Uienteeit in net miaaelpunt aer oeiang stelling Koprol moeilijk te bestrijden Begrip van twee kanten Marktberichten Wereldbevolking Van dienstbode tot „profetes" groeit Dijkje te Den Bommel doorgebroken 26e Jaargang CHB WEEKBLAD OP GEBEFOBMEEBDE GBONDSLAG VOOB DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Vereniging Bedrijfsvoorlichting ,,Goeree-Ouerflakhee" Lezing van Dr C. W. C. V. Beekom te Goes Dominé Dina van Zierikzee Centrale Veiling Middelharnis Woensdag 21 Juli 1954 No. 2321 Eedactiebureau: Pr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHAKNIS TELEFOON K 1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8 Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729 Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017 yerschynt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag ABONNEMENTSPRIJSf 1.70 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRUS 12 cent per mm. Bij contract speciaal tarief. Belasting betalen is voor de doorsnee- Nederlander in vele gevallen een pljnlij- Ke zaak, vooral als het tegenvalt en de aanslag hoger is dan men had gemeend. De belasting-inspectie moet het daarbij nogal eens ontgelden; men spreekt van uitmergelen of men denkt de inspectie andere minder fraaie woorden toe. In derdaad is het voor velen, voqral voor de middenstand, vaak een hard gelag de hoge belastingen te moeten opbrengen, nien komt niet aan reserveren toe, de winst en soms nog niet eens de winst! wordt door de schatkist weg gehaald. Vanzelfsprekend handelt de mspeetie van 's Rijks Belastingen naar vaste regels, die in de Wet zijn vastge legd. Dat moet men niet vergeten. Men kan niet de schuld geven aan de belas ting-inspecteurs; is de aanslag naar iemands mening te hoog kan men recla meren: met de cijfers en de wet in de hand kan men zijn recht zoeken. Het komt echter in vele gevallen op weder zijds begrip aan: begrip voor de moei lijkheden, waarin de belastinginspec teur zich vaak bevindt (met de wet in de hand) en begrip voor de moeilijkhe den van de belastingbetaler. Over dit begiip van twee kanten la zen we in „Vrijheid en democratie" een artikeltje, waarin het liep over de hou ding (vaak een historische houding) die de belastingbetaler aanneemt en ander zijds óm het meer of minder soepel op treden van de inspecteurs. Dit blad be weerde, dat in de grote steden de soe pelheid van de belastinginspecteurs in ruimere mate werd aangetroffen dan in de provincie. Binnen de grenzen der wet reageerde men meer op een menselijke en begrijpelijke wijze. Als voorbeeld hoe men het soms op het platteland doet, werd een geval aan gehaald, dat zich enige weken in Zee land heeft afgespeeld. In Goes werd n.l. een manifestatie op landbouwgebied georganiseerd, waarvan wordt verklaard, dat deze, zowel wat or ganisatie als wat het gebodene betreft, het gehele land tot voorbeeld kan strek ken. De deelnemers kwamen uit alle de len van het land, zomede ook de bezoe kers. Gemeenteambtenaren van Goes hebben tevens al hun krachten en medewerking verleend om deze landbouwmanifestatie te doen slagen. Edoch, de collega's van de belastingen dachten er blijkbaar an ders over. Zij traden n.l. op tegen het vervoer van landbouwwerktuigen achter tracto ren en vrachtwagens naar en van het tentoonstellingsterrein. Het is een al oude gewoonte, dat de werktuigen wor den gesleept, aangezien zij te groot zijn en te zwaar om op vrachtwagens te worden geladen op een dergelijke be trekkelijk korte afstand. De wet nu schrijft voor, dat voor een- dergelijk vervoer wegenkaarten nodig zijn. Vanzelfsprekend moet een derge lijke bepaling er zijn ter