Fablo-
overhemden
iiiH';::-iiiii
De politieke verhoudingen in Neder
land in verleden, heden en toekomst
Nog een oud boekje over het leven
van de Menheerse vissers
Kerknieuws
Buitenland
Plannen voor
Centrumbeurs op
Goeree-Over-
flakkee
Firma C. van Wezel Zonen
,0m de Berkenhof"
28e Jaargang
Chr. STREEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG
VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
ir.
MEDITATIE
Een wonderlijke genezing
Het Streelcmuseum Goeree-Overllalci<ee
iiiiiiiiiiiiin
In dit nummer is
het nieuwe vervolg
verhaal
begonnen!
zijn chic en modern!
Een keurcollectie
voorradig, ooic in
WEEKEND-SHIRTS
Nieuwe partij
ontvangen in
American colors,
dit merk en dan
in deze kwaliteit
koopt U nergens!
Beter bestaat nieti
Zandpad 10-14 Middelharnis
Zaterdag 28 juli 1956
No. 2519
PRINS HENDRIKSTRAAT 14 - POSTBOX 8 - MIDDELHARNIS
Redactie en Advertenties uitsluitend Telefoon K 1870—2629
Na 6 uur 's avonds Telefoon K 1870—2017 Giro 167930
Verschijnt tweemaal per week: woensdag en zaterdag
ABONNEMENTSPRIJS: 1.70 PER KWARTAAL
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm.
By contract speciaal tarief.
Als men de politieke verhoudingen in
ons land historisch beschouwt, valt het
op, dat ook op dit gebied de ontwikke
ling niet stil staat. Er is een tijd ge
weest vóór 1880 dat de grote po
litieke tegenstelling gevormd werd door
de liberalen en de conservatieven. De
eersten waren de toenmalige progressie
ven. Zij hebben in de laatste helft van
de 19e eeuw in ons land de lakens uit
gedeeld en plaatselijk hebben ze dat na
1900 hier en daar nog korter of langer
tijd kunnen voortzetten. Wanneer ech
ter omstreeks 1880 de Rooms-Katholie-
kenl en de Anti-revolutionairen zich
steeds beter gaan organiseren, komt er
langzamerhand aan het liberale tijd
perk een eind. In 1889 treedt het eerste
coalitie-kabinet op. Dan doet dus in de
Nederlandse politiek de Rooms-Protes
tantse samenwerking haar intrede en
krijgt men de tegenstelling rechts-links,
de antithese tussen de christelijke en de
vrijzinnige partijen, die zich destijds
toespitste in de schoolstrijd, een waar
lijk principiële worsteling met als inzet
de christelijke opvoeding der jeugd. In
de negentiger jaren doet zich dan de
splitsing voor in de A.R. partij, waar
door de eerste groep ontstond van de
latere C.H. Unie. En in datzelfde jaar
1894 ontstaat de S.D.A.P., waarmee het
socialisme zijn intrede doet in onze
landspolitiek.
Bij het begin van onze jaartelling wa
ren de verhoudingen geheel anders dan
nu. In 1901 hadden de A.R. 24 zetels, de
C.H. 9, de R.K. 25, de liberalen plus
vrijz.-democraten 35 en de S.D.A.P. 7,
dus rechts in totaal 58 en links 42. Toeii
trad het ministerie-Kuyper op. Maar in
1905 verandert de situatie weer: bij de
verkiezingen blijft de S.D.A.P. pp 7,
maar de diverse vrijzinnigen komen in
totaal op 45, zodat de rechtse meerder
heid weer verloren gaat, om echter in
1909 weer te stijgen tot 60.
De grote verandering komt met de In
voering van de evenredige vertegen
woordiging. Dan is er geen sprake meer
van een A.R.-fractie van 24, maar zakt
deze permanent tot een gemiddelde van
13, En met de macht van het liberalis
me is het dan helemaal gedaan. Het ver
brokkelt in een groot aantal groepjes,
die het tezamen niet verder dan tot 15 a
20 zetels kunnen brengen. De grote win
naars bij deze kiesrechthervorming zijn
de Rooms-Katholieken, die dan van 25
tot gemiddeld 30 oplopen en| de S.D.A.P.
die door de invoering van het algemeen
kiesrecht de arbeiders voor een groot
deel als kiezers krijgt en dan stijgt tot
20 a 24. Rechts blijft echter in de meer
derheid en zo zijn er van 1918 af tot 1939
toe steeds z.g. coalitie-kabinetten, meest
onder leiding van Jhr. Ruijs de Beeren-
brouck en Dr. Colijn. Men bedenke
daarbij ook, dat links eigenlijk geen
eenheid vormde, want liberalen en so
cialisten staan economisch-sociaal lijn
recht tegenover elkaar en bovendien
wilde de S.D.A.P. toen nog niet mee
doen aan de regeringsvorming.
