Uienteeit in net miaaelpunt
aer oeiang stelling
Koprol moeilijk te bestrijden
Begrip
van twee kanten
Marktberichten
Wereldbevolking
Van dienstbode tot „profetes"
groeit
Dijkje te Den Bommel
doorgebroken
26e Jaargang
CHB WEEKBLAD OP GEBEFOBMEEBDE GBONDSLAG
VOOB DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
Vereniging Bedrijfsvoorlichting ,,Goeree-Ouerflakhee"
Lezing van
Dr C. W. C. V. Beekom
te Goes
Dominé Dina van
Zierikzee
Centrale Veiling
Middelharnis
Woensdag 21 Juli 1954
No. 2321
Eedactiebureau: Pr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHAKNIS
TELEFOON K 1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8
Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729
Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017
yerschynt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag
ABONNEMENTSPRIJSf 1.70 PER KWARTAAL
ADVERTENTIEPRUS 12 cent per mm.
Bij contract speciaal tarief.
Belasting betalen is voor de doorsnee-
Nederlander in vele gevallen een pljnlij-
Ke zaak, vooral als het tegenvalt en de
aanslag hoger is dan men had gemeend.
De belasting-inspectie moet het daarbij
nogal eens ontgelden; men spreekt van
uitmergelen of men denkt de inspectie
andere minder fraaie woorden toe. In
derdaad is het voor velen, voqral voor
de middenstand, vaak een hard gelag de
hoge belastingen te moeten opbrengen,
nien komt niet aan reserveren toe, de
winst en soms nog niet eens de
winst! wordt door de schatkist weg
gehaald. Vanzelfsprekend handelt de
mspeetie van 's Rijks Belastingen naar
vaste regels, die in de Wet zijn vastge
legd. Dat moet men niet vergeten. Men
kan niet de schuld geven aan de belas
ting-inspecteurs; is de aanslag naar
iemands mening te hoog kan men recla
meren: met de cijfers en de wet in de
hand kan men zijn recht zoeken. Het
komt echter in vele gevallen op weder
zijds begrip aan: begrip voor de moei
lijkheden, waarin de belastinginspec
teur zich vaak bevindt (met de wet in
de hand) en begrip voor de moeilijkhe
den van de belastingbetaler.
Over dit begiip van twee kanten la
zen we in „Vrijheid en democratie" een
artikeltje, waarin het liep over de hou
ding (vaak een historische houding) die
de belastingbetaler aanneemt en ander
zijds óm het meer of minder soepel op
treden van de inspecteurs. Dit blad be
weerde, dat in de grote steden de soe
pelheid van de belastinginspecteurs in
ruimere mate werd aangetroffen dan in
de provincie. Binnen de grenzen der wet
reageerde men meer op een menselijke
en begrijpelijke wijze.
Als voorbeeld hoe men het soms op
het platteland doet, werd een geval aan
gehaald, dat zich enige weken in Zee
land heeft afgespeeld.
In Goes werd n.l. een manifestatie op
landbouwgebied georganiseerd, waarvan
wordt verklaard, dat deze, zowel wat or
ganisatie als wat het gebodene betreft,
het gehele land tot voorbeeld kan strek
ken. De deelnemers kwamen uit alle de
len van het land, zomede ook de bezoe
kers.
Gemeenteambtenaren van Goes hebben
tevens al hun krachten en medewerking
verleend om deze landbouwmanifestatie
te doen slagen. Edoch, de collega's van
de belastingen dachten er blijkbaar an
ders over.
Zij traden n.l. op tegen het vervoer
van landbouwwerktuigen achter tracto
ren en vrachtwagens naar en van het
tentoonstellingsterrein. Het is een al
oude gewoonte, dat de werktuigen wor
den gesleept, aangezien zij te groot zijn
en te zwaar om op vrachtwagens te
worden geladen op een dergelijke be
trekkelijk korte afstand.
De wet nu schrijft voor, dat voor een-
dergelijk vervoer wegenkaarten nodig
zijn. Vanzelfsprekend moet een derge
lijke bepaling er zijn ter bescherming
van de wegen. Het is echter duidelijk,
dat het hier een bijzonder geval betrof,
waarbij het optreden van de belasting
ambtenaren volgens de letter van de wet
weinig soepel kan worden genoemd.
