IC Bevestiging en intrede van Cand. A. Gooyer in de Ned. Herv. Kerk te Sommelsdijk Plaatselijk Nieuws vetfaatdaa van. /itUafta Je Maintiendrai Overweldigende intrede kon scnare belangstelling bij de het KerkgeDouw de niet bevatten hei evangelie niei naar de n)ens maar vóór de mens. 30e Jaargang Chr. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEF Verschijnt tweemaal per week: dinsdag- en vrijdagavond af^ii^aLft Koninklijke onderscheiding GOUDEN JUBILEUM VAN dhr. J. DE KORTE DE INTREDE Christocentrische prediking Dinsdag 30 april 1957 No. 2593 PRINS HENDRIKSTEAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHARNIS Redactie en Advertenties lütsluitend Telefoon K 1870—2629 Na 6 uur 's avonds Telefoon K 1870—2017 Giro 167930 ABONNEMENTSPRIJS 1.90 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bij contract speciaal tariet Op 30 april 1957 viert onze Koningin haar 48ste verjaardag. De vlaggen gaan uit, we tooien ons met Oranje, we zijn blij. De verjaardag van de Koningin is van onze jeugd af een dag, die in ons volksbestaan een aparte glans heeft, als in ons eigen bestaan de verjaardag van vader en moeder, man en kind. 't Is een dag van vlaggien en zon, van feest en warme Oranjekleuren. Het is goed om de verjaardag van onze Landsvrou- we te vieren, ook al zijn de omstandig heden in de wereld veelzins somber. Ook daarvan is de Koningin zich ten volle bewust. In een toespraak tot de Veilig heidsraad heeft Zij haar bezorgdheid over de toekomst duidelijk kenbaar ge maakt. Hare Majesteit zei toen, dat te genwoordig de vrees voor een nieuwe oorlog in de harten en geesten der mensheid overschaduwt. Waarom is 't mensdom in de greep van zulk een grote angst I3 het dat het natuurlijk levens beginsel, dat de mens de meester is van zijn instrumenten, zijn werktuigen, zijn wapens, nu gevaar loopt omgekeerd te worden: dat het instrument de meester wordt van de mens, de dreigende robot, het monster, dat wij zelf hebben ge maakt. In de loep van deze jaren, waarin wij leven, gaan v.'e of naar onze ondergang, of -vij komen tot vrede. En toch, al rammelt de revoluitiegeest in Europa en daarbuiten ieder gevestigd stoffelijk on geestelijk bolwerk met gro te kracht, is het ons des te meer een oorzaak van grote vreugde dat wij als vrij volk de verjaardag van onze Ko ningin mogen vieren, omdat we daarin z^gen willen, dat wij onszelf willen zijn en ons zelf willen blijven. Dat we trouw willen blijven aan het devies van het Oranjehuis: „Je Maintiendrai". Wat zijn we in dit opzicht bevoor recht vergeleken bij de bezettingsjaren. Verdoft was toen al dat blijde in ons nationale volksbestaan en wat hebben we toen gehunkerd naar de terugkeer van ons Koninginnefeest, een echte na tionale dag in het Nederlandse volksle ven. Bij alle vreugde weten we dat het handhaven van onze rechten en vrijhe den zwaar zal worden, dat de machten der duisternis toch weer zullen aanruk ken. Maar niettemin zeggen we: „Je Maintiendrai". Er zijn Nederlanders, die hyper-nuch ter menen: waarover zouden we ons druk maken op 30 april. De Koningin is toch een vrouw als alle andere, dat ze in een paleis werd geboren, is louter toevallig, zegt dat nu veel En wat doet ze. Wetten tekenen, die de ministers Waar maken en haar voorleggen, het koningschap is in ons grondgewettig land toch zeker niet meer dan een or nament. Duur en overbodig. Dit zeggen