ËiiAriDEn - niEUWs
elai
mg
vaNDan:
Storm over Bruinisse
pasfoto's
i
r
rni
08
GA
teemal
[ing
[te
ixtra
ibroel
Zilveren kogels
voor Zuld-nfrika
BUIJSSE
Het Smalle Einde te Ouddorp is nu
een (ver)breed begin!
Ie herberg „Het 11"
toedei
VOOR loOOf
Zeeuwse wandelingen
VOLKSWAGEN- en
OCCASION-VERKOOP
SHOW
k STIJLGROEP
Uw
2e blad
Vrijdag 19 juli 1968
No. 3704
ningel
talagd
I 32
irnis
ONZE BESTSELLER
IN DE UITVERKOOP!
Bezoekt onze
iedere zaterdag.
•f. Tu. de JLIONI£ - »09E91£L.M1>1JK
Tel. (01870) 23 43 INRUIL - FINANCIERING - GARANTIE
f
t Ook voor t
FOTOGRAFIE
J. ZANDSTRA
SOMMELSDIJ£
Modehuis
iereizeii|
r vooE
11. (018T3) «l
JÜMS
aug.
asis van
nbinatie
kMMELSDlJSl
De bevinding
De „zware" strelcen
Conclusie
Voor de laatste maal willen we onze
laandacht richten op het boek van A.
Ivan der Meiden, „De zwarte kousen-
Ikerken". Uit gesprekken werd me dui-
Idelijk dat het boek in brede kringen al
Iméér bekend is dan ik dacht en daarom
Ijs het goed dat we samen het vóór en
liegen overwegen.
In hoofdstuk 5, dat getiteld is „Gods
Iverborgen omgang" komt de bevinding
Iter sprake. Ik schrijf met opzet „bevin-
Iding", want de auteur spreekt als regel
lover „bevindelijkheid". Het onderscheid
Itussen deze twee, bevinding en bevinde-
llijkheid, kent hij blijkbaar niet.
I De wortels van de bevinding zoekt de
Ischrijver terecht in de historie. Hier ko-
ïmen de Nadere Reformatie en het Pië-
Itisme binnen de gezichtskring. Bij het
liezen van dit hoofdstuk kwam me het
Igevleugelde woord van Vader Cats voor
Ide geest;
'„Wie maar één boekje heeft gelezen,
Oat placht een neuswijs mens te wezen"
Van der Meiden heeft van zijn be
schouwing over de oude schrijvers een
bot-pourri gemaakt! Nederlandse theo
logen (Teelinck, Lodenstein, Schorting-
huis, Sraijtegelt), ook Engelsen en
Schotten (Perkins, de gebroeders Ers-
|kine en Spurgeon), maar evenzeer
Idwaalgeesten (de Labadie, Van Hattem
■en Verschoor) passeren in bonte ver-
Vheidenheid de reveu.
Of van der Meiden ze ook kent, al-
Ithans enig onderscheid kent tussen be-
Ipaalde genres oude schrijvers is zéér de
vraag. Of nee, het is geen vraag meer.
Jet piëtisme heeft zijn eenzijdigheden,
Jio betoogt hij. Akkoord. Er kwamen
Kweperijen in voor, ziekelijke zielsont-
lledingen, enzovoorts. Ook akkoord. Ge-
Ivolg van buitenlandse invloeden... Nu
jja, het kén zijn... Maar U raadt niet
■welke schrijvers in dat verband worden
genoemd. Bunyan, W^hitefield ende
gebroeders Erskine! Jawel, de gebroe
ders Ralph en Ebenezer Erskine, die „de
Itabinetten der Evangelische beloften zo
vijd hebben geopend", dat ze juist in
fextreem-rechtse kringen voor Remon
stranten zijn uitgescholden, de Erskines
^ijn als buitenlandse import verant-
TOordelijk voor „ziekelijke zelfontle-
Iding",
Een ander voorbeeld van belezenheid:
De Verschoristen (een hattemistische
^ekte in de 18e eeuw) hadden (verkort)
3.a. de volgende stelling. Zaligmakend
geloof is vertrouwen zonder twijfel.
Conclusie van Van der Meiden: Deze
ktelling kon voor de zwaren onverkort
perdrukt en uitgegeven worden. Met het
op de ingezonken 18e eeuw zou je
[jijna zeggen: „Was het maar waar..."
