ËllAIIDEn-niEUWS
Wenneker
Lof voor de schoolmeester
het gezonde gebaar:
Wij verhuren
oude genever
Een lagere-schoolexamen in het
jaar
1806
2de blad
Vrijdag 6 december 1957
No. 2653
OODÉ PROEYB
CIGARETTES
Kuiderhoekje
UIT DE KERKEN
oov
V.ee
85
N.V. Slavenburg's Bank
FOTOHANDEL J. ZANDSTEA
Bevolkingscijfers Stijgende
leeftijd Lage auigeUngenstsrf-
te Toenemend© ouderdom is
begrensd.
De bevolking van ons land stijgt elk
laar met ruim honderdduizend personen.
j;n niet: 10.000, zoals in de aanhef van
ons vorig artikeltje staat. Uit de toen
gevolgde redenering zal de lezer de
vergissing ook wel geconstateerd heb
ben, het is een drukfout.
De toename van het inwonertal is het
resultaat van geboorte en sterfte, van
vestiging hier te lande en van vertrek
naar elders.
Reeds jaren lang is er een verbetering
van de levensduur te bemerken. Vooral
sedert de vorige oorlog ten einde was
valt dat op. De gemiddelde levenjsduur
van de mensen in ons land, maar ook in
heel West-Europa, stijgt.
Nog zo een eeuw geleden bereikten
slechts 6% van de jongens en 7% van
de meisjes de 80 jarige leeftijd. Thans
is dit voor jongens 34% en voor vrou
wen zelfs 41%. Dat scheelt enorm.
Bestudering van de laatste rapporten
van de Rljksstatistiek leidt tot de voor
lopige verwachting, dat de sterftedaling
voor mannen zo ongeveer tot staan ge
komen is, maar voor vrouwen nog iets
verder daalt.
In 1850 stond Nederland zeer achter
aan wat de leeftijdsduur betreft, thans
staan wij met Noorweg-en vooraan. Dat
mag door Gods goedheid gezienl worden
als gevolg (onder mepr) van de zo ver
beterde zuigelingensterfte. Onze oudere
lezers zullen zich maar al te zeer her
inneren hoeveel jonge kinderen, zuige
lingen meest, naar het graf zijn ge-
bracht.'Wat is die tocht dooivmenig va
der menigmaal gemaakt, ja hoe dikwijls
gingen ook vader, moeder broers en
zusjes achter de bedienaars in de stoet
met het kleine kistje...
Die kindersterfte beneden 1 jaar, was
in 1871-1875 per 100 levendgeborenen
21.1. Omstreeks 1901 was dat percenta
ge gezakt tot 13.6 enl
1936-1939
3.7
1940-1945
4.8
1952
2.3
1953
2.2
1954
2.1
1955
2.0
1956
1.9
Zo men ziet, er blijven gelukkig erg
veel van de lieve kleinen in leven. Maar
de dokters en heel de zuigelingen-be
scherming zeggen: elk sterfgeval van
zo'n kleine is nog te veel.
Waar nu de dingen in ons leveni naar
's Heeren bestel tot elkaar in oorzake-
Iflk verband staan ,mag hier zeker gelet
worden op de verhelderde inzichten in
de zuigelingenzorg en de voortschrijden
de medische wetenschap. Het kind wordt
meer gehard tegenl temperaturen, de
woningen zijn ruimer en frisser er is
meer deskundige kraamzorg dan zo'n 50
jaar geleden, waarbij wij niet alleen
denken aan het legertje van onvermoei
de kraamverzorgsters maar ook aan de
consultatiebureaus voor zuigelingen (en
kleuters). Daarbij moet vooral erkenü
worden dat de neiging om zich met de
kleine telg op die bureaus bij de dokter
te vertonen, ook veel en veel groter ge
worden is. Zeer verstandig.
