Sommelsdijkse raad subsidieert tegen de wil van
B. en W. de zwemgelegenheidteDirksland(Sas)
HAAR WOORD
GETROUW
Kerkgeschiedenis
van Den Bommel
ff
Vakantieregeling van bakkers en slagers
bekrachtigd
UIT DE KERKEN
VOOR HET BETERE FOTOWERK
»OT(iMA
Bis. Far
„EILANDEN-NIEUW S"
Dinsdag 25 juni 1957
De Sommelsdijkse gemeenteraad kwa
wezig was de heer Peekstok. Het raads
klein deel van de vergadering bij. Be
agenda voor, maar toch werd over ver
woordje gesproken. O.m. hoe het reilde
verzoeken van de middenstandsbedrijven
bekrachtigen vond verschil van mening
ook met de vragen, die de heer Blok
zwemgelegenheid te Dirksland, waar
in toch een meerderheid vond om te
aan het Sas te Dirksland goedkoper
Burg. P. W. Hordijk opende met gebed
Na vaststelling van de notulen volgden
de ingekomen stukken, die zo onder de
hamer doorgingen. De rekening van het
burgerlijk armbestuur vond goedkeu
ring na advies van het commissielid de
heer van Zielst, die echter vroeg, ge
zien er een verschil te zien was 4000.-
met de begroting.
Inlichtingen over niaatscliappel\jk
werte.
Dhr. Blok (P.v.d.A.) stelde daar ook
vragen over. In de vergadering van 23
nov. 1955 was toegezegd dat de reke
ning en begroting van Maatsch. Werk
ter kennis name aan de raadsleden zou
worden gezonden, wat niet is gebeurd.
Spr. kwam dan op die bijdrage van
750.terug langs andere zijde had
hij de begroting gezien en bemerkt dat
er een nadelig slot was van 49000.—
Hij vroeg een nadere uiteenzetting.
NED. HERV. KERK
Beroepen te St. Maartensdijk G. H. v.
Kooten te Genemuiden; Boven Hardinx-
veld G. V. Dieren te Ede; Doomspijk
B. Haverkamp te Nieuw Lekkerland.
Huizen. De PinksterkoUekte voor de
G.Z.B, bracht hier het respectabele be
drag van 3764.04 op. Vorig jaar be
droeg deze 1618.81. Voor 't eerst werd
nu gebruik gemaakt van de zakjes en
folders der G.Z.B.
Gen. Synode. Maandag 24 juni is de
Generale Synode bijeen gekomen om
enkele belangrijke zaken te bespreken.
O.a. zal men zich opnieuw moeten be
zinnen op het vraagstuk: „De vrouw in
het ambt", alsook nader ingaan op de
classicale consideratie en over de con
sensus met de M. Luth. kerken.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Rotterdam H. Bakker te
Tholen; Delft J. Marseille te Groningen;
Appelscha C. de Vries te Lollum; Nieuw
dorp H. V. Duinen te Willemstad; Wijke
W. Bovendorp te Wapenveld.
Aangenomen naar Marken, cand. C.
V. Zuyien te Hillegom; Apeldoorn C.
Klapwijk te Bennebroek; Hazerswoude
W. V. d. Hout te Sprang; Zonnemaire
cand. F. Melse te Vrouwenpolder.
BedanJit voor 's Gravenhage J. Tho
mas te Hilversum.
Bennekom. Verscheidene lidmaten
kunnen zich er niet mee verenigen, dat
de kerkeraad thans besloten heeft om
naast de Psalmen ook gezangen te laten
zingen in de samenkomsten der gemeen
te. Deze lidmaten hebben zich thans
gevoegd bij de Chr. Geref. Kerk van
Ede, welke kerk thans in Bennekom be
gonnen is godsdienstoefeningen te be
leggen.
CHR. GEREF. KERKEN
Tweetal te Meppel H. Eerland te Lis-
se en A. Hilbers te Enschede.
Beroepen te Meppel A. Hilbers te En
schede.
Apeldoorn. 13 juni werd de traditio
nele schooldag gehouden welke ook dit
jaar weer druk bezocht was. Sprekers
waren ds. A. Hilbers van Enschede en
ds. H. Eerland van Lisse. Prof. v. Gen
deren opende de dag en ds. M. Baan
van Dordrecht sloot de bijeenkomst. De
kollekte bedroeg 3668.10.
Schouwen Duiveland. Oorspronkelijk
was hier slechts één gemeente, n.l. die
van Zierikzee. De laatste tijd worden
echter ook godsdienstoefeningen in
Haamstede belegd, terwijl thans in
Kerkwerve een gemeente wordt' geïnsti
tueerd en dat in de naaste toekomst ook
te Nieuwerkerk zal geschieden. De eni
ge predikant op het eiland, ds. M. v. d.
