It
Belangrijke problemen i.v.m.
toekomstige ontwikkeling
lag!
lie
Wij blijven tegen
fluoridering
Doe-liet-zeif amfibie-voertuig
5 jaar Landbouw-bedriifsvooriicii-
Sichting op Goeree-Overfiai(i(ee
len-
Meditatie
FiCKaRTEWEGsZOOtt
Jeekoanstmogelijklieden voor land- en
en tuinbouw in E.E.G.-verband"
|i*nis
ir-
Stemmen bij volmacht
34e jaargang
Vrijdag 11 mei 1962
No. 3089
|len.
sen,
H)
2328
Chr. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG
¥00R DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEÏJWSE EDLANDEN
SCHUINROIBEtBEP
f^Sirf
vrijetijdsverf/ kwaliteitsverf
Een zeitere
geloofswetensciiap
VOOR BETER ''\-M>
Ir. J. W. Weüen, directeur-generaal van de
Landbouw sprak over:
Fruitmanden en Fruitbaiijes
„^De ^ruitc&ntral®"
Tiooiel
[EMEN.
|1", ge-
spor-
Eper-
licitan-
(excl.
Ing bo-
Iploma,
rvaring
phijnen
ster.
liemhuis
csland.
Jlanten,
tijdig
3LAND
In voor
ItwerKen
leologiscbe
tonderheid
o.a.:
deren
enz.
LartenBdiJk
aven; Chr.
hing.
Ichtg. naar
joosterland
Ihilipsland;
llUM
[te Straat"
van haar
luis aange-
Is zal ech-
Ipvangcen-
Tkende r.lv
ontvangen:
urn ,.De
Loh heett
fcroordelmg
^delijk on-
lij een tü"
Imaakt, zo
las om het
lits te ver-
jp bedoeld
"&even aan
leel gebi'O' i
ofwel ge
il bezinnen
ijbel, zoals
reformatie
PEINS HINDEIKSTSAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDMiHABNIS
Redactie en advertenties: Kan toor Langeweg 13, Sommelsdijk
Tel. (01870) 26 29, na 6 uur 's avo nds Tel. 20 17 Giro 167930
Hoe meer we lezen en horen over de
fluoridering van het drinkwater, waar
over zich velen zo druk maken, hoe
meer we tot de conclusie komen, dat
men op Flakkee toch wel erg voorba
rig is geweest met de invoering ervan.
De autoriteiten zijn trots op deze pri
meur en denken ons eiland mede daar
door het odium van achterlijkheid, dat
het veelszins elders nog heeft, te heb
ben ontnomen. Het komt ons echter
voor, dat zij daarvoor beter iets anders
hadden kunnen gebruiken, want het
blijkt steeds meer, dat de fluor-kwestie
allesbehalve een uitgemaakte zaak is,
dat bij de invoering niet voldoende de
zaak van alle kanten bekeken is en in
elk geval zelfs wetenschappelijk met
waterdicht blijkt te zijn. De verant
woordelijkheid voor de invoering rust
hij de gemeentebesturen, die zioh he
laas hebben laten overrompelen door
de gangmakers met hun adviezen van
deskundigen. Nu kan m.en hun dit niet
al te kwalijk nemen, want zij moeten
nu eenmaal bij vele beslissingen op zul
ke adviesen afgaan. Wat wij echter v/el
betreuren is, dat de raadsleden van al
le partijen totaal geen oog gehad heb
ben voor het element van overheids
dwang, dat erin zat. Men heeft dat vol
komen over het hoofd gezien en dat is
o.i. van de rechtse partijen en van de
V.V.D. (die het woord vrijheid in haar
vaandel voert) een ernstige fout ge
weest. Over de P.v.d.A. spreken we
maar niet; die is niet bang voor staats-
dirigisme.
