Bij de 300ste geboortedag van Bernardus Smytegelt Plaatselilk nieuws I>e ütrijd om het beiitaan BEDFORD -k -k Boekbespreking Echte raketten: Nieuw kinderspeelgoed UIT DE kERKEN 'VERVOLGVERHAAL Garage Knöps Bladz. 2 „EILANDEN-NIEUWS" Dinsdag 10 augustus 1965. Op 20 augustus a.s. is het 300 jaar geleden dat Bernardus Smytegelt werd geboren. Er zal wel geen officieel ge denkboek over hem verschijnen; er zal ook wel geen tentoonstelling aan hem worden gewijd. Het zou weinig in de lijn van Smytegelt liggen, hem te ma ken tot object van Gereformeerde hel denverering. Anderzijds mogen we daiïkbaar zijn voor het goede dat God in deze gemoedelijke volksprediker en veelgelezen „oude schrijver" aan Zijn Kerk heeft geschonken. „Een Zeeuw onder de Zeeuwen" is Smytegelt-Xraak genoemd. De bevolking van de eilan den, waar zijn invloed groot geweest is, mogen bij zijn 300ste geboortedag in een vluchtige schets van zijn leven en werk aan z^jn betekenis vi^ordeni herinnerd. Het geslacht 'Smyteg-elt De familie Smytegelt was afkomstig van het eiland Tholen. In de Grote Kerk van Tholen bevindt zich het graf van burgemeester Cornelis Jacob Smy tegelt, overleden in 1542. Van het stadje aan de Eendracht zijn de Smytegelts over heel Zeeland verspreid, vooral naar Goes en Middelburg. Om een legende uit de wereld te hel pen: de naam Smytegelt herinnert niet aan een verre voorvader, die z'n goeie geld over de balk gooide, zoals weieerts wordt beweerd. Het familiewapen ver toont een boer, die met een stuk hout naar een „geit" varken) smijt. Waar schijnlijk hebben de Smytegelts dus boerenbloed in hun aderen gehad. De familie Smytegelt heeft ook enkele predikanten aan de kerk geschonken. Een oom van Bernard, Pieter Smytegelt was van 1680 tot 1697 predikant te Mid delburg. Een neef van Bernard (zoon van zijn broer) Marinus Smytegelt, was van 1722 tot 1728 predikant te Borssele, waar hij op 28-jarige leeftijd overleed. Diens zwager, Ludovicus de Camps, ge-, huwd met Anna Smytegelt overleed eveneens op jeugdige leeftijd in 1727 als predikant te St. Maartensdijk. Jeugd- en studiejaren Op 20 augustus 1665, het rampjaar van de Tweede Engelse Oorlog, werd Bernardus Smytegelt te Goes geboren, als tweede zoon uit het tweede huwelijk van zijn vader Marinus Smytegelt. De vader was boekhandelaar, de moeder, Anna Lambrechtsen wordt als „zeer ontwikkeld en zeer vroom" beschreven, zij was volgens degenen die haar van nabij kenden „een juweel in de genade". Reeds vóór zijn geboorte had zij, even als Hanna, haar zoon bestemd voor de dienst des Heeren,. Zo leerde Bernard reeds in zijn jeugd de Heere vrezen en kon hij later weinig over zijn bekering vertellen. Tot troost van hen, die ook niet wisten van een „eertijds" zei hij vaak: „ik weet van mijn verandering ook niet, dat is al in mijn kindsheid ge schied". Smytegelt bezocht de Latijnse school in Goes en daarna de Universiteit van Utrecht. Met name de colleges van de hoogleraren Leydekker en Witsius heeft hij ingedronken als water. Vooral voor Witsius had hij grote waardering, hij zei later nog dikwijls: „Die man kan niet recht beschreven of geacht worden dan door hen, die hem van nabij gekend hebben." Omgekeerd had Witsius waar dering voor de student Smytegelt. Er wordt nog verteld dat Bernard op ka mers woonde samen met een student, die nogal een vrolijk leventje leidde. Toen hij zich daarover bij professor Witsius- beklaagde, verklaarde deze te hopen dat van hem (Bernard) een gun stige invloed op zijn kamergenoot zou uitgaan! Predikant te Borssele In 1687 verliet Smytegelt de Dom stad om voor de Classis Zuid-Beyeland praeparatoir examen te doen. Daarna stelde hij zich beroepbaar. Helaaser was zulk een overvloed van candidaten, dat geen enkele gemeente zijn dienst begeerde. Twee jaar Jang stond hij, naar zijn eigen woorden „ledig aan de markt". Reeds was hij besloten, in een. vlaag van moedeloosheid, naar