Spaar hei leven
Buitenland
Het kanon zwijgt
27e Jaargang
CHK WEEKBLAD OP GEBEFOEMEEEDE GEONDSLAG
VOOE DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
MEDITATIE
„TOTDAT"
UIT HET
Zaterdag 21 Augustus 1954
No. 2328
Eedactiebureau: Pr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHARNIS
TELEFOON K 1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8
Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870 - 2729
Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017
Verschynt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag
ABONNEMENTSPRIJS: 1.70 PER KWARTAAL.
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm.
Bij contract speciaal tariel.
In een schrijven aan de Gemeente- en
Schoolbesturen spreekt de Minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
ziin grote zorg uit over het wegverkeer,
zoals dat zich na de oorlog ontwikkelt.
In dat rondschrijven spreekt de Mi
nister als zijn mening uit: „In het ver
keer valt immers een daling van het ver
antwoordelijkheidsgevoel en een toene
mende onevenwichtigheid, achteloosheid
en gebrek aan zorgvuldigheid ten op
zichte van de naaste te constateren. Het
aantal verkeersongevallen in' 1953 be
droeg 85.243, het aantal doden 1287 en
het aantal zwaar gewonden 13736. Uit
de politierapporten blijkt, dat zeer vele
verkeersongevallen moeten worden toe
geschreven aan:
a onbekendheid met de verkeersre
gels.
b karakterfouten als onvoorzichtig
heid, onbeleefdheid, ongeduld, on
beheerstheid, gebrek aan discipli
ne en verantwoordelijkheidsbesef.
De verkeersongelukken kunnen we ge
rust als een ramp voor ons volk aandui
den. 1287 doden en 13736 zwaar gewon
den is een zware tol aan het verkeer.
Elke dag eist het verkeer drie doden
schreven we het vorig jaar. Nu is het
al op weg naar vier doden per dag. Dat
zijn ontstellende cijfers. En dan het ge
tal zwaar gewonden. Meer dan dertien
duizend in een jaar. Per dag zeven en
dertig zwaar gewonden. Wat een ellen
de gaat achter die cijfers schuil. Zwaar
gewonden. Hoe velen misschien voor hun
leven invaUde. Of hun gezondheid ge
schokt.
Tussen 3 en 4 doden en 37 zwaar ge^
wonden. Dat is de tol, die het verkeer
iedere dag eist. Als men het zich reali
seert wat dat betekent kan het niet an
ders of men wordt er stil van.
Geen wonder, dat de minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen er
de Gemeente- en Schoolbesturen in een
rondschrijven op wijst.
De zaak waar het om gaat is van het
grootste belang.
Als oorzaak "noemt de Minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen
onbekendheid met de verkeersregels en
liet optreden van karakterfouten.
Nu aan het karakter worden nogal
wat mankementen toegeschreven: on
voorzichtigheid, onbeleefdheid, ongeduld,
onbeheerstheid, gebrek aan discipUne
en gebrek aan verantwoordelijkheidsbe
sef.
Het is een lange rij van karakterfou
ten. De Minister meent dat hier een taak
ligt voor opvoeders en onderwijzers. Hij
gaat terecht van het standpunt uit dat
het voor wat de opvoeding aangaat al
lereerst een taak van de ouders is. Die
hebben volgens de bewindsman in de
eerste plaats de plicht hun kinders op te
voeden tot goede weggebruikers. We
menen dat de minister hier de verant
woordelijkheid juist stelt. De opvoeding
is allereerst een taak voor de ouders.
Wanneer de minister mankementen van
het karakter noemt, dan dienen wij er
wel op te wijzen dat dit de kinderen
aangaat maar toch in de allereerste
plaats de ouders. Een onverschilUge
ouder een onverschillig kind.
Uitzonderingen daargelaten. De minis
ter richt zich tot de Gemeente- en de
Schoolbesturen, maar over hen heen
richten we ons tot de ouders in het al
gemeen. De karakterfouten door de mi
nister gesignaleerd worden in deze tijd
vooral ook bij de ouders gevonden. Er
is bij de vermateralisering van onze tijd
een grote devaluatie van geestelijke
waarden.
