ig lEIIAIIDEn - niEUWS
f320r
f395,
CAMERA'S
ZEISS
Aardgas-
verwarming
Uitbreidingsplan Steiiendam groeit
Van loods tot landrot
BUIJSSE
Zeelal
f
herberg „Het IJ"
Diijes en Daijes
Zeeuwse wandelingen
L STIJLGROEP
Vrijdag 16 augustus 1968
No. 3712
399,.
len uur
lelhamis
icht
Superi
N.V.I
ÜITHEÏ
l SPECIALE
AUGUSTUS
AANBIEDING!
'VOOR
nü
ir -k
X Ook voor X
FOTOGRAFIE
J. ZANDSTRA
SOMMELSDUS
J. Keuvelaar
Ulv
Modehuis
►♦♦♦«J
|een jongt
de bank,!
2794 en 20!
itels.
len gekleui
pkwart
chouwen
(01665) t
De pauselflke boodschap
De leer van het AvondtUiaal
Geen verandering
We hebben vorige week stilgestaan bij
ije pauselijke boodschap van 1 juli,
ivaarin het hoofd van de rooms-katho-
ïieke kerk de traditionele geloofswaar
heden nogeens heeft onderstreept. We
nerkten daarbij reeds op, dat de leer,
loals die op het concilie van Trente is
Vastgesteld, ongewijzigd is gebleven,
jfat betreft de kerk, het leergezag en de
feucharistie. Over de eerste twee punten
lebben we vorige week al iets gezegd,
L kwestie van het Avondmaal willen
fie vandaag aansnijden.
Er is tussen Rome en de kerken van
ie Reformatie een levendige discussie
fever de verschillende Avondmaalsop-
tattingen. De Keformatie leert op grond
fcan de Heilige Schrift, dat Christus op
ferborgen, geestelijke wijze tegenwoor-
iig is bij de bediening van het Sacra-
nent, voor zover degene die het Sacra-
jient ontvangt, dit doet met een gelovig
|art. Deze leer is op het Concihe van
Irente getroffen door een van de vele
nathema's (vervloekingen).
De leer van de roomse kerk is name-
ijk dat Christus nog dagelijks door de
Iriesters geofferd moet worden, en dat
Jij in dit offer lichamelijk aanwezig is
Inder de gestalte van brood en wijn.
j)nze Heidelbergse Catechismus noemt
I haar beurt deze leer „een vervloekte
pgoderij",
J Dat laatste nu is een doorn in het oog
tan vele oecumenisch denkende protes-
Vten- zinsnede uit onze Cate-
Jiismus zou beledigend zijn voor onze
I.K. broeders en zusters
I Afgezien van de vraag of het dan niet
par is (daar komen we straks op te-
hebben onze Reformatorische va
leren het toch nog niet zo bont gemaakt
"het hun vervloeking als de katholie-
len van Trente... De Catechismus ver-
Boekt alleen de léér van de roomse
lerk. Trente echter vervloekt mensen:
flie leert... (volgt de Reformatorische
Ivondmaalsopvatting)... die zij ver-
foekt". Dit terzijde
|Nu is de roomse Avondmaalsopvat-
ng, als men tenminste vooraanstaande
heologen mag geloven, sinds Trente
|erk gewijzigd. We zouden dus met de-
I beoordeling uit de Heidelbergse Ca-
Ichismus achter de feiten aanhobbelen.
blijken R.K. theologen te zijn (vorige
feer noemden we al de naam van de
jibinger hoogleraar Hans Küng) die
In zuiver Calvinistische Avondmaals-
Ivatting huldigen. Ik hoef niet te zeg-
|n dat dit me oprecht verheugt. Maar
heb al vaker in dit hoekje van de
lant betoogd, dat Hans Küng niet de
lus van Rome is. Dat is trouwens al
■bleken, want de paus heeft deze Duit-
1 hoogleraar al op het matje geroepen.
Blang Rome de besluiten van Trente
pt herziet of herroept (en dat zit er
p in, dacht ik...) zolang is dat de
norm waaraan we Rome kunnen
loordelen, de enige norm ook waar-
|ar Rome zelf kan oordelen.