Enge land te gaan om daar predikant te wor den, toen de schoolmeester van Borssele op 12 april 1689 hem het beroep van deze gemeente kwam overhandigen. Smytegelt nam het terstond aan en deed op 20 mei d.a.v. intrede met 2 Cor. 4:7: „Maar wij hebben deze schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid der kracht Godes zij en niet uit ons". Smytegelt heeft in Borssele een paar rustige en niet ongezegende jaren door gebracht. Hij heeft er als predikant van nauwelijks 25 jaar veel geleerd van een oude geoefende Christin. Een moeilijk» 'gemeente was Borssele «iet. De acta van de kerkeraad vermelden de „ge wone" censuurgevaUen: dronkenschap, burenruzies, familietwisten, enz. Later sprak hij steeds met liefde over Borsse le. Nog slechts twee^en-een-half jaar was Smytegelt in Borssele, toen hij een beroep ontving naar Voorburg. De ijs- gang stagneerde de zaak en in die tus sentijd werd hij ook beroepen in zijn geboorteplaats Goes. Hij nam dit aan en bedankte voor Voorburg. Op 26 mei 1692 preekte hij afscheid van. Borssele. Predikant te Goes Dat een profeet geen eer heeft in zijn vaderland heeft Smytegelt in Goes niet ondervonden. Hij werd er op de handen gedragen en zijn prediking trok scharen mensen, ook uit de omliggende plaatsen. Men zei met het oog op zijn prediking en die van Carolus Tuinman: „Het is alsof de dagen van Witsius en van Ba- rensonius zijn teruggekeerd". Hij was nog slechts kort in Goes, toen er een politiek conflict losbarstte tussen de stadhoudersgezinde partij en die van de regenten. De leiders van deze laatste groep kwamen na een oproer dat op re volutie geleek in de gevangenis terecht. Smytegelt heeft in dit conflict een uitnemende rol gespeeld. Hoewel zelf oranjegezind en dus aan de kant van de stadhouder staande, ging hij persoonlijk bij Willem III voor de burgemeester Westerwij k pleiten, en na diens arres tatie bezocht hij hem vele malen in de gevangenis! Een staaltje van tact en te gelijk van zielszorg! Predikant te Middelburg N? een tweejarige ambtsperiode in Goes werd Smytegelt op 15 augustus beroepen naar Middelburg. Als jong predikant, nog geen 30 jaar oud, ging hij erheen, op 70-jarige leeftijd zou hij er met emeritaat gaan. Hij Werd er op 16 januari 1695 bevestigd door zijn oom Pieter Smytegelt, tegelijk met Ds. Ja cob van Strijen. De bevestigingstekst was Jes. 30 20: „Uwe, ogen zullen uwe leraars zien"- Smytegelt deed' intrede met Hand. 10 33. Een groot aantal predikanten heeft Smytegelt in die 40 Middelburgse jaren zien komen en gaan. De gemeente beschikte over 5 kerkgebouwen met 12 predikanten. Van zijn collega's noemen we: Jacob van Strijen (1694-1698); Jaco bus Fruytier (1695-1700); Jacobus Ley dekker (1698-1729); Petrus Immens (1698-1720); Carolus Tuinman (1699- 1728); Johannes van Aalst (1705-1712); Jacobus Willemsen (1728-1774) Gedurende de ambtsperiode van Smyte gelt in Middelburg zijn er heeLwat stor men over de gemeente gegaan. De Clas sis Walcheren moest vaak waakzaam zijn tegen allerlei dwaalleer. In die strijd zien we Smytegelt zelden op de voorgrond treden, zijn kracht lag in de prediking en het pastoraat. De band aan Middelbvu^g werd zo hecht dat hij voor beroepen, naar Rotterdam eri Utrecht bedankte. Naast veel waardering on dervond Smytegelt ook vijandschap. Na zijn dood merkte De Beveren, zijn op volger op: „Hebt gij er lust in, kwaad van hem te spreken? Gij zijt de eerste niet". Smytegelt zelf wist de vijand schap ook met een Christelijk geduld te dragen, hij zei weleens: „Wilt ge ons niet horen? Hoort dan onze medebroe ders. Wij wensen u daar veel zegen on der." Emeritaat en dood. De laatste jaren van zijn ambtsperi ode werd Smytegelt door vreselijke pij nen bezocht, waardoor hij zich genood zaakt zag, emeritaat aan te vragen. Het werd hem eervol verleend op 9 mei 1735. In zijn plaats werd beroepen Ds. A. W. de Beveren uit Naarden, met w-ie de oude dienaar