Klachten in het leger Brug over het Haringvliet moet er komen 16,90 •f* Zandstra Afscheid van dhr. P. G. J. v. Leeuwen als hoofd der Geretormeerde School groot gebaar Centrale Veiling Middelhamis St. Nicolaas kiest Zandstra 30e Jaargang Dinsdag 3 december 1957 No. 2652 Chr. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Vertchtfra tweemaal per week: dinsdag- en vrijdagavond - Rectificatie Meditatie Kamer v. Koophandel te Dordt heeft schrijven gezonden aan Tv/eede Kamer Staten Generaal Boldoot Eau de Cologne Parfum en Zeep Installatie van het nieuwe hoofd dhr. B. Paschier Vele cadeaus onderstreepten de woorden van dank Danklied aan Radda Barnen Maak een geeft een „DENO" Non-Iron OVERHEMD in wit, grijs en crème Non-IEON OVERHEMDEN reeds vanaf f 10.90 Fa. Gebrs. Buijsse „Haringvliet" ligi doelloos in de haven Mevr. Levinson, pres. van Radda Barnen bij onze Koningin PBINS HENDRTKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHABMIS Bcdactie en Advertentie* uitsluitend Telefoo» K 1870—2629 ABONNEMENTSPRIJS 1.90 PEB KWABTAAIi ADVEBTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bi comtract ipeciaal tariat Ne 8 uur 'f avonda Telefoo» K 1870—2017 Giro 167880 II. Een groolx kwaad in het leger is nog altijd het vloeken. Vloeken, zo'.is het wel eens voorgesteld, kwam alleen voor onder onbeschaafde mensen, onder het ruwe volk. Beschaafde mensen, ook al lieten ze het niet uit religieuze oorza ken, deden het niet omdat het onfat soenlijk en banaal is. Als dat zo is wat moet men dan van de „meerderen" denken in het leger, die vloeken alsof het gedrukt staat. Dan is het peil van hun beschaafdheid en welopgevoed zijn toch wel heel laag. Een ongodsdienstig, maar innerlijk be schaafd mens vloekt nief, omdat het ruw en'laag is en blijk geeft van een ruw gemoed. Maar in het leger wordt er maar op losgevloekt. Van laag tot hoog. En de soldaten, wat, kunnen ze er tegen doen? Ja het is officieel verbo den. De soldaat kan zich op de regle menten beroepen. Maar die hij moet aanklagen is tevens de rechter. Hij moet zign „meerdere" aanklagen, bij zijn „meerdere". En daar kan in militaire dienst een zware wijs op gaan. Van hoon en spot, maar vooral van allerlei vormen van weerwraak, die het leven van de soldaat ondraaglijk maken kan. De gelegenheden om zo'n fijne, die zich, vermeten heeft zijn meerdere wegens het vloeken aan te klagen, te krijgen zijn legio. En de soldaten zelf? Het voorbeeld hun van dag tot dag gegeven wordt helaas maar al te vaak gedach teloos nagevolgd. De navolging en het slechte voorbeeld maken, vaak hen, die in het burgerleven het nooit deden, tot vloekers, zodat het hen later in de maatschappij teruggekeerd wel moeite kost het weer af te leren. „Trouw" verhaalt van dé aankomst van een groep adspirant-officieren bij een school voor reserve-officieren. Daar werden de jonge mannen ontvangen met een toespraak, die geheel uit gods lasteringen bestond. Vreselijk! Vreselijk, dat zo iets mogelijk is en getolereerd wordt in het leger. Welk een indruk moeten zulke mensen van zo'n superieur verkrijgen? Maar wat erger is welk een vreselijke zonde wordt daar ongestraft toegelaten. Een zonde, waarvan Gods gebod zo nadrukkelijk spreekt: „Gij zult de naam des Heeren uws Gods niet ijdellijk gebruiken want de Heere zal niet onschuldig houden die Zijnen naam ijdellijk gebruikt" en waar van de Catechismus in zijn uitbreiding getuigt: „Dat wij niet alleen met vloe ieen of met valsen eed, maar ook met onnodig zweren den Naam Gods niet lasteren noch misbruiken noch ons met ons stilzwijgen en toezien schrikkelijke zonden deelachtig maken." Onbegrijpelijk, dat de Regering daar tegen geen afdoende maatregelen neemt Als van Regeringszijde met ernst dit Iswaad bestreden werd en de vloekers gestraft werden zou er wel een einde