieven de Smet kwam hem vrolijk
goedemorgen wensen en bracht hem
verslag uit van alles wat er die nacht
was gepasseerd.
De gehele zaak was nu in kannen en
kruiken. De samenzweerders hadden
met behulp van de vergunningen die De
Naja in de gevangenis geschreven had,
al huri boodschappen kunnen doen,
zonder dat de patrouilles hen iets in de
weg konden leggen.
De dag verliep heel gewoon. Aan niets
viel te bemerken, dat er iets broeide in
Antwerpen, 'n Enkele burger liep eens
even uit zijn winkel weg om een praat
je te maken met zijn buurman, maar
dat was heel gewoon. De burgers, die
elkaar op straat ontmoetten, wisselden
soms een paai* woorden, waarna ze
doorliepen. Voor soldaten en spionnen
viel er niets buitengewoons te beleven.
Maar in heel veel kelders in Antwer
pen werden ondertussen vloeren open
gebroken. En uit de schuilhoeken onder
die vloeren kwamen de verborgen wa
pens te voorschijn. En 's avonds tegen
de tijd, dat de klok zou gaan luiden, ver
lieten heel veel burgers hun woningen.
Ze waren in lange capes gehuld, hoewel
het zacht weer was. Maar onder die
capes hielden ze een of ander voorwerp
verborgen.
Ze liepen naar verschillende huizen,
waar ze blijkbaar werden verwacht,
want bij hun komst gingen de deuren
onmiddellijk open.
Dit ietwat drukke verkeer duurde
hoogstens een half uur en toen de
avondklok luidde waren de straten weer
even leeg als op alle vorige avonden.
De strijdbare burgers hadden allen de
hun aangewezen plaatsen bereikt. Bij
Denecker waren de mannen die in de
buurt van het stadhuis woonden samen
gekomen. Bij Van der Stappen de man
nen uit de wijk van Sint Jacobus, bij
Struyk de mannen uit de Scheldewijk
en zo hadden alle leiders him mannen
bij zich verenigd. Alleen bij schepen
Lieven de Smet was niemand versche
nen. Hij mocht het masker nog niet van
zijn gezicht rukken, daarvoor was het
nog te vroeg. Straks zou hij zijn woord
je meespreken. Wapens had hij genoeg.
Zijn geheime kasten lagen er vol mee.
Straks zou de kreet: „Op voor Vlaan
deren!" weerklinken. Die kreet zou de
honderden op de been brengen en dan
zou Lievens huis opengaan en hij zou
hen allen aan wapens helpen. Hij po
pelde van verlangen naar dit moment.
Jarenlang had hij zichzelf moeten ver
loochenen en ter wille van de goede
zaak met de Spanjaarden moeten heulen
Daaraan zou nu spoedig een einde ko
men.
En boven in de toren van de Jacobus-
kerk zaten Prans en Mieke op de uit
kijk. Eén zolder lager stond de koster op
wacht bij de klokketouwen. Frans zou
hem een teken geven, wanneer hij moest
beginnen de noodklok te luiden. Zover
was het nu nog niet. Pas na twaalf uur
zou dit gebeuren. Het wachten was dus
op de twaalf slagen van het midder
nachtelijk uur en op de beweging der
Geuzen. Scherp keken die twee daar
hoog in de toren uit. Scherp luisterden
ze naar elk geluid, dat van buiten tot
hen doordrong.
„Mieke, hoor je nog niets?" vroeg Frans.
„Ik hoor nog niets, Frans... maar
daar, daar zie ik wat... ik geloof Frans"
Verder komt ze niet. Er schieten plot
seling vuurstralen de donkere nacht in,
van de overzijde van de Schelde, en
geen tien tellen later dreunen de kanon
schoten. Ze komen van het fort Lille en
het antwoord komt even later van de
rivier.
Wordt vervolgd.