Dat komt bij de vaststelling van de
karakterfouten niet weinig tot uiting.
Dat"de scholen er bij betrokken worden
is zeer op zijn plaats. De minister
schrijft: „Naar mijn mening kan en mag
de school zich aan de taak, die ten de
zen op haar rust niet onttrekken. Ik
moge U dan ook dringend verzoeken aan
het doen geven vaji verkeersonderricht
op de onder uw bestuurstaande school
(scholen) de nodige aandacht te schen
ken." Terecht wekt de minister op tot
het geven van verkeersondierwijs. Dat
kan niet meer worden gemist.
Ook op onze eUanden. Daar mag het
verkeer minder frequent zijn dan op het
vasteland, het verkeer neemt ook op
onze eilanden een omvang aaji, die het
geven van verkeersonderwijs noodzake
lijk doet zijn. Geen school zonder ver
keersonderwijs, ook op onze eilanden.
Het verkeer eist het. Ook al zou de lo-
caliteit er geen aanleiding toe geven,
de kinderen hebben er later mee te ma
ken. Ook wanneer ze op het vaste land
komen. Maar met het geven van ver
keersonderwijs is de school er niet af.
Wel degelijk moet ze de door de minister
aangegeven karakter-mankementen be
strijden. In haar opzettelijke en onopzet
telijke opvoeding heeft de school in de
ze een belangrijke taak. Ze vormt de
mensen, die later aan het verkeer deel
nemen.
Tegen de door de minister aangegeven
karakterfouten moet de school optreden.
De manier waarop de schoolopvoeder
deze opdracht gaat vervullen ligt buiten
ons bestek! Dat kan gerust aan de op
voeders op de scholen worden overgela
ten. Alleen willen we er met nadruk op
wijzen dat de gevaren voor het verkeer
een zodanige omgang hebben aangeno
men, dat de school in het bestrijden van
dit ons volk bedreigende gevaar zich
niet afzijdig kan houden.
De school en de ouders hebben hier
een zelfde taak. De ouders allereerst
voor wat roeping en verantwoordelijk
heid aangaat, maar de school ook in
aeer belangrijke mate omdat onderwijs
en opvoeding gemakkelijk in staat is de
gegeven kansen te benutten.
Het gaat om het leven van de men
sen. Van ons zelf en van de naasten.
„Spaar het leven", zetten we.boven
dit artikel.
Allereerst eigen leven, maar in gelij
ke mate ook dat van de naaste.
Bedacht op eigen leven, maar niet
minder op dat van onze naaste.
Van de voetganger tot de automobi
list dient bedacht te worden, dat we
met eigen en anderer leven omgaan, in
dien we aan het wegverkeer in deze tijd
deelnemen. Voor allen geldt: „Spaar het
leven".
Het kanon zwijgt over de hele uitge
breidheid van de aarde.
Het heeft sedert 1914/1918 gedurig
gesproken met weinig onderbreking. En
sedert 1939, de Tweede Wereldoorlog
heeft het onafgebroken gebulderd.
Een tijdvak van bijna vijftien jaar is
het kanon aan het woord geweest.
Dat zijn slechte tijden voor de mens
heid. Oorlog vernielt en verwoest. Oor
log verwildert. In de oorlogen verdier-
lijkt de mens. De oorlog doodt de mens
in de kracht van zijn leven. De oorlog
verwoest en vernielt wat eeuwen heb
ben opgebouwd aan kunst en cultuur.
De oorlog scherpt en spitst het vernuft
om nog maar dodelijke wapens uit te
vinden. Oorlog is een grote vijand van
de mensheid. Wat een zegen, dat we
hierboven kunnen plaatsen ,,het kanon
zwijgt." Na de Tweede wereldoorlog, na
Korea, na Indo-China rusten thans de
wapenen. We mochten God er in erken
nen. Neen 't zijn niet de mensen die de
kanonnen doen zwijgen.
Als het aan de mensen lag dan ging
de strijd voort. Tot een volkomen uit
putting en vernietiging was bereikt.
