Tekenen des tijds!
Bernard Sebastiaan Cremer,
preaikant te Stavenisse
LEVERTRAAN
Schiet eens uit
uw slof!
NIEUWS U!T ZEELAND
Marktberichten
Eerlijke klant
Vervolg
rede Ds. C. v. d. Wal
urr
UIT DE PERS
Land- en Tuinbouw
Dinsdag 1 oktoTaer 1957
„EILANDEN-NIEUWS"
Bladz. 3
liefhebben en een dienen van God. Gaat
het nu in het onderwijs alléén om de
plaats in het maatschappelijk leven of
moeten die twee aan elkaar verbonden
worden
Dit probleem is niet nieuw, honderd
jaar geleden was het er ook al. In 1857
kwam de bekende schoolwet v. d. Brug
gen. De Staatsschool was voordien de
school waar uit de Bijbel werd gelezen
en gebeden werd in de loop van de ja-i
ren ging men rekening houden met
roomsen, joden enz. Met Groen van
Prinsterer stond men aanvankelijk op
het standpunt dat de Volksschool de
school diende te zijn, waar God werd
erkend in 1857 kwam de schoolwet
V. d. Bruggen, met zijn „christelijke en
maatschappelijke deugden", waarmee de
Staatsschool los van God en Zijn Woord
treraakte. Dit heeft bij Groen van Prin
sterer grote droefheid gewekt zo zelfs,
dat hij ontslag nam als lid van de Twee
de Kamer.
Door die schoolwet 1857 ging de Bij
bel van de Staatsschool. De bijl was
hiermee aan de wortel van de boom ge^
legd. Het heeft geleid tot grote inspan
ning en grote offers van de pioniers van
het Chr. onderwijs, tot in 1920 de vrij
stelling kwam.
De schoolwet geeft voor de openbare
school een bepaald uur waarop gods
dienst onderricht wordt gegeven. Maar
het gaat er om, dat in alle vakken van
het onderwijs het „Christelijk" domi
neert of er van is doorzuurd. Het gaa,t
om de verhouding Christendom en cul
tuur cultus en cultuur. Het woord cul
tus is afgeleid van een Latijns werk
woord, wat betekent „zijn zorg aan iets
wijden"; met betrekking tot God bete
kent het verering, aanbidding een leven
uit God. De cultus moet uiteraard in
overeenstemming zijn met de door God
zelf daarvoor gegeven voorschriften.
Het onderwijs behoort tot de .cultuur,
een woord dat afgeleid is van hetzelfde
werkwoord (oolere, d.w.z. verzorgen,
ontwikkelen bebouwen). Behoren die
twee nu bij elkaar? Bij de heidenen was
dit geen vraag zegde spr. Voor hen was
de achtergrond van alle leven, van alle
ontwikkeling de machten, een leven uit
de godsdienst. En in de geschiedenis is
het altijd zo geweesJU' wanneer het ge
loof in die machten vrerd verloren, dat
daarmee culturen ten ondergingen.
Bij het volk van Israël levend tus
sen de heidenvolken stond de dienst
van God in het middelpunt Een God, die
positief de mens zoekt. Bfen God, die Zelf
een offer brengt. Die de mens roept in
Zijn schepping bezig te zijn, om, als hij
cultuur bedrijft niet los van Hem te
staan. God legt niet alleen beslag op
zijn hart, maar ook op zijn hoofd en
handen hetzij dat gljlleden eet enz
het is een cirkel met een alles beheer
send middelpunt. De aarde is van Hem;
waar Hij erkent wordt, bloeit de cul
tuur op.
In West-Europa wil men de cultus en
cultuur schelden. Losmaken van de
openbaring van Zijn Woord. Een cultuur
leven zonder achtergrond. Waar geen
normbesef meer is. Ben ontworteld ge
slacht, dat m de richting van het ni
hilisme gaat. Waarom men alles op de
wereld tracht te ordenen en toch hoe
langer hoe meer in een chaotische toe
stand raakt.
In onze school gaat het om alle za
ken het onderwijs betreffend in aanra
king te brengen met God. Het is nodig
onze kinderen in aanraking te brengen
met Gods schepping Hij speelt in de
wereld Zijns aardrijks. De mechanica
gaat terug in de gedachten Gods. De
wiskunde is een stuntelig nadenken van
de gedachten Gods heeft eens iemand
gezegd. De taal -^ dat wondere Instru
ment is een gave Gods. Daardoor
komt het Woordhet hoofdletter in
het middelpunt te staan, het Woord, dat
vlees is geworden, Tegenover deze aar
de een nieuwe hemel en een nieuwe aar
de.
