ill De looninflatie Operatie ,|bulldozer" na grote Icrachtinspanning geslaagd Bronchiletten Meditatie Scholen dicht op 10 maart r^C. KORTEHEG ÜZOON Krachipaiser lag zijdelings in een waierpui 38e jaargang Vrijdag 28 januari 1966 No. 3457 CHR. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Hoestdrank in tabletvorm.95ct De verzoeking in de woestijn. Werk tunnel Oude Maas is begonnen H.K.H. Prinses Beatrix wordt a.s. maandag 28 jaar. Stille omgang naar graven rampslachtoffers Fruitmanden en Fruitbakjes »De Fruitcentrale" Hulpaktie „Sempre Crescendo afgesloten PEINS HENDRIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHARNIS Redactie en advertenties: Kantoor Langeweg 13, Sommelsdijk Tel. (01870) 26 29, na 6 uur 's avonds Tel. 20 17 Giro 167930 Verschijnt tweemaal per week: dinsdag- en vrijdagavond ABONNEMENTSPRIJS 2,75 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 14 cent per mm. Bij contract speciaal tarief. t m mm ^01 De loonpolitiek is uit de aard van de zaak een zeer moeilijk probleem. Ze is dat voor de overheid, maar ook voor de werkgevers en werknemers. Het is nu eenmaal echt menselijk, dat iedereen probeert zoveel mogelijk zijn inkomen op te voeren. Dat geldt voor de arbeider zowel als voor de boer, voor de matroos en de schipper, de chauffeur en de on dernemer, de fabrieksarbeider en de fabrikant, de huurder en de huiseige naar, de employé en de aandeelhouder, de „proletariër en de „kapitalist". Het vervelende is alleen, dat wat de één er bij krijgt, de ander dikwijls moet mis sen. En daardoor ontstaat de belangen tegenstelling, die zich vooral vroeger openbaarde in de klassenstrijd. Men kan het de werknemers niet kwalijk ne men, dat ze meer willen verdienen om lot hogere welvaart te komen, vooral waneer de prijzen steeds omhoog gaan. En men kan het de ondernemers niet euvel duiden, dat ze hun winst willen maximaliseren of in elk geval op peil willen houden. Dat schept dan natuur lijk moeilijkheden. De overheid heeft in deze tegenstelling een bijzondere positie Knerzijds is ze zelf grootwerkgeefster, want ze heeft enige honderdduizenden ambtenaren in dienst en anderzijds is ze de hoedster van hetalgemeen staatsbe lang, die ervoor moet zorgen, dat onze economie niet in de war loopt. Dit be tekent dus, dat zij in laatste instantie de eindbeslissing moet hebben bij de vaststelling van het maximum-percen tage van de loonstijging. Een ander or gaan, dat daartoe in staat is, bestaat nu eenmaal niet. Zo zitten dus overheid 'erkgevers en werknemers elk jaar voor de vraag hoever men gaan kan !et het opvoeren van lonen en salaris- len. De allesbeheersende vraag hierbij is, elke norm men moet aanleggen voor et bepalen van de maxima van loons- [verhogingen. Het zou voor de arbeids- rede heel wat waard zijn, wanneer Idaaromtrent onder alle partijen een ;ommunis opinio bestond en bovendien het vaste voornemen, zich daaraan ook |te houden. Helaas is men het over die norm niet eens en daardoor ontstaan- al- pe moeilijkheden. Na de oorlog heeft nen vele jaren lang als richtsnoer voor Boonsverhogingen aangenomen het per- jcentage van de produktiviteitsstijging, Idat ook naar onze mening, zoals we al nerhaaldelijk hebben betoogd, de enig feoede norm is. Zelfs met deze norm kan nen ook niet helemaal inflatie voor komen, omdat er sectoren zijn, waar [produktiviteitsstijging eigenlijk niet of Veel te weinig mogelijk is, zoals bij het bnderwijs, de ambtenaren, een deel van Be sector diensten enz. Maar over de gehele Unie genomen is deze norm de fenig juiste, omdat bij een goede hante ring ervan de economie, zowel die van pe bedrijven apart als macro (nationaal) |n evenwicht kan blijven, doordat het neerdere loon betaald kan worden uit Be hogere opbrengst van de produktie per man. In de economische wetenschap wordt Tijwei unaniem deze norm steeds als Be juiste aangenomen. Welk boek men hiervoor ook ter hand neemt, bijna elke fconoom noemt haar als maatstaf. Prof. (Vndriessen (oud-minister van Econ. Za ken) schrijft in zijn „Economie in theo- ^e en praktijk": „Het