Jeep contra brommer Ruilverkaveling bij in Oude Oostdijk vordert sr\el Het ambtsgebed Landschap met mooie polderwegen doorsneden Interieur van de gras- en klavermeelfabriek „Stellendam" Brand te Nieuwe Tonge 31e jaargang Chr. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Verschijnt tweemaal per week: dinsdag- en vr^ fgavond Botsing van brommers aan de Havenweg Ds. van Herpen gaat naar Kinderdijk Dinsdag 26 augustus 1958 No. 2723 PBINS HENDBIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHABNIS Bedactie en Advertenties uitsluitend Telefoo» K 1870—2629 N« 6 uur 'i avonds Telefoon K 1870—2017 Giro 167930 ABONNEMENTSPBIJS 1.90 P£B KWABTAAL ADVEBTENTIEPBIJS 12 cent per mm. Bt] contract speciaal ttul*f. Het ambtsgebed is een aangelegen heid die in ons land veel aandacht heeft gehad en in vele plaatsen is het nog steeds een punt van de eerste orde. wii achten dit een gelukkig verschijn sel Er blijkt uit, dat in tal van verga deringen van overheidscolleges en openbare lichamen het als hoogst nodig wordt gezien, bij de vervulling van de ambtelijke taak ter behartiging van de belangen van het algemeen vooraf, de Naam des Heeren in het openbaar aan te roepen. Eigen onvolkomenheid en steil diepe afhankelijkheid aan God als het hoogste Wezen, die alles regeert en bestuurt, komt er in uit of behoort er in uit te komen. Het is meer dan honderd jaar gele den dat er een studie over het ambts- gebéd is verschenen. Jhr. A. M. C. Asch van Wyck gaf in 1852 een boekje uit, gewijd aan het ambtsgebed in de Re publiek en de eerste veertig jaren van het Koninkrijk der Nederlanden een documentatie van de historie van het ambtsgebed sinds die tijd tot heden is in gebreke gebleven. Dit heeft de oud- directeur van de Doctor Abraham Kuyper Stichting, mr. K. Groen er toe gebracht, door middel van een tweetal enquêtes, in 1947 en 1956 gehouden, bij alle provincies en gemeentebesturen gegevens te verzamelen met welk ma teriaal hij een nieuw boek heeft samen gesteld, getiteld: „Ambtsgebeden in Nederlandse openbare colleges." Dit boek is kort geleden verschenen bij de Uitgeverij Van Keulen N.V. te Den Haag, met steun van het Prins Bern- hardfonds. De oud-griffier van de Eerste Kamer, Prof. mr. A. L. de Block laat in deze studie een „Ten Geleide" vooraf gaan, waarin hij de betekenis en de hoge waarde van het ambtsgebed omschrijft. Hij zegt daarin terecht: „Zo houdt het uitspreken van het ambtsgebed in de vergadering van een vertegenwoordi gend college in, dat men zich bij de be raadslaging wenst te doen leiden door de geboden Gods en bij het licht daar van zijn besluiten wenst te nemen." Het boek van mr. Groen bevat een schat met zeer bijzondere gegevens over het ambtsgebed. Eerst over de gebeden in de hoge colleges van Staat, o.m. het gebedsformulier der Staten Generaal, openings- en sluitingsgebeden van de Provinciale Staten, met historische ge- igevens van iedere provincie apart. In de Franse tijd blijkt het ambtsge bed door de Godsontkenning, door het „ni Dieu ni maitre" algemeen te zijn afgeschaft en het heeft daarna veel strijd gekost het weer in te voeren. Een strijd, die we ook in onze tijd uit de gemeenteraden wel kennen. We weten uit diverse raden, wanneer er voorstellen kwamen tot invoering van het ambtsgebed men van zekere (linkse) zijde daar tegen op tornde, soms wel door de bijbeltekst naar vo ren te brengen uit Matth. 