De ui in de riii
r
H:v:ANllËt
De werkloosheid in
December
Rumoer en „geknal"
bij de jaarwisseling
Openstelling van de 3 modelwoningen
te Middelharnis
27e Jaargang
Zaterdag 15 Januari 1955 No. 2368
GHB WEEKBLAD OP GEBEFOBMEEBDE GBONDSLAG
VOOB DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
MEDITATIE
„Henielbestormers"
Uiptet
HoïiciefB en LI ppeti
ruw?
M O DE R NE E R LOy IN GS Rl Np Ejü
De Fruitcentrale"
Noack's Specialité's
GEBRs. KAPTËSN
EEN ZAAK VAN VERTROUWEN
MIDDELHARNIS - Tel. 2004-2704
SOMMELSDIJK - Telefoon 2205
Tweede waterkering Meiissant
Redactiebureau: Pr. HENDRIKSTBAAT 14, MIDDELHARNIS
TELEFOON K 18T0 - 2017 GIRO 167930 POSTBOX 8
Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729
Na 6 uur 's avonds Telet. K 1870 - 2017
Verschtfnt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag
ABONNEMENTSPRIJS: 1.70 PER KWARTAAL
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm.
BQ contract speciaal tarief.
De laatste dagen van het jaar worden
op vele plaatsen in ons land door de
jeugd gebruikt, vooral de avonden, voor
het maken van veel leven en gedruis.
Of deze gewoonte terug te voeren is
naar het oeroude geestenver jagen" van
onze heidense voorouders wagen we te
betwijfelen. Daartoe is het in de laatste
jaren te veel in zwang gekomen. We
geloven, dat het meer een symptoom is
van toenemende baldadigheid en brood-
dronkenheid', een vorm van het opeisen
van „de straat", door de jeugd. Een be
wijs, dat de jeugd, op welke onbenullige
wijze dan ook, zich wil laten gelden. Dat
het gebruik om leven te maken in de
laatste jaarweken een vorm van balda
digheid is, die men te meer aangrijpt
omdat het schandelijk bedrijf min of
meer gedekt wordt door de mantel van
de „folklore". Dat het een algemeen ge
bruik wordt kan men hieruit wel af
leiden, dat de berichten er over zowel
van het Westen als van het Oosten ko
men. En 'diat het op sommige plaatsen
tot een grote overlast is geworden blijkt
wel uit de berichten, die tot ons kwamen
en uit de artikelen en afkeurende inge
zonden stukken, die in sommige kranten
over dit euvel verschenen.
Een dagblad in het Oosten van ons
land schreef in een artikel: „Zal er dan
mi eindelijk een kreet van verontwaar
diging door heel het land worden ge
hoord over de ergerlijke straatschende
rij in do laatste twee weken van 1954,
culminerend in een Oudejaarsnacht,
waarin honderden gewonden in de zie
kenhuizen moesten worden behandeld?"
Of blijft de rustige burger van dit land,
nu de politie tegen deze opstand der
vandalen machteloos staat, overgeleverd
aan de straatterreur? Moeten de artsen
en het ziekenhuispersoneel maar klaar
staan, hun huiselijk leven opofferend,
om de slachtoffers van deze massale
uitdaging aan een geordende samenle
ving, aan de lopende band te helpen?
Reeds een jaar geledien hebben wij
ernstig gewaarschuwd tegen de gevaren,
die hier dreigden. Wij voorzagen de uit
breiding van de guerilla, die dit jaar
dan ook inderdaad gekomen is. Sluip
schutters loerden langs Nederlandse
straten, bezorgden tien millioen landge
noten dagenlang een onbehaaglijk gevoel
van onveiligheid en waren in hun dol
driest optreden op sommige plaatsen
zelfs een openlijke aanfluiting van het
gezag."
Het blad ziet in het gebeurde rond de
jaarwisseling niets minder dan een cri
sis van het gezag.
