let Indonesische
drama
Het werkpaardl heeft ook
op Flakkee bijna afgedaan
Meditatie
Vele hoefsmeden hebben de travailies opgeruimd
FVC. KORTEHEG k ZOON
p jaargang
Vrijdag 15 oktober 1965
No. 3428
CHR. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG
'VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
Zaai
len en maaien
Fruitmanden en FruithakiBs
„De Fruitcentrale"
EEM mEuhElEn
KRUIDER's
WONINGINRICHTING
Nieuwe burgemeester
van Goedereede
Opmars van de tractor
Verhoging normen
Bijstandswet
pBINS HiaSDRIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDEXHAKNIS
Redactie en advertenties: Kantoor Langeweg 13, SommelsdlJk
Tel (01870) 26 2». na 8 uur 's avond* TeL 2017 Giro 187B80
Vertchynt tuieemaal per week: dinsdag- en vrydagavond
ABONNEMENTSPRIJS 2,50 PER KWARTAAL
ADVERTENTIEPRIJS 14 cent per mm.
Bij contract speciaal tarief
ffat zich de laatste weken in Indone-
jë afspeelt, kan met recht een drama,
^n treurspel, genoemd worden. Wat
ifdereen al sedert lang kon zien aanko-
uen is nu gebeurd: de steeds sterker
({spannen verhoudingen tusSen de po
litieke machten zijn geëxplodeerd en
^it land'verkeert op allerlei gebied in
nu complete chaos. Terwijl de econo-
uische toestand met de dag slechter
lordt er is groot gebrek aan rijst op
Jet overbevolkte Java, de geldinflatie
it in hollend-tempo voort, de corrup-
neemt steeds groter afmetingen aan,
je bevolking van de grote steden wordt
jproerig vanwege het voedselgebrek
pjrdt thans de grote strijd gestreden
iiissen het oprukkend communisme en
Je volksgroepen, die daarin een dode
lijk gevaar zien voor godsdienst en vrij-
Het is jammer, dat dit volk van
miljoen, levend in een potentieel
rijk land n.l. rijk aan bodemschat-
en natuurprodukten, door een vol-
wanbeheer economisch dreigt-ge-
niineerd te worden en het slachtoffer
jiordt van de strijd tegen de opdrin
gende rode vloedgolf. Het had zó heel
anders kunnen zijn. Toen het in 1949 de
onafhankelijkheid verwierf §n de vrij-
lieid was er grote vreugde. Men dacht
onder leiding van Soekarno een schone
toekomst tegemoet te gaan, maar even
als in zoveel andere gedekoloniseerde
landen zijn de Indonesiërs niet in staat
geweest een geordende staat en een re
delijk fuktionerende economie te schep
pen. Integendeel, van den beginne af-
aan is het steeds bergafwaarts gegaan.
Aan wie de schuld? Zoals overal zal
ook hier een aantal factoren in het spel
zijn geweest. Naar onze mening ech
ter is de hoofdschuldige president Soe
karno. Hij moge een intelligent man,
een handig politicus en een groot rede-
naar zijn, hij beschikt niet over de kwa
liteiten om een volk, dat in armoede
leeft, tot welvaart te brengen. Hij is be-
ïeten van de romantiek der revolutie.
Hij is meer volksmenner dan regent.
De sociale ellende interesseert hem
minder dan de internationale status van
zijn land en van hemzelf. Hij is heers-
zuclitig en praalziek, lijdt aan groot
heidswaan en verspilt het weinig* geld
van de schatkist aan luxueuze reizen
en imposante bouwwerken, dat alles tot-
meerdere glorie van Soekarno zelf.
De verbetering van het Jot der bevol
king is nimmer serieus ter hand geno
men. De buitenlandse politiek trok meer
zijn belangstelling dan de binnenlandse
Met urenlange redevoeringen trachtte
hij het volk rustig te houden, maar
woorden kunnen geen rijst vervangen.
Toch is hij erin geslaagd de sympathie
en aanhankelijkheid van de grote mas
sa te behouden. Hij was immers de Be
vrijder, de man die Nieuw-Guinea uit
de klauwen van Nederland halde, iVTa-
leysië zou vernietigen en Engeland en
Amerika trotseerde. Een aureool als van
een halfgod omgaf hem en zonder Soe
karno was-en is nog voor velen een vrij
Indonesië ondenkbaar.