Het blad vroeg zich dan ook af,
en o.i. zeer terecht -» of in dit geval wel
voldoende begrip werd betoond en öf de
medewerking van de gemeenteambtena
ren niet in fel contrast komt te staan
met het optreden der collega's van 's
Rijks belastingen.
Begrip is dringend gewenst. Begrip
van twee kanten weliswaar. Indien men
zich meer aan deze stelregel hield zou
de „belasting" in psychologische zin be
langrijk minder weerstanden ondervin
den.
VEEMARKT
ROTTERDAM, 19 Juli. Veemarkt.
Aangevoerd 1834 dieren, w.o. 1136 vet
te koeien en 697 varkens. Prijzen per kg
vette koeien 2.78—296; 2.68—2.78,
2.20—2.60; varkens lev. gew. 1.98,
1.96, 1.94.
Aanvoer vette koeien iets minder, kal
me handel en iets lager in prijs, prima
exemplaren nog boven notering. Aan
voer varkens groter; trage handel en
lagere prezen; zware varkens moeilijk te
plaatsen; enige prima exemplaren boven
notering.
GBAANBEUBS
ROTTERDAM, 19 JuU. Binnen
landse gran«n (officieuze noteringen per
100 kg franco Rotterdam). Tarwe
witte prima kwaliteit voor de vlakmo-
lenaars tot 28.60, rode op vochtcondi-
tie tot 28.40.
Voedergranen zeer kalm; zo-
tnergerst maalgerst tot 26, doorsnee
gezonde kwaliteit tot 26.75, zware
grove daarboven; haver 26—26.50,
grove geschoonde daarboven, rogge 21
^21.75, bakrogge tot 23.
Peulvruchten: groene erwten goed
gevraagd op de bestaande prijzen tot
58; bruine bonen kalm tot
87.50.
DE VIER PRINSESSEN ZIJN
OVERGEGAAN OP SCHOOL
Beatrix gaat naar 5A op het gymna
sium, Irene naar de derde klas van de
middelbare meisjesschool. Margriet naar
de Zesde en Marijke naar de tweede klas
van de lagere school.
Donderdag 15 Juli kwam de Vereniging Bedrijfsvoorlichting „Goeree'Overflak-
kee" in Hotel Spee te Sommelsdijk in algemene vergadering bijeen. Er was een
zeer grote opkomst, omdat de uienteeit er het middelpunt van de besprekingen
vormde. In het eerste deel van de avond hield de heer de Jonge, hoofdambtenaar
Landschapsverzorging Staatsbosbeheer een lezing over de herbeplanting van
ons eiland, toegelicht met lichtbeelden. Hiervoor was grote aandacht en er volg
den veel vragen op. Het verslag vindt de lezer aan de binnenzijde van dit blad.
Daarna hield Ir. C. W. C. v. Beekom zijn causerie over: „Kwaliteits-eisen
van de uien". De bestrijding van het koprot bleek een zeer moeilijk probleem te
zijn, een volledige oplossing kon er niet voor worden aan de hand gedaan, wel
was het zaak ieder in eigen groep er tegen te velde te trekken. Er waren
enorm veel vragen, opmerkingen uit de practijk enz., zoveel, dat de voorz. er
een eind aan moest maken. Het was o.i. een nuttige avond, waar voor iedere
uienteler iets te leren viel.
De voorzitter, de heer Joh. Mol van
Stad aan 't Haringvliet heette de talrij
ke aeuiwezigen welkom, in het bijzonder
dr. ir. v. Beekom en de heer de Jonge,
de sprekers van deze avond. Hij herin
nerde er aan, dat deze avond eerst was
uitgesteld door familie-omstandigheden,
aan de verzoeken van velen om deze le
zing toch nog te houden, kon thans wor
den voldaan, waaraan ook het Dag. Be
stuur van de Uienfederatie had medege
werkt. Het was eigenlijk een vervolg op
de Uiendag te Goes al was het program
ma niet zo uitgebreid.
Dr. Ir. van Beekom begon met te zeg
gen, dat hij had geglimlacht, toen hij
de aankondiging in de plaatselijke bla
den las. „Van Beekom komt over de
uien spreken" het leek op de meeting
van Billy Graham, het verlossende
woord zou hij echter niet kunnen bren
gen.
