Buitenland Marktberichten Het processieverbod in Nederland 30e Jaargang PEINS HENDRIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHARNIS Bedactio en Advertenties uitsluitend Telefoon K 1870—2629 Na 6 uur 's avonds Telefoon K 1870—2017 Giro 167930 Chr. STREEKBLAD OP G;EREF0RMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDE]« ABONNEMENTSPRIJS 1.90 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Verschijnt tweemaal per week: dinsdag- en vrijdagavond Bij contract speciaal tariel MEDITATIE Wandelen op de rechte weg IHIIBIIIIIIIIIIII Geen spuit meer nodig Openlijke geweldpleging -&- Vrijdag 24 mei 1957 No. 2600 Dezer dagen werd in de Tweede Kamer behandeld een wetsontwerp tot goedkeu ring van 'n vriendschapsverdrag tussen' Nederland en Amerika. Alle partijen, behalve de communisten natuurlijk, waren daarvoor. Het merkwaardige feit (leed zich daarbij voor, dat deze gelegen heid door de K.V.P. werd aangegrepen om de kwestie van de processievrijheid aan de orde te stellen. Dit kon uiteraard niet in directe zin, omdat daarvoor grondwetwtjziging nodig is, maar wel meende de R.K. afgevaardigde mr. Blaisse erop te moeten wijzen, dat de Rooms-Katholieken nog altijd een inte grale processievrijheid verlangen. Men k£in de vraag stellen, wat dit Vriendschapsverdrag met de V.S. te ma ken heeft met de processievrijheid. Het antwoord hierop luidt, dat in artikel H, lid 3 van dit verdrag de bepaling voor- Itomt, dat het aan onderdanen van de éne partij binnen het grondgebied van de andere partij geoorloofd is, zowel be sloten als openbare godsdienstoefenin gen te houden. De R.K. fractie meende op grond hiervan, dat de regering ten opzichte van hier te lande wonende Amerikanen een ander standpunt in neemt dan tegenover eigen burgers en dat derhalve aan de Amerikanen is toe gestaan, wat aan roomse Nederlanders verboden is. Zij sprak daarbij de wens uit, dat de regering nog eens zover zou gaan om ook nationaal de processies overal toe te laten. Hiermee werd een punt ter sprake gebracht, dat de K.V.P. thans beter had kunnen laten rusten. Maar de kwestie der processies zit haar blijkbaar nogal hoog en ze beschouwt dit debat als een welkome gelegenheid wat propaganda te maken. Mr. Blaisse had zelfs de moed het volgende te zeggen: „Voelt de rege ring nu hierin geen prikkel om voort te gaan op de door haar thans ingeslagen weg en zo spoedig mogelijk een initiatief te nemen tot een werkelijke vi^jheid van godsdienst in ons land, die wij in het midden van de 20ste eeuw, nog steeds niet kennen?" Men moet maar durven! De Roomsen eisen voor zichzelf volledige godsdienst vrijheid, maar in de landen waar ze zelf de macht in handen hebben men denke aan Spanje en Columia is er zelfs van godsdienstoefeningen in be sloten gebouwen door Protestanten vrij wel geen sprake en heerst er een ter reur „in het midden van de 20Bte eeuw", die in vele opzichten lijkt op die uit de 16de! Het is mede daarom, dat het Amerikaanse State-Department boven genoemde clausule heeft ingelast in de verdragen, die het al met 15 landen ge sloten heeft, opdat met name haar pro testantse burgers in roomse landen een behoorlijke godsdienstvrijheid zouden hebben. Nu deze kwestie van roomse zijde aan de orde is gesteld, willen we eens in het kort nagaan, wat het processieverbod eigenlijk betekent. Zoals men weet, hou den de roomsen nu en dan'bij feestelijke gelegenheden en die hebben zij er vele een z.g. processie. Dit woord is uit het Latijn afkomstig en betekent op tocht. Een processie is een plechtige omgang, rondgang of optocht van de geestelijkheid en de leken door de kerk, in een besloten ruimte, maar ook over de straat met beelden, bloemen en mu ziek en waarbij het voornaamste ele ment