Garnalenvisserij krijgt
nieuwe kansen
Gevaarlijke Duitse mijn te
Ouddorp opgeblazen
Marinemensen demonteerden in
avondlijk duister
Het rassenprobieem in
Zuid-Afrika
BRUIDSWERK
S2e jaargang
Chr, STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG
VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
Verschijnt tweemaal per week: dinsdag- en vrijdagavond
MEDITATIE
U geschiede naar
Uw geloof
Onderzoekingen bij
Doggersbank
Dit nummer bestaat uit
3 bladen (12 pagina's)
BINNENVERINGBED
Avondcursus
Landbouwhuishoudschool
SCHUIMRUBBERBED
Fa. C. Korteweg Zn.
Vrijdag 16 oktober 1959
No. 2836
PEINS HENDRIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHARNIS
Redactie en Advertenties uitsluitend Telefoon K 18702629
Na 6 uur 's avonds Telefoon K 1870—2017 Giro 167930
ABONNEMENTSPRIJS 1.90 PER KWARTAAL
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per nim.
Bij contract speciaal tarief.
3.
Sedert 1910 is de Unie van Zuid-
Afrika een onafhankelijke staat. De
Britse regering heeft reeds 8 jaar na
(Je Vrede van Vereniging in 1902, die
een eind maakte aan de Boerenoorlog,
aan Zuid-Afrika de vrijheid gegeven
ziin staatsbestel naar eigen goedvinden
te regelen. Er bleef slechts een formele
band met Engeland via de dominion
status. De Unie kreeg een eigen parle
ment bestaande uit een Senaat en een
Volksraad, die in Kaapstad vergaderen.
Er zijn twee officiële talen: het Afri
kaans en het Engels. De eerste minister-
president was de Boerengeneraal Louis
Botha, die dapper gevochten had, doch
na de vrede al spoedig de noodzaak van
samenwerking met de Engelsen inzag.
Hii was geen intellectueel, maar wel
een staatsman. Toen hij in 1919 stierf,
werd Smuts zijn opvolger. Deze was
een geleerde, een wijsgeer, een knap
staatsman en tegelijk veldmaarschalk,
groot vriend van Churchill. Niet alle
Afrikaanders begrepen de politiek van
Botha en Smuts, want de anti-Engelse
gezindheid was lang niet verdwenen.
Slechts met een zeer kleine meerder
heid slaagde Botha er in 1914 en Smuts
in 1939 in om de Unie te doen deelne
men aan beide wereldoorlogen. In de
laatste was er zelfs een groot aantal
Afrikaanders, die Duitsgezind waren en
op een overwinning van Hitler hoopten!
-Dat zat natuurlijk in de aversie tegen
Engeland en in de rassenkwestie.
Er bestaan in de Unie slechts twee
grote politieke partijen: de Nationale
Partij, opgericht door generaal Hertzog,
anti-Engels en zeer nationalistisch, als
reactie op de verzoeningspolitiek van
Botha en voorts de Verenigde Partij,
die van Smuts. Het ligt voor de hand,
dat de eerste in hoofdzaak het Holland
se element omvat en de laatste het En
gelse benevens het meer liberale Hol
landse. Sedert 1948 is de Nationale
Partij aan het bewind; in 1958 behaal
de ze zelfs 103 van de 163 zetels in de
Volksraad. Smuts stierf in 1950 en se
dert is zijn partij aan de verliezende
hand. De Nationale Partij kreeg sterke
persoonlijkheden als leider: Malan,
Strijdom en-thans V-erwoerd. Zij is de
-artij, die een zeer radicale rassenpo
litiek voorstaat en gezien de gevaar
lijke positie van de blanken krijgt ze
steeds meer aanhang. Ze strijdt voor de
apartheid, wil geheel los komen van
:ngeland door het uitroepen van de
epubliek, wenst een streng geselecteer-
e immigratie toe te passen en wil ook
et christelijk-nationale element met
ame in het onderwijs handhaven. De
'erenigde Partij streeft naar gelijke
echten voor Afrikaanders en Engelsen,
laar ook zij wijst rassenmenging af.
'oorts wil ze de band met Engeland
ehouden. Wel staat ze iets soepeler
egenover de oplossing van het rassen-
raagstuk, maar op een breed terrein
ijn beide partijen het toch in dit op-
icht eens.
