DierenbesÉerniing vraagt attentie FOLKLORE EN TAAL Uitslag tentoonstelling op 30 nov. en 1 dec. 1956 te Nieuwe Tonge Iver vroege vorst en veevoeder-kernen Verslag gecombineerde Jeugdvergadering Geref. J.V. en M.V. te Stad a. 't Haringvliet De a.s. feestdagen Thoolse kanttekeningen Bladz. 2 „EILANlDEN-NIEUWS" vrijdag 7 december igjg Het jaar 1956 heeft, wat het klimaat betreft, reeds rare sprongen gemaalit. Eerst een strenge winter, waardoor veel wintertarwe bevroor, gevolgd door een natte zomer met vele moeilijkheden, en daarna reeds in november een vorstpe riode, terwijl nog veel bieten in de grond stonden of gerooid op de velde lagen. De vorst kwam bij de meeste boeren zeer ongelegen, vooral door de hevigheid en de lange duur daarvan. Aanvankelijk kon men nog bieten rooien, doch dat ging op het laatst niet meer. Deze vorst heeft de achterstand in de bietenoogst daardoor nog vergroot. Hot suikergehalte zal er wel niet op voor uitgegaan zijn en er werden zo hier en daar aan de losplaatsen geen bieten ont vangen, omdat er teveel bevroren waren. Bij de fabrieken lagen te grote hoeveel heden bevroren bieten, die men eerst weg wilde werken, voordat ze bedekt zouden worden door nieuwe aanvoer. In dat laatste geval zou de kwaliteit van de bij de fabrieken liggende bieten nog verder zijn achteruitgegaan. Veel hopen met aardappelen moesten haastig vorstvrij worden afgedekt. Soms was het reeds te laat. Er kwamen be vroren knollen in voor. Wilde men deze partijen nog bewaren, dan moesten, na de vorst de bevroren knollen eerst zorgvul dig verwijderd worden, eer het winter- dek opnieuw kon woi'den aangelegd. Ook van de uien, die aan putten lagen, zijn er Ijevroren. De boeren, die deze pro- dukten in koelcellen kunnen bewaren, hebben het bij het invallen van de vorst heel wat gemakkelijker gehad. Ook het ploegwerk, dat toch al slecht opschoot, lag enkele dagen stil; alleen op een flinke snede stoppelklaver kon nog worden geploegd. Nu het weer veel beter geworden is, verwachten onze boe ren het vele werk, dat nog gebeuren moet, tot een goed einde te kunnen bren gen. Voor die gronden, waarvan de struc tuur nog te wensen overlaat, zou het ideaal zijn, wanneer ze voor de winter netjes geploegd en gegispt lagen. Dit is een onmisbare basis voor de oogstverwachting van volgend jaar. Veevoeding Aangezien al het vee opgestald is, en in verband daarmee verwacht mag wor den, dat de veehouders meer belangstel ling zullen tonen voor de veevoeding, verschijnen er in de landbouwbladen me- dededingen over de z.g. ,,veevoederker- nen". De belangstelling voor veevoe dingsvoorlichting is in het algemeen in de praktijk nog maar zeer matig. Waar schijnlijk geldt hier het spreekwoord: „Onbekend maakt onbemind". Om de veevoedingsvoorlichting te in tensiveren is men in de winterperiode 1955/56 op verschillende plaatsen be gonnen kernen" op te richten, waarbij meer dan voorheen aandacht zou wor den geschonken aan de stalvoedercon- trole. Op de bedrijven, die hieraan mee doen, wordt de voedervoorraad opgeno men, en in verband hiermee het voeder- plan opgemaakt. Van de deelnemers wordt een financiële bijdrage van 10. gevraagd. Als stimulans wordt voor iede re deelnemer een ruwvoedermonster gra tis onderzocht. Dit heeft het voordeel, dat men bij de opstelling van het voe- derplan een goed beeld van de kwali teit der ruwvoedermiddelen heeft, daar dit onderzoek voor eigen rekening nog te weinig plaats heeft. Aangezien deel name aan de kern niet gratis is, krijgt men deelnemers, ,,die er wat voor over hebben", waardoor hot nuttig effect aan zienlijk kan stijgen. Het werk in de kern Keurmeesters: A. A. de Rijk uit Roo sendaal en M. de Zeeuw uit Eindhoven. Klasse 1. Fondoffers. Aantal inzendin gen 43. lo pr. I. van Zielst, N.