Klis te Zierikzee krijgt het op die ma
nier wel erg druk, waar hij momenteel
met ds. S. v. d. Kolen te Middelburg, de
enige predikanten zijn in Zeeland.
m donderdagmorgen 10 uur bijeen. Af-
lid ir. J. B. Mijs woonde slechts een
langrijke zaken kwamen niet op de
schillende punten nog al een hartig
en zeilde met maatschappelijk werk. De
om de vakantieregeling met de wet te
maar ging er toch door. Zo was het
(P.v.d.A.) stelde over aansluiting bij de
voor men tegen de mening van b en w
subsidiëren. De liefhebbers zullen nu
kunnen zwemmen.
De voorz. merkte op, dat er geen be
zwaar bestond om de rekening en be
groting ter inzage te geven. Het is een
publieke zaak, aldus spr. De genoemde
bedragen behoeven echter correctie zei
de voorz., de 49000.is de totale om
zet, het nadelig saldo is 39000.dus
f 10.000.minder.
Spr. zette het bijzondere karakter van
de stichting uiteen, waarin de kruisver
enigingen, Humanitas en burg. en kerk.
instellingen zitting hebben.
De doelstelling is gezins-, maatschap
pelijk-, bejaarden-, groeps- en jeugdzorg
werk.
Er zijn 3 personeelsleden; 2 maatsch.
werksters en één voor jeugdwerk,
(waar 380 jongelui onder begrepen zijn)
De inkomsten komen van club- en
cursusgelden en andere finantiële acties
Het Rijk subsidieert, n.l. het ministerie
van Maatsch. Werk en O.K.W. een be
drag van 40% op het tekort, mits de
gemeenten ook 40% bijdragen. De overi
ge 20% dient te komen uit de deelne
mende instellingen. Voor 1957 is een be
drag van 45 46000 gld. begroot; de
bijdrage van het Rijk is 15000.van
de gemeente 15000.de gemeenten
slaan dit om, zodat het per deelnemende
gemeente 62 a 63000.gulden wordt.
Van het personeel wordt veel gevraagd
om de normale werkzaamheden te laten
voortmarcheren.
Dhr. Blok vroeg waarom N.Tonge
daarin niet was begrepen en informeer
de voorts naar de rekening over 1955.
De voorz. antwoordde dat de jeugd
zorg alléén op Middelharnis-Sommels-
dijk betrekking heeft. Wat de rekening
1956 betreft, was niet bekend wat de
betreffende ministeries zouden bijdra
gen. De cijfers zijn sindsdien uit elkaar
gevallen.
De rekening Burgerl. Armbestuur '56
en de begroting 1958 werd daarna goed
gevonden, alsook de begroting Emgo
1957^'58. Vastgesteld werd ook de ver
ordening op de heffing en invordering
van schoolgelden aan de gemeentelijke
school voor kleuteronderwijs.
Beinigingsrechten
Voorstel tot wijziging van de veror
dening op de heffing en invordering
van het reinigingsrecht.
Het tarief is gebaseerd op de huur
waarde ingevolge de Wet op de Perso
nele Belasting 1950 en bedraagt voor
iedere volle kalendermaand: bij een
huurwaarde van 80.of meer, doch
minder dan 150.voor één emmer
0,25 voor twee emmers 0.40; bij een
huurwaarde van 150.of meer, doch
minder dan 200.resp. 0.35 of
0.50; bij een huurwaarde van 200.^
of meer, doch minder dan 250.resp.
0.45 of 0.60; bij een huurwaarde van
250.of meer, doch minder dan
300.— resp. 0.55 of 0.85; bij een
huurwaarde van 300.of meer, doch
minder dan 400.resp. 0.65 of
0.95; bij een huurwaarde van 400.
en daarboven resp. 0.70 of 1.05, ver
hoogd met 0.10 voor elk bedrag van
100.— boven 400.—.
Hierbij werd de volgende toelichting
door b en w gegeven.
„Nu deze vordering een tweetal jaren
in werking is, blijkt dat de heffing vol
gens dit systeem een belangrijke hoe
veelheid administratie met zich brengt.
De gegevens omtrent de huurwaarde
moeten verzameld worden bij de belas
tingdienst, en 'ieder jaar weer opnieuw
gecontroleerd. Na de controle en aan
vulling moet ieder perceel en de betref
fende groep van de huurwaarde inge
deeld worden. Daarna volgt de bereke
ning van de aanslag aan de hand van
het aantal maanden, de gegevens hier
voor moeten aan het bevolkingsregister
ontleend worden. De totale opzet, nood
zakelijk voor de heffing, vergt een hoe
veelheid administratie, materiaal en ar
beid, die, in geld omgerekend, een aan
zienlijk percentage van de opbrengst
van de rechten uitmaakt.
