illAIIDEn - niEUWS tów^ IGEN Al de werken van John Bunyan herdrukt (3) reportages II 943 W^nhcndt'd IBRHiS DESIREE SJomleinastate" ïoopji irijzei Bij een grote, vertrouwde bank; Algemene Bank Nederland Nieuws in etalagl Algemene Bank Nederland lOPJESü KEUVELAAR is uw Vrijdag 19 januari 1968 No. 3654 liddelharJ pIPLOH/» Htl fpai len van onzel nog mee-l [hoofdpijn poeders [kiespijn poeders IHOEST POEDERS iverAreif IGRIEP POEDERS verrassend 39,7S| 49,751 59js| 79,7S| Iws f 550,00 BUREAUX 95,00 103,§0 59,00 seu. 1,00 4,95 1,50 22,50 25,0(1 17,50 40,95 45,9^ ir ir tV Deelegcivte verlovingsring MIDDELHARNIS Werkeloosheid f I De witte pomp steunt Ut NEBOH NELISSE i: Ook voor FOTOGEAFIE J. ZANDSTRA i SOMMELSDIJK Wat te doen bij rood, geel en groen? Waar spaargeld veilig? 4»/o - Spaarboekje - Spaarrekening 4y4°/o - Spaardeposito 472% - Spaardeposito 5% - Spaardeposito 572% - Spaardeposito 6% - Spaardeposito U bent welkom bij de UIT D€ KEKICeM en riE (M.B.Ai rel. 137526 01895-2930 De kardinaal ter synode Verdergaande verbroedering Antipapisme? le verhouding Rome - Reformatie Itt een aangelegen zaak. Reeds meer malen hebben we in deze kolom aandacht aan die zaak besteed, kr als je goed de kranten leest, dan er iedere week wel stof zijn om j/er te schrijven. |o hoorde ik, juist voordat ik me Ie aan mijn wekelijkse taak, dat Kar- ial Alfrink deze week een bezoek [brengen aan de Synode der Gere- neerde Kerken, die momenteel in I Blijde Werelt" te Lunteren verga- Het bezoek, waarover me op dit jiblik nog niet veel bekend is, wordt botiveerd met de wederzijdse erken- van de Heilige Doop. Dat begrijp eerlijk gezegd, niet zo goed. Daar is hele drukte over gemaakt, dat Ro len de Reformatie eikaars Doop er- nen. Is dat dan iets nieuws? Ik ht dat het nooit anders was geweest? ainste, van Reformatorische zijde, [mijn weten is er, zelfs in de meest Jitse kerkformatie in Nederland, lit iemand overgedoopt, die over- am uit de Roomse kerk. Dat wil dus ken dat wij de Roomse doop altijd |ben erkend. En omgekeerd? Nu ja, hebben we een staaltje van ge- bij de overgang van Prinses Irene. ne heeft wel altijd beweerd dat het iDoop, zoals die in de kerken der lormatie werd bediend, erkende, ar in negen van de tien gevallen |d de betrokkene gedoopt met de nule: „Voor zover gij niet gedoopt doop ik u... enz." Maar- goed, Rome Ift dan nu toegezegd dat het niet ^r gebeuren zal, het zal onze doop ^nnen. Laten we het hopen. Meer ik er op dit moment niet over gen, want daar gaat het vandaag over. [et ging hierover, dat kardinaal Al- ik, het hoofd van de Rooms-Katho- [e Kerk in Nederland, op bezoek tt bij de Gereformeerde synode, de Igste vergadering van de kerken der leantie. Dat wil dus niet zeggen, een mdelijkheidsbezoekje brengen, nee, Lunteren zullen de ambten elkaar loeten. De aartsbisschop van de Kerk en de afgevaardigden naar de Gereformeerde synode... Daar hebt u_de uiterste consequentie van „het """ilen op dezelfde wortel des geloofs". iwel het naar mijn (niet altijd zo :heiden) mening zeker niet naar de van Abraham Kuyper zou zijn, dat 'erbroedering al zover voortgeschre- is... Maar dat daargelaten. Is echt niet mijn bedoeling, hier- de Gereformeerde Kerken eens „in nnetje" te zetten. De verbroedering de Hervormde Kerk evenzeer aan gang, hoewel het daar nog altijd meer plaatselijk beperkt blijft. ni een enkel voorbeeld te noemen, as in „Protestants Nederland" dat de ktie van „Hervormd