-Tonge, 93 pt., kooi 14; 2e pr. Zoon van Es, Dirksland, 921^ pt., kooi 24; 3e pr. C. Nagtegaal, Melissant, 921/2 pt., kooi 6; 4e pr. M. du Pree, Den Bommel, 92 pt., kooi 4; 5e pr. C. Breur, N.-Tonge, 92 pt. kooi 17; 6e pr. J. van Soest, Stellendam, 92 pt., kooi 34; 7e pr. L. Arensman, Dirksland, 92 pt., kooi 32; ZEV Peekstok-Hameete, Dirksland, 92 pt., kooi 31; EV P. Mast, Den Bommel, 92 pt., kooi 26. Klasse 3. Fonddulvinnen. Aantal inzen dingen 36. Ie pr. W. van 't Hof, Dirksland, 921/2 pt., kooi 74; 2e pr. J. H. van den Bolsum, Ooltgensplaat, 92 Vi pt., kooi 44; 3e pr. C. A. Luyendijk, Oude Tonge, 92^4 pt., kooi 49; 4e pr. .T. Noteboom, N.-Tonge, 92% pt., kooi 72; 5e pr. J. van Alphen, N.-Tonge, 92l^ pt., kooi 57; 6e pr. Zoon van Es, Dirksland, 92 pt., kooi 68; 7e pr. A, Witte, Stellendam, 92 pt., kooi 75; 8e pr. C. van den Berge, Oude Tonge, 92 pt., kooi 71; ZEV A. van den Hoek, Dirksland, 92 pt., kooi 92; BV J. van Soest, Stellendam, 92 pt., kooi 73; EV W. V. d. Voer, Den Bommel 92 pt., kooi 47, Klasse 3. MUWenfonddoffers. Aantal in zending-en 67. Ie pr. Cor Tijl, N.-Tonge, 93 pt, kooi 125; 2e pr. Visser-Peeman, Middelharnis 92'/2 pt., kooi 129; 3e pr. P. Verkerke, N.-Tonge, 92 V2 pt., kooi 121; 4e pr. Vis ser-Peeman, Middelharnis, 92^/2 pt., kooi woidt verricht door een rayonassistent van de Rijkslandbouwvoorlichtingsdienst die naast het vaststellen van een voeder- plan, ook op bepaalde tijden stalvoeder- conti'ole uitoefent op de bedrijven der deelnemers. Daarbij wordt op een spe ciaal daarvoor ingericht formulier vast gelegd: het werkelijk gevoerde ruwvoer, naam, leeftijd, kalfdatum, melkgift, vet gehalte en verstrekt krachtvoer van ieder dier. Ook van het jongvee worden de rantsoenen opgenomen. Het bezoek van de assistent wordt per circulaire meegedeeld, teneinde de veehouder in de gelegenheid te stellen bij de stalvoeder- controle aanwezig te zijn. Dezer dagen lazen we een verslag over een dergelijke voederkern, van de vorige winter. Bij de beantwoording van de vraag: Wat leerde ons dit eerste seizoen? schrijft de rayonassistent: De'belangstelling bij de deelnemers kan over het algemeen goed worden ge noemd. Het betalen van 10.voor de deelname heeft daartoe zeker bijgedra gen. Wanneer men, zij het op vrijwillige basis, voor iets heeft betaald, dan ver wacht men daarvoor wat terug te krij gen. Het gratis onderzoek van een ruwvoe dermonster heeft stimulerend gewerkt op het doen onderzoeken van het ruw- vbeder. Ook het feit, dat vele deelne mers tot het wegen van de rantsoenen zijn overgegaan wijst in de goede rich ting. Voor het opstellen van het voeder- plan verdient het aanbeveling, dat het ruwvoederonderzoek tijdig geschiedt. Het voederschema dient persoonlijk met de boer te worden besproken. De bezorging van dit schema moet zo mo gelijk geschieden in de tijd, dat men aan de voedering van de rantsoenen toe is. Veel tijd wordt bespaard, als men de boer vooraf bericht zendt van een voor genomen bezoek. Na het uitreiken van het voederplan word de deelnemer nog 3 maal bezocht. Vooral dit meerdere persoonlijke contact is van zeer groot belang bij de veevoe dingsvoorlichting. Zou een dergelijke ,,kern" ook op ons eiland bestaansmogelijkheid bezitten? Melkveehouders, het zou zeker het overwegen waard zijn, daarvan zijn wij overtuigd. De voorz. van de J.V. opende de ver gadering door te laten zingen Ps. 138 1, gebed en lezen Lucas 10 25 tot 42. In zijn openingswoord dankte hij voor de grote opkomst vooral van de oude ren, die toch nog belangstelling tonen voor het verenigings werk. Een jaar van werken is voorbij en de blik richt zich weer voorwaarts. Toch is het goed even stil te staan enj terug te zien en ook in te zien dat het God is die deze beide verenigingen in stand houdt. Met zijn hulp konden wij het werk doen dat gedaan is, jammer dat nog velen hier aan niet meewerken. Uit het jaarverslag der M.V. bleek dat deze vereniging 15 leden telt. Negen en dertig onderwerpen werden behan deld. In kas was nog een bedrag van 9.43. De J.V. behandelde Bijbelse on derwerpen 15, G.B. 7, K.G. 9, Zending 7, M.O. 4, Staatkunde 6, Vad. Gesch. 