6:6: „Maar gij dan, als gij bidt, ga in uw binnen kamer", m.a.w. doe het eerst thuis, óf voor uzelf en bidt niet in het open baar. Om daaraan tegemoet te komen, is in sommige gemeenten in het regle ment van orde het z.g. „stil gebed" voorgeschreven, waartoe dan door de voorzitter bij de aanvang en na sluiting van de vergadering een ogenblik stilte wordt gevraagd. Dit „stil bidden" is echter geen ambtelijk gebed, omdat men dan niet als raad of als college zijn afhankelijkheid van God uitspreekt. Een tegenstander in de gemeente Heemstede, die het de leden thuis wil de laten doen, met de bewering: „'t is toch hetzelfde of men het thuis doet of hier", kreeg van een ander' lid terecht te horen: „wij zitten hier als raad, als overheidsorgaan, als college, dat God moet erkennen en Hem verantwoording schuldig is. Thuis kan men God niet als raad erkennen". Het amtbsgebed is niet altijd inge voerd op voorstel van de raadsleden, maar ook wel op verzoek van kerke raden. Te Doorn b.v. werd het inge voerd op verzoek van de kerkeraden der Hervormde en Gereformeerde kerk ter plaatse. Over de formulering van de ambtsge beden zijn vrij vaak meningsverschil len gerezen. Slechts een heel enkele gemeente in ons land heeft in het regle ment van orde de voorzitter het recht tot het doen van een z.g. „vrij" gebed, al leest deze dan toch meest een for mulier. Veel gehruikelyke tekst Het meest gebruikelijke formulierge bed voor de raad, dat wij in het boek van mr. Groen aantroffen en dat vrijwel in alle gemeenten op ons eiland wordt gebruikt is (ongeveer) als volgt: „Almachtige God, Bestuurder van het Heelal! Wij bidden U, in de naam van "fezus Christus, om uw algenoegzame zegen bij de vervulling van de werk zaamheden die ons zijn opgelegd. Schenk ons daarbij wijsheid, voor zichtigheid en uw geest. Verlevendig in ons een diep besef van onze afhanke lijkheid van U en doe onze beraadsla gingen strekken tot de eer Uws Naams en tot behartiging der ware belangen dezer gemeente. Amen". (Zo luidt het gebed voor de gemeen- ren Dirksland, Herkingen en Melissant en de tekst in de overige gemeenten op ^fOeree-Ovgrflakkee is daaraan vrij ge luk. Red.) Dat het gebed gedaan wordt in de naam van Jezus Christus, heeft in sommige raden ook bezwaren gebracht, ie Wageningen b.v. kwam een gebed in de raad voor waarin de woorden, ..uwen lieven Zoon Jezus Christus" voorkwamen. Het werd tot 1851 ge handhaafd, maar toen er dat jaar een Israëliet gemeentesecretaris werd, liet men het om hem niet te stoten, buiten gebruik. Toen de Joodse-secretaris in 1882 overleed, werd het niet meer in gevoerd, doch zonder nadere motive ring afgeschaft. De leden kregen wel gelegenheid terstond na de opening van elke raadsvergadering enige ogenblik ken stilte in acht te nemen. Aan het te Amsterdam in 1826 vast gestelde formuliergebed waarin gebe den werd „in de Naam van Jezus Christus onzen Heer" namen de Joodse raadsleden geen deel. Ze dekten dan het hoofd toen ook niet. De nieuwe raad van 13 nov. 1851 stelde met 27 tegen 8 stemmen na een langdurige discussie een formuliergebed vast, van bijna ge lijke tekst als het hierboven geciteerde. Alleen de Naam van de Tweede Per soon in het Goddelijk Wezen, werd er uit weggelaten. De acht tegenstemmers, mannen uit de Réveilkring, protesteerden en wilden de woorden: „in den Naam van Jezus Christus onzen Heer" behouden aange zien het weglaten van deze woorden een verzaking van het Christelijk standpunt zou zijn. In Groen van Prinsterer's „Neder lander", die in deze jaren veel aan dacht aan het ambtsgebed wijdde, werd betoogd, dat de argumenten der tegen standers niet opgingen omdat aard en doel der beraadslaging uitwees, dat „de Naam van de Zaligmaker niet wegge laten, maar uitgesloten, niet ondersteld, maar voorbedachtelijk ter zijde gesteld werd. Op 3 sept. 1919 dienden één revolu tionair-socialist en zes communisten onder aanvoering van de heer Wijnkoop een voorstel in het gebed af te schaf fen. Er werd een belangrijke discussie over gevoerd, waaruit we een en ander zullen aanhalen. De grondslag van het voorstel van de communist Wijnkoop lag in de weige ring God als „hogere macht" te erken nen. Als hogere macht dan de indivi duele mens erkende hij „de enig schep pende