hieR zwijQt öe mens De moeilijkheden in de landbouw Toren en l(erk te Nieuwe Tonge in de steigers Zwaar transport in Rotterdam Grote vraag naar arbeidskrachten VAUXHALL JVfeaitofie F^CKÖRtËWEGsZOON N.V. J. van Bekkum Vrijdag 12 juli 1963 No. 3204 Chr. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Verschijnt tweemaal per week: dinsdag- en vrydagavonid De gesmade Herder Voor BET£» f^ Fruitmanden en Fruitbakjes »^De ^ruitcentrale" Morgen concerteert Apollo Garage Knöps dinsdag 16 juli gaat normaal door Burgemeester van Brïelle ontslagen Een populaire boerderij 35e jaargang PRINS HENDRIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHARNIS Redactie en advertenties: Kantoor Langeweg 13, Sominelsdljk Tel. (01870) 26 29, na 6 uur 's avonds Tel. 20 17 Giro 167930 ABONNEMENTSPRIJS 2,1 S PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bij contract speciaal tarief. Om de moeilijkheden in de landbouw te begrijpen, is het nodig terug te gaan naar het recente verleden. Toen in 1945 de oorlog was afgelopen, was er een arote voedselschaarste. Gedurende de eerstvolgende jaren was daarom de produktie vrijwel volledig gericht op het binnenland. Er was nog distributie en er bestond leverplicht. In 1950 wer den deze opgeheven en kon een vrijere prijsvorming worden toegelaten. Wel moesten voor enkele belangrijke pro- dukten nog vaste of minimumprijzen gelden ter bescherming van de consu ment en tegen de prijzen op de inter nationale markt. Men ging nu ook stre ven naar grotere opvoering van de pro duktie in verband met de export. Voor al na 1954 echter trad een daling in van het prijsniveau op de wereldmarkt, veroorzaakt door een steeds groter wor dende produktie en beschermende maat regelen in vele landen. In ons land werd de produktiviteit in de periode 1954 tot 1963 zeer verhoogd, n.l. met 40"/i), door de daling van het aantal be roepspersonen met 15°/i) en een sterke toeneming van de mechanisatie. Een daling van het aantal bedrijven boven 1 ha had plaats (met 12'°/o) en van 1 tot 10 ha met 23''/o in de sectoren akker bouw en veehouderij. De produktie nam toe met 30»,'o, waarvan de akkerbouw met 30"/o, het vlees met 50"/o, de melk met 10»/o, de eieren met 175»/o en de tuinbouw met 40'»/o. Zo steeg de export in die periode van 2000 op 3850 miljoen gulden (en de import van 1750 op 2750 miljoen). Het was een zeer snelle ont wikkeling, die zich naar verwachting in versneld tempo zal voortzetten. Het aantal beroepspersonen blijft vermin deren, de mechanisatie gaat onvermin derd voort en ook wat het aantal, de vormen en de produktierichting van de bedrijven betreft is er veel aan het ver anderen. De landbouw verkeert daar door in een overgangsfase, waarin ze grote veranderingen tegemoet gaat. Dat dit met allerlei moeilijkheden gepaard gaat, ligt voor de hand. Wanneer men nu echter probeert na te gaan, waar de schoen het meest wringt en het grootste knelpunt ligt, dan komt men al spoedig tot de con clusie, dat de allerbelangrijkste factor gelegen is in de overproduktie, zowel nationaal als internationaal. Het is met de produktie in de landbouw een merk waardige zaak. In de westelijke landen wordt ze voortgebracht door een steeds kleiner wordend aantal boeren en arbei ders, maar door de mechanisatie, ratio nalisatie en andere factoren stijgt ze toch voortdurend. De produktie per hoofd der agrarische beroepsbevolking in de welvarende landen is tot 20 maal zo groot als in de arme landen. Daar door kan een betrekkelijk gering aantal boeren de bevolkingen in de ontwikkel de landen een overvloedige voeding ver schaffen, terwijl in de niet-welvarende landen de overwegend