Het is echter, dunkt ons, nu wel be
wezen dat de Soekarnistische politiek
op een volslagen fiasco is uitgelopen. De
eenheid, waarnaar hij zo intensief heeft
gestreefd ,is niet gekomen, integendeel,
het Indonesische volk is meer verdeeld
dan ooit. De oorzaak daarvan is in we
zen, dat het Soekarno-bewind onmach
tig en onbekwaam was op eeonomisoh-
sociaal gebied. De politiek domineerde
en het welzijn van het volk werd ver-
waarloosa. Het gevolg daarvan was een
hopeloze chaos op allerlei gebied; het
faillissement van de roeplah, een kapot
te economie, grote armoede en gebrek.
En daaruit resulteerde weer een enorme
groei van de aanhang der conununisten,
die van deze onverantwoordelijke poli
tiek een dankbaar gebruik hebben ge
waakt. De Indonesische communistische
partij telt 3 miljoen leden en 18 miljoen
sympathisanten. Ze is na die -van Rus
land en China de grootste ter wereld!
Ziedaar het resultaat van Soekarno's
20-jarig bewind.
En zo is dan op donderdag 30 sept. de
bom gebarsten. Hoe het daar in Dja
karta allemaal precies is gebeurd, we
ten slechts weinigen. Kolonel Oentoeng
begon de staatsgreep als voorzitter van
^en z.g. revolutionaire raad. We hebben
6r allerlei tegenstrijdige berichten over
gelezen en daardoor vermenigvuldigen
zich de vragen, waarop nog geen be
trouwbare antwoorden te geven zijn.
Handelde Oentoeng op eigen initiatief?
Zat de leiding van de Communistische
partij erachter? Was wellicht Soekarno
Zelf erbij "betrokken om zloh op die ma
nier te ontdoen van de macht van het
leger? Waarom bevond hij zich niet in
zijn palels, maar op de luchtmachtbasis
Hakim bij Djakarta, een opstandelingen-
centrum vlak bij de plaats waar de zes"
bekwame legergeneraals Janl, Parman,
Soetojo, Harjono, Soeprapto erfPand-
laitan op gruwelijke wijze zijn ver
moord? Wat was het eigenlijke doel van
Oentoeng? Wilde hij Soekarno bescher-
JJien of afzetten? Dachten de opstande
lingen dat Soekarno's dood nabij was?
Of vreesden de communisten voor een
•nilitaire staatsgreep op 5 oktober, de
Dag der Strijdkrachten en probeerden
ze de generaals vóór te zijn? Welke rol
speelde de minister van Buitenlandse
Zaken, de communistisch gezinde Soe-
"andrio? We moeten het antwoord
vooralsnog schuldig blijven.
Toch lijkt het ons niet helemaal on
mogelijk tot enkele waarschijnlijke ver
onderstellingen te komen. Allereerst de
wl van Soekarno. Zelf heeft hij meer
malen gezegd, dat hij marxist is, maar
Seen communist. Het verschil daartus-
„Want die in zyn eigen vlees zaait,
zal uit het vlees verderfenis maai
en, maar die in de Geest zaait, zal
uit de Geest het eeuwige leven
maaien." (Gak 6 8)
'Luther heeft in zijn verklaring van
de brief aan de Galaten bij deze tekst
aangetekend, dat hij deze en dergelijke
teksten niet graag verklaart, omdat de
verklaring en de aandringing op beoe
fening daarvan, de schijn zou kunneri
hebben dat,degenen die tot het verkla
ren van de Schrift geroepen-zijn, hier
mede elgen^ voordeel zouden beogen.
Dat is misschien dan ook de reden
waarom deze en dergelijke teksten zel
den of nooit onder de aandacht van de
gemeente gebracht worden. Zodoende
blijft een gedeelte van de Schrift altijd
op een afstand van de mensen staan,
terwijl alles tot lering beschreven is.
En daarom wagen wij het om. er hier
een enkel woord van te zeggen.
Speciaal In het opmaken van
B. V. d. VEEB
Telefoon 2682 WestdQk 36
MIDDELHARNIS
Waar gaat het over in dit schriftge- I
deelte? Nergens anders over dan het
onderhouden van de dienaren des
woords. Lees het verband er maar op
na. Die nu In zijn eigen vlees zaait, zal
uit het vlees verderfenis maaien. De
bedoeling hiervan is, dal wie zijn na
tuurlijke gaven, zoals geld en goed, be
steedt ten dienste van zijn eigen vlees,
dus louter bedacht is op zichzelf, en
met zijn geld geen goed weet te doen,
door daar een gedeelte van te besteden,
dat voor God verantwoord is, aan de
dienst van God, die moet niet denk-en
dat de Heere daar een ledig toeschou
wer van is.