Zwolle" ge- ;erd heeft twee advertenties op te en, waarin propaganda werd ge kt voor „Protestants Nederland". ien voor die weigering (letterlijk): zijn in Zwolle meerdere vormen samenwerking tussen protestanten rooms katholieken, zodat het ons niet juist lijkt, dit te doorkruisen". Vrij [taald: De verbroedering is al in een ate vergevorderd stadium, dat uw „Protestants Nederland", waarin :n een dergelijke verbroedering 'dt gewaarschuwd, als" gevaarlijke .ur moet worden beschouwd. Dat is r één voorbeeld. Er zouden nog vele lere aan kunnen worden toegevoegd. Zo schreef „Hervormd Nederland" ter gelegenheid van de 31 oktober-herden- king, dat de enige manier waarop de Reformatie kon worden herdacht, was, dat een predikant en een pastoor sa men op één kansel stonden... Om dan maar niet te spreken over de vele gemengde huwelijken waarbij de dominé en de pastoor ieder hun aan deel leveren... En over de viering van de Mis, waarvoor de kerkvoogdij van Den Haag meende de St. Jacobskerk te moeten afstaan... Nee, het is echt. in de vaderlandse kerk niet veel beter gesteld... Alleen, van de gescheiden kerken zou je beter verwachten! Maar daar blijkt het ver val in feite net zo groot te zijn... Schrijf ik dit nu uit anti-papistische overwegingen? Dat denken de mensen altijd, als je je tegen Rome keert, dat je de roomsen haat. Welnee, je hoeft de roomsen niet te haten, integendeel, het zijn je naasten en die moet je lief hebben als jezelf... Maar dit is geen kwestie van naastenliefde, dit gaat om de waarheid van het Evangelie. En ik dacht, dat er, ondanks alle veranderin gen in de Roomse kerk (waarover we ons moeten verheugen) ten aanzien van de kern van de zaak niets is veranderd. En dat daarom de Heidelbergse Cate chismus nog net zo aktueel is als in 1563, toen daar beleden werd dat de aanroeping der heiligen een verlooche ning is van de Enige Zaligmaker en dat de Mis niets anders is dan een ver vloekte afgoderij. Rome doet voorkomen of het anders geworden is. Maar als dat dan waar is, dat er zo weinig verschil meer bestaat tussenRome en de Reformatie, dan vraag ik me toch af, waarom Rome zó z'n best doet, bijvoorbeeld bij een ge mengd huwelijk, de ene partij over te halen naar de Moederkerk en waarom nog steeds de belofte wordt geëist dat eventuele kinderen Rooms zullen wor den opgevoed. Ik dacht dat de tijd voor verbroede ring nog niet gekomen wasIk denk trouwens dat die tijd nooit komt. Of Rome moet veranderen, maar dan is Rome Rome niet meer WAARNEMER. -RIJMEN VAN TIJMEN Duizend lege handen, Zijn er op Flakkee. Dat valt voor die mensen. Ook al weer niet mee. Duizend nijvere handen. Hebben zich gemeld. Ja, men heeft de neuzen. Weer maar eens geteld. Waar is werk te vinden, Voor vijfhonderd man? 't Blijkt wel dat de haven. Ook niet alles kan. Er moet door zeer velen, Dus maar afgewacht. Misschien dat men elders. Onder kan gebracht. Heel ons vruchtbaar eiland. Roept om industrie. Want dan is er stellig, Werk voor die en die. Speciaal de winter. Is me nogal wat. Hoe krijgt men dit alles, Heden nog weer glad? Dat zijn wel problemen. Dat dient opgelost. Lege handen immers. Zijn een schadepost. Armo '68. Komt zoiets weer voor. Hoe komt men die weken, Hier en daar toch door? Er zijn vele zorgen, In een weeldetijd. Vast werk wordt op heden, Wel heel erg benijd. fi^^h^...»