kracht van den arbeid, gepre senteerd door de arbeiders gezamenlijk. Aan de erkenning van een macht bui ten en tegen de arbeiders, wenste hij niet mee te doen. „Die andere hoge macht aldus David Wijnkoop die men belieft te geven de naam van God, is een macht, die niet is ontleend aan den arbeid, maar gebruikt wordt tegen de arbeiders, een macht die de arbei ders niet kunnen controleren, een gezag dat door mensen bedacht is, maar dat niet is ontleend aan de scheppende kracht van de arbeid". Prof. Diepenhorst, die tegen Wijn koop in debat kwam, zag in het voorstel de consequenties van het „geen God, geen meester". Aanneming van het voorstel zou betekenen: ,de Raad van Amsterdam wenste te breken met de publieke erkentenis, dat de overheid dienaresse Gods is, wiens zegen voor de volbrenging van de werkzaamheden zij noodig heeft." Het voorstel Wijnkoop werd aangeno men met 21 tegen 15 stemmen. De af schaffing van het gebed in de hoofd stad bracht deze gelukkige reactie in het land teweeg, dat in meerdere ge meenten besloten werd, het ambtsge bed in, of weer opnieuw in te voeren. Interessante gegevens Op enkele interessante zaken over het ambtsgebed die wij in dit boek vonden, willen wij nog wijzen. In de gemeente Urk worden ook de burgerlijke huwe lijksvoltrekkingen door de ambtenaar van de burgerlijke stand geopend en gesloten met gebed. Ook worden in sommige gemeenten de vergaderingen van b en w met gebed aangevangen. In het sluitingsgebed van de raad van Ermelo (in 1918 nog in gebruik) von den we de volgende eigenaardigheid. Er SOMMELSDIJK Maandag j.l. gebeurde er in de vroe ge ochtend een ongeluk, dat nog goed is afgelopen. Ir. J. B. Mijs kwam met de Landrover-j eep van de kaai af rich ting Voorstraat gereden. Er staat daar een stopbord en stop- streep op de weg, omdat het een gevaar lijk punt is met weinig uitzicht, om zo door te rijden. Op het moment dat de' heer Mijs dit kruispunt passeerde en; van de kaai af de VoorstraSt op reed,' kwam uit de Krakeelstraat richting Dirksland de bromfietser Kleijn uit de Ringstraat, (die voorrang diende te hebben) en vloog in volle vaart op de jeep. Gevolgen waren dat de jongeman Kleijn een ogenblik versuft was, maar' weer spoedig bij kwam. Zijn rechterbeen was gewond, dat door dokter Dogte- rom werd verbonden. De bromfiets was beschadigd. Ir. Mijs heeft zijn luxe wagen thuis gehaald en de jongen daarna naar huis' vervoerd. Direkt na de ramp is reeds bekeken, de in vele parten verdeelde landbouw grond in de Oude Oostdijk tussen Goedereede en Ouddorp te ruilverkavelen. Dit had een tweeledig doel: ten eerste om de kleine perceeltjes met waar tussen veel smerige rietsloten tot één mooi geheel te maken, de grond te ega liseren en zoveel mogelijk te verbeteren. Dit zou dan tevens het grote voordeel voor de eigenaars hebben, dat bij de nieuwe verdeling, de gronden niet zo ver uit elkaar liggen, maaj; ieder zijn hoeveelheid grond, naar gelang de kwaliteit, aan één stuk of althans zo dicht mogelijk bij elkaar te krijgen. Om één voorbeeld te noemen: de heer P. Voogd te Goedereede die 64 ha land bezit, heeft deze grond op 36 plaatsen liggen, vanaf de Punt bij Ouddorp, tot onder „Koornlust" bij Stellendam! En zo is het met de meeste grondeigenaars. Alleen wat dit betreft was deze ruilverkaveling hoog nodig, laat staan nog de andere voordelen die het brengt. kwam deze zin in voor: „Niets anders dan gevoel van heilige verplichting, niets dan- de wens om in Uwe almach tige hand de werktuigen te zijn tot be vordering van het welzijn onzer mede burgers, bewoog ons, om ons heden belangeloos naar deze plaats te bege ven." Tegen die volzin werden toen bezwa ren ingebracht, omdat daaruit een ge voel van zelfvoldaanheid en misschien zelfs van zelfverheffing sprak, welke in een gebed toch al heel weinig op zijn plaats