Neen, die zal loon naar werken ont
vangen. Die zal maaien wat hij ook ge
zaaid heeft. Hij heeft in handel en wan
del betoond, alleen bedacht te zijn ge
weest-op zichzelf, op eigen voordeel, op
het aardse leven en alles wat van be
neden is, en voor het geestelijke niets
over gehad te hebben. De dienst des
Heeren was hem weinig of niets waard.
Een zodanige levensopenbaring ver
raadt geen liefde tot God en Zijn dienst
maar het tegendeel, ook al praat men
misschien nog zo mooi. Men betoont
door zodanig te handelen, meer een
liefhebber van zichzelf te zijn en eigen
voordeel, dan van het koninkrijk Gods.
De zodanlgen zullen uit het vlees ver
derfenis maaien. D.w.z. dat de vrucht
van hun handelen hen geen geestelijk
voordeel brengt, maar het uiteindelijke
oordeel met zich mee zal brengen.
Heeft dit woord deze of gene, ja ons
allen, in deze welvarende tijd niet iets
te zeggen? Hoeveel wordt er niet uit
gegeven ten dienste van het vlees, voor
eigen genoegen, hetzij dat men het op
maakt of oppot, het is aan het eind
één en heföelfde, terwijl de zaak des
Heeren maar karig bedeeld wordt. De
Heere neemt van dit alles notitie en zal
aan het eind ook deze dingen in het ge
richt brengen en een iegelijk vergelden
naar hetgeen hij met zijn goed en geld
gedaan heeft, hetzij goesd of hetzij
kwaad. Wee daarom degene die in het
vlees zaaitNeem dit ter harte,
want het Is Gods Woord.
Die daarentegen In de Geest zaait,
die zal uit de Geest het eeuwige leven
maaien. Dat is het tegendeel van het,
eerste deel van de tekst. In de Geest
zaaien wil daarom zeggen, het zijne, dat
God hem gaf, aanwenden ten dienste
en ten nutte van het koninkrijk Gods.
Dat moet natuurlijk niet geschieden uit
een „do ut des" beginsel: Ik geef opdat
Gij geeft. Gods zaak is geen koophan
del, maar als het wel is, moet het een
liefdedienst zijn. Men kan er het eeuwi
ge leven niet mee verdienen. Maar als
de goede werken voortkomen uit het
geloof, dan Is de vrucht daarvan aan
het eind het eeuwige leven.
Want de zodanlgen zullen uit de
Geest het eeuwige leven maaien. Zij
hebben betoond iets, ja zo nodig, alles
voor de zaak des Heeren over te heb
ben. God die alles geeft, is alles waard.
Dit moet niet zijn een vroom belijden
alleen, maar dit vraagt om beoefening.
Is daarom misschien deze tekst bij u
minder geliefd? Denk er dan om dat
het (nogmaals) Gods woord is. En God
laat zich niet bespotten. Want wat de
mens zaait, dat zal hij ook maaien.
Die het op de juiste wijze beoefenen
mogen zullen aan het eind het zichzelf
horen toeroepen: Over weinig zijt gij
getrouw geweest, over veel zal Ik u
zetten. Ga' in in de vreugde uws Hee
ren.
M.
Ds. H. C. V. d. Ent
sen ontgaat ons. Het laatste voegde hij
er slechts bij, omdat hij formeel boven
de partijen wilde staan. Maar dat hij
sterke sympathieën voor het communis
me en voor Rood-Chlna heeft, is dui
delijk gebleken. Bovendien ziet hij in
Rood-China de maoht van de toekomst
in Azië. Om zijn „troon" te redden had
hij zich irmerlijk al lang aan die zijde
geschaard, bovendien niet gehinderd
door principiële scrupules. Hij denkt
blijkbaar, dat hij ook in een communls-
üsch land de lakens kan blijven uit
delen, maar vergeet, dat Peking en
Moskou alleen-marionetten dulden.