^r^E RVOLGVERHAAL door HERMAN DE MUINCK Iheb zo de idee, dat er een ander pen zit. Maar dan denk ik weer: Lu- I is toch niet een meisje om twee rs in het vuur te hebben. Als het de een niet lukt, gaat het wel met {ander. Ik kón dat van Lucie niet pven". Zo is zij vast niet, Frans. Zet die gedachte uit je hoofd. Hoe het dan __precies in elkaar zit, weet ik ook wist alleen maar dat deelde zij zoon niet mede wat haar zus ter h u- had meegedeeld. Lucie had be- van een jongeman gehad, die in cht voor arts studeerde (zij had on- Idellijk begrepen, dat hij de zoon van iné Fottema was) en zij waren sa- de stad ingegaan. Voorzover zij was dit slechts één keer gebeurd. st hieruit nu een conclusie worden ■okken? Of betrof het slechts vriend- ip tussen twee plaatsgenoten, die endien-samen dezelfde school had- bezocht? Vreemd was het wel. Wij zijn nu gekomen aan een be schouwing van het derde deel van „Al de werken van John Bunyan" die bfl de Uitgever^ W. M. den Hertog te Utrecht worden herdrukt. In dit deel dat 568 bladzgden druks beslaat, komt aller eerst de Christen en de Christenreize naar de eeuwigheid voor; ieder boek voorafgegaan door een apologie van de schrijver in dichtvorm. In een vorig ar tikel hebben wij reeds gezegd, dat Bun yan de Christenreize in de gevangenis schreef; zes jaar na zijn bevrijding werd het voor het eerst uitgegeven. Hoewel er vele oudere zeer goede geschriften van Bunyan zijn verschenen, heeft dit boek een geweldige opgang gemaakt, eerst in Engeland en daarna over de gehele wereld. Het is in vele talen over gezet en het wordt nu nog in predika ties dikwijls aangehaald. Bunyan had zonderlinge gaven om iets uit te beelden en voor te stellen; hij doet het hier in de gelijkenis van een droom, waarin hij de redenen schetst van zijn vertrek uit de Stad des Verderfs, zijn gevaarlijke ontmoetingen onderweg en zijn behouden aankomst in het gewenste land. De stof voor zijn boek was zijn eigen ervaring op reis naar de eeuwigheid; hij had in de Stad des Verderfs gewoond hij had de aankondiging van een naderende ver woesting vernomen hij had de last der zonden gevoeld en de verlichting gesmaakt toen hij vergeving vond; hij kende elke kromming, elke bijzonder heid van de weg; hij kende alle geva ren, maar ook alle verkwikkingen die zich op de weg voordeden, en al had hijzelf de doodsrivier nog niet door waad, hij had menige vrome ziel zien afsterven en als 't ware mede een blik in de hemelse heerlijkheid geworpen. Het boek tekent ook vele medereizigers, die denken te zullen ingaan, maar die voor de poort stranden. (Als losse bijla ge zijn de tekeningen, die in de eerste uitgave voorkomen, bijgevoegd.) Het tweede deel, de Christenreize is in 1684 verschenen. Het heeft niet zo'n opgang gemaakt als het eerste. Is in de Christenreize sprake van de ernstige Christen-krijgsman; in de Christenreize vindt men de stemmige Christina en haar beminnelijke vriendin Barmhar tigheid. Het slot van dit boek geeft aanleiding dat er nog een derde deel zou komen, maar dit is nooit versche nen. Verder volgt in deze uitgave: „De Heilige Oorlog" de strijd van Schaddaï tegen Diabolus, of de herwinning van de hoofdstad der wereld of het Verlies van de Stad Mensziel". Het is in alle gorische zin een niet minder schone schildering van het werk Gods in de mens: nauwkeurig wordt ons beschre ven hoe Diabolus zich meester maakt van de stad Mensziel, waarna Imma- nuël haar herwint. Beiden overmeeste ren de stad niet tegen wil en dank, maar richten hun pogingen daarop, dat Mensziel zich zelf