Hier blijkt meer en meer, dat de fluor-
propaganda in hoofdzaak afkomstig is
van de directeur-generaal der Volks
gezondheid Prof. Muntendam en zijn
departement en voorts van de tand
artsenvereniging, met name de heer
Bakker Dirks. Maar het blijkt ook, dat
dit probleem nog lang niet voldoende
bestudeerd is en dat de deskundigen het
er helemaal niet over eens zijn, zodat
de invoering van het fluor op een twij
felachtige basis rust. We hebben verle
den jaar augustus er een artikel aan
gewijd en omdat we toen helaas nog
niet over voldoende contra-gegevens
beschikten ons evenals de raadsleden
maar geconformeerd aan de deskundi
gen-adviezen en onze bezwaren gecon
centreerd op het feit van de overheids
dwang. Achteraf blijkt nu, dat er heel
wat meer aan deze kwestie vast zit dan
men dacht en daarom zal naar onze me
ning het hele vraagstuk opnieuw moe
ten worden bekeken.
Er zijn n.l. twee soorten bezwaren:
staatsrechtelijke en praktische. Om met
de eerste te beginnen, wij blijven erbij
dat de overheid niet gerechtigd is haar
burgers te dwingen via de waterleiding
medicamenten of profylactica in te ne
men. Dit is een principiële kwestie. En
hierin staan we niet alleen. Wel is het
tekenend dat niet alleen de gemeente
raden, maar ook de Tweede Kamerle
den der rechtse partijen hierop niet heb
ben geattendeerd. Dat is kenmerkend
voor de huidige sfeer van permanent
overheidsingrijpen: men gaat dit zo
langzamerhand op alle terrein als vol
komen normaal beschouwen. En daar
iedereen progressief wil zijn doet ieder
een eraan mee! Gelukkig zijn er toch
nog mensen, die dit aspect van de zaak
niet voorbijzien. Prof. De Gaay Fortman
(A.R.) lid der Eerste Kamer, heeft deze
kwestie zowel verleden jaar als enige
maanden geleden in dat college ter
sprake gebracht. De laatste keer zei
hij: „Er wordt aan het water een ele
ment toegevoegd, niet om het water
meer drinkbaar te maken, maar om een
bepaalde ziekte te voorkomen. Ik meen
dat wanneer dit geen besmettelijke
ziekte is, dit niet mag. Ik meen, dat
iedere burger het recht heeft op de in
houd van zijn eigen mond. Als iemand
er de voorkeur aan geeft met een mond
als een kerkhof rond te lopen, vind ik
dat zijn zaak; als dat andersom niet
ten nadele strekt en niet gevaarlijk is
voor anderen, is dit niet een zaak van
de staat. Men moet de mensen de grootst
mogelijke verantwoordelijkheid laten
dragen voor hun eigen welzijn. Men
mag hen steunen, maar men moet de
beslissingen niet van hen overnemen."
Minister Veldkamp wees het verwijt
van dwang af, want zo zei hij, er is
geen centrale dwang; de gemeentebe
sturen zijn volkomen vrij in de fluori-
dering. Dit argument houdt echter geen
steek, want ook regionale dwang is uit
de boze. Evenmin mag men redeneren
er is al zoveel wettelijke dwang op al
lerlei gebied, dat dit er ook nog wel
oij kan. Men moet juist de andere kant
i^iit, n.l. minder overheidsingrijpen.
Het college van B. en W. van 's-Gra-
venhage is daarom ook tegen fluoride
ring. Wethouder Mr. van Reenen zei in
de raad: „Het is ontoelaatbaar, dat de
gemeente op medische gronden de con
sumptie van fluoride verplicht stelt.
Naar de mening van B. en W. behoort
het gebruik van medicamenten en pro-
lylactica tot het terrein, waarop iedere
hiirger in volledige vrijheid zelfstan
dig dient te beslissen. De bestrijding
van tandbederf hoe belangrijk ook
staat een aanslag op de persoonlijke
vrijheid niet toe."