bescherming van de wegen. Het is echter duidelijk, dat het hier een bijzonder geval betrof, waarbij het optreden van de belasting ambtenaren volgens de letter van de wet weinig soepel kan worden genoemd. Het blad vroeg zich dan ook af, en o.i. zeer terecht -» of in dit geval wel voldoende begrip werd betoond en öf de medewerking van de gemeenteambtena ren niet in fel contrast komt te staan met het optreden der collega's van 's Rijks belastingen. Begrip is dringend gewenst. Begrip van twee kanten weliswaar. Indien men zich meer aan deze stelregel hield zou de „belasting" in psychologische zin be langrijk minder weerstanden ondervin den. VEEMARKT ROTTERDAM, 19 Juli. Veemarkt. Aangevoerd 1834 dieren, w.o. 1136 vet te koeien en 697 varkens. Prijzen per kg vette koeien 2.78—296; 2.68—2.78, 2.20—2.60; varkens lev. gew. 1.98, 1.96, 1.94. Aanvoer vette koeien iets minder, kal me handel en iets lager in prijs, prima exemplaren nog boven notering. Aan voer varkens groter; trage handel en lagere prezen; zware varkens moeilijk te plaatsen; enige prima exemplaren boven notering. GBAANBEUBS ROTTERDAM, 19 JuU. Binnen landse gran«n (officieuze noteringen per 100 kg franco Rotterdam). Tarwe witte prima kwaliteit voor de vlakmo- lenaars tot 28.60, rode op vochtcondi- tie tot 28.40. Voedergranen zeer kalm; zo- tnergerst maalgerst tot 26, doorsnee gezonde kwaliteit tot 26.75, zware grove daarboven; haver 26—26.50, grove geschoonde daarboven, rogge 21 ^21.75, bakrogge tot 23. Peulvruchten: groene erwten goed gevraagd op de bestaande prijzen tot 58; bruine bonen kalm tot 87.50. DE VIER PRINSESSEN ZIJN OVERGEGAAN OP SCHOOL Beatrix gaat naar 5A op het gymna sium, Irene naar de derde klas van de middelbare meisjesschool. Margriet naar de Zesde en Marijke naar de tweede klas van de lagere school. Donderdag 15 Juli kwam de Vereniging Bedrijfsvoorlichting „Goeree'Overflak- kee" in Hotel Spee te Sommelsdijk in algemene vergadering bijeen. Er was een zeer grote opkomst, omdat de uienteeit er het middelpunt van de besprekingen vormde. In het eerste deel van de avond hield de heer de Jonge, hoofdambtenaar Landschapsverzorging Staatsbosbeheer een lezing over de herbeplanting van ons eiland, toegelicht met lichtbeelden. Hiervoor was grote aandacht en er volg den veel vragen op. Het verslag vindt de lezer aan de binnenzijde van dit blad. Daarna hield Ir. C. W. C. v. Beekom zijn causerie over: „Kwaliteits-eisen van de uien". De bestrijding van het koprot bleek een zeer moeilijk probleem te zijn, een volledige oplossing kon er niet voor worden aan de hand gedaan, wel was het zaak ieder in eigen groep er tegen te velde te trekken. Er waren enorm veel vragen, opmerkingen uit de practijk enz., zoveel, dat de voorz. er een eind aan moest maken. Het was o.i. een nuttige avond, waar voor iedere uienteler iets te leren viel. De voorzitter, de heer Joh. Mol van Stad aan 't Haringvliet heette de talrij ke aeuiwezigen welkom, in het bijzonder dr. ir. v. Beekom en de heer de Jonge, de sprekers van deze avond. Hij herin nerde er aan, dat deze avond eerst was uitgesteld door familie-omstandigheden, aan de verzoeken van velen om deze le zing toch nog te houden, kon thans wor den voldaan, waaraan ook het Dag. Be stuur van de Uienfederatie had medege werkt. Het was eigenlijk een vervolg op de Uiendag te Goes al was het program ma niet zo uitgebreid. Dr. Ir. van Beekom begon met te zeg gen, dat hij had geglimlacht, toen hij de aankondiging in de plaatselijke bla den las. „Van Beekom komt over de uien spreken" het leek op de meeting van Billy Graham, het verlossende woord zou hij echter niet