Reeds vóór de oorlog kwam er aan de
coalitie een eind. Roomse leiders als
Nolens en Aalberse waren overleden of
uit de leiding geraakt en Romme, die
niet veel met Colijn ophad, werd de
man bij de R.K. Ook veranderde de
S.D.A.P. van taktiek en zo trad in 1939
het kabinet-De Geer op, waarin voor
het eerst twee socialisten zitting namen
en de A.R. niet meedeed (Prof. Gerbran-
dy, die altijd een buitenbeen is geweest,
nam ziting buiten de partij om). En toeni
kwam in 1940 de oorlog.
Gedurende de periode 1940 tot 1945
was van normaal politiek en parlemen
tair leven geen sprake. Na de bevrijding
bleek de hoop van sommigen, dat de
vooroorlogse partijverhoudingen grondig
doorbroken zouden zijn en de oude an
tithese was geliquideerd, geheel ijdel.
Bij de verkiezingen van 1946 deed zich
het merkwaardige verschijnsel voor, dat
ondanks beïnvloeding der geesten door
de oorlogs- en andere omstandigheden,
de partijverhoudingen nietnoemens
waard waren gewijzigd. De A.R. kwa
men op 13, de C.H. op 8, de Kath. op
32, de S.G.P. op 2, de liberalen op 6 en
de P.v.d.A. (samensmelting van S.D.A.P.
en Vrijz.-Dem.) op 29. De partijen wa
ren dus vrijwel niet veranderd in ge
talsterkte, uitgenomen de communisten,
die van 3 op 10 waren geklommen.
Er trad echter wel een ingrijpende wij
ziging in bij de vorming der kabinetten.
De na-oorlogse usance werd de samen
stelling van een ministerie, waarin alle
partijen zijn vertegenwoordigd, uitgeno
men de S.G.P. en de communisten. De
eerste is te klein en voelt er ook niets
voor, terwijl de communisten terecht
bewust worden uitgeschakeld. In het be
gin deed ook de A.R. partij niet mee
vanwege de Indonesische kwestie en de
laatste periode bevindt de V.V.D. van
Prof. Oud zich in de oppositie.
Waar men dus voorheen exclusief
liberale of coalitie of linkse kabinet
ten formeerde, is na de oorlog het ex
periment van 1939 voortgezet. Waarom?
Ten eerste omdat de R.-Katholieken
geen coalitie meer wilden met de Prot.
Chr. partijen, daar ze deze blijkbaar
niet vooruitstrevend genoeg vonden. Ze
prefereerden samenwerking met de
P.v.d.A., vooral mannen als Prof. Beel.
Men is na de oorlog in vrijwel alle par
tijen voor niets zo bang als voor niet
progressief genoeg te worden aange
zien! Daarbij komt, dat de P.v.d.A. een
ander karakter heeft dan de vroegere
S.D.A.P. Ze is minder radicaal en wenst
daarom ook een zo groot mogelijke in
vloed uit te oefenen op het regerings
beleid. Vandaar dat we nu reeds tien
jaar lang een regering hebben, die ver
tegenwoordigers bevat van de K.V.P.,
de P.v.d.A., de C.H., de A.R. en de
V.V.D., zij het dan van de laatste twee
niet gedurende de gehele periode.
Vroeger zou men zoiets voor politiek
onmogelijk gehouden hebben en er
eigenlijk een staatkundige absurditeit
in hebben gezien. En feitelijk is het dit
laatste ook. Wij zijn althans van me
ning, dat de herhaalde formatie van
dergelijke veelkleurige kabinetten voor
een niet gering deel de oorzaak is van
de verflauwing der grenzen, van de ver
zakelijking van de politiek, van de uit
schakeling der principia en van het
verloop der Protestantse partijen. De
kiezers is altijd voorgehouden, dat so
cialisme en liberalisme, calvinisme en
katholicisme in beginsel zozeer uiteen
lopen, dat ze zowel in grondslag als
doelstelling onverenigbaar zijn. Het so
cialisme, dat uiteindelijk de maatschap
pij door de staat wil laten opslokken,
staat diametraal tegenover het libera
lisme, dat de staat zover mogelijk uit
het maatschappijleven wil temgdrlngen.