Maar het is de Heere, Die de oorlogen
doet ophouden tot aan de einden der aar
de. Zo'n moment beleven we nu. We le
zen het menigmaal in Gods Woord. We
kennen de tekst. Maar we lezen er over
heen, het beroert ons niet. Thans kun
nen we het weer opmerken dat niet de
groten der aarde, niet de staatslieden
van naam en gezag het wereldbestuur
in handen hebben. Die zijn slechts mid
delen en tweede oorzaken. Dat zijn, hoe
venvaand en hoog zij zich ook mogen
gevoelen, slechts de bijlen en de zagen,
die God hanteert en trekt. De oorlogen
heeft God doen ophouden. Dat het door
de mensen opgemerkt mag worden, 't Is
nog een bemoeienis Gods. Waardoor hij
nog aan de mensheid arbeidt, opdat men
nog voor Hem invalle. Dat de zonden
yerbroken en de ongerechtigheid verla
ten mogen worden, opdat de vrede be
stendigd moge worden. In het afbreken
van de zonden hgt de bestendiging van
de vrede.
Personen en volken, knechten en he
ren, de man van de straat en de rech
ters en overheden mochten het beseffen,
't Zou een tweede weldaad zijn, die lei
den kan tot bestendiging van de vrede.
VEEMABKT
Etten en Leur, 18 Aug. 1954. Op
de veemarkt te Etten werden aange
voerd 128 stuks waarvan 57 runderen,
1 paard en 70 biggen.
Prijzen: kalfkoeien 700.—1025.—
kalfvaarzen 600^50.pinken 325
525.guste koeien 550.675; gras
kalveren 150200.paarden 400
700.—; biggen 40—60—, lopers 70—
100.—; vette koeien 2.50—3.00 per ki
lo geslacht.
,,Dit zaagt gij, totdat
(Daniël 2 34a)
II.
Zagen we vorige maal iets van 't di
recte verband, betreffende onze tekst,
de vraag rijst (waar Gods Woord toch
geldt voor alle tijden) wat dit alles van
daag nog tot ons te zeggen heeft.
In de eerste plaats heeft ons dus de
vervuüing van het Woord van Daniël,
de waardigheid van de Heere doen zien.
God, de Heer' regeert. Beeft gij vol
ken, eert, eert Zijn hoog bestel.
Maar tochook voor de praktijk
van 't leven zit in één en ander een rijke
les. Deze:
Dat beeld vertolkt de wereld. Zij lokt
met het gouden hoofd. Ze wil U koes
teren aan haar zilveren borst en U vat
ten met haar zilveren hand.
Maar, merkt ge niets bijzonders aan
dat beeld?
Hoe langer ge het bezit, hoe minder
wordt 't waard.
Het begint met goud en 't eindigt met
leem.
Hoevelen hebben dat tot hun schade
ondervonden. De verloren zoon begon
met in overdaad te leven, zich badende
in weelde en overvloed en eindigde bij
de varkenstrog.
Zo is de wereld. In de jeugd wenkt ze
met een gouden hoofd. Over tien jaar is
het zilver geworden. Op middelbaren
leeftijd lijkt 't reeds koper met een
schijn-gouden glans. De grijsheid vindt
het leven hard als ijzer en bij 't sterven
valt het alles als leem uit elkander. Ja,
inderdaad, steeds minder is het waard
geworden. Het begin is zoet, maar het
laatste is bitter als gal.
'In het teken van 't beeld, staat ook
ons persoonlijk leven. De mens, die eerst
de beelddrager Gods was en door de
zonde dit beeld is verloren, tracht zich
nu zelf een beeld te formeren.
Met het goud van zijn eigen-heiligheid
het zilver van zijn eigen gerechtigheid;
het koper van zijn eigen wijsheid en 't
ijzer van zijn eigen wettische vroomheid
poogt hij de zaligheid, de overwinning
te verwerven.
Maarhet fundament deugt niet.
Dat is het brokkelige leem der ijdele
hoop. En als straks de winden van aan
vechting en twijfel waaien en de stor
men en vloeden van loutering en beproe
ving komen, dan stort dat alles als een
kaartenhuis ineen.