nog intiem bevriend werd. In de zomer nam hij voor hem nog, wel eens een beurt waar, bij voorkeur een doopdienst. Het was ook De Beveren^ die hem in zijn laatste uren bijstond. Zijn, laatste woorden waren: „De tijd mijner ontbin ding is aanstaande. Ik sterf in den ge- love". Op 6 mei 1739 ontsliep hij, op 12 mei werd hij in de Oude Kerk begra ven. De Beveren hield de rouwpreek over 2 Kon. 2 11-12 „Mijn vader, mijn vader, wagen Israels eh zijn ruiteren". In een slotartikel willen we nog stil staan bij Smytegelt's werken, betekenis en invloed. W.x^.G. „De Kerkgeschiedenis verteld aan jong en oud" door Johan Vreug- denihil. Deel IV. Uitgeverij W. M. den Hertog te Utrecht. Prijs 9,90. Met dit vierde deel -^an de Kerkge schiedenis van Vreugdenhil is dit stan daardwerk compleet geworden. Het wacht reeds enige tijd op bespreking. Het gereedmaken van dit laatste werk had vertraging, ten eerste door de ziek te van de samensteller, maar meer nog, dat er enorm veel tijd van voorberei ding voor nodig was. Het begint bij het bewogen jaar van 1566 (de beeldenstorm) en we zitten daarbij midden in de tijd van de refor matie. De gevaarlijke aanval der-Armi- nianen op Gods Kerk wordt er in be schreven, de strijd tussen de remon stranten en contra remonstranten, de Dordtse synode 1618-1619 waar de dwa lingen werden weerlegd. Doorgaande in de Kerkhistorie ver telt hij van de Engelse kerk in de 17e eeuw; het Piëtisme in Duitsland en Ne derland; iets over de Methodisten, de Verlichting, de Franse Revolutie enizo- voort. Verder geeft hij een beschouwing over de Haagse Synode, Ijet reveil, de afscheiding, Ledeboerianen, de Dolean tie en de Ned. Herv. kerk na 1886. Schone bladzijden worden over het, werk der zending beschreven, de ver deeldheid op de kerkelijke erve wordt door hem betreurd. Daartegenover wijst hij de oecumenische beweging, de we reldraad van Kerken af, en beschrijft als tegenpool de I.C.C.C, die wel sa menwerking zoekt met kerken uit alle werelddelen maar dan op de vaste grondslag van Gods Woord. De schrij ver neemt dus bij zijn beschrijving een vast standpunt in. Het is geen gemakkelijke taak ge weest voor de auteur, om dit werk sa men te stellen. Voor de wijze waai;op hij dit gedaan heeft zijn wij vol lof. Het is overzichtelijk, er ligt een mooie lijn in, vooral wat betreft de overgangen van het een op het andere tijdperk. Het is een dergelijk werk toch niet mogelijk om alles te beschrijven, waarom het een kunst _is om samenvattend en toch dui delijk te zijn. Terecht een werk voor jong en oud, want de verteltrant is ■^^an die aard, dat ook een kind het kan be grijpen. Het mooiste is echter dat er telkens een heenwijzing is hoe de Heere Zijn Kerk leidt. Laten wij de schrijver even zelf aan het woord: „De weg van de kerk des Heeren is een weg van val len en opstaan, een weg van bloed en tranen. Wat heeft de Satan, de wente lende eeuwen door, alles in het werk gesteld Gods kerk te vernietigen. Al! es te vergeefs. De vorst der hel zal de Kerk des Heeren blijven aanvallen tot aan het eind der dagen, maar éénmaal zal hij het moeten opgeven. De ware kerk des Heeren mag -^daarom moed houden. Christus staat voor Zijn Kerk i in". Deze Kerkgeschiedenis is bijgewerkt tot op heden de geschiedenis eindigt eerst als Christus komt op de. wolken des Hemels, om de Zijnen, die tot de strijdende Kerk op aarde behoren te doen overgaan in de triumferende. Daar om is kerkgeschiedenis hooit af. De heer Vreugdenhil zeer bekend door zijn „Bijbelse Geschiedenis" heeft ons volk een grote dienst bewe zen, door deze kerkgeschiedenis te schrijven. Het complete werk i§ een blijvend bezit, wij wensen deze boeken in veler handen. Van harte aanbevolen. Wij leven in de eeuw van het kind en het spreekt dus haast vanzelf, dat in Amerika nu ook al raketten als kin derspeelgoed worden verkocht. De ra ketten zijn miniatuur-copieën van de „echte", c-ompleet met