En nu is het toch wel gebleken dat
Bme nog geen letter van de gevestigde
Ir heeft afgedaan. Daarvoor heeft deze
lus, die zich van vemieuwingsbewe-
pgen niets aantrekt, en tot wie de re-
natorische geluiden nog nauwelijks
In doorgedrongen, zich te duidelijk
Igesproken
Ik citeer hier letterlijk zijn uitspraak
■er de eucharistie: „Wij geloven dat de
Is, gecelebreerd door de priester, die
persoon van Christus vertegenwoor-
het offer van Calvarië sacramen-
|1 tegenwoordig stelt op onze altaren.
K geloven dat, zoals het brood en de
[jn geconsacreerd door de Heer tijdens
laatste Avondmaal veranderd zijn
JZijn Lichaam en Bloed, op dezelfde
|ze het brood en de vrijn, geconsa-
prd door de priester veranderd wor-
i in het Lichaam en Bloed van Chris-
Die verheerlijkt zetelt in de hemel.
j wij geloven dat de mysterieuze aan-
pigheid van Hem onder de gedaante
1 brood en wijn een ware, werkelijke
[wezenlyke tegenwoordigheid is.
ristus kan slechts in dit sacrament
jiwezig zijn door de verandering van
{werkelijkheid van het brood zelf in
Lichaam en door de verandering
de wijn in Zijn Bloed. Onveranderd
Iven voor onze zintuigen slechts de
YOUTH' ZIG-ZAG met knoopgafen-'
automaat en automatische borduur
inrichting met 15 schabionen, 3 naald-
standen, compl. electr. in koffer
tijdelijkvanf475,-
of in- modern bergmeubel, uitvoering
eiken, teak, macoré of noten
(palissander-uitv. meerprijs)
Automatisch blindzomen en siersteken.
Knoopgatenautomaat. Verdere moge
lijkheden: naden afwerken, rekbaar ma
teriaal verwerken, stoppen, borduren en
alle recht'steekwsrk.
IU heeft reeds een YOUTH voor 245, -
ROTTERDAM
HOOGSTRAAT 165-167
TELEFOON: 010-130424-1139021
BON stuur mij volledige inlichtingen
of gelieve demonstratie met
Naam:
Adres:
Plaats:
Telefoon:
Vul in en stuur op.
16
eigenschappen van brood en wijn. Deze
mysterieuze verandering duidt de kerk
op een toepasselijke wijze aan met het
woord „transsubstantiatie".
■sür -k
Ik geloof niet dat het nodig is, deze
pauselijke boodschap, en in het bijzon
der deze uitspraak over het Avondmaal
van veel commentaar te voorzien. En
kele dingen springen terstond in het oog
In de eerste plaats dat het offer van
Christus sacramenteel tegenwoordig is
op de altaren van de roomse kerk. Ten
tweede dat onder de handen van de
priester de substantie van brood en wijn
verandert in de substantie van Chris
tus' lichaam en bloed. Tenderde dat de
tegenwoordigheid van Christus niet een
geestelijke, maar een „ware, werkelijke
en wezenlijke" is. En tenslotte, dat dit
alles „transsubstantiatie" heet. Er was
werkelijk geen woord nieuws bij, dit
alles wisten we al ruim 400 jaar...
Waarom de paus het dan zo nadruk
kelijk stelt? Wel, omdat er niet weinige
leken en theologen in de roomse kerk
zijn, die het in twijfel trekken of zelfs
openlijk bestrijden. En daaraan heeft
Paulus VI een einde willen maken. Of
het geholpen heeft, dat zal de toekomst
leren... Maar dat de vernieuwingstheo
logen in zijn kerk, en de oecumenici
buiten zijn kerk er een geduchte klap
mee gekregen hebben, dat is zeker.
Ik moet zeggen dat ik blij ben met de
pauselijke uitspraak. We weten nu ten
minste zekei', waar we aan toe zijn. De
leer van Rome kan maar op één manier
uitgelegd worden, en dat is de traditio
nele manier. Alle moderne interpreta
ties ten spijt.
WAARNEMER.