De algemene sterfte is ook in daling
zoals wij schreven. Het sterftecijfer was
per duizend zielen:
1871-1875
25.5
1901-1905
16.1
1921
11.4
1931-1935
8.9
1940-1945
11.1
1952
7.3
1954
7.5
1956
7.8
Spreken! wij onszelf hier tegen Neen;
men moet cijfers over zo belangrijke
verschijnselen over meer dan één jaar
zien en dan is het verschil met jaren
vroeger belangrijk. Bovendien merkten
vrij reeds op dat de sterfte niet immer
kan dalen, de dood eist zijn tol op. En
zo Js het zeer goed mogelijk dat binnen
kort de algemene levensduur gunstig is
en dat er toch naar verhouding zeer
veel oude mensen overlijden.
Men spreekt van de vergrijzing van
ons volk. De jeugd staat erg in de be-
langstelling maar gelukkig de bejaarde
mens ook. Het aantal personen van 65
jaar en ouder was 31 dec. 1955: 912400
en 31 dec. 1956 936066, een vermeerde
ring dus van 23666 zielen in een jaar
tijds.
Gaan wij een eeuw terug dan consta
teren wij dat er jaren waren dat er
bijna evenveel mensen stierven als er
waren geboren. En wat stierven zij
vroeg! En wat teisterden ernstige epi
demieën als cholera en pokken ons volk!
Als onze grootouders of vader en moe
der daarvan vertelden, dan kwam er
wat voor de dag! De griep-epidemie
van 1918-1919 was ook heel erg en
heeft veel mensenlevens geelst.
Zoals de lezer bemerkt laten wij aan
de geneeskundige wetenschap alle ruim
te. Toch beklemt het ons wel eens te
bemerken hoe men voor elke enigszins
naar voren komende ziekte grijpt naar
voorbehoedmiddelen door inenting e.d.
alsof het summum van wijsheid en
macht ons daarin gegeven is. Dan zien
de geleerde medici veel en ijverig om
zich heen, maar men ziet weinig naar
Boven. Naar die bergen vanwaar naar
psalm 121 „Mijn hulp komen zal".
Waarnemer
„De dag van den 24 juli 1806 was
voor eiken vader, iedere moeder, voor
alle kindervrienden, voor geheel ons
dorp inzonderheid, zeer belangrijk. On
ze verdienstelijke schoolonderwijzer W.
Groenendijk, die op de achting der
ouderen en de liefde van hun kroost
zich de billijkste aanspraak verwierf,
door zijne zoo onvermoeide als schran
dere pogingen, ter ontwikkeling der tee-
dere ziels vermogens van de lieve jeugd,
hier reeds met de gelukkigste gevolgen
bekroond, hield des namiddags, in
het koor der Hervormde Kerk, in de
tegenwoordigheid der regeering dezer
plaats en van eene menigte van aan-
schouwers, van hier als elders toege-
vloeid, om deze genoegelijke plegtig-
heid bij te wonen, het jaarlijksch exa
men zijner onderwijzelingen, die, vol
gens de nieuwe schoolorde, in drie klas
sen verdeeld, allen, van de minsten af
tot de meesten toe, de overtuigendste
proeven van naarstigheid en vatbaar
heid opleverden, en toonden dat de kun
digheden, over welke het onderzoek
liep, geen bloote gevolgen van een goed
geheugen, maar bewijzen waren dat
men grondig verstaan leerde, hetgeeen
onderwezen werd, want elk der aan-
Echouwers, die zelve genoeg ervaren
was, had de vrijheid om de kinderen
op den toets te zetten, gelijk de brave
Groenendijk ook het genoegen smaakte
dat door den een en ander, deskundig,
ten aanhooren van alle de aanwezigen,
verrigt werd".
Wie het geduld bezat om deze ont
stellend lange zin tot het eind toe te le
zen, zal begrepen hebben, dat het hier
over een schoolgebeurtenis gaat. De
plaats van handeling staat er niet bij,
maar het is Oude Tonge. Er bestond in
dit dorp 150 jaar geleden dus een school,
en wat voor één! In bijzijn van velen
nam meester Groenendijk „examen" af
van zijn leerlingen.
De school van Oude Tonge, waar dit
evenement plaats had, maakt een vrij
gunstige indruk, indien wij haar be
oordelen naar dit bericht. Met het on
derwijs in de dorpen was het in die
tijd anders droevig gesteld. In de eerste
plaats bestond er geen leerplicht, zodat
een groot deel van de dorps jeugd geen
school bezocht.