Een tweede en naar onze mening veel
belangrijker bezwaar, verbonden aan de
heffing naar de huurwaarde der perso
nele belasting, is het volgende:
De maatstaf van de huurwaarde is in-'
dertijd ingevoerd, omdat er van uitge
gaan werd, dat deze in het algemeen
een aanwijzing inhield met betrekking
tot de welstand van de bewoner van het
betreffende perceel. Dit verband gaat
steeds meer verloren. Dit geldt in het
bijzonder voor de nieuwbouw. De huur
van deze woningen wordt momenteel
niet meer bepaald aan de hand van lig
ging, groote en indeling van de woning,
doch is de sluitpost op de begrote exploi
tatie. Het verschil tussen jaarlijkse las
ten en de rijksbijdrage vormt de nood
zakelijke huuropbrengst. De hoogte van
de huur van een woning is dan ook
voor het grootste deel afhankelijk van
een meer of minder gunstige aanneem-
som. Dit demonstreert zich wel in het
bijzonder in het feit, dat de huur van
een nieuw te bouwen complex steeds
hoger ligt, dan die van een vorig com
plex.
Met betrekking tot het oude woning-
bezit in de gemeente geldt in feite het
zelfde. Nu geleidelijk aan een groot aan
tal krotwoningen verdwijnt, wordt het
aantal woningen met een lage huur
sterk verminderd. De gemiddelde huur
prijs van de woningen stijgt daardoor.
Het heffen van een retributie geschiedt,
omdat de gemeente het verlenen van een
bijdrage door de inwoners in de kosten
van het verrichten va,n bepaalde dien
sten noodzakelijk acht.
Deze diensten worden voor een ieder
gelijkelijk verricht. In wezen is er voor
de reinigingsrechten geen verschil met
de heffing van weeggeld, keurlonen, ta
rieven voor nutsbedrijven enz. Bij al
deze heffingen en tarieven wordt ook
geen verband gelegd met de meer of
mindere welstand van degene, die van
de diensten gebruik maakt. Ook op
grond van deze overweging is een ver
andering van de wijze van de heffing
der rechten naar onze mening zeer ze
ker gemotiveerd".
Op grond van het bovenstaande stel
den b en w voor de verordening op de
heffing van reinigingsrechten in deze
gemeente met ingang van 1 januari '58
te herzien en wel zodanig, dat de hef
fing in het vervolg plaats vindt volgens
een uniform tarief.
De opbrengst bedraagt blijkens het
kohier over het jaar 1956 ongeveer
5400.Er zijn jaarlijks ongeveer 900
aanslagen, zodat het gemiddelde thans
bedraagt 6.per jaar of per maand
0.50. Om tot een gelijke opbrengst als
voorheen te kunnen komen zal dus een
uniform tarief van 0.50 per maand
voor de eerste emmer geheven moeten
worden. Het aantal personen, hetwelk
2 of meer emmers heeft, is gering. Voor
komen moet worden, dat de dienst extra
belast wordt door invoering op grote
schaal van een 2e emmer. Het tarief
voor de 2e emmer ware te stellen op
30 cent per maand.
Evenals tot dusver geschiedde zijn b
en w voornemens om in noodzakelijke
gevallen de z.g.n. hardheidsclausule van
art. 13 der verordening toe te passen.
Hierbij wordt gedacht aan de ondersteun
den en aan degenen, die voor het le
vensonderhoud volledig aangewezen zijn
op de uitkering krachtens de Alg. Ou
derdomswet.
Men keurde het z.h.s. goed.
Verkoop strook grond aan
C Edewaard.
Door dhr. C. Edewaard, wonende al
hier, Koninginnelaan 2, is een verzoek
ingediend om een strook grond van de
gemeene te mogen kopen, naast zijn wo
ning gelegen, in het bijzonder met het
oogmerk om daarop een garage te bou
wen.
Deswege was van de directeur van de
Techn. Dienst het volgende rapport
ontvangen.
Zoals tr waarschijnlijk bekend, is de
woning van Edewaard ongunstig gele
gen in de toekomst en is door uw col
lege enige tijd geleden besloten om de
oostwaarts van deze woning gelegen
grond tenminste tot aan de weglijn voor
de woningen van de woningbou-wvereni-
ging aan de zuidzijde van de Koningin
nelaan niet meer te bouwen, doch als
plantsoen aan te leggen.
