IIAnDEn tllEUWS I Flakkee vielen zes loninklijke onderscheidingen Wie is dit meisje ORQelS m öe ,,Qouöen óelta" Uitstekend kerkconcert in Oude ïonge Sirijen, Ned. Herv. kerk blad Vrijdag 3 mei 1968 No. 3683 X Sidderen voor kikkerdril Het werk van zes Flakkeeërs is door \m. i^ Koningin met een Koniriklijke inderscUeiding beloond geworden. On derstaand worden er vijf vermeld; in L nummer van maandag brachten we l verslag van de uitreiking van de ilveren Eremedaille aan dhr. L. Wit- lliet te Dirksland. Maandag trok weth. Tflii Eek met zijn college, weth. Klein- kld en de gemeentesecretaris erop uit 'm drie ingezetenen van Middelhamis i verrassing van hun leven te bezor- U. Twee onderscheidingen kwamen in tostflakkee terecht. Zilver voor Anth. Visser De heer Anth. Visser te Middelhar- [lis heeft zich vooral verdienstelijk ge- jiaakt op het terrein van de sport. Zo 1 hij het oudste lid van de voetbalver, i iFlakkee" en i.v.m. zijn 40-jarig lid- liaatsehap tot erelid gepromoveerd. Hij Slaakte 15 jaar deel uit van het bestuur |n was twaalf jaar verzorger van de pelers van het eerste elftal. 0hr. van Eek meende de tegen- wordige wedstrijden beziend dat m verzorger het wel druk moet heb ben of het moest zijn dat men in de iijd van dhr. de Visser wat vriendelij- per tegen elkaar was en wat minder gemakkelijk ging liggen! Ook in de Schaaksport stond dhr. Visser zijn mannetje. Van beroep was dhr. Visser huis- fechüder, in welk beroep hij ook niet Bfzijdig heeft willen staan. Hij was B5 jaar penningmeester en stevige fteunpilaar van de afdeling Goeree- Dverflakkee van de Schilderspatroons- Ibond. Het was loco^burg. van Eek, de ver diensten van dhr. Visser kennend, dan bok een groot genoegen hem de zilve ren Eremedaille in de Orde van Oranje Nassau te kunnen opspelden. Dhr. Visser werd daarop door velen gelukgewenst, o.m. door de voorz. van Be Schilderspatroonsbond, dhr. G. de iConing. Dhr. Visser beloofde hem de njftig jaar als penningmeester vol te naken. Dhr. P. V. Rumpt geridderd Voor de heer P. van Rumpt, mede jlirmant van het landbouwmechanisa- tiebedrijf van Rumpt te Stad aan 't Haringvliet, was de benoeming tot Rid der in de Orde van Oranje Nassau een ^Volledige verrassing waardoor hij even ■iM'yt het veld" geslagen was. Dhr. van Rumpt begon zo rele veerde loco burg. van Eek in 1938 afs agent voor Flakkee van de Cater pillar rups trekkers. In de oorlogsjaren repareerde hij werktuigen en auto- wekers uit oude materialen. Dhr. van ftumpt wierp zich na de oorlog op als Bouwer van trekkerploegen; in 1947 üemonstreerde hij voor de eerste maal J^et een Rumptstadtploeg waarvan in /«52 de lOOOste werd verkocht. In 1951 i^erd fa. van Rumpt Ferguson dealer van welk merk er op Flakkee zo'n 600! rijden! Pa. van Rumpt benutte de mogelijk heden van de hydraulische hefinrichting diepteregeling, er kwam een Rumpt- istadtkantelploeg, een werktuigenbalk en «en cultivator, een sohoffelbalk en uien- rooier, alle aangepast aan de Neder landse bodem en er op gericht de mo- phjkheden van. de trekker te vergro ten. ^a- van Rumpt telt momenteel plm. 100 personeelsleden, beschikt over een reparatiedienst met een speciale ploeg monteurs en haar bedrijfsgebouwen be slaan een oppervlakte