overgeeft. Duidelijk komt er in uit dat de mens geen zielloos werktuig is maar een wezen met een wil begaafd. Het tractaat „Genade verheerlijkt aan de voornaamste der zondaren" be vat Bunyan's eigen levensbeschrijving. Hij deelt er in mee zijn bekering, roeping tot het predikambt, zijn gevan genschap, het verhoor voor de rechters enz. Dit werk is eerst né zijn dood uit gegeven. „Komst en welkomst tot Jezus Chris tus" is een verhandeling over Joh. 6 37. Dit mooie boekje is ook in Neder land herhaalde malen herdrukt. Dan volgt het aangrijpende werkje getiteld: „De onvruchtbare vijgeboom", of het vonnis en de terechtstqjUing van een onvruchtbare belijder, naar aanleiding van de gelijkenis uit Lucas 13 6 - 9. „Het leven en sterven van Slechtmens" een samenspraak tussen de heer Wijs man en de heer Oplettend, is ook in dit deel opgenomen. Hierin wordt het le ven van een goddeloze getekend en waartoe de mens al, niet komen kan, soms onder de schijn van godsdienst. Hebben wij het goed voor is dit deeltje voorheen (zo'n 40 jaar geleden) in het i U steimt toch ook de witte pomp? Benzine- en oliehandel Nieuwe Tonge Nederlands verschenen onder de titel: „Meester kwaad". „Een gewetenszaak opgelost" handelt over een kwestie die zich in Bunyan's tijd voordeed, of het geoorloofd was, dat vrome vrouwen afzonderlijk verga derden in Godsdienstoefeningen en zich verenigden in gebed. Dit is voor heden niet zo'n actueel gedeelte, maar toch zeer lezenswaard, om te weten wat er anno 16.00 zoal in het kerkelijk leven voorviel. „Een vermaning tot vrede en eenheid is in dezelfde geest geschreven. Tenslotte bevat dit derde deel een verhandeling over 2 Timotheüs 4 6-8: „Paulus' sterven en kroon". Een mooi slothoofdstuk; er is in merkbaar, dat Bunyan dicht bij de dood leefde. Hij stierf alle dagen! Maar hij wist dat hij de goede strijd streed en dat ook voor hem eenmaal de kroon der overwin ning was weggelegd. Uit deze korte opsomming moge blij ken, dat dit derde'deel een schat van kostelijke Werken van Bunyan bevat. Wie deze boeken eenmaal bezit, zal ze niet gaarne willen missen, maar lezen en herlezen! Zij mogen duur lijken 24,per deel, maar men heeft in ieder deel ook bijna 600 bladzijden compacte druk! Een aanbeveling hebben deze werken niet nodig, zij bevelen zich zelf aan en grote Godgeleerden hebben er met lof over gesproken. Daarom: geef eens wat geld uit, om deze kostelijke boeken in bezit te krijgen. En laat ook uw kinderen de Christen- en Christinne -reis, de Heilige Oorlog enz. eens lezen. Wij zijn allen op weg en reis naar de eeuwigheid; hier zijn geestelijke lessen te leren! Wanneer het vierde deel is versche nen hopen wij daar nader op terug te komen. Bij groen licht vlot doorrijden, maar rekening houden met het „op geel springen". Bij geel licht extra besluitvaardig zijn en een juiste keuze maken tussen door rijden en stoppen. Bij rood licht ATTENT BLIJVEN op groen (deze tijd niet gebruiken voor al lerlei karweitjes). Dus: gereed zijn om te kunnen wegrijden. Bij het op groen springen (niet eer der) onmiddellijk reageren en zo moge lijk vlot wegrijden. Als eerste in de file rekening houden met eventuele „door- geel-licht-rijder" op de kruisende weg. Als bij het op groen springen de kruising of het plein „verstopt" is, NIET oprijden maar blijven staan voor het groene licht en desnoods een volgende beurt afwachten. Direct beschikbaar op vertoon ƒ2.000,- per maand; één maand