iiivnDEn niEuws
I
Vaderlandse bid- en dankdagen
RAIFFEISENBANK
GOEREE-OVERFLAKKEE
DESIREE
iHondemastate"
n
teA^^
TllUnruxnxii'j
Zeeuwse wandelingen
bil elke gulden een dubbeltje eadeau!
D\i\es en Daijes
Financieel overziclit
De,tegenwoordige'jeugd
Ban ingetrokken
VOLKSWAGEN- en
OCCASION-VERKOOP
SHOW
KEUVELAAR
ieih.
er!
[horloge
|en toch
pg.
HOEST POEDERS YiBPkon
GRIEP POEDERS verrassend
spaarbank en alle bankzaken
j. r.. de i^ioirii: - üoiiii£i^mi>ijk
MIDDELHARNIS
blad
Vrijdag 1 maart 1968
No. 3666
3ndens-
Ischik-
laken,
gelling
m uit
beerde
ont-
In met
ik
p-eling,
3t bu-
Alles mag Nog niet ver genoeg
_- Verschuivingen in de moraal
ie regelmatig de krant leest, naar
radio luistert en al is het maar bij
mndering eens naar de televisie
jkt, kan zich niet aan de indruk ont-
iltlïen, dat vi^e in een tijd leven, waar-
alles mag". Het lijkt vsrel alsof er
Irgens regels, nergens wetten meer
ior bestaan. Natuurlijk is dat wat
lerdreven en gegeneraliseerd. Geluk-
tiouden de meeste mensen er nog
jde en vaste normen op na. Maar er
jn er ook niet weinigen die bijna vol-
ipien normloos leven en naar het
Jiijnt neemt hun aantal sterk toe. We
[uden daarvan vele voorbeelden kun-
in geven.
Wie het boek van Ben van Kaam:
'arade der mannenbroeders" heeft ge
ien, zal zich wellicht herinneren, dat
lari'n (het beschrijft de tijd tussen de
ree wereldoorlogen) telkens sprake is
toenemend zedenbederf, toenemen-
zedenverwildering.
'"^'.De vaderen", die daartegen waar-
'uwend hun stem verhieven, moesten
nog eens hun ogen kunnen opslaan.
ink alleen maar aan de publicaties
in de N.V.S.H., en ook aan de radio-
(tzendingen van deze mini-omroep.
it blad „Sextant", waarin praktisch
HOOFDPIJN POEDERS
KIESPIJN POEDERS
vrije liefde wordt gepropageerd, is
1 gewoon in de handel. En wie voorts
tg van haar opvattingen wil „genie-
in", kan elke woensdagavond naar de
Idio luisteren. Niet alleen worden in
[e uitzendingen vele heilige huisjes
jnvergetrapt, maar ook worden daarin
Iverse personen die het met deze the-
Tieën niet eens zijn, op de korrel ge-
Bmen op een manier, waarvan een be-
ihaafd mens zich afvraagt, hoe dit in
In beschaafd land (laat staan in een
Iristelijk land?) mogelijk is... Goed,
|t is alleen maar het sexuele terrein,
radio en de televisie (en evengoed
pers, maken zich aan dat kwaad ook
huldig. Het is een modeverschijnsel.
If men de inzichten van een bepaalde
lan opdringt aan het geheel van de
^volking en dat men dan vervolgens
dereen die het daarmee niet eens is,
bor het forum van het luisterend en
jjkend publiek aan de schandpaal zet.
is ook niemand die zich daartegen
frweren kan, want we leven immers
een vrij land waarin vrijheid van
ukpers etc. de hoogste goederen zijn?
dan maar niet te spreken over de
benbare lastering van God en van Zijn
faam, zowel in de zogenaamde litera-
lur als door middel van de grote publi-
Tteitsmedia. In het proces - Van het
feve hebben we gezien dat daar weinig
J niets aan te doen is. In naam van de
hjheid van meningsuiting kan iedereen
Iggen of schrijven wat hem of haar
peddunkt. En de overheid en ook de
fechterlijke macht hebben naar hun
jgen zeggen geen orgaan om de Wet
Tods te kennen en missen dus ook de
^voegdheid om naar die Wet te oorde-
iDat alles kwam weer eens heel duide-
Bk voor me te staan toen ik min of
leer toevallig Het Vrije Volk van 3
|br. j.l. in handen kreeg. Het weekend-
Ijvoegsel van deze krant bevatte o.m.