van enkele dui zenden vierkante meters en fa. van Rumpt neemt 1/3 deel van de Neder landse „ploegenmarkt" voor zijn re kening. In de wetenschap dat dhr. van Rumpt plaatselijk, eilandelijk, nationaal en in ternationaal een bijzonder gewaardeer de persoon is speldde weth. van Eek hem de versierselen op behorend bij het Ridderschap in de Orde van Oranje Nassau. „Als het publiek ons werk aanvaard is dat inderdaad een felicitatie waard" vond dhr. van Rumpt. Hij bracht een deel van de uitgesproken waardering terug óp zijn medewerkers en perso neelsleden. „Ik ben er stil van ver klaarde de pionier in de landbouwme chanisatie. Dhr. Joh. Mol, Ridder in Orde van Oranje Nassau De heer Joh. Mol die vanuit Zeeland zich in 1934 in Middelhamis vestigde blijkt een bijzonder aanpassingsvermo gen te hebben. Na de oorlogsjaren werd dhr. Mol actief binnen verschillende Organisaties en Verenigingen. Hij werd gekozen tot voorzitter van de Organisatie tot her stel van landerijen en het vaststellen van vergoedingen, verbetering van uit- wateringen enz. Dhr. Mol nam zitting in besturen op regionaal en nationaal niveau. Hij werd voorz. van de raad voor bedrijfsontwik keling, voorz. van het Ontwikkelings fonds, hoofdbest. lid van de HoU. Mij., voorz. van de afd. Flakkee van de Hoïl. Mij., voorz. van de Lieve Vrouwepol der en Nieuwe Stad, hij heeft zitting in de Commissie TNO van het Landbouw schap; voorz. van de Coöp. Ver. „de Plantui"; Lid van de Ver. Verg. de Dijkring Flakkee enz. enz. Speciaal noemde dhr. v. Eek de prettige wijze waarop dhr. Mol samenwerkt met de Rij kslandbouwvoorlichtings dienst. In dhr. Mol zag dhr. v. Eek dan ook een dynamische figuur die op het gebied van leiding geven en organisatie een ze kere faam bezit, vandaar ook zijn voor zitterschap van de „Fluzi" commissie. Voor het vele werk dat dhr. Mol voor de gemeenschap heeft gedaan was hem thans door H.M. de Koningin het Rid derschap toegekend. Dhr. Mol zeer erkentelijk voor de hoge onderscheiding verklaarde nooit met opzet in deze richting te hebben gewerkt. Het lijstje met functies, door dhr. van Eek genoemd, kon naar dhr. Mol verzekerde nog eens zo lang worden gemaakt. Nu dhr. Mol zich van zijn bedrijf terugtrekt zal hij voor meer dere functies bedanken; hij vond het verheugend dat er mensen bereid ge vonden worden voor te zetten waar door anderen is begonnen. Andere functies zal dhr. Mol nog graag blijven behartigen. Hij toonde zich dankbaar voor de waardering die in het toeken nen van de Onderscheiding is neerge legd. Kon. Zilver voor Jac. Fun Ooltgensplaat Op een in de raadzaal gehouden bij eenkomst werd aan dhr. Jac. Fun de zilveren eremedaille uitgereikt. Burgemeester v. d. Harst bracht daarop in het midden hoe de heer Fun 40 jaar als. zondagsehoolleider het Evan gelie aan jonge kinderen heeft mogen brengen. Het zondagsschoolwerk is evenals het kleuterschoolwerk van uit zonderlijk groot belang, daar de kin deren op latere leeftijd dikwijls met vreugde op deze tijd terugzien en zich van het geleerde veel weten te herin neren en zelfs in het leven tot steun kan zijn. Spreker tipte ook nog even de andere functies van de heer Fun aan; zo is hij jaren bestuurslid geweest van de Varkenshouders vereniging; lid