De mens kan het aardig overeind
houden, totdatTotdat die steen
komt. Die steen zonder handen afgehou
wen. Die steen werpt dat beeld ons niet
alleen, maar vermaalt alles dusdanig,
dat er alleen wat stof, wat waardeloos
stof overblijft.
Die steen was immers Christus. Als
een kantige, hoekige steen, waaraan ve
len zich met ergernis hebben gestoten
is Hij in de wereld gekomen.
Als een eenvoudig jongske, in een
eenvoudige stal, in een kribbe, in doeken
gewonden, is Hij in de wereld ingedragen
Hij had geen gestalte noch heerlijkheid,
dat we Hem zouden begeerd hebben.
Als Hij in ons leven verschijnt, dan
wordt alles afgebroken wat van de
mens is.
Dan verliezen we stuk voor stuk onze
leunsels en steunsels. Dan wordt de
kroon, omgekeerd, omgekeerd, omge
keerd.
Dan maakt Hij van bekeerde mensen,
onbekeerden. Van vromen, goddelozen,
EENMANSRAKETWENTELWIEK Ziehier de RH-1 (Rocket Helicopter), de
eerste door raketten voortbewogen helicopter van de Amerikaanse marine, tij
dens proefnemingen in het kamp van de marineluchtvaartdienst te Los Alami-
tos in de staat Californië. „Project Pinwheel" („Plan Vuurrad"), zoals men de
ontwikkeling van de RH-1 noemt, heeft bijna vier jaar in beslag genomen. De
„eenmansraketwentelwiek" is speciaal ontworpen voor het uitvoeren van op-
sporings- en verkenningsvluchten. Een bijzonderheid van de nieuwe helicopter
is de regelaar voor brandstoftoevoer. Vroeger stond men bij de behandeling van
dit type vliegtuigen slechts voor de keuze „aan" en „uit".
van behoudenen, verloren zondaren.
Kent ge dat ontledigende werk in uw
ziel?
Zijt ge al eens als verbrijzelde van
geest aan Zijn voeten gebracht? Daar
houdt zijn werk niet meer op. Hij neemt
het eerst weg om het tweede daar te
stellen.
Welgelukzalig de mens, die 't in
waarheid van Hem verliezen mag en 't
zegt: ,,Ja U kiest mijn hart, eeuwig tot
haar woning."
In één van de volgende hoofdstukken
in Daniël lezen we: „Zeventig weken
zijn bestemd over 't volk en de stad om
de overtredingen te sluiten, om de zon
den te verzegelen, de ongerechtigheden
te verzoenen en een eeuwige gerechtig
heid aan te brengen.
Zeventig weken zal deze steen vallen.
Dat is 10 X 7. Deze getallen duiden een
heiligheid en volheid aan. Ze moge lang
of kort duren, maar het is genoegzaam
tot zaligheid.
Zalig, die deze steen ook in deze be
diening mag leren kennen. Is Christus
't fundament van 't gebouw onzer hope
op de zaligheid geworden, niemand zal
met Hem bedrogen uitkomen. Hij is de
Rots van Gods standvastige Uefde. In
de schaduw van Hem mogen ze schui
len tegen de toorngloed des Heeren. Uit
Hem vloeit het water des levens, dat
Hij waarachtig dorstenden aanbiedt om
niet.
Op die rotssteen mogen ze klimmen,
wanneer de golven der bange wereldzee
hoger en hoger stijgen en dreigen te
verzwelgen.
De rotssteen zal al hun vijanden ver
pletteren en de weg banen tot de stad
der eeuwige behoudenis.
Het beeld begint met goud en eindigt
met leem.
Bij de steen is het 't omgekeerde.
Hij lijkt zonder gedaante of heerlijk
heid, maar hoe langer ge Hem beziet,
hoe begeerlijker en heerlijker Hij wordt.
Mijn liefste is blank en rood en draagt
de Banier boven tienduizenden. Alles
wat aan Hem is, is gans begeerlijk.
Het beeld wordt vernietigd, maar de
steen brengt tot de straten, de gouden
straten der Godsstad.
Het beeld wordt van de aarde wegge
vaagd, maar de steen zal hemel en aarde
vervullen.