Het negatieve oordeel over de grote
bpwekkingsbeweging in Nijkerk en an-
pere plaatsen is ten enenmale onge-
rond. Laat Van der Meiden eens lezen
vat Prof. Nauta hierover heeft geschre-
'yen in zijn „Opera Minora"...
Met de beste wil van de wereld be-
rijp ik niet wat het stukje over de re-
Bigieuze moorden (1944, Meerkerk en
1915, Katvirijk) voor functie heeft in dit
jioofdstuk over de bevinding. Ja, ik be-
rijp het toch welHet doet dienst
^Is argument tegen de bevinding. Op die
nanier kun je een auto-ongeluk gebrui
ken als argument tegen het snelverkeer.
pit is de kwestie van het kind en het
padwater.
Er zou nog heel wat te zeggen zijn
|ver de volgende hoofdstukken, waarin
respectievelijk gehandeld wordt over
Ide kleine kudde", „de lieve knechten"
In „zwaar door de week", maar we wil
len niet te breedsprakig wordeiL
I Hoofdstuk 9 kunnen we niet helemaal
luiten beschouwing laten. Daarin wordt
|nder de titel „Hoe vetter de grond" een
■heorie gelanceerd over de streken
yaarin de meeste „zwaren" wonen. U
toerkt wel aan de titel, we hebben weer
ie doen met een ras-, bloed- en bodem-
■heorie! De Veluwe, de Lopikerwaard
^n de Alblasserwaard worden dan nader
leschreven.
Er wordt echter niets verklaard in dit
loofdstuk, helemaal niets! Ondanks dat
Spschrift: „Hoe vetter de grond..."
I Ter illustratie wil ik even de schrij-
|er letterlijk citeren: „Kampen en Slie-
Irecht zijn plaatsen waar men ongeveer
pe variaties van zwaren kan vinden.
De geestelijke snoep winkeltjes van ons
vaderland". Zo'n zin doet het wel, dat
moet gezegd worden!
In het 10e hoofdstuk maakt de schrij
ver (dat heeft hij zeker van de „oude
schrijvers" geleerd?) een „toepassing".
Zelf zegt hij trouwens, dat dat „na een
zware preek hoort te gebeuren".
Van der Meiden komt tot de conclu
sie dat er in zware kringen grote ver
anderingen voor de deur staan. De Kerk
zal daarbij als gezagsinstantie aan be
tekenis inboeten. De kerkgang zal er
niet minder om worden (dat is nu een
maal een stuk traditie), maar de jon
geren zullen veel ballast afwerpen.
„We moeten hen daarbij helpen", zegt
Van der Meiden. „We moeten hen ver
lossen uit hun isolement". Ik wens hem,
namens de „zwaren", van harte succes
toeIk vrees echter dat velen van
hen zullen zeggen: „Non tali auxilio"
(„niet met zulke hulp").
WAARNEMER.
Slechts 79 stuks YOUTH Zlg-Zag Licht
gewicht met vrije stoparm, geringe iak-
en/of kofferschade van f 450,
Naast het normale zig-zag- en rechl-
steekw/erk tweenaalds-inrichting voor
biezen naaien en zadelsteek. De vrije
arm is ideaal voor het inzetten en repa
reren van mouwen en pijpen. Betaling
kan eventueel op diskrete wijze geregeld
worden. U heeft reeds een YOUTH
Zig-Zag electrisch in koffer voor f 245,—
Uitverkoop begint 18 juli.
ROTTERDAM
HOOGSTRAAT 165-167
TELEFOON: 010-130424-113902
1B0N stuur ml] volledige inlichtingen i
of aelleve demonstratie met I
t
I Naam; I
I Adres; I
Plaats;
I Telefoon;
I Vul In en stuur op. i
VRAAG NAAR KORT BEGRIP
IN SPANJE
In Spanje, Portugal en Italië blijft
grote vraag bestaan naar herdrukken
van het „Kort Begrip", zo meldt de
stichting Spaanse Evangelische Zending
(SEZ).
Deze stichting wil dit jaar de versprei
ding van Luthers 95 stellingen en van
de Nederlandse Geloofsbelijdenis in
Spaanse vertaling ter hand nemai.
Ook enkele geschriften van „oude
schrijvers" worden in het Spaans ver
taald. „De drie grondzuilen der Refor
matie", een geschrift van wijlen prof.