agrarische in woners wel 70''/o dikwijs niet in staat zijn om een voldoende hoeveelheid landbouwprodukten voort te brengen. Op langere termijn gezien is het zelfs zo, dat de produktie in de „rijke" landen sneller toeneemt dan de bevolking. Het gevolg is, dat er in de hoogontwikkel de landen ouerprodufctie en in de on derontwikkelde onderprodwfctie is! Er is dus geen evenwicht. Het mooiste zou zijn als de laatste gebieden het over compleet van de eerste konden afne men, want dan waren beide geholpen. Maar dit nu is juist onmogelijk, omdat de achtergebleven gebieden dit niet kunnen, daar ze geen voldoende koop kracht hebben. En het ziet er niet naar uit, dat ze deze binnen afzienbare tijd zullen krijgen. Deze landen vormen dus voor Amerika, West-Europa en Austra lië geen afzetgebied. Mjen zit hier der halve met grote voorraden voor de ex port. Ieder land, ook Nederland, pro beert zijn uitvoer te vergroten, maar stuit daarbij op de moeilijkheid, dat de andere landen hun agrarische produktie met hetzelfde doel opvoeren en er dus steeds minder behoefte aan import is. Engeland heeft noodgedwongen in de oorlog zijn produktie opgevoerd. Vroe ger had het vrijwel alleen import, maar nu heeft het zelf al enkele exportpro- dukten b.v. eieren. Denemarken met zijn grote zuivelproduktie is na de oor log onze grote concurrent in. West- Duitsland geworden. In ons oostelijk buurland is de produktie ook enorm toe genomen. Frankrijk, België en Zwit serland hebben eveneens hun agrarische produktie verhoogd en zijn bovendien zeer sterk protectionistisch. De Franse boeren men kan dat telkens in de bladen lezen eisen voortdurend van hun regering allerlei beschermende maatregelen, waarbij ze zich niet ont zien bijna revolutionair op te treden. Als exportland is Nederland daarvan in hoge mate de dupe. Het ondervindt in zijn oude afzetgebieden een steeds groter concurrentie en tegenwerking van overheidsmaatregelen. Onze land bouw krijgt steeds groter moeite met de afzet, speciaal van boter, eieren en melk. Dat dit funest is voor een land, dat een derde van zijn produktie moet exporteren, ligt voor de hand. De consequentie van deze overpro duktie is uiteraard, dat het met de prij zen in de war loopt. De internationale prijsontwikkeling wordt beheerst door een kunstmatig opgevoerde produktie en door een steeds sterker wordend agrarisch protectionisme, niet door een te hoog nievau van de produktiekosten. En al de tollenaars en de zondaars naderden tot Hem om Hem te horen En de Farizeeërs en de Schriftge leerden murmureerden, zeggende: Deze ontvangt de zondaars en eet met hen. En Hij sprak tot hen deze gelijkenis zeggende: Wat mens onder u, heb bende honderd schapen, en één uit die verliezende. Lukas 15 1-4 Het Evangelie stelt ons hier een merk waardig tafereel voor ogen: veel open bare zondaren scharen zich rond de heilige Jezus. Het gespuis van de jood se natie schijnt warm te lopen voor de profeet uit Nazareth. Wanneer wij een blik op de menigte werpen is er niet veel fatsoenlijks te zien. Het zijn men sen die het zedelijk decor hebben ge broken en buiten het maatschappelijk toelaatbare zijn gegaan; tollenaars die berucht waren om hun afpersing en anderen die de zedelijke normen met voeten hadden getreden. Deze mensen stonden aan de zelfkant van de maat schappij. Zij kregen in de tijd toen Je zus op aarde was van de zijde der an dere joden niet veel aairdacht. Van lief de zullen wij maar helemaal niet spre ken. Wij vragen ons heden wel eens af of er niet te veel opmerkzaamheid wordt gewijd aan het a-sociale volksdeel. Wordt er thans niet te weinig zorg be steed aan hen die met