MELISSANT
Repetities Zangver. „Laus Deo". De
Chr. Gem. Zangvereniging „Laus Deo"
hoopt a.s. maandag 19 augustus om 8.00
uur haar repetities weer te hervatten
in de grote zaal van „Melishof".
Het is nu de beste tijd om U op te
geven als lid omdat -wij weer aan het
Kerstprogramma gaan denken.
Ook zal dit jaar een grammofoon
plaat met uitsluitend Kerstliederen
worden gemaakt.
RIJMEN VAN TIJMEN
Nou, een twééde woning,
Hoort er heden bij.
En dat is voor velen.
Heus niet zo'n karwei?
Het is echt een teken,
Van de weeldetijd.
Men wil weekend-huizen,
O zo gaarne kwijt.
En er zijn op heden,
Kopers bij de vleet.
Er wordt aan die dingen.
Aandacht wel besteed.
Pa en Ma en kinderen.
Trekken er op uit.
En als van hun woning
Zich de deur weer sluit.
Opent zich 'n tweede,
't Tijdelijk domein.
Reizen en veel trekken.
Schijnt in trek te zijn.
Scholen weer wijd open.
Velen aan de slag.
Daar men van vakantie.
Niet meer spreken mag.
Welletjes was 't immers.
En de lieve jeugd.
Heeft zich ondanks regen,
Toch nog- erg verheugd.
Mammoetwet in werking,
't Is vemieuwingstijd.
Heel veel van het oude,
Raakt de school dus kwijt.
Wordt het beter, slechter?
Nog een grote vraag.
En ze weten 't steUig,
Ook niet in Den Haag!
't Is in vele tuinen.
Echt geen fraaie boel.
't Komt door vele regens,
't Zonnetje is koel.
Men kan niet tuinieren,
Zo men gaarne wil.
Men ziet heus op heden,
Wel het groot verschiL
Onkruid groeit reusachtig.
Groente gaat vrij goed.
Maar haast elke tuinder,
Heeft veel tegenspoed.
En dan nog de prijzen!
Men draait ook weer door.
Zodat men moet zeggen:
Het deugt nergens voor.
TIJMEN.
Men schrijft ons van de zijde van het
gasbedrijf:
Nog even en dan is het weer herfst.
De dagen kunnen nog mooi en warm
zijn, de avonden worden al kU.
Plezierig en gezellig is het dan wat
warmte te maken.
Het kan zo gemakkelijk en voor wei
nig geld.
Wanneer de waakvlam van de gas-
haard aan is, één rukje aan de kraan
en even later is het behaaglijk in de
kamer.
Straks wordt warmte met aardgas
heel goedkoop.
Maar waarom gewacht tot in 1969
of 1970?
Met het gas dat nu door de buizen
stroorht kunt u ook heel goed een gas-
haard laten branden.
Het is een normgashaard en deze
haard wordt over 1 a IV2 jaar bij u
omgebouwd aan huis op aardgas, heel
eenvoudig en zonder kosten voor u.
Wie het a.s. winter, met najaar en
voorjaar, gemakkelijk wil hebben met
de verwarming, doet verstandig om nu
reeds een gashaard te nemen.
Is geen schoorsteen beschikbaar maar
wel een buitenmuur dan is een gevei
con vector de uitkomst. Er zijn kleine
mooie dingen voor keuken, studeer- en
slaapkamer.
Het aardgas komt maar wachten er
opdat hoeft echt niet.
Nog een advies: koop alleen een gas
haard goedgekeurd door het Neder
lands Gasinstituut (Giveg merk). Dan
bent u veUig.
Aan de rand van Steiiendam wordt
door het aannemingsbedrijf Delf- en
Schieland met rappe hand gewerkt aan
het gereedmaken van een zestigtal wo
ningwetwoningen, gebouwd in op
dracht van de Woningbouwvereniging.
Al 9 woningen konden worden betrok
ken en deze week zijn er weer 11 voor
bewoning gereed gekomen. Vele wo
ningzoekenden kunnen hiermee weer
aan de lang verbeide woonruimte wor
den geholpen. Nog liggen de straten
er wat somber bij en zijn de huizen
leeg maar straks wanneer de huiselijke
gezelligheid er zijn intrede heeft ge
daan en de tuintjes worden aangelegd
dan is er weer een pracht stuk uit
breiding aan Steiiendam toegevoegd.