Christus, de koning, zal heersen tot
in eeuwigheid. En, die in Hem mogen
leren geloven, zullen met Hem heersen
als koningen en priesters.
Dan, zal Gtod alles en in allen zal zijn.
In 't Koninkrijk des Heeren is 't, als
bij de bruiloft te Kana. Daar werd 't
beste tot het laatst bewaard.
Dat beste is de eeuwige zaligheid.
M. L. Wat kiest ge. Het beeld of de
steen
Met de eerste komt ge eeuwig om en
wordt ge straks (misschien wel van een
top van eer) in eeuwige verwoesting
neergestort.
Met de steen, wordt ge eeuwig be
houden, want het is trouw al wat Hij
ooit beval. Kiest dan heden! Kiest de
eenvoudige steen, waar de Kerk van
zingt:
„De steen die door de tempelbouwers,
Veracht'lijk was een plaats ontzegd. Is
tot verbazing der beschouwers. Van God
ten hoofd des hoeks gelegd."
KONINGIN DER TANKVAART. Op het passagiersschip de „United States'
na is de tanker „World Gloroy" het grootste handelsvaartuig, dat ooit m de
Verenigde Staten is gebouwd. De luchtfoto van dit nieuwe schip, die wij hierbij
afdrukken, is tijdens één van de proef tochten gemaakt ter hoogte vmi Roek-
land in de Oostelijke Amerikaanse staat Maine. De „World Glory" is 736 voet
(224 26 meter) lang en kan 16.500.000 „gallons" (bijna 621/2 milhoen hter) olie
vervoeren, een hoeveelheid die gelijk staat met de inhoud van 20 tremen van
100 tankwagens elk of die van een 30 mijl (meer dan 48 kilometer) lange ka
ravaan tankauto's. Het nieuwe schip zal spoedig een geregelde en naar men
aanneemt goedkope, dienst gaan onderhouden tussen de Perzische Golf en de
Verenigde Staten.
Dirksland.
C. J. KESTING.
Vacantie-gedachten Bezoek aan
Huis Doorn Keizer Wilhelm II
en zijn schatten Sic transit
In de vacantie in de omgeving van
het bosrijke Doom vertoevend, heeft uw
waarnemer daar ook het voormalig ver-
bUjf van de Duitse Keizer, Wilhelm II
bezocht. Het zal de lezer bekend zijn,
dat in de spannende Novemberdagen
van 1918 Keizer Wilhelm onder de druk
van de politieke ontwikkeling in Duits
land, naar Nederland uitweek. Hij vond
toen een gastvrij onderdak bij Graaf Ge
dard Bentinck op Huis Amerongen, wat
echter een tijdelijk karakter droeg. De
Nederlandse regering stond hem toe
zich voor goed in ons land te vestigen,
mits hij zich van alle politieke activiteit
zou onthouden, wat hij ook prompt is
nagekomen. Als vaste woonplaats koos
hij toen Huis Doorn, dat hij in 1920 be
trok, waartoe hij meerdere kunstschat
ten uit het keizerlijk paleis te Potsdam
liet overkomen, en het kasteel geheel
met eigen meubelen, kostbare schilde
rijen, tapisserieën, goud- en zilverwer
ken en een grote verzameling antiquitei
ten uit het Huis Hohenzollern, liet in
richten.
Een en twintig jaar heeft de Keizer
te Doorn gewoond en geleefd, eerst met
zijn gemalin Auguste Victoria, die ech
ter hetzelfde jaar overleed. In 1922 huw
de hij Prinses Hermine von Reusz, die
na de dood van de Keizer in 1941 naar
haar Duitsche bezittingen terugkeerde
en in 1946 in armelijke omstandigheden
haar einde vond.
Het Huis Doorn met alles wat zich
er in bevindt; is door de Nederlandse
regering geconfisqueerd (verbeurd ver
klaard.) Daarover is veel te doen ge
weest met de nog levende erfgenamen;
dit cultuurgoed, met veie voorwerpen
van internationale historische waarde
kon evenwel voor ons land behouden
blijven.