G. Wisse, stichter van de SEZ, is op
nieuw in het Spaans herdrukt. Een Por
tugese uitgave is in voorbereiding.
Het verslag van de SEZ maakt verder
melding van de verzending van dui
zenden Bijbels, bijbelgedeelten en trac-
taten in de drie genoemde landen en in
Latijns-Amerika. Naar arme protestan
ten in Spanje en Portugal wordt ook
veel kleding verzonden.
VLISSINGEN
In juli en augustus word de Jacobs-
kerk te Vlissingen weer dagelijks open
gesteld ter bezichtiging van maandag
tot vrijdag.
Wrakken-pers. Het schrootbedrijf
„NIMETA N.V." te Vlissingen wil in
autowrakken gaan doen. Men wil daar
toe een persmachine aanschaffen. Zo'n
pers kost een half miljoen. Een heel
autowrak wordt in elkaar gedrukt tot
een klein pakket. Binnen één jaar hoopt
de direktie 2V2 duizend ton wrakken te
hebben liggen.
Er is feest in Bruinisse, wanneer het
500-jarig bestaan van deze vissersplaats
herdacht wordt. Het is op dinsdag 16
juli begonnen, zoals u wel zult hebben
vernomen. Wat heeft dat met storm te
maken? Niets, helemaal niets, en ik
hoop dat tijdens de feesten geen storm
opsteekt! Maar ik wil iets schrijven
over Bruinisse en wel over de storm-
ramp in de nacht van zaterdam 30
september op zondag 1 oktober 1911.
Oudere mensen zullen zich er nog wel
iets van herinneren.
Storm op komst.
Reeds zaterdagmorgen was de bevol
king gewaarschuwd, dat het niet zuiver
was in de lucht: er zou wel eens ruw
weer kunnen komen. Inderdaad ging 's
middags de harde wind in stormwind
over.
Voor de ingang van de Hoofdstraat
werden de vloedplanken geplaatst, grote
dikke planken die de straat afsloten en
het water moesten tegenhouden. Ze
hebben het alleen maar kunnen tegen
houden toen er zandzakken bovenop
werden gelegd, want het water sloeg er
al overheen.
Gelukkig werd het eb, zodat het ge
vaar voor overstroming geweken was,
tenminste op 't ogenblik. Alleen de wind
verminderde niet. Integendeel, hij ging
over in orkaan. Met woest geweld sloe
gen de golven tegen de havendam, die
het 's middags om 6 uur begaf.
De havendam was gebroken, grote
basaltblokken werden meters ver weg-
geslingerd. Was het daarbij maar ge
bleven. Maar in de haven lagen de 150
mosselscheepjes gemeerd, met kettingen
vastgemaakt aan de ankers in de steen-
glooiing van de havendam. Die schepen
raakten dus ook los. Ze werden tegen
de dijk geslingerd of er boven op ge
worpen. Ongeveer vijftig boten werden
door de kokende golven meegevoerd
over het Zijpe naar de dijk van Anna
Jacobapolder en er tegenaan gegooid.
Daar kwam tegen 8 uur nog een
nieuwe ramp bijop verschillende plaat
sen werden gaten in de zeedijk geslagen.
Van alle kanten snelden de burgers met
burgemeester Hage aan het hoofd naar
de bedreigde plaatsen. Met zandzakken,
planken en alles wat maar dienen kon
om de gaten te dichten of vergroting te
voorkomen.
De gehele nacht werd er gewaakt en
gewerkt. De gemeenteraad was perma
nent aanwezig op het gemeentehuis.
Iedereen werd door de noodklok en de
omroeper opgeroepen tot hulpverlening.
Van de bijna 3000 inwoners waren er
700 bezig roet spaden, zandzakken en
planken. Ook de Ned. Herv. predikant
Ds. Waardenburg hielp door met een
lantaarn bij te lichten. Gedurende een
paar uur had men 20.000 zakken met
zand gevuld. Gelukkig wist men de
doorbraak van de dijk te voorkomen.
Grote schade.
De hele zondag werd er doorgewerkt
tot tegen de avond de storm ging liggen.
Nu pas kon men zich goed de schad?
aan de vissersvloot realiseren. Van de
150 schepen waren er slechts 9 op hun
plaats gebleven, de rest lag her en der
verspreid op de kade en tegen de dijken.