pn interview met Mevr. P. in 't Veld
jes, die voorlichtingswerk verricht
|Wj de N.V.S.H. Ik heb weinig zin om
feten uit dit artikel ten beste te ge-
p, daarvoor vind ik het allemaal te
Jismakelijk (als zij dit leest zal zij me
pi gefrustreerd vinden...) Maar het
wam hierop neer: Ondanks allerlei
fxuele voorlichting zijn we nog niet
pel verder gekomen. We lopen nu wel
|n beetje meer bloot, maar we geven
nog niet bloot, m.a.w. we praten
pg niet vrij en frank over het sexuele
Iven. En we hebben bij een driehoeks
verhouding ook nog veel te veel het
gevoel van: „Dat mag toch niet". We
leven, aldus haar eigen woorden „onder
het juk van een kromme moraal". Het
hele artikel ademt een geest van norm
loosheid. Het staat er letterlijk: „Nog
steeds wordt niet gezien dat de normen
voor de sexualiteit niet aan een ander
voorgeschreven kunnen worden". Dat
wil dus zeggen: Ik stel zelf die normen
vast, maar dan ook alleen voor mezelf.
Voor zover er toeval bestaat, alweer
toevallig, kreeg ik ook een artikel in
handen uit het „Centraal Weekblad
voor de Gereformeerde Kerken in Ne
derland", d.d. 24 febr. j.l., daarin schrijft
Dr. B. Rietveld onder de titel „Wat on
derscheidt ons nog?" over de verschui
vingen die zich bezig zijn te voltrekken
in de moraal. De schrijver wijst erop
dat de grenzen aan het vervagen zijn.
„Vroeger was duidelijk aan een mens
te zien of hij orthodox christen was...
Hij deed bepaalde dingen en onthield
zich van andere dingen, en iedereen
wist waar dat vandaan kwam. Tegen
woordig is dat onduidelijker geworden.
De christen beweegt zich veel vrijer. De
typisch christelijke dingen, zoals de
kerkgang en het stemmen op een be
paalde partij zijn niet zo vanzelfspre
kend meer... enz."
Nu is dat, óók naar ons oordeel, niet
allemaal verlies. We hebben inderdaad,
ook Dr. Rietveld wijst daarop in zijn
artikel, weleens al te gemakkelijk onze
moraal vereenzelvigd met het gebod
Gods. We hebben vaak gesproken en
gedacht in de zin van: „Dat mag wel"
en „dat mag niet". Uiteraard heeft dat
bij velen afkeer gewekt. Maar het gaat
toch nog wel over de vraag: „Is er een
christelijke moraal of niet?" Het zou ons
te ver voeren daarover nu verder te
gaan, we zullen dat bewaren tot de vol
gende week. Het stuk van Dr. Rietveld
biedt daartoe stof te over.
WAARNEMER.
VARIA
Gelezen in het Pendrechter „Kerkwerf"
„Onze jeugd geeft de voorkeur aan
luxe, zij bezit slechte manieren, heeft
geen respect voor het gezag en voor
ouderen. De kinderen van tegenwoordig
zijn tirannen. Zij staan niet op, wanneer
anderen binnenkomen, zij spreken hen
tegen, spreken ook wanneer hun niets
gevraagd wordt, gunnen zich nauwe
lijks de tijd om te eten en zijn een plaag
voor hun leraren".
Wie zei dat, denkt u? Ridder van
Rappard, Van Riel, Van Dis? Ach nee,
dit overbekende geluid komt van So
crates. (400 c. Chr.).