Calvinisme en katholicisme mogen eenj
aantal elementaire waarheden van het
Christendom gemeen hebben, wat hen
scheidt, is van zo ingrijpende aard, dat
men van een eenheid zeker niet spre
ken kan. Wel hebben de Roomsen en
de Prot. Chr. partijen samen de school
strijd gestreden tegenl links, maar toch
slechts in overeenstemming op forme
le gronden: in een R.K. land heeft het
prctestantisme geen schijn van kans op
eigen scholen. En zo staan ook socialis
me en liberalisme samen als humanis
tische stromingen] tegenover de reli
gieus gefundeerde partijen van rechts.
Van zekere zijde wordt heftig gefulmi
neerd tegen de „verzuiling" van ons
volksleven, maar het is ten principale
en de facto nu eenmaal zó, dat ons volk
wereldbeschouwelijk in groepen uiteen
valt. Wanneer men dan ook zoals bin
nen de P.v.d.A. poogt heterogene groe
pen te verenigen op een bepaalde ba
sis, dan kan deze geen andere dan een
louter zakelijke zijn. En wanneer men,
zoals na de bevrijding geschiedde, als
politiek ideaal gaat zien een regering,
waarin al deze „zuilen" zijn vertegen
woordigd, dan kan het niet anders of
dit moet leiden tot een verzakelijking
van de politiek, waarbij al wat princi
pieel is wordt geëlimineerd of aan een
compromis ten offer valt.
Het is daarom geen wonder, dat me
nig kiezer, die voorheen op een| prot.
chr. partij stemde, in de war raakt.
Vóór de verkiezingen worden principi
ële redevoeringen gehouden ofschoon
lang niet meer zoals vroeger, daar eco
nomie en sociale problemen de grootste
plaats innemen maar zodra de stem
bus gesloten is, begint het gemodder.
Dan wordt het onder leiding van een
kabinetsformateur een gevecht achter
de schermen om in een vierkleurige re
geringsploeg voor elke groep de meeste
desiderata op het program te krijgen of
die der anderen! eraf te houden en voorts
de meest begeerde departementen in de
wacht te slepen. Vrijwel alle kabinets
formaties van na de oorlog waren daar
om een politieke legpuzzie van weinig
verheven alliu:e en de moeilijkheden,
waarvoor de formateur staat vanwege
de heterogeniteit der deelnemers, lei
den tot een langdurig proces van geven
en nemen met als eindresultaat een zeer
onbevredigend politiek beleid.
Wij zijn dan ook geen bewonderaars
van dit soort kabineten, waarbij boven
dien nog wordt uitgegaan van het axi
oma, dat de grootste partij ook de for
mateur moet leveren. Dit moge voor de
hand liggen in een land met slechts
twee partijen, men vergete niet, dat in
Nederland tegenover de 34 socialisten
tenslotte 62 anti-socialisten' staan, die
hoe ze ook overigens mogen uiteenlo
pen, dit gemeen hebben, dat ze Neder
land niet willen zien veranderen in een
socialistische heilstaat. En dit is naar
onze mening het grootste gevaar, dat
ons land momenteel bedreigt. Velen zien
het niet in, maar er is sedert 1945 een
bijkans geruisloze staatssocialisatie aan
de gang en daaraan verlenen vele niet-
socialistische politici blijkbaar onbewust
hun medewerking. De andere partijen
durven het helaas niet aan om takti-
sche redenen, maar het vormen van een
anti-socialistisch front, waarbij dus de
P.v.d.A. van de regering werd uitge
sloten, zou o.l. de beste politiek zijn.
Men is echter bang voor de rode opposi
tie in parlement en vakbeweging, maar
waarom zou men hier nalaten, wat Eden
in Engeland en Adenauer in Duitsland
wèl klaarspelen? Als het socialisme
hier eenmaal de meerderheid mocht
krijgen, is er geen kans meer. Nu kan
het nog!
„Indien ik maar zyn klederen mag
aanraken".