Hoeveel nadelen dit in het latere le
ven gaf, hebben velen maar al te goed
ondervonden. Sommigen trachtten later
de schade nog in te halen. Zo werd in
de winter van 1836 op 1837 op zondag
school gehouden te Sommelsdijk ten ge
rieve van ouderen. Zeventig personen
maakten hiervan gebruik; sommigen
van hen waren vijftig jaar en ouder
toen zij leerden lezen en schrijven.
Maar ook bij degenen, die in hun
jeugd wél school hadden gegaan, was
de kennis dikwijls maar al te gebrek
kig. Welnu, -dat is voldoende verklaar
baar. In Melissant bij voorbeeld was de
schoolmeester van beroep metselaar.
Daarom zag hij slechts vijftien weken
in het jaar kans om de kinderen wat te
leren; de rest van het jaar was er geen
school
Maar in Oude Tonge stond het er
kennelijk best voor. Daar^had men al
thans een echte schoolmeester. Het
„examen" en de prijsuitreiking was daar
niet het opzeggen van een lang tevoren
ingestudeerd lesje, want er werd ook
aan buitenstaanders gelegenheid gege
ven om de scholieren te ondervragen.
In welke vakjien? Schrijven, rekenen,
Nederlandse taal, lezen, natuurlijke-
vaderlandse- en algemene historie.
Uiteraard waren het alleen de leerlingen
van de hoogste klas, die in elk van de
ze vakken onderwezen werden. Dit leer
plan en ook de verdeling in klassen,
was voorgeschreven door de nieuwe
schoolorde van 1806, een onderwijswet
die niettegenstaande haar gebreken toch
het onderwijs, vooral op de dorpen, ten
goede is gekomen.
Kennis is macht
Het samenzijn in het koor van de kerk
te Oude Tonge was geopend door de
schoolopziener van het eiland, ds. G.
Outhuys van Den Bommel. Er waren
destijds veel predikanten, die als school
opziener fungeerden.
In een korte rede zette de Bommelse
dominee uiteen, „dat kennis en onder
wijs den mensch eerst waarlijk tot
mensch verheffen." Ja, zo dacht men er
in het begin van de 19e eeuw algemeen
over. In deze rationalistische tijd meen
de men, dat het vermeerderen van ken
nis hand in hand zou gaan met het ver
meerderen van geluk en welvaart. Na
tuurlijk is daar iets van waar, doch dit
zou tegelijk jrihouden, dat de analfabeet
gelijk staat met het redeloze dier. De
Bijbel leert ons wel anders. Niet al
leen lezen en schrijven en het verwer
ven van andere kennis verheffen de
mens waarlijk tot mens.
Ds. Outhuys rijkte ook de prijzen uit
aan de knapste leerlingen. Bij zijn woor
den van lof werd overigens meester
Groenendijk niet vergeten. „Niemand",
zo gaat het verslag, dat wij hierboven
citeerden, voort, „die dit kinderfeest,
(met een zeer toepasselijk lied, uitge
voerd op eene wijze, die het hart ver
teederde, aangevangen en besloten) met
zijne tegenwoordigheid vereerde, ver
liet hetzelve, zonder zijne achting, als
eene verschuldigde hulde. Groenendijk
achter te laten, zonder 's Lands Over
heid in het hart te zegenen, dat dagen
als deze was, de blijde vruchten van
derzelver werkzame zorg voor het
schoolwezen uitmaken, vruchten, die
wordt der braven wensch vervuld
steeds overvloediger worden moesten".
Er is nogal een optimistische toon in
dit verslag. Men is ingenomen met de
prestaties van de kinderen, met het on
derwijs van meester Groenendijk, met
de regering van het land (Rutger Jan
Schimmelpenninck), die zo'n beste
schoolorde had uitgevaardigd, en ook
met de plaatselijke overheid; want de
ze laatste had er voor gezorgd, dat het
oude schoolvertrek door een „ruimer
en aangenamer lokaal" was vervangen.
Wat de schoolopzichter Outhuys be
treft: deze is gedurende de Franse tijd
in Den Bommel blijven staan, zodat zijn
schoolopzienersambt over Flakkee wel
in een donkere periode van het land
viel, al ging het met de school in een
betere richting.