van het stichtingsbestuur voor de bouw van „Elthato" en momenteel nog bestuurs lid van de Kolenbond „Algemeen Be lang". Burg. V. d. Harst verklaarde dat hij als kind best bij dhr. Fun op de zon dagsschool had willen zitten.... Vorig jaar is dhr. Fun reeds door personeel, bestuur, kerkeraad en kin deren gehuldigd. Hij denkt weleens of het werk geen ploegen op rotsen is, maar als hij dan, net als j.l. zondag morgen 12 jonge mensen voor de kan sel in de kerk hun belijdenis des ge- loofs hoort uitspreken en afleggen( ve len van hen gingen op de zondags school), dan krijgt hij weer moed en dat geeft hem kracht om voort te gaan. Zilver voor J. Bakelaar, Den Bommel Veertig jaar was de heer Bakelaar werkzaam hij het landbouwbedrijf van Gebrs. de Lint. „U was als voorman de zuil waarop het bedrijf steunde," al dus de burgemeester en de familie^ de Lint heeft ons gezegd hoe zeer zij uw activiteiten heeft gewaardeerd. Een klopje op de schouders is daarom niet overbodig. Tegenwoordig liggen de za ken anders dan vroeger toen men hard moest werken, nu valt het accent meer op het trouw zijn en het te blijven. „Bij dit jubileum onderscheiden zich dan ook drie dingen, n.l. trouw, ijver en plichtsbetrachting", aldus burg. v. d. Harst. Ook de grootvader van de heer Ba kelaar werkte vanaf 1900 op het bedrijf, toen eigendom van de heer C. Breure. In' 1921 kwam de familie De Lint (af komstig uit Noord-Brabant) op de boer derij onder Den Bommel. De vader van de heer Bakelaar (nu 82 jaar) was 55 jaar op het bedrijf werkzaam. Bij het 50-jarig jubileum werd hij onder scheiden. -O- De organist van de Sacramentskerk te Breda, Tijn van Eyk, gaf dinsdag 30 april j.l. een boeiende orgelbespeling op het Frobenius-orgel in de Ned. Herv. Kerk te Oude Tonge. Hij begon zijn concert met twee werken van Jan Pie- terzn Sweelinek: de kleine toccata in a en de bekende echo-fantasie in d. Bei de werken kregen een bijzonder ver fijnde vertolking in een zorgvuldig afgewogen registratie. De kleine toc cata in a wordt zelden op een concert ten gehore gebracht, toch is dit werkje ondanks zijn kleine afmeting, zeer de moeite waard om te beluisteren. B. van den Sigtenhorst Meyer beschrijft deze toccata in zijn boek „Jan Sweelinek en zijn instrumentele muziek" als het klei ne zusje naast de 13 stoere broers. (Er zijn namelijk 14 toeeaten van Sweelinek bekend). Van Clérambault volgde de suite du deuxieme ton. Ook hier bleek de grote muzikaliteit van de uitvoerder zowel in registratie, als voordracht. In Pachelbels koraalpartita „Werde munter, mein Gemüte" werd al spelend een klein misverstand met de registran- te, op verbluffende wijze en met grote tegenwoordigheid van geest opgevan gen, zelfs zonder enige wijziging van tempo. Mocht van de Fantasie en Fuga in c moll van J. S. Bach het eerste gedeel te mij minder geïnspireerd schijnen, in de Fuga bereikte Tijn van Eyk een indrukwekkende climax. Ook de Pastorale van Cesar Franek werd met intense muzikaliteit gepre senteerd. Het concert werd besloten met Pre ludium en Fuga van Benjamin Britten op een thema van da Vittora. Een eigen tijds en waardig sluitstuk van deze be speling. Tijn van Eyk die voor de eerste maal op dit orgel concerteerde heeft deze avond