Mare. 5 28a
Het gaat in onze tekst over een vrouw
die reeds 12 jaar gekweld is geworden
door een smartelijke en uiteindelijk do
delijke kwaal.
Langzaam maar zeker droogden haar
levenssappen op, naar mate de vloeiing
haars bloeds eigen werd.
We weten dat, zodra zij tot ontdek-
kin van haar kwaal kwam, zij alles ge
daan heeft wat in haar vermogen was om
van haar kwaal verlost te worden.
Twaalf jaar lang heeft ze allerlei pro
fessors, dokters en kwakzalvers afgelo
pen. Wie Zelf nog al eens aan de dokter
is en dat om eigen rekening moet doen,
weet dat dit nog al wat kost.
Het is daarom niet te verwonderen dat
we lezen, dat zij al haar bezit in die
twaalf jaar verdokterd had. Dat valt
niet mee, lezers, op een goede dag tot de
ontdekking te komen straatarm te zijn
tengevolge van onze ziekte
En het valt helemaal niet mee als we
tot de ontdekking komen, zoals deze
vrouw, dat het totaal niets geholpen
heeft. Ja integendeel, dat het veel erger
met haar geworden was.
Nu is ze uit gedokterd. Ze is radeloos
reddeloos, hulpeloos, troosteloos. Wat een
levensleed wordt ons hier in enkele woor
den meegedeeld. „Veel geleden, geen
baat, erger geworden. Het is al vervlo
gen hoop, al teleurstelling. En boven al
dit leed, komt nog iets.
De aard van de kwaal maakt haar tot
een onreine in Israël. Ze mag met nie
mand intieme omgang hebben. Ze moest
in afzondering leven.
Lezers, moet ge soms in deze vrouw
uw beeld zien?
Dat is aan de ene kant uiterst pijnlijk
Aan de andere kant uiterst heerlijk.
Want daar moet in ons leven een ogen
blik komen, dat we ons van onze kwaal
bewust worden.
Dat kan alleen maar, wanneer de H.
Geest ons ontdekkend genade licht
schenkt. Tot zolang blijven we in eigen
oog gezond, een gezonde die geen medi
cijnmeester nodig heeft.
Dan is er geen spanning in ons leven,
maar zij we als de gemeente van Laodi-
cea, noch koud, noch heet.
Daar is geen vragen en geen zoeken,
maar een zich tevreden stellen met de
uitwendigheden.
Dat kan, vanaf het grond voor de eeu
wigheid zoeken in de melkboer en de
bakker op tijd betalen, tot en met als
een belijdend en avondmaalvierend kerk
ganger te leven.
Gelukkig de mens, die daar vanaf
wordt gebracht en zich evenals deze
vrouw als een hopeloze, kranke leert
kennen. Er is wel eens gezegd: De Heere
brengt zijn kerk eerst in het werldiuis
en daarna in het arm-huis.
Dat zien we treffend bij deze vrouw.
Ze worstelt tegen haar ondergang. Wat
zou 't al gelukkig zijn, wanneer dat bij
ons te vinden was.
Dat we tobbende, zoekende mensen
werden. Wat heerst er allerwege een do
delijke zelfgenoegzaamheid, een onver
schilligheid, een taal der onkunde en der
haïstarrige ontkenning. Als je niet uit
verkoren bent, kom je er toch niet.
Lezers, daar hebben U en ik niet mee
te maken. Dat weten we niet. Gods ge
openbaarde wil is, dat we onze genezing
zoeken .Al zijn er anderen die dit wel toe
stemmen, maar gereed staan met allerlei
uitvluchten.
Straks is er nog tijd genoeg! Felix
zei eens tot Paulus: Later, als ik meer
tijd heb, wil ik graag over deze dingen
wat meer horen." Wat is dat uitermate
gevaarlijk!
Ook nu hoor je zo dikwijls: kinderen
naar de catechisatie?
Och, ze hebben op school al zo veel
te leren. Dat kan later wel eens. Jongens
en meisjes naar de vereniging? Ja, maar
die vak-cursus en die E.H.B.O.cursus en
die schaakvereniging en die verloofde
dan. Ik zal later wel eens zien.
Mannen en vrouwen actief deelnemen
aan 't gemeentewerk?
Aan 't Bijbelonderzoek? Aan 't ge
sprek over geestelijke dingen Later wel
eens, want nu is 't nog zo druk met 't
naaigoed en de was, met de aardappelen
en de violen.