Het blad dringt er op aan, dat in de
loop van dit jaar wettelijke maatrege
len worden getroffen om het ingedeukte
gezag te herstellen. Het blad ziet geen
ander middel om de Nederlandse samen
leving van het kwaad te verlossen dan
door de aflevering, liever nog de aan
maak van die gevaarlijke jeugdbommen
te verbieden.
In een ingezonden stuk wordt uit een
plaats in het Oosten des lands geschre
ven: „Roekeloos werden voetzoekers,
rotjes e.d. naar de voorbijgangers gewor
pen. Verder naar wielrijders, auto's met
al de gevaren daaraan verbonden. Legio
waren de klachten over verbrande kle
dingstukken, verbrande handen en vin
gers." Dat het in die plaats wel erg was
blijkt wel aJs 'die inzender schrijft: „De
niets ontziende jeugd deinsde er zelfs
niet voor terug zijn projectielen te wer
pen naar de handhavers der wet." Ook
maakt hij melding van het feit, dat men
de politie ging bekogelen met stenen,
toen deze genoodzaakt was in te grij
pen. Terecht veroordleelt de inzfinder „de
terreur van de straat veroorzaakt door
zelfs Knapen van 8 tot 14 jaar, ja zelfs
van meisjes." De schrijver becritiseert
ook het verspillen van het geld aan die
dure vuurwerken en neemt er aanlei
ding uit om het klagen over de dure
tijd, wat men zo vaak hoort, sceptisch
op te nemen. Ook op het ernstig onge
rief voor ernstige zieken en voor kleine
kinderen wordt door de schrijver gevven
zen. De schrijver somt een drietal mid
delen op om dit euvel te voorkomen.
Hij noemt een landelijk verkoopverbod
van vuurwerk, carbid inbegrepen.
Verder hoopt hij op de hulp van de
ouders. „Laten, zo schrijft hij, de ouders
tonen, dat ook zij nog in staat zijn, hun
lünderen behoorlijk op te voeden en hun
het geld voor het vuurwerk niet ver
strekken."
In een krachtdadig optreden van ide
politie, zodra er voor het eerst knallen
gehoord worden ziet hij tenslotte ook
een middel om het kwaad uit te roeien.
Niet alleen in het Oosten en het Wes
ten is de jaarwisseling met veel bande
loosheid gepaard gegaan, ook op onze
eilanden heeft de jeugd zich niet onbe
tuigd gelaten. Het is toch onbeigrijpelijk
waar men zijn vermaak in zoekt. Wat
een ontstellende leegheid heeft zich van
ons volk meester gemaakt. Hoe angstig
was men in de oorlogsjaren voor het
knetteren der vuurwapenen, voor het
geraas en 'gezoem van vliegtuigen en
V I's, voor het gedonder van het ge
schut en voor de luide knallen van ont
ploffingen. Dat alles is nog maar tien
jaar geleden. Het is vergeten. De jeugd
levert er een imitatie van. En waarom?
Brooddronkenheid, baldadigheid en
straatschenderij, om zich daarin uit te
leven. Het zich een ogenbhk te doen
gelden om de innerlijke leegheid weg te
knallen? In een volgend artikel w«nsen
we nog een paar opmerkingen over deze
„landelijk© overlast" te maliën.
En van de dagen van Johannes de
Doper tot nu toe, wordt het Ko
ninkrijk der hemelen geweld aan
gedaan en de geweldigers nemen
het met geWeld.
(Matth. 11 12)
„Doch waarbij zal ik dit geslacht ver
gelijken?" Dit is de vraag door de Heere
Jezus gesteld, als Hfl zich geplaatst ziet
voor de grenzeloze oppervlakkigheid en
onverschilligheid der schare, betreffen
de de dingen der eeuwigheid.
Hfl bepaalt zijn gehoor bij de kinderen
die op de markt aan het spelen zijn en
andere kinderen toeroepen: „wij hebben
U op de fluit gespeeld en ge hebt niet
gedanst. We hebben U klaagliederen
gespeeld en ge hebt niet geweend".
Daar is een onverschilligheid waarneem
baar. Ze willen niet meedoen. Ze vinden
alles te kiniderlyk en te kinderachtig.
