De ui in de riii r H:v:ANllËt De werkloosheid in December Rumoer en „geknal" bij de jaarwisseling Openstelling van de 3 modelwoningen te Middelharnis 27e Jaargang Zaterdag 15 Januari 1955 No. 2368 GHB WEEKBLAD OP GEBEFOBMEEBDE GBONDSLAG VOOB DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN MEDITATIE „Henielbestormers" Uiptet HoïiciefB en LI ppeti ruw? M O DE R NE E R LOy IN GS Rl Np Ejü De Fruitcentrale" Noack's Specialité's GEBRs. KAPTËSN EEN ZAAK VAN VERTROUWEN MIDDELHARNIS - Tel. 2004-2704 SOMMELSDIJK - Telefoon 2205 Tweede waterkering Meiissant Redactiebureau: Pr. HENDRIKSTBAAT 14, MIDDELHARNIS TELEFOON K 18T0 - 2017 GIRO 167930 POSTBOX 8 Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729 Na 6 uur 's avonds Telet. K 1870 - 2017 Verschtfnt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag ABONNEMENTSPRIJS: 1.70 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. BQ contract speciaal tarief. De laatste dagen van het jaar worden op vele plaatsen in ons land door de jeugd gebruikt, vooral de avonden, voor het maken van veel leven en gedruis. Of deze gewoonte terug te voeren is naar het oeroude geestenver jagen" van onze heidense voorouders wagen we te betwijfelen. Daartoe is het in de laatste jaren te veel in zwang gekomen. We geloven, dat het meer een symptoom is van toenemende baldadigheid en brood- dronkenheid', een vorm van het opeisen van „de straat", door de jeugd. Een be wijs, dat de jeugd, op welke onbenullige wijze dan ook, zich wil laten gelden. Dat het gebruik om leven te maken in de laatste jaarweken een vorm van balda digheid is, die men te meer aangrijpt omdat het schandelijk bedrijf min of meer gedekt wordt door de mantel van de „folklore". Dat het een algemeen ge bruik wordt kan men hieruit wel af leiden, dat de berichten er over zowel van het Westen als van het Oosten ko men. En 'diat het op sommige plaatsen tot een grote overlast is geworden blijkt wel uit de berichten, die tot ons kwamen en uit de artikelen en afkeurende inge zonden stukken, die in sommige kranten over dit euvel verschenen. Een dagblad in het Oosten van ons land schreef in een artikel: „Zal er dan mi eindelijk een kreet van verontwaar diging door heel het land worden ge hoord over de ergerlijke straatschende rij in do laatste twee weken van 1954, culminerend in een Oudejaarsnacht, waarin honderden gewonden in de zie kenhuizen moesten worden behandeld?" Of blijft de rustige burger van dit land, nu de politie tegen deze opstand der vandalen machteloos staat, overgeleverd aan de straatterreur? Moeten de artsen en het ziekenhuispersoneel maar klaar staan, hun huiselijk leven opofferend, om de slachtoffers van deze massale uitdaging aan een geordende samenle ving, aan de lopende band te helpen? Reeds een jaar geledien hebben wij ernstig gewaarschuwd tegen de gevaren, die hier dreigden. Wij voorzagen de uit breiding van de guerilla, die dit jaar dan ook inderdaad gekomen is. Sluip schutters loerden langs Nederlandse straten, bezorgden tien millioen landge noten dagenlang een onbehaaglijk gevoel van onveiligheid en waren in hun dol driest optreden op sommige plaatsen zelfs een openlijke aanfluiting van het gezag." Het blad ziet in het gebeurde rond de jaarwisseling niets minder dan een cri sis van het gezag. Het blad dringt er op aan, dat in de loop van dit jaar wettelijke maatrege len worden getroffen om het ingedeukte gezag te herstellen. Het blad ziet geen ander middel om de Nederlandse samen leving van het kwaad te verlossen dan door de aflevering, liever nog de aan maak van die gevaarlijke jeugdbommen te verbieden. In een ingezonden stuk wordt uit een plaats in het Oosten des lands geschre ven: „Roekeloos werden voetzoekers, rotjes e.d. naar de voorbijgangers gewor pen. Verder naar wielrijders, auto's met al de gevaren daaraan verbonden. Legio waren de klachten over verbrande kle