Er zijn weinig musea in ons land die
zoveel bezoekers trekken het getal
varieert van 60 tot 70.000 per jaar. Het
aantrekkelijke is, dat sinds de dood van
de Keizer het Huis nog precies zo is
ingericht, tot het bed toe waar hij op
geslapen heeft. Dit alles heeft op het
pubhek een suggestieve werking. En
voor kunstkenners is hier werkelijk veel
te bewonderen.
Ook wij kwamen onder de indruk, toen
wij dit Huis bezochten. Een stuk we
reld geschiedenis is hier afgesloten. De
machtige Duitse Keizer die zijn legioe
nen in de eerste wereldoorlog 1914-1918
heeft aangevoerd, bracht in dit Huis zijn
laatste levensdagen door en stierf er op
82-jarige leeftijd.
Het geslacht Hohepzollern (naar de
naam van een bergslot) waaruit de
Keizer stamt, dagtekent reeds uit de
vroege middeleeuwen. Een dier slothe-
ren werd in 1415, onder de naam van
Frederik I, markgraaf van Branden
burg. Zijn taak was om het grensgebied
te beschermen tegen de heidense Slaven
en ze terug te drijven. Dit gelukte; hun
gebied werd voortdurend groter, zij ver
kregen de keurvorstelijke waardigheid,
verwierven het hertogdom Pruisen en
tenslotte de koningskroon (1701). De
glorie van dit energieke Vorstenhuis
steeg ten top, toen Wilhelm I in 1871
als Duits Keizer te Versailles werd ge
kroond.
Het behoeft dus geen betoog, dat dit
geslacht heel wat bekwame en krachti
ge regeerders onder zijn zonen heeft
geteld. Er zijn weinig vorstenhuizen, die
roemen kunnen op zoveel bekwame re
genten. Wij noemen in dit verband
slechts de naam van de „Groten Keur
vorst" (1640—1688) die gehuwd was
met een dochter van onzen stadhouder
Frederik Hendrik en van Frederik de
Grote (17401786) die het tegen half
Europa durfde op nemen.
Sic transit gloria mundi! ook dit
machtige huis viel, de laatste keizer,
Wilhelm II stierf in ballingschap en
werd in de tuin van Huis Doorn begrar
ven.
Vergane grootheid! Het tekent ons
wel bijzonder de vergankelijkheid van
het leven. Wie zal op zijn afkomst,
macht, eer, roem, bogen? Voor God zijn
alle mensen eender. Hij is het, die de
vorsten als druiven afsnijdt. Keizer of
bedelaar, hoe rijk, hoe men ook in eer
en aanzien heeft geleefd, bij 't sterven
telt het niet. Dan is een ander goed no
dig, n.l. „het goed, dat nimmermeer ver
gaat." Dat heilgeheim schuilt soms on
der de armsten der wereld. Die zijn rijk
in God, rijker dan de machtigste koning
of Keizer.
Ik hoop maar dat er onder de dui
zenden die jaarlijks Huize Doorn bezoe
ken velen zullen zijn die er een indruk
van meenemen, dat we hier geen blij
vende stad hebben. Om naar de toe
komende te leren zoeken. De gouden en
zilveren serviezen, de paarlen en flon
kerende diamanten die er nog te zien
zijn, zijn toch ten vure gedoemd. De be
zitters, met eer en macht bedeelt in hun
leven, zijn reeds lang vergaan. En het
geeft geen losgeld voor de ziel. Zo be
paald bij de vergankelijkheid van het le
ven, zou door de werking van Gods
Geest een zoeken naar het onverganke
lijke kunnen ontstaan. Naar de schat,
die de mot noch de roest verderft. De
vacantie zou op deze wijze gezegend
nut kunnen afwerpen.
WAARNEMER.
Cbioa
Van Zaterdag 21 Aug. v.m. 12 uur t.m.
Maandag 23 Aug. v.m. 9 uur.
Middelhamis-Sommelsdök
Afwezig de artsen P. Knöps, Tj. Kui
pers en C. F. Arends. Voor spoedgeval
len J. J. Wieringa, arts, Tel. 2090, Mid-
delharnis.
Dirksland-Heikingen-Melissant
Afwezig K. J. Huisman, arts en dr P.