opzegging voor hogere bedragen 40/0 Direct beschikbaar 2.000,- per maand; één maand opzegging voor hogere bedragen Drie maanden opzegging Zes maanden opzegging Eén jaar opzegging Achttien maanden vast Twee jaren vast NED. HERV. KERK Beroepen te Monster H. Talsma te 's- Gravenhage; Huizen J. H. Vlijm te Krimpen a. d. IJssel; Den Bommel en Melissant, kand. J. Verboom te Culem- burg. Bedankt voor Heteren M. Ravenhorst te Nis en Wierum. Groningen: Na bevestiging door Ds. C. M. Luteyn aldaar, verbond Ds. H. v. d. Linden, gekomen van Amsterdam, zich als ziekenhuispredikanï aan deze gemeente met Mark. 1 41. Stadskanaal: Na bevestiging door Ds. T. Poot te Groningen met Matth. 4 13- 16, deed Ds. J. v. 't Ende, gekomen van Onstwedde, intrede als ziekenhuispredi kant met een prediking over Handl. 20 24. Dussen: Wegens vertrek naar Oud- Vossemeer, nam Ds. G. J. Voortman af scheid van deze gemeente met Rom. 8 16. GEREF. KERKEN Beroepen te Eindhoven en Kampen J. Bosman te Vrouwenpolder; Vreeswijk G. V. d.Ziel te Vriezenveen; Aalten en Dordrecht J. v. d. Brink te IJmuiden; Baflo, Elburg, De Lier, Marrum, Oost- voome en Ulriim H. Koetsveld te Wa- penveld. Groningen G. Assies te IJmuiden; Ger- kesklooster W. de Ruiter te Harkema. Aang. naar Gouda J. G. Kunst te Langley (Canada); Delft H. Bakker te Emmeloord; Suameer G. Rikkers te Genemtiiden; Giessen - Rijswijk R. El- gersma, kand. te Grijpskerk. Bedankt voor Nijverdal L. Loosman te Scheveningen; Loppersum W. de Rui ter te Harkema; Marken, Monnikendam Toessens, Schiermonnikoog, Tweede Exloermond, Vinkeveen, Vries en Woudsend R. Elgersma, kand te Grijps kerk. Ds. A. Brouwerf. Op 49 jarige leeftijd overleed te Huizen Ds. A. Brouwer van Rotterdam. Hij werd in 1942 predikant te Nes (Duitsland). In 1946 vertrok hij naar Soestdijk, in 1949 naar Barneveld en sinds 1955 stond hij te Rotterdam. Ds. A. Konlngt. Op 72 jarige leeftijd overleed Ds. A. Koning em. pred. te Woerden. Hij aanvaardde in 1925 het ambt te St. Laurens, vertrok in 1946 naar Barchem en stond van 1953-1962 te Oud Vossemeer. GEREF. KERKEN (Vrijgemaakt) Beroepen te Grootegast F. v. Dijk te Neede; Souburg T. v. Dijk te Neede. CHR. GEREF. KERKEN Tweetal te Rotterdam-Z. A. Drechster te 's Gravenhage en J. Westerink te Haamstede. Beroepen te Rotterdam-Z. J. Weste rink te Haamstede. De oudste predikant van deze kerken Ds. A. Talsma, em. pred. te Zeist, mocht 95 jaar worden. Hij werd in 1915 pre dikant te Aalten en stond vervolgens te Zeist, Zaamslag en 's Gravenmoer. In 1948 werd hem eervol emeritaat ver leend en vestigde hij zich metterwoon in Zeist. Vermeldenswaard is, dat Ds. Talsma, oorspronkelijk Rooms-Katho liek was en op latere leeftijd is gaan studeren. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te Hoogvliet F. Harinck te Benthuizen; Emmeloord - 's Gravenpol der - Kalamazoo (U.S.A.) J. Westrate te Meliskerke; Leerdam A. Verhoef te Barneveld; Leiden A. Vergunst te Rot terdam; IJsselmonde D. Hakkenberg te Dordrecht; Wageningen C. Wisse te El- speet; Nieuwdorp J. Karens te Nieu- werkerk. Bedankt voor Leerdam A. Verhoef te Barneveld; Emmeloord, 's Gravenpolder Kalamazoo, Wolfaartsdijk, Sioux Center (U.S.A.) en Tricht J. C. Westrate te Me liskerke; Zoetermeer G. v. d. Noort te Capelle a. d. IJssel; Westkapelle J. Ka rens te Nieuwerkerk; Tholen G. Schip- aanboord te Apeldoorn; Giessendam en Rijssen P. Blok te Dirksland; Woerden en Opheusden A. Hoogerland te Wer