De socialistische burgemeester van
Leeuwarden Mr. Van der Meulen ziet
de verplichte consumptie van dit water
8ls een symptoom van de politiestaat.
™r. Kappeyne van de Coppello meent
dat de overheid op deze wijze de rech
ten van de burgers geweld aandoet. De
Christian Scientist Mr. Cohen Stuart is
behalve op ethisch-juridische gronden
BINNENVERiMGBED
tit tellt Astf MM MMMftt
ook om religieuze redenen tegen. Dr.
Jansma, arts plus tandarts, verzet er
zich eveneens tegen: mag men iedereen
dwingen zich aan deze preventie te on
derwerpen, vraagt hij. Prof. F. Duynsfee
is van hetzelfde gevoelen. Hij wijst er
op dat hier een gevaarlijk precedent ge
schapen wordt en dat wel iemand op
het idee kan komen om via toevoeging
van één of andere stof het geboortecij
fer te gaan beïnvloeden!
Het lijkt dus wel, dat vele vooraan
staande personen dezelfde principiële
bezwaren hebben als wij. Het is zelfs
nog de vraag of bij een eventueel proef
proces tegen de overheid deze het voor
de rechtbank zou winnen.
Maar nu de andere bezwaren, die we
in het kort zullen opsommen. Fluori
dering werkt zeer oneconomisch, omdat
naar schatting slechts 5'°/o van het lei
dingwater voor consumptie wordt ge
bruikt. De rest gaat naar de industrie,
die het fluoride niet nodig heeft, ja
er wellicht zelfs schade van ondervindt.
Voorts is de maatregel alleen van be
lang voor de jeugd, maar de ouderen
moeten er noodgedwongen ook aan
meedoen en zij hebben er niets aan.
Dr. Jansma, een deskundige, heeft er
verder op gewezen, dat de marge tot de
vergiftigingsgraad zeer krap en dus
veel te klein is. Ook is het beslist
niet onmogelijk dat er mensen zijn, die
overgevoelig zijn voor fluoride. Dit alles
is nog zeer onvoldoende onderzocht.
Dan is ook gebleken, dat het zo opge
hemelde gunstige effect in wezen slechts
hierin bestaat, dat het tandbederf
slechts drie jaar wordt geremd, zodat
het uiteindelijk in Tlel (wel fluor) op
12-jarig6 leeftijd even erg is als op 9-
jarige leeftijd in Culemborg (geen fluor)
In die twee gemeenten is geëxperimen
teerd. Men begon in 1953 en het zou 15
jaar duren. Na 5 jaar kon men niet
meer wachten en werd alvast maar een
gunstig rapport uitgebracht. Maar dat
is toch geen serieus onderzoek! Geble
ken is ook, dat het wisselen van de tan
den door het fluoride 1 a IV2 jaar wordt
opgehouden.
En hoe is het in het buitenland? In
Amerika, v/aar men er lang mee bezig
is, drinkt slechts 25»/o der bevolking dit
water. Het gemeentebestuur van New-
York is er beslist tegen. Op medische
gronden zijn al 61 Amerikaanse bedrij
ven, die het hadden ingevoerd, ermee
gestopt! In Zweden (Norrköping) heeft
men een experiment gestaakt, omdat de
wet er zich tegen verzet.
Zo blijkt, dat dit vraagstuk heus niet
zo eenvoudig ligt als men voorgeeft. De
bedrijfsdirecteuren zijn verdeeld: een
klein deel is vóór, een ander deel fel
tegen en de rest wacht af. De artsen
zijn eveneens verdeeld. We noemden
reeds dr. Jansma, maar b.v. ook dr.