we niet zeker niet. De Koningin is ons oneindig meer dan een ornament en als we ooit dit echt ge voeld hebben, was dat in de oorlogs jaren, toen we om. de verstopte radio gretig luisterden naar de bekende stem van Hare Majesteit. En dat niet alleen, omdat Zij voor ons vertegenwoordigt een geweldig stuk historie, van Willem de Zwijger af tot nu toe, niet alleen omdat Zij onze wet ten signeert óók om dit alles maar toch veel meer om wat ze is en wil zijn; Symbool van onze vrijheid, symbool van onze eenheid en werkelijk en reëel onze landsmoeder. Zij geeft aan ons volksbestaan dat on- deJineerbare dat wij sfeer noemen. Noem het Koningsfeer, Oranjesfeer of anders, er is een zeker iets, dat wij aanvoelen als we aan de Koningin denken, als wij Haar zien en dat we als een grote leeg te zouden ervaren, wanneer het er niet was. Zij brengt dit in ons volksbestaan alleen al omdat Zij er is. Het is als in onze eigen gezinnen. Er zfe moeders, die, omdat ze zonder hulp haar huishouden voeren de hand hebben in elke boterham, die er gesneden wordt, ia elke kamer, die een beurt krijgt, in de kleinste verandering die er plaats lieeft. Die moeders proef en zie je de hele dag, overal en aldoor. Ze zijn er, ze doen Éilles, ze brengen haar sfeer, in elk hoekje van het huis. Als deze laatsten voelen we onze Ko ningin. Zij heeft haar ministers, haar Volksvertegenwoordiging, die het lands- r^geenverk voor Haar doen waaraan Zij zeer zeker veel meer deel heeft dan ^ij oppervlakkig denken en toch waagt Zij dat werk en kleurt het, alleen al omdat Zij er is. Zij leeft in ons volk, Zij vertegenwoordigd het. Zij is er zo mee vervlochten en verweven, o dat we ^f haar niet uit kunnen weg denkeii. Zonder de grootste leegte te voelen. Om dieper in de Nederlandse volks- ziel door te dringen, behoeft men zich slechts te binnen te brengen de naam Van Nederland, waarvan eeuw tot eeuw fle generaties een harde en dikwijls gi gantische strijd hebben moeten voeren tegen het water, dat zich zo doet gel den en soms een bedreiging vormt. Zo IS het karakter gesmeed van een volk, flat altijd dezelfde moed heeft weten op te brengen om iets te ondernemen en om te volharden of het er al om ging ^eschermen,— en uit te breiden of net grondgebied van het Vaderland te ^'On onafhankelijkheid en zijn gewetens- JTijheid te verdedigen tegen de mach- "gste Staten, ofwel dat zoveel stout moedige zeevaarders en pioniers de Oceanen overstaken, om in zoveel verr« :^.^4i^v^■^■^;SïS 14T«»K^;-. TT^xn»^»'-^W5K^S^^^> .w contreien maatschappelijke orde, winst gevend werk en beschaving te zaaien. Waarom zouden wij, Nederland en Oranje, tezamen geleden hebbende en die met elkander gedurende vier eeuwen voor de vrijheid hebben gestreden, waarvoor zouden wij ons niet van hart tot hart verenigd gevoelen door banden, het diepst gehecht in de vrijheid, door banden, zo dierbaar, dat Vaderland en Vorstenhuis met een historische levens draad aan elkander zijn verbonden. In onze in velerlei opzichten zo grote verdeeldheid, zien wij op naar Haar, omdat wij, naar Haar ziende, ons op de beste wijze van onze eenheid bewust worden. In dit verband wil ik nog citeren het beroemde woord uit de Apologie van Prins Willem de Zwijger, waarin deze wijst op de grote betekenis van een sterke onderlinge Unie en de wapen spreuk der Oranjes: „Je Maintiendrai" en waarin hij zegt: „Ende wij seggen