De woningen hebben overigens nog een
primeur voor Flakkee, het zijn de eer
ste woningwetwoningen die met zwarte
pannen zijn bedekt!
Ook in Ouddorp heeft Delf- en Schie
land in het uitbreidingsplan Hermans
weg een project van 66 premiewoningen
onder handen.
Beroemde mannen kregen tijdens hun
leven niet altijd de waardering die ze
verdienden. Die kwam soms eeuwen la
ter met een standbeeld. Hoeveel be
taalt men tegenwoordig niet voor een
eenvoudige pentekening van de beroem
de schilder Rembrandt uit de Gouden
Eeuw? Een schilderij van hem is hele
maal niet te betalen. Tijdens zijn leven
werkte hij op bestelling, maar er was
weinig aan te verdienen. De rijke koop
lieden en regenten hadden bovendien
nog veel noten op hun zang!
De dichter Vondel uit diezelfde tijd
heeft het ook ondervonden. Een baantje
bij de bank van lening in Amsterdam
moest hem in het leven houden.
Zo is het ook gegaan met de Vlissing-
se loods en mensenredder Frans Naere-
bout, die juist 150 jaar geleden gestorven
is. Onderwaardering, verdachtmaking,
armoede waren ook voor hem bekende
woorden. We zullen enkele voorvallen
uit zijn leven nagaan en zullen dan deze
onaangename klanken telkens tegenko
men.
Mensenredder.
Met zijn vader ging hij al jong mee
op de garnalenvangst. Zo leerde hij het
vissersleven met zijn gevaren en de
verraderlijke zandbanken op de Schelde
kennen. Een goede leerschool om hem
tot een bekwaam loods te vormen. Dat
niet alleen. Hij had een hart vol naas
tenliefde, medemenselijkheid noemen ze
dat tegenwoordig met een mooi mode
woord. Helper in nood, op wie men kon
rekenen.
Dat bleek in 1779, toen de „Woest-
duyn" op de gevaarlijke zandbank Noor
derrassen vóór Zoutelande gestrand
was. Een schip dat uit Oost-Indië te
rugkwam, rijk beladen met duizenden
kilos specerijen, 't Was in Vlissingen
juist de laatste dag van de kermis. Toen
er noodschoten gehoord werden, aarzel
de hij geen ogenblik om er heen te gaan.
Met zijn broer Jacob en nog 7 andere
stoere vissers, bij noordwesterstorm. Het
schip was al in tweeën gebroken, enke
len waren overboord geraakt en ver
dronken. Maar het gelukte hun toch 71
mensen te redden en veilig in Vlissin
gen te brengen. Ze mochten 1800 gulden
onder elkaar verdelen.
De lading van het schip ging totaal
verloren. Was dat wel waar? vroeg de
equipagemeester van de Oost-Indische
Compagnie zich af. Naerebout werd er
van beschuldigd een deel van de lading
stiekum in zijn scheepje verborgen te
hebben. Dit gemene verwijt kon niet
bewezen worden. Zo was Naerebout
niet, het was ztiiver naastenliefde ge
weest die hem gedreven had. Gevaar
lijke naastenliefde, ondervond hij.
Bijna tien jaar later heeft hij een uit
varend schip voor ondergang bewaard.
De „Zuiderburg" lag bij Wes'tkapelle
voor anker met een gebroken roer, met
400 man aan boord, een half millioen
aan gemunt geld en rijke koopmansgoe
deren, op weg naar Indië. Over het
water was het schip niet te bereiken.
Het was een barre winter, de haven van
Vlissingen was toegevroren, de Schelde
was vol ijsschotsen. Dan hulp over land.
Met enkele makkers bracht hij op sle
den een sloep over de sneeuw naar
Westkapelle. Met veel moeite wist men
deze in zee te krijgen en zo kwam hij
aan boord. Het roer werd provisorisch
hersteld en Naerebout wist het schip de
Engelse haven Plymouth binnen te stu
ren. Vijf maanden later was het her
steld en kwam hij terug naar Vlissin
gen. Beloning voor deze prestatie? 600
gulden. Verontwaardigd weigerde hij dit
bedrag aan te nemen met het verzoek
het geld aan de armenkas te geven!