Van bovengenoemde grond zou dhr.
Edewaard thans 50 m^ willen kopen
om hierop een garage te bouwen.
Blijkens onderzoek ter plaatse is het
mogelijk een garage zodanig te bouwen
op het achterterrein, dat deze op zich
zelf nooit in de weg komt, bij e.v.t. ver
breding, terwijl indien aesthetisch ver
antwoord Is, deze een afsluiting van de
Koninginnelaan betekent, terwijl de li-|,
monadefabriek van van Eesteren uit het
gezicht wordt onttrokken. Bovendien
kunnen dienstwoningen voor een te ves
tigen industrie worden gebouwd of e.v.
èen winkelpand of dergelijke op de smal
lere strook tussen het plantsoentje en de
grond achter HoUeman.
Zou in de toekomst het pand van
Edewaard aan de verbreding van de
Koninginnelaan ten offer moeten vallen
dan is de waarde uiteraard groter dan
thans het geval is.
Het voor en tegen overwegende, zou
thans tegen het bouwen van een garage
onder vooi^waarde dat deze aan redelijke
aesthetische eisen voldoet, o.i. geen be
zwaar bestaan". Voorgesteld werd de
bedoelde grond aan dhr. Edewaard te
verkopen voor de prijs van 9.20 (kos
ten van bouwrijp maken inbegrepen) en
kosten van overdracht voor rekening
van koper.
Dhr. Blok had geen bezwaar tegen de
garage maar merkte op, dat het huis
van Edewaard een sta-in-de-weg vormt.
De voorz. antwoordde dat daar met
de plaats van de garage rekening is ge
houden. Die komt aan de Joost Janse
straat; moet het huis later weg, kan
de garage blijven staan. Het werd goed
gevonden.
In-gebruik-geving iokaal van de nieuwe
kleuterschool aan de Landbouwhuishoud-
school te Sommelsdljk.
De commissie van Toezicht op de
Landbouwhuishoudschool alhier heeft
zich bij brief van 15 maart j.l. tot b en w
gewend met het verzoek een lokaal der
kleuterschool te mogen gebruiken. De
Landbouwhuishoudschool heeft waar
schijnlijk in toenemende mate te kam
pen met ruimtegebrek. De Commissie
van Toezicht deelt mede, dat het de be
doeling is om bij voldoende deelna
me in september a.s. een derde cur
susjaar in te stellen, terwijl er jaarlijks
ongeveer 80 aanmeldingen voor het Ie
leerjaar zijn. Voor de te vormen negen
klassen is slechts 1 lokaal beschikbaar
voor theoretisch en algemeen vormend
onderwijs. TJitbreiding van de school is
in voorbereidin g, maar zal door de be
stedingsbeperking niet op korte termijn
kunnen geschieden.
B en w menen, dat nu het bedoelde
lokaal van de kleuterschool niet voor
het kleuteronderwijs direct nodig is
dit zonder bezwaar in gebruik kan
worden gegeven aan de Landbouwhuis
houdschool.
Voor de ingebruikneming ware een
vergoeding te bedingen berekend naar
1297.per jaar. Voor de verlichting
en verwarming dient nog een regeling
te worden getroffen. Geconditioneerd
zal worden, dat de Landbouwhuishoud
school zelf zorgt voor het schoonhouden
van het lokaal.
De heer Blok was van mening dat de
kleuterschool niet voor alle doeleinden
diende te worden gebruikt. Het ge
bouw is nog niet klaar en nu wordt het
al verhuurd.
De heer Knape meende dat de rust er
door zal worden verstoord. De jeugd
van de huishoudschool is nogal bewe
gelijk; hij wenste een aparte ingang.
De heer Langbroek wilde de voor
waarde wanneer het kleuteronderwijs
het nodig had, dat het direct zou wor
den beschikbaar gesteld.
De voorz. lichtte toe dat het aantal
leerlingen nu 123 bedroeg. Er kan een
toename komen, waarom 4 les en één
speellokaal is geprojecteerd. Dat ene lo
kaal er bij kostte maar 4 a 5000 gld.,
terwijl een latere aanbouw zeker
20.000.zou kosten. Dit wilde b. en w.
niet riskeren. B. en w. wil het nu ver
huren voor schooUokaal, omdat het toch
niet nodig is.
„Maar niet voor andere doeleinden
verhuren!" stelde de heer Blok.
„Er is al een verzoek afgewezen",
deelde de wethouder Ie Comte mee.
De heer Knape wenste verhuur van de
oude bewaarschool, waarover volgens
de voorz. nadere voorstellen komen.
Het werd goedgevonden.