U- lieden noch meer, ja segghen het so luijde, dat wij wel begheerden dat het niet sij aUeene maar oock de gheheele weerelt hoorde: onderhoud Uwe Unie wel. Bewaert Uwe Unie wel. Doch siet neerstigh toe. M^ne Heeren, dat ghij niet alleene met woarden of bij ge schrifte, maer oock met der daet ter exceautie ende in 't wercfe stelt 't ghene dat het bundelken pijlen met eenen Foto M. C. Meyboom bandt 't samen gheknoopt ende gebon den, het vveloke ghij in uwen seghel voert, mede brengt ende beduydt". Het bundelken pijlen", waarop Prins Willem het oog had, waren de zeven provincies der oude Unie. Mogen wij het heden zo verstaan dat er miljoenen pijlen zijn in het Neder landse volk, verenigd door de band der Kroon. Zo vieren we op 30 april het verja- ringsfeest van onze Koningin. Dank baar en blij, maar standvastig in ons voornemen om in de voor ons liggende tijd vrijheid en gerechtigheid te hand haven. En wij zullen de strijd voor onze vrijheid blijven voeren, Nederland en Oranje samen, onder het devies: „Je Maintiendrai". God geve onze Koningin nog vele jaren ons land te mogen regeren. Wij vieren een blijde Koninginnedag met onze Vorstin en de leden van de Ko ninklijke familie en van Noord tot Zuid en van Oost tot West zullen we ons koesteren in de warme Oranjesfeer, die we in ons land niet zouden kunnen en willen missen. Het juicht in ons hart: Leve de Ko ningin! Oranje boven! Ooltgensplaat. 25 april 1957. P. Bom ambt. ter secr. Heden maandag 29 april is het vijftig jaar geleden dat de heer J. de Korte als 12-jarige zijn intrede deed op de afde ling boekbinderij van de Flakkeese Boek- en Handelsdrukkerij. Gedurende dit groot aantal jaren heeft hij twee conjuctuurswisselingen meegemaakt, waar bij het spook der werkloosheid ook op de drukkerij niet onbekend was. In de kringen der vakorganisaties is hij geen onbekende, daar hij reeds vele ja ren penningmeester is van de afd. Mid- delharnis-Sommelsdijk der Ned. Chr. Graf. Bond. Op de drukkerij werd hij gehuldigd en door burgemeester Hordijk een me daille in brons van de orde Oranje Nas sau op de borst gespeld. In ons volgend nummer hopen wij hierop terug te ko men. DIRKSLAND Kerknieuws der Ger. Gem. De extra collecte voor de kerk heeft 712.24 op gebracht. Bedanfct. Ds. H. van Gust heeft be dankt voor het beroep naar Leerdam. A.s. zondagmorgen zal een voorberei dingspredikatie worden gehouden. Geslaagd. Voor het examen der re serve Rijkspolitie zijn geslaagd voor buitengewoon geoefend man de heren C. van Es en J. Bakker, voor geoefend man W. van Lenten. HERKINGEN J.l. week werden vele aangeslotenen bij het telefoonnet door onbekenden op gebeld, zodat men tevergeefs naar het toestel liep. De politie is de daders op het spoor en stelde een onderzoek in. Aan mej. P. v. d. Velde is vergun ning verleend tot het verbouwen van haar woning staande aan de Peuter- dijk. De heer de G. reed per fiets tegen een stilstaande tractor, met wat schade aan tractor en fiets liep dit ongeval goed af, maar het dochtertje van J. W. de G. werd door een knaap zodanig met een steen tegen het hoofd geworpen dat een gapende wonde moest worden ge hecht. Tegen de landbouwer S. is proces verbaal opgemaakt wegens het niet in bezit zijn van een rijbewijs om auto te besturen, en dat zijn wagen niet aan de vereiste voorschriften voldeed. MELISSANT Postduiven op houden! Aan de te velde