11. Deze vereniging telt 16 leden eni heeft nog f 55.44 in kas. Na de lezing van deze verslagen, behan delde de M.V. bij monde van mej. Jo van Sprang een onderw. getiteld „Naas tenliefde", aan de hand van Lucas 10 25 tot 42. Na bespreking van het onderwerp volgden enkele voordrachten. Na de pauze behandelde de J.V. bij monde van Arie Koppenaal een onderw. getiteld „De nieuwe vertaling". Hierop volgde ook een bespreking waarna een leerzame samenspraak werd opgevoerd, waar men met ontroe ring naar luisterde. Aan het einde sprak ds. Trapman een slotwoord. Ds. Trapman begon met te zeggen dat het punt slotwoord no. 11 was. De voorz. vertelde hem dat hij weer spuit 11 was. Maar zo vroeg hij is de kerk tegenwoordig geen spuit 11? Durft de kerk nog wel te spreken in deze tegen woordige tijd, een tijd die zo gespannen staat dat liij bijna barst? Neen het is geen durven, het moet! Immers Gods Woord gebied het. Gij zijt het zout der aarde. Gij zijt een stad op een berg, een licht op de kandelaar. Deze gebie dende woorden wijzen ons daarvoor ook persoonlijk aan. Christus geeft ons hier een mooie taal om met het zoutend zout de wereld te bewaren voor bederf. Wij verwachten straks niet een kindje in de kribbe, maar wij verwachten Chris tus op de wolken des hemels. Daarom ook in het verenigingswerk buigen wij ons over Gods Woord. Daaruit onze kracht te putten voor het moeilijke werk dat ons in deze wereld wacht is de taak op ons de schouders gelegd. Persoonlijk,'maar ook in het verenigings leven. Na het zingen van Gez. 29 sloot ds. Trapman deze drukbezochte jaarverga dering met dankgebed. 130; 5e pr. M. du Pree, Den Bommel, 921^ pt., kooi 82; 6e pr. Jannie van Es, Stellendam, 92 pt., kooi 123; 7e pr. A. Bakelaar, Achthuizen, 92 pt., kooi 115; 8e pr. D. v. Lenten, Stellendam, 92 pt., kooi 122; 9e pr. H. de Man, Dirksland, 92 pt., kooi 91; 10e pr. Jac. Noordijk, N.-Tonge, 92 pt., kooi 98; 11e pr. Log- mans-Kievit, Herkingen, 92 pt., kooi 88; 12e pr. Visser-Peeman, Middelharnis, „11/2 pt,, kooi 131; ZEV Zoon van Es, Dirk.sland, 91 Va pt., kooi 133; EV Th. Molissant, N.-Tonge, 91% pt., kooi 94; EV D. V. Ours, Stellendam, 9iy2 pt., kooi 154. Klasse 4. Mlddenfondduivinnen. Aantal inzendingen 41. Ie pr. I. V. Zielst, N.-Tonge, 92% pt., kooi 171; 2e pr. A. Witte, Stellendam, 92% pt., kooi 198; 3e pr. L. Arensman, Dirksland, 92% pt., kooi 189; 4e pr. Log- mans-Kievit, Herkingen, 92 pt., kooi 166; 5e pr. L. de Jong, N.-Tonge, 92 pt., kooi 177; 6e pr. Cor Breur, N.- Tonge, 92 pt., kooi 174; 7e pr.-M. du Pree, Den Bommel, 92 pt., kooi 161; 8e pr. H. v. Noord, Oude Tonge, 92 pt., kooi 160; ZEV C. v. d. Berge, Oude Tonge, 91% pt., kooi 185; EV A. Witte, Stellendam, 91% pt., kooi 199. Klasse 5. Vitesse doffers. Aantal inzen dingen 19. Ie pr. Jan Bakker, N.-Tonge, 92 pt., kooi 211; 2e pr. A. v. Kampen, Oude Tonge, 92 pt., kooi 202; 3e pr. Visser- Peeman, Middelharnis, 91% pt., kooi 214; 4e pr. Jac. v. Alphen, N.-Tonge, 91% pt., kooi 207; ZEV Visser-Pooman, Mid delharnis, 91% pt., kooi 213; EV Peek stok-Hameete, Dirksland, 91% pt, kooi 218. Klasse 6. Vitesse duivinnen. Aantal in zendingen 23. Ie pr. Zoon van Es, Dirksland, 92% pt., kooi 232; 2e pr. D. van Ours, Stellen dam, 92 pt., kooi 236; 3e pr. M. de Blok Middelharnis, 92 pt., kooi 239; 4e pr. J. H. V. d. Bolsum, Ooltgiensplaat, 92 pt., kooi 359; 5e pr. J. Mans, Melissant, 92 pt., kooi 233; ZEV H. v. Noord, Oude Tonge, 91% pt., kooi 220; EV M. de Blok Middelharnis, 91% pt., kooi 240. Klasse 7. Jonge doffers. Blauw-blauw- kras - zwart-zwartkras. Inzendingen 63. Ie pr. Th. Melissant, N.