beleid moet erop pricht zijn de loonontwikkeling zoveel nogelijk gelijke tred te doen houden net de produktiviteitsgroei. Doorgaans het echter bijna onmogelijk dit te Boen gelukken, gezien de druk van de vakbeweging bij een schaarse arbeids- Tiarkt." In het „Repertorium Economie" ttaat: „Dat de lonen in de pas moeten |liiven met de produktiviteit is duide- ijk". In de „Wegwijzer in de economie" |van 3 Amerikaanse professoren, in ver- sling): „Als er slechts een klein per- Jentage werkloosheid is, dan kunnen loonstijgingen, die boven de produktivi- fiitsverhoging uitgaan, tot inflatie lei pen". Prof. Zyistra poneerde onlangs in zijn tpzienbarende rede tot de regering in Be eerste Kamer ook tot driemaal toe de Iteliing van de produktiviteitsnorm: IWe moeten zo spoedig mogelijk terug paar de produktiviteit als leidend be- |msel bij de loonpolitiek. De loonkosten yn enkele jaren een veelvoud daarvan geweest". Ook min. Veldkamp, zelf eco- poom van professie, zei in een inter view met Elseviers Weekblad: „Het is Inmiskenbaar, dat een loonontwikke ling zonder voldoende produktiviteits- |ö3ging tot prijsstijging en inflatie leidt, pn m het geschrift „Macro-economische |erkenningen voor 1966" van het Cen- Jaal Planbureau, het economisch re pen- en adviesbureau van de regering, ■jtaat op blz. 27 te lezen: „Houdt men er ^kening mee, dat de stijging van de rbeidsproduktiviteit op 4,5 a 5''/o en die |an het prijspeil van het levensonder- Boud op 4»/o werd gesteld, dan impli- |eert en en ander een stijging van het Fele loon, die gelijke tred houdt met |ie der arbeidsproduktiviteit". Of om |et eenvoudiger te zeggen: wanneer pen een loonsverhoging geeft van g'/o |n de stijging van de produktiviteit is liechts 5%, dan gaat de rest toch ver- f^^" aati prijsstijgingen! ■r u "'Mister VondeUng blijkt zich J^achtens zijn uitlatingen in de Eerste pmer bij deze norm aan te sluiten. Hij Toen werd Jezus van de Geest weggeleid in de woestyn om ver zocht te worden van de duivel. (Matth. 4 1) I De oude belofte, die reeds door God in het Paradijs gesproken is, gewaagt van de overwinning, die het Zaad der vrouw behalen zal. Een overwinning op de satan en zijn rijk, waardoor de heer lijke schepping Gods, die door de zonde onder de vloek gekomen is en door de gevallen mens in de dienst van het rijk der duisternis wordt gesteld, wederom zal worden gemaakt tot de luistervolle tentoonspreiding van de Majesteit Gods. Het grote werk van Chri^us zal dan ook zijn de overwinning over de dui vel en de vermorzeling van satans kop. Dit wordt ons ook gepredikt in het Schriftgedeelte, dat ons van de ver zoeking van Jezus in de woestijn spreekt. De evangelist begint zijn mede deling hierover met het woordeke „toen", hetwelk een zeer nauw verband legt tussen het voorafgegane en het volgende. Immers in het onmiddellijk aan dit bericht voorafgaande wordt ons gesproken van de doop van Jezus in de Jordaan. Daar heeft Zich de Drie-enige God geopenbaard en daar is het met godde lijke kracht gepredikt, dat Jezus de Zoon Gods is. Daar ook zijn de gaven des Geestes, die in Zijn ambtelijke be diening van node waren Hem verleend en gegeven voor de ogen van het volk, want de Geest Gods daalde neder ge lijk een duif en zat op Hem. En door Die op Hem gekomen Geest is het, dat Jezus weggeleid wordt in de woestijn. Want dat wat in de woestijn plaats vind is een onderdeel van Zijn ambtelijke werkzaamheid. Het grote samentref f en tussen de Christus en de Satan zal hier allereerst plaats vinden. Hier zal Hij beginen te overwinnen over de duivel en zijn rijk. Éénmaal stond een mens op de aarde, die de beelddrager Gods was, maar die mens is gevallen. Nu staat er weer een mens op de aarde, die ook het beeld draagt, maar deze zal en kan niet vallen want Hij is tevens de Zoon van de waarachtige God. Al is het echter dat Hij niet vallen kan, omdat Hij Gods Zoon is en zelf ook de waarachtige God, dat betekent niet dat er geen strijd is gevoerd in de woestijn, toen de duivel Hem verzocht tot de zonde en de aanbidding des dui vels. Gewis, er