Wat nu het kernprobleem van Zuid-
Jrika betreft, we hebben gezien, dat
e bevolking zeer heterogeen van sa
menstelling is. De hoofdzaak ervan
rerdt gevormd door de tragische ver-
iouding van de 3 miljoen blanken en
e 9 miljoen zwarten. Men staat voor
en enorm moeilijke keus. Geeft men
e naturellen het kiesrecht en alle an-
ere rechten, dan betekent dit, dat de
lanke beschaving in Z.-A. op de duur
en onder gaat. Sommige idealisten
enken daar heel gemakkelijk over,
laar wat zouden wij doen als er in
ederland b.v. 3 miljoen blanken en 8
üljoen negers woonden? Men moet
iet vergeten, dat de blanken daar met
e rug tegen de muur staan. Als men
e naturellen politieke invloed geeft,
oudt dit onherroepelijk in de over-
:oeling van de blanken door een
warte vloedgolf. Men staat dus voor
en zeer moeilijk alternatief, dat is sa-
"len te vatten in twee woorden: apart-
eid of Integratie. Het eerste systeem
oudt in, dat men blanken en zwarten
aatkundig, cultureel, sociaal en ras-
stisch apart houdt, met andere woor-
en, dat de naturellen de blanken nooit
nnen overstemmen, dat ze zoveel
ogelijk in aparte gebieden worden
mengedrongen, dat bepaalde beroe-
n voor hen gesloten blijven en dat
dus een strenge kleurslagboom blijft
staan. Dit stelsel van segregatie of
ssenscheiding is nu in de wetgeving
-Stgelegd. Er is algehele scheiding in
einen, bussen, bioscopen, schouwbur-
n, bibliotheken, ziekenhuizen en op
rkhoven. In het parlement zit geen
kele naturel. De universiteiten zijn
or hen niet toegankelijk en er zijn
arte scholen. Voor hen geldt een sta-
ngsverbod en een verbod van alkohol,
halve het gebruik van z.g. kafferbier
et 2»/o alkohol. Gemengde huwelijken
n verboden.
Het andere standpunt, dat van de in-
"ratie, houdt in het opnemen in de
ats- en sociale gemeenschap van al-
niet-blanken en het opvoeden van
Bantoes tot een hogere beschaving,
n moeten ze uiteraard ook het stem-
'M krijgen. Een klein deel der blan-
zou dit wel willen proberen. De
*ag is echter, of het lage bescha-
igspeil der zwarte permanent is of
„Toen raakte Hij hun ogen aan en
zeide: U geschiede naar Uw ge
loof." (ïAatth. 9 29).
Was het niet een heel redelijke vraag,
die de Heere Jezus aan die twee blinden
stelde, toen ze tot Hem kwamen om
genezen te worden? Hij vroeg: „Geloof
je dat Ik dat doen kan?"
Toch zijn we in dit opzicht soms erg
onlogisch. We zijn vanaf onze kinds
heid gewoon om te bidden. Dat gebed
hebben we van moeder geleerd, maar
toch later met ons volle verstand steeds
weer gebeden. Lezers, waarom doet ge
dat, als ge niet gelooft, dat Christus U
kan zalig maken?
U gaat toch ook niet naar de dokter
toe, waarin U helemaal geen vertrou
wen stelf?!
Waarom vraagt ge Hem te doen,- wat
ge niet gelooft, dat Hij doen kan? Het
is een vreemde, ja een onmogelijke
zaak om echt {te bidden zonder geloof.
De vraag vafi de Heere Jezus is daar
om ook redelijk, omdat ze Hem zelf
„Zone Davids"- hebben genoemd.
De meesten van onze lezers zullen
waarschijnlijk -hetzelfde doen, want on
der hen zullen er toch niet zoveel zijn,
die twijfelen aan de Godheid van Chris
tus, aan de inspiratie des Geestes, be
treffende de Bijbel en aan de historische
werkelijkheid van het bestaan van de
Heere Jezus. Welnu, indien ge bij dat
alles dan niet gelooft, dat Hij U kan
zalig maken, wat bedoelt ge er dan mee
te zeggen dat Hij God is?
God zijn en dan niet kunnen zalig
worden, is een volkomen ongerijmd
heid.
Deze blinden hebben dat begrepen.
V7at méér zegt, ze hebben dat geloofd.
Daarom klinkt hun antwoord kort,
maar daarom niet minder waar: „Ja
Heere!"
Wat een heerlijk „ja" woord is dat
geweest.
Wat blijlit hieruit hun kinderlijk,
maar daarom niet minder standvastig
geloof.