-Tonge, 92 pt., kooi 260; 2e pr. A. Melissant, N.-Tonge, 92 pt., kooi 270; 3e pr. F. Huizer, Den Bommel, 92 pt., kooi 289; 4e pr, Jan Bakker, N.-Tonge, 91% pt., kooi 283; 5o pr. M. du Pree, Den Bommel, 91% pt., kooi 246; 6e pr. Th. Melissant, N.-Tonge 91% pt., kooi 259; 7e pr. Jac. Breeman, N.-Tonge, 91% pt., kooi 266; 8e pr. A. Holleman-Lugthart, Dirksland, 91% pt., kooi 292; 9e pr. L. Arensman, Dirksland, 91% pt., kooi 296; 10e pr. J. K. v. Wijk, Goedereede, 91% pt., kooi 297; 11e pr. A. V. d. Hoek, Dirksland, 91% pt., kooi 301; 12e pr. Cor Tijl, N.-Tonge, 91: pt., kooi 278; ZEV J. H. v. d. Bolsum, Ooltgens plaat, 91 pt., kooi 245; EV Jac. Verse- put, N.-Tonge, 91 pt., kooi 261. Klasse 8. Jonge dnivlnnen. Blauw-blauw- kras - zwart-zwart-kras. Inzendingen 40. Ie pr. I. V. Zielst, N.-Tonge, 92 pt., kooi 316; 2e pr. Jan Bakker, N.-Tonge, 92 pt. kooi 335; 3e pr. Jac. Verseput, N.-Tonge, 91% pt., kooi 317; 4e pr. C. v. d. Berge, Oude Tonge, 91% pt., kooi 341; 5e pr. Logmans-Kievit, Herkingen, 91% pt., kooi 310; 6e pr. D. v. Lenten, Stellendam 91% pt., kooi 327; 7e pr. Th. Melissant, N.-Tonge, 91% pt., kooi 314; 8e pr. C. Kortoweg, Middelharnis, 91% pt., kooi 336; 9e pr. J. v. Dijk, Dirksland, 91% pt., kool 348; 10e pr. Jannie v. Es, Stellen dam, 91 pt., kooi 331; 11e pr. W. v. 't Hof, Dirksland, 91 pt., kooi 351; ZEV L. do Jong, N.-Tonge, 91 pt., kooi 320; EV Hoek-v. Lenten, Stellendam, 91 pt., kooi 307. Klasse 9. Jonge doffers. Alle overige kleuren. Inzendingen 33. Ie pr. A. Bakelaar, Achthuizen, 92 pt., kooi 385; 2e pr. J. Guldemeester, Dirks land, 91% pt., kooi 363; 3e pr. Visser- Peeman, Middelharnis, 91% pt., kooi 371 4e pr. A. V. Kampen, Oude Tonge, 91% pt., kooi 356; 5e pr. J, v. Alphen, N.- Tonge, 91 pt., kooi 367; 6c pr. Logmans- Kievit, Herkingen, 91 pt., kooi 362; ZEV A. Bakelaar, Achthuizen, 90% pt., kooi 387; EV Logmans-Kievit, Herkin gen, 90% pt., kooi 361. Klasse 10. Jonge duivinnen. Alle overige kleuren. Inzendingen 49. Ie pr. K. J. Zegelaar, Den Bommel, 92% pt., kooi 401; 2e pr. A. Melissant, N.- Tonge, 92 pt., kooi 408; 3e pr. C. Schwiebbe, Achtuizen, 92 pt., kooi 192; 4e pr. L. Arensman, Dirksland, 92 pt., kooi 424; 5e pr. F. Huizer, Den Bommel, 91% pt., kooi 417; 6e pr. Hoek-v. Len ten, Stellendam, 91% pt., kooi 395; 7e pr. J. Guldemeester, Dirksland, 91% pt., kooi 399; 8e pr. J. Krijgsman, Middel harnis, 91% pt., kooi 415; ZEV Peek stok-Hameete, Den Bommel, 91% pt., kooi 422; EV M. du Pree, Den Bommel, 91% pt., kooi 392. Klasse 11. Late jonge doffers. Aantal inzendingen 5. Ie pr. K. J. Zegelaar, Den Bommel, 90% pt., kooi 432; ZEV J. Noordijk, N.-Tonge, 89% pt., kooi 436. Klasse 12. Late jonge duivinnen. Aantal inzendingen 14. Ie pr. H. de Man, Dirksland, 92 pt., kooi 440; 2e pr. C. Felsbourg, N.-Tonge, 91% pt., kooi 444; 3e pr. J. Noteboom, N.- Tonge, 91% pt, kooi 450; ZEV C. Kor teweg, Middelharnis, 90 pt, kooi 438. Het aantal inzendingen bedroeg 441 duiven. Stand Jan Bakker 10 duiven. Schoonste oude doffer I. V. Zielst, N.-Tonge, met de Holland 1949 - 487507. Schoonste oude duivin. I. V. Zielst, N.-Tonge, met Beige 1955- '2309516. Schoonste jonge doffer. Th. Melissant, N.-Tonge, 1956 - 427759. met Holland Schoonste jonge duivin. I. V. Zielst, N.-Tonge, met Holland 1956- 427964. Voor de voorkeuring van de Olympiade te Utrecht komen in aanmerking: Zoon van Es te Dirksland met de Holland 1952—749445; I. v. Zielst te N.