aan komen. In Rusland waren er poli tieke corhmissarissen, die optraden wan neer de communistische dextrine in het gedrang kwam. Daar ging het maar over beginselen door mensen uitgedacht en tot een stelsel verheven. Maar hier in ons land gaat het om de geboden van de God van hemel en aarde. Die laat men straffeloos overtreden. Als het de regering ernst was zou er aan het vloe ken wel een einde komen. Waarom treedt de regening niet op wanneer fei ten aan het licht treden als boven ge noemd. Waarom worden zulke comman danten niet ter verantwoording geroe pen, Er is toch een-vloekverbod in het leger. Wat kan men van een commandant verwachten die de legerorders met voe ten treedt. Als de regering ernst maak te met de bestraffing van de vloekers in hét leger, lagere en vooral hogere superieuren, het zou met het vloeken ras gedaan zijn. Daar is ook nog de kwestie van het reizen, het gedwongen reizen op zondag. In het verleden had den we Christelijke regeringen. Hoe ge makkelijk hadden zij aan het reizen op zondag een eind kunnen maken voor de verlofgangers. Zondag op zondag keren duizenden soldaten terug van verlof en moeten daarbij gebruik maken van de openbare middelen van vervoer. In- Plaats dat men gelegenheid geeft om 's maandagsmorgens met de eerste gele genheid terug te keren moet op zondag avond gereisd worden. En telkens weer Wordt deze ipaatregel verdedigd met iide belangen van de dienst," laten het niet toe. En dat terwijl in de dienst zo vele uren en dagen niets wordt uitge voerd. Met enige goede vsril kon men de soldaten terug laten keren met dé eer ste gelegenheid. De belangen van de dienst zouden er zeker niet door ge schaad worden als de Christen-soldaten gewaar werden dat met hun geloof en beginsel wel degelijk rekening werd ge houden. Nu dat niet gebeurt en het af gewezen wordt met het stereotiepe „de belangen van de dienst laten het niet toe," wekt dit afkeer en tegenzin. Te Weer daar men dagelijks ervaart dat het motief geen steek houdt en dat de tijd ruimschoots aanwezig is om de sol- feten in de gelegenheid te stellen met ^e eerste reisgelegenheid terug te laten keren. Onder de meditatie over Jesaja 57 15a, geplaatst ifi ons vorig nummer van Wijdag 29 nov. j.l. stond als auteur abu sievelijk vermeld Ds. E. F. Vergunst te ^'jssen. De meditatie is echter van de hand van Ds. T. Poot te Haaften. Het spijt ons dat dit abuis is gemaakt. Kodaktie. De Kamer van Koophandel te Dord recht heeft een schrijven gericht aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, inzake de temporisering van de bouw van een brug over het Haringvliet. Wij geven dit schrijven hieronder in zijn geheel weer. „Met geen probleem heeft onze Ka mer zich in de loop der jaren zo veel vuldig en intensief moeten bezighouden als met de noden van het eiland Goe- ree en Overflakkee. Noden, niet voort spruitende uit gebrek aan welvaart, maar uitsluitend uit een nog steeds maar voortdurende en zeer nijpende verkeersbehoefte. Toen langzamerhand de ogen waren opengegaan voor de realiteit van dit euvel, stond eerst de oorlog een oplos sing in de weg en toen aan het einde van 1952 de bouw van een brug verze- ■kerd leek, al zou dan ook een tolheffing worden toegepast, stak de ramp van 1 februari 1953 andermaal een spaak in het wiel. Weer na enkele jaren konden de eilandbewoners en speciaal het be drijfsleven, enige troost putten uit het feit, dat een nieuwe veerboot althans enig tijdelijk soulaas zou gaan brengen. Toen in september j.l. althans deze uit komst Flakkee niet meer leek te kun nen ontgaan, was het onmogelijke hier toch weer mogelijk, het motorschip „Haringvliet" bleek namelijk voor de haveningangen van Hellevoetsluis en Middelhamis totaal onbestuurbaar, zo zelfs, dat het reeds voorkwam, dat het de andere veerschepen in de laatst