Binnenkort houden we weer de jaar
lijkse biddag voor het gewas: op de
tweede woensdag in maart, dit jaar dus
op 13 maart. Zwerver „In het zicht van
de Lange Jan" heeft eens in ons blad
geschreven: „Vanouds heeft de kerk al
bededagen gekend en dankdagen gehou
den. De reformatorische kerk heeft deze
dagen in ere gehouden".
Ik heb eens nagesnuffeld wat hiervan
te vinden was. Zo las ik dat hertog
Karel van Gelder reeds in 1523 een be-
dedag uitschreef tegen de vervolging
der' Christenen door de Turken en te
gen de verwoesting, veroorzaakt door
het hoge water der rivieren, „opdat de
goddelijke toorn die over ons is uitge
stort vanwege onze zonden, mocht wor
den afgewend".
Een jaar te voren had men dankdag
gehouden wegens de benoeming van
Adriaan VI tot paus, de enige Nederlan
der die paus geweest is. Dat was dus in
de tijd dat iedereen nog Rooms was.
Op zo'n dag werden processies gehou
den en in de kerk werden de mensen
aangespoord tot het geven van aalmoe
zen en het doen van verdienstelijke
werken.
Stryd tegen Spanje.
Wanneer ons land het Spaans-Roomse
juk heeft afgeworpen, worden deze da
gen sinds 1584 uitgeschreven door de
Staten-Generaal. In die tijd was er een
nauwe band tussen kerk en staat.
Van te voren werd een biddagbrief
naar de magistraat der stad gezonden.
In dit officiële staatsstuk beluisteren
we een ootmoedige toon. Daarin worden
erkend de menigvuldige zware zonden
en overtredingen van de ingezetenen,
die God genadiglijk gelieve te vergeveiV
naar de grootte van zijn vaderlijke goe
dertierenheid. „Hij geve ons allen een
bekeerlijk hart, opdat wij terecht be
keerd worden in Hem weder lief en
aangenaam mogen zijn en blijven in
Christus Jezus, onze Heiland en Zalig
maker".
Het stadsbestuur stuurde deze brief
naar de kerkeraad, die deze brief van
de kansel liet voorlezen. De kerkgangers
wisten dus waarom deze bijzondere dag
werd gehouden. Het kon zijn een bid
stond om de zegen over onze wapens af
te smeken. Of-om te bidden dat de pest
zou ophouden, die in vroeger jaren zijn
slachtoffers bij duizenden maakte, (in
1623 b.v. werd drie keer een dergelijke
biddag gehouden). Of om te bidden dat
een overstroming zou verminderen of
ophouden, dat er een eind zou komen
aan een langdurige vorst f1fi24), die
grote armoede veroorzaakte. Tijdens het
12-jarig bestand werd ons land beroerd
door godsdiensttwisten, kerk en staat
werden in gevaar gebracht. Het zijn de
bekende twisten tussen de Remonstran
ten en Contra-Remonstranten, waarin
de Synode van Dordrecht een uitspraak
heeft gedaan.
In 1619 werd een biddag uitgeschre
ven om aan deze kerkstrijd een einde te
maken. Verschillende Remonstrantse
predikanten weigerden hieraan mee te>
doen.
dit is geen sprookje, maar werkelijkheid, aan jonge mensen
van 15 tot en met 20 jaar die sparen geeft de overheid name
lijk 10 "lo premie over het gespaarde bedrag èn de rente, dat
is de Zilvervloot, dé manier om straks een leuk kapitaaüje te
hebben, inlichtingen'^ kom eens bij ons praten!
Zo'n bepaalde dag kon ook zijn een
dankstond voor behaalde overwinningen
op de vijand. Uit de vele voorbeelden
noem ik: 1628 Piet Hein heeft de Spaan
se zilvervloot veroverd en 1629 Frederik
Hendrik neemt 's-Hertogenbosch in.
Toen de vrede van Munster in 1648
voorgoed een einde maakte aan de oor
log met Spanje en wij als een vrij en
onafhankelijk land erkend werden,
werd er een blijde dankstond gehouden.
Hoe bracht men de dag door?