staande gewassen wordt schade toegebracht door postduiven. Houders dezer dieren worden daarom verzocht de duiven de eerstkomende 14 dagen opgehokt te houden. Tijdrede. Op dinsdag 7 mei a.s. hoopt voor de Kiesvereniging der S.G.P. al hier ds. Koning van Barendrecht in het gebouw der Ger. Gem. een tijdre de te houden. Het aanvangsuur zal vrij dag D.V. per advertentie worden be kend gemaakt. OUDDORP Verhindering. De tijdrede, die ds. M. Tanis van Urk op 8 mei alhier zou hou den kan door omstandigheden niet door gaan. In het najaar hoopt hij voor de Kiesvereniging der S.G.P. op te treden. G. Roozemond en gezin is vertrokken naar Drelschor (Schouwen) waar hij een smederij heeft gekocht. Hij heeft zijn woning de (Brem) verkocht aan zijn zuster mej. J. Roozemond. Voor de Hervormde ge'meente van Sommelsdijk was het zondag 28 april een echte feestdag; na ruim 3 jaar vakant te zijn geweest mocht men weer een eigen herder en leraar ontvangen in de persoon van cand. Anth. Gooyer van Huizen. Hij is de 27ste predikant in de Herv. Kerk te Sommelsdijk sinds de tijd der Hervorm,ing. De kerk, die in 1499 werd gesticht was toen rooms ka tholiek; het hoogaltaar was gewijd aan de H. Maagd Maria. In 1625 is de kerk ajgebrand en herbouwd; in 1774 kerk en toren nogmaals; de huidige kerk werd in 1807 voltooid en door ds. Johs. Montyn „godsdienstig ingewijd." Onder de 26 predikanten sinds 1578, waren slechts twee candidaten, n.l. in 1681 de propo nent Daniël Bongart en in 1692 de proponent Egbertus van den Heul. Met cand. A. Gooyer was het dus 265 jaar geleden, dat een candidaat tot zijn dienstwerk werd ingeleid. Deze plechtigheid werd verricht door ds. E. E. de Looze van Hilversum, onder wiens leiding cand. Gooyer vicaris is geweest. Ds. Gooyer is wel een van de meest besproken en beschreven candidaten, die de Universiteit te Utrecht heejt afgeleverd. In kerk-, nieuws- en dagbladen zaterdag nog in Elsevier zijn vele geillustreerde kolommen aan zijn le vensgang gewijd. Van jongsaf wilde hij dominé worden, maar zijn vader be stemde hem voor de ambachtsschool waarna hij monteur en later kapper werd. Door hard werken en tegelijk studeren wist hij het zover te brengen dat hij te Utrecht college kon lopen om zijn levensdoel te bereiken. Zondag j.l. zag hij daarvan de kroon op het werk, waarbij zijn kroon echter afviel, want het Soli Deo Gloria Gode alleen de eer was de grondtoon èn bij de be vestiging èn bij de intrede. In beide diensten was de kerk stampvol; er waren ook vele familieleden o.m. zijn ouders, grootmoeder, broers en zusters uit Huizen aanwezig en vele vrienden en kennissen t^an de nieuwe predikant. De Huizer klederdracht van de vrouwen, trok wel de aandacht van de vele kerkbezoekers. Aan de handoplegging namen deel de bevestiger ds. de Looze uit Hilversum, de consulent ds. Wolthers uit Oude Tonge en ds. Vos uit Gou- driaan Ottoland vriend van ds. Gooyer afkomstig uit Huizen. Een grote stroom van mensen begaf zich zondagmorgen reeds lang te voren naar het kerkgebouw te Sommelsdijk, om zich van een plaats verzekerd te v/e ten. Er was een regelingscommissie on der leiding van dhr P. v. d. Boogert, die zich uitstekend van haar taak heeft ge kweten, 's Middags liep het echter zó vol, dat meerderen met een staanplaats genoegen moesten nemen. Er waren toen plm. 1000 mensen in de kerk. De dienst ving aan met het uitspre ken