ge noemde haven blokkeerde. Afgewacht moet nu worden, of het schip de dienst, waarvoor het bestemd was, nog eens zal vervullen. Nog leek weer nieuwe hoop te gloren, toen op de begroting 1958 voor Verkeer en Waterstaat onder artikel 203 sub 6 van de Buitengewone Dienst een post van 5.millioen bleek uitgetrokken voor de bedijking van het Zeeuwse meer, waarbij de Memorie van Toelich ting als doelsomschrijving van dit be drag stelt „de aanleg van het eerste ge deelte der bedijking, welke t.z.t. de af scheiding zal moeten vormen tussen het Zeeuwse meer en de Noordelijke wate ren en waarin tevens een verkeersplein zal worden opgenomen, waarop o.a. de over het Haringvliet te bouwen brug zal uitmonden." De domper ook op deze hoop -liet niet lang op zich wachten, immers in het verslag van het overleg van de Commissie van. Voorbereiding voor het Ontwerp-Deltawet uit Uw Ho ge Vergadering met de Minister van Verkeer en Waterstaat, nadat de Memo rie van Antwoord verschenen was, (stuk 4167 no. 6), verklaart Zijne Excel lentie de bouw van de eigenlijljfe brug over het Haringvliet bij voorbaat tot een object van temporisering wegens de be- zuinigsnoodzaak. Ver)<,e&ré,e bezuiniging Op deze weinig hoopvolle uitlating van de Minister zou nu onze Kamer de ernstige aandacht van Uw Hoge Ver- gaderiiig willen vestigen. Onze Kamer is van mening, dat juist dit object van bezuiniging totaal verkeerd is gekozen. Natuurlijk is het zo, dat ieder die een spéciaal belang voorstaat, tracht aan te tonen, dat 'dit belang met voorrang moet behandeld worden. Slechts,'in zeker op zicht geldt dit bezwaar ook voor het hier gevoerde pleit. Zeker is het im mers zo, dat het hier niet geldt de ont sluiting van een ontwikkelingsgebied, welke ontwikkeling dan inderdaad uit gesteld of in haar tempo beperkt zou kunnen worden. In het geval Flakkee gaat het om een zeer welvarende landbouwstreek, waar de mechanisatie en industrialisatie van de landbouw resulteert in een steeds en Vraagt 'teens In WED. KUBVINK's DROGISTERIJ Hoe wreekt het zich nog, dat de Christelijke regeringen in der tijd de zondag niet veilig gesteld en niet naar behoren opgekomen zijn voor de ge hoorzaamheid aan het Goddelijk gebod. En welke minister ook al aan het hoofd van het departement staat, hij zij Chris telijk of niet, men laat deze zeer on gewenste toestand voortduren. Het leger is een nationale instelling. Het kan niet gemist worden. We heb ben ons offers te getroosten om 's lands vrijheden te verdedigen. Helaas kan niet gezegd worden dat bij de opvoeding van de soldaten men met zijn tijd is meegegaan. Paedagogiek en psychologie zijn wetenschappen waarvan men bij de opvoeding ruimschoots gebruik maakt. Maar in het leger worden ze nog wei nig gewaardeerd. Dat blijkt wel uit de vele klachten die er over de instructie van de sol daten geuit worden. Was dat niet het geval er was geen plaats voor een bul derende en vloekende overste. De re gering dient hier op te treden en het dergelijke lieden duidelijk te maken dat bij de opleiding van onze jonge man nen tot de verantwoordelijke taak om het land te verdedigen geen plaatsIs voor onoeschaafde, krachtermen gebrm- kenda en vloekend* superieuren. onevenredig stijgende verkeersbehoefte. Alleen over het eerder genoemde veer werden in 1956 ruim 107.000 auto's ver voerd; over de beide andere, minder belangrijke, diensten staan geen cij fers ten dienste. Op het eiland zijn 538 vrachtauto's en 993 personenauto's gere gistreerd, waarvan 80 resp. 60 "/o re gelmatig van het veer gebruik jnaken. Dan maar tol betalen Aan veergelden werd in hetzelfde jaar ƒ1.millioen betaald en het eiland is bereid zich dit offer in de komende jaren te blijven getroosten in de vorm van te betalen tolgelden. De enorme tijdsbesparingen ontnemen aan dit be drag, hoe