kunnen bren gen. In zijn betoog wees spr. er op, dat de twee achterliggende oogsten veel kop rot hadden gegeven. Aan de strenge winters wilde hij dit niet wijten, hij be hoorde ook niet tot degenen die dit als een toevalligheid besc"houwden. Hij ver wachtte in de toekomst nog meer kop rot. De opvolgende inundaties waren er z.i. niet vreemd aan, wat verschillende onderzoekingen na de inundatie tijdens de bezetting hadden uitgewezen. Intus sen is er weer een inundatie geweest, (de ramp) het stelde spr. niet gerust. Een ander punt was de behandeling van het product, dat er niet beter op was geworden. Spr. wilde de telers daar geen verwijt van maken, de lonen wa ren hoog, de afstaartmachines hadden het handwerk uitgeschakeld. De kwes tie van de machines was volgens spr. een zaak die terdege aandacht verdien de, om daar verbeteringen in aan te brengen. Als derde punt noemde spr, het ras- sensortiment. Het N.H. strogele type en het Zeeuws bruine type waren verdwe nen. Het stond vast dat in jaren van koprot een roodgetinte ui minder ge voelig voor dit kwaad is. Het Zeeuws bruine type komt dan het beste uit de bus. Bewust heeft men echter gekozen voor een ander type, omdat opbrengst van het Z. bruine lager is. Wat de inundatie betreft, dit moesten we kunnen herzien, er zijn mogelijkhe den tot verbetering, zij het ten koste van de productiviteit. Met het punt van de rassen ligt het moeilijker. Wordt het beloond zal men de sterkere rassen nemen, wordt het niet beloond, houdt men zich bij de huidige. Een oplossing zou te vinden zijn, wan neer het sortiment Zeeuwse type hoger in prijs werd gewaardeerd. Dan zou het aantrekkelijker worden deze ui te telen. De vraag blijft of de handel hiertoe be reid is. De koprot-kwestie zag spr. niet als toevallig. Hij was er niet gerust op. Daarom was de Uiendag te Goes geor ganiseerd en aanleiding om het ook hier te bespreken. Hij vreesde dat het koprot zich in de toekomst in ernstiger mate zou voordoen. Gewenst was, dat de te ler evenals vroeger veel zorg aan het gewas zou besteden en als rassensorti- ment het Zeeuws bruine type kiezen. Spreker achtte dat hij voldoende motie ven naar voren had gebracht voor een vruchtbare bespreking. Discussie De heer Jac. Korteweg Ooltgensplaat was het geheel eens, wat betreffende het koprot gezegd was. Het was een moeilijk probleem. Aan de verzending mankeerde ook veel. Wat het zaad be trof was de Keuringsdienst van zaden er op uit om het rood uit de ui weg te werken. Dit werkte z.i. het koprot in de hand. Voorts was het spr. opgeval len, dat uien met een dikke staart ge rooid er het meest gevoelig voor zijn. Ook als de ui in het begin slecht vnl en later pas doorgroeit treedt er gauw rot op. Spreker vroeg naar de mogelijkheid van oplossing, door bespuiting. Dr. van Beekom antwoordde dat moei lijk een middel was aan te geven, om het koprot uit de wereld te helpen. Sinds 1938 had hö zich met dit probleem be zig gehouden. Hij gaf cijfers van de Plantenziekte-kundige dienst over op brengsten per ha met 50% koprot. Het koprot is een probleem van alle uien- telende landen zei spr. In Amerika is Jiet uienziekte nummer een. Afdoende bestrijding met D.D.T. is niet mogelijk. Wel probeert men door voordroging met een warme luchtstroom (25 gr. C.) snel le indroging van de hals, het percenta ge terug te brengen. Deze methode is echter duur. Door dé vele bewaarplaat sen die er komen, zou deze droging goedkoper kunnen worden toegepast. Misschien ligt er in deze richting een mogelijkheid zei spr. Overtuigende cijfers Een onderzoek op 139 percelen, die ui 1944 onder water hadden gestaan