wel bewezen een voortreffelijk organist te zijn. Zijn muzikale aanleg, gedegen techniek, (hij feezit namelijk een opmerkelijk fraai toucher) en zijn weldoordachte registraties bewijzen dat hij zijn plaats onder de Nederlandse organisten dubbel waard is. Graag horen wij deze organist, die in het bezit is van de einddiploma's conservatorium voor orgel, clavecimbel en piano, nog eens op het Frobenius- orgel concerteren. Na het concert werd door de aan wezigen het Wilhelmus gezongen. Bas Wijnands. De beide sidderalen in het aquarium van Ouwehands Dierenpark leven in hoofdzaak van kikkers en kleine vis jes. Daar er vooral aan kikkers nogal eens gebrek was, heeft aquariumver- zorger Van de Wijngaard nu emmers en teilen vol kikkerdril uit sloten ge vist met het plan hiermee duizenden donderkopjes en kikkertjes te gaan fokken. Uit de donderkopjes stelt hij bovendien complete sdioonmaakploe- 'gen samen. Ze zijn namelijk gek op algen en wanneer er een aquariumruit groen mocht worden, laat hij een leger tje donderkopjes los in de betreffende bak, die na enkele dagen de ruit weer voortreffelijk hebben schoon gemaakt. Zo blijkt maar weer dat de natuur de natuur nodig heeft om de natuur in stand te houden, althans in evenwicht. Lourens Doorn heet het ventje van de vorige foto. Hijwoont aan de Noord- spuidljk in Dirksland. De mevrouw die dacht dat het Leo van Prooien was had het dus mis evenals onze abonnee uit Den Bommel die Jan v. d. Sluis uit Ooltgensplaat meende te herkennen. De kleine Lourens heeft de foto in de krant maar wót mooi gevonden. Nu zitten we weer voor de viaag wie het meisje op bovenstaande foto is! Hojienlijk heeft het paard haar geen kwaad gedaan en zal hij haar truitje niet hebben gecon sumeerd. Graag horen we van onze lezers wie het meisje is zodat we de ouders de originele foto kunnen toestu ren. Tijdens de oranjefeestvergadering, die in 1838 „ten Gemeentehuize te Stryen" door het Gemeentebestuur en de Kerkvoogden werd gehouden, zat de stemming er bijzonder goed in. Men had bij deze gelegenheid n.l. besloten, een orgel in de Ned. Herv. Kerk te laten bouwen, zodat de roemers vele malen werden geheven, om dit heuglijke feit te bezegelen. Verschillende leden van de vergadering deden belangrijke financiële toe zeggingen en blijkens de notulen, liet ook het dienstertje zich niet onbe tuigd. (Zij schonk 25, In 1839 bouwde P. van Oeekelen, orgelmaker te Groningen, een orgel voor de Ned. Herv. Kerk te Strijen, met de volgende dispositie: Hoofdwerk. Prestant 16 Bourdon 16 Octaaf 8 Holpijp 8 Octaaf 4 Fluit 4 Quintad,een 4 Octaaf 2 Mixtuur V sterk Fagot 16 Trompet 8 Pedaal. Aangehangen Bovenwerk. Prestant 8 Viola di Gamba 8 Holfluit 8 Fluit Travers 8 Gedekt 8 Fluit 4 Fluit 2 Flageolet 1 Vox Humana 8 Hobo 8 Koppeling 2 - 1 en afsluitingen. Systeem: Mechanische sleeplade. - Gedekt 8 Oetaafbas 8 Octaaf 4. 