een toren voor het opstellen en het afschieten 'ervan, om te zwijgen van een controle-paneel en alles wat daar zo verder bij te pas komt. Zij kunnen een aanzienlijlïe hoog te bereiken ongeveer 750 meter en op het hoogste punt van hun baan opent zich de kop om een miniatuur-parachu te vrij te maken, die dan zorgt dat het raketje de grond weer bereikt zonder te worden beschadigd. Men kan de raketten dan weer laden (met vaste brandstof) en opnieuw het luchtruim in schieten. De dozen met complete apparatuur' zijn niet eens zo duur: voor everi in de twintig gulden heeft men al een aardig raketje en een nieuw brandstoflading kost niet meer dan één gulden. <DIA). NED. HERV. KERK Beroepen te Aalst, Leerbroek, Mole naarsgraaf en Willige Langerak, kand. H. A. V. d. Pol te Ede; Woudenberg J. den Besten te Huizen; Herkingen, Zet ten, Andelst en Lopik, kand. D. v. Vliet te Kolhem; Stad aan 't Haringvliet J. v. d. Vist te Ochten. Aangenomen naar Nijkerk H. A. v. Slooten te Voorthuizen; Stellendam, kand. A. Janssens te St. Maartensdijk. Bedankt voor Aalst, Brandwijk en, Molenaarsgraaf, kand. A. Janssens, Hui zen A. Romein te Noordeloos; Ede G. v. Estrik. Promotie Ds. H. Goedhart. Naar wij vernemen hoopt ds. H. Goedhart te Rot terdam in sept. a.s. te promoveren tot doctor in de Godgeleerdheid aan de R.U. te Utrecht. De promotor is Prof. Br. Vriezen. Ds. Goedhart werd in 1919 ge boren. Hij diende de gemeenten Reewij k (1946-1948) Middelharnis (1948-1956)-en staat sindsdien te Rotterdam-Delfsha- ven. Ds. J. Hovius te Dordrecht (voorheen te Ouddorp) heeft het ziekenhuis na een verblijf van enkele maanden mogen verlaten. Hij zal nu buiten de gemeen te nog een rustkuur moeten ondergaan. Ds. H. Tol, em. pred. mocht gedenken dat hij voor 40 jaar in het predikambt werd bevestigd. Van 1925-1949 was hij als zendeling werkzaam op Celebes' in dienst van de G.Z.B. Daarna diende hij van 1950-1956 de gemeente Wilnis en van 1956-1963 de gemeente Vriezenveen In dat jaar werd hem emeritaat ver leend. Daarna verbond ds. Tol zich als hulpprediker aan de kleine gemeente Werkhoven. Te Woudenberg heeft zich een Mid den-Orthodoxe evangelisatie kring ge vormd. De kerkeraad heeft in een kan- selboodschap hiertegen stelling geno men en de gemeente gewaarschuwd zich niet te onttrekken aan de bearbei ding ener prediking die schriftuurlijk- bevindehjk is. Ds. L. Vroegindeweij te Delft schrijft in „Het Geref. Weekbla:d" van 7 aug. j.l. een artikel, waarin hij waarschuwt tegen de tendenzen van vele tegenwoor dige predikanten en predikingen. Hij schrijft o.m.: „Wat had de dominee dan gepreekt? Hij had gepreekt dat zo on geveer alle mensen zalig worden. Wij zijn n.l. allemaal gerechtvaardigd en dus vrijgesproken van schuld en straf. Het vervelende is alleen nog dat som mige mensen dat nog nooit gehoord hebben en anderen het niet geloven. Deze twee groepen hebben nog een preek nodig. Maar die het eenmaal heb ben gehoord en geloofd, kunnen rustig verder leven, bij tijd en wijle God dan ken, van de grote vrijheid die in hun leven gekomen is. Profiteren ,en tegen anderen vertellen dat zij zich geen zorg behoeven, te maken. Maar elke dominee die dat zegt of die zegt dat de grote meerderheid zalig wordt, spreekt in strijd met Gods Woord. De Heere Jezus heeft gezegd dat weinigen de enge poort en de nauwe iWeg vinden. Het is onbegrijpelijk en dwaas dat er predikanten zijn, die zeg gen dat er niets meer behoeft te gebeu ren. Dat is niet het Evangelie van Christus maar een eigen gemaakte gods dienst. De Catechismus zegt dat wij Christus ingelijfd moeten worden en Jezus zei dat wij wederomgeboren moeten wor den. Alleen de wedergeborenen worden zalig, gelijk ook alleen dezen tot het Heilig Avondmaal geroepen worden. Hoe is het nu mogelijk, dat zondag aan zondag van een overstelpende hoe veelheid kansels de noodzakelijkheid van de wedergeboorte en de inlijving in Christus, van