Zijn rode sympathieën blijken vooral
hieruit, dat hij de P.K.I. (de Indonesi
sche Comm. partij) steeds meer haar
gang liet gaan. Nu deze partij of een
deel van haar aanhang blijkbaar iet
wat voortijdig heeft willen toeslaan,
heeft hij, beschermd door een sterk door
communisten geïnfiltreerde^ luchtmacht,
op de luchtbasis Hakim, de ontwikke
ling van de gebeurtenissen afgewacht.
Hij vertrouwde de legergeneraals niet,
speciaal de Min. van Defensie en opper
bevelhebber Nasoetion en diens mach
tige positie was hem een doorn in het
oog. Deze bekwame generaal is een ge
lovig islamiet en sterk anti-communis
tisch zoals de meeste mohammedanen.
.Wanneer deze het lot gedeeld had van
de andere zes generaals hij wist door
de zelfopoffering van een officier licht
gewond aan het bloedbad te ontkomen
zouden de opstandelingen gemakke^
lijker spel hebben gehad en ware de rol
van het leger wellicht uitgeschakeld en
zou, de staatsgreep waarschijnlijk ge
lukt zijn. Het leger is n.l. de enige
macht in het land, die de rode opmars
kan tegenhouden. Maar deze uitschake
ling is mislukt en door het energiek op
treden van Nasoetion zijn deroUen om
gedraaid. .De opstandige troepen zijn
verslagen en de ordelievende anti-com
munistische volksgroepen grepen moed.
Er openbaarde zich een massale bewe
ging tegen het communisme en het
schijnt, dat deze de situatie beheerst,
zowel op Java als in de buitengewesten.
Trouwens, wanneer Java communis
tisch geworden was, zou de toestand
voor de Javanen allesbehalve rooskleu
rig zijn geworden, want deze- zijn wat
hun voedsel betreft, in. vele opzichten
v-an de andere eilanden afhankelijk.
De rol van Soekarno schijnt echter
nog niet uitgespeeld. Hij wil de zaak
sussen en speelt weer de rol van-grote
verzoener der tegenstellingen. Het Is
niet onmogelijk, dat hij hierin nog
slaagt ook. Oosterse volken zien prin
cipiële tegenstellingen niet zo scherp
als wij. En de populariteit van Soekar
no, al heeft ze zeer waarschijnlijk een
lelijke deuk gekregen, is nog groot ge
noeg om hem opnieuw de leiding te be
zorgen. Bovendien zullen velen van de
gedachte ultgaaii, dat deze man ondanks
alles wat tegen hein aan te voeren Is,
de enige is, die het Indonesische volk
bijeen kan houden. Eh Inderdaad, wan
neer hij door een-normale dood zijn
nieren zijn, zoals hij onlangs tegen een
journalist zei, een steenfabriek of
door een gewelddadige zou uitvallen,
dan zal ongetwijfeld een burgeroorlog
In optima forma het onvermijdelijk ge
volg zijn. De grote vraag Is dan, wie
als overwinnaar uit de chaos te voor
schijn zou komen: Nasoetion en de anti-
rode volksgroepen of Aidit, de leider
van de communistische partij.
Hoe de huidige troebelen ook verlo
pen, Indonesië gaat een duistere toe
komst tegemoet. Het reglem-Soekarno
kan, gezien diens gezondheidstoestand,
niet lang meer standhouden. En de com
munisten kunnen wel even wachten. De
economische chaos neemt toe, het on
derling wantrouwen eveneens. Vroeg of
laat komt de eindstrijd. Maar dit staat
vast: het Indonesische volk, dat zo blij
was met zijn vrijheid, heeft deze even
min als zoveel andere gedekoloniseerde
volken weten te hanteren voor hogere
welvaart. Het adoreerde een volksmen
ner en daarvoor moet het duur betalen.
Naschrift.
- met heel veel ruimte
Oostdqk 53-61 Sommelsdük
Op het moment dat we dit schrijven
lijkt het erop, dat de anti-communis
tische krachten ontwaakt zijn uit hun
verdoving. Met als voorhoede het leger
is men bezig het communisme onscha
delijk te maken. De vraag is of dit
slechts tijdelijk Is dan wel voorgoed en
ook hoe Soekarno hierop zal reageren.
Er schijnt thans vrijwel niet geregeerd
te worden. Zullen Nasoetion en zijn me
destanders zich weer laten biologeren
door Soekarno en genoegen nemen met
een compromisoplossing? Wij hopen
van harte, dat het volk van Indonesië
de kracht zal ontvangen zich te ont
doen van het rode gevaar en ook zonder
Soekarno de weg zal vinden naar een
betere toekomst.