1. Pedaal - Hoofdwerk, (trede.) Tremulant. In 1947 restaureerde ,G. van Leeuwen (Leiderdorp) het orgel, waarna de dispositie als volgt luidt: Hoofdwerk: Prestant 16 Bourdon 16 Octaaf 8 Holpijp 8 Quintadeen 8 Octaaf 4 Fluit 4 Quint 2 ^/s Octaaf 2 Cornet 5 sterk (discant.) Trompet 8 Mixtuur 4 sterk. Bovenwerk (Zwelkast). Prestant 8 Viola di Gamba 8 Gedekt 8 Vox Celeste 8 Nazard 2 2/3 Fluit 4 Fluit 2 Scherp 3 sterk Hobo 8 Regaal 4. Pedaal (EI. pn. transm.). Subbas 16 Prestantbas 16 - Koppelingen: manuaal 2 - (over het gehele werk). Manuaal omvang: C - F 3. Pedaalomvang: C - d 1. Het instrument is op een ruime galerij, tegen de torenwand opgesteld. De oude windvoorziening is nog achter de orgelkas aanwezig, maar thans vervangen door een electrische windmachine. De speeltafel is rechts van het front, tegen de kaswand gebouwd. De registers, uitgevoerd als trekkers, zijn boven de lessenaar in drie ho rizontale rijen aangebracht. Op een koperen plaat, direct boven de beide manualen, staat de volgende inscriptie: „Gebouwd door P. van Oeekelen te Groningen in 1839. Geres taureerd in 1947 door G. van Leeuwen". Het front. Hoewel de werken-opbouw nog in het front is terug te vinden, maakt het geheel al een decadente indruk. De vrij vage verdeling van Hoofdwerk en Bovenwerk in het front (zie tussenvelden) werkt storend. (De ronde torens en vlakke tussenvelden worden plompverloren voortgezet in het bovenwerkgedeelte.) Op de kroonlijst van de middentoren staat een met „gouden straleiikrans" versierd, witgeschilderd schild, met het jaartal 1839. De zijtorens dragen ieder een tuinvaas. (groen geschilderd en met ver gulde oren, sierrand en franse lelie.) Het pijpwerk is met aluminiumverf en van een goudkleurig labium voor zien. Onder de kroonlijsten van de torens en aan de lijsten van de velden zijn gordijnen met kwasten en koorden in witgeschilderd snij-werk voorgesteld. Aan de pijpvoeten vinden we lofwerk met blad-aar en bloemmotieven. Het houtwerk van de kas en het front is donkerbruin geschilderd. Het snijwerk aan weerszijde van het bovenwerk, toont een muziekboek met muziekinstrumenten. (Lier - hoorn - mandoline.) Tegen het hoofdwerkgedeelte van de zijtorens leunt een witte engel met gouden bazuin. In de balustrade rechits van het front zit een klein ven stertje waardoor de organist tijdens het spelen, in de kerkruimte kan kijken. Geplooide, zware, donkerbruine (en echte) gordijnen die van, op de hoogte van het bovenwerk aangebrachte, roeden afhangen, doen de blanke engelen-figuren niet onvoordelig uitkbmen. De orgelkas. Aan de binnenzijde is de orgelkas met hardboard betimmerd. De kas is tamelijk diep, maar wel geheel gesloten. Achter het bovenwerk is, buiten de kas en boven de „balgkamer", pijp werk opgesteld. (Bourdon 16). Op de achterwand van de Hoofdwerkkas staat geschilderd: „Gesticht uit vrijwillige bijdragen der Gemeente Stryen en Stryensas in het jaar 1838". (Dan volgen de namen van het gemeentebestuur en de Kerkvoogden.) Vervaardigd door P. van Oeekelen te Groningen. Geëxamineerd en bij de ingebruikname bespeeld door B. Tours, organist te Rotterdam den 2 den February 1840." Een tweede bord vermeldt het volgende: „Gerestaureerd juni 1947". (Dan volgen de namen van het Kerkbestuur, de predikant enz. alsmede de notabelen der gemeente en de naam van de organist G. v. d. Wolf.) „Gerestaureerd door G. J. van Leeuwen en Zn., Leiderdorp. Bespeeld bij de ingebruikname door J. H. Besselaar organist en adviseur te Rotterdam, 2 Maart 1948." Bas Wijnands.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1968 | | pagina 9