Cultus en cultuur zijn niet van elkaar
te schelden. Men kan niet een sterk ac
cent leggen op de noodzaak van beke
ring'en tegelijk tegen Christelijk onder
was zijn. Daardoor geven we onze kin^
deren over aan bandeloosheid, een leven
als een schip zonder roer.
Er ligt een moeilijke taak voor ouders
en voor onderwijzers. Het is moeilijk om
in de Godsdienst te onderwijzen; nodig
is ook God te dienen in het onderwijzen.
Zeven en twintig jaar lang heeft God
het voorrecht gegeven dat in deze ge
broken wereld dit onderwijs hier mag
zijn, Cultus en cultuur als een eenheid
mag worden beoefend. Dagelijks mocht
daarbij worden gevraagd: Schenk mij
de hulp van uw Geest.
De ware Godsdienst is niet beperkt tot
de binnenkamer. De gehele omtrek moet
er mee' worden bezien: er is geen ter
rein waar voor Christus geen plaats is.
Ds van de Wal besloot zijn betoog
met te zien op hetgeen nu al de moeite
en strijd voor Gods volk is weggelegd,
daar het toch gaat naar de toekomst
van Christus' komst naar de nieuwe he
mel en nieuwe aarde, waaróp alleen
Gerechtigheid wonen zal,
Gelukwensen
Na de rede van ds van der Wal werd
gepauzeerd en werden verversingen rond
gediend.
Namens de oud-leerlingen sprak daar
na dhr Verheul die drie fraaie reproduk-
ties van 'n vermaarde schilder aanbood
plus een rotanstoel voor de kamer van
het hoofd, de heer de Fockert.
De heer Fopma, die reeds 23 jaar op
de school is sprak namens het personeel
en raadde t.o.v. de personeelsnood de
leden aan in hun lamilie- en vrienden
kring om te zien om leraren naar deze
nieuwe mooie school te trekken.
Dhr. Hogeweg (oud-secretaris) wijd
de een kort woord aan de totstandko
ming van 't Chr. ulo-onderwijs en gaf ds
van der Wal de eer dat hij van het be
gin af wel aan de school had medege
werkt, daar door zijn advies dhr. van
der Veere als eerste hoofd was benoemd
Hq bad bestuur, personeel, ouders en
kinderen Gods onmisbare zegen toe.
Een collecte die werd gehouden, om
als opschrift op de school „Chr. Ulo-
school" te Idten maken bracht 157.—
op. Dhr. Guilonard opzichter bij de bouw
bood aan voor ontwerp en aanbrenging
belangeloos zijn medewerking te geven,
wat in dank werd aanvaard.
Ds Muntingh, Gerefpredt. te Mld-
delhamis sprak bij zijn gelukwensen een
De kerkgeschiedenis van de Thoolse gemeente Stavenisse Is niet bijzonder
rijk. Dat vindt zijn oorzaak vooral in het feit, dat hij niet teruggaat tot op
de Hervorming. Stavenisse was herhaalde malen door watersnood verwoest en
toen de Reformatie zich baan brak, was er geen parochie. Pas in het begin
van de 17e eeuw ontstond er een Hervormde Gemeente, die in 1616 haar eer
ste predikant ontving in de persoon van David Arondeaux (16161638) Grote
beroemdheden hebben de kerk van Stavenisse niet gediend. Twee uitzonderin
gen moeten we hierbij maken, namelijk voor Johannes de Koning (Regius)
(1681-1685) en voor B. S. Cremer (1707-11711). Over de laatste willen we' in dit
artikel een en ander meedelen.
Cremer's leven
Het leven van^ Bernard Sebastiaan
Cremer is spoedig verteld. Hij werd ge
boren te Zutphen op 23 april 1683. Na
de voorbereidende studie op de Latijnse
school werd hij Ingeschreven als student
te Praneker, waar destijds een theolo
gische faculteit gevestigd was. Voor zijn
verdere ontwikkeling is het van belang
te weten dat hij daar college liep bij
prof. H. A. Roëll en dat hij deze hoog-
lereer volgde toen deze te'Utrecht be
noemd werd. Hieruit blijkt 9.1 de grote
invloed die Roëll op Cremer gehad
heeft.
Te Dordrecht volgde Cremer nog de
lessen van zijn oom, de bekende Johan
nes d' Outreln, die daar onderwijs gaf
in de ,gewijde redekunst" een soort
spreekcursus voor theologen dus!