van het votum en de zegen door de bevestiger ds de Looze die daarna de Wet des Heeren en Joh. 21 117 las. De gemeente zong bij de aanvang Ps. 108 1 en 2 en na het lezen van de Wet Ps. 130 2. In zijn voorafspraak noemde hij het voor de gemeente een vreugdevolle dag, dat zij hun nieuwe herder en leraar mochten ontvangen. Een grote genade Gods, die tot dankbaarheid stemt, ook voor cand. Gooyer omdat hij naar deze dag heeft uitgezien en er voor gewor steld en gebeden heeft. Het tekstwoord voor de bevestigings- rede liet spr. aansluiten bij deze zondag na Pasen en wel uit Joh. 21 6: .,En Hij zeide tot hen, werpt het net aan de rechterzijde van het schip en gij zult vinden". Het thema van de predikatie was: een vernieuwde roeping tot het Apostelambt, waarbij twee zaken wer den bezien, n.l. de onderwijzing aan gaande hun werk en de belofte aangaan de de zegen des Heeren. Uiteraard moest de bevestiger in de prediking kort zijn en slechts de hoofd zaken aanstippen. De discipelen waren in hun verschei denheid nu weer samen aan de zee van Tiberias; sedert de tijd dat ze daar ge weest waren lag het verlaten van Hem er tussen, de verloochening van Petrus en het ongeloof van Thomas. Het waren echter geroepen Apostelen die Jezus verwachtten. Een nieuwe roe ping was voor hen nodig, om de kudde te leiden. Zij gaan vissen. Spr. liet in het midden of ze het in het ongeloof deden óf niet werkeloos wilden wachten maar ze vingen niets. En nu staat Jezus aan de oever en geeft hun onder wijzing aangaande hun werk, met de be lofte er bij, dat Hy het maken zal. Hij roept hen uit het visserswerk tot blinde gehoorzaamheid, tot trouw aan hun opdracht. Spr.ging dan na, hoe het net des Evangelies dient te worden uitgewor pen; niet om de mensen te vleien, maar op te roepen tot geloof en bekering, te leren dat we midden in de dood liggen, maar ook te nodigen tot Christus en de kudde te leiden in de bedding van het verbond der genade. Hem onvoorwaar delijk voor te stellen en aan te bieden. Niet het net uitwerpen alleen exegetisch met dogmatische kennis en psychologi sche aanpak dat is nodig maar onder inwachting van Zijn zegen, waar bij dan gezegd zal worden met Johannes: „Het is de Heere!" De heren KI. Akershoek Cornz. en M. Rijnbrand werden elk met een me daille onderscheiden voor 45 jaar trou we dienst bij de dorsvereniging. Ie zomerverzilvering vakantiebonnen van de landbouw kunnen maandag 6 mei en donderdag 9 mei ingeleverd wor den, sav. vanaf 6 uur bij M. Rijnbrand. Deze bonnen worden eerst opgezonden en later betaald. OUDE TONGE Beurs van vrijdag. Gerst 2022, ha ver 1820, erwten, schokkers 3555, kleine groene 3040, maanzaad, 100 160, bruine bonen 3548, eigenheimers 14, furore 10U. „Vraag niet naar de gunst van men sen", aldus ds de Looze tot cand. Gooyer „luister wèl naar hun critiek, maar stel uw prediking alléén onder de critiek van Gods Woord". En tot de gemeente: „Verwacht het niet van ds Gooyer, maar verwacht het samen van Hem, die Zijn dienaar gezonden heeft. Als gij voor hem bidt, zal hij wel voor U pre ken en zal de Heere alles wel maken. Na gezongen te hebben Ps. 89 1 ging de bevestiger over tot het lezen van het formulier en het stellen van de vragen, waarop cand. Gooyer met klare en hel dere stem antwoordde: „Ja ik, van gan ser harte". Daarna volgde het plechtige en ont roerende ogenblik waarbij candidaat Gooyer