Lezers, wat zal ons antwoord zijn op
de desbetreffende vraag?
Ge zult ook opmerken, dat deze blin
den geen ogenblik aarzelen.
Terstond klinkt hun antwoord.
Waar 't geloof doorbreekt, daar ver
dwijnt op dat ogenblik alle twijfel. Dan
klinkt het: „Ja Heere, hoe slecht ik ook
ben, toch geloof ik dat U mij kunt za
lig maken, dat Uw dierbaar bloed mij
van alle zonden kan rein wassen, toch
geloof ik dat Uw genade groter is, dan
mijn schuld!
Zie, dat is het antwoord, dat de Hee
re Jezus van U en van mij verwacht.
Dan zegt Hij: „U geschiede naar Uw
geloof!
Dan is er licht voor blinde ogen. Ge
nade voor zondige harten. Het besliste
geloof, ruimt iedere hinderpaal uit de
weg.
Lezers, dit is zeker, dat het nooit aan
de Heere ligt. -
Het. is- Zijn oprechte wens om U alles
te geven, wat U ontbreekt.
Wat is het daarom erg, wanneer ge
omgekeerd gaat redeneren: „Ik begeer
het ernstig, als de Heere het mij nu
maar wilde geven."
Bij Hem is een overvloed van genade.
Zijn er uitkomsten, zelfs tegen de dood.
Hebt U in het wintergetijde wel eens
op de vogels in de tuin gelet? Wan
neer ge een korst brood in kleine stuk
jes gesneden in uw tuin legt, dan be
hoeft ge er echt geen hele smeekbeden
bij te voegen, maar nauwelijks hebt ge
uw hielen gelicht, of een liele zwerm
hongerige vogels heeft zich op dat voed
sel geworpen.
Als die vogels konden denken en zich
uitspreken, zouden ze zeggen: „Zie, wij
zijn hongerig en daar ligt -brood!' Die
twee zaken horen bij elkaar.
De Heere geve, dat zulk een wijsheid
ons deel worde. Dat we het mogen zeg
gen: „Ik ben een schuldig zondaar en
daar is een dierbare Zaligmaker, die ik
nodig heb. Die twee horen bij elkaar.
Ze mogen niet langer gescheiden zijn.
Dan wordt het geloof a.h.w. een blik.
Een blik van enkel vertrouwen.
Een zich verlaten op Hem!
Een geloven, dat Hij het doen kan.
Daarom, o lezers, wanneer de vraag
uit Gods Woord telkens weer op U af-
liomt: „Gelooft ge, dat Ik dat doen kan?"
Antwoord dan maar: „Ja Heere!"
En, dan zal 't ook tot U gesproken
worden: „U geschiede naar Uw geloof."
Dirlcsland.
C. J. Resting.
chts
een overgangsfase. Zeer velen
nen dat het-eerste het geval is. Zou
■Wist zijn, dan is het onmogelijk, dat
lüe rassen op gelijke voet in één staat
lenleven.
fen ziet dus, dat de blanken in de
6 wel voor een uitzonderlijk moei-
Probleem zijn gesteld. Men kan
Nederlandse visserij biologen hebben
de afgelopen dagen aan boord van de
onderzoekingstreiler Willem Beukels-
zoon in de Noordzee een onderzoek in
gesteld naar de mogelijkheid om een
nieuwe grote ^garnalenvisserij bij de
Doggersbank op të bouwen lazen we in
„De Rotterdammer". Aanleiding tot deze
Voor UW VERZEKERINGEN:
Nederlandsche HandeJ-Maatschappij
Cofrespondentschap Middel harnis
Zandpad 108, telef. 27p9(0r187p)
theoretisch wel stellen, dat apartheid
een verouderd systeem is en principieel
uit den boze, maar er staat tegenover
dat het hier om niets meer of minder
gaat dan om het behoud van de blanke
beschaving en om puur zelfbehoud. Wij
nemen het de Afrikaanders dan ook
niet kwalijk, dat ze voor de apartheid
kiezen. Zij vechten voor hun naakte be
staan. Ondanks'de felle kritiek, die in
de Verenigde Naties van alle kanten
(door communistische en ex-koloniale
landen en ook door menig Westers land
dat deze problemen niet kent) wordt
uitgeoefend en die ook door van alle
realisme gespeende theoretici als dr.