had uitgewezen, dat er 36% koprot was. Op 67 percelen (op hetzelfde tijdstip) die droog gebleven waren slechts 5%. Dit zijn overtuigende cijfers. Opgemerkt is, dat de keuringsdienst zegt „weg met dat rood!" Toen spr. in 1938 met dit werk begon, heeft hij een zekere scheiding gemaakt. Het massa materiaal had hij gegroepeerd in typen. Rijnsb. strogele, Zeeuws bruin enz. Het rood in de Rijnsburger was een kwestie van rasvermenging. Rijnsb. was van na ture geel, in het verwijderen is men niet geslaagd. Bij het Zeeuws bruine kan men dat niet doen, omdat men dan het type geweld aan doet. Het aantrekke lijke van die verschillende typen was, dat de teler en de exporteur beschikking kreeg over meer keuze. Spreker gaf voorbeelden van de percentages in- en uitwendig rood van Favoriet, oranje enz. Spr. kwam nu op de verzending. Hij beaamde dat er veel met het product werd gegooid. Het was moeilijk dit te verbeteren, tenzij door een langdurige voorlichting voor verladers. Wat de kans op minder koprot betrof, zei spr. nog, dat uien met een fijne hals er minder gevoelig voor zijn, omdat deze vlugger droog is. Het telen van vroege uien haalt geen grote productie en brengt de teler te weinig op. Of met sproeien (doodsproeien) het koprot tegen te gaan is, betvrtjfelde spreker. Wel wilde hij met deze kunstgreep proeven nemen. Voorzichtig met stikstof! De heer de Leeuw, Oude Tonge, trok de variëteiten in twijfel. Op namen lette hij niet, in 1946 toen er veel koprot was had hij het niet. Hij had zaad van de Vos uit de Plaat, hij gebruikte 1 baal stikstof per Voorns gemet. In 1948 zelf de zaad, op stoppel. Hij kwam tot de overtuiging dat de stikstofgift een gro te rol speelt. Anderen, die hetzelfde zaad gebruikten hadden wel kopiot. Ir. van Beekom merkte nogmaals op, dat koprot een ingewikkelde zaak is. Het staat in verband met de variëteiten. Uit onderzoekingen in Amerika met spo ren, is gebleken, dat er samenhang is tussen koprot en de kleur die gebonden is aan variëteit of ras. Er zijn inderdaad factoren buiten het gewas om, die in vloed hebben. Voorzichtig met stikstof is noodzaak. Op stikstof proefvelden, gerangschikt naar de voorvrucht, is dit nagegaan. Ook de loofontwikkeling, t.o. van de ui zelf. Spr. gaf cijfers van de stikstofgiften en concludeerde dat de stikstofgift op Flakkee was verlaagd. De heer Mastenbroek Sommelsdijk, (schrijver van de artikelen „de ui in de rui") vond dat veel dingen naar voren waren gebracht, maar ook veel openge laten. Er was gesproken over verruwing bij verlading vroeger ging het in scheepjes, daar ging de botte schop in dat was ook ruw. Dan kwam spr. op het rassen-vraagstuk en vroeg hoe de spreker dacht over de rassenomsohrij- ving van Bonthuis en Kakebeke in 1906. Van de Rijnsburger vermeldden deze dat de ui was: hoger van vorm, hart van vlees, goede kwaliteit en licht van kleur. De heer van Bsekom ontkende niet, dat de verlading vroeger ook ruw was, de consument stelt nu ook hogere eisen. Aan dit punt moest men aandacht schen ken. Wat de rassenomschrijving van Bonthuis en Kakebeke betrof, in 1906 ontging er veel aan hun gezichtskring. De Zeeuwse bruine ui was voor de Ie wereldoorlog al minder. Prof. Bouman ofschoon geen deskundige schreef al, dat de Rijnsburger de Zeeuwse brui ne had verdrongen. De Rijnsiburger bracht meer op, maar was minder duur zaam. Hardheid betekende niet altijd houdbaarheid. De heer Mastenbroek kwam dan op de naamgeving. Hij hechtte daar niet veel waarde aan. Hij becritiseerde de schei ding die was. gemaakt, spraJi over de afstanden bfl het selecteren en de in vloed van de bijen. Er was z.i. een