Boot. Voor spoedgevallen B. Elvé, arts.
Tel. 01879-262, Dirksland.
Oost-Flakkee:
Afwezig de artsen C. W. Kramers, G.
J. Buth en E. Bouman. Voor spoedgeval
len P. C. J. Voogd, arts. Tel. 01874-59
Oude Tonge en P. J. de Man, arts. Tel.
01875-20, Nieuwe Tonge.
De regering van communistische Chi
na heeft dezer dagen een uitspraak ge
daan, die nogal wat opschudding heeft
teweeggebracht in de politieke wereld.
De voorgeschiedenis is over het al
gemeen wel bekend: Het nationalistis-
tisch China van Tsjang Kai Sjek werd
door de rode legers van Mao Tse Tung
onder de voet gelopen. Alléén het eiland
E'ormosa bleef behouden en werd de ze
tel van de regering van nationalistisch
China. Beide regeringen beschouwen
zichzelf als de wettige Chinese regering.
Het spreekt vanzelf dat het laatste bol
werk van de nationalisten een doorn in
het oog der communisten is en dat ze
geen moeite gespaard hebben om het
laatste restant van het nationalisme uit
de weg te ruimen.
De rode regering in Peking heeft daar
over een ondubbelzinnige uitspraak ge
daan. Formosa hoort bij China en Pe
king is van plan, desnoods door een aan
val, dit gebied in bezit te nemen.
President Eisenhower van Amerika
heeft hierop geantwoord in zijn weke
lijkse persconferentie. Er bestaat geen
twijfel over de reactie van de Verenigd»
Staten bij een eventuele aanval van d«
communisten op Formosa.
De regering van communistisch China
aldus Eisenhower, moet niet vergeten
dat de Amerikaanse Zevende Vloot in
de wateren rond Formosa kruist. Deze
vloot moet buiten gevecht gesteld wor
den voordat de Chinese vloot met succes
een invasie op Formosa kan onderne
men!
In Februari 1953 heeft de president
bevolen dat de Zevende Vloot Formosa
moet verdedigen bij een eventuele aan
val van de communisten en dit bevel
is nog altijd van kracht.
In het kort komt de kwestie dus op
het volgende neer:
Rood-China zegt: Formosa hoort bij
China. China is communistisch, dus For
mosa behoort dat ook te zijn. Desnoods
zullen we geweld gebruiken om dit laat
ste nationalistische bolwerk te doen ver
dwijnen.
Maar om een invasie op Formosa te
doen, moet de Chinese vloot „over" de
Amerikaanse vloot heen. De Verenigde
Staten zullen niet lijdelijk toezien, wan
neer Formosa wordt bedreigd.
Mocht Rood China z'n plan ten uit
voer willen brengen, dan ligt de Ame
rikaanse vloot gereed om deze uitvoe
ring te verhinderen. Het gevolg zal dus
zijn: Een ontmoeting tussen de Chinese
en de Amerikaanse vloot. De gevolgen
daarvan zijn voor de wereld niet te
overzien.
Het is zeer wel mogelijk dat China
zich nog wel enige malen zal beziimen,
alvorens tot daden over te gaan. De na
oorlogse jaren hebben reeds verschill-
de bewijzen opgeleverd vqpr het feit dat
zowel het Oosten als het Westen het
risico van een wereldoorlog niet aandur
ven.
Frankrijk
Met de E.D.C, botert het nog steeds
niet in Frankrijk. Premier Mendès-Fran-
ce heeft aan de Franse volksvertegen
woordiging enige veranderingen van het
E.D.C, verdrag voorgesteld, waardoor
wél de Franse voor- en tegenstanders
nader tot elkander worden gebracht,
maar waardoor het verdrag tevens zo
veel vaSi z'n oorspronkelijk karakter
verliest, dat het vooral voor Duitsland
onaanvaardbaar wordt.
De Franse voorstellen beogen te zeer
de Franse belangen en tasten daarmee
het wezenlijke karakter van het verdrag
aan. Zo wenst het bijvoorbeeld alléén
zijn divisies in Duitsland in een Euro-
Vervolg pag. 2)