Op zo'n bededag (in de week) werd
er niet gewerkt en de winkels en her
bergen waren gesloten: men diende zich
te onthouden van spelen, drinken en
„wulpsheden".
De kerken waren soms zo vol, dat
niet allen een plaats konden vinden en
bij de torendeur of buiten moesten pro
beren wat van de preek te verstaan.
Meestal waren de kerken een hele dag
open en werden er 3 predikaties gehou
den. Er waren mensen die de hele dag
in de kerk doorbrachten. Tussen de
preken door konden ze dan luisteren
naar wat een ouderling uit de Bijbel
voorlas, ook werden er boetepsalmen
gezongen. Zonder orgelbegeleiding, de
orgels in de kerk werden tijdens de
dienst niet gebruikt, dat leek te veel op
Roomse eredienst. Later is men tot an
der inzicht gekomen en tegenwoordig
zullen er niet veel kerken meer zijn
waar het orgel niet speelt.
Men bracht zo'n bededag dikwijls
door zonder eten en drinken, want deze
dag was vaak ook een vastendag. Zoals
verschillende synoden dat hadden voor
geschreven, o.a. de Nationale Synode
van 1581 te Midelburg en de bekende
Synode van Dordrecht in 1618/1619.
De bekende predikanten Lodensteyn
en Teellinck waren voorstanders van
het vasten. Er waren dan ook veel vro
me Zeeuwen, die niets aten voor het
eindigen van de namiddagdienst: men
moest in het gebed nuchter voor God
verschijnen. Strenge Rooms-Katholie
ken gaan ook nuchter naar de vroeg-
mis, tegenwoordig is dat echter geen
gedwongen voorschrift meer, zoals er
de laatste tijd zoveel vernieuwingen in
de R.K. kerk, vooral in Nederland, zijn
ingevoerd.
Het is een paar keer gebeurd dat de
predikant tijdens de derde dienst flauw
viel. Dit gebeurde o.a. nog in de vorige
eeuw met Ds. A. de Bruyne te Goes aan
het eind van de laatste dienst. Het vas
ten ging langzamerhand achteruit. In
1905 heeft de Synode der Geref. kerken
besloten de term „vasten- en bededa
gen" te vervangen door bededagen, om
dat vasten niet meer voorkwam en het
ook niet in Gods Woord geboden is.
In een volgend artikel over de ach
teruitgang van deze dagen.
Middelburg.
L. van Wallenburg.
KERKNIEUWS:
In de vergadering van de classis
Utrecht der Geref. Gemeente vroeg een
kerkeraad advies over een oude tucht-
zaak. In de troebele omstandigheden in
verband met de kerkelijke scheuring
zijn indertijd twee leden afgesneden.
Deze mensen gaan nu trouw naar de
Hervormde kerk en zij willen ook lid
van de Hervormde gemeente worden.
Zij hebben de kerkeraad schriftelijk
hun spijt betuigd over hun bij het con
flict aangenomen houding en zij vragen
om opheffing van de ban. Anders kun
nen zij niet toegelaten worden to^ de
Hervormde kerk. Na een zeer uitvoeri
ge bespreking, waarbij oude notulen en
stukken werden geraadpleegd, kwam de
classis tot de conclusie dat deze mensen
verkeerd hebben gehandeld, maar dat
de kerkeraad de tucht weinig liefdevol
heeft toegepast en dat de classis de af
snijding te haastig heeft goedgekeurd.
Nu de betrokkenen hun spijt hebben
betuigd, adviseerde de classis de ker
keraad te verklaren dat de ban als niet
uitgesproken beschouwd moet worden
en dit de gemeente mede te delen.
Over de doop.
Dezelfde classis Utrecht heeft uitge
sproken dat een huwelijk niet kerkelijk
kan worden bevestigd, als een der par
tijen niet is gedoopt. Voordat het huwe
lijk gesloten wordt, zal eerst de doop
moeten worden bediend. De classis ver
wees naar kerkrechtelijke uitspraken
van 's-Gravenhage (1586) en van Dord
recht (1618-1619). Kleine kinderen mo
gen gedoopt worden indien aangetoond
is dat zij geboren zijn op de erve des
verbonds in hun voorgeslachten en in
dien er een reële waarborg voor de
christelijke opvoeding aanwezig is.