belangrijk op zichzelf ook, haast het karakter van een offer. De geldelijke verliezen aan de zeer lange wachttijden verbonden, mogen immers volgens een voorzichtige raining op 3- millioen worden gesteld. Ongetwijfeld zijn de tolgelden als vol komen uit de tijd te beschouwen, maar Flakkee, dat zo lang van elke verkeers- ontwikkeling is verstoken gebleven, wil zich aan deze elders overwonnen fase alsnog gaarne onderwerpen. Het Flakkeese bedrijfsleven, noch onze Ka mer verlangt, dat de streek als bij, to verslag in het moderne verkeer zou worden ingeschakeld. Waar een enorme achterstand moet worden ingehaald, daar dient dit onvermijdelijk in etappes te geschieden. Bij de huidige rentestand betekent een jaarlijkse opbrengst van 1.mil lioen de mogelijkheid van investering van 16.millioen, waardoor het pro ject toch niet als al te bezwarend be hoeft te worden beschouwd. De precep- tiekosten zullen vrij gering blijken, ter wijl een brugverbinding een zeer be langrijke toeneming van het verkeer met zich zal medebrengen. Met behoud van het huidige veertarief als bruggeld kan de opbrengst echter zeker op 2. millioen worden gesteld. Na de oorlog gehouden verkeerstellin gen op de bruggen bij Spijkenisse en Barendrecht gaven met betrekking tot de twee volkomen gelijkwaardige en vergelijkbare gebieden Hoekse Waard en Flakkee verhoudingscijfers van de verkeersintensiteit te zien van 10 1 voor vrachtauto's en 5 1 voor personen auto's. Hoewel de resultaten van deze tellingen in absolute zin thans hun be tekenis hebben verloren, is er alle aan leiding aan te nemen, dat de verhou dingscijfers zich sindsdien nog zeer ten ongunste van Flakkee zullen hebben oiitwikkeld. Een verdubbeling van de te ontvangen bruggelden ten opzichte van de thans betaalde veergelden lijkt dus wel een zeer bescheiden veronder stelling, zodat in elk geval de rente van een te investeren bedrag 32.millioen per jaar verzekerd lijkt. Bovendien is het apparaat voor de exploitatie van de brug aanwezig in de vorm van de N.V. Brugverbinding Goeree-Overflakkee en Hoekse Waard, die in 1955 reeds aan de Minister van Verkeer en Waterstaat een aanvrage heeft gedaan voor een concessie tot de bouw en de exploita tie van de brug. Deltawerk hinderpaal? Niemand kan ontkennen, dat, zoals de Minister stelt, de brug over het Ha ringvliet niet essentieel is vopr de vei ligheid, die de Deltawet in de eerste plaats beoogt te dienen. Maar dan dient hierbij tevens wel degelijk bedacht te worden, dat deze verkeersverbinding in tegenstelling tot vrijwel alle andere in het Deltabekken niet zijn ontstaan dankt aan de Deltawet, maar reeds lang op het programma stond en een voor keursbehandeling onder deze omstan digheden niet kan worden afgewezen, met het veiligheids^rgument. In deze gedachtengang zou de Deltawet dan nog weer een zoveelste hinderpaal voor de totstandkoming van de vaste oeverver binding worden. Onze Kamer zou het op hoge prijs stellen, indien Uw Hoge Vergadering Zijne Excellentie zou willen en kunnen bewegen op zijn gedane uitlating terug te komen." Juist op zijn 65ste verjaardag waren bestuur, leden, ouders en oud-leerüngen in gebouw „jeugdhaven" bijeengekomen om afscheid te nemen van hun hoofd de heer P. G. J. van Leetiwen welke het onderwijs met pensioen gaat verlaten. Mede 'aanwezig waren Inspecteur Mat- thijsse, de hoofden van de bijzondere scholen uit Middelhamis en Sommels- dgk, burgemeester Hordijk met de wet houders van Eek en Dijkers, dhr. N. van der Brugge, burgemeester van Giessen- burg en oud-wethouder van Middelhar- nis, dhr. C P. Kijkuit, oud hoofd van de Groen van Prinstererschool, thans hoofd te Gouda, familieleden en vele anderen. De leiding berustte bij de voorz. der schoolvereniging dhr. J. C. la Fleur, die in zijn openingswoord teruggreep naar 1 jan. 