Armoede.
Zijn laatste dienst als loods was in
1794. Toen was er al oorlog tussen
Frankrijk en Engeland. Hij moest trach
ten met de „Voorland" de Engelse vloot
te omzeilen. Het gelukte hem maar
hij kon niet terug. Zo was hij gedwon
gen mee te varen naar Kaap de Goede
Hoop. Zijn vrouw had het niet breed,
moest maar zien met de kinderen rond
te komen. Daarom ging ze naar het kan
toor van de Compagnie vragen om het
loodsgeld, dat haar man bij thuiskomst
zou ontvangen. Men wilde haar het hal
ve bedrag geven. Maar fier antwoordde
ze: „Mijn man is nooit een halve loods
geweest, dan zal ik mezelf wel helpen".
De Franse tijd was een periode van
armoede voor ons land, dus ook voor
Naerebout. De handel stond stU, lood
sen waren er dus niet nodig. Evenals de
andere loodsen kreeg hij 200,als
loodsenpensioen. Als gamalenvisser
probeerde hij er nog wat bij te verdie
nen. Maar dik besmeerd was de boter
ham niet.
Daarom zocht hij een baantje op het
land.
In 1808 was de betrekking vacant van
lantaarnopsteker bij de vuurbaak aan de
Slurf, een half uur noordwaarts van
Goes, in de buurt van het tegenwoordige
Sas van Goes. Hij solliciteerde en kreeg
de post. Een vast inkomen van 300,
per jaar was toch altijd zekerder dan de
wisselvallige visserij en hij was al 60
jaar.
Het grote bezwaar was, dat er geen
woning bij was. In een armelijke plan
ken hut met stro gedekt moest hij wo
nen, terwijl zijn vrouw en kinderen in
Goes woonden. De belofte om bij zijn
werk een huis te bouwen is nooit inge
lost.
„Aan d' oosterhoek der Scheld',
gescheiden van zijn magen.
BKIIXBNGI.<AZEN
b^ de speciaalzaak
Zandpad S2 - Hlddeilhamla
1
^k GRONINGEN i
1
t
NATUURLIJK BU
MIIIDELHARNIS
daar zit hij in een hut,
bouwvallig opgeslagen".
Tien jaar heeft hij het volgehouden. Op
een dag vond men hem bewusteloos aan
de voet van de lichttoren. Hij knapte
wat op, deed nog een paar weken zijn
werk, werd toen bedlegerig en een dag
vóór zijn 70e verjaardag verliet hij dit
aardse tranendal (29 aug. 1818).
In de Grote kerk te Goes werd hij be
graven. De afd. Goes van de Maatschap
pij tot Nut van 't Algemeen liet een
steen op zijn graf leggen met deze
woorden er in gebeiteld:
Hier rust
de beroemde zeeman
en
edele menschenvriend
FRANS NAEREBOUT
geboren te Veere den 30 Aug. 1748
overleden aan het Sas van Goes
den 29 Augustus 1818.
Honderd jaar na zijn dood heeft men
op de Boulevard te Vlissingen een
standbeeld voor hem opgericht (1919).
Bij de bevrijding van Vlissingen in no
vember 1944 is het beeld vernield. Enige
jaren geleden heeft men een ander
soortig beeld van hem in het Bellamy-
park geplaatst.
Middeldburg,
L. van Wallenburg.
OUDDORP
„De Kruisvlag" begint weer. A.s.
zondag 18 aug. begint de „Kruisvlag"
weer in de doopsgezinde kerk achter
de winkel van Bosland. Er mogen ook
nieuwe kinderen komen. Denk aan de
verrassing! Dus tot zondagmorgen 11
uur.
Namens allen.
G. Spuybroek.
L. M. vai
Ing laatst m
iHerv. KerKl
A. van den|
aannam.
tKERK
ïrland. Vo^
.uur hoopt 1
Iburg te GOi^
lending).
ILP VQLGVERHAAL
door P. de Zeeuw J.G.zn.