Sommige in elkaar geschoven of totaal
versplinterd, alleen wat wrakhout over
latend. Slechts 25 schepen liepen geen
of weinig schade op.
Vijf scheepjes heeft men zelfs nooit
meer terug kunnen vinden.
In een paar uur hadden vele vissers
hun bezit en dus ook hun broodwinning
verloren. Zoals een vroegere inwoon
ster van Bruinisse het in dichtvorm in
de „Zierikzeese Nieuwsbode" uitdrukte:
„Arme vissers van Bruinisse,
Zwaar heeft u het lot beproefd
Welke vreselijke uren
Hebt ge allen doorgebracht.
Welk een droeve zondagmorgen
Volgde op die bange nacht.
Telkens wordt uw werk vernietigd.
Telkens weer uw brood bedreigd.
Telkens weer die bange uren
Als de zee angstwekkend stijgt".
Doordat het telegrafisch en telefonisch
contact met de buitenwereld verbroken
was (radio kende men toen nog niet),
werd het maandag vóór men in Holland
van de ramp op de hoogte kwam.
Medeleven'.
Een der eersten die het geteisterde
Bruinisse bezocht was koningin Wilhel-
mina. Maandagmorgen verliet ze Het
Loo, reisde per trein tot Oudenbosch en
vandaar per auto naar Anna Jacobapol
der. Daar voer ze met de tramboot
„Zijpe" over. Te voet liep ze naar het
dorp, een wandeling van 20 minuten.
Daar was het niet bekend wanneer de
Koningin zou aankomen, zodat er nie
mand was om haar te begroeten. De
burgemeester en de gemeenteraad ver
gaderden op het gemeentehuis, toen een
bode op de fiets kwam meedelen dat de
Koningin was gekomen. Op het raad
huis begroette de burgemeester haar en
vergezelde haar naar de meest gehaven
de plekken. Ze onderhield zich met de
getroffen vissers en na een uur verliet
ze het dorp weer op dezelfde manier als
ze gekomen was. Ze schonk zesduizend
gulden aan het op te richten steuncomi
té, dat van alle kanten uit Nederland en
ook daarbuiten giften ontving.
Dinsdagavond ging Bruinisse naar de
kerk. In de Hervormde kerk preekte
Ds. Waardenburg over Klaagl. 3 22
„Het zijn de goedertierenheden des He
ren, dat we niet vernield zijn". In de
kerk der Geref. Gemeente ging Ds. Roe-
lofsen voor met als tekst Jeremia 22
29 „Land, land, land! hoort des Heeren
woord".
Behalve aan de schepen 50.000,-)
was er ook grote schade aangericht aan
de mosselpercelen.
De meeste vissers (270 gezinnen) leef
den van de mosselvangst, slechts enke
len van de oesterteelt. De laatste jaren
was het niet best gegaan met de mos
selvangst. Nu de mosselbanken goed
bezet waren en de prijzen behoorlijk (er
was veel vraag in Londen en Parijs
naar onze mossels), beloofde het een
goed jaar te worden. Maar in één nacht
was die hoop vernietigd.
In andere plaatsen.
Ook andere delen van ons land had
den van deze storm te lijden. In het
oosten had men er niets van gemerkt,
daar was het goed weer. Vooral Weste
lijk Nederland werd zwaar getroffen.
Ontelbare bomen werden ontworteld (in
het Haagse bos werd een ware ver
woesting aangericht), schepen vergingen
waarbij niet alle opvarenden gered kon
den worden, dijken braken door en
vruchtbare polders liepen onder.
Hier volgen nog enkele voorbeelden
uit Zeeland. In Westkapelle werd de
Russische bark „City of Benares" tegen
de dijk geslagen, waarbij tien mensen
verdronken. Een Belgische loodsboot uit
Vlissingen verging voor de Belgische
kust en hierbij lieten twaalf gehuwden
het leven. Voor Zoutelande vloog het
Engelse stoomschip „Edward Dawson",
geladen met petroleum, in brand. Het
brandde 12 dagen en nachten en zes
schepelingen vonden de dood. Bij Dom
burg liep een vissersboot uit Oostende
op het badstrand; waarbij één man ver
dronk en de andere drie gered werden.
Een andere Oostender vissersboot
sloeg bij Oostkapelle tegen de paalhoof-
den stuk, ook weer ten koste van twee
mensenlevens.