men gelmoes ontstaan, men weet niet meer of men van het juiste ras is uitgegaan, wat z.i. het koprot in de hand werkte. Dr. V. Beekom had verschil van me ning over het zuiver houden, al zouden de afstanden voor de zuiverheid groter moeten zijn. Gestreefd is naar een in de practyk mogelijke oplossing. Het stond vast, dat de strogele het zuiverst waren gebleken. Spr. sprak pertinent tegen, dat men door de selectie tot een slechte ui gekomen was. De practijk bewees an ders. De heer Mastenbroek bleek nog meer vragen en opmerkingen te hebben, maar de voorzitter moest ook anderen het woord geven. De discussie werd nog langen tijd voortgezet. Slotopmerkingen van öe heer J. A. V. Nieuwenhuizen, Ooitgensplaat De heer J. A. van Nieuwenhuijzen, voorz. van de Ned. Uienfederatie ver kreeg aan het eind van de discussie het woord, om enige slotopmerkingen te ma ken. Het koprot-probleem is een belang rijk probleem zei spr., waarvoor de op lossing niet kan worden gegeven. Op het ogenblik bestaan er nog geen middelen tegen. Ieder in eigen groep dient, zo lang de oplossing er niet is, er de strijd tegen aan te binden. Als teler hebben we te letten op de juiste keuze van de percelen zei spreker. Daarnaast te letten op bemesting, over vloedig stikstof werkt het koprot in de hand. By het oogsten, opbergen, gereed maken voor verzending enz., dient op zo weinig mogelijk beschadiging te worden gelet. Kuilen of rennen van vocht vrij waren, de uien schoon en goed droog inbrengen. Broei moet worden voorko men. Machinale afstaarting verdient verbetering. Het bestuur van de Uien federatie heeft daartoe contact met de bouwers van deze machines. De kwestie van het sortiment achtte spr. belangrijk. Er mag verschil zijn van mening, maar het Zeeuws bruine type was meer bestand tegen koprot. De han del diende daar ook aandacht te wij den. Als alleen belangstelling bestaat voor grote opbrengsten, gaat het niet de goede kant uit. Het onbeschermd zijn van de telers in landbouwzaden, speelt ook een rol. Als de teler een soort kweekt zonder koprot, diende dit beschermd te zijn. De Uien Federatie zoekt ook in deze rich ting een oplossing. Ir. van Doom als wetenschappelijk man zoekt naar een be strijdingsmiddel waalman hij hoopte dat dit op de duur succes zou hebben. De voorz. drukte de wens uit, dat al deze gedachten zouden meewerken om tot een oplossing te geraken. Ieder voor zich had hier een taak. In dit besef be hoefde men niet ontevreden van deze bijeenkomst weg te gaan. Tenslotte dankte hij de spreker en de aanwezigen voor hun aandacht en deelname aan de bespreking. De heer de Leeuw Oude Tonge zei nog, dat bij de wet moest worden verbo den, dat de exporteurs geen boer moch ten zijn. Dat had hij ook in Goes gezegd. De voorz. wilde geen lans breken voor de exporteurs, maar ook niet graag het verlies nemen, dat deze mensen soms hebben. Vraag en aanbod speelt een grote rol. De heer Nieuwenhuize vond deze kwestie niet eenvoudig. Als we een aan tal mensen gaan uitschakelen om een stabiele teelt te krijgen, doen zich ande re ongemakken voor. Bij jaren met een niet al te grote oogst, dus een hogere prijs, zal de buitenlandse handel dit ook bemerken. Zelf de teelt afremmen, zal bevorderen, dat er in andere landen meer uien worden gekweekt. Als voor beeld nam spr. de afzet van kool in Noord-Holland. Men moest verguiming hebben om kool te kweken en kon ze niet kwijt! Van vestigingseisen was spreker geen bewonderaar. „De boeren, hebben het zelf in de hand" merkte tenslotte dhr Kardux uit Dirksland op. „Geen land verhuren aan exporteurs!" Dit gezegde veroorzaakte grote hila riteit, na