dingstukken, verbrande handen en vin gers." Dat het in die plaats wel erg was blijkt wel aJs 'die inzender schrijft: „De niets ontziende jeugd deinsde er zelfs niet voor terug zijn projectielen te wer pen naar de handhavers der wet." Ook maakt hij melding van het feit, dat men de politie ging bekogelen met stenen, toen deze genoodzaakt was in te grij pen. Terecht veroordleelt de inzfinder „de terreur van de straat veroorzaakt door zelfs Knapen van 8 tot 14 jaar, ja zelfs van meisjes." De schrijver becritiseert ook het verspillen van het geld aan die dure vuurwerken en neemt er aanlei ding uit om het klagen over de dure tijd, wat men zo vaak hoort, sceptisch op te nemen. Ook op het ernstig onge rief voor ernstige zieken en voor kleine kinderen wordt door de schrijver gevven zen. De schrijver somt een drietal mid delen op om dit euvel te voorkomen. Hij noemt een landelijk verkoopverbod van vuurwerk, carbid inbegrepen. Verder hoopt hij op de hulp van de ouders. „Laten, zo schrijft hij, de ouders tonen, dat ook zij nog in staat zijn, hun lünderen behoorlijk op te voeden en hun het geld voor het vuurwerk niet ver strekken." In een krachtdadig optreden van ide politie, zodra er voor het eerst knallen gehoord worden ziet hij tenslotte ook een middel om het kwaad uit te roeien. Niet alleen in het Oosten en het Wes ten is de jaarwisseling met veel bande loosheid gepaard gegaan, ook op onze eilanden heeft de jeugd zich niet onbe tuigd gelaten. Het is toch onbeigrijpelijk waar men zijn vermaak in zoekt. Wat een ontstellende leegheid heeft zich van ons volk meester gemaakt. Hoe angstig was men in de oorlogsjaren voor het knetteren der vuurwapenen, voor het geraas en 'gezoem van vliegtuigen en V I's, voor het gedonder van het ge schut en voor de luide knallen van ont ploffingen. Dat alles is nog maar tien jaar geleden. Het is vergeten. De jeugd levert er een imitatie van. En waarom? Brooddronkenheid, baldadigheid en straatschenderij, om zich daarin uit te leven. Het zich een ogenbhk te doen gelden om de innerlijke leegheid weg te knallen? In een volgend artikel w«nsen we nog een paar opmerkingen over deze „landelijk© overlast" te maliën. En van de dagen van Johannes de Doper tot nu toe, wordt het Ko ninkrijk der hemelen geweld aan gedaan en de geweldigers nemen het met geWeld. (Matth. 11 12) „Doch waarbij zal ik dit geslacht ver gelijken?" Dit is de vraag door de Heere Jezus gesteld, als Hfl zich geplaatst ziet voor de grenzeloze oppervlakkigheid en onverschilligheid der schare, betreffen de de dingen der eeuwigheid. Hfl bepaalt zijn gehoor bij de kinderen die op de markt aan het spelen zijn en andere kinderen toeroepen: „wij hebben U op de fluit gespeeld en ge hebt niet gedanst. We hebben U klaagliederen gespeeld en ge hebt niet geweend". Daar is een onverschilligheid waarneem baar. Ze willen niet meedoen. Ze vinden alles te kiniderlyk en te kinderachtig. Zo is het nu ook met de massa be treffende de dingen van het koninkrijk Gods. Och ja, wanneer je het ze stuk voor stuk afvraaigt, dan vril uiteindelijk ieder nog wel naar de hemel, maar er iets voor over hebben, neen, dat niet. Geen leven naar Gods geboden, in ieder geval. Wat heb je dan nog aan je jeugd? Geen leven ook van innige smeking om het bezit van dat grote goed. Een mens kan toch niet altijd bidden, altijd in de put zitten? O ja, ik bid wel eens, maar dan komen er weer hele perioden, dat ik er hele maal niet aan denli. En gelukkig maar, want je kan er toch niet altijd over in de war zitten, dan zou een mens zijn verstand verliezen. Dat is zo de algemeen gangbare me ning betreffende deze dingen. Of heb ik het mis? Ik hoop het! Want, lezers, zo zal het niet gaan. Wanneer we waarachtig in aanraking komen met het Evangelie van het Ko ninkrijk Gods, dan gaan er twee mach ten botsen. Als Godi gaat werken, dan doet de Satan dat ook. Wanneer alles rustig is, en de