De classis Dordt liet Cremer toe tot
de evangeliebediening op 4 november
1705. In die tijd van candldaten-over-
schot moest men weleens lang op een
beroep wachten. Ook Cremer heeft on
danks zijn grote begaafdheid een jaar
,ledig aan de markt gestaan". Toen,
kwam de roeping van de Thoolse ge
meente Stavenisse, waar ds Adolf Oli
vier in 1706 was overleden en waar men
candidaat Cremer als diens opvolger
begeerde. Cremer werd Stavenlsses 9de
predikant slechts vier jaar duurde Cre-
mers ambtsbediening te Stavenisse. In
1711 nam hij een beroep naar Asperen
aan, dat hij in 1717 weer overliet omdat
de Harderwijkse Academie hem tot
hoogleraar had benoemd. Niet minder
dan 33 jaar is Cremer te Harderwijk
werkzaam geweest. Hij overleed er op
14 september 1750.
In een van de werken van Cremer is
zijn portret opgenomen, dat hem ons
doet zien als een man van meer dan
middelmatige lengte, breed en fors en
een innemend gezicht. Ondanks zijn goe
de gezondheid heeft hij slechts de leef
tijd van 68 jaar mogen bereiken.
Cremer als dogmaticus
Een enigszins volledig overzicht van
Cremers werken te geven is in een kort
bestek als van dit artikel een onmoge
lijkheid. De rechtsgeleerde G. Schroder
deed in de lijkrede op Cremer de veel
zeggend uitspraak: „Hoe heeft een man
dit alles kunnen schrijven?"
Dat hij op zijn colleges niet voor lege
banken behoefde te spreken bewijst het
feit dat er onder de studenten een leven
dige handel in zijn dictaten werd ge
dreven. Om tegen te gaan, dat deze
„zwart" verkocht werden besloot de
professor de belangrijkste te laten druk
ken. Op deze wijze is\dus een groot ge
deelte van zijn werk ontstaan.
JOe strijd tussen Voetianen en Creja-
nen was in Cremers dagen al geluwd,
maar de positie die hij in dogmatische
kwesties innam was die van Coccejus
Hij heeft echter zelf niet kunnen besef
fen dat hij door een bepaalde Cocce-
jaanse opvatting op de spits te drijven,
het Coccejanlsme wat belachelijk heeft
gemaakt.
Aan de Harderwijkse Academie doceer
de Cremer o.a. de typologie in deze tak
van de theologische wetenschap was,
om zo te zeggen, zijn stokpaardje. Alle
rechtzinnige theologen van zijn tijd wa
ren het er over eens dat het Oude Tes
tament een afschaduwing (typering)
was van het Nieuwe, maar Cremer
dreef dit zover, dat hij voor de kleinste
en geringste dingen van het Oude Tes
tament paralellen zocht tn het Nieuwe.
Zijn kracht lag dan ook in het Oude
Testament en hij preekte bij voorkeur
over de ceremoniële wetten en de afme
tingen van de tabernakel en de tempel.
Dat alles trachtte hij, met meer of min
der succes, op Christus over te brengen.
Voor zijn studenten moge dit interes
sant geweest zijn, maar de gemeente zal
hij er niet mee geboeid hebben. De „ty
pologie" neemt bij hem ziekelijke en
overgeestelljke vormen aan.
Zijn gevoelens inzake de Veriiondsleér'
komen voor de ,leek" nog wel het dui
delijkst uit in de preek, waarmee hij
zijn zoon bevestigde als predikant te
Scherpenzeel. TJlt deze preek, die han
delt over Exodus 28 vers 31-35 (ook
weer zo'n merkwaardige tekst) laten
we hier een citaat volgen:
GOED VAN SMAAK RIJK AAN
VITAMINE IS DE
WED. KUB'VINKS DROGISTEBIJ
zeer ernstig woord en noemde het Chr.
onderwijs het beste middel voor Evan
gelisatie om tot het hart van de jeugd
door te dringen. I>oor gebed en offer
vaardigheid is deze school er gekomen,
waarom men ook niet stil moest büjven
zitten bij hetgeen we hebben, maar ver
der gaan en niet bang zijn, betoogde spr.
opdat heel dit eiland worde gewonnen
voor Jezus Christus en Zijn Koninkrijk.
Dhr. Dubbeldam hoofd van de Chr.
school te Oude Tonge, vader van een
talrijk kroost op de school dankte nu hij
naar elders vertrekt voor alles wat
hoofd en personeel voor zijn kinderen
hadden gedaan. Zijn oudste jongen die
op de school blijft, beval hij in de bij
zondere aandacht van het personeel die
hij met het bestuur Gods zegen toebad.
Dhr. Vogelaar dankte alle sprekers
en verzocht ds. Muntingh met dankge
bed te eindigen, die hieraan nadat men
Ps. 77 7 gezongen had voldeed.
Het was zeer laat toen defeestvie
renden huiswaarts togen. Maar het was
een goede avond, waarop met voldoe
ning mag worden teruggezien.
„Het testament is tweevoudig: God
heeft in het eerste aan Zijn Zoon, in het
tweede met Zijn Zoon een Koninkrijk
beloofd. Uit het eerste is een Verbond
tussen de Vader en de Zoon ontstaan,
ook wel genoemd de Raad des Vredes.