-Tonge met de Holland 1949 - 487507. Telkenjare bereiken het Hoofdbestuur van de Nederlandse Vereniging tot Be scherming van Dieren uit alle delen van het land klachten, dat kleine dieren, als b.v. pluimvee en konijnen op vaak af schuwelijke wijze worden gedood. Het is wel voorgekomen dat ouders aan kinde ren van ca. 1012 jaar opdracht gaven om konijnen met dun touw of ijzerdraad in de schuur op te hangen. Toen een jon gen, die daaraan met weerzin gehoor zaamde, na ongeveer 3 uur zijn vader mededeelde dat het konijntje nog spar telde, gaf de vader ten antwoord: „Trek hem dan maar aan zijn achterpoten". Ook zijn Dierenbescherming gevallen bekend dat konijnen levend werden ge vild en de ogen ,,uitgepeld", (waaruit het dier moest verbloeden) en ook dat kippen levend werd geplukt. Dierenbescherming vraagt zich af hoe het mogelijk is, dat men feest kan vie ren en met name het grote Vrede-feest van Kerstmis, wanneer men van te voren éen dergelijke executie aan weerloze die ren heeft volbracht of heeft laten vol brengen, ook door kinderen Er zijn in ons land verschillende abat toirs, waar men voor zeer geringe prijs de dieren kan laten slachten en het vlees wordt dan ook door deskundigen ge keurd. Men kan zich ook voor het slachten van dieren vervoegen bij bona fide poeliers. Dierenbescherming wijst er voorts nog op, dat o.m. het ophangen van ko nijnen en het levend plukken van kip pen en dergelijke voor de wet strafbaar is en dat meer dan anders en wel in verband met de zeer vele klachten die in 1956 Dierenbescherming heben be reikt, door de Inspecteurs der Neder landse Vereniging die over het gehele land hun standplaats hebben nauwkeurig hierop zal worden toegezien. Ook de po litie is ten opzichte van dit toezicht haar sterke bondgenoot. Deze laatste mededeling bedoelt niet in de eerste plaats een dreigement te zijn, want Dierenbescherming rekent in tussen op de goodwill van het gehele Ne derlandse Volk. Evenwel, in gevallen waarbij duidelijk opzettelijke wreedheid en niet te veront schuldigen ondoordachtzaamheid blijkt, zal zeer zeker worden opgetreden. Wenken voor het pijnloos doden van kleine huisdieren formuleert de Neder landse Vereniging tot Bescherming van Dieren als volgt: Het doden van voor de consumptie bestemde dieren. De instrumenten voor het slachten (mes, hakmes, bijl) moeten scherp en zonder scharen (schaarden) zijn. Is bedwelming onmogelijk dan zorge men ervoor, dat na de halssnede de kop niet naar beneden hangt. Zolang bloed in de hersenen is, leeft en voelt het dier. Bij een opgerichte kop, waarbij de snij- wond van de hals naar beneden ligt, sterft het dier spoediger, daar het bloed dan uit de hersenen kan afvloeien. Oevogelte: Waar de kopvorm het toelaat, bedwel men men door een krachtige slag met een houten hamer ,op de door een tafel gesteunde kop en snijde daarna dit lichaamsdeel af. Voor grotere vogels als ganzen verdient het aanbeveling, deze van te voren zo in een zak te doen, dat alleen de kop eruit steekt. Is bedwelming onmogelijk, dan snijde men met een scherp mes snel de kop af. Vissen: Men bedwelme met een krachtige slag op de door een vaste onderlaag gesteun de kop en snijde dan dit lichaamsdeel af. Wanneer de vis bestemd is om met de kop te worden opgediend, dan snijde men na de bedwelming de wervelkolom achter de kop door. Pas daarna mogen de vissen worden ontschubt. Alen pakke men met een droge doek en behandele ze overigens als andere vissen. Nooit legge men ze levend in zout of azijn en nimmer mag de huid eraf ge trokken worden, als ze nog levend zijn. Schaaldieren: Kreeften, krabben en garnalen dom- pele men onder in kokend zout water en houde ze ondergedompeld tot ze leven loos zijn. Met het oog op de afkoeling van het water neme men niet te