1932, de komst van dhr. van Leeu wen. De school behoorde destijds nog bij het Provinciaal Geref. Weeshuis, maar al spoedig werd overgegaan tot stichting van een Geref. schoolvereni ging, waarbij de ouders dus konden be palen, welke richting het onderwijs zou uitgaan en hij is dankbaar, dat dit door het hoofd gegeven werd zoals zij dit wensten, n.l. in goed gereformeerde zin. Twee principia. Eerste spreker is Inspecteur Matthijs- se die er prijs op stelt als vertegenwoor diger van de minister de eerste beurt te krijgen. Hij brengt het scheidende hoofd dank voor hetgeen hij in die reeks van jaren voor de jeugd heeft gedaan, in het bijzonder voor de wijze waarop. Energie en volharding waren voor hem geen vreemde woorden. Hij schetst hem als een man van de oude garde, die graag resultaten zien op hun werk. 'Ook uw sociale taak hebt U verstaan, want na vieren hebt U nog veel voor de school gedaan. Het christelijk onderwijs berust, aldus de Inspecteur, op twee principia, het eerste is de kinderen te leren, dat God op ons wacht en hét tweede is ze te doen verstaan, dat het beste nog komt. Hij hoopt dat God hem een rijke levens avond zal schenken. Ten aanzien van het nieuwe hoofd zegt hij dat het be stuur een goede keus gedaan heeft en het is met vertrouwen), dat hij de taak van de heer van Leeuwen in zijn handen legt. Mutaties niet bevorderiyke voor het onderwijs. Burg. Hordijk, sprekend namens het gemeentebestuur, zegt met enige wee moed hier te staan. Vijf en veertig jaar hebt U het onderwijs mogen dienen, waarvan 26 in Middelhamis. Hij be treurt het vertrek dan ook zeer, want wanneer wij onze kinderen aan de school toevertrouwen is het zo fijn, dat het hoofd reeds lang in onze gemeen schap tó. De vele mutaties acht hij dan ook niet bevorderlijk voor het onderwijs. Wij moeten de kinderen niet alleen de nodige parate kennis geven, maar bo- venali hoe kunnen zij als Christen later hun taak vervuUen. Samen met uw vrouw hebt U uw schouders onder dit werk gezet, vn] wensen U thans 'n rus tige levensavond toe. Geen rivaliteit. Namens de collega's en hoofden van scholen brengt dhr. M. A. de Pockert zijn hartelijke dank aan beiden over voor de wijze van omgang. Hij waardeert het dat dit op Flakkee zo is en er geen last is van rivaliteit. lOok God komt dank toe, zo zegt hij, omdat Hij U in ons midden heeft doeni arbeiden. Nu officieel het einde van de onderwijzersloopbaan gekomen is wenst hij hem toe te mogen genieten van het avondlicht en dat hij ook hierin Gods vriendelijk aangezicht mag zien. Hij heet eveneens het nieuwe hoofd welkom en hoopt op een collegi ale omgang. Resultaat op het werk De chr. scholenbond en de P.C.O.V. hebben zich doen vertegenwoordigen bij monde van dhr. M. Knape, thans onder wijzer te Dirksland en oud-leerling der school. Deze herinnert aan de woorden van de inspecteur, welke het hoofd kenschetste als iemand, die graag resul taten op zijn werk ziet, welnu, zo zegt hij hier heb U zo'n resultaat. Vervol gens haalde hij enkele schoolherinnerin- gen op en hoopt dat de P.C.O.V. het scheidende hoofd nog als een trouw be zoeker van haar vergaderingen) mag blijven zien. De geesteiyke taak voorop Het oud-hoofd der Gr. van Prinsterer school, dhr. C." P. Kijkuit te Gouda, had niet graag weg willen blijven. Toen hij destijds van de overkant kwam had hij het prettig gevonden zulke vrienden aan te treffen. Hoewel hoofden van twee scholen in welker geschiedenis wel eens wrijfpiui- ten zijn geweest, was er toch een steeds weer elkaar vinden op het vlak van Gods Woord en de belijdenis. Hij herin nert aan de oorlogstijd, naast elkaar één tegenover de vijand. Voor het bestuur vindt hij het een hele slag', daar niét gemakkelijk iemand te vinden is, die de heer van Leeuwen kan vervangen. Het was iemand die op kleine