Ernsling, zenuwarts in Ermelo, verzet
er zich met hand en tand tegen. En de
gemeentebesturen blijken ook verschil
lend te oordelen. Wij blijven er dus bij,
dat men op Flakkee te hard van stapel
is gelopen en dat men er wijs aan zou
doen het Amerikaanse voorbeeld te vol
gen en er maar mee te stoppen. Zelfs
al zou na grondig onderzoek blijken, dat
er alleen maar voordelen zijn, dan blij
ven wij er tegen op grond van de prin
cipiële overweging: geen overheids-
d-wang!
EEN PRODUKT VAN DE SIKKENS-GROEP
Verzoeken voor het stemmen bij vol
macht bij de gemeenteraadsverkiezin
gen op 30 mei moeten uiterlijk 16 mei
op het voorgeschreven fornaulier bij de
colleges van B. en W. zijn ingediend.
Indien de als gemachtigde aangewe
zen persoon niet bevoegd blijkt een vol
macht aan te nemen, kan een nieuw
verzoekschrift met aanwijzing van een
andere gemachtigde worden ingediend.
Ook dit moet uiterlijk op 16 mei gebeu
ren. Aangeraden wordt dus met het in
dienen van dergelijke verzoekschriften
niet tot de laatste dag te wachten.
MIDDELHARNIS
Beroepen. Door de kerkeraad der
Hervormde Gemeente te Middelharnis
is een beroep uitgebracht op ds. J. Jon-
gerden te Bruchem en Kerkwijk.
Verschijnt tvoeemaal per week: dinsdag- en vrijdagavond
SiaBMnaBiaBiaBBBiHa^IBBa^aBaHHBBBH^Bani^iaHB^HBHH^
AEONNEMEl^SPKIJS 2.10 PER KWARTAAI.
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm.
Bij cointract speciaal tariel
„Want Ik weet mijn Verlosser
leeft"
Job 19 25 a
Over 't geloofsleven, en over de ge-
loofsoefeningen is in de loop der eeu
wen veel geschreven en getwist. Nood
zakelijk is het om de geloofswetenschap
welke de Heilige Geest eenzijdig werkt
in het hart persoonlijk te kennen. De
Geloofswetenschap welke als voorwerp
heeft de Drie Enige God, de geloofswe
tenschap welke zich reguleert naar Gods
woord. De geloofswetenschap welke zich
richt naar en verenigd met Christus.
Onder de grootste strijd en dwars door
de onmogelijkheid van 's mensen kant
heen mag deze geloofswetenschap
triomferen. Hoe is Jobs getuigenis,
hiervan een sprekend bewijs. Dit ge
loofsleven is ons van nature onbekend,
hoewel, er veel bespiegelend en be
schouwend over gesproken wordt Jobs
getuigenis: „Ik weet mijn Verlosser
leeft" is dan ook waardig om overdacht
te worden, tot onderzoeking en tot be
proeving.
Want ik weet! Deze getuigenis is vast
door het getuigenis van de Heilige Geest
in hem. Ze vloeit dus niet uit een ver-
stands beschouwing, maar ze is een
persoonlijke geloofswetenschap. In de
ure van ,de wedergeboorte plant de
Heilige Geest het geloof in zijn wezen
als een levende plant in de ziel van
Gods keurlingen in. Hier getuigt Job
van de bewuste kennis van Zijn Verlos
ser, geoefend door het welwezen des
geloofs. Hij schrijft niet: ik weet van
één verlosser, dat wist Bileam ook en
met deze wetenschap is Bileam als een
vijand van God eeuwig omgekomen,,
Hoevelen weten van een verlosser, zon
der door het ware geloof er mede ver
enigd te zijn.