knielde en de hand oplegging plaats had, waaraan 3 predikanten deel namen, die daarbij de volgende teksten uit de H. Schrift uit spraken: Ds. de Looze: „Ziet, Ik ben met Ulie den, tot aan de voleinding der wereld. Ds Wolthers: ,,Hij die U roept is ge trouw. Die het ook doen zal". Ds Vos: „Wacht op den Heere, zijt sterk en Hij zal uw hart versterken, ja wacht op den Heere." Amen. Staande zong de gemeente de gekniel de predikant Ps 119 9 toe. (gewijzigd) De bevestiger wenste ds Gooyer van harte geluk met de wondere gave, maar ook zware opgave van nu dienaar des Woords en der Sacramenten te zijn. Spr. verheugde zich met hem en met zijn vrouw en wenste hem een rijke en ge zegende arbeidstijd toe. Eveneens bracht hij zijn gelukwensen aan kerkeraad en gemeente. Sommelsdijk heeft in geen eeuwen een candidaat gehad zei spr. die er op wees dat de eerste jaren voor de predikant zwaar zullen zijn. Hij vroeg de gemeente hem tijd te gunnen om te kuimen studeren en voorts om hem te dragen in liefde en met gebed. Ook tot de familie richtte spr. geluk wensen en wekte op voor hem te bid den, zowel te Huizen als te Sommels dijk. De slotzang was Ps 72 11. „Zijn Naam moet eeuwig eer ontvangen". Was het des morgens overvol, des middags kon het kerkgebouw de grote schare nauwelijks bevatten. Plechtig en statig was de lange stoet die uit de kerkeraadskamer achter de nieuwe pre dikant ds. Gooyer aan schreed, daar nu ook de meeste predikanten uit de Ring tegenwoordig waren. Ds. Gooyer beklom voor de eerste maal de kansel van zijn eigen gemeen te, sprak het votum en de zegen uit waarna gezongen werd Ps. 75 1 en 2. Dan werd de belijdenis des geloofs en uit de H. Schrift Galaten 1 tot vers 20 gelezen en ging Z.Eerw. voor in gebed. Tot intreetekst werd gekozen Gal. 1 Ha „Maar ifc maak u bekend, dat het Evangelie niet is naar de mens." Ds. Gooyer begon met er op te wijzen, dat de apostel in de Galatenbrief aan het vervloeken is geweest. Hij vervloekt degenen die een ander Evangelie ver kondigen, al waren het de engelen uit de hemel. Met het Evangelie wilde Paulus niet marchanderen, daar moest men met zijn vingers afblijven! Paulus stond eigenlijk onder verden king bij de Galaten. Hij nam het wat makkelijk op: rechtvaardiging zonder de werken b.v. Er waren onder hen predikers (Judaïsten, Christenen uit de Joden voortgekomen) die nog aan de Mozaïsche wetten wilden vasthouden, besnijdenis, onderhouding spijswetten, enz. Men kon wel genade krijgen, ze ker, maar dan via het Jodendom ten hemel. Bovendien trok men Paulus' apostelschap in twijfel, zodat zij in fei te zijn ambt en prediking verwierpen Daarom geraakt Paulus in vuur en vlam, omdat het in diepste intentie Gods Naam en zaak te na komt en roept uit: „ik maak u bekend!" Deze zegs wijze gebruikt hij meest, als hij wat ernstigs zeggen wil en een belangrijke boodschap wil brengen. In de Korinther- brief gebruikt hij dezelfde uitdrukking: Voorts, broeders, ik maak u bekend en laat dan de grondwaarheden volgen, n.l. dat Jezus Christus voor onze zon den is gestorven, begraven en ook op gewekt is. Dat Evangelie van het Kruis van Christus hoop ik ook onder U te prediken, aldus spreker. Ds. E. van As heeft het 23 jaar gedaan het is nodig dat het ons steeds en gedurig in herin nering wordt gebracht. U en ik verge ten het zo gauw zei spreker, omdat het niet klopt met onze voorstellingen! Dat