Bezoekt onze
iedere zaterdag.
Tel. (01870) 23 43 INRUIL - FINANCIERING - GARANTIE
RIJMEN VAN TIJMEN
't Spook der grote schoonmaak.
Kijkt ons grimmig aan.
Het probeert ook nu al.
Weer z'n slag te slaan.
Menig vrouw des huizes,
Maakt al een begin.
Ook al is dit immers.
Met veel tegenzin.
Maar hoog op de vliering.
Wordt er al gewerkt,
En dat gaat natuurlijk.
Stiekem, ongemerkt.
Want de heer des huizes.
Blijft voorlopig baas.
Nu al te beginnen.
Vindt hij al te dwaas.
„Doe het in de meimaand,
Luidt z'n wijs advies.
Werk een beetje vlugger.
Wees niet zo precies.
Zorg voor 't natje en 't droogje.
Ik eet liefst op tijd."
Vele mannen schuwen,
Schoonmaaknarigheid.
Rotterdam bouwt verder,
't Wordt een wereldstad.
Plaatsen waar men vroeger.
Weinig huizen had.
Zien nu flats verrijzen,
Toren- torenhoog.
Wie daar komt te zitten,
Zit wel hoog en droog.
En er is natuurlijk,
O zo goed geheid.
In de hoogte bouwen.
Teken van de tijd.
Onze schaarse gronden,
Gaan er anders aan,
Als er aan de laagbouw,
Stevig wordt gedaan.
Vele nijvere boeren,
Trokken hier vandaan.
Moeten het nu elders.
Maar proberen gaan.
Huizen, flatten, huizen,
Ene woningzee.
En nog is de Maasstad,
Hiermee niet tevree.
Wat zal 't einde wezen?
't Is niet t' overzien.
Maar men heeft tenslotte.
Niets meer aan te biên.
Emigreren hoort er.
Heden weinig bij.
Het is ook tenslotte,
Wel een heel karwei.
En wie hard wil werken.
Kan bij ons terecht.
Aan de eigen bodem.
Is men 't meest gehecht,
't Aantal is geslonken.
Denk eens aan voorheen.
Toen men soms in massa.
Uit een streek verdween.
Kikkers op een kluitje.
Voelen ook een band.
En er gaat niets boven
't Eigen vaderland.
Men wordt wel voorzichtig,
Want wie emigreert.
Weet dat hij soms jaren,
O zoveel ontbeert.
De elegante verhvingaf-ing
BRUINISSE
Televisie zonder masten. Het ma
ken van c.q. het aansluiten aan Cen
traal Antennesysteem van de 14 nieu
we woningen aan de Accialaan en de
Weststraat te Bruinisse is door de Chr.
Woningbouwvereniging Schouwen Dui-
veland opgedragen aan de firma Schip
per, Nieuwe Tonge.
Hoogovens, waarvan de koers na het
bekend maken van de agiobonus nogal
wat ingezakt was, haalde deze week een
stuk van de schade in. Er kwam een
avance van 6,50 uit de bus.
Het jaarverslag, dat deze week ver
scheen gaf, daarvoor dan ook alle aan
leiding.
De winst gaf een stijging te zien van
maar liefst 37.9''/o. Het dividendvoor-
stel van Hoogovens zal op 14 maart be
kend worden gemaakt.
Ook Unilever kwam goed voor de dag
met een stijging van 2,60. Hier komen
de cijfers van het vierde kwartaal op
27 februari. Er lopen geruchten over
een bonus.
Kon. Olie, die 7 maart met de cijfers
komt deed het wat bescheidener aan
met een winst van 1,60.
Zout-Organon boekte 1,50 winst. Er
werd een dividend aangekondigd van
4,— of 20''/o.
De verliezers waren deze week AKU
en Philips! De omvang was echter nog
al beperkt! AKU 0.30 en Philips 0.80.