Zo is het nu ook met de massa be
treffende de dingen van het koninkrijk
Gods. Och ja, wanneer je het ze stuk
voor stuk afvraaigt, dan vril uiteindelijk
ieder nog wel naar de hemel, maar er
iets voor over hebben, neen, dat niet.
Geen leven naar Gods geboden, in ieder
geval. Wat heb je dan nog aan je jeugd?
Geen leven ook van innige smeking om
het bezit van dat grote goed. Een mens
kan toch niet altijd bidden, altijd in de
put zitten?
O ja, ik bid wel eens, maar dan komen
er weer hele perioden, dat ik er hele
maal niet aan denli. En gelukkig maar,
want je kan er toch niet altijd over in
de war zitten, dan zou een mens zijn
verstand verliezen.
Dat is zo de algemeen gangbare me
ning betreffende deze dingen. Of heb ik
het mis? Ik hoop het! Want, lezers, zo
zal het niet gaan.
Wanneer we waarachtig in aanraking
komen met het Evangelie van het Ko
ninkrijk Gods, dan gaan er twee mach
ten botsen.
Als Godi gaat werken, dan doet de
Satan dat ook. Wanneer alles rustig is,
en de mens voortleeft onder de heer
schappij van de vorst der duisternis,
dan gebeurt er niets. Maar zo gauw deze
merkt, dat z^n prooi hem wel eens kan
gaan ontschieten, dan wordt hij wakker
en gaat met verdubbelde woede probe
ren zijn buit te behouden.
©'m de zaligheid van de mens wordt
een verwoede strijd gestreden, die in
hoofdzaak uitgevochten wordt, hoe zal
ik het zeggen, boven het hofd van ide
mens. Denk maar aan de tekst, betref
fende Petrus: „Simon, Simon, de Satan
heeft U zeer begeerd om te ziften als
de tarwe, maar Ik heb voor XJ gebeden
dat Uw geloof niet zou ophouden".
Daar is dus ook sprake van de strijd
tussen Christus en Satan, om het be
houd van Simon Petrus, een strijd die
buiten hem om beslist wordt.
Dat wil echter niet zeggen, dat die
mens er nu maar lijdelijk bij zou staan.
Als een soort toeschouwer, die er niet
eens zoveel belang bij zou hebben. O,
neen! hij is er als belanghebbende ten
zeerste bij betrokken.
„En van de dagen van Johannes de
Doper tot nu toe wordt het Koninkrijk
der hemelen geweld aangedaan."
De oorspronkelijke zinsconstructie, laat
ook toe, dat we hier lezen: Doet ge
weld aan. In Lukas 16, waar ongeveer
dezelfde tekst voorkomt, luidt het:
wordt het Koninkrijk verkondigd".
Die verkondiging doet altijd geweld
aan en wordt geweld aangedaan.
De volle openbaring van het Koninkrijk
der hemelen, komt slechts door de komst
van de Heere Jezus Christus. Het is dan
ook geen wonder dat Hij de eerste en
grote stoot van dat geweld door Satan
beoefend, moet opvangen. Nauwelijks
op de wereld, stelt Satan, door middel
van Herodes alle pogingen in het werk
om hem van het leven te beroven. Van
daar de gn.iweUjke kindermoord van
Bethlehem.
Vervolgens stelt hij tijdens de verzoe
king in de woestijn al zijn geschut in
werking, om de Heere Jezus tot zonde
te verleiden. Maar met het „Er staat
geschreven" weerstaat de Tweede Adam
de verzoeking beter dan eerste. Johan
nes de Doper, de grote voorbereider en
Aanwijzer van Christus, wordt door He
rodes de Tweede in de kerker geworpen
en later gedood. Het is een poging van
Satan om de verkondiging van het Ko
ninkrijk te beletten.
De schare port hij aan tot een gren
zeloze onverschilligheid betreffende de
dingen van dat Koninkrijk. En mis
schien is er wel geen groter vijandschap
denkbaa;r dan juist de negatie.