In de Staatscourant van woensdag 6
oktober nr. 192 is een oproep geplaatst
voor sollicitanten voor een burgemees
ter van de nieuwe gemeente Goederee
de (ongeveer 7600 Inwoners).
De huidige burgemeester de heer J-
A. Kleijnenberg wordt op 2 rnaart 1966
65 jaar en gaat dus met pensioen.
Voor de drie andere gemeenten op
Goeree-Overflakkee, -n.l. Dirksland,
Middelhamls en Oost-Flakkee zijn geen
sollicitanten opgeroepen.
Bij de herindeling op Schouwen-Dui-
veland heeft men dit ook niet gedaan.
Het ligt dus voor de hand dat de bur
gemeesters H. Bos voor Dirksland, P. W.
Hordijk voor Middelharnis en W. M. v.
d. Harst voor Oost-Flakkee zullen wor
den benoemd.
Met de vorming van de vier nieuwe
gemeenten op Goeree-Overflakkee gaan
dus twee burgemeesters heen; ééil die
met pensioen gaat, waarvoor een an
der in de plaats komt, en (wnd.) burge
meester C. Nieuwenhuyzen van Nieuwe
Tonge en Stad aan 't Haringvliet, om
dat deze beide gemeenten in de agglo
meratie Müddelharnis worden opgeno
men.
DIRKSLAND
Dam en Schaakclub. De dam en
schaakclub „Dirksland" begin weer
dinsdag l9 oktober a.s. te 8 uur in het
gebouw onder de Wiek. Nieuwe dam-
en schaakliefhebbers zijn welkom.
De verdringing van dierlijke trek
kracht door de motorische wordt duide
lijk geïllustreerd door een Duitse sta
tistiek die onlangs werd gepublleeerd.
In 1948 waren er in,de Bondsrepubliek
nog 1.76 miljoen ossen als trekkracht in
gebruik.-Er waren toen 1,2 miljoen
paarden. De tractor stond nog in de
kinderschoenen: er waren er niet meer
dan 74.000. In 1964 was de toestand ra
dicaal gewijzigd. Het aantal ossen dat
als trekkracht diende was verminderd
tot 235.000 het aantal paarden tot 347,000
Het aantal tractoren intussen was on
geveer vijftienmaal zo groot als in 1948,
namelijk 1.107.000. Men moet daarbij
bedenken, dat deze cijfers voor de dier
lijke trekkracht nog geflatteerd zijn. In
het cijfer voor de paarden zijn namelijk
alle paarden begrepen, niet alleen de
trekpaarden, maar ook rijpaarden. (DIA)
De staatssecretaris van cultuur, re
creatie en maatschappelijk werk, de
heer C. E'gas, h^eft de gemeentebestu-
.ren meegedeeld dat de uitkeringsbe
dragen op grond van de rijksgroepsre
geling werkloze werknemers, de tijde
lijke rijksgroepsregeling minder validen
(Algemene bijstandswet) met het oog
op de waardevasthéidsbepalingen met
ingang van 3 oktober 1965 zijn ver
hoogd.
De basisuitkering voor een echtpaar
wordt van 58,per week op 61,05
per week gebracht. De uitkering voor
een alleenstaande stijgt van 40,31) tot
42,40 per week. De uitkering ,voor een
blinde die thuis woont, wordt ver
hoogd van 28,80 tot 30,30 per week
envoor een werkloze werknemer die
thuis woont van 25,90 tot f 27,25 per
week.
Het beslaan in volle gang. Het coorbeen
wordt door zijn baas gerustgesteld.
Nu ook in onze agrarisohe streek een
met paard bespannen wagetu een zeld
zame verschijning gaat worden mag
men daaruit zeker oonoluderen dat het
vrorkpaard nagenoeg heeft afgedaan.
De trouwe viervoeter, zeer terecht een
edel ros genoemd, is door de mectoani-
sche P.K.'s overtroefd; de landbouwer
die eeuwenlang van de diensteni van het
paard gebruik maakte Iaat de factoren
arbeidsprestatie en rentabiliteit preva
leren boven het vleugje romantiek dat
rondom het paard is ontstaan. Het
werkpaard heeft baan gemaakt voor een
vervanger die, hoe deugdelijk hij ook
moge zijn niet meer is dan eeö leven
loze ijzeren copy van de gewillige wer
ker. Met het verdwijnen van het werk
paard krijgt de hoef smid het minder
druk. Ook zijn werk is bijna gedaan.