Lokale markt.
Door de Biliton Mij is een aandelen
emissie aangekondigd, die een verho
ging van het aandelenkapitaal met 25%
inhoudt.
Bovendien zal het contante dividend
worden verhoogd van 4,tot 4,50
per aandeel.
Een bijzonder fraai resultaat van dit
concern, dat in een tijd van 3 jaar het
nettoresultaat verdubbeld zag.
De aandeelhouders hebben hiervan in
ruime mate geprofiteerd. Een opzienba
rend dividend voorstel kwam van Texo-
print, dat vorig jaar het dividend pas
seerde en nu een dividend van 14''/o
voorstelt. Er waren ook weer een paar
fusies te noteren.
De belangrijkste was wel, die tussen
Internatio en Gebrs. v. Swaay.
Internatio streeft op uitdrukkelijke
wijze naar een schaalvergroting, want
telkens wordt overname van bedrijven
gemeld.
Er kwam ook bericht over een fusie
plan tussen Braat Delft en Beukersver-
warmings Mij.
De onroerend goed sektor deed de af
gelopen dagen weer van zich spreken.
Zo stelde de Bank voor Onroerende Za
ken een dividend voor van 14''/o tegen
12»/o vorig jaar. AHOG wil O^ gaan
uitkeren tegen 5"/o vorig jaar. Minder
deed Nederlandse Bankinstellingen het
die 9% voorstelt tegen 13% vorig jaar.
Tijdens de vergadering van Wereld
haven werd gezegd, dat de maatschap
pij pas aan het begin van haar groei
staat.
Bij de tussentijdse berichten bezorg
de de Gerofabrieken haar aandeelhou
ders toch wel een teleurstelling. Door
sterke irikrimping van de voorraden bij
de handel zijn de afleveringen verleden
jaar gedaald. De afzet aan het publiek
beweegt zich echter op het zelfde peil
als voorheen. Het resultaat wordt bo
vendien ongunstig beïnvloed door ho
gere loonkosten. Verwacht moet worden
dat het dividend zal worden verlaagd.
Bij de Ned. Exportpapier is de rentabi
liteit sterk verbeterd.
Een groep aandelen, die weinig ter
sprake komt zijn de aandelen van de
hypotheekbanken.
De drie grootsten hebben alle drie
hun dividend verhoogd. De Friesch-Gro-
ningsche van 38 naar 43, de Utrechtse
van 39 naar 44 en de Westlandse van
55 naar 60%, terwijl bovendien in ver
band met het 75 jarig jubileum een
extra uitkering van 20% wordt gedaan.
Obligatiemarkt.
Na het succes van de staatslening was
het te verwachten, dat de Bank van
Nederl. Gemeenten met een obligatie
lening zou komen. Er komt een lening
van 6% tegen de koers van 98%%.
Zoals het zich thans laat aanzien zal
et volgende week woensdag wel een
grote belangstelling bestaan. Niet alleen
omdat de voorwaarden overigens zoals
gewoonlijk gunstiger zijn dan van de
Staat, maar ook oindat de koers aan
trekkelijk is.
JRVOLGVERHAAL
door
HERMAN DE MUINCK
ioe het precies was kon zijn broer hem
pet meedelen, maar feit was, dat die
■ochter op een gegeven moment ver-
Ijvenen was. Zij was naar Parijs ge-
Tan. Later moest zij daar getrouwd
p. want er waren stukken opge
daagd. Toestemming van vader en
Poeder^ die beiden al overleden zijn,
pd zij niet. Maar misschien was die in
Pankrijk niet nodig. In elk geval was
daar getrouwd. Sinds haar vertrek
.'Nederland heeft zij zich aan haar
r"Uüe niets meer gelegen laten liggen.
I'emand schijnt van haar bestaan af te
f«en. Haar voornaam is Agnes. Maar
r '^an zij wel hebben laten verande-
|n. Misschien is zij wel dezelfde als
pr wie Mies schreef.
