ie Ooiigensplaai Plaatselijk Nieuws Jaarverslag van de Wor)ir)gbouwver- eniging „Beier Wonen" FATA MORGANA" „aiLANöim-NiBuws" Huisvrouwen vacantie Land en Tuinbouw 5chmmmeya—^ Prot. Chr. Lijst te Middelharnis Bij de eerste aanwijzing van Rheumatische Pijn moet gij zeker Krnsdhen nemen. VEKVOLGVEEHAAL Biz. 2 Woensdag 29 Juli Het doet ons een groot genoegen als leden onzer vereniging samen te zijn, want daar het allen wel bekend is hou den wij deze jaarvergadering wel op een heel ongewoon tijdstip, daar deze jaar lijks voor of in de maand Maart gehou den wordt. iDe reden daarvan is voor een ieder wel bekend, want de storm vloedramp van jl. 1 Febr. ligt nog vers in ons geheugen en de sporen daarvan zijn nog duidelijk zichtbaar. Niette genstaande zijn wij nu dan zover toch met elkander de zaken der vereniging te kunnen bespreken, en wel wat zeer belangrijk is, met ons allen die belang tonen door hier aanwezig te zijn, daar niemand van onze leden door deze zo verschrikkelijke ramp is om het leven gekomen. Wel hebben onze woningbewo ners vreselijke uren in hun woningen doorgemaakt, voornamelijk de bewoners te Ooltgensplaat, daar deze woningen de sterkste stromingen hebben opgevangen van ons gehele dorp, wat dan ook wel zeer duidelijk zichtbaar was vanwege de grote vernieling aan onze wonngen te weeg gebracht. Wat waren wij toch trots op ons bezit, mooie ruime zonnige woningen met goede bestrating, sierlijke beplanting en bij iedere woning een knap en goed on derhouden voortuin en nu zagen wij dat alles in enkele uren totaal veranderen in een wildernis van water en al wat niet meer, teveel om op te noemen. Zo is het ook met de meubileringen der woningen gegaan, toen wij enkele jaren geleden de toekomstige bewoners de sleutel afgaven ging een ieder vol idealen zijn woning inrichten, men kan wel zeggen dat al deze woningen voor 95% met nieuw meubilair 3 jaar geleden werden versierd en dat is ook bij de meeste bewoners verloren gegaan. Voor het ergste zijn wij dan ook gelukkig ge spaard gebleven daar al onze bewoners met hun gezinnen hun leven hebben be houden, maar nien mag er toch nog wel eens op terug zien, wat of er eigen lijk gebeurd is. 31 Jan. nog een prachtig gemeubileerde woning maar 1 Febr. een totaal leeg gespoelde woning, in plaats van meubilair lagen er toen cadavers in te drijven. Een bewoner heeft zelfs nog te kampen gehad met een levendige koe, de deuren van de woning waren reeds door het geweld van het water en de daarmede gepaard gaande storm ver nield, zodat dus alles open stond en toen kwam een koe uit nood de woning binnen en dit dier begaf zich al op de trap, maar men kon het beest natuurlijk niet boven hebben, daar vrouw en kin deren daar hun verblijf hielden en zo had men halswerk het dier dat in le- vensnood verkeerde de weg naar boven te versperren. Hoe vreselijk het ook was, men kon niet anders doen dan het dier de verdrinkingsdood te laten ondergaan. Vele bewoners hebben zich verontrust over de kwaliteit van hun woning, maar na deze ramp is toch wel gebleken dat het gevelwerk en fundering zeer sterk is, want zou onze nieuwbouw daar nog' niet gestaan hebben, dan zou het voor ons dorp met haar zo zeer vele oude en minderwaardige woningen zeer slecht hebben bijgestaan. Nu zitten wij weer met veel herstelwerkzaamheden en wij vertrouwen dat het door de ramp ver nielde aan onze woningen ook alles weer in goeden staat zal terug keren. Het Bestuur heeft dan ook direct het vernielde opgenomen, want de voordeu ren van twee onzer straten die geheel vernield waren hebben wij reeds al be steld toen er nog een halve meter water in de woningen stond. Veel dank zijn wij dan ook verschuldigd aan onze Gemeente architect dhr de Vries, hoewel deze nog maar twee weken