In 1813 werd ds. Outhuys predikant
te Minnertsga, waar hij bleef tot zijn
overlijden in 1835. Bij zijn dood werd hij
gekenschetst als een zeer geoefend en
wetenschappelijk man, die als dichter
destijds niet onverdienstelijk was. Hij
genoot de achting van velen om zijn
ootmoedig geloof en warme godsvrucht.
Zijn uitlating bij het schoolexamen te
Oude Tonge wekken de indruk, dat hij
een kind van zijn tijd was, getuige zijn
nogal hoog gespannen verwachtingen
omttent kennis en onderwijs.
H. de J.
Seste joügiens en meisjes!
We zijn begonnen aan de laatste
maand van het jaar, dat zo spoedig
gaat verdwijnen. In deze maand kunnen
maar vier raadsels worden geplaatst.
Het eerste is nu aan de beurt.
DECEMBER-RAADSEL 1
A dat is A..., in de woestijn.
Bleek het de vijand van Isrel te zijn
B... zag Bilettm gaarne verschijnen
C... Is vervloekt en met hem de zwijnen
(Gen. 9)
D... heeft heel veel rokken gemaakt
E..., een hof, werd door Adam bewaakt
F..., eénj rivier, stroomde door 't vrucht
bare Eden.
G... luisterde heel niet naar reden.
(Hand. 18)
H... heeft weder de Palmstad herbouwd
(1 Kon. 16)
I... is dra met Rebekka getrouwd
J... daar scheepte zich Jona ook in
K... te zijn, dat was Absaloms zin
Li... stierf, maar stond op uit de doden
M... was boos, want men stal al zijn
goden. (Richt. 18)
N... naar dat land vluchtte Kaïn eens
heen
O... richtte zijn volk in 't verleen
P... daar worstelde Jacob met God
R... zag Jericho's vreselijk lot
S... moest malen, geheel nu verblind
Tr... was ook met Paulus be vrind
(Hand. 20)
U... greep d' ark, maar hij stierf toeni
aldaar
V... en bidden behoren bij elkaar
W zijn de W..., uit 't Oosten gekomen
In Z... heeft David zijn intrek genomen
(1 Sam.)
Van dit raadsel moeten jullie alleen
de gevraagde woorden opschrijven.
Dit raadsel werd ingezonden door
Kees Janse, Middelhamis.
OPLOSSINGEN
I. Jafet, Jagen, Jozef, Jericho Jozua,
Johannes, Jeruzalem Juda, Job Jaïrus
n. Pinehas, Eliza, Tubal, Rafidim, Uz-
zia, Saul, David Absalom, Terach Han-
na Ezau Ezechiël Nimrod
Petruis Datheen
m. Abram Benjamin Cornelius Daniël,
Eden Frath Gideon Henoch Izak Jona
Kaïn Lydia Mozes Naomi Orpa Petrus
Quartus Rachel Stefanus Troas Uria
Voedster Weg IJdelheid Zebedeüs
IV.
NOVEMBER
HONGEREN
GEVALLEN
GEMEENTE
HOOGMOED
BARNABAS
GETUIGEN
GALILEë R
V.
ADVENT
DAN I L
VASTEN
E F R A M
N A B O T H
T A R S E N
CORRESPONDENTIE
Gerrit Z. Middelharnis. Het is heel
best, dat je de oplossing een voor een
inzendt, maar het is niet nodig. Pas
aan het eind van de maand is er gele
genheid om al de oplossingen van de
maand tegelijk in te zenden. Jij behoeft
geen postzegel te gebruiken, maar de
meeste andere kinderen wel, en dan zou
het elke week twaalf cent kosten.
Janny T. OuMorp. Hartelijk welkom
in ons midden, Janny! Je hebt de vorige
week beslist al uitgezien naar je naam
in de krant, maar dat kon niet meer.
Het Kinderhoekje was al geschreven
toen jouw brief binnen kwam. Maar
hier sta je dan en ik hoop, dat je er nog
dikwijls in vernoemd zal worden. Ik
heb uit Ouddorp veel belangstelling voor
het hoekje van de kinderen.
AUemaal. Deze week is er dus weer
een zogenaamd a-b-c-raadsel geplaatst.