Op het andere Testament rust het Ver
bond der genade, dat God met de uit
verkorenen aangaat. Het eerst is van
eeuwigheid, het tweede is in de tijd aan
gegaan. Er is ook tweeërlei roeping, één
tot het Testament en-één tot het Ver
bond der genade. De Doop is een zegel
van het eerste, het Avondmaal van het
laatste".
Opmerkelijk ig de overeenkomst tus
sen deze opvattingen en de latere z.g.n.
„drie-verbonden-leer". Overigens moet
een dergelijke dogmatisch beschouwing
weinig aantrekkelijk voor de gemeente
geweest zijn!
Cremer als polemious
Groot is het aantal polemische ge
schriften van Cremer want de polemiek
was wel een van zijn sterkste kanten.
Alles wat de theologische gemoederen
van zijn tijd in beroering bracht, had zijn
belangstelling. Dat waren voornamelijk
de kwesties rondom van Hattem en
Roëll.
Op de leerstellingen van de afgezette
predikant van St. Phllipsland, Pontlaan
van Hattem, richtte Cremer zijn pijlen
In een geschrift dat de merkwaardige
titel draagt: „Val tegen val ofte val van
den afgod, tegen 's werelds afgod op
gericht".
Ook de kwestie Roëll heeft veel stof
doen opwaaien. Cremers vroegere leer
meester Prof. Roëll, was in verdenking
gekomen van een Christologische dwa
ling. In navolging van prof. Lampe
leerde hij dat Christus Gods Zoon wordt
genoemd, deels als Middelaar Gods en
der mensen, deels als waarachtig God.
Cremer meende deze stelling in een bro
chure te moeten toelichten en de Sjmo-
de van Breda (1734) sprak over dit (La
tijnse) geschrift haar afkeuring uit.
Deze spitsvondige kwestie gaan we
voorbij, maar het is typerend voor Cre
mer, dat hij zich verdedigde met de He
breeënbrief (de uitnemendheid van
Christus boven de engelen) en dat hij
daanbij opmerkte, dat tot-nog-toe nie
mand blijkbaar de zin van deze brief
goed had begrepen! Over eigen roem
gesproken!
Cremer's vrije-tyd-besteding
Het moge vreemd klinken, maar prof.
Cremer had ondanks zijn veelzijdige
werkkring nog tijd voor zijn hobby. We
liswaar stond dit in nauw verband met
zijn ambt, maar hij moet er toch de
tijd voor hebben gehad.
Zijn liefde voor de Israëlische cere-
moniedienst bracht hem er toè zelf een
tabernakel te bouwen op grond van de
Bijbelse gegevens. En het mooiste is dat
deze tabernakel (zij het niet meer vol
ledig) voor het nageslacht is bewaard
gebleven. Zelf hebben we het kunstwerk
meermalen bezichtigd in het Bijbels Mu
seum te Amsterdam.
„Talloze mensen worden het slachtof
fer van deze twee gaven: een goede ge
zondheid en veel vrije tijd".
Dit oude oosterse spreekwoord is tot
op zekere hoogte ook van toepassing
op de duizenden jonge mannen in de mi
litaire dienst.
De vloot- en legerpredikanten de bon
den voor de prot. militaire tehuizen in
Nederland en overzee, en andere orga
nisaties op dit terrein, werken samen in
het Prot. Interkerkelijk Thuisfront
(P.I.T.) om de militairen, naast geeste
lijke verzorging, ook goede ontspanning
en ontwikkelingsmogelijkheden te bie
den.
De vloot- en legerpredikanten spre
ken met de mannen, geven steun en
raad waar mogelijk; delen bijbels en lec
tuur uit, enz.
In ,de 54 prot. militaire tehuizen van
de Kón. Ned. Mil. Bond Pro Rege vin
den de mannen in uniform in Nederland
een gezellig thuis.
De militairen overzee bezoeken In
grote getale de 6 prot. militaire tehui
zen van de Chr. Militaire Bond voor
Oost en^West. (Ned. Nie^uw Guinea, de
Ned. Antillen, Suriname en Curagao.)
Ruim 1700 milltjairen overzee krijgen
van het P.I.T. een' waardevol kerstpak
ket, als een tastbaar bewijs, dat het
thuisfront hen niet vergeet.
Om. al dit zich uitbreidende werk te
kunnen blijven steunen doet het Prot.
Interk. Thuisfront (P.I.T.) weer een be
roep op ons volk, in de week van 14 t.m.
19 oktober a.s. Dan zullen vele mannen
en vrouwen en jongeren voor het P.I.T.
op pad gaan met een Intekenlijsten of
collectebus.