Later, als we tfld hebben! Komt er nog
een later? Weet ge dan niet dat ge nu
reeds ziek dodelijk ziek zijt Neen heden
zegt de Heere. Nu! Vandaag nog!
Wie waarachtig ontdekt wordt aan de
hopeloosheid van z'n bestaan vindt geen
rust meer, maar gaat zoeken.
En wat blqkt het dan, dat we van na
tuur zo heel verkeerd gaan zoeken. Zie
maar naar deze vrouw. Ze gaat allereerst
naar haar huisarts, later naar een spe
cialist. Nog later naar verschillende an
deren, uiteindelijk naar kruidendokters,
geen baat!
Sommigen zullen in grootspraak ge
zegd hebben: Vrouw, wees wel gemoed.
Het ligt niet aan uw kwaal, maar aan
die vorige dokters. Totaal verkeerde me
dicijnen hebben ze gegeven.
Lezers, ziet ge daarin ook uw weg?
In de nood der ziel wenden we ons 't
eerst tot de officiële ambtsdragers. Eerst
tot onze eigen zieleherder. Als dat niet
helpt tot zulken, die als buitengewoon
begaafden en doorgeleiden bekend staan.
Maar... het helpt niet! Ge bleef even
ziek. Misschien hebt ge U daarna bege
ven tot mensen, die voorgaven allerlei
openbaringen en gezichten te hebben
buiten de Schrift om.
Dat alles bate niet! Hoe zou 't ook
kunnen
Lezer, bent U ook nog zo aan 't zoe
ken?
Dan komt ge bij dokter vormelijkheid,
die U allerlei raadgevingen geeft. Zoveel
bidden, zoveel zingen, zoveel giften en
gaven en dan komt het best voor el
kaar.
Dokter Wettischheid geeft een nög
wat straffer recept. Nauwkeurig geeft
hij op wat wel en wat niet gebruikt mag
worden.
Precies wordt opgegeven welke leef
regel moet gevolgd.
Dokter zedelijkheid, beschaafdheid,
zelfkastijding, gevoeligheid, oppervlak
kigheid geven achtereenvolgens hun ad
vies en medicijnen, maar het resultaat
van dat alles is, dat ge nog veel zieker
wordt. De enigen, die er beter van wor
den, zijn de dokters.
Soms leek het net, of ge iets vooruit
zou gaan, maar nauw is het ene over
wonnen of de diepere pijn en smart vol
gen alweer. Zo raakt ge tenslotte uitge
dokterd.
Geen vlees, zal uit de werken der wet
gerechtvaardigd worden. Waarom weegt
gij geld uit voor 't geen brood is en uw
arbeid voor 't geen niet verzadigen kan
En wanneer we dan helemaal aan 't
eind zijn, dan is het tijd voor de Heere
om te beginnen.
Daarover D.V. een volgend maal.
Dirksland,
C. J. Kesting
BRTUDSFOTCS
Het Streekmusemn is in het bezit van
een boekje, getiteld: „Angst, een vertel
ling door C. J. A. V. d. Broek". Het ia
uitgegeven bij Duorois-si Goetzee te Rot
terdam in 1882. De vertelling is een epi
sode uit de geschiedenis van de Men
heerse visserij. We zouden het een no
velle kunnen noemen; toen een actueel
gebeuren behandelend, nu historie ge
worden.
Het boekje dat slechts vijftien bladzij
den druks omvat is geschreven door ie
mand, die nauw verwant is aan de Men
heerse reders. Hij is ter zake kundig; hij
kent het vissersbestaan, zoals zich dat
aan de wal afspeelt, door en door.
Hij leeft het leven van de vissersmen
sen mee als een zeer belangstellend toe
schouwer. Hij is immers aan de reders
verwant; hij behoort tot hun notabele
familiën. Misschien is hij financieel bij
de visserij betrokken.
De schrijver heeft een vlotte pen. Hij
doet niet onder voor vele schrijvers en
schrijfsters van die tijd, wier verhalen
we tegenkomen in De Huisvriend, Eigen
Haard en dergelijke tijdschriften. In zo
ver heeft het boekje niets bijzonders.
Maar voor Blakkee is dit boekje van
grgte betekenis. Het vertelt van mensen
die er niet meer zijn; en van toestanden
die er ook niet meer zijn. De visserij van
Middelharnis behoort tot het verleden en
de vissersbevolking is naar elders ver
trokken.