Ik heb al meer gezegd, dat we dat op
verschillende marnieren kunnen opstel
len, dus kunnen we nooit spreken van
het a-b-c-raadsel.
Probeert de laatste maand van dit
jaar nog eens een prijs te bemachtigen.
Moeilijk is dit raadsel niet. Voor een
paar minder gemakkelijke vragen zijn
de hoofdstukken uit de Bijbel genoemd,
dus als we die hoofdstukken even op
slaan, weten we het dadelijk.
De volgende week hoop ik de prijs-
winners van de novemberraadsels be
kend makeni Nog een week geduld dus.
De hartelijke groeten en tot volgende
week, zullen we hopen.
Oom Ko
NED. HERV. KERKEN
Beroepien te Lexmond en Polsbroek J.
Kruijt te Neerlangbroek; Ouderkerk a.
d. IJssel K. V. d. Pol te Veenendaal;
Giessen Nieuwkerk G. v. Estrik te
Nieuwland; Boven Hardinxveld J. Hovi-
us te Dordrecht; Goedereede A. J. Wijn
malen te Maartensdijk.
Aang. naar Woerden C. Graafland te
Ameide
BedanKt voor Veenendaal G. van Es
trik te Nieuwland; Wijk bij Heusden J.
Woltes te Emst; Ederveen en Ridder
kerk C. Graafland te Ameide; Masten
broek J. Kruijt te Neerlangbroek; Lun-
teren K. v. d. Pol te Veenendaal; Boven
Hardinxveld G. H. van Kooten te Gene
muiden.
Woudenberg: Zondag j.l. deed ds J. C.
Stelwagen, gekomen van Rotterdam,
alhier intrede, na bevestigd te zijn dooi
zijn zwager ds W. de Bruin van Ermelo
Ds H. Haikema. De toestand van ds
Harkema, die een zeer ernstige galope-
ratie onderging, heeft thans geen ongun
stige wending meer genomen, zodat er
alle hoop op herstel is. Dit zal echter
nog gei*uime tijd duren.
Npierk: Na Ede is er thans te Nij-
kerk (waar ds C. J. v. d. Graaf en ds
J. Koele staan) een scheurgemeente der
Ned. Herv. kerk ontstaan met medewer
king van 't Prov.' kerkbestuur. Daartoe
is te Apeldoorn een nood-kerkeraad be
vestigd en' de voorganger der Evangeli
satie (midden orthodox) ds G. v. Tricht
is daarna door de voorz. van de Prov.
kerkvergadering ds P. Visser, als predi
kant van deze gemeente" bevestigd.
m BS SQ B
cent
KADE 6
MIDDELHARNIS TELEF. 3138
AUe Bank- en Effectenzahien
Reis- en Zaiken-de^ezen
De classis Arnhem heeft ook in laat
ste lezing de voorstellen van de Gene
rale Synode om de vrouw tot alle amb
ten toe te laten verworpen met 37^-31
stemmen.
De Geref. Bondspredildng weldra on
der censuur? Een der visitatoren-gene
raal jhr. L. de Geer te Zeist heeft zon
dagmiddag op het kerkelijk opleidings
centrum „De Horst" te Driebergen een
rede gehouden over toleranie en leer-
tucht". Zulks voor belangstellenden van
de afd. cursus- en conferentiewerk van
„kerk en wereld" te Driebergen.
Sprekende over de leertucht in de
Ned. Herv. kerk, welke in 't jaar 1961
gestalte zal krijgen, zei referent o.m. de
volgende merkwaardige woorden: „Het
is bepaald niet onmogelijk, dat de leer
tucht, welke in 1961 in werking treedt,
In de eerste plaats inzet in een ortho
doxe vleiugiel der kerk, naar het Evange
lie der vergeving veMuisterd wordt
door de sterke nadruk op de kennis der
ellende. H©t Itan heel wel zó gaa.n, dat
deze tucht niet in eerste instantie wordt
toegepast op vrijzinnige en katholieee-
rende Hervormden".
Ja, dat ligt ze in de lijn. De Geref.
waarheid is gevaarlijker dan de vrijzin
nige en de roomse opvattingen in de
kerk!