Job spreekt van: Ik weet mijn Ver
losser leeft! Wat deze Verlosser bete
kende onder het oude Bondsvolk, dat
geeft ons vele dingen te leren! Het
woordje verlosser of losser of Goël
heeft dezelfde betekenis. Een losser
moest zijn een nabestaande vlees van
vlees, bloed van bloed. Deze losser (Go
ël) werd werkzaam als hij zijn recht
deed gelden op een door gebracht eigen
dom. Deze losser (Goël) moest de macht
het vermogen bezitten om te lossen. Hij
moest dus beschikken over de losprijs
en boven dit had de losser (Goei) het
recht van wraakoefening. Hoe dierbaar
heeft Job hier getekend de betekenis
van Israels eeuwige Goei en losser. Ja
Hij is vlees van vlees. Hij is geworden
uit een vrouw onder de wet. Ja Hij
heeft zijn losrecht verheerlijkt voor een
volk dat er alles door gebracht had. En
het volle vermogen, de volle losprijs
heeft Hij opgebracht. Deze Goël Iton ge
tuigen: „het is volbracht" en in de oefe
ning van Zijn geduchte wraak heeft Hij
al de doodsvijanden van Zijn volk ver
nietigd. Van deze losser weet Job, dat
Hij de zijne is n.l. Mijn verlosser!
U vraagt hoe is Job aan deze weten
schap gekom Wel, Job heeft geleerd
dat alle zelf verlossingspogingen mis
lukten, toen Hij afgesneden werd van al
zijnw erken om voor God te kunnen
bestaan. Dat heeft Job geleerd toen
Hij leerde dat Sion alleen door recht
wordt verlost. En, dat door recht ver
lost alleen in een Goël mogelijk was.
Dat heeft Job geleerd toen hij leerde
dat hij persoonlijk moest worden ver
lost en een persoonlijke losser hem no
dig werd. Dat heeft Job geleerd toen
de losser zich aan hem verklaarde en
in zijn lossers-arbeid zich verheerlijkte
toen Job zich rechteloos verwerpelijk
en heiwaardig voor God onderging. Dat
heeft Job geleerd toen deze Goël zich
voor hem in gericht stelde. En Job als
Job voor zijn rekening nam. Dat heeft
Job geleerd toen hij delen mocht in de
zoete arbeid van deze Goël door Gods
Geest Hem toegepast en Hij roemen
mocht: ,,Ik weet mijn Verlosser leeft".
Ja, de schuld uws Volks is uit uw boek
gedaan. Met deze zekere geloofsweten
schap kon Job de eeuwigheid tegemoet
reizen. Waar mocht hij in rusten. Door
deze geloofswetenschap wist hij wat hij
straks naar lichaam en ziel verenigd
Zijn Goël zou roemen en prijzen. Daar
mocht Job van getuigen van deze nood
zakelijke geloofswetenschap. En de ba
te? Daar zingt de kerke Gods van!
Gij hebt o Heer in 't dodelijks
tijdgewricht
Mijn ziel gered, mijn tranen,
willen drogen
Mijn voet geschraagd, dies zal ik
voor Gods ogen
Steeds wandelen in 't vrolijk
levenslicht
Dirksland
Ds. P. Blok
Het „Wetenschappelijk Genootschap
voor Goeree en Overflakkee" heeft haar
jaarboek 1961 laten verschijnen met
ruim tweehonderd bedrukte pagina's en
vele tekeningen en foto's. Het is thans
voor het vijftiende achtereenvolgende
jaar, dat het W.G. zulk een werk het
licht laat zien en wederom is er onge
twijfeld de s.treek een grote dienst mee
bewezen; niet zozeer vanwege het ooh
opgenomen jaarverslag van de „Stich
ting Flakkeesche Gemeenschap", waar
uit de lezer ditmaal niet zoveel nieuws
zal peuren, maar vanwege de bijzonde
re onderwerpen, die zeer uitvoerig be
handeld zijn en waarmede Flakkeese
aangelegenheden worden behandeld, die
van grote betekenis zijn voor de histo
rie en met name voor de ontwikkeling,
v/elke het eiland tie wachten staat en
waardoor vermoedelijk veel van het nu
bestaan|de verloren zal giian.