Speeltuin
Voorstel tot het verhuren van een ter
rein aan de A.J. de Graaffstraat aan de
Speeltuinvereniging ,,Sommelsdijk" en
tot het verstrekken van een jaarlijkse
subsidie aan deze vereniging.
B en w herinneren de raad aan zijn
besluit van 6 febr. 1957, waarbij aan de
speeltuinvereniging Sommelsdljk", al
hier een renteloze geldlening groot
3000.is verstrekt.
Door de voortvarendheid van het be
stuur der Vereniging de speeltuin reeds
op 8 juni j.l. geopend kon worden. Ge
zegd' mag worden dat deze speeltuin in
(24)
Een nieuwe schoolmeester
Tijdens de afwezigheid van de zieke
predikant speelde zich op ons stille en
vreedzame dorp een toneel af, dat zeer
uitvoerig tot in de gesprekken toe
woordelijk staat opgetekend.
Zoals verteld is was hier op 19 januari
1708 benoemd tot schoolmeester de heer
Anthonie van Weel, zoon van een dito
uit Tholen. Zo jong zal hij niet meer
geweest zijn, daar hij 30 jaar later we
gens ver gevorderden leeftijd bij de
Ambachtsheer ontslag vroeg. Hij ver
zocht tevens deze functie alsmede die
van koster, doodgraver, klokluider, uur
werksteller en voorzanger te mogen
overdragen op zijn zoon Johannes van
Weel.
Daar de verhouding met de kerke-
raad toen enigszins gespannen was en
de kerkeraad een tijdelijke koster had
benoemd, ging het verzoek van Van
Weel buiten de kerkeraad om en hoor
de deze bij geruchte dat de heer van
Weel zijn werk zou neerleggen.
Hierop schreef de Ambachtsheer een
brief om inlichtingen omtrent de nieuw
te benoemen schoolmeester. De kerke
raad besloot 24 oktober 1738 maar geen
brief te schrijven, doch er persoonlijk
heen te gaan. Zo gingen dan argeloos
heen de broeders Bartel Wijmans ouder
ling en Pieter Kuite diaken. Vol moed
gingen zij de Ambachtsheer in Den
Haag bezoeken. Maar o wee, wat bittere
smart.
Voor de curiositeit laten wij hier het
verhaal uit de notulen volgen:
en als se bij hem kwamen hebben
se hem beleeft gegroet ende geseid dat
se kerkeraadspersonen van Den Bom
mel waren en dewijl dat men versogt
heeft dat we van den persoon Joh. van
Weel van zijn gaven en bekwaamheden
soude getuigenisse geven, wij oordeelen
dat de persoon Joh. van Weel niet be
kwaam en is om de kerkdienst waar te
nemen en ook den schooldienst en dat
om deese reden: 1. met opsigt op de
kerkdienst soo heeft hij geen stemme
om tot stigtinge te kunnen singen voor
de gemeente en soo is het ook met het
voorlesen van Gods Woord, soo als hij
het voor deesen onder ons wel gedaen
heeft.
2. met het opsigt op het schoolhouden
heeft hij hinderlijke qualiteiten soo ver
ais sij ons bekend is en zooals hij ook
zich zelven onder ons heeft gedragen".
„Waarop de heer een hard antwoord
gai ende zeide: gij hebt mij leugens diets
gemaakt omtrent den domine (die was
inuners wegens geestesstoornis in Am
sterdam) dat gij een zot hebt beroepen,
daar gij zeide dat het een braaf man
was, maer ik hebbe vernomen ende ge-
hoort dat hij een zot waer, ende dat hij
vernomen hadde na desen voornoemde
Joh. van Weel, dat hij een goede borst
waer en dat wij hem leugens wijs maak
ten, en toen wij henen zouden gaen,
zeide hij dat wij een geloofsbrief hadden
moeten brengen van de kerkeraad, want
dat hij niet en wist of wij boeren of
schippers waaren.
Dit alles hebben wij den kerkeraad be
kend gemaakt.
Ten aanzien van de opmerkingen over
de zieke predikant staat nog aangete
kend: datse daer geen versekeringe van
gehad hebben toen ze hem beriepen en
dat het haer smertelijck viel, dat de
sake soo was uitgevallen en dat se hem
geen leugens hadden diets gemaekt enz.
Wij zien hieruit dat een bezoek aan
de Ambachtsheer altijd nog niet mee
viel. Wij kunnen natuurlijk niet beoor
delen in hoeverre hier billijk is gehan
deld. Maar de zaak had voortgang, want
op 7 dec. 1738 kwam Anthony van Weel
na de kerkdienst in de kerkekamer om
de kerkeraad te bedanken en zijn ambt
neer te leggen wegens hoge leeftijd en
om andere redenen. Hij gaf de raad uit
te zien naar iemand, bekwamer dan hij,
waarop de kerkeraad geen antwoord
gaf.
