EIIATIDEII-tllElJWS
PUROL
Een bloemengroei van
emigranten
IVOROL
I
Ditjes en Daijes
Glaasje op?
Laat U rijden!
MIDWINTERBLAZEN IN TWENTE
automobielen
l>e Bruid Tan
Jichokland
Open een rekening
Bethlehem
laar
2e blad
Donderdag 23 december 1965
No. 3448
per 1963
EN.
^n en
paken in
lancieel-
.V.
>neel
[en
iwjaar
ERING
AER"
-jV
it it is:
it it it
Tanden blanIc-AdemfHs
Onbetwist de beste tandpasta
Boekbespreking
A. V. d. Vliet
|ir"~~~
it it it
Nanne ligt in haar bed te luisteren
naar het geraas van de storm. Soms
schuifelen de dakpannen of rammelt het
raam. Als de wind even bedaart, hoort
zij in het belendende vertrekje het ge
kreun van het schipperskindje. Dan ligt
ze met ingehouden adem te luisteren en
lATIE-
I komen in
or.
Ivoeligheid vai|
Irassen ten oP'I
lonkruidbestrij-l
Ireekt hier e»|
Ihet begin soi«-|
>t niet te ga''
mislukking
factoren
heer van
wel duidetf|
lesting in
Iniet kan «"'l
Ie heer van 4
Isante discuss»
It door de
Irdeel zou w<"'
van der We
li/en daarop n'
r het door W'
teze dia's
kr mooie en 'f'
;den en het n
n stad in
dil
enkele m
voorzitter o"
i^erflakkee
jpersverenig'l
nens woenfa
3 uur in
n jaarvergi
Een geslaagd Kerstfeest
De vergeten groepen
Een woord voor de predikanten
Een geslaagd Kerstfeest begint bij
Galeries Modernes." Deze slagzin prijk
te in de étalages van het bekende wa
renhuis in één van onze grote steden.
Paar is dan weer zo'n zin om een poos
je over te mediteren achter het stuur
van je auto of in een stampvolle trein-
coupé of bij het gezelliige haardvuur,
terwijl de regen tegen de ruiten klet
tert
Een geslaagd Kerstfeest begmt bij
G. M." Zou het waar zijn? Men zou het
bijna gaan geloven, als men zich reali
seert wat we met z'n allen van dat gro
te heilsfeit hebben gemaakt, in de we
reld enja helaas óók in de kerk.
Moet ik nu gaan fulmineren tegen
het groen, waarmee we pogen de krib
be van Bethlehem op te sieren? Tegen
het kunstlicht, dat onze duisternis toch
niet kan doorboren? Tegen de kerst
kransen, die de honger naar het Brood
dat uit de hemel neergedaald is tóch
niet kunnen stillen? Tegen de roman
tische en commerciële sfeer, waarin we
Gods grote daden hebben getrokken?
Ik doe het niet, want het kwaad zit
veel dieper. Er is geen plaats voor het
Kind in de herberg, ook niet in de
elk huis
tegen wat de huid deert!
kerk, omdat er geen plaats is in ons
natuurlijk hart. En of we die vijand
schap en die afweerhouding nu camou
fleren met wat romantiek of met wat
godsdienst, dat maakt niet zoveel ver-
I schil.
In elk geval begint het geslaagde
[kerstfeest niet in Galeries Modernes,
I daar zijn we het wel over eens. Waar
I het dan wel begint? De grote kans op
een geslaagd kerstfeest hebben we,
dacht ik, in de kerk. Want het Woord
I is vlees geworden en het heeft onder
[ons gewoond, en het woont nóg onder
[ons in de prediking van het Evangelie.
De prediking is het enige ons bekende
middel om de mensen met God te ver-
zoenen. Misschien beschikt de Heere
i God nog wel over andere middelen,
j maar die zijn ons niet bekend gemaakt.