de ontdekking aan onze schuld geheel of voor een aanzienlijk deel verzwegen wordt? Men zegt dat het ouderwets is om dit te prediken. Dan is de Heere Jezus ook ouderwets. Laat men dan de godsdienst van Boedda gaan verkondigen, maaf zich niet meer dienaren van het Evan gelie noemen. Is etr dan geen ruimte in het Evan gelie? Daar is veel ruimte. Het Psalm boek zegt: „Uw goedheid Heer' is he melhoog." Het is iedere prediker gera den zeer ruim te spreken van Christus. Maar de weg tot de Borg en het leven met de-Heiland is een nauwe weg. Wan neer men dit laatste uit de prediking weglaat, is men de valse profeet gelijk, die al maar vrede verkondigde en, zei dat er geen gevaar was. 'Zou Christus alleen maar voor het uitverkoren volk gekomen zijn? Ja, dat is HijChristus is gestorven' voor een volk dat Hij niet kende en voor wie Hij niet alleen het leven en de gerechtig heid verwierf, maar aan wie Hij het heil ook zou toepassen. Dat zijn niet al le mensen, maar een bepaald volk. Daarom zegt de Schrift: „Gij zult Zijn door D. Menkens-van der Spiegel Copyright J. J. Groen Zn. N.V. 35 „Ja, maar moeder schrikt zo gauw, als je je eens laat gaan, dié trekt zich al les aan en dan denk je: laat ik het arme mens maar niet van streek maken. Nou en vader zeg Ton, vind jij vader ook zo vreemd de laatste tijd?" „Hoe bedoel je?" „Ik heb het idee, dat hij anders is dan vroeger". „Het hele leven is anders geworden, hè?" „Ja, maar ik bedoel zeg, merk jij niets? Jij bent veel meer met hem sar men dan ik". „Je bent niet erg duidelijk". „Och, als je me niet snapt zie je, als je vroeger eens iets over de toe komst zei, kreeg je altijd zo'n antwoord van: op-God-vertrouwen, maar tegen woordig...." „Tegenwoordig kan vader dat zelf niet en preekt het daarom ook een ander niet voor". „Je bedoelt toch niet, dat hij ongelo vig is geworden?" „Welnee, jo! Tenminste niet op de manier, die we gewoonlijk onder on gelovig verstaan. Ik weet ook niet pre cies, hoe het is, maar ik denk, dat va ders onverhoorde gebeden hem zo moe deloos hebben gemaakt, dat hij niet meer voelt in Gods weg te gaan dat hij meent, door God verlaten te zijn". „Daar lijkt het ook veel op". "„We moeten leren loslaten. Wat ge weest is, komt niet terug; we moeten proberen, vooruit te zien en ook het donkere te aanvaarden." „Kun jij dat?" „Ik heb het geleerd." „Kun je dan dat.van vroeger ver geten?" „Nee, maar ik heb geleerd -afstand te doenom Christus wil. Toen ik kind was, heb ik vaak met benijdende blik ken naar nonnen gekeken, 'k Heb het nooit durven zeggen, maar ik meende toen, dat die wel het ware geloof moes ten bezitten en in elk geval de echte liefde tot Christus. Ik dacht toen aan die tekst: zo wie niet verlaat.om Mijnentwil, die kan Mijn discipel niet zijn. Nu geloof ik niet meer," dat Jezus met verlaten bedoelde, dat je van je geliefden weg moet gaan, maar dat je gewillig afstand moet doen, a^s Hij het vraagt. Vaak word je tot afstanddoen gedwongen, zo ging het mij met Ed, ik kon niet, Ik wou niet, maar Christus zelf heeft het me geleerd. Hoe? Dat zou ik je niet kunnen zeggen, omdat -ik het niet weet. Maar dit weet ik -vyel: Hij leert het ieder, die het werkelijk leren wil. Als je met'heel je ziel bidt: Heere, maak me los, dan doet Hij het en zodra je los bent, weet je dat je het ergste gehad hebt, want je voelt je dan ver bonden aan Hem". Koos kijkt Tonny aan met ogen wijd van verwondering. „Ton, ben jij dan.... bekeerd?" „Och jo, dat is zo'n groot woord. Ik weet het niet. Ik weet alleen, dat ik niet bang ben voor de toekomst, hoe die ook wor4t. Ik wou, dat vader ook al zo ver was. Maar vader heeft zoveel meer los te laten. Denk eens aan, de zaak, die al eeuwen van de Kosters was en daarbij de gedachte: wat moet, ik zonder zaak, hoe vind ik een bestaan, als het helemaal mis gaat. En dan moe der, ze draagt het zo dapper, zfe klaagt nooit tegen vader, maar dacht je niet, dat