allerlei moeilijk heden te kampen hebben hoewel zij rechtschapen leven? Dergelijke vragen behoefde men in de tijd van het Nieuv/e Testament niet te stellen. Vanuit de hoogte keken Farizeeërs en schriftge leerden op de „zondaren" neer. De een voudige, eerbare burgers scholden zij uit voor „de schare die de wet niet kent' Zij hielden hen al voor vervloekt. Hoe hoog moesten zij dan hun vrome neus niet optrekken voor degenen die door de modder der zonde bezoedeld waren? De Farizeeërs verstonden, in het alge- MIDDELHflRNIS-TEU23Z8 meen gesproken weinig of niets van de goddelijke genade. Hun godsdienst om vatte een systeem van goede werken die beloond werden en zonden, die men kon uitwissen door eigen verdiensten. Hoe zouden zulke oppassende werkhei- ligen deernis hebben met het zedelijk verlorene? Nog heden ten dage zullen mensen die zichzelf braaf en onberispe lijk achten, minachtend spreken over hun gevallen medeschepselen! Zij voelen zich goed. Zij menen, pre cies zoals de Farizeeërs dat zij „het heb- toen". Zij gaan naar de kerk, bedenken de gemeente met grotere of kleinere (meestal kleinere!) giften, bidden lezen de Bijbel en doen vele, vele goede din gen. De door eigen schuld en ondeugd ver- stotenen verzamelden zich nu rondom Jezus. Hij was zo anders dan de schrift en wetgeleerden! Neen, Jezus keurde de zonden die zij bedreven hadden niet goed integendeel! Maar zijn optreden tegen boosdoeners week geheel af van dat van de geestelijke leidslieden uit die tijd. De Farizeeërs mopperden dan ook: „deze man". Dat is een verachtelijke uitdrukking. Ze trokken hun lip op: de ze man-----Als zelfgenoegzame men- j sen voelen zij niets voor stakkers, voor gevallenen en ellendigen. „Hij eet met hen!". In deze afkeurende woorden te kenen de Farizeeërs juist het nieuwe, dat in Jezus verschenen is. Hij treedt op als Geneesheer van hen die zedelijk en godsdienstig ziek zijn. De Farizeeërs nemen de zonde veel minder nauw dan Jezus. Als zij echter eenmaal iemand uit hun gemeenschap hebben gebannen, is die uitstoting onherroepelijk. Dit is een opmerkelijk verschijnsel. Jezus eist een overvloediger v/etsbetrachting (dat be tekent het woord „gerechtigheid" in Matth. 5 20) dan die van de schriftge leerden en Farizeeërs om in het konink rijk Gods in te kunnen gaan. Maar bij Christus is er plaats voor bekering en terugkeer in de gemeenschap. De nette Farizeeërs verteren onder de schijn van lang te bidden het bezit der wefluwen. Bij hen is er geen ruimte voor omkeer en ontferming. Iets dergelijks zien wij ook vaak in keurig burgelij ke, christe lijke kringen. Men is verdraagzaam en liefdevol. Wie eenmaal viel en uitge worpen werd, is echter reddeloos ver loren en kan nimmer meer in gunst worden aanvaard. Juist over die brave Farizeeërs en hun moderne navolgers heeft Jezus gezegd, dat zij „een boos en overspelig geslacht" zijn. Laten we dat ter harte nemen. Dit alles betekent niet dat wij de zonde moeten bagatelliseren. Wij mo gen niet doen, alsof ondeugd niet erg is. Oneerlijkheid en ontucht, corruptie en zedeloosheid het zijn grote, ver schrikkelijke zonden. Tegenwoordig leg gen velen een schijnbare menslievend heid aan de dag jegens misdadigers. In wezen is dat niet anders dan een ver achting van Gods geboden die eisen dat misdaden worden gestraft. Wanneer Gods inzettingen niet in ere worden ge houden, is men geneigd de misdadiger meer te beschermen dan zijn slachtof fers. Neen, in de Schrift blijft zonde, zonde. De overtredingen zijn afschuwe lijk voor God. Maar Jezus wijst aan tollenaren en zondaren een uitweg. Er bestaat voor hen die voor goed uit de samenleving en de godsdienstige