In zijn betoog wees spr. er op, dat de
twee achterliggende oogsten veel kop
rot hadden gegeven. Aan de strenge
winters wilde hij dit niet wijten, hij be
hoorde ook niet tot degenen die dit als
een toevalligheid besc"houwden. Hij ver
wachtte in de toekomst nog meer kop
rot. De opvolgende inundaties waren er
z.i. niet vreemd aan, wat verschillende
onderzoekingen na de inundatie tijdens
de bezetting hadden uitgewezen. Intus
sen is er weer een inundatie geweest,
(de ramp) het stelde spr. niet gerust.
Een ander punt was de behandeling
van het product, dat er niet beter op
was geworden. Spr. wilde de telers daar
geen verwijt van maken, de lonen wa
ren hoog, de afstaartmachines hadden
het handwerk uitgeschakeld. De kwes
tie van de machines was volgens spr.
een zaak die terdege aandacht verdien
de, om daar verbeteringen in aan te
brengen.
Als derde punt noemde spr, het ras-
sensortiment. Het N.H. strogele type en
het Zeeuws bruine type waren verdwe
nen. Het stond vast dat in jaren van
koprot een roodgetinte ui minder ge
voelig voor dit kwaad is. Het Zeeuws
bruine type komt dan het beste uit de
bus. Bewust heeft men echter gekozen
voor een ander type, omdat opbrengst
van het Z. bruine lager is.
Wat de inundatie betreft, dit moesten
we kunnen herzien, er zijn mogelijkhe
den tot verbetering, zij het ten koste
van de productiviteit.
Met het punt van de rassen ligt het
moeilijker. Wordt het beloond zal men
de sterkere rassen nemen, wordt het niet
beloond, houdt men zich bij de huidige.
Een oplossing zou te vinden zijn, wan
neer het sortiment Zeeuwse type hoger
in prijs werd gewaardeerd. Dan zou het
aantrekkelijker worden deze ui te telen.
De vraag blijft of de handel hiertoe be
reid is.
De koprot-kwestie zag spr. niet als
toevallig. Hij was er niet gerust op.
Daarom was de Uiendag te Goes geor
ganiseerd en aanleiding om het ook hier
te bespreken. Hij vreesde dat het koprot
zich in de toekomst in ernstiger mate
zou voordoen. Gewenst was, dat de te
ler evenals vroeger veel zorg aan het
gewas zou besteden en als rassensorti-
ment het Zeeuws bruine type kiezen.
Spreker achtte dat hij voldoende motie
ven naar voren had gebracht voor een
vruchtbare bespreking.
Discussie
De heer Jac. Korteweg Ooltgensplaat
was het geheel eens, wat betreffende
het koprot gezegd was. Het was een
moeilijk probleem. Aan de verzending
mankeerde ook veel. Wat het zaad be
trof was de Keuringsdienst van zaden
er op uit om het rood uit de ui weg te
werken. Dit werkte z.i. het koprot in
de hand. Voorts was het spr. opgeval
len, dat uien met een dikke staart ge
rooid er het meest gevoelig voor zijn.
Ook als de ui in het begin slecht vnl en
later pas doorgroeit treedt er gauw rot
op. Spreker vroeg naar de mogelijkheid
van oplossing, door bespuiting.
Dr. van Beekom antwoordde dat moei
lijk een middel was aan te geven, om
het koprot uit de wereld te helpen. Sinds
1938 had hö zich met dit probleem be
zig gehouden. Hij gaf cijfers van de
Plantenziekte-kundige dienst over op
brengsten per ha met 50% koprot. Het
koprot is een probleem van alle uien-
telende landen zei spr. In Amerika is
Jiet uienziekte nummer een. Afdoende
bestrijding met D.D.T. is niet mogelijk.
Wel probeert men door voordroging met
een warme luchtstroom (25 gr. C.) snel
le indroging van de hals, het percenta
ge terug te brengen. Deze methode is
echter duur. Door dé vele bewaarplaat
sen die er komen, zou deze droging
goedkoper kunnen worden toegepast.
Misschien ligt er in deze richting een
mogelijkheid zei spr.
Overtuigende cijfers
Een onderzoek op 139 percelen, die ui
1944 onder water hadden gestaan had
uitgewezen, dat er 36% koprot was. Op
67 percelen (op hetzelfde tijdstip) die
droog gebleven waren slechts 5%. Dit
zijn overtuigende cijfers.