mens voortleeft onder de heer schappij van de vorst der duisternis, dan gebeurt er niets. Maar zo gauw deze merkt, dat z^n prooi hem wel eens kan gaan ontschieten, dan wordt hij wakker en gaat met verdubbelde woede probe ren zijn buit te behouden. ©'m de zaligheid van de mens wordt een verwoede strijd gestreden, die in hoofdzaak uitgevochten wordt, hoe zal ik het zeggen, boven het hofd van ide mens. Denk maar aan de tekst, betref fende Petrus: „Simon, Simon, de Satan heeft U zeer begeerd om te ziften als de tarwe, maar Ik heb voor XJ gebeden dat Uw geloof niet zou ophouden". Daar is dus ook sprake van de strijd tussen Christus en Satan, om het be houd van Simon Petrus, een strijd die buiten hem om beslist wordt. Dat wil echter niet zeggen, dat die mens er nu maar lijdelijk bij zou staan. Als een soort toeschouwer, die er niet eens zoveel belang bij zou hebben. O, neen! hij is er als belanghebbende ten zeerste bij betrokken. „En van de dagen van Johannes de Doper tot nu toe wordt het Koninkrijk der hemelen geweld aangedaan." De oorspronkelijke zinsconstructie, laat ook toe, dat we hier lezen: Doet ge weld aan. In Lukas 16, waar ongeveer dezelfde tekst voorkomt, luidt het: wordt het Koninkrijk verkondigd". Die verkondiging doet altijd geweld aan en wordt geweld aangedaan. De volle openbaring van het Koninkrijk der hemelen, komt slechts door de komst van de Heere Jezus Christus. Het is dan ook geen wonder dat Hij de eerste en grote stoot van dat geweld door Satan beoefend, moet opvangen. Nauwelijks op de wereld, stelt Satan, door middel van Herodes alle pogingen in het werk om hem van het leven te beroven. Van daar de gn.iweUjke kindermoord van Bethlehem. Vervolgens stelt hij tijdens de verzoe king in de woestijn al zijn geschut in werking, om de Heere Jezus tot zonde te verleiden. Maar met het „Er staat geschreven" weerstaat de Tweede Adam de verzoeking beter dan eerste. Johan nes de Doper, de grote voorbereider en Aanwijzer van Christus, wordt door He rodes de Tweede in de kerker geworpen en later gedood. Het is een poging van Satan om de verkondiging van het Ko ninkrijk te beletten. De schare port hij aan tot een gren zeloze onverschilligheid betreffende de dingen van dat Koninkrijk. En mis schien is er wel geen groter vijandschap denkbaa;r dan juist de negatie. De Farizeeërs worden verblind en tot grote haat opgezweept, zo zelfs dat zij uiteindelijk de Heere der heerlijkheid aan het kruis nagelen. Maarifle verkondiging van dat Ko ninkrijk gaat door. Eerst door Johannes de Doper. En toen zijn mond werd ge sloten door het beulszwaard, door de grote Leraar zelf. Bekeert U, bekeert U want het Koninkrijk is nabij gekomen. Het is er mee als met de eenvoudige steen uit de droom van Nebucadnezar, die het beeld sloeg aan zijn voeten en dat uiteindelijk geheel vergruisde en vermaalde. Dat is de éne kant van de zaak Aan de andere kant staat het: ,,De geweldhebbers nemen, hetzelve met ge weld." Nu wordt het Koninkrijk voorge steld als een veste die veroverd moet worden. Nu komt er naast de passi^'i- teit des geloofs, die de mens heeft te be oefenen bij het aanschouwen van de grote strijd tussen Christus en Satan, ook de activiteit des geloofs. De genade sluit de verantwoordelijkheid der mens geenszins uit. En de eis uit Gods Woord klinkt ons tegen: Strijdt de goede strijd des geloofs, grijp naar het eeuwige leven.' Strijdt tegen Satan, wereld en eigen boze hart. Leert afzien van zalig willen worden in een weg van werkheiligheid. Leert alle dingen schade achten om de uitne mendheid van de kennis van Christus Jezus. Om de geheiligde kennis van hem, om het bezit van Hem gaat het. En In die strijd wil Hij U met Zijn ver borgen ondersteuning, nabij zijn. Dan wordt het mogelijk, dat Abram zijn land verlaat, om enkel op Gods bevel heen te trekken naar dat verre en vreemde land. Dan zegt Jacob: Heere ik laat U niet