De Farizeeërs worden verblind en tot
grote haat opgezweept, zo zelfs dat zij
uiteindelijk de Heere der heerlijkheid
aan het kruis nagelen.
Maarifle verkondiging van dat Ko
ninkrijk gaat door. Eerst door Johannes
de Doper. En toen zijn mond werd ge
sloten door het beulszwaard, door de
grote Leraar zelf. Bekeert U, bekeert U
want het Koninkrijk is nabij gekomen.
Het is er mee als met de eenvoudige
steen uit de droom van Nebucadnezar,
die het beeld sloeg aan zijn voeten en
dat uiteindelijk geheel vergruisde en
vermaalde. Dat is de éne kant van de
zaak
Aan de andere kant staat het: ,,De
geweldhebbers nemen, hetzelve met ge
weld." Nu wordt het Koninkrijk voorge
steld als een veste die veroverd moet
worden. Nu komt er naast de passi^'i-
teit des geloofs, die de mens heeft te be
oefenen bij het aanschouwen van de
grote strijd tussen Christus en Satan,
ook de activiteit des geloofs. De genade
sluit de verantwoordelijkheid der mens
geenszins uit. En de eis uit Gods Woord
klinkt ons tegen: Strijdt de goede
strijd des geloofs, grijp naar het eeuwige
leven.'
Strijdt tegen Satan, wereld en eigen
boze hart.
Leert afzien van zalig willen worden
in een weg van werkheiligheid. Leert
alle dingen schade achten om de uitne
mendheid van de kennis van Christus
Jezus. Om de geheiligde kennis van
hem, om het bezit van Hem gaat het.
En In die strijd wil Hij U met Zijn ver
borgen ondersteuning, nabij zijn. Dan
wordt het mogelijk, dat Abram zijn land
verlaat, om enkel op Gods bevel heen te
trekken naar dat verre en vreemde land.
Dan zegt Jacob: Heere ik laat U niet
los, tenzij dat U mij zegent. Dan klimt
Zacheüs, ondanks alle verhinderingen
en tegenstand in een boom, want hij
moet Jezus zien.
Dan dringt een schuchtere bloedvloel-
ende vrouw door de menigte, want al
leen bij Hem ligt haar genezing. Dan
houdt de Kananeese vol, ondanks de
schijnbare afwijzing van Christus. Dan
brengen de moeders de kinderen tot Je
zus, ondanks dat de discipelen het ver
hinderen willen. Dan werken we onze
zaligheid met vreze en beven, want het
is God die in ons werkt, beide het wil
len werken, naar Zijn welbehagen.
Want dit is het wonder! Het zijn niet
*de groten en de sterken, deze geweld-
hebbers. Neen, het zijn blinden, doven,
kreupelen, lammen, tollenaren en zon
daren. Ze hebben dan ook niet in hen
zelf de kracht om te ovenvinnen.
Maar het is Israels God, die krachten
geeft. Van Wre het volk zijn sterkte
heeft.
Hij geeft de moeden kracht. De flauw-
hartigen dapperheid. De twijfelaars ze
kerheid. De onverschilligen heilige
geestdrift.
Dan wordt de Wijsheid gerechtvaar
digd door haar kinderen. Daarom, om
dat zij de kracht van Zijn werk mochten
ondervinden in hun ziel.
Lezer, hoe is het met U? Moogt ge
door genade al behoren tot die geweld-
hebbers, die de Heere niet meer los
kunnen laten? Zoekt ge Hem als het
hoogste goed met ingespannen krach
ten Hij wil zich laten vinden. Dat staat
vast. Want de Heere heeft geen lust in
de dood van de zondaar maar wel in
zijn bekering en leven.
Gelukkig de mens, die zich door Hem
ïaat overwinnen en het belijden mag:
„Heere, Gij zijt me te sterk geworden
en hebt overmocht."
In die nederlaag ligt. onze overwin
ning. Want zo immers, worden we Zijn
eigendom en Hij, onze Heere!
En, dan zegt ons oude leerboek zo
schoon: „Waarom noemt ge Hem Onze
Heere?" En het antwoord is nog scho-
B.erl Omdat Hij ons niet met goud of
zilver, maar met Zijn dierbaar bloed ge
kocht heeft en uit alle geweld des dui
vels verlost.