Uitgeverij „De Banier" - Utrecht
Hij kon zich nog net
psrijpen aan de leuning, maar maak-
paoende net lawaai genoeg, om de
l^ts wakker te maken. Toen hij uit
Temer terugkwam met de fles bran-
•ijn in de hand, stonden man en
uw op de drempel van hun kamer.
P' zijt gij het baas zei Michel
Inoorden leven en..." „Dat klopt
J^rans Mieke is niet goed gewor-
^e heeft last van haar ingewanden
JK. Toen ze wilde opstaan is ze
usteloos geworden. Ik heb nu bran-
Wn gehaald".
P mijnheer zei Gertrude gedien-
l~- de ingewanden zegt u, wacht dan
F gauw een warme drank voor haar
pn. daar zal ze van opknappen..."
pg slofte Gertrude.
t^ -^""ans in de slaapkamer terug
was Mieke nog steeds buiten
'orzichtig opende hij haar lippen en
een beetje brandewijn in haar
Met ongeduld wachtte hij op de uit
werking.
Werkelijk deed zij na enige ogenblik
ken haar ogen open.
„Mieke, Mieke toch!" riep Frans.
„Wat is er toch met me gebeurd?"
vroeg zij, zonder zich te bewegen.
„O niets, je bent alleen maar flauw
gevallen, Mieke, dat is alles", zei Frans
glimlachend.
„Dat is zo, ja nu herinner ik het me
weer".
Ze ging overeind zitten en Frans zag
de angst in haar ogen. Er lag een koorts
achtige glans in die ogen en gejaagd
vroeg ze: „Frans, zul je nu niet meer
weggaan? Ik houd het niet uit... die
uren van wachten... en die grote span
ning... het is om gek te worden... toe
Frans, beloof me dat je niet meer weg
zult gaan, niet meer weg".
Ze greep zijn arm vast, als wilde ze
hem nu al beletten heen te gaan.
„Hoor eens Mieke begon hij kal
merend houd je nu kalm, meisje,
maak je nu niet ziek en ongelukkig. Ik
heb je immers al gezegd dat ik niet
wegga, 't Is nu vannacht voor het laatst
geweest. Heus, 't is voorbij en je be
hoeft er niet meer^^an te denken, heus
niet. Ik ben gelukkig aan alle gevaren
ontkomen en nu ben ik weer bij je en
dat blijf ik ook. Hoe is het, voel je je al
wat beter?"
Mieke slaakte een diepe zucht.
„Ik geloof werkelijk dat het al beter
gaat", zei ze.
Toen klonken er voetstappen op de
gang.
„Stil, dat zal Gertrude zijn", zei Frans.
Het was inderdaad Gertrude. Zij
bracht de warme drank mee.
„Gaat het al wat beter?" vroeg ze aan
Mieke.
„Ja Gertrude, ik voel me al beter. Het
heeft niet veel te betekenen, ik voelde
me alleen een beetje zwak, anders niet"
„Mooi, dat valt dan nogal mee. Hier,
drink dit nu eens lekker warm op en
dan moet u eens flink proberen te sla
pen. U zult eens zien, hoe vlug u er dan
weer helemaal bovenop bent". Ze lachte
eens vriendelijk tegen Mieke, wenste
beiden welterusten en ging toen weer
naar haar eigen slaapkamer.
„Zal ik bij je blijven, Mieke?" vroeg
Frans.
„Nee, dat is heus niet nodig, ik ben
weer rustig. Ga jij zelf maar gauw sla
pen, je zult wel zo moe zijn als een
hond.
Meteen begon ze te lachen, want ze
zag nu hoe potsierlijk Frans er uit zag.
„Ik zie er een beetje gek uit, vind je
niet? vroeg Frans maar je be
grijpt toch wel, dat ik in de natte bo-
venkleren geen brandewijn kon gaan
halen, 's Nachts om vier uur komt nie
mand kletsnat en geheel gekleed uit zijn
slaapkamer. Ik heb dus mijn natte bo-
venkleren uitgetrokken en onder de kast
verstopt en toen jouw mantel aange
trokken, 't Is maar goed geweest, want
nu hebben Michel en Gertrude niets
verdachts gemerkt. Laat me je hand
eens voelen. O, gelukkig, die is niet zo
koud meer. En je krijgt ook weer een
beetje kleur op je wangen, Mieke. Maak
jë nu maar geen zorgen meer, hoor. Ga
maar lekker slapen, dat doe ik ook. O,
jou ondeugend meisje liet hij er la
chend op volgen, terwijl hij zijn vinger
opstak wat heb je me aan het schrik
ken gemaakt!"