Geef alle bestedingsbeperking ten
spijt met gulle hand, daarbij beden
kend, dat het (vroeger gebruikelijke)
dubbeltje nu minstens dertig cent moet
zijn, en de gulden een riks.
Toe, schiet eens uit uw slof!
Komt U niet een collecttant(trice)
tegen, laat dan het P.I.T., Nieuwe
Gracht 90, Utrecht (giro no. 5163) toch
bemerken, dat U uw verantwoordelijk
heid weet tegenover onze opgroeiende
jeugd, die nu het uniform moet dragen.
De catalogus van dit Museum ver
meldt (onder no. 197) dat de taberna
kel is gemaakt op een twintigste van de
ware grootte. Over zijn nog: het brand
offeraltaar, het wasvat, de pilaren van
de voorhof, enige gereedschap de linnen
gordijnen van de voorhof (met priester
figuren doorweven) de geborduurde deur
van de voorhof, de voorhangsels, de
dekkleden, en de figuren van de Hoge
priester en een priester.
Cremer's nageslacht
Ondanks zijn talrijke geschriften is
de betekenis van Cremer toch niet groot
geweest. Zijn naam is in de kerkgeschle
denis nog wel bekend gebleven maar
veel invloed op de ontwikkeling van de
theologische wetenschap heeft hij niet
gehad.
Twee zoons vaji Cremer hebben de
kerk in ons vaderland nog gediend:
Frajns Lodewljk, eerst predikant te Ros-
sum, te Hattem en te Maastricht, later
(van 1750 af) hoogleraar te Harder
wijk in de vacature van zijn vader en
Jodocus Isaac predikant te Scherpen
zeel en te Hattem. Een zoon van deze
laatste kwam tenslotte weer in Zeeland
terecht: Jacobus Cremer aanvaardde na
enkele andere gemeenten te hebben ge
diend in 1783 het predikambt te Middel
burg, waar hij in 1797 overleed.
W. V. G.
THOLEN
Burgerlijke stand. Geboren: Leendert
z. V. H. Cornellsse en B. Goedegebuure
Overleden: J. Franke 76 j. echtg. van
J. S. Walpot.
Bijbelgenootschap. In de Geref. kerk
alhier zal de afd. Tholen van het Ned.
Bijbelgenootschap woensdagavond een
bijeenkomst beleggen, waar men nader
kennis zal kunnen maken met het werk
van de Bijbelgenootschappen. De decla-
mator W. Berkhemer zal hierbij zijn
medewerking verlenen.
Stormschade. De garnalenvlsser Ver
kamman alhier is deze week met zijn
scheepje TH 43 op de Wadden door de
storm in moeilijkheden geraakt. Door de
storm verspeelde hij beide masten en
kreeg hij verder nog wat schade aan
reling en dek. Ook zijn vistuig bekwam
flinke schade. Een der opvarenden, die
zich bij het slingeren van het scheepje
vastgreep aan het deurkozijn van de
stuurhut kreeg op dat moment een klap
van de deur, zodat hij een top van zijn
vinger afklemde. Daar de motor geen
schade opliep kon de TH 43 op eigen
kracht huiswaarts keren,
Overdracht van televisietoestel voor
rusthuis. Mevr. de Casembroot geb. brs.
van der Feltz, echtgenote van de Com
missaris der Koningin in Zeeland zal
woensdag 2 okt. a.s. des nam. 3 uur de
Stichting Zeeland voor Maatschappelijk
en Cultureel Werk het aan Huize Ten
Anker alhier toegewezen televisietoestel
officieel overdragen.
ST. .MAARTENSDIJK
Orëntatlerit. De Landbouw Jongeren
Gemeenschap afd. Tholen organiseert
in samenwerking met de personeelsver
eniging van de Ned. Heldemaatschappij
alhier een orlëntatierit voor auto's, mo
toren en bromfietsen op zaterdag 5 okt.
a.s. De start is om 15 uur bij hotel
Gaakeer alhier.
BRUINISSE
Mosselen in plastic zaltken. Door de
mosselhandelsverenigihg „Solidair" N.V.
alhier de combinatie die gevormd wordt
door de mosselkwekers uit Zlerikzee en
Brulnisse worden thans mosselen in de
handel gebracht verpakt in plastic zak
ken en deze nieuwe handelsvereniging
boekt daarmee veel succes. Het kopen
van verse mosselen wordt in de grote
steden dikwijls afgeremd, omdat de
huismoeders die ze moeten meenemen,
daarvoor steeds een emmer of iets der
gelijks moeten meebrengen. Verpakt in
plastic zakken van 2 kg vormen mosse
len echter een artikel dat zichzelf ver
koopt, voor wie van mosselen houdt. Uit
een en ander blijkt dat nieuwe initiatie
ven op eenvoudige wijze kunnen mee
werken tot vergroting van de omzet.