Ook veel binnenvaartschepen vergin
gen of liepen vast. Bij Dinteloord ver
dronk daarbij een jonge weduwe met
Op 8 aug. 1934 besloot het Transvaalse
Congres van de Nationale Partij met 281
tegen 38 stemmen om zich aan te slui
ten bij de S.A.P. Op de volgende dag
besloot een kleine groep nationalisten
o.l.v. advocaat Hans Strijdom de Natio
nale Partij voort te zetten.
Strijdom begon zonder geld, zijn
meeste aanhangers waren straatarm,
maar de bereidheid om te offeren was
zeer groot.
Strijdom kwam met de oproep: geef
zilveren kogels aan de partijkas! Een
zilveren kogel was een bijdrage van
1,25. Een wegwerker, die 2,75 per dag
verdiende, beloofde 100 kogels. Hij hield
woord! Op een afdelingsvergadering in
Derdepoort (W. Transvaal) bracht de
collecte maar 20,op. Daan de Wet
Nel, de partijpropagandist, deed op
nieuw een beroep op de zaal. Toen
stond een boer op en hij zei: „Ek het
net drie beeste. Mij kerk is in nood.
Gister het ek een bees vir my kerk ge-
gee. My Nasionale Party is in nood.
Vandag gee ek 'n bees vir die Nasionale
Party. Met die ander een sal ek aan
boor". De Wet Nel wou de koe niet aan
nemen, maar de boer zette door, hij
verkocht de koe en hij stortte het geld
in de partijkas.
Onze Werkgemeenschap heeft het nog
altijd moeilijk, vooral door gebrek aan
geld. Wij hebben het geld hard nodig,
voor de tournee is er voor de helft.
Neem een voorbeeld aan die wegwer
ker en die boer uit Transvaal. Geef zil
veren kogels aan de N.Z.A.W.-kas, Post-
giro 272102 t.n.v. Stichting N.Z.A.W. te
Rotterdam.
Uit de N.Z.A.W. - kroniek.
haaf vijf kinderen. In Yerseke werd
grote schade aangericht aan de oester
percelen en het kreeftenpark.
Lange tijd is de storm van 30 septem
ber 1911 de grootste van Zeeland ge
weest. Tot ze helaas werd over
troffen door de ramp van 1 februari
1953, die veel groter verwoestingen
heeft aangericht en ook veel meer men
senlevens heeft gekost.
Middelburg.
L. van Wallenburg.
OUDE TONGE
De extra collecte in de Ned. Herv.
Kerk voor de kerk heeft opgebracht
506,85; voor de kinderbescherming
261,29; de toren 428,16; de kerktele
foon leverde over twee maanden
322,67; de stand van het guldenfonds is
1300,—.
i
1
uinr schtcruol ^W^^^W
^GRONINGEN i
t
NATUURLIJK BU
MIDDELHARNIS
Bovenstaand een foto van het verbrede „Smalle Einde" te Ouddorp dat zoals we in ons dinsdagnummer berichtten
eind vorige week, nog juist voor de bouwvakvakanties voor het verkeer werd opengesteld. Links vooraan is het
z.g. blauwe huis te zien dat ruim driehonderd jaar oud is. In het midden van de foto is nog een deel van de korenmolen
van Pape te zien. Het „Smalle Einde" vormt de verbinding tussen de Provinciale weg en de Oudelandseweg die ook
door het recreatieve verkeer druk bereden wordt.
IBAND
fing en het
personen ui
en uitsluitenf
|u weerhiel*!
reis te
Jcring" en kul
lelfde geloois|
tunt u op
wij een sp^
an Haaren
Luxemburg!
Ind van 3 ''l
p.p.
fGEREN.
te^Tn BlooïHa^r ^''^^i'P vertelde hij haar het ver-
.w;^ Br, geuzenpenning,
raam. '!^^,.snap alleen niet zei Mieke
f m met wist dat Lieven de Smet één
^H onzen is!"