ge meenschap zijn gestoten nog redding, Jezus predikt verlossing door bekering, de Farrizeeërs kennen deze weg der genade niet. Op de aaiivallen van de Joden ant woordt Jezus zonder enige geraaktheid m.et een drietal gelijkenissen over het verlorene. Hij wil daarmee zeggen: Wat Ik doe tegenover de zondaren, is het zelfde als wat God doet. Hier wordt ons de grote Liefde van Jezus voor zon daren getekend. Verwonder u terwijl ge het leest. En als ge nog niet door Hem zijt gered, neem dan nu de toe vlucht tot de allerbarmhartigste Ver losser. Hoor, hoe Hij gaat vertellen over scha pen. Dikwijs ontleent Hij zijn onderwijs aan het dierenrijk: vissen, musjes, dui ven, slangen, enz. Hij spreekt er met teerheid over. Het is niet onverschil lig hoe wij over de dieren denken. On ze houding tegenover hen verraadt een bepaalde geestelijke instelling. Schopenhauer voelde veel voor die renbescherming, omdat hij beesten aan trekkelijker vond dan mensen. Darwin geloofde in een nauwe verwantschap tussen dier en mens op grond van zijn evolutionistische uitgangspunt, Christus is echter de Schepper en Verlosser ook van de redeloze schepselen. Zijn offer is het einde van de dierenoffers in het Jodendom, Ook in dit opzicht is Chris tus groot. Hij is van betekenis voor het dierenrijk, omdat dit tengevolge van de zonde van de mens onder de vloek ge komen was. Heel de schepping is om de gevallen mens aan de ijdelheid onder worpen. Nu Christus de schuld heeft weggedragen, is in beginsel de gehele natuur bevrijd. Zij wacht nog op het grote moment, dat zij volkomen en voor altijd van de verderfenis zal worden vrij gemaakt. Een volgende keer willen wij de ge lijkenis van het verloren schaap gaan bezien. R'dam-Delf shaven H, Goedhart Door een te groot aanbod op de wereld markt is er een gaping ontstaan tus sen de marktprijzen en de kostprijzen met 'het gevolg, dat de produkten te weinig opbrengen om de bedrijven ren dabel te exploiteren. Een gering over schot van een bepaald produkt kan al belangrijke prijsverlagingen tot gevolg hebben. Er heerst dus steeds een grote onzekerheid omtrent de prijzen op de internationale markt, Nederland is in dit opzicht zeer kwetsbaar, Terwille van onze economie moeten we exporteren, doch de prij zen en de protectie belemmeren dit. Ook heeft een deel van onze agrariërs, n,l, de veehouders, veel voedergranen nodig uit het buitenland. Wij zijn dus sterk afhankelijk van het buitenland, maar juist de landen, die kunnen be talen, zitten met soortgelijke moeilijk heden. Als men als niet-agrariër van deze situatie kennis neemt, is de eerste re actie uiteraard: waarom beperkt men dan toch in de westelijke landen, die alle in meerdere of mindere mate mei deze problemen worstelen, de produktie niet"! Deze stem wordt veel gehoord en ze ligt voor de hand. Een drastische aanpassing van de Nederlandse produk tie aan de situatie op de wereldmarkt zou economisch het meest logisch zijn en hetzelfde geldt uiteraard voor de andere westerse landen. In de Verenig de Staten, die enorme landbouwover schotten hebben men denke slechts aan de talloze graansilo's met onver koopbare voorraden speelt dit vraag stuk wel heel sterk. De regering moet miljarden dollars uitgeven om ze uit de markt te nemen. Ze heeft van alles ge probeerd om de produktie te beperken: premies op het uiet-bebouwen van een deel der akkers; Kennedy heeft een plan opgesteld om in 20 jaar ongeveer 20 miljoen ha cultuurgrond aan de land bouw te, onttrekken en er recreatiege bied van te maken. Niets helpt. Door de technische vooruitgang en het gebrek aan medewerking van de boeren is de opbrengst per ha