„„'t Is wijsheid naar de stal van
Bethlehem te treden
Dat is, opdat gij 't weet te komen in
Zijn kerk,
Gij vindt er Godes Zoon en Zijn
verkoren leden.
Al gaat het er wat slecht en
armelijk te werk."
Door middel van de prediking van
het Evangelie is de zaligmakende ge-
[nade Gods verschenen aan al-
Ie mensen." Maar uiteindelijk is de blij
de boodschap slechts van waarde voor
de armen en verslagenen van geest. De
koning Herodes werd ontroerd en ge-
i heel Jeruzalem met hem, maar dat
duurde niet zo lang. Het echte Kerst-
i feest begon in de velden van Efratha
I bij een paar eenvoudige herders en in
f de tempel bij een paar oude mensen.
1 Of eigenlijk nog eerder, bij Maria, die
in haar „Magnificat" zong: Armen heeft
Ihij met goederen vervuld, maar rijken
f heeft Hij ledig weggezonden." En
[eeuwen later heeft Joost van den Von-
del het met andere woorden nagezegd:
„Hier is de wijsheid ongeacht,
Hier geldt geen adel, staat noch
pracht;
De hemel heeft het kleên verkoren:
Al xuie door ootmoed wordt herboren
Is van het laatste geslacht."
Zouden we misschien, omdat Kerst-
1 feest het feest van de „vergeten groe-
[pen" is, in deze donkere tijd van het
haar zo geneigd zijn aan de vergeten
[groepen te denken? Aan de militairen,
I die met de Kerstdagen op wacht moe
ten staan en dus geen verlof hebben?
Aan de verpleegsters, die hun leven in
dienst van de lijdende mensheid heb
ben gesteld, een taak, die ook tijdens
de feestdagen ononderbroken door
imoet gaan?
Aan de eenzamen en bejaarden, die
juist in deze dagen het-alleen-zijn zo
moeilijk kunnen verwerken?
Zonder al deze mensen ook maar iets
tekort te willen doen, zou ik aandacht
willen vragen voor een geheel andere,
vergeten groep: die van de predikan
ten. Er blijken maar weinig mensen in
de gemeente te zijn, die er enig besef
van hebben wat er in deze tijd van het
jaar van de dienaren van het Evange
lie wordt gevraagd. De tijd van vóór
Kerstmis tot na Nieuwjaar duiden ze
onder elkaar gewoonlijk aan als „de
Tiendaagse Veldtocht". Het minimum-
werk dat ze gedurende deze tien dagen
hebben te verrichten, is acht keer pre
ken, waarvan minstens vier keer over
het Kerstevangelie. Daar komt dan nog
het een en ander bij, zoals Kerstsamen
komsten van de diverse verenigingen.
Kerstmeditaties voor bejaarden,' Kerst
feesten van de zondagsschool, enzo
voorts. En in vele gemeenten schijnt
het vanzelfsprekend te zijn, dat de do-
miné overal zijn woordje doet, want
„hij heeft er immers voor geleerd
Wat een opgave is het al, om iedere
week het Evangelie te verkondigen!
Gods Woord te vertolken in mensen
woorden, wie is tot deze dingen be
kwaam? Men hoort nog weleens dat
predikant zijn het gemakkelijkste be
roep is er dat bestaat, want „een domi-
né werkt maar één dag in de week."
Ik geloof niet dat er een predikant is
die zijn taak zo opvat. Mocht er wel
één zijn, dan is hij gewoon een lui
aard, van wie we met een variant op
de Spreuken kunnen zeggen dat hij een
verscheurde toga of preekjas zal dra
gen... Maar al zou hij niet meer doen
dan tweemaal per zondag Gods Woord
verkondigen, dan is het nóg een taak
die te zwaar is om door mensenschou
ders te worden gedragen.
Om dan van het Kerstevangelie maar
te zwijgenDe apostel Paulus, die
er toch wel wat van geleerd had, be
sluit zijn ambtelijke raadgevingen aan
Timotheüs met de veelzeggende woor
den: „En buiten alle twijfel, de ver
borgenheid der Godzaligheid is groot,
God is geopenbaard in het vlees
Eigenlijk kun je daar niet over pre
ken, je kunt er alleen maar van zin
gen!