veel tegelijk in een pan of ketel. Nooit mo gen ze met koud of lauwwarm water worden opgezet. Pas na de dood mogen, waar nodig, de ingewanden worden weg genomen. Konijnen: Konijnen houde men bij de lendenen vast, zodat het hoofd naar beneden hangt en geve dan met een stevig stuk hout, b.v. een niet te lichte hamersteel, een krachtige slag op het achterhoofd achter de oren. Daarna late men ze verbloeden. Wanneer men geen routine heeft, wende men zich zoals gezegd tot een te goeder naam en faam bekend staande poelier of tot het gemeentelijke abattoir. Transport en bewaren van gekochte dieren. Gevogelte moet men ongebonden in een net met een vaste bodem vervoeren en vissen in water. Is dit laatste niet mogelijk, dan late In het jaar 1892 ging ik varen bij Timmers uit Oudenbosch, die een tjalk had van 86 ton, waarmee we grind en stenen uit Nijmegen haalden. Man en vrouw maakten vaak herrie, maar voor mij waren ze goed. Op 8 november 1395 stierf de schipper. Met de vrouw heb ik toen nog een hels pulp gehaald, maar daarna wilde ze niet langer varen. Hoc graag had ik schipper willen worden maar 't ontbrak mij aan geld om het erin te steken. Tot vier keer toe is rf,jj de kans ontgaan, het laatst op 't schip van Kaatje Korvink. In 1893 heer.ste de influenza erg in ons land, vooral in Noord-Brabant; per dag stierven sof^s 300 mensen. Met Kerstmis lagen we bij de Cruqius bij Spaarnegat, waar we in 't ijs gesloten werden. Ik koek naar boven naar de prachtige sterrenhemel en werd bepaald bij de herders, die opgingen om het Kindeke Jezus te aan bidden. Toen we weer vlot waren, voeren we naar Dordrecht en daarop naar huis. In die winter deed ik mijn belijdenis. De dag na mijn aanneming tot lidmaat van de kerk kwam Jan van den Hoek aan mijn moeder en mij do tijding brengen, dat broer Piet verdronken was. Martien wilde toen ook niet meer gaan vissen en zocht als ik werk in de binnenvaart. Ik bracht al mijn loon aan moeder en veranderde nogal eens van schipper. In 1896 kwam Adriaan Langbroek me vragen of ik bij hem wilde komen als knecht. Vader Boeter zou een schip ko pen en dan zou ik hem vaarwijs moeten maken. Maar de zaak ging niet door. De 6e maart 1896 bleef Frans Akkers mot vrouw en kind in een storm, hun scheepje dreef stuurloos rond. In dit jaar zijn de Bieningen uitge graven met Sliedrechts materiaal, wat een grote verbetering voor de scheep vaart was. In 1896 stierf ook mijn grootmoeder; mijn moeder erfde wat spullen en enig geld, waarvoor zij o.a. een goed bed kocht. Mijn broer Martien kreeg kennis aan een meisje en vertrok naar Amerika In 't zelfde jaar verdronk Arie de Waard bij 't vergaan van de Pionier in 't Goeroese Gat. De schuit was vol vis. Twee dagen later werd het lijk gevonden met een lijn om 't lichaam. Ook Heintje Groen verdronk dit jaar bij Dintelsas. In 1897 voeren wij stenen naar Den Haag en hooi naar Rotterdam voor paarden van de tram. De 6e juni lagen we bij 't Zuidlandse veer, toen een gewel dige storm losbarstte. We kwamen er goed af, maar vele scheepjes gingen in' de diepte en heel wat vee verdronk. In dat jaar kocht de heer Slis drie sche pen van Pernis en wij moesten de inven taris daarvan halen. Op de sleepboot. In 1898 ging ik naar Rotterdam om als knecht op een sleepboot te varen, de Hugo, en vandaar ging ik over op een grote kast van 400 last, waarop wij met z'n tweeën als knecht voeren. Ik bleef er tot januari 1899. Ik had toen flink wat verdiend en ging met het geld naar mijn moeder, bij wie ik een maand bleef. Er was ook dit jaar weer een storm, die veel ongelukken maakte. In 1899 maakte ik 15 reizen aan boord van de schuit van Adriaan Verschoor. De laatste reis leverde het meeste geld op. We kwamen uit Antwerpen, lichtten