kendam. VAN OVER DE GRENZEN Dublin (Ierland) Dezer dagen over leed te Dublin Thomas Harald Spur- geon in de ouderdom van 76 jaar. Hij was de kleinzoon van de bekende C. H. Spurgeon, wel de prins der predikers genoemd. Bijna heel zijn ambtelijke loopbaan stond deze te Londen, waar hij voor een ontzaggelijke menigte, week in week uit het Evangelie ver kondigde. Hij stierft in 1892 te Mentone in Z. Frankrijk, waar hij voor herstel vertoefde. Diens zoon was toen predi kant in Nieuw Zeeland, vanwaar hij naar Londen terug keerde om de plaats van zijn vader in te nemen in welks vakature hij beroepen was. De thans overledene Spurgeon is bijna veertig jaar directeur geweest van een Baptis ten seminarium te Dublin. Maar neen, twee ijzers in het vuur zou Lucie niet houden, dat was uitgesloten. „Zoudt u", aarzelde Frans, „niet eens een balletje kunnen opwerpen? Die on zekerheid is zo martelend. „Dat kan ik me voorstellen, jongen. Maar ik moet je teleurstellen. Ik doe beslist niet wat je wilt. Ik bemoei me er niet meer. Iets anders is, als Lucie me in vertrouwen zou nemen. We hebben wel eens van die vertrouwelijke ogen blikken. Zo weet ik ook wel het een en ander van haar familie. In dat geval wil ik wel met haar praten. Misschien kom ik dan te weten, wat er nu feite lijk aan de hand is. Ik kan haar toch niet zeggen: Lucie, Frans houdt zoveel van jou, wil je zijn vrouw worden?" Zijns ondanks lachte Frans Langeveld „U hebt gelijk. Maar zo bedoelde ik het niet. Maarnu ja, het is voor een moeder ook niet gemakkelijk, om er tussen te komen". „Zo is het, Frans. En hoor eens, jon gen, als het een teleurstelling voor je wordt eenmaal moet dat toch blijken die dan manmoedig dragen, hoor. Dan weet je, dat Lucie niet voor je bestemd is". Uit het dagboek van Lucie van Adri- gem: „De week is voorbij gevlogen. Morgen ga ik weer naar Den Haag. De vakantie heeft mij goed gedaan. Blijk baar was ik toch wel wat vermoeid, want ik voel me veel fitter. Alle men sen, die ik ontmoet heb, en dat waren er heel wat, waren hartelijk voor mij. Ik zie er werkelijk tegenop, weer te vertrekken. Er was zo'n zee van her inneringen. Er werd nog zoveel over mama gepraat. En mijnheer Van Stra len sprak vol bewondering over papa. Die moge dan om zijn gezondheid in het buitenland vertoeven, hij leeft met de zaak mee. Elke twee weken gaat er een rapport naar hem, dat prompt beant woord wordt. En zaakkundig, zegt Van Stralen. Dat moet toch wel een bewijs zijn, dat papa het goed maakt. En nu weer aan het werk. Het zal wel gaan. Met Gods hulp. Ik verlang heus naar het ziekenhuis. Wat kun je daar veel goeds doen. En dan wil ik proberen, ook meer voor mijn familie te wezen, 't Zal wel niet zo gemakkelijk gaan en niet zo eenvoudig zijn. Vóór ik naar hier ging ben ik er afspheid wezen nemen. Maar het was er zo ellendig. Heleen was thuis. Zij zag erg bleek, maar volgens Hermien is zij goed ge zond. Spreken deed zij bijna niet. En ik had het verlammende gevoel, dat zij mij vijandig gezind is. Maar wat heb ik haar dan toch gedaan? Oom en tante waren heel vriendelijk voor mij. Maar de huiselijke vrede is er ver te zoeken, 'k Weet het van Hermien. Oom en tante kunnen het Heleen maar niet vergeven wat zij gedaan heeft. Dat mag toch ook niet. Wat moet ik daar nu aan doen? Bijna elke dag ben ik in de pastorie geweest, soms lang, soms kort. 