Laten we in onze voorbede onze pre
dikanten niet vergeten, opdat ze hun
schone, maar moeilijke taak met vreug
de mogen volbrengen: een rijke Chris
tus verkondigen, die arm geworden is
om arme zondaren rijk te maken in
Hem.
En mogen onze predikanten ik
weet niet of één van hen in deze druk
ke dagen tijd heeft om naar een „leek"
te luisteren zich gedragen weten op
de vleugelen van het gebed en mogen
beseffen dat God aan hen heeft toebe-
trouwd wat Hij aan de engelen heeft
onthouden: de bediening van het Woord
der zaligheid. En wanneer zij dat heil-
geheim niet in volle diepte kunnen
peilen, laten ze zich dan troosten met
deze woorden uit een Kerstpreek van
Dr. H. F. Kohlbrügge: „Laat ons in on
ze harten bewaren en overleggen wat
wij nog niet zo recht kunnen uitleg
gen en uit elkander zetten evenals Ma
ria, de begenadigde, dat deed, die ook
niet recht alles zo vatten kon wat zij
hoorde en zag, gelijk betuigd wordt:
Doch Maria bewaarde deze woorden al
le tezamen, die overleggende in haar
hart."
Ik wens alle lezers een gezegend
Kerstfeest.
Waarnemer.
en U ontvangt en betaalt op een
snelle en eenvoudige wijze. Een
handtekening is voldoende en wij
zorgen voor de rest. Voor al uw
bankzaken naar de
BOERENLEENBANKEN
RAIFFEISENBANKEN
OUDDORP
Sluitingsdagen gemeente-secretarie.
In verband met de herindeling gemeen
ten per 1 jan. 1966 de gemeente-secre
tarie op 29, 30 en 31 december a.s. voor
het publiek gesloten zijn (wegens ge
deeltelijke verhuizing naar Goedereede.)
RIJMEN VAN TIJMEN
Mijnen kwijnen ietwat.
Kolen niet in tel.
Alles tengevolge,
Van die aardgasbel.
Limburg merkt het reuze.
Heus geen kolennood.
Vele kompels hebben.
Strakj es daar geen brood,
't Onderaards gewriemel,
Wordt veel minder hoor.
't Zwarte goud of aardgas.
Ja, wat gaat nu voor?
Wie is graag in d' olie?
Wie mint 't zwarte goud?
Het wordt met de mijnen,
Toch wel wat benauwd.
Dafjes rijden strakjes.
Vanuit Limburg weg.
Alles ten gevolge.
Van die mijnenpech.
Weer een andere serie.
Wordt geproduceerd.
En het loopt natuurlijk,
Als vanouds gesmeerd,
't Loopt in de miljoenen,
Wat men bouwen gaat.
Ondergrondse werkers.
Zijn er mee gebaat.
Er komt heel wat kijken,
Eer 't zozeer zal zijn.
Maar in al die plannen.
Zit een vaste lijn.
Duizend man vervoert men,
Strakjes door de lucht.
Dat wordt voor zeer velen,
'n Goedkope vlucht.
Voor twee honderd gulden,
Naar de overkant.
In de hope dat men,
Onderweg niet strandt.
De techniek durft heden,
Toch wel heel wat aan.
Men schijnt in die dingen,
Nergens voor te staan.
Veilig-vlug-voordelig
Geldt dat straks ook hier?
't Allergrootste vliegtuig,
Staat al op papier.
Tijmen
Jenever wordt genuttigd uit een glas
van 35 cc inhoud. De sterkte hiervan is
SS'/o, d.w.z. 100 cc. jenever bevat 38 cc.
zuivere alkohol. Dit betekent dus per
glas van 35 cc. inhoud: 13,3 cc. alkohol.