Over dit verdwijnende beroep zullen
we in dit artikeltje iets meer zeggen.
Het beroep van hoefsmid is bepaald
geen gemakkelijk beroep. Liefde tot het
dier en een gedegen vakmanschap zijn
hierbij voor een julstg beoefening een
eerste vereiste. Het hoefbeslaan was
vroeger uiteraard een veelvoorkomend
werk. In de, drukste tijd had b.v. de
smederij van fa. J. Vis te Sommelsdijk
3 travailies waarvan dagelijks driik ge
ls op een paaltje gebonden. Het dier
VOOR BETER f^
NAAR DE
Het gewonde dier is doordat de vier benen bij elkaar werden getrokken op
de grond gelegd, waarna de veearts zyn werk doet. De krachten die in de tra-
vaille in toom werden gehouden braken nu weer los.
MIDDELHRRNIS-TEL:Z3Z8
brulk van werd gemaakt. Een werk
paard wordt gemiddeld om de 4 a 6 we
ken van nieuwe hoef ijzers voorzien. Het
dier wordt dan de travaiUe, een stevige
stelling met vier hoekbalken, binnenge
loodst. Het komt zelden voor dat een
paard voor de travalUe een panische
angst heeft. Wanneer dit het geval Is
is het beroep van hoefsmid niet langer
gevaarlijk. In zijn schrik gaat het
paard soms wUd om zich heen slaan al
is, eenmaal In de travaiUe, de ruimte
hiertoe beperkt. Om de te beslane hoef
wordt een stevig touw geslagen en het
betreffende been wordt, om, het beslaan
mogelijk te maken, aan een stang of
paal gezet en vastgebonden. Het oude
hoefijzer wordt verwijderd, inclusief de
draadnagels en van de aangegroeide
hoef wordt met een mes eeA gedeelte
verwijderd.
Inmiddels is het hoefijzer in het bran
dende smidsvuur roodgloeiend gestookt.
Roodgloeiend ook wordt het op de ge
voelloze paardenhoef gedrukt, wat een
penetrante geur veroorzaakt, waarbij de
hoefsmid schuil gaat achter stinkende
rookwoUcen. Wanneer het ijzer aldus
zijn zeet heeft gekregen, wordt de hoef
nog wat bijgewerkt en het ijzer met
draadnagels vastgezet. Zoals gezegd
vereist het beslaan een goed vakman
schap. De heer Jaap Lodder uit Som
melsdijk, gediplomeerd hoefsmid, doet
dit werk al 32 jaar. Hij herinnert zich
de tijd dat elke smid zich op het beslaan
toelegde en de een het al mooier pro-
beerde te doen dan de ander. Thans is
hij de enige die nog paaren beslaat in
de gemeenten Middelhamls, Sommels
dijk, Nieuwe Tonge en Stad aan 't Ha
ringvliet. In de oorlog toen er geen ijzer
te krijgen was maakte Jaap Lodder de
hoef ijzers zelf. Honderden paren ijzers
heeft hij uit vormeloze stukken ijzer ge
smeed.
Ook ongelukken
Zoals gezegd is het beroep van hoef
smid niet zonder gevaar zoals enige we
ken geleden duidelijk bleek in de sme
derij van Vis te Sommelsdijk waar Jaap
Lodder een paard- besloeg. Het dier
moet hevig geschrokken zijn, waarbij
hij zich, staande in de travaiUe aan een
uitstekend' ijzer ernstig verwondde
Jaap Lodder kon nauwelijks aan de
trappelende hoeven ontkomen. Het
paard In kwestie had een diepe wond in
de borst en verloor veel bloed. De vee
arts Terlouw uit Middelhamls heeft
zijn uiterste best gedaan het bloeden te
stoppen en de wonde te hechten. Het
gewonde en verzwakte dier "werd door
sterke mannen gevloerd en in toom
gehouden, waarna de veearts zijn werk
kon doen, met aanvankelijk succes. La
ter op de dag toen het onrustige dier de
wonde weer had opengetrokken is hij
aan de verwondingen bezweken. Ook
dit maakt de hoefsmid mee.