't Was er zo gezellig! Er kwam eergister een brief van Jan. Hij vertrekt een dezer dagen naar Heidelberg. En dan had hij nog groot nieuws, wat zijn moeder nu niet prettig vond, al kon zij het wel begrijpen. Hij heeft een studievriend, wiens vader arts is, ergens in Friesland. Die gaat zijn vader in de zomervakantie assisteren. Zo'n beetje hand- en span diensten verrichten, noemde hij het. En die studievriend heeft het gedaan ge kregen, dat Jan hetzelfde gaat doen bij een andere huisarts, niet ver daar van daan. Ze zullen dan natuurlijk ook nog tijd voor studie hebben. Mevrouw Fot tema, neen, die vond het niet leuk. Jan komt dan maar een paar dagen thuis. Dat vond dominé ook niet gezellig, maar die beziet het geval van een an dere kant: „Het is een leerzame tijd voor hem, moeder. En je weet, dat hij wil opschieten. Naar Heidelberg vind ik ook prachtig. Dat hij ook met het kleine gezelschap mee mag, is toch wel een bewijs, dat zijn professor iets in hem ziet". Dat was echte vadertrots. En ik? Nu ja, ik ben deze zomer ook niet hier. Tenminste als vader nog en kele maanden wegblijft en dat heb ik uit zijn laatste brief wel begrepen. Dus dan zou ik Jan hier niet ontmoeten. Maar ik had zo'n stille hoop, dat hij mij weer eens zou opzoeken in Den Haag. Daarvan komt nu wel niets. Maar kom aan, dat komt dan later wel. Ik ken hem zo langzamerhand wel. Hij haakt er naar, spoedig met zijn eerste studie klaar te zijn, die goeie jongen". HOOFDSTUK XVII Behoorlijk ratelend liep om zes uur de wekker af. Lucie rekte zich eens uit, bleef nog even liggen, maar zei toen tot zichzelf: „Opschieten, meisje. Zó kom je er niet". Het was begin augustus. Geleidelijk kwam de zon de kamer birmendringen, die Lucie enkele weken alleen had, want na het behalen van haar diploma was Adri Vermeulen met vakantie ge gaan. Snel stond'zij op, maakte toilet en was spoedig in de ontbijtzaal van de zusters, waar de adjunct-directrice een gedeelte uit de bijbel voorlas en in ge bed voorging. En dan begon de dage lijkse arbeid, die Lucie steeds meer mocht. Juist wilde zij de eetzaal verlaten, toen de post werd neergelegd. Voor haar was er een brief van haar vader, die volgens het stempel, uit Parijs af komstig bleek. Hé, was hij nu in Parijs? Een dag of tien geleden had zij nog naar Zuid-Frankrijk geschreven. Toen waren hij en zijn vrienden uit Noord- Afrika terug. „Opschieten, zuster Lucie", zei een hoofdverpleegster. Lucie stak de brief haastig in een zak van haar schort en verdween naar de patiëntenafdeling. Maar na een half uur vond zij toch even de gelegenheid, de lange, lange brief uit Parijs te lezen. De inhoud zou altijd te vroeg gekomen zijnWant het epistel luidde: Liefste Lucie, Zoals je ziet ben ik weer terug in Parijs, op weg naar huis, al zal dat nog een week of zes duren. Over Noord- Af rika heb ik je geschreven. En ook iets van Zuid-Frankrijk. Wat betreft Parijs, ik hoop later er nog eens met jou heen te gaan. Dat blijft toch altijd èén fantastische stad, met een eigen sfeer. Je hebt al gezien, dat dit een lange brief is geworden. Ik heb een verras sing voor je, waaraan je even zult moe ten wennen. Ik heb, toen ik voor de eerste maal in Mentone was, kennis ge maakt met madame de weduwe Du- mourez. We hebben besloten, begin september hier in Parijs in het huwelijk te treden. De datum is nog niet vast gesteld. Die hangt af van het tijdstip, waarop de benodigde papieren hier kunnen zijn. CWordt vervolgd)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1968 | | pagina 5