dingen lette en deze kunnen tot grote dingen in staat zijn. Wanneer een tijdperk wordt afgesloten is er dikwijls weemoed, maar voor een Christen past slechts dank baarheid, dat Hij ons heeft doen arbei- den in dit deel van Zijn wijngaard. Hij hoopt van harte dat er leerlingen zul len zijn, die getuigen kunnen: God heeft U gebruikt om mij binnen te brengen. Aanbieding cadeaus Vervolgens vond de aanbieding plaats namens leden en oud-leerlingen van di verse cadeaus door een achttal oud- leerlingen. Elke aanbieding was keurig op rijm gesteld. Zo werden dhr. en mevr, van Leeuwen bedacht niet een gemak- keljjka etoel, een kaartetui, een werp- Het dank- en huidelied, dat de school jeugd van Dirksland woensdagmiddag heeft gezongen en dat gericht was tot „Radda Barnen" werd gedicht door het hoofd der openbare school, de heer M. Brooshooft. De kinderen werden bege leid in hun zang door het zacht spelen de Amicitia. De heer M. de Bonte diri geerde. De tekst van het lied luidde als volgt: Vriendschap, vrede, milde woorden Klinken ons hier tegemoet, 't Is een volk uit 't barre Noorden Dat die klanken horen doet. Zweden, land van bos en meren, Zweden, lieflijk, vruchtbaar land, Nêerland wil U dankbaar eren. Reikt van hier uit U de hand. Toen in 't Rampjaar woeste golven. Opgezweept door 't stormgeweld, Ons verzwolgen en bedolven. Huizen, wegen, bos en veld. Achten wij ons schier verloren. Velen vonden toen de dood Maar uit leed werd liefd' geboren Vrienden vonden w' in de nood. Wie thans dit gebouw aanschouwen. Als een lustslot voor het oog Zegt: Hier ging de vriendschap bouwen. Naastenliefde rijst hier hoog. Jongens, meisjes van ons eiland Van de Plaat tot aan de zee: Radda Barnen, Zweedse bijstand. Juichend groeten w' U van Flakkee! Zweden knoopt hier vriendschapsbanden Radda Barnen schonk dit huis. Waarin zachte zusterhanden 't Lijdend kind bereiden een thuis. Moge Godes dierbre zegen Rusten op dit mooie werk. Aan Zijn zegen is gelegen 't Al. Staat dan in liefde sterk. Middeiharnls hengel, een elektr. bakoven, ontbijtser vies, schemerlamp en een portefeuille. Beiden waren zichtbaar geroerd door zoveel spontaniteit. De voorz. onderstreepte nadrukkelijk dat dit alles niet was bedoeld om iets goed te maken maar om te gedenken aan het dankbare en dierbare werk, dat hier verricht is. Namens het bestuur werd aan mevr. van Leeuwen overhan digd het boek over Peter Marshall „Mor gen zie ik je weer" en aan dhr. van Leeuwen het boek „Het nabije Oosten in de branding" en een schaakspel. Liefde tot het Chr. Onderwas Onderwijzer Gratz zegt dat geen mooie woorden gesproken behoeven te worden om de mens te verheerlijken, maar de dank kan oprecht zijn. Hoewel in vele dingen verschillend, waren zij toch ook weer in veel één, omdat de liefde tot het Chr. onderwijs ons drong. Dank dank, dank!! Eindelijk is het de beurt aan het ver trekkende hoofd om iets te zeggen. Dit valt hem echer moeilijk omdat vele ge dachten door zijn hoofd dwarrelen. De spontane aanwezigheid heeft hem ver-, kwikt en het zien van al die cadeaus heeft hem klein gemaakt, daarom past slechts één woord: Dank, dank en nog eens dank. Toch is hij ervan overtuigd niets anders gedaan te hebben dan zijn schoolmeesterswerk. Zes en twintig jsiar geleden kwam hij voor het eerst op Flakkee en hij heeft er nooit geen spijt van gehad. Hij herdacht met een kort woord de vele overleden) bestuursleden. Dank brengt hij aan de ouders, dat zij .hun kinderen aan hem hebben willen toevertrouwen. God bepaalt de tijden van ons leven, zo zegt hij, nu is voor mij de tijd van rust aangebroken. Dank brengt hij aan de vele sprekers, zijn op volger wenst,hij van harte toe dat deze alles mag doen wat nodig is voor de kinderen. God heeft jnij al die jaren de kracht gegeven oni te arbeiden, Hem daarvoor