Opgemerkt is, dat de keuringsdienst
zegt „weg met dat rood!" Toen spr. in
1938 met dit werk begon, heeft hij een
zekere scheiding gemaakt. Het massa
materiaal had hij gegroepeerd in typen.
Rijnsb. strogele, Zeeuws bruin enz. Het
rood in de Rijnsburger was een kwestie
van rasvermenging. Rijnsb. was van na
ture geel, in het verwijderen is men niet
geslaagd. Bij het Zeeuws bruine kan
men dat niet doen, omdat men dan het
type geweld aan doet. Het aantrekke
lijke van die verschillende typen was,
dat de teler en de exporteur beschikking
kreeg over meer keuze. Spreker gaf
voorbeelden van de percentages in- en
uitwendig rood van Favoriet, oranje enz.
Spr. kwam nu op de verzending. Hij
beaamde dat er veel met het product
werd gegooid. Het was moeilijk dit te
verbeteren, tenzij door een langdurige
voorlichting voor verladers. Wat de kans
op minder koprot betrof, zei spr. nog,
dat uien met een fijne hals er minder
gevoelig voor zijn, omdat deze vlugger
droog is. Het telen van vroege uien
haalt geen grote productie en brengt de
teler te weinig op. Of met sproeien
(doodsproeien) het koprot tegen te gaan
is, betvrtjfelde spreker. Wel wilde hij
met deze kunstgreep proeven nemen.
Voorzichtig met stikstof!
De heer de Leeuw, Oude Tonge, trok
de variëteiten in twijfel. Op namen lette
hij niet, in 1946 toen er veel koprot was
had hij het niet. Hij had zaad van de
Vos uit de Plaat, hij gebruikte 1 baal
stikstof per Voorns gemet. In 1948 zelf
de zaad, op stoppel. Hij kwam tot de
overtuiging dat de stikstofgift een gro
te rol speelt. Anderen, die hetzelfde zaad
gebruikten hadden wel kopiot.
Ir. van Beekom merkte nogmaals op,
dat koprot een ingewikkelde zaak is.
Het staat in verband met de variëteiten.
Uit onderzoekingen in Amerika met spo
ren, is gebleken, dat er samenhang is
tussen koprot en de kleur die gebonden
is aan variëteit of ras. Er zijn inderdaad
factoren buiten het gewas om, die in
vloed hebben. Voorzichtig met stikstof
is noodzaak. Op stikstof proefvelden,
gerangschikt naar de voorvrucht, is dit
nagegaan. Ook de loofontwikkeling, t.o.
van de ui zelf. Spr. gaf cijfers van de
stikstofgiften en concludeerde dat de
stikstofgift op Flakkee was verlaagd.
De heer Mastenbroek Sommelsdijk,
(schrijver van de artikelen „de ui in de
rui") vond dat veel dingen naar voren
waren gebracht, maar ook veel openge
laten. Er was gesproken over verruwing
bij verlading vroeger ging het in
scheepjes, daar ging de botte schop in
dat was ook ruw. Dan kwam spr. op
het rassen-vraagstuk en vroeg hoe de
spreker dacht over de rassenomsohrij-
ving van Bonthuis en Kakebeke in 1906.
Van de Rijnsburger vermeldden deze dat
de ui was: hoger van vorm, hart van
vlees, goede kwaliteit en licht van kleur.
De heer van Bsekom ontkende niet,
dat de verlading vroeger ook ruw was,
de consument stelt nu ook hogere eisen.
Aan dit punt moest men aandacht schen
ken. Wat de rassenomschrijving van
Bonthuis en Kakebeke betrof, in 1906
ontging er veel aan hun gezichtskring.
De Zeeuwse bruine ui was voor de Ie
wereldoorlog al minder. Prof. Bouman
ofschoon geen deskundige schreef
al, dat de Rijnsburger de Zeeuwse brui
ne had verdrongen. De Rijnsiburger
bracht meer op, maar was minder duur
zaam. Hardheid betekende niet altijd
houdbaarheid.
De heer Mastenbroek kwam dan op de
naamgeving. Hij hechtte daar niet veel
waarde aan. Hij becritiseerde de schei
ding die was. gemaakt, spraJi over de
afstanden bfl het selecteren en de in
vloed van de bijen. Er was z.i. een men
gelmoes ontstaan, men weet niet meer
of men van het juiste ras is uitgegaan,
wat z.i. het koprot in de hand werkte.