Buskes in ons land wordt uitgebracht,
geloven we, dat de apartheidspolitiek
de enige mogelijke is. Daarbij ontvein
zen we ons niet, dat ze zeer moeilijk te
verwezenlijken zal zijn. De mooiste op
lossing zou zijn geografische apartheid:
blanken en zwarten op aparte territoria
met eigen bestuur. Maar ook daaraan
zitten veel bezwaren. Thans hebben de
naturellen eigen gebieden ter grootte
van 5 maal Nederland, maar dit is veel
te weinig, daar-'9 miljoen Bantoes W/a
van de grond hebben en 3 miljoen blan
ken 90''/o. Er zou dus een grondige re
organisatie moeten plaats hebben. Bo
vendien is de urbanisatie (trek naar de
stad) al zo ver voortgeschreden, dat b.v.
in en bij Johannesburg al 600.000 „ont-
stamde" naturellen wonen. Door de
mijn- en andere industrieën zijn ze
tussen de blanken terechtgekomen, die
hen economisch niet kunnen missen.
Onlangs hield de ambassadeur van
Zuid-Afrika in Den Haag een rede over
dit vraagstuk en hij zocht de oplossing
ook in geografische apartheid. Hij ba
seerde het recht der blanken hierop,
dat de Bantoes ook immigranten zijn
en zelfs later kwamen dan de blanken,
de eersten uit het noorden, de laatsten
uit het zuiden. Daarom moet er een af
zonderlijke ontwikkeling zijn van beide
gebaseerd op rassenscheiding. Dit is de
enige weg voor een bevredigend sa
menleven in één staat in goede harmo
nie.
Er is natuurlijk over de situatie in de
Unie nog veel ïneer te schrijven. Maar
het was alleen maar onze bedoeling de
kernkwestie te' stellen en enig begrip
te wekken voor de uitzonderlijk moei
lijke positie, waarvoor de regering
staat. Een rassenprobieem als in Zuid-
Afrika bestaat nergens anders ter we
reld. We kunnen alleen maar hopen,
dat het een bevredigende oplossing zal
lirijgen.
onderzoekingen, onder leiding van de
pas benoemde garnalenbioloog R. Bod-
deke van het rij lisinstituut voor visse
rij-onderzoek te IJmuiden, was o.m. het
feit, dat de garnalenvondsten dicht on
der de Nederlandse, Belgische en Wad-
denkust de laatste jaren afnemen.
Maar vooral werd dit onderzoek begon
nen toen men van de Helderse schipper
Giel Slot vernam dat hij eind augustus
bij de Silverpit in de Noordzee een halr
ve mand mooie grote garnalen had ge
vangen.
De Willem Beukelszoon werkte gedu
rende tien dagen aan het onderzoek
mee, maar de vele trekken bleven vrij
wel viwchteloos. Toen men het onder
zoek bijna wilde eindigen werd er gar
naal gevangen met het zeer kleine tor-
pedonet. Slechts 21 stuks kwamen aan
dek maar de moeite was beloond en
opnieuw is aangetoond dat op deze
plaats garnaal is te vangen. De prak
tijk en nieuwe onderzoekingen zullen
nu moeten uitwijzen of er toekomst in
de visserij op grote garnaal bij de Sil
verpit zit. De Willem Beukelszoon zal
het onderzoek binnenkort voortzetten.
De kotter Wieringen Wr 6 van vis
ser S. Lont te Wieringen heeft inmid
dels ten noorden van de Waddeneilan
den ook nieuwe yangstgronden voor
garnaal ontdekt. Deze lagen ongeveer
15 km uit de kust bij Ameland en
Schiermonnikoog. Deze reder heeft zijn
drie schepen thans uitgerust met koel-
ruimen zodat men niet meer elke dag
aan de mark behoeft te komen maar
een -week lang op de garnaalgronden
kan blijven.
Ook heeft deze rederij nog een ande
re nieuwe weg in de garnalenvisserij
ingeslagen. Onder de garnalenzeef is op
de kotters een waterspuit aangebracht
waardoor de jonge ondermaatse gar
naal, die door de zeef valt, onmiddel
lijk weer in zee wordt gespoten om ver
der te groeien. De meeste kotters voe
ren deze jonge garnaal aan voor de vis-
meelfabrieken. Voornamelijk hierdoor
is de overbevissing ontstaan, die de
slechte vangsten tot gevolg heeft gehad.
De Wieringse rederij Lont heeft met
deze werkwijze een mogelijkheid' ge
vonden een eind aan de pufvisserij te
maken. In kringen van biologen hoopt
men dat het voorbeeld van de rederij
door andere garnalenvissers wordt ge
volgd. De garnalenstand langs de Ne
derlandse en de Waddenkust zou zich
hierdoor zeer kunnen uitbreiden.