GEREF. KERKEN
Beroepen te Hellendoorn E. Duursma
te Vorden; 's-Gravenhage P. de Bruijn
te Woerden; Workum 'M. Bosscha te
Westerbork.
Ëedanlct voor Gorredijk H. Alting te
Wychel; Appingedam E. Jansen te
Aduard; Kampen G. van Doornik te
Nijmegen.
t Ds J. V. Eerden. In de ouderdom van
49 jaar overleed ten gevolge van een
hartaanval ds J. van Eerden te Nieuw
land (Dr.) Hij diende de kerken van
Schettens (1942) Drachtstercompagnie
(1947) 'en Nieuwland '(1954).
De kerkeraad van s-Gravenhage
Scheveningen heeft zich bezig gehouden
met het opmerkelijk verschijnsel van
het groot aantal onttrekkingen aan het
kerkverband. Verscheidenen gingen heen
naar de Chr. Geref. kerk. Anderen naar
de Ned. Herv. kerk, terwijl ook de op
mars der sekten voortgang heeft. Mis
schien, zo zegt het kerkeraadsverslag,
zit er vertroosting in, dat wij naar twee
zijden verliezen, maar déze vertroosting
is toch maar schraal.
CHR. GEREF. KERKEN
Tweetal te Zaandam N. Brandsma te
Sneek en D. Hentra te Oud Beijerland
Beroepen te Sassenheim Th. Rutters
te Wildervank.
Bedankt voor Driebergen H. v. Leeu
wen te Arnhem; Nieuw Amsterdam L.
Holtrichter te Onstwedde.
Den Helder. Deze gemeente kwam 50
jaar geleden tot openbaring. Zij ontving
in 1908 haar eerste predikant n.l. wijlen
ds J. Bos, die haar tot 1912 diende; wij.,
len ds G. Molenaar stond er van 1916^
1919. Wijlen ds B. v. d. Berg van 1923—
1927. Ds J. Rebel van 1933—1948 en
vanaf 1951 stond hier ds I. v. d. Knijff,
welke thans met emeritaat gaat.
Huizen, mocht haar zilveren jubileum
vieren. Hier stond van 19371945 ds j.
van Minnen (thans uitgetreden) van '46
1948 ds J. A. Riekel, terwijl in dat
zelfde jaar ds van Minnen zich opnieuw
aan haar verbond, tot hij in 1952 brak
met het kerkverband. Van 1953 tot 1956
werd zij gediend door ds C. den Hertog
en dit jaar mocht zij in cand. F. Bak
ker opnieuw een eigen leraar ontvan
gen.
Ds M. iG«leijnse, sinds jaren zendings
predikant op Celebes, is thans gerepa
trieerd efl op 27 nov. met de K.L.M, op
Schiphol geland.
Ds L. H. Beekamp em, predt. der
te Meppel en één van de oudste nog in
leven zijnde predikanten der Chr. Geref.
kerken mocht zijn 85ste verjaardag vie
ren. Doordat hij zijn gezichtsvermogen
geheel mist is het voor hem niet mper
mogelijk enige dienst in de kerken te
vervullen. Hij werd in 1902 predikant te
Delft* en diende vervolgens de gemeen
ten Arnhem, Amersfoort, Rozenburg,
Harlingen en Meppel, waar hem in 1943
emeritaat werd verleend
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Passaic (U.S.A.) H.
Rijksen te Vlaardingen; IJsselmonde A.
F. Honkoop te Goes.
Bedankt voor Veenendaal L. Kieboom
te Lisse; Zeist H. Rijksen te Vlaardingen
-(3).
Hij leert melken. Bemardus Uitwel-
lingerga leert melkenen hij beluis
tert iets als muziek, wanneer de speten
in de emmer dollen. Maar dan komt het
i'oorjaar. En het is schraal thuis, "s
Morgens aardappelen, 's middags aard
appelen en s avonds aardappelen op-,
Sebakken in een ijzeren pan met een
fieel klein beetje winkelvet, dat juist een
!-orstje maken kan. Dat korst je onder
in wordt heel eerlijk verdeeld. Als toch
de mensen eens zó eerlijk als dit gezin,
•^e goede gaven van God onder elkaar
verdeelden! Duizend zulke gezinnen, en
Nederland gaat nooit verloren! Doch
"Je moeder weet.dat het niet goed gaat.