De omzet in Nederland kan zodoende
wellicht niet onbelangrijk worden opge
voerd.
Mooie berging. Het is aan het slo
persbedrijf M. van der Marel te Viane
bij Ouwerkerk gelukt het achterschip
van het onlangs gezonken, motorschip
ENA (gezonken in de Witte Tonnevlij)
te lichten.
Hiermee is 'n groot succes bereikt want
in dit achterschip bevindt zich de ma
chinekamer, met de 165 pk. G.M. diesel
motor, die nu natuurlijk mee boven wa
ter is gebracht. Het achterschip hangt
thans in de takels van het bergingsvaar
tuig van dhr. van der Marel op het ha
ventje van Viane.
Het schip was toen dhr. van der Ma
rel aan het karwei begon al ver in het
drijfzand weggezonken, het was daarom
niet mogelijk, het in tweeën gebroken
schip in zijn geheel te lichten, maar
men besloot van twee kwaden het min
ste te kiezen en dus het achterschip
van de ruimen los te maken, dat bete
kende dat een gedeelte van de lading
anthraciet, dat al te diep was wegge
zakt niet meer kon worden geborgen.
Volgende week wil men beginnen het
voorschip te lichten. Reeds zijn aanbie
dingen ontvangen om na berging van
het voorschip voor en achterschip weer
aan elkaar te zetten ,door er opnieuw
een middenstuk in te zetten. Onderzocht
zal worden of dit inderdaad de moeite
zou lonen. Maar een prachtig succes is
aan de bergingen die de heer van der
Marel de laatste 12 jaar verrichte toe
gevoegd.
Andere wijze bietenl vervoer. In de
aflevering van de bleten, die nog deze
week begint of reeds begonnen is, is op
ons eiland grote verandering gekomen,
daar de Coöp. Suikerfabriek Putters-
hoek het grootste deel van zijn bieten
gaat verschepen via Zlerikzee. Dat be
tekent dat via de haven alhier alleen
nog maar suikerbieten worden ver
scheept die op wagens met bietennetten
worden aangevoerd. Werden vorig jaar
via de haven alhier ruim 12 miljoen kg
bieten verscheept, deze hoeveelheid zal
nu zeker met plm. 80% verminderen.
Door alle landbouwers alhier is tegen
„In het maandelrjk contact orgaan
voor de Herv. Gereformeerden te Schie
dam ,De Band der Beginselen" lazen
we van ds. H. G. Abma een artikeltje,
idat we hier overnemen. Hij schrijft:
Liturgie
Allerwegen is belangstelling voor de
liturgie in de kerkelijke kring. Een ge
reformeerde Scribent sprak van liturgie
als het stiefkind der Nederlandse calvi
nisten. Thans ziet het er naar uit dat
het stiefkind een waardiger plaats' zal
krijgen aan de tafel der calvinisten.
bat het zusje nog wel eens lastig zal
Wezen zal niet verwonderlijk zijn. Ze is
al zo lang verwaarloosd.
Als ze nu maar niet de baas wil spe
len. Het is namelijk de vraag of de aan
dacht voor de liturgie zo heel.zuiver Is.
Ons geslacht is preekmoe. Nu gaat
men zoeken naar andere elementen om
de ere dienst aantrekkelijk te maken.
We hadden liever gezien dat de bezin
ning op de liturgie een vrucht was van
de omhelzing van de verkondiging in
plaats van min of meer 'n. vervangings
middel van de prediking. Aanvankelijk
aal het bewust meeleven met wat in de
kerk geschiedt licht even opflikkeren,
maar naderhand zal men des te meer in
dommelen.
Geenszins hoeft het te verwonderen,
dat de oude en toch zo jonge kerk der
apostelen spoedig verroomste. Het be
derf is altijd ras Ingeslopen. Paulus
moest de zo zeer recent gestichte, ge
meenten der Galaten aanschrijven met
zijn: „gij uitzinnige Galaten' wie heeft U
betoverd". Het zuivere inzicht in de leer
van vrije genade is veelal bij het volgen
de geslacht reeds verduisterd. Het is ge
biedend noodzakelijk, dat we studie ma
ken van de verroomslng van de kerk der
apostelen.
De gewonnen inzichten zouden ons op
weg helpen om zakelijke en noodzake
lijke critiek te oefenen op de beweging
die te boek staat als de oecumenische
Tevens zouden we beter verstaan hoe
de nieuwe aandacht voor liturgische
vragen ons in de richting van de roomse
kerk voert.