los, tenzij dat U mij zegent. Dan klimt Zacheüs, ondanks alle verhinderingen en tegenstand in een boom, want hij moet Jezus zien. Dan dringt een schuchtere bloedvloel- ende vrouw door de menigte, want al leen bij Hem ligt haar genezing. Dan houdt de Kananeese vol, ondanks de schijnbare afwijzing van Christus. Dan brengen de moeders de kinderen tot Je zus, ondanks dat de discipelen het ver hinderen willen. Dan werken we onze zaligheid met vreze en beven, want het is God die in ons werkt, beide het wil len werken, naar Zijn welbehagen. Want dit is het wonder! Het zijn niet *de groten en de sterken, deze geweld- hebbers. Neen, het zijn blinden, doven, kreupelen, lammen, tollenaren en zon daren. Ze hebben dan ook niet in hen zelf de kracht om te ovenvinnen. Maar het is Israels God, die krachten geeft. Van Wre het volk zijn sterkte heeft. Hij geeft de moeden kracht. De flauw- hartigen dapperheid. De twijfelaars ze kerheid. De onverschilligen heilige geestdrift. Dan wordt de Wijsheid gerechtvaar digd door haar kinderen. Daarom, om dat zij de kracht van Zijn werk mochten ondervinden in hun ziel. Lezer, hoe is het met U? Moogt ge door genade al behoren tot die geweld- hebbers, die de Heere niet meer los kunnen laten? Zoekt ge Hem als het hoogste goed met ingespannen krach ten Hij wil zich laten vinden. Dat staat vast. Want de Heere heeft geen lust in de dood van de zondaar maar wel in zijn bekering en leven. Gelukkig de mens, die zich door Hem ïaat overwinnen en het belijden mag: „Heere, Gij zijt me te sterk geworden en hebt overmocht." In die nederlaag ligt. onze overwin ning. Want zo immers, worden we Zijn eigendom en Hij, onze Heere! En, dan zegt ons oude leerboek zo schoon: „Waarom noemt ge Hem Onze Heere?" En het antwoord is nog scho- B.erl Omdat Hij ons niet met goud of zilver, maar met Zijn dierbaar bloed ge kocht heeft en uit alle geweld des dui vels verlost. Ja, Christus is Overwinnaar! En Zijn Koninkrijk komt! Dan zal Hij eeuwig heersen. Enonder Zijne heerschap pij zijn we zalig, zijn we vrij. Dirksland. C. J. Kesting. I. Naar aanleiding van de te Goes ge houden uiendag, hebben in onze streek- pers twee op uiengebied bekende perso nen, een polemiek gevoerd onder boven staande titel. Zij sneden daarin een paar zeer be langrijke vraagstukken aan, die destijds niet geheel zijn uitgewerkt en helaas weer in het vergeetboek raken, zonder dat er stappen gedaan worden tot een merkbare verbetering. Omdat de teelt en de handel in uien, speciaal voor ons eiland van zeer groot belang is, willen wij op enkele punten die noodzakelijk verbetering behoeven, nogmaals de aandacht vestigen. Wij willen beknopt in volgorde be spreken: 1. Kwalitiet van de uien. 2. Keuring van de uien. 3. Areaal van de uien. 4. Verkoop van de iiien. Vooraf delen wij mede dat wij niet de bedoeling hebben om enige persoon of instantie of wie dan ook, te diskwalifi ceren. Het gaat hierbij alleen om te trachten het algemeen belang te dienen en te pogen tot enige verbetering te ge raken. UitwisseUng van gedachten is daartoe beslist noodzakelijk, willen wij tot be tere toestanden geraken. Kwaliteitseisen. Op de te Goes en daarna te Sommels- dijk gehouden vergadering is zeer dui delijk gebleken dat het wat betreft de kwaliteit van onze Hollandse uien niet best gesteld is. Wat hiervan de oorzaak is laten wij geheel in het midden, temeer waar het feit te ernstig is om hierover een vruch teloze polemiek te voeren. De ouderen hier op Flakkee kunnen zich nog heel goed herinneren, dat door één der uienexporteurs, mensen van ons eiland werden uitgezonden naar Polen om daar uien te sorteren. Nog juist voor het uitbreken van de tweede wereld oorlog leverde onze Flakkeese fabrikant van uiensorteermachines zijn eerste exemplaar voor Polen af. Twee jaren tevoren zagen wij van een Londense firma, foto's van Poolse uien die te Londen in een pakhuis waren