Dr. V. Beekom had verschil van me
ning over het zuiver houden, al zouden
de afstanden voor de zuiverheid groter
moeten zijn. Gestreefd is naar een in de
practyk mogelijke oplossing. Het stond
vast, dat de strogele het zuiverst waren
gebleken. Spr. sprak pertinent tegen, dat
men door de selectie tot een slechte ui
gekomen was. De practijk bewees an
ders.
De heer Mastenbroek bleek nog meer
vragen en opmerkingen te hebben, maar
de voorzitter moest ook anderen het
woord geven. De discussie werd nog
langen tijd voortgezet.
Slotopmerkingen van öe heer
J. A. V. Nieuwenhuizen,
Ooitgensplaat
De heer J. A. van Nieuwenhuijzen,
voorz. van de Ned. Uienfederatie ver
kreeg aan het eind van de discussie het
woord, om enige slotopmerkingen te ma
ken. Het koprot-probleem is een belang
rijk probleem zei spr., waarvoor de op
lossing niet kan worden gegeven. Op het
ogenblik bestaan er nog geen middelen
tegen. Ieder in eigen groep dient, zo
lang de oplossing er niet is, er de strijd
tegen aan te binden.
Als teler hebben we te letten op de
juiste keuze van de percelen zei spreker.
Daarnaast te letten op bemesting, over
vloedig stikstof werkt het koprot in de
hand. By het oogsten, opbergen, gereed
maken voor verzending enz., dient op zo
weinig mogelijk beschadiging te worden
gelet. Kuilen of rennen van vocht vrij
waren, de uien schoon en goed droog
inbrengen. Broei moet worden voorko
men. Machinale afstaarting verdient
verbetering. Het bestuur van de Uien
federatie heeft daartoe contact met de
bouwers van deze machines.
De kwestie van het sortiment achtte
spr. belangrijk. Er mag verschil zijn van
mening, maar het Zeeuws bruine type
was meer bestand tegen koprot. De han
del diende daar ook aandacht te wij
den. Als alleen belangstelling bestaat
voor grote opbrengsten, gaat het niet
de goede kant uit.
Het onbeschermd zijn van de telers
in landbouwzaden, speelt ook een rol.
Als de teler een soort kweekt zonder
koprot, diende dit beschermd te zijn. De
Uien Federatie zoekt ook in deze rich
ting een oplossing. Ir. van Doom als
wetenschappelijk man zoekt naar een be
strijdingsmiddel waalman hij hoopte dat
dit op de duur succes zou hebben.
De voorz. drukte de wens uit, dat al
deze gedachten zouden meewerken om
tot een oplossing te geraken. Ieder voor
zich had hier een taak. In dit besef be
hoefde men niet ontevreden van deze
bijeenkomst weg te gaan. Tenslotte
dankte hij de spreker en de aanwezigen
voor hun aandacht en deelname aan de
bespreking.
De heer de Leeuw Oude Tonge zei
nog, dat bij de wet moest worden verbo
den, dat de exporteurs geen boer moch
ten zijn. Dat had hij ook in Goes gezegd.
De voorz. wilde geen lans breken voor
de exporteurs, maar ook niet graag het
verlies nemen, dat deze mensen soms
hebben. Vraag en aanbod speelt een
grote rol.
De heer Nieuwenhuize vond deze
kwestie niet eenvoudig. Als we een aan
tal mensen gaan uitschakelen om een
stabiele teelt te krijgen, doen zich ande
re ongemakken voor. Bij jaren met een
niet al te grote oogst, dus een hogere
prijs, zal de buitenlandse handel dit ook
bemerken. Zelf de teelt afremmen, zal
bevorderen, dat er in andere landen
meer uien worden gekweekt. Als voor
beeld nam spr. de afzet van kool in
Noord-Holland. Men moest verguiming
hebben om kool te kweken en kon ze
niet kwijt! Van vestigingseisen was
spreker geen bewonderaar.
„De boeren, hebben het zelf in de
hand" merkte tenslotte dhr Kardux uit
Dirksland op.
„Geen land verhuren aan exporteurs!"
Dit gezegde veroorzaakte grote hila
riteit, na welke vrolijke noot de hamer
van de voorzitter viel en de vele aan
wezigen huiswaarts togen.
De wereldbevolking neemt met 30
nxillioen zielen per jaar toe, aldus cij
fers van het Franse bureau voor sta
tistiek.