welke vrolijke noot de hamer van de voorzitter viel en de vele aan wezigen huiswaarts togen. De wereldbevolking neemt met 30 nxillioen zielen per jaar toe, aldus cij fers van het Franse bureau voor sta tistiek. De wereld telt thans ongeveer 2.5 milliard bewoners, tegen ongeveer 1.16 milliard in 1850. In de laatste honderd jaar is de bevolking van Europa ver dubbeld, terwijl het aantal inwoners van Rusland verviervoudigd is en dat van Noord-Amerika verzesvoudigd. (Reuter) ---------O--------- POSTWÏSSELVERKEER MET CANADA Met ingang van 20 Juli a.s. wordt de herleidingskoers voor de bedragen van Voor Canada bestemde postwissels ge- vrijzigd en vastgesteld op 1 Can. dollar is 3.94. Bezoek van de Franse President en Mevrouw Coty aan Nederland van 21 Juli t.m. 24 Juli a.s. In het Koninklijke Paleis op de Dam te Amsterdam zullen de hoge gasten logeren. Elke secte heeft z'n aanhangers en iedere theoloog die een dwaalleer ver kondigt, vindt wel enige volgelingen om zijn stellingen te verbreiden. Minder al ledaags wordt het, wanneer een vrouw de hoofdrol speelt. Zulk een vrouw was Dina Jans Vecke, ook bekend als Vrouw Dane, door sommigen als profetes ver eerd, door anderen als verleidster ge brandmerkt. De belangstellende lezer zal zich de levenshistorie van Ds Pontiaan van Hat- tem herinneren, waaraan we enige tijd geleden een artikel hebben gewijd. Deze Van Hattem was in 1672 predikant ge worden te Sint Philipsland en in 1683 als zodanig afgezet op grond van grove dwalingen. Nadat hfl in zijn geboorte plaats Bergen op Zoom zijn leer verder had uitgewerkt en verbreid, overleed hij in 1706 aldaar op 61-jarige leeftijd. Bij Ds van Hattem nu was Dina werk zaam geweest als dienstbode. Ze was een eenvoudig meisje uit een arbeidersgezin, maar trok al spoedig de aandacht van de predikant wegens haar intelligentie. Van Hattem moet grote invloed op haar hebben gehad, want toen hij eerst werd geschorst en daarna afgezet en verban nen, schroomde ze niet, openlijk partij voor hem te kiezen. Daar ze toch bij de meeste inwoners van Sint Philipsland geen gehoor vond, besloot ze na het ver trek van haar „geestelijke vader" even eens het dorp te verlaten en naar Zierik zee te gaan. Daar verhuurde ze zich als dienstbode bij burgemeester Dillinck. Daar leerde ze ook haar eerste levens gezel kennen, Dingeman Isack de Groe ne, met wie ze in 1687 in het huwelijk trad, maar die haar reeds spoedig (de juiste datum is niet bekend) door de dood ontviel. Reeds vóór haar huwelijk werd ze ver dacht van Hattemistische sympathieën, waarvoor ze in 1686 voor de kerkeraad verscheen en onder de eerste trap van censuur werd gesteld. Dat ze in het ge heel niet van plan was, haar leven te beteren, blijkt uit het feit, dat ze Jacob Roggeveen en Jacob Brill, de beide vol gelingen van Van Hattem, herhaaldelijk logies verschafte, terwijl de predikant zelf van tgd tot tijd spreekbeurten ver vulde in haar woning. Tenslotte ging ze ook zelf spreken. Haar talent trok de mensen uit alle de len van Schouwen-Duiveland aan, zodat ze spoedig bekend stond als „Dominé Dina." Inmiddels was ze in 1696 voor de tweede maal getrouwd, nu met Steven Anthonisz. Dane, naar wie ze verder meestal „Vrouw Dane" werd genoemd. Het is merkwaardig dat de Zierikzee- se kerkeraad geen pogingen deed om haar prediking tegen te gaan. Waar schijnlijk was men bang voor de gevol gen van een eventuele kerkelijke behan deling. Eén en ander was zeer tegen de zin van de bekende Ds Carolus Tuinman, één der felste tegenstanders van Van Hat tem en de zijnen. Reeds als predikant van Sint Maar tensdijk, (1687—1691) maar ook