De klap op de vmirpyi
Nauwelijks had de vader de consisto
riekamer verlaten of de zoon kwam
binnen „ende dat soo maer sonder te
vragen of hij wel binnen mogt staen,
waarop hij seyde dat hij de broeders
kwam bekend maken, alsdat hij van den
H.E. Heer was aengestelt tot school
meester en voorsanger en koster".
De kerkeraad vroeg hem daarop zijn
akte te tonen, alsmede hem te kennen
gevende, dat indien de heer dit recht
heeft: wat heb je dan met ons te doen?
Hierop zeide de heer Joh. van Weel, dat
de kerkeraad met hem geen ongenoegen
moesten maken, want: ik kan het niet
gebeeteren.
Hierop volgde een lange woordenstrijd
dien tenslotte hierop neerkwam, dat de
kerkeraad hem vergeefs om zyn akte
van aanstelling vroeg. Daarom werd de
zaak verwezen naar de classis, met aan
vankelijk gevolg, dat de vader zijn dienst
tot mei vrijwillig aanhield.
Toen in het najaar ds van Vianen her
steld terug kwam, maakte hij het clas-
sicaal besluit bekend, hierop neerkomen
de, dat de classis zich met de aanstel
ling niet kon inlaten, doch dat Johs. van
Weel verphcht was zijn akte aan de
kerkeraad te tonen en dat deze na het
tellen der collecte zich uit de consistorie
moest verwijderen tot vrijheid van de
kerkeraad en dat hij zich ordentelijk had
te gedragen, welke vermaning hij aan
genomen heeft.
Zo was dan de zoon de opvolger zijns
vaders en was de vrede hiermee gete
kend.
Ondersteiuiingskwestie
In 1727 ging een jong stel in onder
trouw. Nu, dat is geen nieuws. Maar
het gekke van het geval was, dat het
niet kwam tot een trouwdag. 'Toch leef
den zij als man en vrouw bij elkaar en
kregen vier kinderen. Vader Dirk kwam
elf jaar later te overlijden en moeder
Barendina liep te bedelen langs de weg.
Geen van beiden wist hoe de kerk er
van binnen uitzag. Zij vroeg om steun
bij de diakonie, maar dit werd aanvan
kelijk geweigerd. De burgerlijke overheid
was hierover niet te spreken. Diakenen
wezen de overheid er op dat de vrouw
geen lidnaate was, zodoende werd zij van
de „grote armen" geholpen. Maar toen
de opvolger van de Schout ons tot on
dersteuning wilde dwingen, -vnerp de
kerkeraad de zaak voor de classis met
gevolg dat het raadzaam geoordeeld
v/erd de vrouw voor gezamentlijke re
kening te nemen.
Nu hadden de diakenen het gedaan.
Men wees op de eigenmachtige onder
steuning door Jan van Schouwen ge
pleegd en vond de bedeling onverant
woord tegenover de kerkmensen. Het
liep zo hoog, dat de classis er weer bij
te pas kwam, die oordeelde dat de vo
rige predikant de zaak te lang onder
zich gehouden had. Met volledig eer
herstel van de zittende kerkeraad werd
de discussie hierover besloten en was de
zaak van de baan. Diaken zijn valt ook
altijd niet mee.
Maarssen.
Ds G. van der Zee
(Wordt vervolgd)
een behoefte voorziet. Het is niet de be^
doeling dat de vereniging de grond,
waarop de speeltuin gevestigd is, koopt
of in erfpacht neemt. Wel 'wil het be
stuur dit terrein huren. Het gehele ter
rein is groot 1245 m^. De huur ware
jaarlijks te stellen op 500.B en w
was van mening dat het redelijk is in
dien aan de speeltuinvereniging een
jaarlijks subsidie verleend wordt tot een
gelijk bedrag. Voor het jaar 1957 waren
de huur en de subsidie in verband met
het reeds gevorderde seizoen te stellen
op 250.waarmee men akkoord ging.
Vragen over het zwembad.
Door dhr. Blok (P.v.d.A.) waren
schriftelgk vragen ingezonden inzake
het verstrekken van subsidie aan de
Zwemvereniging (Sas) Dirksland. Er
wordt door Sommelsdijkers veel gebruik
van gemaakt. De jongelui moeten echter
4.voor een abonnement betalen wat
1.50 méér is, dan de leden uit de aan
gesloten gemeenten betalen. De subsidie
verstrekking is voorheen afgewezen;
spreker wilde daar alsnog aan meedoen.