een schip, inet twee andere schepen en kregen vijf gulden per last met vrij sle pen naar de Geestbrug bij Den Haag. Staking De winter van 1900 bracht veel sneeuw mee. Er was toen een grote bootwerkersstaking in Rotterdam. Veel graan ging verloren door broei in de schepen, want het werk in de haven lag zes weken stil. Toen moesten we gaan varen voor 100 centen per last, katoen- pittenmeel, een nare vracht. Maar drie grote reizen naar Mechelen maakten het jaar toch goed. Wel hadden we één keer veel overlast van zware storm. We had den 135 last suiker aan boord de golven liepen de roef in en de suiker werd nat. We konden het schip niet op de zate (ligplaats) krijgen, ook niet toen het water ging vallen. De schuit zat met het voorschip bijna op de wal, maar 't achterschip lag in diep water, waardoor we groot gevaar liepen vol te lopen, 't scheelde maar een haarbreed of 't wa ter was naar binnengestroomd. De 26e dec. kon ik weer naar huis met drie maanden loon. In mijn hart was grote dankbaarheid jegens de Heere en ik werd bepaald bij Psalm 105 vers 3: men ze door de verkoper op de boven aangewezen wijze bewusteloos maken en ultbloeden. Het bewaren van kreeften in winkels en restaurants met dichtgebonden scha ren is voor die dieren een kwelling. Is het nodig ze levend te bewaren, dan doet men dit in ijs. Nog een verzoek: Het komt voor, dat levende dieren voor de consumptie worden verloot. Ze wor den dan helaas soms weken van te voren in etalages van winkels geplaatst als lokmiddel voor het kopen van loten. Dierenbescherming dringt erop aan, dat zij die verantwoordelijkheid voor de verloting dragen, een bon aan de win naar verstrekken, waarop wordt ver meld waar het gewonnen dier geslacht kan worden afgehaald. Bij het winnen van het levende dier zal dan de ver plichting moeten worden gesteld, dat de eigenaar het door een bonafide poelier of op een abattoir laat slachten. Het afsteken van vuurwerk op de oudejaarsdag Ons bereiken elk jaar klachten, dat door het afsteken van knallend vuur werk heel veel huisdieren in grote angst worden gebracht. Kortgeleden ontvingen wij zelfs een schrijven van een veehouder, die ons mededeelde, dat het vorig jaar een drachtige koe in zijn stal zo onrustig werd, dat ze ontijdig ging kalven. Wij doen een beroep op de ouders, maar rechtstreeks op de jeugd om toch vooral geen knallend vuurwerk af te steken. In elk geval adviseren wij aan de ei genaren van honden om hun viervoeters binnen te houden, liefst in de huiska mer waar men zelf vertoeft en als het moet om de dieren aan de lijn uit te laten, immers er waren honden, die, ge dreven door angst, soms tot ver buiten de grenzen van de bebouwde kom der gemeenten vluchtten. Vraagt naar de Heer en Zijne sterkte Naar Hem, die al uw heil bewerkte Zoekt dagelijks Zijn aangezicht. Gedenkt aan 't geen Hij heeft verricht Aanvaringen In 1901 kon ik weer gaan varen bij Hendrik van Dongen van Sliedrecht, die mij een goed loon betaalde. We maakten een reis om planken te halen voor dj nieuwe sluis in Terneuzen en haalde daarna straatstenen voor Haarlem, Wij maakten averij door togen een brug te varen en de schipper moest direct loj gulden storten eer hij permissie kreeg door te varen. Maar de rechtbank heeft later alles ten beste geschikt. De 9e juni werd onze schuit aangeva ren door een rondzwaaiende Harwicli. boot. Het kwam geducht aan, onze mast brak en viel met een daverende slag op 't vooronder. Door Gods hulp waren we aan een groot gevaar ontsnapt, want persoonlijke ongelukken hadden we niet, In 1902 moesten we varen voor 45 centen het last en dan is er niet veel te verdienen. We maakten een paar reizeo naar Leuven en in Mechelen kocht ik zes stoelen voor mijn ondertrouwde zus ter