Hij draaide daarna de kast van haar
plaats en verdween geruisloos naar de
vliering.
De volgende morgen kwam Mieke wat
later beneden, dan ze gewoon was. Ze
zag nog een beetje bleek, maar overi
gens was zij weer geheel in orde.
Lopez zat aan zijn ontbijt, terwijl Ger
trude hem bediende. Na de gewone be
groeting informeerde Lopez hoe zij het
maakte. Hij had van Gertrude gehoord,
dat Mieke die nacht ziek was geworden.
„Ik heb enige drukte gehoord van
nacht vertelde hij en ik stond op
het punt een te gaan kijken, wat er aan
de hand was. Maar het is blijkbaar niet
ernstig geweest".
„O nee, gelukkig niet, senor ant
woordde Mieke het was van voorbij
gaande aard".
„Maar baas Pieter was er toch totaal
door in verwarring gebracht meende
Gertrude in het midden te moeten bren
gen O, als ge hem door de gang had
zien lopen, half gekleed en geheel over
stuur. Hij was erg bezorgd over u, ba-
zinne". Mieke glimlachte maar eens en
vroeg toen: „Heeft Michel genoeg hout
gehakt, Gertrude?"
Ze wilde dit gesprek zo gauw moge
lijk op een ander onderwerp brengen.
Gelukkig kwam Frans juist birmen. Hij
zond Gertrude naar de keuken en zei
toen tot de chef; „Senor Lopez, er is
volk voor u. Ik zag iemand over de bin
nenplaats lopen en de trap opgaan".
„Zo vroeg al? zei Lopez verbaasd
dan is er vannacht bepaald iets bij
zonders gebeurd".
Haastig verwijderde hij zich.
„'t Is één van de menseneters zei
Frans tot Mieke hij komt hem be
paald iets vertellen over wat er van
nacht is voorgevallen".
En dat was zo! In zijn kamer vond
Lopez één van zijn agenten, die hem
vertelde, dat een van de patrouilles die
nacht een man had achtervolgd, die
plotseling was verdwenen, toen zij hem
bijna beet hadden.
„Dat is bepaald onze man geweest",
zei Lopez.
„Best mogelijk!" meende de agent.
„En vertel eens, hebben ze hem weer
laten ontsnappen?"
De man begon te lachen. „Och senor
zei hij die soldaten zijn kerels van
niets. Ze maken een hoop lawaai, maar
resultaten... ho maar!"
Er bestond een grote rivaliteit tussen
de agenten van de geheime politie en de
soldaten.
„Is er huiszoeking gedaan in de buurt,
waar de man verdwenen is?" informeer
de Lopez.
„Niet dat ik weet. Maar al hadden ze
dat gedaan, dan zouden zij hem nog niet
hebben gevonden, omdat hij zich niet in
een huis heeft verborgen".
„Zo, waar dan?"
„In een put!"
De agent vertelde nu breedvoerig, dat
hij, nadat hij van de ontsnapping had
gehoord het spoor van de vluchteling
had gevolgd. Dit bracht hem bij een put.
Daar vond hij het touw geheel afge
rold in het water hangend.
„Zoiets doet men nooit. Het touw van
een put zit altijd opgerold zei hij
De man heeft zich later weer aan het
touw omhoog gehesen".
„Als die soldaten him hersens had
den gebruikt, zouden zij hem varmacht
hebben kunnen vatten. Ik meende, dat
ik u dit verhaal maar direkt moest ko
men vertellen", zo eindigde hij zijn re
laas. „Zeker, zeker, daar heb je goed aan
gedaan. Ik zal de provoost met de zaak
op de hoogte brengen. Aan één kant ben
ik blij, dat die kerel ontsnapt is. Nu
hebben zij in elk geval niet de eer en de
beloning voor de arrestatie gekregen.
(Wordt vervolgd)