is, dat de priester, lopende onder een gedragen baldakijn de geconsecreer de hostie (waarover straks) meedraagt. Biddend en zingend trekt men rond als uiting van dankbaarheid, vreugde of boetedoening. Bij ons in Brabant en Limburg en vooral in de roomse landen worden deze processies ook wel ver mengd met folkloristische elementen en dan worden ze voor ons protestants ge voel meer werelds dan religieus van ka rakter, ofschoon voor de R.K. het Heilig Sacrament van de Eucharistie natuur lek de hoofdzaak blflft. Meestal gaan de mannen voorop, dan volgt de clerus (geestelijkheid), terwijl de stoet geslo ten wordt door de vrouwen en kinderen. Dat we in onze streken nimmer een processie zien, wordt veroorzaakt door de Nederlandse Grondwet in het groot ste deel van ons land verboden zijn. In het feit, dat ze volgens artikel 184 van het Achtste hoofdstuk, art. 184 daarvan staat sedert 1848 het volgende: „Alle openbare (d.i. voor ieder toegan kelijke. Red.) godsdienstoefening bin nen gebouwen en besloten plaatsen Wordt toegelaten, behoudens de nodige maatregelen ter verzekering van open bare orde en rust. Onder dezelfde bepaling blijft de open bare godsdienstoefening buiten de ge bouwen en besloten plaatsen geoorloofd. Waar zij thans naar de wetten en regle menten is toegestaan". In dit Grondwetsartikel het tweede lid ligt nu het processieverbod vast gelegd. Volgens de jurisprudentie van de Hoge Raad betekent het woord „thans" het jaar 1848. Dit houdt dus in, dat er alleen in die plaatsen processies mogen Worden gehouden, waar ze in dat jaar reeds gebruikelijk waren. Dit is in hoofdzaak Nederland .beneden de Moer dijk" en ook in het Gooise dorp Laren. Overal elders zijn ze dus verboden. Het ligt voor de hand dat van rooms- katholieke zijde herhaaldelijk is ge poogd, deze verbodsbepaling uit de grondwet te elimineren. In de Grondwet van 1815 kwam zij niet voor, gezien de Vereniging met het roomse België Bij de zeer belangrijke wijziging van 1848 Werd aanvankelijk door de staatscom- niissie-Thorbecke bestendiging van de Vrijheid voorgesteld en deze alleen be perkt i.v.m. de publieke orde en rust. Hiertegen kwam een storm van protest „Welgelukzalig zijn zij, die Mijne wegen bewaren." (Spr. 8 32) Het leven des mensen wordt in Gods Woord menigmaal voorgesteld als het bewandelen van een weg. Twee hoofd wegen met verscheidene splitsingen stelt dat Woord ons voor. Wij kunnen van de hoofdweg afwijken en op zijpa den en dwaalwegen komen. Maar als wij op de rechte hoofdweg wandelen, wacht ons er de grote rijkdom, die in God is. Ik denk inzonderheid aan de twee wegen, die ons worden beschreven in Ps. 50, waar de dichter de grote schei ding trekt. Aan de ene zijde ziet hij hoe er mensen wandelen op een weg, welks einde het verderf is en aan de andere zijde ziet hij wandelen op een weg, die met de zegen en gunst Godsbekroond zal worden. De Heere toont ons sterk het onder scheid, en zegt: „Gij goddeloze, wat hebt gij Mijn inzettingen te vertellen;, en neemt Mijn verbond in Uwen mond? Ik zal U straffen, en zal het U ordente lijk voor ogen stellen." Maar dan de grote tegenstelling dat de Heere roept: „Wie zijn weg wel aanstelt, die zal Ik Gods heil doen zien." Wat een voorrecht en rijkdom om hier bij aanvang te mogen wandelen in de wegen des Heeren. Dan hebben wij een toekomst voor ons. Dan zullen wij reeds hier iets verkrijgen van hetgeen God aan Zijn kerk belooft, om straks de kroon en volle zaligheid in eeuwigheid van Hem te ontvangen. Dat onderscheid zien wij dikwijls in ons leven, dat spreekt in onze jonkheid, dat spreekt als wij op verdere leeftijd gekomen zijn, dat spreekt in ons belij denis doen, en dat spreekt in ons hu welijk. In Spreuken 8 32 lezen we: „Welge lukzalig zijn zij, die Mijne wegen bewa ren." Daarin vinden we, dat het be wandelen van Gods weg gezocht, gevon den en bewaard wordt. In dit hoofdstuk, dat profetisch is, valt Koning Salomo weg, maar de meer dere Salomo komt aan het woord, en zegt: „Ik doe wandelen op de weg der gerechtigheid, in het midden van de pa den des rechts." Dan gaat Christus terug om Zijn on verantwoordelijkheid te tonen, en roept uit: „Ik ben van eeuwigheid af gezalfd geweest; van de aanvang, van de oud heden der aarde aan. Ik was geboren, als de afgronden nog niet waren, als nog geen fonteinen wa ren zwaar van water. Aleer de bergen ingevest waren, vóór de heuvelen was Ik geboren." O, de eeuwigheid aangetoond van die grote Koning, Die op Zijn kleed en dijen geschreven heeft: „HEERE der Heeren en KONING der koningen. Niet Salomo, maar de eeuwige Middelaar spreekt hier. Er wordt gesproken van wijsheid: „Ik wijsheid woon bij de kloekzinnigheid." Die wijsheid hebben wij nodig om de weg des Heeren te kunnen bewandelen. Een weg is een verbinding tussen twee plaatsen. In het Oosten vooral in Palestina, waren de wegen zeer onder scheiden. Er liepen paden door de vel den waar geen gevaar te duchten was, andere wegen leiden door de onherberg zame woestijn, waar des nachts het roofgedierte loert, weer andere paden kronkelen zich tussen de steile rotsen, waar men haast kruipen moet en aller lei gevaren de mensen'omringen. Zo is het ook in ons leven, soms mogen wij zingende onze weg bewandelen, maar dan weer zijn het wegen, die wij als 't ware op onze knieën moeten afleggen, ja, dat wij geen doorgang zien kunnen. Het grootste is echter, dat wij de wegen waarop wij geleid worden, zien mogen als de wegen des Heeren, ook in moei lijkheden en tegenslag. Want dan roept de Heere ons toe: „Zijn Mijne wegen niet recht, maar zijn niet Uw wegen on recht?" Het mocht ons hoogste doel zijn ver enigd te worden met Gods weg, zowel in het geestelijke als in het natuurlijke leven. In Gods Woord worden ons twee hoofdwegen met verscheidene splitsin gen getekend. Op de ene weg treft men niet anders aan dan wereldzin, zonde en wellust, op de andere wordt Gods gunst en vrede gesmaakt. De zonde heeft doornen op onze weg gebracht, zij steken en verwonden ons. Maar de Heere zal aan Zijn volk ver- vuUenl: „Ik doe wandelen op de weg der gerechtigheid, in het midden van de pa den des rechts." Die Leidsman kent alle gevaren en al de vijanden die het er op toeleggen de weg tot Hem toe te muren. Hij leidt ons veilig en zeker. Die Leidsman wen sen wij ieder toe. Wij hopen, dat ge die weg moogt volgen, dan zult ge tot de zonde zeggen: heden uit, wat heb ik meer met de afgoden te doen. God ver waardige ons om niet eigen wegen maar des Heeren wegen te bewandelen. Dan zullen wij ervaren blijdschap, sterkte en vertroosting en genade om uit te roe pen: De zaligheid is in geen ander. Christus is de weg, de waarheid en het leven. Hem te leren kennen mocht U uit genade geschonken worden. Die God in waarheid zoekt, zal Hem ook in waarheid vinden. En dan zal vervuld worden: Hier wordt de rust geschonken; Hier 't vette van Uw huis [gesmaakt; Een volle heek van wellust maakt Hier elk in liefde dronken. Er staat: „Welgelukzalig zijn zij, die Mijne wegen bewaren." Er is niets, dat zoveel zorg vereist als het bewaren van dat grote goed. Al onze aandacht moch ten we aan het kostelijk Goed beste den. Het is beter dan goud, ja, dan het fijnste goud en zoeter dan honing en honingzeem. Dat Goed overtreft alle dingen van het stof. Dat we mochten getuigen: 'k Zal U al mijn liefde waardig [schatten, Wijl Gij mijfi rechterhand woudt [vatten. Gy zult mij leiden naar Uw raad, O God, mijn heil, mijn toeverlaat. Het mocht ons hoogste