Voor een glas bier dat een sterkte heeft
van 5"/o betekent dit 12,5 cc. alcohol. De
snelheid waarmee alkohol in het bloed
wordt opgenomen hangt onder meer af
van de tolerantie van de bestuurder, de
hoeveelheid voedsel die hij heeft geno
ten, de aard van de gebruikte drank en
het tempo waarin dat gebruik plaats
vond. Als ruwe maatstaf voor een ge
middeld individu (70 kg.) met de min
ste tolerantie kan per consumptie een
bloed-alkoholgehalte van 0,25»/oo wor
den aangenomen en voor de verbran
ding van de alkohol kan 0,15''/oo per uur
worden aangehouden. Het wachten tot
dat de alkohol is uitgewerkt is dus een
kwestie van geduld! Na vier glazen zal
het daarom ruim 6 uur duren voor het
lichaam de gebruikte alkohol heeft ver
werkt. Wie de veiligste weg kiest voor
zichzelf en anderen, drinkt geen enkel
glas als hij binnen IV2 uur nog rijden
moet.
Wat is de uitwerking van alkohol?
Proefondervindelijk is vastgesteld dat
bij een groot aantal personen bij een
bloed-alkohol-gehalte van 1 promille
(dat is 1 gram alkohol op 1 liter bloed)
de opmerkingsgave met 35%, de reactie
tijd met IT'/o, de vaardigheid tot juist
handelen met 10"/o verminderde. Reeds
bij 0,5 "/oo kunnen het evenwichtsgevoel
(wijze van rijden), het perspectivische
zien (inhalen!), de reactiesnelheid (rem
weg), de nachtblindheid (rijden bij duis
ternis), het visueel onderscheidingsver
mogen (kleurenblindheid), de diepte-
waarneming (afstand schatten) enz.
worden gestoord. Overdreven? Het is
duidelijk dat een werkelijke dronkaard
meestal niet aan het besturen van een
voertuig toekomt of daarvan door der
den wordt weerhouden, maar dat het
grote gevaar op de weg wordt gevormd
door de bestuurder aan wie weinig op
vallends valt waar te nemen, maar bij
wie „enkele glaasjes" hun uitwerking
niet hebben gemist.
De conclusie is duidelijk: Een goede
rijder, die de gezelligheid van een glaas
je niet wil ontberen plaatst zichzelf
voor de keuze:
of zich te laten rijden (openbaar ver
voer, taxi, echtgenote, verloofde, vriend)
of te wachten totdat de alkohol is
In Twente wordt no galtijd het Midwinterblazen in ere gehouden in de Adventstijd. Het eeuwenoude gebruik is in zo
verre „gemoderniseerd", dat het in wedstrijdvorm wordt gehouden. In de gemeente Losser werd een wedstrijd voor
senioren gehouden welke gewonen werd door de blazers uit Saasveld, die wij hier in actie zien boven de put.
Na 1945 zijn ongeveer 130.000 neder-
landers naar Australië vertrokken. Zo
valt het te verklaren dat bijna iedere
Nederlander wel een vriend of zelfs een
familielid naar dat ver gelegen wereld
deel heeft zien vertrekken. En als de
herinneringen aan hen, juist nu tijdens
de Kerstdagen, ons zo sterk voor de
geest verschijnen, dan vragen natuur
lijk hier zovelen zich af, hoe zullen zij
het maken? Kerstmis op het zuidelijk
halfrond wordt in het begin van de zo
mer gevierd. Op de stranden bij de gro
te steden stromen de mensen bijeen.