Jp' w^l vrij zeker, dat het over
E, t persoon gaat. Haar voornaam
■leet Ik niet. Maar dat zegt ook niet
Ku ^^its schrijft: die kan zij
^oben laten wijzigen".
HOOFDSTUK XXVII
Wat Van Stralen had verteld aan zijn
vrouw over een riante villa in Amers
foort, die Van Adrigem had gehuurd,
was juist. Alleen het geval ging niet
door.
Een kleine week vóór zij zouden ver
trekken, kwam er een aangetekende
brief uit Amersfoort, waarin de eige
naar berichtte, dat hij zich terugtrok.
„Wat een ploert", siste de hevig te
leurgestelde mevrouw Van Adrigem.
„Maar we storen er ons niet aan. We
gaan er heen. Het huis is gehuurd".
„Praat niet zo dwaas, Agnes. Er is
geen huurcontract. Dat zou getekend
worden, als wij er waren. De man heeft
het volste recht, zo te handelen, al zou
ik het niet gedaan hebben".
„Je zult wel weer gelijk hebben,
maar ik zit er mee. Kurmen we niet
ergens anders slagen?"
„'k Weet het niet, hoor. Op zo korte
termijn. Ik zal Jochem eens schrijven.
In Den Haag of naaste omgeving lukt
het misschien, 'k Zou dat per saldo nog
liever hebben dan Amersfoort. Heel wat
dichterbij".
„Ja, probeer dat eens. En als dat niet
lukt, gaan we een week of vier naar
Parijs, zó, dat pasen er in valt".
„Zij beslist maar", dacht Lucie, die
met Emil het gesprek bijwoonde.
„Vier weken maar liefst", merkte
haar vader op. „Dat gaat niet, hoor".
„Nu, drie weken dan. Je moet je weer
niet overwerken".
„'k Zal nog wel eens zien", antwoord
de hij, wat voor haar feitelijk al bete
kende, dat ze gewonnen had. En die
overtuiging werd nog sterker, toen hij
verder ging: „Voor Lucie zou het ook
fijn zijn. 'k Heb haar uit Frankrijk, ik
kende je toen nog niet, wel eens ge
schreven, dat Parijs zo de moeite waard
is en wij er samen eens heen konden
gaan". „Ik bleef liever thuis", merkte
Lucie aarzelend op.
„Geen sprake van", besliste haar
moeder autoritair. „Je gaat natuurlijk
mee. Wat moet je hier alleen in dit gat".
Snel had zij overwogen; ze moet niet
hier blijven; stel je voor, dat er een
brief uit Utrecht kwam; of dat hij hier
zelf een kijkje kwam nemen
„Ja, ga mee, Lucie", smeekte Emil.
„Parijs is mooi.
„O, dat gebeurt, afgelopen! Je kunt
dan met je vader op stap gaan. Wij
kennen Parijs wel".
„Ik zal eerst Jochem schrijven. Hij
heeft nogal relaties daar. Als hij niet
slaagt, kunnen we altijd nog zien",
meende Van Adrigem.
Lucie hoopte vurig, dat oom Jochem
zou slagen. Zij wilde graag met haar
vader naar Parijs, maar dan niet met
z'n allen. En dan met pasen...
Zij dacht nog terug aan de voorbije
kerstdagen. Haar moeder wilde die toen
beslist niet alleen met het gezin door
brengen. Dus had zij haar vader voor
gesteld, de Hagenaars te logeren te vra
gen. Zij moest toch eens kennis maken.
Het antwoord uit Den Haag was al
heel spoedig gekomen: Oom, tante en
Loes kwamen naar Zeeland; Hermien
moest tussen kerst en nieuwjaar werken
dus alleen de kerstdagen hadden voor
haar geen zin. Heleen was, zoals bekend
getrouwd en bleef op haar dorp op de
Veluwe.
Ja, 't was bekend: Heleen was ge
trouwd. Met de directeur van de fabriek
waar zij, op het kantoor gewerkt had,
een omstandigheid, waarvan haar ou
ders nooit op de hoogte waren geweest.