levensdoel zijn Hem te volgen, waar Hij ook henengaat, hetzij bezaaid of onbezaaid land. Als wij dat Goed zullen zoeken, zullen wij het ook vinden en bewaren. Wat een voor recht dat te betrachten. Mogen wij dat Goed bezitten, dan moge het donker worden en de tegenslagen zich verme nigvuldigen, toch zal Gods raad in het eind gekroond worden. Dan mag Gods volk de harpen wel eens van de wilgen nemen. Al gaat hun pad ook wel eens door de zee, hun zullen als op Mozes beê, geen golven overstromen. Wat geeft het vinden van de weg des Heeren rijke vruchten te kennen. De oprechte van wandel brengt vruchten voort in de vreze des Heeren. Er staat: „Welgelukzalig zijn zij, die Mijne wegen bewaren," Niet alleen per soonlijk maar met al Gods volk. Het is niet alleen zalig worden, maar het is ook een zalig zijn. Niet alleen in de toe komst, maar ook in de dadelijkheid. Het bewaren van Gods weg gaat ge paard met gebed. O dat gelovig op God verlaten, temidden van strijd en druk. Dat geloof is zo sterk, dat de draag kracht daarvan niet is uit te drukken; het heeft een veerkracht zo sterk dat de Kerk uitroept: Het werk Uwer handen zult Gij Volvoeren vrij, O Heer genadig. Dan mag een arm volk zingen van de weldaden des Heeren, een bestreden volk van de verlossingen Jacobs. De on veranderlijkheid van de getrouwe Ver- bonds-God zal steeds blijken. Daarom wensen wij allen toe Gods weg te zoeken, te vinden en te bewan delen. Dat kan ons door genade ver leend worden. Och, of wij al onze wegen mochten prijsgeven, de dwaalwegen verlaten, om Gods wegen te kiezen en te bewandelen, want die alleen zullen uitlopen tot eer en tot heerlijkheid van die grote Koning. „Welgelukzalig zijn zij, die Mijne wegen bewaren." Niet alleen worden, maar zij zijn zalig. Zij zijn gelukkig, worden gelukkig en blijven gelukkig. Al wie er buiten staat is ongelukkig en als God het niet verhoed blijft ongelukkig. Al hadden wij al het goed dezer we reld, alleen het hemels Goed zal stand houden. Daarom mochten wij wel in dubbele zin uitroepen: „Welgelukzalig zijn zij, die Uwe wegen bewaren." Zij hebben alles voor tijd en eeuwigheid. Dat de Heere ons geve de begeerte om in Zijn weg te wandelen. Daar is blijdschap, weldadigheid en gunst te er varen, veel meer dan de wereld ooit geven kan. In Zijn gemeenschap ligt uitkomst, sterkte en vertroosting. God geve ons dat te ervaren. Zo wij wandelen op die weg, dan heb ben wij lief wat God liefheeft en ha ten, wat God haat. Dan gaan wij uit met een honger en een dorst om die weldaden te ontvangen. Dan ligt het geluk niet in U, maar in Hem, die zegt: „Ik doe wandelen in de weg der ge- gerechtigheid, in het midden van de paden des rechts." En de ganse Kerk zal eenmaal getuigen: „Gij zijt het waardig te ontvangen alle lof, eer, en alle dankzegging tot in alle eeuwigheid. Wijlen ds. F. J. Dieleman Géén twijfel iijagelijk... ONBEPERKTE GABANTIE OP Dt VEIINC HAZETFABRIEKEN TE ZEVENBERGEN en tenslotte kwam het artikel erin zoals het nu na meer dan honderd jaar nog steeds luidt. Merkwaardig is, dat het hele hoofdstuk over de godsdienst toen met overgrote meerderheid, ook door de Roomse Kamerleden, is aanvaard en dat onder de voorstemmers namen voor kwamen als Romme en Rijckevorsel! Ook in 1883 en in 1922 zijn voorstel len tot wijziging gedaan. In 1922 kwam er van Protestantse zijde veel protest. Men vreesde moeilijkheden van twee kanten: roomsen zouden andersdenken den die bij een ontmoeting met een pro cessie niet de nodige eerbied betuigen, wel eens kunnen molesteren, terwijl pro testanten, die tegen hun wil op straat getuige moesten zijn van een roomse godsdienstoefening en daaraan uiter aard aanstoot zouden nemen, wel eens tot radicaal optreden konden