Ja, Christus is Overwinnaar! En Zijn
Koninkrijk komt! Dan zal Hij eeuwig
heersen. Enonder Zijne heerschap
pij zijn we zalig, zijn we vrij.
Dirksland.
C. J. Kesting.
I.
Naar aanleiding van de te Goes ge
houden uiendag, hebben in onze streek-
pers twee op uiengebied bekende perso
nen, een polemiek gevoerd onder boven
staande titel.
Zij sneden daarin een paar zeer be
langrijke vraagstukken aan, die destijds
niet geheel zijn uitgewerkt en helaas
weer in het vergeetboek raken, zonder
dat er stappen gedaan worden tot een
merkbare verbetering.
Omdat de teelt en de handel in uien,
speciaal voor ons eiland van zeer groot
belang is, willen wij op enkele punten
die noodzakelijk verbetering behoeven,
nogmaals de aandacht vestigen.
Wij willen beknopt in volgorde be
spreken:
1. Kwalitiet van de uien.
2. Keuring van de uien.
3. Areaal van de uien.
4. Verkoop van de iiien.
Vooraf delen wij mede dat wij niet de
bedoeling hebben om enige persoon of
instantie of wie dan ook, te diskwalifi
ceren. Het gaat hierbij alleen om te
trachten het algemeen belang te dienen
en te pogen tot enige verbetering te ge
raken.
UitwisseUng van gedachten is daartoe
beslist noodzakelijk, willen wij tot be
tere toestanden geraken.
Kwaliteitseisen.
Op de te Goes en daarna te Sommels-
dijk gehouden vergadering is zeer dui
delijk gebleken dat het wat betreft de
kwaliteit van onze Hollandse uien niet
best gesteld is.
Wat hiervan de oorzaak is laten wij
geheel in het midden, temeer waar het
feit te ernstig is om hierover een vruch
teloze polemiek te voeren.
De ouderen hier op Flakkee kunnen
zich nog heel goed herinneren, dat door
één der uienexporteurs, mensen van ons
eiland werden uitgezonden naar Polen
om daar uien te sorteren. Nog juist voor
het uitbreken van de tweede wereld
oorlog leverde onze Flakkeese fabrikant
van uiensorteermachines zijn eerste
exemplaar voor Polen af.
Twee jaren tevoren zagen wij van een
Londense firma, foto's van Poolse uien
die te Londen in een pakhuis waren op
geslagen.
Deze foto's moesten dienen om aan de
afzenders te laten zien in welk een ho
peloze en absoluut onverkoopbare toe
stand, hun product op de Engelse markt
aankwam. Het was een mesthoop.
Dit nummer staat min of meer in het teken van de woningbouw,
nu de Woninghouw-Vereniging te Middelharnis Zaterdag a.s. drie
modelwoningen opent, die zeer geriefelijk zijn ingericht, met aller
lei hulpmiddelen voor de huishouding.
In do raadszaal wordt Zaterdagmiddag 3 uur een bijeenkomst ge
houden waar het Bestuur, Commissarissen, het Dames-comité van
de Woningbouw-Vereniging, de colleges van B. en W. Middelharnis'
Sommelsdijk, raadsledet% directeuren van de Nutsbedrijven en de
medewerkers aan de inrichting zijn uitgenodigd, waarna in de
Prinses Margrietstraat de modelwoningen officieel zullen worden
geopend.
De openstelling voor het publiek vangt aan op Dinsdag 18 Fe
bruari a.s. Men zie daartoe de betreffende mededelingen en adver
tenties in het tweede blad.
Wij wekken gaarne op een bezoek aan deze keurig ingerichte wo
ningen te brert^en.
Nu 15 jaar later waartussen de twee
de wereld-oorlog ligt, met de nasleep
daarvan, levert Polen uien van prima
kwaliteit in een keurig verzorgde ver
pakking.