Hij, kinderloze weduwnaar, was ruim
twintig jaar ouder, maar volgens tante
was het een gelukkig huwelijk. Dat kan
natuurlijk, waarom niet?
Sinds haar komst in Schouwenburg
had mevrouw Van Adrigem enkele ken
nissen gekregen, vanzelf behorend tot de
„bon ton" van het stadje, o neen, zij
had die niet hoog in de rekening, vol
gens haar eigen woorden, maar je moest
toch wat hebben. Die waren ook geno
digd op de kerstdagen. Met haar res
pectievelijke echtgenoten.
Voor Lucie was oom Jochem de jo
viaalste geweest. En dan was de „dolle"
Loes er geweest (die rakkerd had haar
nieuwe tante direct door, en als ge
woonlijk, stak zij dat tegenover Lucie
niet onder stoelen of banken), maar die
had de grootste pret met Emil gehad.
Die twee hadden wat afgebrabbeld in
hun gebroken Frans en Hollands.
Tante was natuurlijk ook dezelfde ge
bleven. Zij was al spoedig dik bevriend
met haar nieuwe schoonzuster en had
dat ook stevig laten blijken.
Lucie wist, dat er in oom Jochems
hart een apart plekje voor haar was,
maar zij wist niet, dat die „plek" groter
geworden was sinds zij een tweede
moeder had en sinds oom met die twee
de moeder kennis had gemaakt.
Zij wist niet, dat oom Jochem aan
tante Suze, toen zij enkele dagen later
op de slaapkamer waren, had gevraagd
„Hoe vind je haar?" De Haagse me
vrouw Van Adrigem was vol lof ge
weest: een Ueve en charmante vrouw,
een bof voor Albert". Hij had het al
gemerkt: zijn vrouw was weer zo op
pervlakkig als wat. Tot haar grote ver
ontwaardiging had hij gezegd: „Zij is
zogenaamd lief, maar in werkelijkheid
een serpent; je moet haar ogen maar
eens goed bestuderen; alles moet om
haar heendraaien; ze moet „gevierd"
en haar zin moet zij hebben. Zij is he
lemaal geen bof voor Albert. En Lucie
is diep te beklagen". „Och, jij hebt al
tijd aanmerkingen, was het antwoord
van zijn vrouw geweest, waarop hij
had gerepliceerd: We zullen zien, wie
geUjk krijgt".
„Neen, die kerstdagen, als Lucie daar
aan nog dacht! Een huis vol mensen,
die stevig lunchten en dineerden. Het
mopperend personeel, rond lopend met
een zuur gezicht, omdat het zelfs niet
een uur vrijgekregen had, zelfs de
vrouw van Janus was ingeschakeld.
Hoe later op de avond, hoe luidruch
tiger.
Haar moeder had de boventoon ge
voerd. Onopgemerkt was Lucie naar
haar slaapkamer gegaan, waar zij niet
in slaap kon komen van het ontzettend
lawaai. Neen, echte kerstvreugde had
zij niet gekend.
Zij had zich stomverbaasd over tante
Suze, die verschillende malen over het
huwelijk van Heleen had gesproken, Die
had het eens even getroffen met die
fabrieksdirecteur, die plenty verdiende.
Zij kon doen, wat zij wilde. Nou, dat
was heel wat anders dan die „lapswans"
(hoe heette hij ook weer?) o ja, jonkheer
Van Royen tot Beusichem. Dat was niks
geworden. Zij had het altijd wel ge
dacht. Grote ogen had Lucie opgezet,
toen zij dat hoorde. Dat was nu tante
Suze, die toen zo verzot en verguld was
op haar aanstaande schoonzoon van
adel, die zij nog niet eens ontmoet had.
Nauwelijks waren de kerstdagen
voorbij gegaan of haar moeder had weer
gezeurd over de lange winter die nog
komen moest. Op „Hondemastate" wilde
zij beslist niet blijven. Daarvan was
het gevolg geweest, dat de villa in
Amersfoort was gehuurd, in de tweede
helft van januari te betrekken, welk
plan dan nu mislukt was. Als oom Jo
chem maar iets vinden kon.