Enige problemen welke aan de ont
wikkeling verbonden zullen zijn werden
door deskundigen behandeld, b.v. de
nieuwe waterhuishouding, waarmede
het eiland te maken zal krijgen, door
ir. J. B. Mijs, dijkgraaf van de Dijk
ring Flakkee, de zich voor de land-
ibouwwijzigende omstandigheden door
de heer Joh. Mol, voorzitter van de
Flakkeese Holl. Mij van Landbouw, en
de ontwikkeling van het westelijk deel
van het eiland door de burgemeester
van Ouddorp, Goedereede en Stellen-
dam, de heer J. A. Kleijnenberg. Ten
slotte wordt een groot deel van het
boekwerk in beslag genomen door een
verslag over de resultaten van een on
derzoek naar de aspecten van vegetatie
en bodem der duinen van Goeree, in het
bijzonder de contactgordels tussen zout
en zoet milieu.
Dit onderzoek naar de vegetatie in
het duingebied werd opgezet door het
Rijksinstituut voor Veldbiologisoh on
derzoek ten behoeve van het Natuurbe
houd (RIVON) en uitgevoerd door de
biologen V. Westhof, C. G. van Leeu
wen, M. J. Adriani en E. E. van der
Voo. Publicatie van dit verslag kon tot
stand komen, dank zij samenwerking
met de stichting „De Beer", die vier
natuurreservaten op Flakkee bezit n.l.
de plaat Scheelhoek, de „Kwade Hoek"
tussen Goedereede en Ouddorp, de Punt,
ten Zuid-Westen van Ouddorp en de
Hompelvoet of Paardeplaat in de Gre-
velingen. Het jaarboek is door dit ge
deelte uitgegroeid tot een werk van gro
te natuurhistorische betekenis.
In zijn verhandeling over de „Water
lozing van Flakkee in de toekomst"
merkt ir. J. B. Mijs op, dat een duide
lijke voorstelling van wat door de af-
damming der zee-armen veranderen
gaat meestal niet is te geven, on
danks het feit, dat velen zich geroepen
gevoelen Flakkee reeds nu op die ge
volgen voor te bereiden. Een uitzonde
ring geldt evenwel de waterstaatkundi
ge situatie; plannen zijn reeds gedeel
telijk ten uitvoer gebracht, zij staan
vast en de technische gevolgen er van
zijn bekend. Ingrijpende wijzigingen in
de waterhuishouding van de eilanden
zijn op korte termijn geboden. Wordt
thans het overtollige water vrij of door
bemaling zoveel mogelijk bij lage wa
terstanden op de rivier geloosd, na af
sluiting van de delta zal in de dan
ontstane rivierbekkens een zodanig
peil worden aangehouden dat van vrije
lozing geen sprake meer zal zijn, ter
wijl de poldergemalen het water vrij
wel allen hoger zullen moeten opvoe
ren dan voordien. Als voorbeeld noemt
ir. Mijs de polder Den Bommel, aan de
noordzijde van het eiland; de optimale
waterstand in deze polder ligt op 1.30
-NAP; het gemiddeld halftij van het
Haringvliet is 0.08 m boven NAP; de
gemiddelde opvoerhoogte van het pol
dergemaal is 1.68 m. Bij afgesloten Ha
ringvliet gerekend naar een streef-
peil in de rivier van 0,60 m boven NAP
moet de opvoerhoogte van het ge
maal 2.20 m "worden, resulterende in
aanzienlijk hogere kosten van de wa
terlozing.