steeds verhoogd, zo dat de overschotten nog toenamen! Hoewel de Amerikanen zelf minder melk en boter gaan gebruiken uit vrees voor hart- en vaatzieken, nam de melk- produktie voortdurend toe. En zo is het vrijwel overal, In Frankrijk produce ren de boeren maar raak en als er geen voldoende afzet is, maken ze een soort revolutie en moet de regering de im port beperken, wat weer maatregelen van andere landen uitlokt. Zo draait men in een cirkel rond en wordt de situatie steeds bedenkelijker. Het is geen wonder, dat in deze omstandigheden het probleem van de landbouw in de E.G,G, vrijwel uitzichtloze aspecten vertoont. Daarbij komt nog, dat de overheid door de ontwrichting van de wereld markt de boeren met honderden mil joenen steun op de prijzen moet hel pen, een zware last voor de schatkist. Bovendien moet de consument nog mee betalen. Het is dus wel zaak, dat we de kwestie van de overproduktie nog eens wat nader bezien. Op 't hoge duin, als in verleden jaren, zie ik de zee weer en het lage land. Het zonlicht regent zilver op de baren, van verre horizon tot aan het strand. Weer zingt de zee; ik kan het niet verklaren, de zin van 't lied, dat uitruist op het zand. Maar ied're keer moet ik opnieuw ervaren: ik voel mij aan de zee en 't land verwant. Wie zal dit schoon van land en zee verwoorden? Wie zegt de rust en vree in klanken uit? Hier zwijgt de mens bij 't ruisen der accoorden, want onvertaalbaar is het zeegeluid. Alleen die met de ziel naar 't zingen hoorden, gevoelen dat 't op hoger dingen duidt, M. N, Speciaal in het opmaken van B. V. d. TEER Telefoon 2682 Westdqk 36 MIDDELHARNIS Abusievelijk vermeldden wij in ons j,l. dinsdagnummer dat „ApoUo" te Goedereede a,s, 20 juli een concert zou geven. Dit concert wordt echter morgen zaterdag 13 juli gehouden op de Markt te 7.30 uur. O.m. zullen deze avond de beide con- coursnummers, worden gespeeld waar mee „ApoUo" op het concours van j.l. zaterdag zo'n geweldig succes had. De toren en de Hervormde kerk te nieuwe Tonge staan dik in de steigers, de grondige restauratie die onder aus piciën van Monumentenzorg wordt toe gepast. Het dak van de kerk is weg genomen en van binnen is de kerk ge heel uitgebroken. Er zijn onder de vloer oude grafkelders voor de dag ge komen, bedekt met zware stenen, die bebeiteld zijn met gothische letters. Later zullen deze opschriften door oud heidkundigen wel worden ontcijferd: we konden er alleen op lezen; „bidt voor de Siele". Dit doet het vermoeden rijzen dat hier gestorvenen zijn begra ven vóór de reformatie toen het nog een roomse kerk was. De kerk bestond n.l. al in 1450 en is volgens de Neder- landsche Stad en Dorpbeschrijver ,tot een kruiskerk aangelegd en was aan de Maagt Maria gewijd". De restauratie wordt uitgevoerd door de firma Huurman te Delft en in de oorspronkelijke vorm teruggebracht. Een historisch bouwwerk vv'ordt hier mee voor het nageslacht bewaard. Woensdagochtend is bij de constructiewerkplaatsen en machinefabriek Braat N.V. in Rotterdam het transport naar IJmuiden begonnen van een rond hon derd ton zware weegwagen. Deze is bestemd voor de hoogovens. De span ning bij de medewerkers en in de staaldraden stijgt, het transport is begon nen. In juni daalde de geregistreerde ar beidsreserve van mannen van 20.552 tot 18.733. De bezetting op aanvullende werken nam met rond 500 af tot 1.651, zodat het aantal werkloze mannen met ruim 1.300 verminderde tot 17.082. Het voor normale seizoeninvloeden gecorrigeerde cijfer van de geregistreer de arbeidsreserve bleef ongewijzigd en bedroeg eind juni 27.000. De stijging van het aantal openstaan de aanvr-agen naar mannen met bijna 