Ook deze winter worden aan de land
bouwhuishoudschool weer een aantal
avondcursussen gegeven. Dames, zo aan
stonds moeten er toebereidselen voor de
decemberfeesten worden gemaaltt en op
de cursus „fijne keuken" leert U zelf
de benodigde lekkernijen klaar maken,
lekker, voordelig en veel voldoening
gevend.
Natuurlijk wilt U graag zelf kerst
stukjes maken. Wel, op de cursus bloe-
menschikken leert U het tot in de per
fectie. Er komen van die handiglaeidjes
j.oiJ te pas, die U even moet leren, en
*-et gaat op de cursus heel gezellig en
geanimeerd toe. Geeft U zich snel op
bij de directrice. Er zijn nu nog bloe
men en bessen genoeg om mee te le-
reri toveren.
Iets nieuws voor Flakkee is de „kook-
cursus voor heren". Nee, het is niet de
bedoeling er keukenprinsen van te ma
ken. Maar, heren, uw vrouw kan on
verwacht naar het ziekenhuis moeten
voor haar blindedarm. Hoe moet dat
dan met het eten voor U en de kinde
ren? Hulp is vaak moeilijk te krijgen,
zeker niet op slag. Eet U dan tien da
gen broodpap?
Op deze cursus leert U in zes lessen
een eenvoudig menu klaar maken, zon
der veel inspanning en zonder chaos in
de keuken. U hoeft dan niet tè schrik
ken als uw vrouw griep krijgt en zij
hoeft zich niet uit bed te slepen om een
maaltijd klaar te maken voor het ge
zin, terwijl ze geen eten zien kan.
Denkt U niet, dat U in geval van nood
best zult kunnen koken als U het nooit
hebt gedaan. Heus, het moet even ge
leerd worden. Er zijn al enkele opga
ven, zet -UW valse schaamte op zij en
meldt U ook aan. Elders in het land
hebben de mannen al met heel veel ple
zier hun kookbrevet gehaald. Moet
Flakkee hier achterblijven? Als U snel
tot deelname besluit kan de cursus eind
oktober beginnen.
Op een van de mooie zomeravonden, die we dit jaar zeldzaam veel hebben,
liep de heer Jaap Westhoeve, de kruidenier uit de Koolweg te Ouddorp langs
het strand te wandelen. Het ■was uitzonderlijk laag water en vlak langs de
waterlijn, waar het zand min of meer verhard is, loopt het altijd lekker. In
de omgeving bij de Punt ontwaardde hij, deels nog in het water en deels in
het zand, een koepelvormig voorwerp met uitstekende punten, dat hem een
mijn deed vermoeden. Dichterbij gekomen bekeek hij het ding nog eens nader
dat dik was begroeid met pokken en zeewier en vervaarlijke voelhorens had.
Er hing een stuk ketting aan, dat grotendeels was verroest. Hij besloot om
het de groepscommandant van de Rijkspolitie te Ouddorp mede te delen, omdat
het wel eens een gevaar voor de omgeving kon betekenen. De Rijkspolitie is
het volgende getij op verkenning uitgegaan en het bleek inderdaad een van
die gevaarlijke projectielen te zijn, die de zee in oorlogstijd en nu nog zo
onveilig maken. De Rijkspolitie heeft de mijn gemarkeerd en bakens gezet
cm hem later terug te kunnen vinden. Intussen werd ook de Mijnenoprui-
mingsdienst te Vlissingen gewaarschuwd, welke instantie een dezer dagen eens
poolshoogte is wezen nemen en tot demontage of opruimen besloot. Woens
dagavond kwam een truck met manschappen en materiaal, onder comman
do van Luitenant ter Zee II O. C. (spec, dienst) Juursema naar Ouddorp
om de mijn te demonteren. Het was 8 uur in de avond laag water en omdat
het door de Oostenwind ver was weggevloeid, kon men er bijzonder goed bij.
Ondanks de duisternis het was stil weer en maanlicht besloot de com
mandant nog diezelfde avond het gevaarlijke karwei „even" op te knappen.
HAZET:FABR|EKE.N ZEVENBERGEN
MIDDELHARNIS
Benoeming. Aan de Groen van Prin-
stererschool alhier zal per 1 december
a.s. in functie treden de heer M. Ede
waard, thans nog werkzaam aan de
School met de Bijbel te Dirk^land.