op geslagen. Deze foto's moesten dienen om aan de afzenders te laten zien in welk een ho peloze en absoluut onverkoopbare toe stand, hun product op de Engelse markt aankwam. Het was een mesthoop. Dit nummer staat min of meer in het teken van de woningbouw, nu de Woninghouw-Vereniging te Middelharnis Zaterdag a.s. drie modelwoningen opent, die zeer geriefelijk zijn ingericht, met aller lei hulpmiddelen voor de huishouding. In do raadszaal wordt Zaterdagmiddag 3 uur een bijeenkomst ge houden waar het Bestuur, Commissarissen, het Dames-comité van de Woningbouw-Vereniging, de colleges van B. en W. Middelharnis' Sommelsdijk, raadsledet% directeuren van de Nutsbedrijven en de medewerkers aan de inrichting zijn uitgenodigd, waarna in de Prinses Margrietstraat de modelwoningen officieel zullen worden geopend. De openstelling voor het publiek vangt aan op Dinsdag 18 Fe bruari a.s. Men zie daartoe de betreffende mededelingen en adver tenties in het tweede blad. Wij wekken gaarne op een bezoek aan deze keurig ingerichte wo ningen te brert^en. Nu 15 jaar later waartussen de twee de wereld-oorlog ligt, met de nasleep daarvan, levert Polen uien van prima kwaliteit in een keurig verzorgde ver pakking. Het Vakblad van 17 Sept. j.l. schreef dat „zowel kwaliteit als sortering het volmaakte benaderen". In het voorjaar toen voor onze uien practisch gesproken geen cent werd be taald, waren de Poolse uien zeer in trek. Ook nu wordt voor de eerste zending in dit seizoen een prijs betaald van 8 a 10 et. per kg boven de Hollandse uien. Eenzelfde vergelijking kunnen wij trek ken bij de Hongaarse uien. Al wordt hieraan niet zoveel zorg besteed als aan de Poolse uien, de kwaliteit is prima en zeer houdbaar. De Hongaarse ui brengt op de Engel se markt plm. 5 a 6 et. per kg meer op dan onze uien. Met de Spaanse uien willen vrtj geen vergelijking treffen, omdat de klimato logische invloeden te veel verschillen. Al geven wij direct toe, dat ook het kUmaat in Polen en Hongarije droger is dan in Holland, toch zullen wij moeten erkennen, dat in vroeger jaren ook hier uien werden geteeld, die wat vastheid en houdbaarheid betrof, gerust met het product van 'die genoemde landen kon concurreren. Sedert de laatste 20 jaren is de kwa- Uteit van onze uien heel sterk achteruit gegaan en het is te hopen dat hierin verbetering is aan te brengen. Reeds nu is het op de buitenlandse markten goed merkbaar dat de Holland se ui zijn vrij goed« reputatie verloren heeft en dat andere landen ons vanwege hun beter product verdringen. Of het rood in de ui, waarover zoveel gesproken en geschreven is, moet terug keren of niet, laten wij onbesproken. Wij verwijzen naar het bovenstaande wat betreft de Poolse ui en stellen de vraag of Holland waar de wetenschap op lan'dl- en tuinbouwgebied zover gevor derd is boven andere landen, moet ten- achter blijven. Wij hopen dat de pogingen die wor den aangewend om tot verbetering van de kwaliteit te geraken, met succes mo gen worden bekroond. Zouden onze oude practijkmensen mo gelijk onbewust niet methoden hebben toegepast waarvan de wetenschap nu nog gebruik kan maken? Toen waren er partijen aan de markt van goede kwa liteit en houdbaarheid. Keuring. Voor het werk, dat het Uitvoer Con trole Bureau verricht hebben wij groot respect. Toch kleven er nog verschillende fou ten aan de keuring die nodig zouden moeten worden verbeterd, In de polemiek, waarop wij hierboven wezen, werd van de zijde der veihng op- Romnnce in Wolenaam MET ÉN ZONDER INILEVERIHg" -\" JUWELIER HORLOGER HOOGSTRAAT 164 TEL. 115432' L£T OP 0£ IHCAMG: ,,ac PEUR -" MeT-DEUCÜLUHSm/iCEM" BEiJERLANDSELAAN 3 - JEL 70360 gemerkt, dat een keuring in een ,,A" en „E" kwaliteit, mogelijk reeds verbete ring zou brengen. De buitenlandse afnemers beroepen zich op de keuring en beschouwen daar door een betere en een minder goede kwaliteit, als gelrjkwardig. Dit