Het merendeel der polders van Mid-
den-Flakkee loost op de havens van
Middelharnis en Sommelsdijk, die, als
het buitenwater te hoog is, als boezems
fungeren. Maar heel dikwijls dwingen
aanhoudende N.W.-winden de gemalen
tot stoppen, omdat de afvloeiing naar
het Haringvliet belemmerd wordt. Door
afsluiting van de delta treedt deze toe
stand voor de haven van Dirksland bij
voortduring in en hier zal dubbele be
maling uitkomst geven, maar een zeer
dure aangelegenheid worden. Men
meent derhalve een andere oplossing te
moeten zoeken, die gevonden kan wor
den in lozing op het Zuiderdiep bij
Stellendam, dat als boezem kan gaan
fungeren in tijden van „verkeerde"
wind. Voor Middelharnis bestaat een
dergelijke oplossing echter niet; hier
zal voor noodgevallen een gemaal bij
de schutsluis moeten worden gebouwd
met een capaciteit van 250 kub.m. per
minuut.
Maar aanhoudende regens kunnen een
situatie doen ontstaan, zoals zich in het
najaar van 1960 heeft voorgedaan, toen
een groot deel der Flakkeese landerijen
blank kwam te staan.
Ir. Mijs meent, dat het waterkerend
vermogen van de havens van Middel-
NAAR DE
MIDDELHnRNIS-TEL:Z3ZS
Een inwoner van Génève heef zelf zijn personenwagen verbouwd tot een am-
fibievoertuig, dat óp het land 110 en in het water 12 km snelheid kan bereiken.
De foto toont het vreemde geval tijdens een tochtje op het meer van Génève,
er zijn een pomp en een anker aan boord. We weten niet of de vindingrijke
doe-hetzelver nu behalve wegenbelasting ook havengeld moet betalen
Donderdag 10 mei is het 25-jarig bestaan van de Vereriiging' van Bkdrijfsvoor-
lichting op Goeree-Overflakkee gevierd. Om de vele genodigden te kunnen
ontvangen had men een van de grote hallen van de Centrale Veiling te Mid
delharnis feestelijk ingericht, die met vlaggen, guirlandes en tal van ont
vangen hloemstiikken was gesierd. Er was een tamelijke opkomst, hoewel
men op meer bezoek had gerekend, wat zijn oorzaak wel zal vinden, dat vele
landbouwers van het gunstige wéér wilden profiteren. De voorzitter de heer
Joh. Mol gaf een overzicht over de aktiviteiten van de afgelopen 25 jaar en
wat er in de toekomst te doen stond, waarna de di-Aecteur-generaal van de
Landbouw Ir. J. W. Wellen die men ter gelegenheid van dit jubileum naar
ons eiland heeft vjeten te krijgen een causerie gaf over de toekomst mo
gelijkheden voor de land- en tuinbouw in E.E.G.-verband. Deze ilede werd
met de grootste aandacht beluisterd.
Behalve de directeur-generaal van de
landbouw waren er meerdere autoritei
ten op landbouwgebied, o.m. de vroege
re Rijks landbouw-consulent Ir. W. C.
V. d. Meer (oprichter van de Vereni
ging); de huidige landbouwconsulent Ir.
van Gaaien; dr. ir. C. W. C. v. Beekom,
R. landb. consulent voor Zeeland; ver
der vertegenwoordigers van de 3 stands
en landb. jongeren-organisaties; van
het Aard. Onderzoek Centrum; van de
Vereen. Bedrij f svoorl. Voorne en Put
ten, Vijfheerenlanden; Stichting Proef-
boerderij Z.-Holland; Ned. Uienfedera-
tie; Bond v. Plattelandsvrouwen;
Tüinb. Vereen.; Kon. Alg. Vereen.
BloemboUencultuur; Ring van Boeren
leenbanken en tal van andere organisa
ties. Van de burgemeesters was er al
leen de heer P. W. Hordijk van Mid-
Speclaal in het opmaken van
B. T. d. TEEK
Telefoon 2682 Westdgk 86
MIDDELHARNIS
harnis en Sommelsdijk verhoogd zou
kunnen worden, waardoor de bemaling
minder afhankelijk wordt van de water
stand in het Haringvliet. Maar voor de
langs de haven gevestigde bedrijven be
tekent dit verhoging van loswallen, voor
de dorpen het omranden van de haven
kommen met een muur, dan wel dem
pen en/of van een waterkering voor
zien!