'cS^ ^»i'?^*,l^ ^0 moeilijk te begrijpen
RFlZB^Kf^u '^it kijk eens, toen ik
JtsiüKo-^™ verliet, is me gezegd, dat ik
(010) li^''^K^ in verbinding moest stellen met vijf
pannen, wier namen mij genoemd wer-
F' Denecjter, de lakenkoopman, Tho-
r^ Ji^ruyk, de timmerman, Kobe van
/eH^^Ki ^'^PPen, afijn, jij kent ze wel. Ver-
^Bugens werd me gezegd, dat één van
■"Jf mij in contact zou brengen met
jRVQLGVERHAAL
door P. de Zeeuw J.G.211.
f-V. Uitgeverij „De Banier" - Utrecht
i „Wat vertel je me nou? Moet jij naar
J^e vnend van de Spanjaarden? Naar
p vent, die ze Judas noemen?"
(„Ja zeker... want die judas is name-
BK geen vriend van de Spanjaarden.
^J IS een van de voornaamste aanhan-
I ii7^" Willem van Oranje!"
„Weet je dat wel zeker, Frans?"
I „Heel beslist".
de hoofdleider. Die man zou zich zelf
aan mij presenteren door middel van
een gouden geuzenpenning. Nu, en dat
is vanmiddag gebeurd".
„Dus die schepen De Smet
„Is één van de trouwste aanhangers
van Willem van Oranje, Hij heeft grote
weverijen en is zeer rijk. 't Is één van
de voornaamste burgers van Antwerpen.
Hij heeft direkt begrepen dat hij in de
gaten zou lopen, als hij zich bemoeide
met de opstandige bevolking. De politie
zou hem dan dadelijk hebben uitgeran
geerd. Daarom is hij zo slim geweest
aan te pappen met de Spaanse autori
teiten. Hij deed het voorkomen alsof hij
de vaderlandse zaak als een verloren
zaak beschouwde en daarom eieren voor
zijn geld koos. Hij diende zogenaamd de
zaak van de onderdrukkers en spekte
daardoor zijn zak. En dat heeft hij
meesterlijk gedaan. Voor de onderdruk
ten heeft hij al heel wat geld geofferd
en hij zou voor hen zijn leven geven en
ondertussen menen zij, dat hij de slaaf
is van de bloedhertog en zijn vazallen.
Ze noemen hem in Antwerpen de Judas
vertelde Frans verder maar Wil
lem van Oranje weet beter. De Prins is
bijna altijd krap bij kas. Hij heeft inder
tijd zijn kostbaarheden moeten verko
pen om aan geld te komen voor het hu
ren van soldaten. Langs een heimelijke
weg heeft De Smet al vaak grote som
men geld naar Oranje gezonden". Hier
onderbrak Mieke het lange verhaal van
Frans. Blijkbaar interesseerden haar de
ze bijzonderheden niet erg. Er was een
vraag, waarvoor zij meer belangstelling
had. Daarom vroeg ze: „Maar hoe wil je
dan midden in de nacht bij De Smet
komen, Frans? Je weet, dat je niet op
straat mag zijn né. de avondklok. En je
weet ook dat er de hele nacht patrouil
les door de stad trekken. Als ze je zien...
o, ik moet er niet aan denken! En trou
wens, hoe wou je uit dit huis wegko
men? Dat kim. je niet eens. De voordeur
kun je niet open doen zonder lawaai te
maken en door dat leven zou je Michel
en Gertrude of, wat veel erger is, Lopez
wakker kunnen maken. Lopez zou di
rekt komen kijken en je was er bij. O
Frans toch, wat ga je je nu weer aan
grote gevaren blootstellen, ik ben zo
bang..." „Maak je vooral niet bang,
Mieke! antwoordde Frans bedaard
ik weet wel, dat dit ^een pleziertochtje
is. Maar ik heb alles goed overdacht en
mèt voorzichtigheid en overleg kom ik
beslist wel waar ik zijn moet. Dat ik er
's nachts op uit zou moeten, wist ik al
lang. Daarom heb ik mijn plannen ook
al klaar en ik heb alle mogelijkheden
secuur overwogen. Natuurlijk ga ik niet
door de voordeur, maar er zijn nog an
dere manieren".
„Je wilt zeker door de deur van de
binnenplaats?"
„Nee, dat gaat niet, want van die
deur heb ik Lopez de sleutel gegeven.
Alleen hij en zijn mensen maken van
die deur gebruik. Nee, dit raam lijkt
mij een veel betere weg, Mieke!"
„Je wilt er toch niet uitspringen?"