De voorz. dit punt toelichtend, wees
er op dat juli 1956 een bijdrage van
625.gevraagd is, wat is afgewezen
omdat er voorbereidende werkzsiamhe-
den waren voor een zwembad te Mid-
delharnis. Dit was jn zodanig stadium,
dat de Rijksgoedkeuring reeds was ver
strekt; door de investeringsbeperking
(Vervolg pag. 3)
VERVOLGVERHAAL
door H. KINGMANS
(13)
Onder een vrij sterk geleide verlaten
ze, als het duister is in de straten van
Middelburg, het ongastvrije huis. Er
staat een stevige bries en de regen valt
in stromen neer, zodat hun kleren wel
dra doorweekt zijn. Maar dat belet hen
niet, om met volle teugen te ademen.
Een gevoel van vrijheid hebben zij te
rug. En de toekomst? Ze zijn er on
verschillig en stomp voor geworden.
Door de verlaten straten voeren hun
geleiders hen langs een landweg, waar
na eindelijk huizen opdoemen en zij
vernemen, dat ze Vlissingen naderen.
Weldra bevinden zij zich in een boot,
die met forse slagen over vrij ruwe gol
ven geroeid wordt naar een groot fre
gat op de reede.
Een periode van Jochems leven is af
gesloten. Wat zal de volgende brengen?
HOOFDSTUK VII.
Ze worden verwacht. Dat is aan alles
te merken. Bootsman Jeroen Jansz.
neemt hen in ontvangst en voert hen
naar het scheepsverblijf. Hij is de man
van weinig woorden. Kort en goed deelt
hij hen mede, dat zij opgenomen zijn in
de gemeenschap van „De Arend", een
grote Oost-Indiëvaarder, bemand met
600 matrozen en soldaten. Morgenoch
tend worden de mannen op het voordek
bijeengeroepen en zullen de scheepsar
tikelen worden voorgelezen. Dan heb
ben zij goed te luisteren. Want de voor
schriften moeten gehoorzaamd worden.
Op poene van de zwaarste straf. „Hier
zijn jullie kisten".
Ze kijken verbaasd op: kisten? Maar
de bootsman laat hen niet aan het
woord. Ze zijn ondergebracht bij de
lichtmatrozen, zo deelt hij verder mee.
Van de zeevaart weten zij immers toe
ten noch blazen? Geen bezwaar, zullen
ze wel leren. Als ze maar willen.
Ze hebben hem voorts te volgen. Daar
zijn hun slaapplaatsen. Midscheeps. Ver
der moeten ze het vinden met de an
deren. Wie zijn dat? Je vindt er van
alles onder. Gemene tronies ontdekt
Jochem, ook anderen, die sip liggen of
zitten te kijken: misschien wel lotgeno
ten van hen. Die op dezelfde wijze ge
ronseld zijn en nu hun naam is gezet,
zich bevinden in dezelfde positie as zij.
Je doet er niets aan. Afwachten wat
er met je gebeuren zal.
Aan lange tafels in de grote kajuit
zit een aantal matrozen te dammen of te
schaken. Het is een heel onschuldig spel.
Ze zullen het nu wel laten, om iets an
ders te spelen. Later verneemt Jochem,
dat dobbelen en kaarten om geld ten
strengste verboden is. Dus je doet het
niet vóór het tijdstip, dat de Provoost
nog verschijnen kan. En dan moet je
nóg oppassen. Het is gebeurd, wordt
die eigen avond nog aan Goffe verteld,
dat plotseling de Provoost binnenkwam,
toen een groep zat te kaarten. Tja, Lei
den was in last. Kielhalen, zo niet erger,
was het voorland van de overvallen
gokkers. Wat hebben die toen gedaan?
Ja, wat doet een kat, die in het nauw
zit? Ze hebben de man gekneveld en
door de patrijspoort in zee doen ver
dwijnen. Ziezo, er kraaide geen haan
naar. In wat gezelschap ben ik terecht
gekomen dacht Goffe toen. 't Is me
een ruw stelletje....
Maar nu dammen en schaken ze. Het
is een huiselijk gezicht. Er wordt ook
niet veel bij gepraat, geschreeuwd of
gevloekt, zoals bij kaarten dobbelen.
Het is werkelijk rustig in de kajuit. Je
hoort het golfgeklots van de Wester-
schelde.