het hem half gek maakt, moeder te zien ploeteren en tobben, moeder, die een rijk huwelijk had kunnen doen?" „Maar ze hield van vader en ze houdt nog van hem. Geloof je soms dat het haar spijt, die andere lui~te hebben be dankt?" „Natuurlijk niet. Maar dat maakt het toch voor vader niet gemakkelijker? En als hij verder denkt over ons, over wat er van ons worden moet „Hoeft hij over mij niet te doen". „Over mij ook niet, maar, omdat hij vader is, doet hij het". „Konden we hem maar helpen". „We kunnen alleeri voor hem bidden". „Met al ons bidden kunnen we toch niet zeg Ton, daar zijn ze al". „Ja, een half uur vroeger dan an ders." „Zo kinderen, allebei nog op?" zegt vader Koster, als hij binnenkomt. „Koos had in elk geval naar bed moe ten gaan", voegt moeder er aan toe. „Jongen, voor jou is het morgen heel vroeg dag". „Ja, maar u bent vroeger thuis dan anders en----'al was u later gekomen, dan had u me toch nog op gevonden. Ik heb iets te biechten. Ik ben er achter gekomen, dat mevrouw Bolderman me tegen u bekletst heeft en toen ben ik de dominee even gaan vertellen, dat hij een woordbreker is. Hij had me beloofd, er met niemand over te spreken en „Het is allemaal mijn schuld". Hui lend staat Ans in de deuropening. „Kind", roept moeder. „Kom eens hier", zegt vader. Ans doet haar verhaal. Koos breidt het zijne nog wat uit, schuift vader zijn pennevrucht toe. „Leest u het maar", zegt hij. „Ja, morgen. We zullen eerst maar eens proberen, of we slapen kunnen". „Wilt u het me vergeven?" snikt Ans. „Ik vind het zo ellendig". Het wordt haar vergeven en ze wordt Naam heten Jezus, want Hij zal Zijn volk zalig m.aken van hun zonden." Dan vraagt weer een ander: „Langs welke weg komen we tot Christus? Al leen door de prediking van het woord of ook langs de weg van het sacrament des Avondmaals? Er staat wel in de Bijbel dat het ge loof uit het gehoor is, maar niet dat het uit de viering van het Heilig Avond maal is. We leven in een merkwaardige tijd. Het schijnt dat Rome zch naar de Reformatie neigt, maar Rome gaat hoe langer hoe meer zien dat vele kinderen der reformatie zich naar haar neigen. Dat blijkt wel uit de betekenis die men aan het sacrament van het Heilig Avondmaal wil hechten. De preek bete kent niet zoveel denkt men, maar hét sacrament, dat is geweldig. Dat maakt zomaar goede christenen van zondige mensen. Daarmede willen zij de nood zakelijkheid der wedergeboorte ontgaan die erg pijnlijk is en langs een genoege- lijke weg tot de zaligheid komen. Maar is dit sacrament dan niet voor alle men sen? De Geloofsbelijdenis zegt dat Het voor de wedergeborene is ingesteld. Maar wat is eigenlijk die wedergeboor te? Sommigen zeggen: „toen ik in mili taire dienst was, ben ik tweemaal op een zondag naar de kerk gegaan. Ande ren spreken van hun bidden en Bijbel lezen. Laat niemand zich echter iets wijsmaken. Nicodemus ging ook twee keer naar .de kerk en hij bad meer dan u. Maar Jezus zegt juist tot hem: Gij moet. wederom geboren worden." De godsdienstige handelingen zijn op zichzelf geen kenmerk van de weder geboorte. Soms ook ziet men een ijverig kerke lijk en godsdienstig leven in combinatie met een werelds leven. Men heeft men sen die trouw naar de kerk gaan. Ze slaan niet één avondmaalsdienst over. Ze leven met de kerk en de zending mee. Maar u moet er niet met hen over willen praten. Aan het Avondmaal be lijden ze de grootste der zondaren te zijn en dat Jezus hen uiterst dierbaar is. Maar als ze uit de kerk zijn, kunt ge niets van de vreze Gods merken. De ra dio moet aan of de televisie openge draaid en ze moeten niets daarvan mis sen. Vrome mond en een werelds hart! Alles kan er mee door. Maar probeer niet er iets van te zeggen. En is het niet die schijnvroomheid waar de Heere Je zus uitermate veel van gezegd heeft? Het merkwaardige is vaak, hoe lichter en wereldser, hoe meer „behoefte" aan kerkelijke en eigentijdse gezangen