Eri ze kan beslist niet meer, dan ze al
"^oet, Soms staat ze op het punt om zich
oyer te geven en de hulp van de diaco
nie in te roepen,. Even maar duren die
ogenblikken. En zij zegt het zich zelf:
nog even, nog even, straks helpt Ber-
nardus mee om de kost te verdienen.
Maandag krijgt een ^voorjaarsziekte
haar te pakken en gooit haar op bed.
Dan zegt Bemardus tegen zijn boer, dat
hij alleen 's avonds kan komen melken.
Hoezo? Wel, hij moet wat verdienen,
want zijn moeder is ziek. Om half vier
's morgens roept zijn moeder hem en
dan komt hij uit bed, kleedt zich sla
perig aan en gaat zonder eten of drin
ken de deur uit. Zijn stokje staat bij
de klompen. Donker is het dan nog.
Maar Bernardus weet wel de weg in 't
donker. Heel ver weg sjouwt hij. Alle
boeren loopt hij voorbij. Hier en daar
komt licht uit de raampjes van de stal
len. De boeren zijn op. En bij de laatste
boer van de straatweg stapt hij de stal
binnen en vraagt of er soms dode lam
meren gekoiiïen zijn.
Zo, dus d^t begint hier ook al, denkt
de boer, het sjouwen om dode lamme
ren en velletjes. Neen, hij heeft er ge
lukkig geen. Maar hij waarschuwt Ber
nardus, dat hij niet moet zien, dat ze
zijn lammeren in de sloot jagen-----zo
als dat op andere plaatsen wel gebeurt,
naar hij gehoord heeft. Bernardus gaat
verder. Elke boer die hij aandoet, brengt
hem dichter bij huis, bij het eten. Want
zijn maag rommelt gevaarlijk.
Maar hij sjouwt door, geen boer slaat
hij over. Zo gaat dat nu voortaan, elke
morgen. En hij krijgt dode lammeren.
Thuis stroopt hij met verkleumde vin
gers het velletje er af en hangt dat te
drogen. De boutjes verkoopt hij aan
mensen die honden houden.
Zoveel verdiensten als dit voorjaar,
heeft de weduwe nooit in handen gekre
gen. Als de losse arbeiders 's morgens
naar 't werk gaan, heeft Bernardus al
een daghuur verdiend. Dit zijn z'n eer
ste stappen op het pad van de^^ handel.
Soms gaat hij nog naar school, meest
al komt daar niet van.
Want dan lammeren de geiten en
sjouwt hij tot ver in de omtrek om de
jonge bokjes op te kopen. Mooie diertjes
zijn dat, zacht zijn ze en ze mekkeren
zo lief. Die lieve diertjes moet hij dood
maken. En zijn mes is niet zo heel
scherp. Dan strijkt hij het op en neer
langs de muur. Als hij eens heel veel
geld heeft, gaat hij een groter mes ko
pen-----een mes zó scherp, dat hij met
één veeg over het halsje klaar is. Want-
het vijlen met dit stompe mes over het
weke halsje duurt soms zo lang. En dan
loopt het bloed hem over z'n vingers,
dat warme bloed. Bernardus, hij knijpt
de ogen dicht als hij zo aan 't zagen is
met dat stompe mes. Een buurman heeft
gezegd, dat hij die jonge bokjes beter
zo bij de achterpoten vast, flink met de
kop tegen de muur kan slaan. Dan zijn
ze ook dood. Maar dat doet hij niet. Zo
iets is immers wreed. Gewoon dood ma
ken, zoals de slager het doet, is niet
wreed.
Wat hij doen zal, hij vraagt de slager
om zijn mes te slijpen; misschien heeft
de slager wel een oud mes over.
Er wonen veel arbeiders in de streek
waar Bemardus geboren is, er zijn dus
veel geiten. Sommigen hebben een
schaap, maar een schaap is bij 't eten
veel kieskeuriger. Een geit eet alles en
wordt ook nooit ziek, zoals een schaap
En een melk dat die geiten geven!