Het Vakblad van 17 Sept. j.l. schreef
dat „zowel kwaliteit als sortering het
volmaakte benaderen".
In het voorjaar toen voor onze uien
practisch gesproken geen cent werd be
taald, waren de Poolse uien zeer in trek.
Ook nu wordt voor de eerste zending
in dit seizoen een prijs betaald van 8 a
10 et. per kg boven de Hollandse uien.
Eenzelfde vergelijking kunnen wij trek
ken bij de Hongaarse uien. Al wordt
hieraan niet zoveel zorg besteed als aan
de Poolse uien, de kwaliteit is prima en
zeer houdbaar.
De Hongaarse ui brengt op de Engel
se markt plm. 5 a 6 et. per kg meer op
dan onze uien.
Met de Spaanse uien willen vrtj geen
vergelijking treffen, omdat de klimato
logische invloeden te veel verschillen.
Al geven wij direct toe, dat ook het
kUmaat in Polen en Hongarije droger is
dan in Holland, toch zullen wij moeten
erkennen, dat in vroeger jaren ook hier
uien werden geteeld, die wat vastheid
en houdbaarheid betrof, gerust met het
product van 'die genoemde landen kon
concurreren.
Sedert de laatste 20 jaren is de kwa-
Uteit van onze uien heel sterk achteruit
gegaan en het is te hopen dat hierin
verbetering is aan te brengen.
Reeds nu is het op de buitenlandse
markten goed merkbaar dat de Holland
se ui zijn vrij goed« reputatie verloren
heeft en dat andere landen ons vanwege
hun beter product verdringen.
Of het rood in de ui, waarover zoveel
gesproken en geschreven is, moet terug
keren of niet, laten wij onbesproken.
Wij verwijzen naar het bovenstaande
wat betreft de Poolse ui en stellen de
vraag of Holland waar de wetenschap
op lan'dl- en tuinbouwgebied zover gevor
derd is boven andere landen, moet ten-
achter blijven.
Wij hopen dat de pogingen die wor
den aangewend om tot verbetering van
de kwaliteit te geraken, met succes mo
gen worden bekroond.
Zouden onze oude practijkmensen mo
gelijk onbewust niet methoden hebben
toegepast waarvan de wetenschap nu
nog gebruik kan maken? Toen waren
er partijen aan de markt van goede kwa
liteit en houdbaarheid.
Keuring.
Voor het werk, dat het Uitvoer Con
trole Bureau verricht hebben wij groot
respect.
Toch kleven er nog verschillende fou
ten aan de keuring die nodig zouden
moeten worden verbeterd,
In de polemiek, waarop wij hierboven
wezen, werd van de zijde der veihng op-
Romnnce
in Wolenaam
MET ÉN ZONDER INILEVERIHg" -\"
JUWELIER
HORLOGER
HOOGSTRAAT 164 TEL. 115432'
L£T OP 0£ IHCAMG: ,,ac PEUR -"
MeT-DEUCÜLUHSm/iCEM"
BEiJERLANDSELAAN 3 - JEL 70360
gemerkt, dat een keuring in een ,,A" en
„E" kwaliteit, mogelijk reeds verbete
ring zou brengen.
De buitenlandse afnemers beroepen
zich op de keuring en beschouwen daar
door een betere en een minder goede
kwaliteit, als gelrjkwardig.
Dit is zeer funest voor de Hollandse
reputatie. AI zijn de richtlijnen gelijk,
toch is er groot verschil in de uitvoe
ring van de keuring.
Wij hebben enkele jaren geleden in
Zeeland op een veiling vroege uien zien
klaar maken, die hier op Flakkee niet
zouden zijn goedgekeurd.
Wij hebben aan- een zeehaven gezien,
hoe uit een monsterbaaltje meer dan
vijftien uien werden gehaald, die werden
afgekeurd en toch mocht de gehele par
tij worden verladen.
Gelet op deze grote verschillen, vre
zen wij dat wanneer er een „A" en een
„B" klassificatie zou komen, de B uien
op Flakkee menigmaal nog beter zou
den zijn dan de A uien uit een ander
rayon.