zijn. „Belangeloos" was ook wel een te mooi woord, toen nadien de raadsleden presentiegeld genoten. De tekst van het gebed is dan ook gewij zigd. Sluitingsgebeden worden in de mees te gemeenteraden niet gebezigd, met als motief dat het na een rumoerige ver gadering of heftige discussies weinig passend zou zijn. Tenslotte nog dit. In de roomse ge meenten is de Christelijke groet bij ope ning en sluiting in zwang. Het wordt beschouwd niet als een gebed maar als een getuigenis. Deze Christelijke groet wordt als volgt gebracht: Voorzitter: Ik open deze vergadering met de Christelijke groet: Geloofd zij God. Leden: In alle eeuwigheid. Amen. Over de houding tijdens het uitspre ken van het gebed zou ook nog een en ander te zeggen zijn. In de meeste ge vallen schrijft het reglement voor, dat dit staande wordt gedaan. Meestal ge- dragen;ook de bezwaarden zich daarnaar en nemen een staande houding in acht. Het is echter ook wel eens anders, we herinneren aan hetgeen we destijds over de leden van de P.v.d.A. te Stad aan 't Haringvliet die weigerden op te staan geschreven hebben. Al is het boek van mr. Groen geen roman-literatuur, er staan gegevens in over het ambtsgebed, die weinigen be kend zullen zijn. Het is niet alleen van belang voor besturen van gemeenten en provincies en andere openbare licha men en colleges, maar ook voor theolo gisch geïnteresseerden en voor de ont wikkelde leek. Het moge er toe bijdra gen dat het ambtsgebed in die gemeen ten waar het nog ontbreekt of voor heen is afgeschaft, opnieuw worde in gevoerd. 1) Dit formulier is in vele gemeenten in ons land tot voorbeeld genomen. Ondanks dat er in Zuid-Holland al leen 100.000 ha is aangevraagd om te verkavelen en landelijk ca. iVz miljoen ha. waarvan jaarlijks 30.000 ha wordt klaar gemaakt) kreeg deze ruilverkave ling in de Oude Oostdijk (gemeente Ouddorp) voorrang, door de slechte toe stand van de grond. Zoals bekend stem de 94Vo (van het aantal ha oppervlakte) vóór deze verkaveling en we menen, gezien wat er nu al tot stand is ge bracht, dat zelfs de tegenstanders er geen spijt van zullen hebben. Plm. 2 jaar geleden werd de „Com missie van vijf" geïnstalleerd, met als voorzitter de heer D. Goekoop. De he ren Breen en J. Voogd zitten er in voor Ouddorp, dhr. K. v. Splunder voor de Oostdijk en de heren Goekoop en San- difort voor Goedereede. De werkcom- missie die iedere week de gang van zaken bespreekt bestaat uit dezelfde personen, en wordt bijgestaan door de heer Hoefman van de Rijks voorl. dienst de heer Broekhuijzen van de Cult. Techn. dienst en aan de hoofduitv. van het werk de heer H. Hogeweg, van de Nederl. Heide Mij. De te verkavelen grond beloopt plm. 300 ha verdeeld over 165 eigenaars. Daarvan is thans 128 ha gereed. Op kos- Men ziet hier een deel van de machinerie, de oven en de cycloon, die het gehakselde product aanzuigt, waar het in de hete lucht 'wordt gedroogd. Rechts de eigenaar de heer van Oostenbrugge met zijn zoon. Een reportage over deze fabriek is te lezen aan de binnenzijde van dit blad. ten van de ruilverkaveling kon dit sei zoen 10 ha gerst worden ingezaaid, een schadebeperkende maatregel, waarmee ook voorkomen wordt de nodige on- kruidbestrijding. De ingezaaide gerst gaf een bevredigend resultaat. De inkomst komt het hele blok ten goede. Onkruidbestrijding noodzakelijk! Zoals bekend worden de gronden gedurende de bewerking uit de cul tuur genomen maar volgens de ruil- verkavelingswet, dienen de eigenaars de gronden steeds onkruidvrij te hou den. Wij vernamen dat sommige eige naars daarmee nog al in, gebreke blij ven. Het is in hun eigen belang dit niet te verwaarlozen. Bij de ingelan den dient daar wel begrip voor te be staan. Die 128 ha gereed gekomen grond kan eerst worden uitgegeven als de kavel indeling bekend is. Dit gebeurt door de