dank. Installatie nieuwe hoofd De voorz. installeert hierna het nieu we hoofd dhr. Paschier. Na het woord van de Inspecteur zegt hfl de leiding thans met vertrouwen te kunnen over dragen. Hij vertrouwt, dat de knieën zul len worden gebogen om God te vragen hem tot dit werk te bekwamen. Vervol gens overhandigt hij hem de akte van benoeming en de sleutels der school, ter- wfll zijn vrouw bloemen worden aange boden. Met een enkel woord richt het nieuw* hoofd xich dan tot de ouders, De nieuwe veerboot ,Haringvliet"' is verleden week van de werf terug geko men en ligt nu in de tramhaven van Middelhamis. De mankementen opgelo pen bij de havenjversperring van onlangs zijn hersteld méér moet er naar wij uit goede bron vernemen niet aan de boot zijn gedaan. De roerconstructie is nog steeds dezelfde gebleven. Proefvaren doet men er niet mee, men zal eerst de havens van Middelhamis en Hellevoetsluis uitbaggeren. Te Hellevoetsluis moet men er al naee begonnen zijn. Als die havens op diepte zijn gebracht zal nien het weer eens met de boot proberen. Gaat het, dan komt er een oplossing, gaat het niet, dan... blijven we in de impasse. We ho pen dus zeer dat dit experiment gelukt en de volgende proefvaarten geen last geven. Dan is er tenminste katts, dat de ze grote en comfortabele autoboot in de vaart komt. Verleden week was het aan het veer weer bijzonder druk. Zaterdagavond za gen we te Hellevoetsluis nog een onaf zienbare rij vrachtwagens staan, wach tend op een beurt om te worden overge zet. Wachten te Middelhamis, wachten t^' Hellevoetsluis. ledere dag maar weer op nieuw. En die fraai geschilderde grote veerboot „HaringvUet" ligt aan het plankier aan de overzijde van de wacht- plaats te Middelhamis de chauffeurs maar aan te grijnzen. Hoe lang'nog? Donderdag daags na de opening van het kinderziekenhuis te Dirksland heeft H.M. de Koningin mevr. Levin son en mevr. Höjer, resp. presidente en vice-presidente van Radda Barnen uit Zweden, op het paleis te Soestdijk ont vangen. De Koningin heeft zich aangenaam met de beide dames onderhouden en dank gebracht voor alles wat Radda Barnen na de ramp in het getroffen ge bied heeft geschonken en voor het ze genrijke werk dat door deze instelling op internationaal gebied wordt verricht. UienveUing van dinsdag 3 dec. 1957 Grove 11.73; middel 15.10—15.30; drielingen 21.60; picklers 31.40. Aanvoer 85.000 kg. Het is hem wee om het hart geworden bö de gedachte zo'n hoofd te moeten op volgen. Dit geeft verplichting, welke in eigen kracht nooit kunnen worden nage komen. Onderwijzer zijn is een grootse taak, want wij moeten onze kinderen niet alleen leren lezen, maar hem ook geestelijke bagage meegeven. De bijeenkomst wordt gesloten met het zingen van de Avondzang en dankgebed van ds Muntingh. Het geheel was onderbroken door twee pauzes, v/aarin verversingen werden rondgediend, terwijl ook enkele leerlin gen der school een vijftal stukjes had den ingestudeerd en deze op vlotte wijze voor het voetlicht brachteji. voor een geschenk dat in alle sei zoenen zijn waarde behoudt. CAMERA'S in alle prflzen vanaf 15.50 uitsluitend de goede mer ken. FLITSAPPABATEN v.a. 14.10 oompl. met tas. STATIEVEN met en zonder draaikop. DIAPROJECTOBEN en KIN- DEBPBOJECTOBEN met FHM- STBIPS. Alle Dia-artikelen zoals plastic raampjes, klapmaskers, dekglaas- jes, plakpers etc. VEBGROTINGSAPPABATEN kleinbeeld en 6 x 6. 8 mm CAMERA'S, PROJECTO REN en alle GINê-toebehoren. Verder zonnekappen, filters, com bi-tassen, draadontspanners, ont wikkelaars, papieren, schalen, tangen, thermometers. Enorme sortering FOTO-ALBUMS en FOTO-LIJSTEN VAKKUNDIGE VOORMCHTING EN... DE BEKENDE ZANDSTRA SERVICE Atelier en fotobandel W. Krakeelstraat 8 Sommelsdyk Tel. 01870—2067

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1957 | | pagina 1