is een strijd gevoerd en een zware strijd, want de duivel heeft al zijri macht te zamen getrokken om, ware het hem mogelijk, ook deze beeld drager Gods ten val te brengen. Tot driemaal is Jezus op zeer krachtige en ernstige wijze verzocht, maar tot drie maal toe heeft Hij ook over de duivel getriumfeerd. Door de kracht des Gees tes heeft Hij gezegevierd over alle ver zoeking en heeft Hij de luister Gods ge openbaard. De hemelse ambtsdrager be gint Zijn ambtelijke arbeid door de strijd met de duivel aan te binden. Neen deze strijd heeft Hij niet versmaad of ontlopen, maar door de Geest, Die op Hem rustte wordt Hij gedreven naar de woestijn, om daar alleen de strijd aan te binden. Hij toch zal dat huis van de sterkbewapende aantasten om de vaten, die Hij zich verwerven moet aan de sterke te ontroven. De machtige zal de vangst ontnomen worden en daartoe komt Jezus op de aarde. Daartoe ook gaat Hij heen en zal de duivel ontmoe ten en Hem tonen, dat welke listen ook door de duivel te baat genomen wor den, de zege zal des Heeren zijn. Nim mer heeft de Satan zulk een ontmoet op deze aarde. Immer scheen de zege hem beschoren te zijn. Maar God zal nu be tonen dat de overwinning de duivel niet toekomt, maar dat de Heere Zelf zal overwinnen. Het zal tot eeuwige schan de des duivels zijn, maar ook tot eeuwi ge troost van al Gods uitverkoren. Daar in zal Gods kerk een heilig vermaak vinden. Want uit Jezus' overwinnen op de duivel vloeit ook de zalige verlossing van hen, die van nature een prooi des duivels waren, voort. Jezus werpt de Satan terneer en zal de Zijnen,. Die Hem gegeven zijn van voor de grond legging der wereld aan de Satan ont rukken. Hij zal ook Zichzelf betonen. Die grote Verlosser te zijn. Die de Zij nen in alles kan te hulp komen, omdat Hij in alles is verzocht geweest. Daar om is ook dit Schriftgedeelte zo vol van troost voor Gods gemeente. Die door Jezus' bloed gekochten; die ook door Zijn Geest uit de zonde- en wereld- dienst zijn uitgerukt, staan hier bloot aan vele verzoekingen des duivels. De natuurlijke mens is een gewillig prooi van de zonde en de duivel. Die is uit de vader der leugenen en draagt zijn beeld. Die bekommert zich niet over de dingen des Heeren, maar gaat gewillig voort op de weg des verderfs. Rotterdam Ds. A. Vergunst. zei daar immers (pag. 237 Handelingen St. Gen.): „Terug naar de produktiviteit als de leidende factor bij het loonbeleid, heeft prof. Zijlstra gezegd. Ik ga daar mede gaarne akkoord. Ik hoop met hem dat de werkgevers en werknemers, die thans onderhandelen over het toekom stig loonbeleid, dit met ons zullen in zien". Prof. Pen, de bekende Groningse eco noom, stelt in zijn „Moderne Economie", dat de drie factoren, die het loonpeil in feit bepalen, zijn: het prijsniveau, de werkgelegenheid en de produktiviteit. Hierin heeft hij inderdaad gelijk. De eerste twee factoren oefenen in de loon onderhandelingen zeer beslist ook een grote invloed uit. Wat wij hier aan de orde stellen is echter niet, hoe de prak tijk werkt, maar welke norm logischer wijze aangehouden dient te worden. En daarmee komen we dan tegelijk op het standpunt van de vakbondsleiders. Het is bekend, dat deze de norm van de produktiviteit niet erkennen. De heer Kloos, voorzitter van het N.V.V., vindt dit, zoals hij kort geleden zei, onzin. Hij vindt het beter de lonen af te stemmen op het prijsniveau, de stand van de ar beidsmarkt en het aandeel van de ar beiders in het nationale inkomen. Met de arbeidsproduktiviteit wil hij dus blijkbaar geen rekening houden. Dat heeft de vakbeweging trouwens vooral de laatste jaren duidelijk bewezen. Hij meent, dat de loonexplosie van 1963-64 ongeacht de produktiviteitsstijging no dig was om de lonen in Nederland op E.E.G.