in onze gemeente werkzaam was, doch zich direct als een actief persoon ontpopte en die medewer king van hem was voor ons onmisbaar. Persoonlijk ben ik met dhr L. Korteweg (Timmerman aannemer) m.et lange lies laarzen aan alle deuren en ramen vrezen opnemen om het werk zo vlug- mogelijk te kunnen aanpakken. De bescheiden der vereniging heb ik gelukkig kunnen red den, hoev/el voor mij persoonlijk de eer ste twee weken na de ramp nu niet zo aangenaam zijn geweest, daar de kas der vei-eniging nog in het water zat, doch deze heb ik twee weken na de ramp met een duikerspak aan kunnen be machtigen en zonder enig verlies kun nen bergen, zodat er dus van onze ad- minastrieve en geldelijke bezittingen dan ook niets verloren is gegaan. Van nieuw bouw is er in het afgelopen verenigings jaar weer niets gekomen, maar nu zijn de vooruitzichten weer beter daar wij nu binnen zeer korten tijd 35 stuks woning wetwoningen kunnen aanbesteden. Het Bestuur heeft diverse keren met het Commissarissen Bestuur vergaderd en twee ledenvergaderingen hebben wij ge houden. Onze voorzitter dhr C. v. Kempen is door de gedwongen evacuatie niet meer on onze gemeente terug gekeerd, daar zijn werkzaamheden nu elders zijn. In het Bestuur is dus een vacante plaats gekomen, zodat dus een nieuw Bestuurs lid gekozen dient te worden. Zo is het ook met een onzer leden van het Com- missarissenbestuur, nl. dhr A. de Vries, deze is ook door zijn werkzaamheden onze gemeente gaan verlaten. Wij dan ken deze heren voor hun werk voor on ze vereniging met lust gedaan te heb ben. Het schilderwerk dat dit afgelopen jaar is uitgevoerd, dat zeer ten goede kwam aan de woningen, is nu weer ge heel vernield, maar wij hebben het toch allen wel kunnen constateren wat een mooi effect het gaf, de crème kleur met de groene deuren. Het ledental is zoal het zelfde gebleven, enkele traden uit en enkele traden toe als lid onzer ver eniging. iNiet tegenstaande kunnen wij niet be grijpen, aangezien het woningtekort, maar tevens nog de grote woningnood (want hier plaatselijk en tevens in onze buurtschappen worden toch veel wonin gen bewoond, die de naam van woning niet meer mogen dragen), niet veel meer toe treden als lid dezer vereniging, daar toch een eerste vereiste wel een goede woning moet zijn. Particulieren zullen hier nimmer een bouw aangaan voor huurwoningen te exploiteren en daar van Overheidswege een Woningbouwvereen. nog voor Ge meentebouw wordt aanbevolen, moet toch wel een ieder die verbetering van woning wenst, en dat zijn er vele, lid wezen of worden van onze vereniging. Verder mogen wij weer onze dank be tuigen aan het College van Burgem. en Weth. daar deze steeds hun medewer king aan onze vereen, verlenen. Eveneens onze vroegere Gemeente architect dhr Louwerse, daar deze ons ook steeds ter zijde stond. Dan ook een woord van dank aan alle leden en bewoners, voor hun medewerking in zover zij deze kon den geven. Wij gaan dus weer een nieuw vereni gingsjaar tegemoet, mogen wij vertrou wen dat aankomend jaar een goede mag zijn en dat wij weer vele leden aan een nieuwe woning zullen kunnen helpen. Het parool van ons als Bestuur is en blijft; ingezetenen van Ooltgensplaat en haar Buurtschappen, voor U allen te streven een goede en zonninge woning te kunnen bewonen. Streeft allen mede, door zelf een offer te brengen aan de daaraan verbonden woninghuur, want niemand zal toch kunnen verlangen dat deze gelijk zou staan met de huur van de nog zo vele bewoonde krotwoningen. Een goede woning is voor ons aller gezinnen een onmisbaar stuk in ons le ven, het zal de huiselijke sfeer verhogen en vele narigheden verminderen. En als dit ons aller streven wordt, dan zal de tijd spoedig aanbreken van krot woningen ontruimen en goede woning