Zeker, zij doen dit om de warme en
stoffige huizenzee te kunnen ontvluch
ten. De vrije natuur in. Zij doen dit im
mers elk zomerweekend. Maar met
Kerstmis schept men met elkander een
sfeer van vertrouwen en goedheid, dat
zich duidelijk manifesteert in het zich
als mens onderling gebonden te voelen
op dat veraf gelegen continent. Wel
voelt men dan het gemis van de onster
felijke sfeer uit de oude landen; van
vredig brandende kaarsjes in naaldbo-
men van herten in de sneeuw of van
een kerstnachtwandeling bij helder
weer als dan de sterren een sterker en
toekomstverwachtingsvoller licht naar
de donkere aarde schijnen. Want er is
in Australië met Kerstmis eigenlijk te
veel licht. Er wordt, zoals in de oude
landen, veel aandacht geschonken aan
het (kalkoen) kerstdiner. In Australië
verwacht men ook de vrede, al weet
men dat het nog zóveel maal Kerstmis
moet worden alvorens die vrede einde
lijk zal komen en er dan permanent zal
zijn. Er is nu slechts vrede in symboliek.
Een voorbeeld daarvan is de Christmas-
tree die in een onberispelijk, vlammend
oranje tegen de bijna altijd blauwe
lucht alleen maar vreugde uitstraalt!
De Australiërs en de emigranten zen
den daarvan afbeeldingen op naar fa
milieleden en vrienden. Of afbeeldingen
van andere bloeiende bomen en bloe
men. Heel toepasselijk zou een bos ever
lastings (strobloemen) in gedroogde
staat kunnen worden opgezonden. Soms
treft men in niet al te droge streken,
grote hoeveelheden van deze bloemen
aan. Met hun ineenvloeiende kleuren
verdringen ze het schaarse groen in het
overigens ruwe landschap. Al zoeken
de, vindt men er ook orchideën, waar
van de spin-orchidee heel typisch de
vorm van een spin in eigen gedaante
weergeeft. Ook tere soorten, als de
uitgewerkt alvorens weer te gaan rij
den.
De prijs van een taxi of een hotel
overnachting weegt niet op tegen de
„prijs" voor het rijden onder invloed...
Een goed gastheer of gastvrouw houdt
er rekening mee dat alkohol en verkeer
niet samengaan!
Glaasje op? Laat U rijden!
blauwe en gele orchideetjes, nauwelijks
ter grootte van een sneeuwklokje, zijn
vondsten apart en gelden, afgebeeld als
kerstgroet, zeker tot de meest geliefde
bloemen. In een vreemd land groeien
als vanzelf ook vreemde bloemen. Zij
doen tenminste vreemd aan, maar wie
eenmaal vertrouwd is geraakt met vorm
grootte, geur, kleur en bisotoop van
dergelijke bloemen, vraagt zich alleen
nog af, hoe bestaat het dat ze zó mooi
zijn! Hier mogen gerust de kangeroe-
paw en de catpaw (paw is spoor) ge
noemd worden. De kangaroo-paw )ani
gazanthus manglessii) is de nationale
bloem van West-Australië. Ze heeft lan
ge rode stengels en draagt daarop groen
rode bloemen. Deze bloemen eenmaal
op hun vindplaatsen aangetroffen, bren
gen de bezoeker terug naar een prehis
torisch tafereel. Een prehistorisch beeld
geeft zeker ook de black-fellow, een
korstammige plant getooid met lange
naar beneden gebogen spritvormige bla
deren. Vooral als tussen hen in de kan-
garoopaw met hun vreemdsoortige bloe
men verschijnen. De meest populaire
bloem in West-Australië is de blauwe
leschenaultia. Staan ze in volle bloei,
dan bedekken ze in allerlei blauwe
schakeringen hun uitgebreide groei
plaatsen. En zo zijn er meer. In de len
te veranderd „the bush" van West-Aus
tralië in een tuin van weergaloze pracht.