-peil te brengen. Intussen wordt dit betaald met een dravende inflatie, terwijl hij bovendien vergeet, dat in Duitsland b.v. de produktiviteit hoger ligt door intensiever mechanisatie en harder werken van de arbeiders. Het systeem van de vakbonden is wel begrijpelijk, maar het strijdt met de meest elementaire beginselen van de economie. We kunnen ons gemakkelijk indenken, dat bij voortdurende prijs stijgingen de werknemers hogere lonen eisen om ze op te vangen. Deze drijven echter op hun beurt de prijzen weer omhoog en zo ontstaat de inflatie-spi raal. Wanneer zulk een ontwikkeling niet ergens doorbroken wordt, komen we op de duur in een hollende inflatie terecht. Het is ook begrijpelijk, dat de vakbonden gebruik willen maken van de gunstige conjunctuur met haar meer dan volledige werkgelegenheid. Ze staan dan uiteraard heel sterk in hun onder handelingspositie. Dit zou echter bete kenen, dat ze dan in een recessie of bij een crisis, wanneer er b.v. 100.000 of 200.000 werklozen zijn, ook genoegen zouden moeten nemen met loonsverla gingen, want dit brengt het hanteren van de wet van vraag en aanbod auto matisch met zich. Maar dan zou di rect dit systeem wel worden afgezwo ren. En daarom is het als norm niet bruikbaar, al zal het vanzelfsprekend desondanks altijd veel invloed uitoefe nen. Men heeft ook wel eens de norm ge hanteerd, dat het aandeel van de werk nemers in het nationale inkomen door de jaren heen ongeveer gelijk moet blij ven of iets omhoog moet gaan. Dit is echter een nogal ingewikkelde materie, zodat we hierop niet nader kunnen in gaan. In elk geval is men van deze norm ook afgestapt, omdat ze tot on evenwichtigheden leidde. Alles bijeengenomen schiet er ten slotte slechts één goede maatstaf over n.l. die van de arbeidsproduktiviteit. Elke andere voert onherroepelijk tot steeds grotere inflatie. Het is echter in de praktijk onmogelijk deze norm zelfs bij benadering te hanteren. De reeds eerder door ons geciteerde Dr. Albeda schreef onlangs: „Geen enkele loon politiek, van welke vorm ook, is opge wassen tegen een overspannen arbeids markt." En daarin heeft hij ongetwijfeld gelijk. Ook de socialist Ir. Vos wees daar in de Eerste Kamer op: „Tenslotte zal de loonpolitiek, wil zij slagen, het moeten hebben van een beter evenwicht tussen vraag en aanbod op de arbeids markt". Hij zei het er niet bij, maar hij bedoelde: er zal in plaats van een te kort aan werknemers van 100.000 eerst een overschot van 2% dit cijfer wordt economisch gezien juist geacht voor een evenwicht of ongeveer 90.000 moeten komen. Het probleem komt hierop neer: wij betalen de vol ledige werkgelegenheid met inflatie, doch omgekeerd zal deze, indien ze steeds sterker doorzet, een teruggang veroorzaken, die werkloosheid brengt. Zo draaien we rond in een vicieuze cir kel. NAAR DE MIDDELHnRNIS-TEL:Z3ZS Het werk voor de tunnel in de Oude Maas tussen Barendrecht en Heinen- oord is begonnen. De rijkswaterstaat heeft de bouw van deze verbinding, die de Barendrechtsebrug gaat vervangen, opgedragen aan de NESTUM II voor ongeveer 34 miljoen. Deze aannemerscombinatie is nog be zig met het werk aan de Beneluxtunnel dat nu in het laatste stadium is ge komen. Geleidelijk zullen mensen en inateriee] van de N.C. Nederlandse Sluis en Tunnelbouw Maatschappij naar de oevers van de Oude Maas verhui zen. Het werk daar is enige tijd gestag neerd doordat de uiterwaarden onder water liepen. Thans zijn echter draglines aan de slag gegaan. In eerste instantie worden twee bouwputten gegraven. In één dok worden straks de vijf tunnelstukken ge bouwd op de noordelijke oever op grondgebied van Barendrecht. Een tweede wordt gemaakt voor de bouw van de noordelijke afrit. Aan de andere oever is men nog niet bezig. Over onge veer drie jaar moet de tunnel gereed zijn. OUDDORP Geslaagd. Woensdag 19 jan. slaagden de dames mej. L. Tanis en A. van Kop pen voor compeuse-lerares. Zij genoten hun opleiding aan de Modevakschool „Haarlem" te Haarlem. OUDE TONGE Op dinsdag 1 febr. a.s. zal te Oude Tonge weer een stille omgang worden gehouden naar het massagraf op de Spuidijk. Vertrek vanuit de R.K. Kerk 3.30 uur; dringend wordt verzocht niet aan de weg als toeschouwer te gaan staan, maar in alle stilte aan de optocht deel te nemen. Voorts wordt gevraagd vanaf 2 tot 5 uur de vlag halfstok uit te hangen. De herdenkingsdiensten in de