Evangelie werpt al onze deugden om ver, het zegt, dat we midden in de dood liggen, alles verbeurd hebben in dat er niets meer te redden valt. Alleen door genade kunnen we behouden worden. Het evangelie is niet naar de mens: waar worden onze ongerechtigheden meer aan de kaak gesteld dan in dat evange lie! riep spreker uit. Ieder vijgenblad wordt ons afgerukt en in onze machte loosheid willen we ons zelfs niet laten helpen als een drenkeling of bedelaar. Dat is te vernederend! Spr. haalde daar bij de geschiedenis aan van Naaman de Syriër, die ook geen genezing wilde, zoals Eliza hem voorschreef. Wij willen ook niet komen zoals wij zijn, we wil len ons opknappen en plegen daarna verzet tegen de uitnodiging van gena de. Want dat Evangelie verkondigt ons ook dat God Zijn eniggeboren Zoon ge geven heeft, Die in de dood gegaan is tot onze behoudenis. Wie dat te zieni krijgt en ondervindt, zinkt in verwon dering weg. De dwaalleraars verkondigden dat de mens zelf nog wat tot zijn zaligheid kon toebrengen: zij achtten de besnij denis nodig, waardoor het evangelie werd vermenselijkt. In dat verband sprak spr. over het toverwoord van onze tijd, „benadering van de mens," waarbij de scherpe punten, verkiezing en we dergeboorte worden afgeslepen. Het Evangelie moet aannemelijk worden ge maakt, Paulus komt op tegen de opera ties in het evangelie, hij schippert niet en plooit niet maar verkondigt, dat het Evangelie niet is naar de mens. Gode zij dank is het dat ook niet, zei spreker. Als het naar de mens was, zou het ook geen wekroep ten leven inhouden voor dode zondaren. En dat is het nu juist wel: Jezus Christus komt tot ons om vóór ons te zijn. Wij kunnen niet tot Hem komen door omvorming van het Evangelie, maar Hij moet ons omvor men, vernieuwen. Paulus zelf had het ondervonden: sinds de grote omkeer in zijn leven is hij een onderworpene, een gewillige dienstknecht van Christus ge worden. Zijn eigen maatstaven tellen niet meer mee, zijn eigen gerechtigheid moest er aan. De apostel was er achter gekomen, dat het Evangelie niet is naar de m,ens maar vóór de mens. Een vreug devolle boodschap voor behoeftigen en beladenen. Geen draad verdienstelijk heid komt daarbij te pas, al onze pres taties worden afgebroken. Maar het Evangelie laat ons niet onafgebroken voortbestaan. Ds. Gooyer stelde zijn gemeente de vraag of het bij hen al eens nood was geworden. Als we werkelijk zondaar voor God worden, moeten we terug naar de grens van het Paradijs: Verlo ren gaan om behouden te worden. Met deze proclamatie zegde spr. zijn werk te Sommelsdijk te zullen aanvan gen. Het mag een hachelijke onderne ming lijken, omdat het gevaar bestaat dat we het evangelie pasklaar zullen maken voor de mens. Bidt voor mij riep spreker uit, dat ik dat niet doe, maar er met mijn vingers afblijve! Het Evan gelie moet niet passend gemaakt voor de mens, maar de mens voor het Evan gelie! Dit Evangelie onder U te brengen is echter ook een heerlijke taak omdat we dan kunnen uitbazuinen: alzo lief heeft God de wereld gehad. Als daar een vonk van overspringt, worden we klein aldus - eindigde spreker, daarin blinkt alleen de wijsheid Gods uit en komt al leen Hem de ere toe, wanneer weer spannige zondaren worden geroepen uit de duisternis tot Zijn wonderbaar licht. (Vervolg pag. 4)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1957 | | pagina 1