De flora bevat over 6800 soorten die
met elkaar wedijveren in kleur en ver
schijning en vormen samen een verruk
kelijk bloemenkleed aan hen die het
kunnen zien. Dat zijn de Australiërs. De
MINIATUUR COMPUTER KAN
TRANSPORT TRANSFORMEREN
Een miniatuur computer, niet groter
dan een draagbare radio, die een vlieg
tuig of een oceaanstomer zou kunnen
besturen of de productie van een olie
raffinaderij regelen wordt door een
vooraanstaande Britse groep van elec-
tronica-fabrikanten op de markt ge
bracht, aldus „De Molenaar". Een prak
tischer toepassing voor deze computers
is om als regelaars in Chemische fa
brieken. Staalfabrieken en Olieraffi
naderijen te dienen. De computer is ook
bij uitstek geschikt voor het regelen van
het wegverkeer in drukke stadscentra
en om electrische centrales en gasfa
brieken te bedienen. Imperial Chemical
Industries is één van de eersten die een
order voor deze nieuwe computer heeft
geplaatst, t.w. de micro-miniatuur appa
raten, de Argus 400 en Argus 500 ge
naamd.
Ook de Universiteit van Manchester
heeft zo'n computer besteld, die ge
bruikt zal worden voor het verwerken
van gegevens die worden ontvangen
door de mark 1 radio-telescoop van Jod-
rell Bank.
lente daar is niet voorbij, het wijde land
ligt nu weer maanden en maanden in
een vaak doodstille hitte met alleen
maar een verdorde totaalrest van al die
mooie bloemen. Gelukkig zijn vele van
die bloemen op kaarten afgebeeld en
worden door een bevolking van zo'n
internationale afstamming, naar bijna
alle landen van de wereld verzonden.
Verzonden als bloemengroet voor Kerst
mis.
D. HOOGZAND
Als kind was Kerst een feest zo blij
Vlak bij was Bethlehem
Als moeder zong in noze rij
Vereend met vaders stem
Wij zongen saam van lof en prijs
Van Eer zij God! met klem.
Er stond geen kerstboom op de reis
Maar 't kind van Bethlehem.
Nu zet men bomen om de stal
En Jezus ziet men niet.
Stil zijn de huizen overal
Waar hoort men nog een lied?
De weg van 't Woord is helder licht
Daar hoeft geen kaarslicht bij.
Voor hem die 't oog op Christus richt
Is Bethlehem vlakbij.
Lanerta
„Voor peuters en kleuters" door
A. van Vliet-Ligthart Schenk.
N.V. Uitgeversmaatschappij De
Graafschap, Aalten.
Dat is nu eens een echt boek, om voor
de „peuters en kleuters" voor te lezen!
Ongekunsteld, goed begrijpelijk, in ech
te kindertaal. Sommige verhaaltjes zijn
in versvorm, andere in kinderproza, met
niet al te lange zinen. Er staat bij ie
der verhaal een fraaie tekening, wat de
kinderen nog meer aandacht zal geven.
Klaas Vaak bijvoorbeeld, met zijn zak
met zand en dan de drie wilde rakkers
(blz. 26) vinden we wel bijzonder mooi.
Het is een vertelboek dat het „doen"
zal. Het is zeer fraai uitgevoerd, de der
tig verhaaltjes zijn op prima papier ge
drukt met duidelijke letter en gebonden
in fraaie band met stofomslag. Groot
formaat, prijs 6.90.
Voor nieuwe en goede gebruikte
onder volle garantie.
GARAGEBEDRIJF
Julianaweg 78 - Telefoon (01877) 7 64
Mellssant
[VERVOLGVERHAAL
door L. KOMBRINK
[Copyright J. J. Groen Zn. N.V.
Vrouw Brand heeft het
lopeens geweldig druk. Toch vindt ze
jnog tijd om Gart op z'n nummer te zet-
tten die op kletsnatte kousevoeten door
ide gang komt sakkeren en daardoor de
[gang vuil maakt. De schippersvrouw
[kijkt ietwat schichtig naar de moppe
rende vrouw. Ze zit dicht bij de kachel
fen de damp slaat haar uit de kleren.
{Haar gezicht is bleek, de haren plakken
[haar tegen de slapen. Met bezorgde
jogen kijkt ze door de nauwe opening
jvan de eveneens natte deken.