Landmeetkundige dienst, die daarvoor een plan gereed maakt. Waar het, zoals boven gezegd, loopt over 165 gegadigden op 300 ha, valt het te begrijpen, dat dit een heel moeilijke karwei is. Omdat de ze kavelindeling nog niet gereed is, kan ook nog niet gedraineerd worden. Het principe van de ruilverkaveling is zo weinig mogelijk sloten. Op de grens van bouwland en weiland komt echter altijd een sloot en daar waar no dig is nog een, als de afstanden te lang worden. Niet minder dan 66 km sloot met diepe greppels (met kleine greppels gerekend 100 km) moeten dichtgemaakt, zodat er in totaal maar 1819 km sloot overblijft. Bij deze ruilverkaveling komen alle eigenaars weer aan bod er is niet één eigenaar die zijn grond heeft overge daan of er uitvalt. Grond over is er bij de a.s. verdeling dus niet, alleen is door het dempen van bovengenoemde slo ten, het zaaiend veld in zijn geheel lO'/o groter geworden. De kwaliteit van de grond De kwaliteit van de grond in de Oude Oostdijk is wel zeer verschillend. Het varieert van zand-, lichte en zware grond. In cijfers uitgedrukt zou men het grondverschil kunnen stellen vóór de verkaveling van O op 100 en na de ver kaveling van plm. 30 tot 100. Die kost bare grond heeft ingeleverd krijgt daar voor weer goede kleigrond terug. Door dat de eigenaars, soms zand-, lichte en zwaardere grond in bezit hebben, zal het bij de a.s. verdeling niet altijd zo zijn, dat zij hun kavels vlak bij elkaar krij gen. Maar moeilijkheden behoeft dit niet te geven. Er is nu reeds 35000 kub m grond verzet in 1958. Het zand wordt zoveel mogelijk afgevoerd, de teeltaarde komt er bovenop. We hebben de draglines op een bepaald stuk land bezig gezien, waardoor wij als leek bemerkten, dat de grond door de omzetting veel ver beterd wordt. In totaal zal op deze wij ze in de Oude Oostdijk ruim 100.000 kub. m grond worden omgezet. (Vervolg pagina 4) Met de dom van Goedereede op de achtergrond ziet men hier een stuk van het terrein in de Oude Oostdijk, dat men bezig is te verkavelen. Rechts de nieuw aangelegde weg met daarlangs een nieuw aange legde sloot. Links de oude, verwarde toestand. MIDDELHARNIS Zondag had op het fietspad aan de Havenweg een botsing plaats tussen el kaar passerende brommers. Twee em ploye's van de R.T.M., de heren Lieven Lodder en Stoffel Looy kwamen ca. half elf van de boot huis toe gereden. Van tegenovergestelde richting kwamen twee brommers aan, bereden door de jongelui P. v. Nimwegen en van Ant werpen. Hoe de toedracht precies plaats vond, is ons niet bekend, maar dhr. Lieven Lodder werd aangereden en op de leien gesmakt. Hij bekwam een hersenschud ding en werd door de direkt gewaar schuwde dokter v. d. Peppel in diens auto thuisgebracht. De politie heeft de zaak in onderzoek. MELISSANT Ds. W. van Herpen, predikant bij de Ned. Herv. Gemeente alhier, heeft het op hem uitgebrachte beroep naar Kin derdijk aangenomen. Vrijdagavond is in de werkplaats van de machinefabriek van Stoffel v. d. Vel de alhier brand ontstaan, dat nog be trekkelijk goed is afgelopen. Er was in de loods een dorsmachine merk „Dechentreiter" van de fa. Ver- vl-oet-Hertog te Oude Tonge in repara tie, toen tijdens het lassen de dorsma chine in brand vloog. Met 3 blusappara- ten werd geprobeerd de brand te blus sen, maar dit lukte niet. De chauffeur Jan V. d. Doel uit Oude Tonge, had de tegenwoordigheid van geest de tractor aan te slaan en het brandende zaakje achteruit de weg op te rijden. Even la ter arriveerde de brandweer, die het vuur spoedig meester was. Door het kordaat optreden van dhr. V. d. Doel werd erger voorkomen. An ders was wellicht het kapitale bedrijf van fa. S. v. d. Velde in vlammen op gegaan. De dorsmachine is geheel waarde loos. Verzekering dekt de schade.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1958 | | pagina 1