De wereld telt thans ongeveer 2.5
milliard bewoners, tegen ongeveer 1.16
milliard in 1850. In de laatste honderd
jaar is de bevolking van Europa ver
dubbeld, terwijl het aantal inwoners van
Rusland verviervoudigd is en dat van
Noord-Amerika verzesvoudigd. (Reuter)
---------O---------
POSTWÏSSELVERKEER MET
CANADA
Met ingang van 20 Juli a.s. wordt de
herleidingskoers voor de bedragen van
Voor Canada bestemde postwissels ge-
vrijzigd en vastgesteld op 1 Can. dollar
is 3.94.
Bezoek van de Franse President en Mevrouw Coty aan Nederland van 21 Juli
t.m. 24 Juli a.s. In het Koninklijke Paleis op de Dam te Amsterdam zullen
de hoge gasten logeren.
Elke secte heeft z'n aanhangers en
iedere theoloog die een dwaalleer ver
kondigt, vindt wel enige volgelingen om
zijn stellingen te verbreiden. Minder al
ledaags wordt het, wanneer een vrouw
de hoofdrol speelt. Zulk een vrouw was
Dina Jans Vecke, ook bekend als Vrouw
Dane, door sommigen als profetes ver
eerd, door anderen als verleidster ge
brandmerkt.
De belangstellende lezer zal zich de
levenshistorie van Ds Pontiaan van Hat-
tem herinneren, waaraan we enige tijd
geleden een artikel hebben gewijd. Deze
Van Hattem was in 1672 predikant ge
worden te Sint Philipsland en in 1683
als zodanig afgezet op grond van grove
dwalingen. Nadat hfl in zijn geboorte
plaats Bergen op Zoom zijn leer verder
had uitgewerkt en verbreid, overleed hij
in 1706 aldaar op 61-jarige leeftijd.
Bij Ds van Hattem nu was Dina werk
zaam geweest als dienstbode. Ze was een
eenvoudig meisje uit een arbeidersgezin,
maar trok al spoedig de aandacht van
de predikant wegens haar intelligentie.
Van Hattem moet grote invloed op haar
hebben gehad, want toen hij eerst werd
geschorst en daarna afgezet en verban
nen, schroomde ze niet, openlijk partij
voor hem te kiezen. Daar ze toch bij de
meeste inwoners van Sint Philipsland
geen gehoor vond, besloot ze na het ver
trek van haar „geestelijke vader" even
eens het dorp te verlaten en naar Zierik
zee te gaan. Daar verhuurde ze zich als
dienstbode bij burgemeester Dillinck.
Daar leerde ze ook haar eerste levens
gezel kennen, Dingeman Isack de Groe
ne, met wie ze in 1687 in het huwelijk
trad, maar die haar reeds spoedig (de
juiste datum is niet bekend) door de
dood ontviel.
Reeds vóór haar huwelijk werd ze ver
dacht van Hattemistische sympathieën,
waarvoor ze in 1686 voor de kerkeraad
verscheen en onder de eerste trap van
censuur werd gesteld. Dat ze in het ge
heel niet van plan was, haar leven te
beteren, blijkt uit het feit, dat ze Jacob
Roggeveen en Jacob Brill, de beide vol
gelingen van Van Hattem, herhaaldelijk
logies verschafte, terwijl de predikant
zelf van tgd tot tijd spreekbeurten ver
vulde in haar woning.
Tenslotte ging ze ook zelf spreken.
Haar talent trok de mensen uit alle de
len van Schouwen-Duiveland aan, zodat
ze spoedig bekend stond als „Dominé
Dina."
Inmiddels was ze in 1696 voor de
tweede maal getrouwd, nu met Steven
Anthonisz. Dane, naar wie ze verder
meestal „Vrouw Dane" werd genoemd.
Het is merkwaardig dat de Zierikzee-
se kerkeraad geen pogingen deed om
haar prediking tegen te gaan. Waar
schijnlijk was men bang voor de gevol
gen van een eventuele kerkelijke behan
deling.
Eén en ander was zeer tegen de zin
van de bekende Ds Carolus Tuinman, één
der felste tegenstanders van Van Hat
tem en de zijnen.