„Vooruit Nanne, sta daar niet zo te
pijken. Haal een kruik uit de kast; ik
[heb nog heet water over. En tot de bib-
I berende schippersvrouw: „Mens doe dat
[kind toch uit die natte deken" en dan
[weer tegen Nanne: „Toe kind, haal eens
[een droge van boven.
Zij moppert op Brand, die met een
tgelijkmoedig lachje staat toe te kijken.
liiDie mannen doen niks. Je bent zo aan
jde beurt voor droge kleren, hoor! Eerst
[moet dat wurm en ook haar moeder on
der de wol".
Nanne plaatst een kruik op het zin
ken aanrecht en wil hem volgieten,
maar haar moeder voorkomt dit. „Laat
maar kind, je morst toch. Zoek maar
een vlug droge sokken op voor je vader
en Gart."
„Ik ben helemaal nat, Jante", brengt
Brand in het midden „en Gart ook".
„Dan moet je maar even wachten
Ziezo, die is vol" en de vrouw een wenk
gevend: „Kom mee stumperd. Een beet
je warmte zal je goed doen. Waar is je
man?"
„In de schuit denk ik. Hij zal wel hel
pen om de zeilen te bergen", antwoordt
ze zacht.
„Maar hij is toch óók nat. Vooruit Gart
haal ze op, de knecht ook", en Gart
loopt met een verongelukt gezicht de
deur uit.
Het gezin van Brand is met vier per
sonen vermeerderd. De jonge schip
per en zijn knecht zitten bij de kachel,
nadat zij voorzien zijn van droog goed.
De schipper heeft kleren aan van Brand
en de knecht kan samendragen met
Gart. Nog altijd buldert de storm over
het eiland. Het is gezellig in de huis
kamer. De roodwangige kachel ver
spreidt een aangename warmte en de
schipper vertelt met neerslachtige stem,
hoe de storm hem overrompelde, 's-
Morgens vroeg was hij uit Lemmer ver
trokken. Het was toen goed zeilbaar
weer. Er zat wel een buitje aan de lucht
maar och, het was voor de wind. Toen
het begon te dagen, kwam de storm zo
plotseling opzetten, dat het onmogelijk
was om terug te keren. „En nou zit de
schuit onder water", zucht hij, dan
stampt hij met zijn voet op de vloer en
vloekt.
Nanne, die met verstelwerk bezig is,
schrikt. Het is de eerste maal, dat ze
hier in huis hoort vloeken. Vast en ze
ker zal vader daar iets van zeggen en
verwachtend kijkt ze hem aan.
Brand kijkt de man hoofdschuddend
aan en zegt met kalme stem: „En vloek
je nu, omdat je met je vrouw en kind
gered bent? Betekent dat schip zoveel
voor je, dat het behoud van mensen
levens niet meetelt?
Zeker ik weet, wat het zeggen wil, zo
van je spulletjes af te moeten stappen,
zonder iets mee te kunnen nemen. Maar
bedenk schipper, dat het verlies van je
schuit niet opweegt tegen het bezit van
vrouw en kind. Door Gods goedheid is
het ons mogen gelukken om jullie te
redden. Jullie hadden ook dood in zee
rond kunnen drijven".
„Voor mij was dat niet erg geweest"
zegt de schipper schamper. Ik ben to
taal geruïneerd en een prettig vooruit
zicht is het niet, om je verdere leven te
tobben om je kop boven water te hou
den".
De korte dag spoedt ten einde. Bui
ten blaten de schapen. Hun weide is on
der water verdwenen en nu knabbelen
ze aan het korte gras, dat hier en daar
op de terp groeit. Al hoger stijgt het
water. Steeds kleiner wordt het lage
eiland, want het vloedgetij is nog niet
losgerukt van de zeebodem en worden
voortgestuwd door stroom en wind. Als
kleine eilandjes drijven ze voort; som
mige botsen tegen de Noorderdam of
worden over de palen geslagen, zodat
ze in de rietvelden terechtkomen. Later
wanneer het woeden van de zee is be
koeld, zullen schippers jongens of vis
sers deze grote bonken veen uiteen-
trekken, omdat er enkele malen geld
stukken in werden gevonden. En altijd
was er wel iemand bij die wist te ver
tellen, hoe dat geld daar in kwam. Had
er vroeger geen eilandje tussen Urk en
Schokland gelegen? Nagele, dat in één
nacht werd verzwolgen door het water?