Meer dan ooit moeten we in de kerk
van richtingen spreken, al wordt ons
het woordeke modaliteit als een suiker
klontje op de lippen gelegd. Wanneer
het gewone ongeleerde kerkvolk rea
geert met een „net rooms" dan halen
knappe theologen minachtend hun schou
ders op. De schare die de wet niet kent.
Wat weten die gewone mensen nu van
liturgie
Ik hecht toch nog wel waarde aan de
reacties van de gewone man. Zouden
onze belezen godgeleerden ook niet hiin
schouders hebben opgehaald over die on
geletterde vissers uit Galllea, als ze ge
leefd hadden in, de tijd van de eerste
christelijke gemeente? Het blijft alle
eeuwen verborgen voor de wijze en ver
standige, ook voor de wijze en verstan
dige theoloog. Kind worden en kind
blijven dat is het privilege van alle
waar-gelovigen.
Synodalia
De synode vergaderde weer. Gewich
tige zaken kwamen ter tafel. De vrouw
in het ambt. Het Delta-plan. Remon
stranten zelfs waren aanwezig op de
zitting om te beraadslagen over een
eventuele concensus zoals die met de
Lutheranen.
De kwestie van de vrouw in het ambt
werd beslecht aleer de bezinning op 't
ambt enigszins was voltooid. Trouwena
hoe zou die bezinning uitvallen?
Ik voor mij heb de indruk dat het
ambt toch iets heeft van een noodzake
lijke voogdij in de zin van Galaten 4
vers 1-3. De ruimte en de tijd ontbre
ken om deze gedachte uit te werken.
Evenals de Sacramenten en de overheid
hebben de geïnstitueerde ambten te ma
ken met het nog niet tenvoUe zijn van
de kerk in de feindbedellng. Eenmaal ja
zullen zonen en dochteren profeteren
en juichend God belijden. Weliswaar zijn
er de eerste beginselen van dit profete
ren. Vrouwen mogen daaraan deelne
men en nemen daar ook aan deel. MIaar
dat is heel iets anders als de vrouw in
het ambt. Janamer dat deze gaven des
deze handelwijze geprotesteerd, voor de
gemeente betekent het een grote der
ving van havengeld en voor de weeg
brug een vermindering van inkomsten
weegloon, maar het protest schijnt niet
te hebben gebaat.
We geloven echter wel, dat de betrok
ken fabriek te zijner tijd op het nu in
genomen standpunt zal terug komen.
NIEUWE TONGE
Uitslag dammen. De damvereen. D.I.
D. houdt op a.s. woensdag 2 okt. haar
jaarvergadering in café Osseweljer te
8 uur nam. Zij die lid wensen te
worden van D.I.D. zijn op deze avond
hartelijk welkom mits boven 14 jaar.
De wisselbeker in het bezit van M.
Knöps is over gedragen aan J. van Put
ten,
OOLTGEN'SPLAAT
Dhr. Abr. de Vos ter aarde besteld
Vrijdagmiddag had op de begraaf
plaats te Ooltgensplaat onder grote, be
langstelling (meer dan 100 personen
volgden de baar) de begrafenis plaats
van de 42 jarige Abr. de Vos Johzn. die
j.l. maandagmiddag door een ongeluk
om het le'ven kwam.
Op de begraafplaats werd het woord
gevoerd door de Herv. predt. ds J. van
Drenth en dhr. Cors. Korteweg namens
de Landbou'wvereniglng, waarvan de
overledene mede bestuurslid was. Na
mens de familie dankte een broeder van
de overledene, wethouder Adr. de Vos
voor de grote belangstelling.
Geestes weinig gevonden en nog minder
beoefend worden In deze tijd. Men zou
allicht bewaard blijven voor een heil
loos besluit. De beslissing inzake de
vrouw in het ambt lijkt ons eeö stap
terug in plaats van een stap vooruit
zoals men meent.
Men achtte het een historische gebeur
tenis dat de Remonstranten ter synode
waren.
Sedert 1618-1619 moesten er eeuwen
verlopen. Ben enkele afgevaardigde
sprak nog over de beslissingen van de
Synode van Dordrecht. Een stem des
roependen in de woestijn.
U moet echter niet denken dat de
medeleden der synode verbolgen waren
over dit geduld.
Integendeel. Men vond het prachtig
die donder van Dordrecht. Men zou het
ongaarne gemist hebben. Ja zo zijn we
wel. Maar men stoort er zich niet aan.
Rustig gaat men door. Maar graag on
der de rollende donder van Dordt.
Dat hoort er ook bij. Dat kan ik van
de synode niet begrijpen. Dat karakter
loos gedoe. Een complimentje maken,
dat tot niets verplicht. De donder van
Dordrecht. Men vrtl niet zonder en men
wil er niet onder.
Herodus hoorde Johannes gaarne.^
Maar tenslotte liet hij hem onthoof
den".