overgaan. Men kan wel allerlei hoogdravende be schouwingen houden over burgerlijke verdraagzaamheid, zoals van vrijzinnige zijde veel geschiedt, maar daaraan is tenslotte een grens en men moet ze niet op een al te zware proef stellen. Intus sen is toen het regeringsvoorstel terug genomen en bleef de oude toestand ge handhaafd. De Grondwetscommissie Van Schaick probeerde het in 1954 weer. De meerderheid was ervóór op grond van het recht op volledige vrijheid van godsdienstoefening. Maar een minder heid voelde er weinig voor. Zoals de één aanspraak maakt op gebruik van de straat voor zijn godsdienst', zo wenst de ander dat gebruik niet gehinderd te worden en zeker niet als hij daar ge confronteerd wordt met een godsdien stige demonstratie, die hem in zijn diep ste gevoelens treft. Men heeft toen nog de idee geopperd processies toe te staan in plaatsen met tenminste tweederde rooms-katholieken, maar tenslotte zijn ook deze voorstellen weer van de baan gegaan. En zo handhaaft de Grondwet nog steeds de status quo van 1848. Men zal uit één en ander wel begre pen hebben, dat wij besliste tegenstan ders zijn van processievrijheid en wij achten het gelukkig, dat deze alleen tot stand kan komen via een Grondwets wijziging, die tweederde van het aantal stemmen in de Tweede en Eerste Kamer behoeft. Nu is het zó dat de R.K. en de V.V.D. (de laatste uit specifiek vrijzin nig oogpunt) ervóór zijn en dat het dus afhangt van de P.v.d.A. in de toekomst Onder de A.R. zijn er velen, die er niet principieel tegen zijn, maar we kunnen deze partij wel de verzekering geven, dat ze bij een eventueel vóórstemmen daarvan bij een verkiezing zeer kwaUjk gevolgen zou ondervinden. Van de C.H.U en de S.G.P. weten we, dat ze tegen zijn. Welke bezwaren moeten er nu onzer zijds tegen een volledige processievrij heid worden aangevoerd? Het hoofdbezwaar is, dat het middel punt van de processie gevormd wordt door de heilige hostie. Dit is een duime ronde schijf van gebakken tarwemeel, die in de R.K. eredienst bij de mis ge bruikt wordt zoals bij ons het brood bij het H. Avondmaal. In de Roomse kerk is niet de prediking des Woords, maar het „sacrament des altaars" het voor naamste. Daarom beheerst niet de preekstoel, maar het altaar er de kerk ruimte. De R.K. kerk heeft bij dit sacra ment ook brood en wijn, maar de ge meente ontvangt alleen het brood. Men is n.l. bang, dat er iets van de wijn verloren zal gaan. Dit zou heel erg zijn, omdat de Roomse kerk aanneemt, dat bij het uitspreken door de priester van de instellingswoorden ,,dit is mijn lichaam" er een wonder gebeurt, n.l. dat op dit moment brood en wijn inderdaad veranderen in het lichaam en bloed van Christus. Dit noemt men de transsub- tantiatie (wezensverandering). Dan is dus Christus zelf op het altaar, in de kerk en bij een processie ook op straat aanwezig. Bg elke heilige mis wordt Christus derhalve opnieuw geofferd. Ieder knielt dan neer. En dit alles moe ten de Protestanten dulden op de open bare weg, terwijl ze toch in dit alles een gruwelijke dwaling zien of om met antwoord 80 van de Heid. Catechismus te spreken: een vervloekte afgoderij. Ken processie kan dus beschouwd Frankrijk Dinsdagavond heeft de Franse Assem blee het kabinet-MoUet met 250 tegen 21 stemmen ten val gebracht. De pre mier had 's zaterdags tevoren de ver trouwenskwestie gesteld, gekoppeld aan een gewijzigd belastingvoorstel. De toestand van de Franse schatkist is zorgwekkend, om niet te zeggen wan hopig. Naar berichten van de beurs en van grote Parijse banken te oordelen, is sinds de bevrijding een staatsbank- roet nimmer zo dichtbij geweest. Over de middelen tot verbetering nu verschilt MoUet van inzicht met de minister van Financiën, Ramadier, Pogingen