Nog een andere oplossing van het
toekomstige probleem van de water
lozing is verleggen van de uitslag van
de polders van het Noorden naar het
Zuiden van het eiland, naar het Kram
mer; verraoedelijk zouden dan drie ge
malen tot één kunnen worden verenigd.
Doorspoelen van de polders van het
Noorden naar het Zuiden met zoet wa
ter uit het Haringvliet is dan mogelijk
en kan voor de toekomst zeer belang
rijk blijken (tuinbouw!).
In elk geval zullen de polderbesturen
in de komende jaren voor grote proble
men en gewichtige besluiten worden
gesteld en te hopen is dat men die op
lossingen kiest, welke tot in verre toe
komst de juiste zullen blijken, aldus de
schrijver van deze belangwekkende be
schouwing in het jaarboek van het
Flakkeese W.G.
delharnis-Sommelsdijk, omdat de an
deren verhinderd waren. Door de voorz.
de heer Mol werden ze in zijn ope
ningswoord allen welkom geheten.
Terugblik
De voorzitter gaf daarna een terug
blik over de aktiviteiten der Vereen.
voor Bedrijfsvoorlichting in de afgelo
pen vijf en twintig jaar. Hij noemde de
3e mei 1937 een belangrijke dag, om
dat de toenmalige Eijkslandbouwcon-
sulent Ir. v. d. Meer er in slaagde bij
de pi. standsorganisaties belangstelling
te wekken op gebied van het geven van
landbouwvoorlichting. Op de oprich
tingsvergadering werden statuten en
huishoudelijk reglement sterk geamen
deerd vastgesteld; er traden 60 leden
in totaal met 2000 ha cultuurgrond tot
de vereniging toe. Het eerste bestuur
bestond uit de heren J. A. v. Nieuwen-
huizen voorz.; C. A. v. Loon, secretaris;
L. P. Akershoek, J. Noordermeer, G.
Verweij en J. L. de Wit. Dat de Be
drijfsvoorlichting in een behoefte voor
ziet blijkt wel, daar er thans 850 le
den zijn aangesloten. Bij de start be
gon men met proefvelden op velerlei
gebied; bestrijding van ziekten en pla
gen in de gewassen en ook het grond
onderzoek had de aandacht. In 1943
(midden in de bezettingstijd) verrichte
ir. van Beekom door zijn werk bij de
SNUIF belangrijlc werk; na de inun
datie werden onder zijn leiding grond
en watermonsters genomen, gipsproef-
velden aangelegd enz. Door zijn werk
had een vesneld herstel van de zieke
gronden plaats. In 1948 vertrok ir. v.
Beekom als R. landbouwconsulent naar
Zeeland.
Spreker schetste dat er een 25-jai'ig
lange samenwerking is geweest met de
Rijks Voorlichtingsdienst en de Flak
keese Boerenbond, waarom volgens
hem gezamenlijk wordt gejubileerd en
ook Ir. V. Gaaien op de receptie feli
citaties heeft in ontvangst te nemen.
De voorz. wees er verder op, dat
thans de proefvelden niet meer zo in
de belangstelling staan, omdat er een
proefboerderij is gekomen, het Cerbe
en de A.V.C. Het tempo moet echter
worden bijgehouden, want vóór alles is
nodig, dat de bedrijven verantwoorde
lijk worden geleid.
Verder memoreerde spreker het her
stel van de grond na de ramp in 1953,
waarbij met grote inspanning is ge
werkt. Erkentelijk was spreker voor de
hulp van de Overheid, voor de steun
bij onderzoek, onderwijs enz. Ingaande
hoe het in de toekomst zal worden wat
de voorlichting betreft, wees spreker
op de a.s. veranderingen, hoe middels
(Zie vervolg pag. 3 Ie kolom)
Iji