De bokjeshandel is een druk gebeu
ren. Bemardus is daar maar zo niet
mee klaar. En hij verdient goed. In elk
geval méér dan een arbéidersdaghuur.
Maar dat hoeven de mensen niet te we
ten. Hij krijgt nu Jurgens Solo op brood
en brood zoveel hij maar hebben wil.
Zo ver vooruitgescharreldzijn ze toch....
Moeder is ook 'n stuk beter, die gaat
enkele dagen uit werken. Dat is erg las
tig, thuis komen en moeder is er niet.
't Moet anders met moeder. Zij kan toch
rondkomen, nu Bernardus zoveel ver
dient!
Ja, zeker, maar Bernardus moet eens
naar haar luisteren. Wat zal hij doen,
als er geen bokjes meer geboren wor
den? Een jaar duurt zo heel lang. En
op een zomer volgt altijd een winter en
een winter kan hard zijn, vreet turf en
turf is duur.
Neen, Bemardus, moeder gaat sparen.
Die spaart voor de zieke dag, voor de
regenachtige dag, die spaart voor de
winter, spaért voor nieuwe klompen,
voor kleren en 2Üj heeft ook een komme
tje staan, waar ze zo nu en dan één of
meer centen in stopt voor een nieuw
mes. 't Is een en al kommetjes in die
kast van moeder. Een wonder is, hoe
ze die spaarpotjes uit elkaar houdt. Ge
loof maar niet, dat zij zich vergist. Dat
voor de huiskamer is het volste.
De bokjes raken op. Hier en daar is
nog wel een geit, die laat is met lam
meren.... maar zo'n enkel bokje van
deze en gene levert geen daghuur, geen
weekloon op.
Maar dan broeden de kippen. Er ko
men rennetjes met kloeken en kuikens.
Een mooi gezicht is dat. En als die kui
kentjes een week of drie oud zijn, zit
ten de arbeiders in hun vrije tijd met
hun vrouwen en kennissen, kwartieren
lang te turen naar de kammetjes, of de
kuikentjes haantjes of hennetjes zijn.
Broeden is altijd een groot avontuur. Je
kunt gelukkig, minder gelukkig, onge
lukkig en heel ongelukkig zijn. Broeden
is eigenlijk een even grote avontuur als
trouwen. Een vrouw is ook altijd een
even groot vraagteken, zeggen de arbei-
C?-:s.
Maar de vrouwen vinden, dat je met
mannen ook een groot avontuur tege
moet gaat. Zo'n man kan een goed
weekloon thuisbrengen of zonder werk
zijn, hij kan ziek worden en dan kun
je zelf maar zien, dat er wat te bikken
komt.
Haantjes zijn opvreters, die moeten
zo gauw mogelijk de laan uit. Bernardus
koopt haantjes. Die dingetjes kosten
niet veel. En brengen ook niet veel op.
Maar er zit een beetje avontuur in.
Eerst heeft hij heel wat geld moeten
8 mm PROJECTOREN en FILMS
SOMMELSDIJK
steken in hokken. Ja, want de bakker
heeft meestal wel oud brood in voor
raad, dat hij graag aan Bemardus ver
koopt. En dan mest hij de beestjes en
kele weken. Daar zit wel wat in. In elk
geval, hij verdient.... Maar dan krijgt
hij te vechten tegen de ziekte. Wat het
is, weet Bemardus ook niet, maar dat
jonge goed is gauw ziek. En als je er
maar enkele bij hebt ,die wat gammel
zijn, dan- steken die de hele koppel aan.
Gelukkig dat een verstandige arbeider
een goede raad aan Bemardus geeft.
Die arbeider zegt, dat hij elke dag een
emmer karnemelk bij de boeren moet
halen en de diertjes karnemelk te drin
ken moet geven. Daar groeien ze van
en ze worden niet meer ziek. Die kar
nemelk schijnt een uitstekend genees
middel en voedsel te zijn.
Zo leert Bemardus. Natuurlijk krijgt
hij zakken vol goede raad. Alle mensen
willen nu eenmaal zo'n jongen op pad
helpen. Maar Bernardus is al zo goo-
chem, dat hij verstandige en onver
standige mensen weet te onderschei
den.
(Wordt vervolgd)