om die twee met elkaar te verzoenen, hebben gefaald. Er bleef voor Mollet geen an dere weg open, dan de vertrouwens kwestie te stellen. Een laatste beroep van de regeringsleider, alsook van oud- premier Pinay, om zich achter de rege ring te stellen, mocht niet meer baten. Het was het 33ste vertrouwensvotum dat Mollet stelde tijdens zijn voor Frankrijk lange ambtsperiode van 16 maanden en ditmaal werd het nood lottig voor zijn regering. worden als een soort Roomse kerkdienst op straat, waarmee men tegen zijn wil in aanraking komt. Behalve dat zij een uitdaging aan het Protestantisme is en zeker in een protestants land vormt ze ook een manifestatie van het Rooms-Katholicisme. Zij is geen gewone straatevangelisatie en staat ook niet op één lijn met een politieke optocht. Hier wordt de straat tot Roomse kerk en legt het Roomse geloof zich absolutis tisch op aan alle burgers. Dit nu kan niet getolereerd worden. Wanneer Rome in naam der vrijheid processies opeist, is dit in wezen aantasting van de vrij heid der andersdenkenden En daarom heeft de Overheid ervoor te waken, dat deze straatvrijheid niet teloor gaat af gezien zelfs nog van de principiële kwes tie, of zij niet geroepen is de romanise rende tendenzen op het publieke erf te gen te gaan. Het gaat hier niet om een neutrale kwestie. Dit is wezenlijk een zaak van principiële betekenis. De pro cessie is de voorloopster van wat Neder land te wachten staat, als het R.K. ab solutisme heel het publieke leven voor zich opeist. Mede daarom moet op de roep om processievrijheid geantwoord worden met een kategorisch: neen! Bezoek van H.M. de Koningin en Z.K.H. Prins Bernhard aan Zweden van 21 t.m. 23 mei. Foto: Aankomst van het Koninklijk Paar in Karlskrona. Misschieni 20,u de situatie nog te red den zijn geweest, als er in de Assem blee eenstemmigheid had bestaan over de Algerijnse politiek, maar degenen die zich achter de belastingvoorstellen hadden geschaard, zijn tegenstanders van de Algerijnse politiek en de voor standers van deze politiek kanten zich tegen de belastingvoorstellen. Een ver zoening tussen de partijen was dus bij voorbaat uitgesloten. Voor de internationale positie van Frankrijk én voor Algerije in het bij zonder kunnen de gevolgen van deze crisis zeer ernstig zijn. Immers, over enkele dagen lopen de volmachten, die Mollet voor zijn Algerijnse bewind had gekregen, af en een eventuele nieuwe premier zal die volmachten opnieuw moeten aanvragen. Dat betekent, dat hij bij het aanvaarden van zijn taak on middellijk voor een debet over Alge rije wordt geplaatst. De oplossing van de crisis wordt hierdoor niet gemakke lijker. Premier Mollet heeft terstond na het bekend worden van de uitslag, het ont slag van zijn regering aangeboden aan president Coty, doch op dit ogenblik heeft de president het ontslag nog niet aanvaard, omdat hij eerst overleg met de fractieleiders wil plegen. Hij is tot deze weigering gerechtigd, aangezien Mollet niet de constitutionele meerderheid (van 298 stemmen) tegen zich had. Veiligheidsraad De Veiligheidsraad van de Verenigde Naties is maandag op ^verzoek van Frankrijk bijeengekomen om de kwestie van het Suezkanaal te bespreken. Dat het initiatief van Frankrijk is uitge gaan, lijkt vreemder dan het is. Ame rika, Engeland, Nederland en andere landen maken weer gebruik van het ka naal; Frankrijk blijft dat weigeren. Pre mier Mollet heeft zelf vorige week het ontslag van zijn regering aangeboden uit protest tegen de gang van zaken, maar dit werd hem door president Coty geweigerd. De houding van Frankrijk is niets anders dan het willen verber gen van z'n innerlijke zwakte, de aan dacht afleiden van de ellendige binnen landse toestand en voor het oog van de wereld een