wetwoningen betrekken. Dan wordt de naam onzer vereniging pas eer aangedaan, daar wij niet klaar zijn met enkel een vereniging te hebben met de naam van „Beter Wonen" maar de daden dezer vereniging moeten bin nen enkele jaren zichtbaar zijn door ve le nieuwe complexen woningen te zien bewonen. Dus leden van Beter Wonen" streeft mede naar ons doel. Een goede woning te bezitten en weg met die oude boel. MIDDELHABNIS Een dure vacantie. De hengelaar T. van Strien had het ongeluk bij het uit oefenen van de hengelsport zijn gehele vistuig te verspelen. Het gevolg was, dat genoemde per soon laat in de avond zonder vis en vis tuig huiswaarts keerde. DIRKSLAND Bij de gehouden examens van de Coöp Modevakschoolvereniging slaagde voor costumière costuumvak mej. J. Ihrman te Ouddorp. Zij genoot opleiding bij mej. S. P. C. Meijer Dirksland. OOEDEBEEDE Het Goerees Gemengd Koor behaal de op het concours te Deidschendam een Ie prijs met 315 punten in de afdeling Uitmuntendheid. Stichting voor Maatschappelyk Werk Middelharnis, Sonunelsdyk en Nieuw© Tonge Men schrijft ons: Door een overweldigende toeloop zijn de vacantieweken voor Augustus geheel volgeboekt. Niettemin doet de Alg. Diaconale Raad alle moeite alsnog meer vacantie te blij ven in schakelen. U kunt U dus rustig opgeven, daarna ontvangt U, indien er weer verblijven ge vonden zijn, bericht welke gelegenheden er zijn. U dient er wel rekening mee te hou den dat dit nog begin September kan worden, ook voor hen die zich nu al op gaven. Met alle plaatselijke Vrouwenvereni gingen hebben we deze week overlegd. Er werd overeengekomen dat men el- kaars kinderen zoveel mogelijk zal op nemen, zodat de moeders eens echt een week er uit zijn. Hebt U moeilijkheden, bespreek het dan met één der leden van uw vereni ging, of rechtstreeks met de Stichting voor Maatschappelijk Werk. Bij de volgende dames kunt U zich opgeven of nader overleggen: Mevr. van Hofwegen te Nieuwe Ton ge; Mevr. A. Warnaer-v. d. Vver, Boe- renweg A 252, Dirksland, presidente Ned Bond voor Plattelandsvrouwen; Mevr. P Spee-Vijfhuizen, Kreekstraat 7, Som- melsdijk, secretaresse afd. Vrouwenbond N.V.V. M'harnis-S'dljk... Mevr. de Heer, Chr. de Vrieslaan 47, Middelharnis, sec retaresse Ned. Herv. Vrouwenvereniging Eenheid en Arbeid; Mevr. Leef lang, Pr. Hendrikstraat 11, Middelharnis, Presi dente Ned. Chr. Vrouwenbond; Mevr. Bloemendaal, Voorstraat 35, Sommels- dijk. Presidente Rem. Vrouwenkring; Mevr. Ras-Buth, Molendijk A 1, Den Bommel, Presidente Chr. Boerinnenbond C.B.T.B.; Mevr. van Groningen-de Bon te, Marletjespad, Middelharnis, Presi dente Vrouwenbond van de Partij van de Arbeid. Eveneens opgeven bij de Stichting voor Maatschappelijk Werk, Voorstraat, Sommelsdijk. Daar ben ik nu toch echt van ge schrokken, geachte Redactie! Ik lees me daar in uw blad van de 18de dezer, dat ik de zeven jaren, die ik tot heden op Plakkee doorbracht, eigenlijk permanent in bijzonder levensgevaar zou hebben verkeerd! Immers te midden der kanni balen, menseneters dus! Maar gelukkig, U zegt dat het meevalt: ze krenken je hier geen haar! Dat zal dan wel zo we zen. Mij is tenminste nog nooit wat over komen. En mijn haren zijn gelukkig nog steeds maar met een schaar „gekrenkt". Maar ik ben echter nog méér ge schrokken Allereerst dan wel hiervan, dat XJ zo slecht op de hoogte blijkt met de naam dier Geref. Kerken, die ter onderschei ding van gelijkgenoemde andere kerken achter haar naam in een (slechts pos tale) toevoeging aanduiden, dat zij zélf nog steeds ook art. 31 der Kerkenorde- ning onderhouden. In uw artikel noemt U schrijven verantwoordelijk. Graag wil ik U helpen het ook verantwoord te doen geschieden. U zult derhalve wel blij zijn, dat U zich nu niet meer met aanduidin gen als „groepje" en „mannen van art. 31" hoeft te behelpen! U herinnert zich nu weer de juiste naam i) Erger is evenwel, wat geschreven is over de leer! De Geref. Kerk die art. 31 wel on derhoudt, zou niet tot het verbondsvolk rekenen, al wat buiten haar is, terwijl zij zich alleen de zuivere, ware kerk zou beschouwen te zijn. De waarde schrij ver geve een verantwoording van dat: niet rekenen tot het verbondsvolk van wie buiten haar zijn, zoals hij de Geref. Kerken toeschrijft! Onzerzijds zij vast gezegd, dat hij er met dit beweren wel heel grof naast is. Mag ik hem een eigen woord terug geven: Waarom gaat hij zelf zich niet eerst persoonlijk op de hoogte stellen?" Nu heeft de scribent het driemaal over Woord en belijdenis, waar men hier resp. aan vast wenst te houden, aan trouw zou zijn en naar zou willen leven. Kijk, dat geeft moed! Dan weten Redac tie en lezers dus, dat volgens art. 28 N.G..B ieder zich bij de (let wel: niet „een") ware (d.i. wettige; ,zuivere" heeft de artikelschrijver er zeker bij be dacht omdat het zo mooi trots klonk!) bij de ware Kerk moet voegen! Daarom is bij 't bezigen van dat woordje al leen" (nl. ,,zijn groepje alleen als de zui vere, ware kerk beschouwrt") aan de verantw. schrijver zeker ontgaan, dat de.trouw ook aan art. 29 verbiedt meer dere wettige Kerken in een plaats te er kennen. Hij wil immers ook lichtelijk onderscheiden 2 Ondertussen schijnt toch ook op ons eiland dat art. 29 niet erg te leven! On danks de drievoudige bewerking, daar even gereleveerd! Ondanks het lichte lijk hanteerbaar zijn der „merktekenen" uit dat art. 29. Aan één dier merkteke nen moest ik denken, zo opeens. N.l. aan deze: als voor een kerk geldt: „zij ver volgt degenen die heilig leven naar het Woord Gods", dan is het met haar wet tigheid gedaan! Dat zegt toch de Be lijdenis? En dat, ook al tart die kerk nu: waag 's een aanklacht! De feiten im mer tarten dan haar! En nu huiver ik, als ik denk aan de verantwoordelijkheid t.a.v. de ontslapen broeders Greijdanus en Schilder en hen die nog in leven zijn, welker haren ambtelijk zijn gekrenkt! Welker bloed ambteUjk heeft gevloeid! Welker vonnissen ook op Flakkee tot op heden blijven gehandhaafd! Ik denk aan de oude Ds C. Diemer, voor 25 jaar als emeritus in dienstverband" op Oud dorp, die 't zwaar heeft gehad, omdat hij draaierij botweg: leugen noemde en niet plooien kon en wars was van alle „vrome twijfel" en mystiek welke de vastheid der dagelijkse Chr. troost, (erf goed der vaderen uit de tijd toen de re formatie op deze eilanden bloeide) de valueert tot een niet permanent ge voel! Nadat Ds Diemer, zonder gehoord te zijn was ontslagen, kon hij klagen aan een vriend: ,,Ik loop nu als een ver schoppeling rondEn toen deze broeder vorig jaar ontsliep, was het ook zijn ambtelijk bloed, dat van Flakkee riep en nog roept naar omhoog! Daarom, Redactie, blaas niet te hoog van de toren met uw: geen haar wordt hier gekrenkt! Is het niet wat naïf, om te doen, als waren hier liandtastelijldie- den bedoeld door,Ds Straatsma? Wat hij schreef is werkelijk grof! Maar troost U, als men liegende smaad en kwaad spreekt. Maar, als er soms in der daad enige schadelijke weg gevonden wordt, laten we dan niet hoog gevoelende zijn, doch vrezen Laten wij niet bevonden worden te bidden: Heere, ik dank U, dat wij hier geen kannibalen zijn, want we krenken niemand ooit een haar! O, land, land, land, hoor des HEEREN Woord! En houd de onwankelbare belijdenis vast! En leef er naar! En laat leven Ook ambtelijk 3) Onderschrift van de Bedactie. 1) Dank voor het onderricht. Onder tussen zien we in de betiteling „de man nen van art. 31" niet het minst iets verkeerds. Het is een aanduiding die burgerrecht heeft verkregen evenals bv. „de mannen van de Afscheiding", de mannen van 1834" en zo meer. Een groepje" ter onderscheiding van de an dere groepen, waarin tevens tot uit drukking komt de grootte van de des betreffende kerken. 