Kommertje. Ik bracht ze in Rotter dam op de boot met vier mud kolen voor moeder. Later werd de betaling beter, want voor een lading suiker kregen we 3 gulden 25 per last. In 1902 lieten de Menheersense reders een reis naar IJsland maken, omdat ze meenden, dat daar meer vis zou zitten. Barend en ik gingen mee, maar de reis is op een mislukking uitgelopen, de vangst was zeer schraal. (Over deze reis is in een vroeger artikel over F. en T, door mij al een en ander verteld, d. E,) Malheur In 1903 kwam ik bij W. van Dongen, Weer kreeg ik een ongeluk, want in de Maashaven beet een hond in mijn hand zodat de dokter er aan te pas moest komen. En op 23 april volgde een tweede malheur; bij 't strijken van de mast kwam deze te vlug en dus te hard neer en ik brak mijn knieschijf. We voeren toen naar de Ruhr en daar moest ik naar 't ziekenhuis. Daar kwam mijn moe der me bezoeken. Ze was meegevaren met een schipper en bleef vier weken bij ine. Toen werd ze ziek. De dokter con stateerde dat ze er niet best aan toe was In de eerste plaats had ze heimwee naar huis, maar lever, nieren en hart waren ook niet in orde. Daarom was het geluk kig, dat ze weer naar 't eiland terug kon. (Wordt vervolgd) ACCOOBD Uit de Kerkbode voor de Hervormde Gemeenten op Tholert en St. Philip.slantl knipten wij onderstaand artikeltje, waarmede wij gaarne onze instemming betuigen. Waarom worden onze Chr. Feestda gen ontwijd door een bazar? En dat op het „orthodoxe" Tholen. Aan vele dingen moet men toch wel even wennen. Een dezer dagen las ik, dat er o.a. op 2e Kerstdag een bazar is ten bate van het Groene Kruis, en eer lijk gezegd: „Dit stuit mij tegen borst." Ik kan mij njet voorstellen, wanneer men, nog enigszins leeft Hj' Gods Woord, en wanneer wij iets mo gen verstaan van het Kerstgebeuren, van het grote werk Gods tot onze red ding en verlossing, dat wij dan van de kerkdiensten en de Kerstfeestviering met de kinderen van de Zondgasschool nog behoefte hebben aan een bazar, met alles wat daaraan verbonden is. Voor mijn gevoel strijdt dit van alle icanten met elkaar. Het gaat er toch maar niet om, dat wanneer wij een preek gehoord hebben, wij dan verder maar kunnen doen en laten wat wij willen. Er is tocli altijd nog iets als een, Christelijke Le vensstijl, al is die bij velen ver te zoe ken. Want wat mij persoonlijk het meest treft is dit, dat velen zulk een gedach- tengang niet eens kunnen of willen volgen en direct klaar staan met woor den als conservatief", of als men ze wijst op vele andere Protestantse ge meenten in ons vaderland, die soms kerkelijk heel anders, in veler 008 „lichter" georiënteerd zijn, maar waar zulke dingen op 2e Kerstdag niet ge beuren. Men te horen; krijgt: „Daar zijn ze nog achterlijk". Ik wenste dan wel dat velen uit onze omgeving iets van die achterlijkheid mogen bezitten en dat leer en leven niet langer meer 2- tegenovergestelde begrippen zijn, maar een eenheid vormen. En juist omdat W hier gaat om een zeer goed doel, be treur ik het des te meer dat dit gedaan wordt op een tijd, waarop niet allen er aan deel kunnen nemen! A. Breure (Ned. Herv. predt.) ARM CHRISTENDOM. Wij vernamen, dat men het op St. A- nog een graadje erger maakt. Daa' wordt op 2e Kerstdag een bazar ge' houden in de openbare lagere school voor de muziekvereniging. Het is jammer, dat de gezaghebbende instantie daar toestemming voor ver leende, j Men had o.i. in elk geval de Kerstda» moeten „sparen". Wij weten het. Als men niet naar de bazar gaat, ztt men wellicht in de herberg. Nu houdt de bazar misschien jong mensen uit de herberg en is de J^S^ Kerstdag (denk dit eens even door) 9^' vuld. Arm christendom. Kanttekenaal

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1956 | | pagina 2