onbuigzame buitenland se politiek voeren. Dat Frankrijk door deze houding waardering geniet bij Is raël, behoeft nauwelijks te worden ge zegd. Israël liet zelfs zijn besluit varen om een „proefschip" door het kanaal te zenden, zoals de Israëlische regering aanvankelijk van plan was. Als Egypte dat schip zou tegenhouden, zou Israël dit als een vijandige daad hebben be schouwd. Het heeft er de schijn van, dat Israël de gewapende actie van no vember vorig jaar nog wel eens over zou willen doen, vooral als het Frank rijk achter zich heeft. Maar nu heeft dan de Veiligheids raad het Suezprobleem weer besproken. De Franse minister Pineau drong aan op onderhandelingen tussen de kanaal gebruikers en Egypte, met inachtneming van de zes beginselen van de Veilig heidsraad. Het voornaamste van deze beginselen is, dat het kanaal wordt vrij gehouden van elke binnenlandse poli tiek. De Engelse afgevaardigde was het in grote lijnen met Pineau eens. Australië liet een soortgelijk geluid horen. Deze la"nden moeten niets Ijebben van de Egyptische machtspositie ten aanzien van het Suezkanaal, temeer daar Nas ser zich weinig of niets aantrekt van de besluiten der Verenigde Naties en geen enkele degelijke garantie voor de vrije doorvaart wil geven. Amerika daarentegen verwacht wel niet veel heil van het Egyptische be heer, maar wil toch Egypte een kans geven om zijn goede wil te tonen. De Veiligheidsraad is dinsdag weer uiteengegaan zonder definitieve beslis singen te hebben genomen. Zij laat het aan Egypte over, maatregelen te over wegen die de twijfel aan het Egyptische beleid kunnen wegnemen. ETTENSE VEEMARKT Op de veemarkt van woensdag 22 mei 19517 werden aangevoerd 120 stuks, waarvan 59 rundeten 1 paard en 60 big gen. De runderen werden bij ruime aan voer traag verhandeld, met dalende prij zen. In biggen rulmer aanbod met wil lige handel en de prijzen vrijwel onver anderd. Het slachtvee werd vlug verhan deld. De belangstelling was zeer groot. Prijzen: kalfkoeien 7251000; kalf vaar zen 700950; guste koeien 575700; pinken 450600; graskalveren 250350 paarden 700900; biggen 4050; lopers 60—80; vette koeien 2.70—3.20 per per kg. geslacht Geen lekken, geen druppels. Neem een spuitbusje. (Aerosol) tegen vliegen, muggen enz. Giftvry. Ook speciale vullingen tegen motten, mieren enz. Drog. HisschemöUer, Xelef. 018702441 RECHTZAKEN Wegens openlijke geweldpleging had den zich voor de rechtbank te verant woorden de 64 jarige landbouwer M. v. d. M. te Sommelsdijk, alsmede zijn drie zoons, de 42 jarige chauffeur H. v. d. M., de 40 jarige landarbeider M. v. d. M. en de 28 jarige landarbeider J. v. d. M. Op 6 augustus van het vorig jaar be gaven vader en zoons zich naar een za kenrelatie, een zekere W. te Rockanje. Van der M. had van deze W. een bedrag aan geld te vorderen en hij gaf hem te kennen niet het huis te verlaten alvorens hij het geld had ontvangen. Zijn zoons posteerden zich bij de deuren, opdat geen lid van de fam. W. naar buiten kon komen. W. trachtte de politie te bellen, maar de telefoon werd hem uit de handen geslagen. Zijn zoon zag kans naar buiten te snappen, stapte in de auto van de familie om langs deze weg de politie te bereiken. De zoons van der M. zouden hem echter hebben gemoles teerd en er zou een algehele vecht partij zijn ontstaan. De vrouw van W. zou zodanig zijn geslagen, evenals de zoon. De fam. v. d. M. ontkende en bloc iedere schuld. De officier van justitie achtte de geweldpleging op grond van de getuigenverklaring echter bewezen en eiste tegen ieder een maand onvoor waardelijke gevangenisstraf. De uitspraak is bepaald op 4 juni. (N.R.Crt.) ABONNEERT TJ OP EaXANDEN-NIEUWS

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1957 | | pagina 1