„Ik zou dat gemakkelijk kunnen doen,
door met mijn handen aan de venster
bank te gaan hangen. Maar ik zou her
rie maken, als ik op die manier op de
grond terechtkwam. Nee, ik doe het
anders. Op de vliering heb ik een touw
verstopt, dat gebruikt wordt om tonnen
bier in de kelder te laten zakken. Zo'n
ton bier weegt meer dan ik en dus kan
het mij gemakkelijk houden.
Ik maak dat touw vast aan de venster
bank en laat mij dan zo zachtjes moge
lijk naar beneden glijden. Ik kom in de
steeg terecht en daar heb ik geen last
van buren. Zonder enig gevaar kom ik
dus buiten. Als ik weer naar binnen
wil, gooi ik een steentje tegen dit raam
en dan laat jij het touw weer zakken
maar onderbrak hij zichzelf dan
zal jij al die tijd wakker moeten blijven,
Mieke!"
„Dat is het minste, dat komt er niet
op aan! zei Mieke met overtuiging
Het gaat over jou. Als je eenmaal bui
ten bent, dan begint het pas, Frans. Je
moet zorgen dat de nachtwacht en de
patrouilles je niet zien. Elke nacht hoor
ik ze voorbij komen!"
„Ik ook, en ik heb daarbij opgemerkt
dat ze regelmatig terugkomen. Wanneer
ik het raam uitga juist als er een ge
passeerd is, heb ik de kans, dat ik de
volgende niet tegen het lijf loop!"
Mieke was nóg niet gerust.
„Op de Grote Markt lopen natuurlijk
weer andere patrouilles zei ze en
op andere uren. Hoe moet dat dan,
Frans?" „Kijk eens hier, Mieke, een
beetje risico blijft er natuurlijk altijd
over. Maar ik verzeker je, dat ik mijn
oren goed zal openhouden, dat is het
voornaamste... Maar kleine Mieke, wat
zie je bleek!"
„Dat is heus geen wonder, Frans, het
is de eerste keer dat jij je in zo'n groot
gevaar gaat begeven".
„Dat is zo, en het zal heus niet de
laatste keer zijn, Mieke! Kijk eens, het
is immers niet denkbaar, dat we iets tot
stand kunnen brengen zonder daarbij
gevaar te lopen. Wij zijn nu in de
moeilijkste periode, Mieke, en we moe
ten nu tonen wat we waard zijn; ben je
dat met me eens?"
„Ik beloof je, dat ik de moed niet zal
opgevenmaar daarom begrijp je
toch wel, dat ik me bezorgd maak over
jou?" „Dat vind ik lief van je. Maar
heus, je zult zien dat alles goed zal af
lopen, als we maar voldoende vertrou
wen hebben..."
„Op God fluisterde Mieke Ik
zal voor je bidden, Frans".
Een ogenblik was het stil.
Toen begon Frans weer: „Als ik soms
eens... als je me niet terug zou zien ko
men, bedoel ik..."
Hij zag, dat Mieke's ogen van angst
verstarden en daarom zweeg hij.
Enkele ogenblikken later zij hij: „Ik
zeg dat nu, maar heus, Mieke, dat zal
natuurlijk niet gebeuren... ik zei het al
leen maat, omdat je er rekening mee
moet houden. Kijk eens, als ik niet
mocht terugkomen, dan moet je me be
loven, dat jij morgenochtend vroeg di
rekt naar Lieven de Smet zult gaan.
Beloof je me dat?"
„Ja Frans!" klonk het zacht.
„Bij De Smet ben je veilig. Ik zal met
hem over jou spreken en hij zal je ver
bergen, zodat de mensenvleeseters jou
niet te pakken kunnen krijgen. Ze zul
len je nooit zoeken bij de vriend van de
gouverneur. Als het dag is en ik ben
niet terug, mogen ze jou hier niet meer
vinden. Heb je het begrepen, Mieke? En
beloof je me, dat je het zó zult doen?"
„Ja Frans zei ze fluisterend ik
beloof het je!"
Het zou nog twee uur duren vóór
Frans zijn avontuurlijke tocht kon be
ginnen. Daarom drong hij er bij Mieke
op aan, dat zij zou gaan slapen, totdat
hij wegging.
„Als ik vertrek zal ik je wakker ma
ken, en je moet dan wakker blijven tot
ik terug ben. Doe nu het licht maar uit;
het is niet verstandig het raam zo lang
verlicht te laten!"
(Wordt veroolgd)