2) Over de leer schreven we niet. Wat inzender daarover opmerkt laten we ge heel voor zijn eigen subjectieve mening alleen wijzen we op het exclusieve optre den van die kerkengroep. 3) Moeten we geheel laten voor reke ning van inzenders subjectieve beoor deling zowel wat de genoemde personen als feiten betreft. We wensen niet gemengd te worden in de kerkelijke geschillen van de Geref. Kerken. Daarvoor is de kerkelijke pers de aangewezen plaats. Chemische onkruidbestrijding in grasland Bij de chemische onkruidbestrijding in grasland dient men rekening te houden met 2 factoren, t.w.: a. Het ontwikkelingsstadium waarin de onkruiden zich bevinden, n.l. krachtige groeiende, jonge onkrui den, die niet door het gras zijn over groeid. b. de weersomstandigheden, n.l. zonnig, groeizaam weer. In het voorjaar zal men dus zeer goed kunnen overgaan tot bestrijding van bv. paardebloemen, die even voor de bloei periode zeer gevoelig zijn voor groeistof- fen. Ook boterbloemen worden voor de bloei uitstekend bestreden. Nu is het echter veelal zo, dat juist de voorjaarsmaanden in de landbouw de drukste maanden zijn, waarin aan on kruidbestrijding in grasland nog niet ge dacht wordt en men zich hoofdzakelijk Het ziet er voor de landbouwers en middenstanders in de rampgebieden ver re van rooskleurig uit. Men behoeft dan alleen maar eens door de polders te fietsen en het oog te laten gaan over de landerijen, waar niets op groeit dan een paar decimeters hoge schrale gerst. Welk een tegenstelling met vorig jaar toen wuivende korenvelden en klei nere gewassen elkaar in rijke schake ring afwisselden! Toen bracht de bodem goud op en thans nog geen koper. En hoeveel nijvere handen vonden er in het najaar werk met de oogst van onze land bouwproducten. Dat bracht werk aan de winkel, terwijl de middenstand er evenieens wèl bij voer. In de streken waar geen industrie gevestigd is leeft in feite de gehele gemeenschap van de landbouw. Gaat het de boer goed, dan profiteren alle andere bedrijfstakken er ook van. Zo blijft Schrammetje aan het metselen, de schilder aan het verven en de timmerman aan het spijkeren. Er is nu nog geen reden tot klagen, maar het vele werk dat er nu is vloeit voort uit abnormale omstandigheden. Het Is prij zenswaardig, dat de Overheid de gevol gen van de ramp, ook voor wat het fi nanciële gedeelte van landbouw en mid denstand betreft, onder ogen ziet en re gelingen treft dat de zaak in de toe komst niet vast zal lopen. Vooral voor de kleine landbouwers die onze con treien er vele telt is dat noodzakelijk. Het doet Schram deugd, dat aan deze mensen aandacht geschonken wordt. In dien aan deze groep de helpende hand niet werd geboden, zouden zij spoedig al hun spaarzamelijk verkregen bezit geheel aan leeftocht zien wegslinken. Van hun bedrijfskapitaaltje wat ze niet kunnen missen om de zaak weer op po ten te krijgen, zou welhaast niets meer overschieten. Met belangstelling heb ik dan ook verleden week het stuk in de krant gelezen over de vergoedingen, die men van plan is uit te keren voor le vensonderhoud aan de gedupeerde land bouwers en middenstanders. Want al krijgt men de ,,kale kosten" vergoed, dan schiet daar niets van over om van te leven. Het is goed gezien, dat alleen hulp verleend wordt aan hen, die niet uit eigen middelen kunnen leven. Inderdaad dient hier geval voor geval nauwkeurig te worden bekeken. Dat echter het Arbeidsbureau voor dit doel wordt ingeschakeld, kan Schram metje niet bepaald appreciëren. Het valt voor iemand die steeds zelfstandig ge weest is niet mee om met de pet in de hand naar dat