Langzaam breidt de schemering zich
over Schokland uit. De zon zinkt weg
naar de kim. Aan de Westelijke horizon
vegen purperen wolkenflarden en zetten
de zee in brand. Langzaam aarzelend
alsof zij zich schaamt, verbergt de zon
zich achter het kleed van fel oplich
tende kleuren. De vissers wijzen er el
kaar op.
„Hij gaat in een nest onder" vertelt
oude Bart aan de anderen en dezen
knikken. Oude Bart wil hiermee zeggen,
dat het morgen weer slecht weer zal
zijn. Voortdurend zoeken hun ogen de
woelige watervlakte af. Maar er is niets
te zien dan wild kuivende golven en op
de rede van Schokland tientallen, voor
anker liggende schepen, waarvan de
masten als dunne naalden tegen het
zwart van een wegdrijvende bui om
hoog pieken. De Middelbuurt is nog een
kleine massieve boomgroep en de Zui-
dert schijnt nog maar even boven het
water uit te steken. Doch het is gezichts
bedrog want de Zuidpunt van Schok
land is eveneens een hoge terp, die vele
meters boven N.A.P. ligt.
„Het zal me benieuwen, hoe die luid-
jes daar het maken", wijst een schip
per in de richting van de voor anker
liggende schepen.
„Niks geen last hoor!" weet een ander.
„Er is goeie ankergrond en dat zegt
alles".
„Ik ga naar boord" vertelt oude Bart,
„en jullie doen goed om naar je land-
vasten te kijken. Als er een kapot
schuurt, ga je drijven".
„Net als de jongens van Flip van
ouwe Bape", lacht een der jongeren.
„Dat was van de zomer met die on
weersbui, weet je nog wel, Bart?" De
oude man knikt. „Pas maar op, dat het
jullie niet overkomt, goeden avond."
zou ze er zo vreselijk graag heengegaan
zijn.
De schipbreuk heeft het rustige een
tonige leventje van de eilanders ver
stoord. Een storm is geen nieuwje, maar
dat een schip dicht bij de haven ten on
der gaat, is niet alledaags te noemen.
Vele gedachten dwarrelen door Nanne's
hoofd. Zij ziet weer de wilde golven
over het zinkende schip slaan, de vech
tende botter en de vrouw, die met bleek
gezicht in de schuit stond. Haar dam
pende kleren, toen ze bij de kachel zat,
en haar angstige blik, wanneer ze naar
het kindje keek. Zou de vrouw slapen?
Vast niet. Hoe zou ze kunnen slapen
met het zieke kindje naast haar? Hoor
de wind eens. 't Is net alsof het huis
dreunt. Zouden er nu ook lichtjes over
de terpen dwalen en zou Bart óók kun
nen slapen?
Nog eenmaal gaan haar ogen open. De
vage omtrekken van het raam worden
verlicht door het flikkeren van de blik
sem, heel ver weg. Dan slaapt ze in,
doch de gebeurtenissen van de voorbije
dag woelen nog lang na in haar geest en
onrustig is haar slaap. Als vrouw Brand
heel laat even komt kijken, vindt ze de
dekens op een hoop gewoeld. Vlug,
maar voorzichtig dekt ze Nanne toe en
er ligt een tedere trek op haar gelaat,
wanneer ze een kus op Nanne's voor
hoofd drukt. Dan glijdt ze als een
spooksel weg in haar witte nachtpon en
sluit behoedzaam de deur.