er ontstaat. Daar is maar één regel. Gewoon zich aan de Schrift houden. Voor wie dat doen wil, is Gods Woord volkomen dui delijk". Tot zover ds. Vroegindeweij. We me nen dat velen met dit woord hun winst kunnen doen. CHR. GEREF. KERKEN Aansgenomen naar Steenwijk, kand. J. van Dalen te Assen. GEREF. GEMEENTEN Aangenomen naar Kampen, kand. P. Honkoop te Kloetinge, die bedankte voor 11 andere beroepen. Middelharnis - Teleioon 2043 PULPPRIJZEN VOOR DE CAMPAGNE 1965 De oommissie Nevenprodukten van de Nederlandse Suikerindustrie deelt me de, dat zij de volgende pulpprijzen voor 1965-1966 heeft vastgesteld: De prijs voor natte pulp afgehaald per as is ten opzichte van het vorige jaar met 1,— a 1,50 per 1.000 kg. verhoogd. Al naar gelang de ligging van de fabriek varieert deze prijs nu van 12,75 tot 13,50 per 1.000 kg. Voor le vering af fabriek per schip en per spoor zijn deze prijzen 1,25 a 1,50 per 1.000 kg. lager. De minimum-groothandelsprijs voor gedroogde pulp is met 4,50 per lOO kg. verhoogd. Af fabriek bedraagt de prijs voor levering van hoeveelheden van 10 ton en meer thans 23,per lOO kg. Levering van hoeveelheden kleiner dan 10 ton geschiedt tegen een prijs die 0,75 per lOO kg. hoger ligt. Evenals voor heen worden bij levering na 6 december deze prijzen verhoogd en wel met 1,50 per 100 kg. De reeds bestaande prijsverschillen in verband met andere wijzen van leve ring en of andere soorten pulp blijven onveranderd gehandhaafd. De voorverkoop is inmiddels begon nen. MIDDEL.HARNIS Geslaagd. Onze dorpsgenoot Adri Pieter Faasse (19 jaar) leerling aan de Bedrijfsschool P.T.T. slaagde te Gouda voor het praktijk-examen in de tele- communicatietechniek. Hij woonde Wa terweg 99 alhier. De jongeman is wees en moest zijn examen, doen onder bij zonder moeiUjke omstandigheden daar kortgeleden in één week zijn grootou ders, waar hij thuis was, zijn overleden, Promotie Drs. H. Goedhart. De vroe gere predikant der Ned. Herv. kerk al hier, thans te Rotterdam, hoop in sept a.s. te promoveren tot doctor in de god geleerdheid. Burgerlijke stand over juli 1965. Ingejkomen: H. E. Roozemond van Dirksland; A. de Penning van Ouddorp; G. W. P. Vijfhuizen-Steijvers van Or- selen van Hellevoetsluis; A. Nagtegaal- Klink van Melissant; M. van Groningen van Ede; C. C. Willemse-Sakko van Bergeni op Zoom; J. C. Hollander en echtgenote van Melissant; A. Bakker van Broekhoven van Sommelsdijk; C. v. Heerden van Dirksland; J. C. Klepper van Rotterdam; L. Visser-Broere van Rotterdam; J. Jacobs-Breeman van Sommelsdijk. Vertrokken: C. Sprong naar Hilver sum; H. Hogeweg-Jongejan naar 's- Gravenhage; N. van der Plas naarOude Tonge; A. P. Jongejan naar Sommels dijk; L. Vogelaar-van Es naar Rotter dam; A. Tamboer naar Hellevoetsluis; C. Melissant-Buth naar Nieuwe Tonge. Geboren: Pietertje Jacoba, d.v. J. Berkenbosch en P. van Hoven; Johan nes, z.v. C. Maliepaard en L. van Heemst; Simon, z.v. J. Smit en C. L. Hartensveld; Koen Gerrit Frans, z.v. C. C. E. Kroos en E. J. Punt; Agnes d.v. G. J. L. van Berkum en, A. H. Seton; Anna Johanna, d.v. J. A. KoUe en A. M. Overweel; Herbert, z.v. F. Robijn en P. van Sliedrecht Huwelijken: J. D. Hogeweg, 21 jaar en H. Jongejan 18 jaar; J. J. Bakker, 65 jaar en A. van Broekhoven 66 jaar; G. J. L, Meys, 25 jaar en K. Verolme 22 jaar; A. C. Melissant, 23 jaar en C. Buth 20 jaar. Overleden: M. P. van der Meijde, oud 77 jaar; M. A. Valstar, oud 9 maanden; M. Albregts, oud 52 jaar. SOMMELSDIJK Burgierlqke stand over juli 1965. Geboren: Geertruida Dederica, d.v. L. J. Noordergraaf en G. D. van Oosterom; Gijsbertha Catharina Alida, d.v. J. Groenenidijk en A'. G. C. Spelt; Annette, d.v. B. J. van Dijk en W. Wisserhof; Alida Cornelia, d.v. J. Mastenbroek en A. M. van den Broek; Jannetje Cathari na, d.v. C. Knape en C. Klein; Hubert Willem, z.v. L. Schenck en E. J. Tee- sing. Overleden: Pietertje Waterman, on gehuwd, 86 jaar; Geertrui Bom, ongeh. 