is zeer funest voor de Hollandse reputatie. AI zijn de richtlijnen gelijk, toch is er groot verschil in de uitvoe ring van de keuring. Wij hebben enkele jaren geleden in Zeeland op een veiling vroege uien zien klaar maken, die hier op Flakkee niet zouden zijn goedgekeurd. Wij hebben aan- een zeehaven gezien, hoe uit een monsterbaaltje meer dan vijftien uien werden gehaald, die werden afgekeurd en toch mocht de gehele par tij worden verladen. Gelet op deze grote verschillen, vre zen wij dat wanneer er een „A" en een „B" klassificatie zou komen, de B uien op Flakkee menigmaal nog beter zou den zijn dan de A uien uit een ander rayon. Wanneer deze toestand zou optreden zou ze nog nadeliger zijn dan de huidige toestand. Wij zouden persoonlijk ook veel voor een A en een B sortering voelen, wan neer het mogelijk zou^ zijn, dat de uit voering van de keuringsvoorschriften in ieder district vrtjwel gelijk zou zijn. Wanneer dit niet te bereilcen is, dan prefereren wij de huidige toestand boven een meer geclassificeerde methode, ge let op de mentaliteit van de buitenland se kopers, waarmede wij toch in de eer ste plaats rekening moeten houden. M. Kp.-Kr, Het best gesorteerd in FIJN FRTirr EN DELICATESSEN. HERO in blik: Gebraden kip Kippensoep Tomatensoep Kalfssoep Champignons Schorseneren Asperges Tuinbonen Gebraden hoentj es Gevulde kip in wijnsaus, met champignons en truffels Vleesgalantines en pasteien Niertjes in Madeirasaus Kip- en nier-ragoüt Hamworst Hazenpastei Lunchtong Goulash Nasi Goreng Jamoneta fruitmanden en Fruitschalen het best verzorgd door: B. v. d. VEBB Westdijk Tel. 2682 MHWDELHABNIS Aanbod thans ruim 30.000 lager dan eind 1953. Gedurende de maand December nam het aantal werkloze mannen toe van 45.071 tot 66,977, terwijl de bezetting voor de aanvullende werken steeg van 7036 tot 14.505, zodat het aanbod van arbeidskrachten in totaal met 29.375 toenam. Deze toeneming van de gere gistreerde arbeidsreserve van mannen is te wijten aan het winterseizoen, waar door vooral in de landbouw, de bouw nijverheid en in de voedings- en genot- middelenaindustrie de werkgelegenheid afnam. Hierdoor nam ook de werkloos heid toe onder de veenarbeiders, de losse arbeiders en het transportpersoneel. Afgezien van de seizoeninzinking hand haafde de werkgelegenheid zich op een hoog peil. De omvang van het aanbod lag eind December ruim 30.000 lager dan een jaar geleden, hoewel de man nelijke beroepsbevolking inmiddels met rond 40.000 is gestegen. Het aanbod van bouwarbeiders steeg van 10.081 tot 17.731, veenai-beiders van 1734 tot 2499, metaalarbei'ders van 2465 tot 3083, landarbeiders van 7883 tot 18.570, transportpersoneel van 2795 tot 3868 en losse arbeiders van 10.865 tot 16.056. De vraag naar mannelijk personeel daalde van 41.947 tot 38.266. Ook in Melissant wordt nu gewerkt aan het tot stand brengen van ©en twee de waterkering. Vanwege de Dijkring Flakkee is men met dragline en bull-dozer bezig de ber men van de Bouwdijk, van de boerderij van de heer P. D. Sieling af tot aan de kruising van de Bouwdijk met de Mo lendijk in het dorp, aan te vullen en te egaliseren. Deze bermen werden ge bruikt voor land- en tuinbouw en wor den nu weer op een helling van 3 op 1 aan de buitenzijde en van 2% op 1 aan de binnenzijde gebracht. Daarna zullen ze worden ingezaaid met gras. Vele perceeltjes bouwland en tuin* grond, d. z.g.n. „dijkhofjes" moeten nu verdwijnen. Daardoor zien talrijke inwo ners zich een bron van inkomsten ont gaan. Ook zullen enkele dijkwoningen in meerdere of mindere mate in de knel komen. Enkele huisjes komen vrij diep in de dijk te liggen. Het ligt in de be doeling de bermen van de Noorddijk, Westdijk en Molendijk op dezelfde wijze te bewerken, waardoor de ring om Me lissant zal worden gesloten. J. ^W(^p*^-'3i^^p**T'-^'- '^i^r;

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1955 | | pagina 1