kerken zullen als volgt worden gehouden: Ned. Herv. Kerk: zondagavond 6 uur; R.K. Kerk dinsdagmorgen 9.30 uur Requie- mis; Ger. Gem. dinsdagavond 7.00 uur. Een 8-ton zware D 4 Caterpillar bull dozer van de aannemingsfirma S. Mul der uit Sommelsdijk is dinsdagmiddag wat men noemt diep gezonken en de machinist A. Verhage uit Middelhar- nis heeft daarmee de schrik van zijn leven te pakken. De bulldozer werkte die dag op het terrein naast de R.K. kerk aan de Langeweg te Middelhamis aan het opruimen van de zware boom stronken van de op dit terrein gerooide bomen die plaats maken voor nieuwe aanplant. De heer Verhage wist dat er onder de grond een regenbak was maar had geen idee van de grootte daarvan; hij hobbelde er enkele malen overheen totdat hij, dwars op de put staande, fUnk opduwde en de gemetselde regen bak onder dit geweld bezweek. De bull dozer zakte weg; het leek aanvankelijk nogal mee te vallen en van de takel wagen van de fa. Campfens werd dan ook verwacht dat hij de drenkeling weer overeind zou helpen. De geschrok ken machinist had toch de moed om achter de stuurknuppels plaats te ne men zij het met de klompen in het water en de machine mee te laten helpen. Tot 3 maal toe trok de krach tige takelwagen de staalkabels af en zelfs zette men de lierdraad vast aan een stevige boom aan de overzijde van de Langeweg. Enig resultaat bleef uit; de bulldozer zakte steeds dieper weg toen ook de zijkant van de put het be gaf, lag de bulldozer er tenslotte vrij wel op zijn zijkant in. Duizenden voe ten sopten door de papperige grond en de beste stuurlui zaten niet in de takel wagen maar stonden druk confererend rond het welgevulde gat. Zelfs de takel wagen werd moe en kon ook niet meer op eigen kracht uit het „moeras" ko men. Nadat dinsdagavond stalen rij platen waren gelegd daagde woensdag morgen krachtiger hulp. Een G.M.C. takelwagen van Garage Nijsse uit Oude Tonge geassisteerd door de wagen van fa. de Lignie uit Sommelsdijk, in toom gehouden door een tractor hesen de bulldozer rechtstandig omhoog tot grote opluchting van machinist Verhage die zijn betrekkelijk licht beschadigd werk- paard na dit avontuur weer zonder nat te voeten te krijgen kon bestijgen. Speciaal In het opma'Ken van B. V. d. VEER Telefoon 2682 WestdQk ó6 MIDDELHARNIS Op 10 maart de trouwdag van prinses Beatrix en de heer Claus von Ams- berg, zullen de rijksinstellingen voor onderwijs gesloten zijn. De gemeentebesturen en de besturen van de instellingen voor bijzonder on derwijs wordt verzocht eenzelfde ge dragslijn te volgen. MIDDELHARNIS-SOMMELSDIJK Zoals men zich zal herinneren heeft de befaamde Kon. fanfare „Sempre Crescendo" te Middelharnis bij de brand in het schoolgebouw vorig jaar juni een gevoelig verlies geleden. Sempre had n.l. in deze O.L. school een repe titielokaal waarin de muziekbibliotheek en tal van instrumenten waren opge slagen, temeer instrumenten omdat Sempre zich in die dagen voorbereid de op de te verlenen muzikale mede werking bij de feestelijkheden rond het 500-jarig bestaan van de gemeente. De avond na de brand kon de door Sem pre geleden schade enigszins worden vastgesteld. Men kwam aan een bedrag van niet minder dan f 18.000, De bevolking van Middelharnis en Sommelsdijk bleek tot helpen bereid en onder aanvoering van Burg. Hordijk begon een grootscheepse inzamelings- aktie; de steun die hierbij werd on dervonden was enorm. Nu de actie dezer dagen is afgeslo ten geeft dat alle reden tot dank. Sem pre heeft nieuwe instrumenten alsook een deel van de inventaris kunnen aan schaffen en heeft de beschikking gekre gen over een lokaal van de Openbare Ulo voor repetitielokaal. Het bestuur en leden van de Fanfare zijn zeer dankbaar voor de spontane hulp die soms van verre werd gebo den als oud inwoners van de brand hoorden en begaan met het lot van Sempre een gift stuurden. Sempre is weer gaaf, het kreeg van de burgerij een nieuw vaandel en zal ongeschonden aan komende feestelijk heden de nodige luister bijzetten.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1966 | | pagina 1