Wanneer deze toestand zou optreden
zou ze nog nadeliger zijn dan de huidige
toestand.
Wij zouden persoonlijk ook veel voor
een A en een B sortering voelen, wan
neer het mogelijk zou^ zijn, dat de uit
voering van de keuringsvoorschriften in
ieder district vrtjwel gelijk zou zijn.
Wanneer dit niet te bereilcen is, dan
prefereren wij de huidige toestand boven
een meer geclassificeerde methode, ge
let op de mentaliteit van de buitenland
se kopers, waarmede wij toch in de eer
ste plaats rekening moeten houden.
M.
Kp.-Kr,
Het best gesorteerd in
FIJN FRTirr
EN DELICATESSEN.
HERO in blik:
Gebraden kip
Kippensoep
Tomatensoep
Kalfssoep
Champignons
Schorseneren
Asperges
Tuinbonen
Gebraden hoentj es
Gevulde kip in wijnsaus,
met champignons en
truffels
Vleesgalantines en
pasteien
Niertjes in Madeirasaus
Kip- en nier-ragoüt
Hamworst
Hazenpastei
Lunchtong
Goulash
Nasi Goreng
Jamoneta
fruitmanden en Fruitschalen
het best verzorgd door:
B. v. d. VEBB
Westdijk Tel. 2682
MHWDELHABNIS
Aanbod thans ruim 30.000 lager
dan eind 1953.
Gedurende de maand December nam
het aantal werkloze mannen toe van
45.071 tot 66,977, terwijl de bezetting
voor de aanvullende werken steeg van
7036 tot 14.505, zodat het aanbod van
arbeidskrachten in totaal met 29.375
toenam. Deze toeneming van de gere
gistreerde arbeidsreserve van mannen is
te wijten aan het winterseizoen, waar
door vooral in de landbouw, de bouw
nijverheid en in de voedings- en genot-
middelenaindustrie de werkgelegenheid
afnam. Hierdoor nam ook de werkloos
heid toe onder de veenarbeiders, de losse
arbeiders en het transportpersoneel.
Afgezien van de seizoeninzinking hand
haafde de werkgelegenheid zich op een
hoog peil. De omvang van het aanbod
lag eind December ruim 30.000 lager
dan een jaar geleden, hoewel de man
nelijke beroepsbevolking inmiddels met
rond 40.000 is gestegen.
Het aanbod van bouwarbeiders steeg
van 10.081 tot 17.731, veenai-beiders van
1734 tot 2499, metaalarbei'ders van 2465
tot 3083, landarbeiders van 7883 tot
18.570, transportpersoneel van 2795 tot
3868 en losse arbeiders van 10.865 tot
16.056.
De vraag naar mannelijk personeel
daalde van 41.947 tot 38.266.
Ook in Melissant wordt nu gewerkt
aan het tot stand brengen van ©en twee
de waterkering.
Vanwege de Dijkring Flakkee is men
met dragline en bull-dozer bezig de ber
men van de Bouwdijk, van de boerderij
van de heer P. D. Sieling af tot aan de
kruising van de Bouwdijk met de Mo
lendijk in het dorp, aan te vullen en te
egaliseren. Deze bermen werden ge
bruikt voor land- en tuinbouw en wor
den nu weer op een helling van 3 op 1
aan de buitenzijde en van 2% op 1 aan
de binnenzijde gebracht.
Daarna zullen ze worden ingezaaid met
gras. Vele perceeltjes bouwland en tuin*
grond, d. z.g.n. „dijkhofjes" moeten nu
verdwijnen. Daardoor zien talrijke inwo
ners zich een bron van inkomsten ont
gaan.
Ook zullen enkele dijkwoningen in
meerdere of mindere mate in de knel
komen. Enkele huisjes komen vrij diep
in de dijk te liggen. Het ligt in de be
doeling de bermen van de Noorddijk,
Westdijk en Molendijk op dezelfde wijze
te bewerken, waardoor de ring om Me
lissant zal worden gesloten. J.
^W(^p*^-'3i^^p**T'-^'- '^i^r;