Er zijn maar weinig mensen meer, die
kunnen vertellen van de tijd toen Middel
harnis nog een bloeiend vissersdorp was.
Daarom is het boekje van de gelegen-
heidsschrijver van den Broek voor het
Streekmuseum van zo grote waarde. Het
Streekmuseum wil toch de herinnering
bewaren aan oude tijden; en aan de men
sen, die er niet meer zijn; de mensen, die
de tijd van nu hebben voorbereid.
Het verhaal begint met ons Leunis
voor te stellen. Het is niet duidelijk waar
om de schrijver deze op Flakkee weinig
voorkomende naam gekozen heeft. De
vrouwelijke vorm is Leimtje.
De schrijver verteld dat „Leunis stond
te suffen op de kaai". Leunis is maar
half gaar; dat is, juist genoeg om, door
de gemeente uitbesteed te worden in
voortdurende strijd met een hardnekkige
borstkwaal; en toch niet genoeg om zich
door wei-beraamden tegenweer, te ver
dedigen tegen zijn vele vrienden, die hem
het leven zuur genoeg maken door dage
lijkse plagerij.
GEREF. GEMEENTEN
Beroep aangenomen. Cand. C. Mole
naar te Dordrecht heeft uit 26 beroepen,
het beroep naar de Ger. Gemeente te
Leiden aaangenomen.
Die vrienden zijn de visschers en daar
onder de jongeren vooral. Leunis heeft
zich nooit aan enig vak gewijd of kun
nen wijden, in de praktijk; maar hij
heeft sinds zijn jeugd de contemplatieve
methode van arbeiden gekozen en hij be
mint de visserij op platonische wü'ze.
Hij ziet de sloepen het laatst gaan en
het eerste komen; hij herkent ze, zonder
kijker, trots de beste, aan vaan en top en
merkteeken; hij weet wat ze besommen;
hij brengt, als ware er geen telegraaf
hem in dat zelfgekozen beroep voorbij
gesneld, die berichten aan de reeders,
aan de vrouwen, der stuurlieden en ma
trozen; hij klotst op zijn logge klompen
en altijd met de handen in de zakken
van een jas, die voorheen een pels was,
van en naar het havenhoofd; en zoo heeft
hij het druk op zijn manier.
Hier en daar vallen er een paar cen
ten of een kommetje koffie voor zijn
loon."
„Is Leunis dus een maatschappelijke
parasiet, dan is hij toch een vrij onschul
dige en in uitwendig voorkomen lijkt hij
er niets op. Ten minste, wie bij parasie
ten aan nietige, giftige, bloedzulgende,
wriemelende, microscopische diertjes
denkt, zal hem niet zoo noemen Iets meer
dan gewoon lang, loom, met ingezon
ken knieën, niet haveloos, maar toch
zonder distinctie gekleed, met de
schuins-geflapte pet hangende over een
paar bolle wezenlooze oogen en het hoofd
tussen een paar hoekige schouders als
beklemd; zoo kan men hem eiken dag
vinden op de kaai".
Ik heb deze passage In z'n geheel over
genomen, omdat het schilderij van de
suffende Leunis op de kaai ons iets te
zeggen heeft omtrent de sociale toestan
den van die tijd.
Hier is een notabele schrijver aan het
woord, die geen waardering kan opbren
gen voor de sukkel, die zestig jaar oud
geworden is met een hardnekkige borst
kwaal.
Het levensleed van deze mens ontgaat
hem. Misschien heeft het levensleed hem
half gaar gemaakt.
Het is een zwaar bestaan om door de
meente te worden uitbesteed, ergens In
een vreemd gezin, waar men geaccep
teerd wordt als een voorwerp van winst
bejag.
Het is dan goed om wat verstand te
verliezen, dat men toch niet nodig heeft
en „half gaar" te worden. Onze Lieve
Heer is barmhartig. Zo neemt een dok
ter soms ook het bewustzijn weg van
een patiënt, die hij erge pijn moet doen.
Het is erg moeilijk om deze dingen te
verstaan.