86 jaar; Maria Verweij, e.v. A. Hollaar, 77 jaar; Marinus van der Boom, wed. v. P. Troost, 96 jaar. Huwelijken: A. W. L. Jacobs, 24 jaar en J. Breeman 18 jaar; J. Nelis, 26 jaar en J. van Es, 22 jaar; A. E. Vroege, 25 jaar en J. M. Vroegindeweij, 20 jaar; J. Breen, 22 jaar en T. Schol, 20 jaar. OUDE TONGE Request aan de Kroon. De bewoners van de Voorstraat alhier hebben een re quest naar de ICroon gezonden om hun goedkeuring te onthouden aan het 1.1. genomen raadsbesluit inzake de par- keermaatregelen op de Voorstraat. Kerkdienst. Donderdag 12 augustus te 7 uur hoopt ds. P. Blok van Dirks- land'voor de Geref. Gem. alhier voor te gaan. STAD AAN 'T HARINGVLIET AfsoheidI van Ds. P. van 'Wakeren. Ds. P. van Wakeren, predikant van de Herv. kerk alhier, hoopt op zondag 22 augustus afscheid te nemen van zijn ge meente, die hij ruim 10 jaar heeft ge diend. Op zondag 29 augustus hoopt hij zich te verbinden aan de gemeente Werkhoven. OPPERVLAKTE SUIKERBIETEN Terwijl de wereldsuikermarkt te New York steeds verder daalt en reeds bene den de 2 dollarcent is aangeland tegen een hoogste notering van ongeveer 12% dollarcent het vorige jaar, neemt de met suikerbieten beteelde oppervlakte in Nederland nog steeds toe. Zij zal in 1965 ruim 90.000 ha. bedragen of 11.000 ha. meer dan in 1964. Dit betekent een toeneming van li^/o. De uitbreiding van het suikerbieten- areaal vindt waarschijnlijk mede zijn oorzaak in de technische verbeteringen bij de teelt van dit produkt dat daar door minder loonintensief is geworden. onverwijld teruggestuurd naar bed. „En ikik", stottert Koos. „Als iemand jou wat heeft te verge ven, dat zal dat dominee Bolderman zijn". „Vader, maar..maar dat hoef ik hem toch niet te gaan vragen?" „Och.... ik weet niet. We zullen weleens zien. Maar jongen, waarom ging je met zo'n verhaal naar hem?" „Ik wou er zijn mening over horen". „Je kon toch begrijpen, hoe die zijn zou, waar je hem zelf een veeg uit de pan geeft?" „Vader, ikhem? Ik begrijp u niet". „Als het waar is, wat mevrouw me vertelde, dan heb jij in dat verhaal be weerd, dat alle mensen, wier inkomen niet noemenswaardig gedaald is, crisis winst maken". „Vader, dat is toch zo? Die lage -prij zen. „Maar het inkomen van dominee Bol derman is gestegen. Hij heeft hier meer dan in zijn vorige gemeente. Dat wist je toch wel?" „Gunst, vader, ja, maar daar heb ik helemaal niet aan gedacht". „Dat begrijp ik en ik denk, dat "hij dit zelf ook wel begrepen heeft. Maar me- 'vrouw begrijpt het niet, naar ik ver onderstel./In elk geval: zij behoren tot de mensen, die jij een afstraffing gege ven hebt". „Nou u het zegt, ja, maar daarvoor kan ik toch geen excuus gaan vragen?" „Daarvoor natuurlijk niet", „Maar voor dat van vanavond wel" vindt moeder. „Koos zou kunnen gaan- zeggen dat het hem spijt, in zijn drift zo ruw te zijn uitgevallen", zegt vader. „Maar of we daar dominee een plezier mee doen, weet ik niet. Hij zal niet graag herin nerd worden aan het breken van zijn belofte". „Precies, wat ik deiik", zegt Tonny. Moeder is het er niet mee eens. Va der zegt dat hij er nog weleens over zal nadenken en dat hij nu de zitting op heft. „'t Loopt allemaal erg mee, hè!", zegt Tonny onder het naar boven gaan. „Ja", antwoordt Koos, „maar moeder vindt 't vreselijk wat ik vanavond ge daan heb. Als ik er haar een plezier mee doe, nou, dan zal ik excuus gaan vra gen vooT mijn drift, maar ook daarvoor alleen." „Nu hebben we niet eens gevraagd, waarom ze al met deze bus thuiskwa men", bedenkt Tonny ineens. „Natuurlijk omdat de stemming ont brak. Dat geklets van mevrouw Bolder man zat ze dwars, 'k Wou, dat ik het hele ding nooit geschreven had". „Ik ga nog even naar beneden infor meren." „Kom nou, doe niet zo gek". „Ik kan toch vragen of het een gezel lige avond was en waarom ze zo vroeg thuiskwamen?"

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1965 | | pagina 2