Reeds als predikant van Sint Maar
tensdijk, (1687—1691) maar ook later,
tijdens zijn bediening te Goes en te Mid
delburg trok hij in woord en geschrift
van leer tegen „die vervloekte Hattemis
tische vrggeesten." De aarzeling van de
Zierikzeese kerkeraad was hem een
doom in het oog en hij paste op haar
het verwijt toe, dat ook Johannes moest
schrijven aan de gemeente Thyatire:
„Maar ik heb tegen u dat gij de vrouw
Izébel, die van zichzelf zegt een profe
tes te zijn, laat leren, en mijn dienst
knechten verleiden
Tuinman, die overigens nooit gewend
was, een blad voor de mond te nemen,
noemde Dominé Dina van de Smerdiek-
se kansel: „Dat pestilentiaal vrouw
mens", hetgeen we maar niet in modern
Nederlands zullen weergeven!
Tijdens zijn leven is Tuinman's wens
nooit vervuld. Pas drie jaar na zijn dood,
in Augustus 1724 kreeg Vrouw Dane een
boodschap, dat ze voor de kerkeraad
diende te verschijnen. Tot driemaal toe
weigerde ze te komen. Haar enige ant
woord was: „Ik sta al 38 jaar onder
censuur en ik wil met die kerkeraad
niets te maken hebben!" Daarop besloot
men haar met de ban af tè snijden. De
uitvoering van dit voornemen liet even
wel nog twee jaar op zich wachten. Op-
7 Mei 1726 kwam één der Zierikzeese
predikanten met een kerkeraadslid het
banvonnis voorlezen, waarbij Dina zich
volmaakt onverschillig toonde. Ze zei al
leen, dat God haar als middel had ge
bruikt om 7000 mensen te versterken in
het geloof!
Nadat op drie achtereenvolgende Zon
dagen de censuur van de kansel was be
kend gemaakt, volgde op 2 Juni de de
finitieve afsnijding.
De kerkeraad zette nu dóór en wist
haar verbanning door de burgerlijke
overheid te bewerken. Op 12 Juli 1726
werd Dina Jans Vecke „haar leven lang
uit Stad en Poortambacht gebannen en
in de hoogste boete en stadsgerechtig-
heyd gecondainneerd." Met haar man
verhuisde ze toen naar Amsterdam. De
kerkeraad in de hoofdstad, die niets van
haar afsnijding wist, stelde een onder
zoek in, omdat ze ook daar spoedig be
kend was wegens haar „verderfelijcke
Hattemistische sentimenten."
Uit het tweede huwelijk zijn twee
zoons geboren: Steven Dane, die notaris
werd te Zierikzee en zich aansloot bij
de Doopsgezinden en Anthony Dane, die
in het huwelijk trad met de dochter van
de reeds genoemde Jacob Brill.
Het is niet bekend, wanneer Dina en
haar man overleden zijn. Op 22 April
1746 vond te Amsterdam de boedelschei
ding plaats, waaruit we kunnen opma
ken, dat ze beiden vóór die datum reeds
waren verschenen voor Hem, Die recht
vaardig oordeelt.
De landbouwer Peeman, die Zondag
morgen zijn koeien ging melken, be
merkte dat de kleine dijk, die wegens
het maken van een nieuwe waterkering
de haven van Den Bommel afsluit, was
doorgebroken.
De haven, die droog lag, dreigde daar
door weer vol te lopen. De boer sloeg
onmiddellijk alarm en de burgemeester
riep brandweer en Bescherming Bevol
king op om hulp te verlenen. Bijgestaan
door de inwoners van Den Bommel be
gon men direct het gat te dichten en het
water, dat in de haven was gelopen, er
weer uit te pompen.
De dijkdoorbraak geschiedde bij een
waterstand die zestig tot zeventig cm
hoger was dan normaal.
Na een dag hard werken is het gelukt
het dijkje te dichten. Gevaar was er di
rect niet bij, omdat het damwand van
het werk dat in uitvoering is, er nog
voor staat.
---------O---------
VeUlng van Maandag 19 JuU 19S4
Eigenheimers 12.40—14.Kassnij-
bonen 1.20; Tomaten 48.------66.—;
Gele Savoye 24.------27.Rode kool
18.------^20.—; Aardbeien 118.------122-
Rode bessen 64.Kruisbessen 57i
61.per 100 kg; Komkommers 16.—
24.—; Bloemkool 26.------42.—; Krop-
sla 5.10 per 100 st.