Het vraagstug' der kopziekte b^j melkvee
Kopziekte kwam in de weideperiode
1957 veelvuldig voor. De veearts zegt:
het is een voedingszlekte. Zij treedt op
wanneer „onder bepaalde omstandighe
den" de voederopname aanleiding geeft
tot stoornis in de spijsvertering. Voorai
op vochtrljk, jong gras, na een koudere
periode, komt dit voor. In maag- en
darmgestel 'vindt dan geen „normale"
vertering van het grasvoeder plaats
waardoor giftige stoffen uit de darm in
de bloedbaan komen. Het bloed verliest
magnesium en het dier is zeer gevoelig
voor wijziging in het mlneralengehalte
van het bloed: kopziekte is het gevolg.
De landbouwkundige zegt: Veldproe
ven met weidend vee wijzen erop, dat
schijnbaar de kans op kopziekte groter
.wordt, naarmate het kaligehalte in het
gras hoger is; bij hoge stikstofgiften
wordt deze kans nóg groter. Men zou
hier dus van een gevaren-zone" kun
nen spreken. Nu blijkt echter dat deze
gevaren-zone alleen kan worden aange
toond op welden, die uitsluitend gras
bevatten. Zodra klavers (of andere
krulden) in het grasbestand maar vol
doende aanwezig zijn, gaat de veldproef
niet meer op. Ja, professor 't Hart uit
Wagenlngen heeft onlangs zelfs de uit
spraak gedaan, dat by 10% klaver in
het grasbestand de gevaren-zone voor
kopziekte geheel vervalt!
Uit wat de veearts zegt, is het vol
gende begrijpelijk Kopziekte kan wor
den voorkomen door in de gevaarlijke
tijd speciaal in het voorjaar bij jong
en vochtrljk gras drogere ru'wvezel-
produkten bij te voeren. Stoornis in de
spijsvertering treedt dan niet zo gemak
kelijk op. Of, magneslumkoekjes bijvoe
ren; want treedt magnesiumverlies uit
het bloed toch nog onverhoopt op, dan
kan de koe in ieder geval op het kritie
ke moment dit verlies uit de darmin-
houd aanvullen. Bovendien voorzichtig
heid bij overgang van stal naar weide
en omgekeerd, vermindert het gevaar,
dat door te plotselinge wijziging van
voeder, stoornis in de spijsvertering op
treedt.
Uit wat de landbouwkundige zegt, is
moeilijker raad te schaffen. Men wil
immers door doelmatige bemesting met
stikstof, fosfaat en kali een hoge weide-
opbrengst bereiken? Doch wanneer nu
blijkt, dat bij méér klaver in het gras
bestand de gevaren-zone geheel komt te
vervallen, dan is het toch wel noodza
kelijk dat men direct overweegt: hoe
krijg ik meer klaver in mijn weide!
PLUIMVEEMABKT
Op de plulmveemarkt van vrijdag 27
september j.l. werden aangevoerd 5400
stuks. De prijzen lagen als volgt:
Kippen (witte) 1.601.70 per kg levend
gewicht; kippen (gekleurd) 1.551.65
per kg levend gewicht; oude hanen 3.-
4.per stuk.
Ruimer aanbod van kippen met leven
dige handel en' de prijzen iets dalende.
Geringe aanvoer van oude hanen met
vlugge handel en de prijzen vrijwel on
veranderd.
ETTENSE VEEMABKT
Op de veemarkt van woensdag 25
sept. 1957 werden aangevoerd 120 st.
waarvan 58 runderen, 2 paarden en 60
biggen.
Prijzen: kalf koelen 700—1050; kalf-
vaarzen 675950; guste koeien 600
800; pinken 400500; graskalveren 275
400; paarden 700900; biggen 40
50; lopers 60^80; vette koeien 2.60—
2.80 per kg geslacht.
Een boekhandelaar te Willlamstown
in de Amerikaanse staat Massachusetts
heeft een cheque ontvangen ten bedra
ge van 62.25 dollar van een klant die
thans in Johannesburg in Zuid-Afrika
verblijft en die in 1949 een rekening voor
boeken ten bedrage van 36.30 dollar niet
had betaald.
De boekhandelaar, Washburne, zei,
dat uit een begeleidende brief blijkt dat
zijn klant het oorspronkelijk bedrag
36.30 dollar had verhoogd met een sa
mengestelde Interest van 1 juli 1949 tot
1 september 1957 van zes procent n.l.
22.42 dollar, een verkoopkracht van de
dollar sedert juli 1949, n.l. 6-53 dollar.
Washburne, die de naam van de klant
niet wilde meedelen, zei, dat hij nooit
eerder zo'n eerlijke man had ontmoet.