13.000 had voor drie vierde deel be trekking op jeugdigen. Bij een krappe arbeidsmarkt pleegt de vraag van het bedrijfsleven naar jongeren, die op het punt staan hun school- of vakopleiding te beëindigen in sterke mate vooruit te lopen op het aanbod daarvan, dat eind juni nog zeer gering was. Pas in juli en augustus wordt het merendeel van deze jaarlijkse aanwas van de beroeps bevolking op de arbeidsmarkt verwacht. De daling van de geregistreerde ar beidsreserve hangt voornamelijk sa men met een verdere vergroting van de seizoenwerkgelegenheid en deed zich grotendeels voor in de beroepsgroepen landbouw en losse arbeiders, terwijl voorts het aantal minder geschikten daalde. De daling van de werkloosheid van landarbeiders en losse arbeiders hangt onder meer samen met de verplegings- werkzaamheden en het rooie van vroe ge consumptieaardappelen. Verder ondergingen nog enige da ling de beroepsgroepen metaal, waar van de werkzaamheden voor een deel samenhangen met die van de bouw en horeca. Ook hier is het seizoen de voor naamste oorzaak van de verminderde werkloosheid. De seizoenwerkloosheid is door het aantrekken van de seizoenwerkgelegen heid thans geheel verdwenen, terwijl als gevolg van deze zelfde strook te vens de structuurwerkloosheid vermin derde. Doordat zich, in tegenstelling tot de mannen, bij de vrouwen wel reeds een aantal jongere arbeidskrachten bij de arbeidsbureaus liet inschrijven, steeg de werkloosheid van vrouwen met bijna 100. De stijging deed zich voornamelijk voor bij de beroepsgroepen kantoor- en handelspersoneel. Tegelijkertijd liep de vraag naar vrouwen met rond 3.000 op, waarvan bijna 2.000 betrekking had op jeugdigen. rjliddelharnis - Telefoon 2043 ZIEKENHUIS - DIRKSLAND Ons eerstvolgend spreekuur 's Morgens vanaf 9,30 tot 12,00 uur uitsluitend voor: Corsetten, orthop, apparaten, kunstledematen e,d. 's Middags vanaf 1,30 tot 3,30 uur uitsluitend voor: Steunzolen en elastieke kousen. De heer D, M, van Zwieten, burge meester van Brielle die sinds 23 maart in zijn funktie was geschorst, is on middellijk ingaande ontslagen. Door het departement van binnen landse zaken is meegedeeld, dat uit het ingestelde verzoek is gebleken dat de burgemeester onjuiste handelingen heeft gepleegd voor het verkrijgen van geld voor de tentoonstelling Brielle, sleutel van Europoort, het reserveren van een groenstrook voor zijn bungalow en het doen uitbetalen van een honorarium aan een architect. De heer D, M, v. Zwieten was sinds 1 januari 1955 burgemeester van de ge meente Brielle, Op een boerderij in de Amerikaanse staat Washington heeft de boerin spe ciaal werk gemaakt van het ontvangen van kinderen uit de naburige grote stad die geen flauwe notie hebben van het geen op een boerderij allemaal te zien en te beleven valt. Meestal vinden deze bezoeken in het voorjaar plaats als er veel jong leven op het bedrijf is, In een paar jaar tijds bedroeg het aantal jeugdige bezoekers 8700, Het begon allemaal met een ver zoek van de landbouwconsulent om met een paar spastische kinderen uit de stad een echte boerderij te komen zien. Het bezoek was een succes met als climax een ritje op een muilezel. Het duurde niet lang of een bezoek aan „Pinedale", zoals de boerderij heet, was populair der dan een dagje naar de dierentuin. Mijlenver uit de omtrek komen de on derwijzers met hun klassen om kin deren die nog nooit een schaap gezien, enige notie te geven van hetgeen een landbouwbedrijf eigenlijk wel is. De boerin verricht hier op haar eentje een belangrijk stuk public relationswerk voor de landbouw.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1963 | | pagina 1