De aanwezigen kijken even op, als
het viertal met de bootsman binnenkomt
en spelen dan weer door. De laatste da
gen is zoiets gewoonte geworden. Het
wordt tijd dat er een eind aan komt. Ze
willen gaan varen. Dat stilliggen ver
veelt dodelijk. Ze hebben gehoord, dat
nog enkelen worden verwacht. Zijn dit
soms die enkelen? Nu, dan maar gauw
het ruime sop kiezen. Indië wenkt voor
de bevaren zeelieden. De nieuwelingen
zullen ze wel gauw mores hebben ge
leerd, i 11 I I
„Jullie zijn ingedeeld in het Graaf
Mauritskwartier", hoort Jochem de
bootsman zeggen!. Hij kan even goed
Latijn spreken. Wat betekent dit? Dat
vraagt Gebhard die het naadje van de
kous wil weten.
Wat dat betekent? Dat horen ze wel
nader. De bootsman zegt alleen, dat er
drie kwartieren zijn onder de scheeps
lui: het Prinsekwartier, het Graaf Mau
ritskwartier en het Graaf Ernst kwar
tier. Als ze vast maar onthouden, dat
zij bij het Graaf Mauritskwartier be
horen. De rest komt vanzelf. Dus als
jullie kwartier opgeroepen wordt, dan
ben je er bij, heel eenvoudig, nietwaar?
Hoor! Of ze even willen luisteren?
Het is acht uur geweest. Met vervaar
lijk geluid luidt de scheepsbel. En dan
klinkt een stentorstem, die van de Pro
voost:
Hoort, mannen, hoort
Van de wacht en van de straat
Of de Provoost zal pand of geld
rapen!
Niemand drinke hem dronken in bier
of 'wijn
Het zal vanavond Prinsekwartier zijn.
Prinsèkwartier, houd goede wacht!
God die verleen ons een goede nacht,
Een goede nacht en goede vree.
Geluk en behouden reis daarmee.
Boven die zijn wacht is!
Naar kooi, die zijn beurt is!
Luidt de klok!
Verlost de man van het roer en den
uitkijk!
Er komt beweging onder de mannen,
van wie er naar boven gaan. Dat zijn
de lui van het Prinsenkwartier, die nu
opgeroepen worden, om wacht- en nacht
dienst te gaan verrichten. Het wordt al
wat duidelijk: boven, die zijn wacht
is, heeft de Provoost geroepen. Die lui
gaan nu. En dan: naar kooi, die zijn
beurt is! Dat wordt ook duidelijk. Want
iets later gaan allen, die niets meer te
doen hebben, waar het geurt, als
ja elke vergelijking gaat misschien
mank, het stinkt er, met permissie ge
zegd. „Om van te kotsen," heeft Lémand
opgemerkt.
De kooien zijn vlak op elkaar. Er kan
nauwelijks een man tussen dringen. En
dan twee of drie boven elkaar. In een
kleine ruimte moeten nu eenmaal een
groot getal mannen samengeperst wor
den.
Jochem en de andere drie doen wat
zij zien doen: naar kooi gaan. Ze ver
langen naar rust, misschien nog meer
naar eenzaamheid. Je wilt wel eens over
je toestand denken, al kun je er niets
aan veranderen, waar of niet?
Er loopt iemand langs de kooien. De
bootsman is het niet. Zeker een of an
der commandant of zo. Wat hebben zij
er voor verstand van, van deze gemeen
schap, die alle mogelijke mensen her
bergt? Er wordt ontzettend gevloekt.
Zelfs Goffe, die van geen klein ge-
ruchtje vervaard is, als het op vloeken
aankomt, kijkt er van op. Jochem heeft
wel eens gehoord, dat die Hollandse
zeelui bij het vele goede, dat van hen
gezegd wordt, echte vloekbeesten zijn.
Het lijkt er veel op.
„Hebben jullie nog geen kisten?"
vraagt de man opeens, als hij bij de
nieuwelingen is aangeland.
Kisten? O ja, die bootsman sprak zo
even van kisten, waar zijn die? O, nog
niet hier? Nu, dat komt morgen wel in
orde. Ze hebben nu toch te slapen.
Denken ze er aan, geen gijntjes uit te
halen, al weten ze de artikelen nog
niet? Er dient nu rust en stilte te heer
sen in het scheepsverblijf. Morgen komt
er weer een dag.
Goffe vloekt stil voor zich heen. En
Jochem denkt: man, waar bemoei je je
mee, wat heb ik met jou aan mijn muts?
Hij weet nog niet de nieuwe verhou
ding. Zal hij wel leren, hetzij aan de
lijve, hetzij door het zien op anderen.
„Waar kom je vandaan?" hoort hij
opeens vragen door een jongeman, die
naast hem ligt.
Jochem begrijpt meer dan hij ver
staat en antwoordt enkele woorden in
het Duits.
(Wordt vervolgd)