De schrgv er die misschien wel Regent
is van het gemeentelijke Armbestuur,
dat de uitbesteding van Leunis bekos
tigt, ziet in de bestedeling de overbodige
mens, die beter gedaan had om maar in
de wieg te kreperen. De maatschappij
zou dan gespaard zijn gebleven voor veel
kosten en overlast, zou dan bevrijd zijn
geworden van „een parasiet"!
jEin Knape Mzn.
MA2ETrA«8IEKEM ri ZCVBNSSICCM
Egypte
Er is weer een hoofdstuk toegevoegd
aan de geschiedenis van de stuwdam
die Egypte in de Nijl bij Assoean gaat
bouwen. De Verenigde Staten zouden
dit project dat ongeveer vijf milliard
zal kosten, helpen financieren, maar vo
rige week kwamen ze op hun aanbod
terug. Als officiële reden werd opge
geven dat er nog geen overeenstemming
is bereikt tussen Egypte en de Soedan
over de verdeling van het water van
de Nijl. Er zijn echter nog een paar
andere redenen, die Amerika wijselijk
verzwijgt. Door de bouw van de dam
zal de Egyptische katoenproduktie aan
merkelijk toenemen en Amerika wenst
zich voorlopig te handhaven als eerste
katoenland ter wereld. Ekonomisch ge
zien zou het dwaas zijn, de concurrentie
Binnenkort zal op ons eiland een gerote
centrumbeurs worden gehouden, die om
medewerking heeft verzocht aan de
KNMBond. De beurs zal aan alleKNMB
leden van geheel Flakkee de gelegenheid
geven om mee te doen tegen gerednpeer-
de prflzen.
De afdelingsbesturen zuUen zo spoedig
mogelijk uitvoerig worden ingelicht, ten
einde hun leden op de hoogte te stellen
van een en ander. Naast de rechtstreek
se belangen van de eiland-bevolking te
dienen, zal deze beurs tevens trachten te
bestuderen de mogelijkheid toeristen te
trekken naar ons eiland in verband met
de Delta-werken. Alle Flakkeese orga
nisaties zullen worden uitgenodigd hun
medewerking te verlenen teneinde Flak
kee in de toekomst haar rechtmatige
plaats te geven in de aandacht van de
vele te verwachten vreemdelingen.
De leden maken wij er op attent, dat
de juridische adviseur van deK.N.M.B.
elke tweede woensdag van elke maand
zitting houdt in Hotel „Spee" te Som-
melsdijk.
in de hand te werken! Politieke over
wegingen hebben zeker ook gewicht in
de schaal gelegd. Nog kortgeleden be
trok Egypte wapens van Tsjecho-Slowa-
kije. Egypte wenst goede vrienden te
blijven met Rusland en tegelijk deze
vriendschap uit te spelen tegen Ameri
ka. Zo'n tweeslachtige buitenlandse po
litiek moet tenslotte mislukken. Amerir
ka voelt niets voor landen die van twee
wallen willen eten.
Engeland heeft ook de toegezegde hulp
geweigerd, weliswaar in zachtere be
woordingen en met de nodige diploma
tieke clausules, maar het komt er ten
slotte op neer dat Egypte genoodzaakt
wordt, zich tot een ander land te wen
den. De bouw gaat in elk geval door,
heeft Nasser verzekerd, hij wist alleen
nog niet, hoe! Toch zal dat laatste het
belangrijkste zijn.
Vanzelfsprekend zal Egypte die hulp
bij Rusland zoeken Nasser gaat trou
wens binnenkort een bezoek aan Mos
kou brengen. Maar in Rusland bestaat
ook weinig animo voor de dam bij As
soean. En als de Russen uiteindelijk
toch helpen, dan zullen ze die hulp
duur betaald willen zien en met een
vergoeding in geld of rente nemen ze
heus geen genoegen.
Egypte staat dus voor een moeilijke
beslissing.
IJsland
Na een kabinetscrisis van ruim een
maand heeft IJsland weer een nieuwe
regering gekregen, waarin twee com
munisten zitting hebben. Sinds de op
richting van de Noord-Atlantische Ver-
drags Organisatie is het de eerste keer,
dat communisten deel nemen aan de
regering van een der aangesloten lan
den. Deze mutatie in de IJslandse rege
ring heeft de NAVO in een kritiek
stadium gebracht. Het behoeft nauwe
lijks te worden gezegd dat de commu
nisten niet alleen bezwaar maken te
gen IJslands lidmaaatschap van de NA
(Vervolg pag. 2)