Voor beter
naar de
Middelharnis, Tel. 2328
Commandant Juursema stond ons toe
mee te gaan om vóór men aan het
monteren ging van dichtbij de mijn
te bekijken en er een plaatje van te
schieten. Met de 3 specialisten-demon-
teurs onder- en bovenwater, comman
dant Juursema, Luitenant te Zee Brou
wer, de cantinemeester Moerman, een
aantal marine manschappen en twee
man van de Rijkspolitie ging het dwars
door de duinen aan de Punt, om het
strand te bereiken. In het maanlicht
door het mulle zand en- het begroeide
duinpad, leek het wel een tocht door de
Nieuw-Guinese bossen.
Dank zij de afbakening die' de politie
had gemaakt, kon men de mijn, die
maar net boven water zat, spoedig vin
den en werd het ding met zaklantaarns
eerst eens grondig bekeken (Zie foto)
Dit duurde maar even, -want al spoedig
werd het commando verspreiden gege
ven en ging commandant Juursema al
leen aan het sleutelen. Op een afstand
van een paar kilometer hoorden we
hem even later roepen, dat de mannen
20 meter touw en een hout voor een
Dit is de groep specialisten die woens
demonteerden. In feit geschied het ge
door de Luitenant ter Zee II Juursema
opruimingsdienst is gestationneerd te
land. De tweede van links in comman
dagavond in het donker de Duitse mijn
vaarlijke werk door één man en wel
Deze groep van de duiker- en mijnen-
Vlissingen, maar werkt over het gehele
dant Juursema.
De demontage-specialisten van
de Marine bekijken de mijn, die
half in het zand en in het water,
verborgen ligt eerst nauwkeurig
vóór men tot demontage over
gaat. En dan is het zaalc, om
maar op een behoorlijke afstand
te blijven.
boei moesten halen, waaruit we con
cludeerden, dat het karwei tot de vol
gende ochtend zou blijven zitten.
Al spoedig vernamen -wij, dat luite
nant Juursema de kop er had afge-
schroefd en de ontsteking er had uit
gehaald. Daarmee was hoewel nog
niet onschadelijk het ergste gevaar
geweken.
Duitse mijn van zwaar kaliber
Commandant Juursema vertelde
ons een uur later, dat het een Duitse
mijn was van zwaar kaliber. Hij schatte
de mijn op circa 14 jaar oud, die on
danks dat hij al die tijd in zout water
had gedreven, zich vrij gemakkelijk liet
demonteren. Het slaghoedje had hij er
uitgeschroefd, waarvan het koper er nog
glanzend uitzag. Op dit slaghoedje staat
enige atmosfeer druk, die nog goed in
tact was, welke druk hij langzaam had
laten ontsnappen. De ontstekingslading
had hij er uitgehaald gevaarlijk
goedje! wat men meteen aan het
strand heeft laten ontploffen. De knal
was ver in de omtrek te horen.
De mijn bevatte voorts circa 250 kg
Hexamiet die ook nog moest worden
opgeruimd. Het water was echter intusn
sen reeds zover gestegen, dat men dit
tot het volgende tij moest uitstellen.
Elektrisch opgeblazen
Donderdagmorgen vroeg is men weer
naar de Punt getrokken om de mijn nog
gevuld met het gevaarlijke Hexamiet
op te blazen.
Het was een gunstige windrichting
en de commandant begoot het elek
trisch te doen. Met een slagpijpje en 2
draden werd een verbinding gemaakt
en op een behoorlijke afstand werd het
contact afgedrukt. Een geweldige wa
terzuil, gemengd met modder en zand
spoot omhoog, waaruit weer eens te
zien was, welk een verwoesting deze
mijnen, wanneer ze met schepen in
aanraking komen, kunnen aanrichten.
Wij hebben grote bewondering voor
de Marinemannen van de Mijnenoprui-
mingsdienst, die met zoveel tact maar
toch doortastend hun gevaarlijk werk
verrichten. Eén misgreep en het is met
hen gedaan en men kan bovendien
nooit weten, hoe een mijn die jaren
lang in het zoute -water heeft rondge-
dobberd, van binnen er uit ziet. In
ieder geval is weer een moordend pro
jectiel van onze kusten weggeveegd.
Dank zij deze specialisten, die de Ne
derlandse gemeenschap; in het bijzon
der de zeevaart onschatbare diensten
bewijzen.