later, tijdens zijn bediening te Goes en te Mid delburg trok hij in woord en geschrift van leer tegen „die vervloekte Hattemis tische vrggeesten." De aarzeling van de Zierikzeese kerkeraad was hem een doom in het oog en hij paste op haar het verwijt toe, dat ook Johannes moest schrijven aan de gemeente Thyatire: „Maar ik heb tegen u dat gij de vrouw Izébel, die van zichzelf zegt een profe tes te zijn, laat leren, en mijn dienst knechten verleiden Tuinman, die overigens nooit gewend was, een blad voor de mond te nemen, noemde Dominé Dina van de Smerdiek- se kansel: „Dat pestilentiaal vrouw mens", hetgeen we maar niet in modern Nederlands zullen weergeven! Tijdens zijn leven is Tuinman's wens nooit vervuld. Pas drie jaar na zijn dood, in Augustus 1724 kreeg Vrouw Dane een boodschap, dat ze voor de kerkeraad diende te verschijnen. Tot driemaal toe weigerde ze te komen. Haar enige ant woord was: „Ik sta al 38 jaar onder censuur en ik wil met die kerkeraad niets te maken hebben!" Daarop besloot men haar met de ban af tè snijden. De uitvoering van dit voornemen liet even wel nog twee jaar op zich wachten. Op- 7 Mei 1726 kwam één der Zierikzeese predikanten met een kerkeraadslid het banvonnis voorlezen, waarbij Dina zich volmaakt onverschillig toonde. Ze zei al leen, dat God haar als middel had ge bruikt om 7000 mensen te versterken in het geloof! Nadat op drie achtereenvolgende Zon dagen de censuur van de kansel was be kend gemaakt, volgde op 2 Juni de de finitieve afsnijding. De kerkeraad zette nu dóór en wist haar verbanning door de burgerlijke overheid te bewerken. Op 12 Juli 1726 werd Dina Jans Vecke „haar leven lang uit Stad en Poortambacht gebannen en in de hoogste boete en stadsgerechtig- heyd gecondainneerd." Met haar man verhuisde ze toen naar Amsterdam. De kerkeraad in de hoofdstad, die niets van haar afsnijding wist, stelde een onder zoek in, omdat ze ook daar spoedig be kend was wegens haar „verderfelijcke Hattemistische sentimenten." Uit het tweede huwelijk zijn twee zoons geboren: Steven Dane, die notaris werd te Zierikzee en zich aansloot bij de Doopsgezinden en Anthony Dane, die in het huwelijk trad met de dochter van de reeds genoemde Jacob Brill. Het is niet bekend, wanneer Dina en haar man overleden zijn. Op 22 April 1746 vond te Amsterdam de boedelschei ding plaats, waaruit we kunnen opma ken, dat ze beiden vóór die datum reeds waren verschenen voor Hem, Die recht vaardig oordeelt. De landbouwer Peeman, die Zondag morgen zijn koeien ging melken, be merkte dat de kleine dijk, die wegens het maken van een nieuwe waterkering de haven van Den Bommel afsluit, was doorgebroken. De haven, die droog lag, dreigde daar door weer vol te lopen. De boer sloeg onmiddellijk alarm en de burgemeester riep brandweer en Bescherming Bevol king op om hulp te verlenen. Bijgestaan door de inwoners van Den Bommel be gon men direct het gat te dichten en het water, dat in de haven was gelopen, er weer uit te pompen. De dijkdoorbraak geschiedde bij een waterstand die zestig tot zeventig cm hoger was dan normaal. Na een dag hard werken is het gelukt het dijkje te dichten. Gevaar was er di rect niet bij, omdat het damwand van het werk dat in uitvoering is, er nog voor staat. ---------O--------- VeUlng van Maandag 19 JuU 19S4 Eigenheimers 12.40—14.Kassnij- bonen 1.20; Tomaten 48.------66.—; Gele Savoye 24.------27.Rode kool 18.------^20.—; Aardbeien 118.------122- Rode bessen 64.Kruisbessen 57i 61.per 100 kg; Komkommers 16.— 24.—; Bloemkool 26.------42.—; Krop- sla 5.10 per 100 st.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1954 | | pagina 1