bureau te stappen en daar zijn hele hebben en houden open te leg gen. Dat zal ongetwijfeld vele van dj,, mensen tegen de borst stuiten. Om ^j te ondervangen ware het misschien wj, selijker geweest de aanvragen om steii bij de daarvoor in te stellen commissif, te doen indienen, waarna een vertrouM en ter zake kundig ambtenaar aan j, hand van de boekhouding van betrol- kene rapport uitbracht. De mogelijkhjjj bestaat, lees ik, dat dan zo iemand pjj send werk door het arbeidsbureau ijjj worden aangeboden. Maar iemand (j, behoorlijk wat land heeft, zal daar no, niet zo gauw aan toekomen. Want brengt zijn bedrijf niets op, dan niofi toch het land worden bewerkt, zijn on stallen onderhouden en dergelijke niee- Daarom begrijpt Schram niet, wat hü Arbeidsbureau daar nu direct mee fi maken heeft. Een landbouwer, wiens laj. derljen niets opbrengen is nog gej, werkloze. Hij kan nog wel eens hartie, moeten werken en meer onkosten mj, ken ,dan wanneer alles normaal floreert Zulke mensen hebben nog wel zovep zelfrespect, dat ze niet een, twee, dfj naar het arbeidsbureau lopen. Neen, dezj overigens nuttige instelling had ik jj in dit geval vooralsnog maar buiten ifj, laten. En een middenstander, wiens h;, drijf door de ramp dermate is getrof. fen, dat hij zijn kost er niet in kan ver. dienen kan men toch ook niet in een aj. dere passende werkkring" plaatsen Dan zou hij zijn zaak niet meer kunnen opbouwen. Natuurlijk zal zulks de be doeling van de steunverleningscommis, sie ook niet zijn, maar dan heeft het Arbeidsbureau daar ook weer niets mee uitstaande. Men kan tenslotte altijd no» iemand daar heen verwijzen, als geble' ken is, dat er niets anders overschiet dan tijdelijk ander werk te zoeken. Hoe het zij, het is echter verheugend dat niet alle bedrijfskapitaal behoeft te worden ingeleverd, en met deze omstandigheden tijdig rekening virordt gehouden, brengt een ramp als deze nog een liele nasleep mee, waarvoor overal naar een oplossing moet worden gezocht. Ook vele ambachtslieden zitten ondanks of be ter gezegd door het vele werk in finan ciële moeilijkheden. Zij werken van 's morgens vroeg tot 's avonds laat en we ten hun leveranciers niet te betalen om dat ze te weinig geld van hun klanten ontvangen. Voor vele duizenden guldens materiaal wordt er verwerkt, wat zij op korte termijn moeten betalen waarte genover ze weinig ontvangen, omdat ze eigenlijk nergens een karwei achter el kaar kunnen afwerken. Schrammetje doet een beroep op de opdrachtgevers om dan toch alvast het gereedgemaakte gedeelte te betalen, daar het anders met de financiering bij de ambachtslui mis loopt. Zou het rampschadebureau niet een voorschot op deze vorderingen kun nen geven? Het is nu eenmaal onmoge lijk om alles voor iedere klant achter elkaar af te werken. En wie in staat is om het uit eigen middelen voor te schie ten, zal zijn ambachtsmensen daar een groot pleizier mee doen, óók SCHRAMMETJE, bepaald tot de onkruidbestrijding in graanland. Het is juist daarom zo belangrijk dat men in de maanden JuU en Augustus nog heel wat werk kan verzetten bij de bestrijding van diverse onkruiden in het weiland, met MCPA-bevattende midde len, zoals Nolachiet. In deze maanden nl. (bij warme nazo- mers zelf tot in September) kunnen zich regelmatig perioden voordoen, waarin bovengenoemde factoren, gunstig zijn. 1. Enkele weken na het hooien, wan neer alle onkruidplanten opnieuw uitlopen en dus gelijktijdig in het groeistadium verkeren. Vooral voor distelbestrijding is dit moment zeer gunstig daar thans ook de „laatko mers" opgekomen zijn. 2. Na het afweiden, indien men de jon ge onkruidplanten gelegenheid geeft boven de grasmat uit te groeien. 3. Bestriding van paardebloemen in de riazomer. De plant gaat dan de bladrozet vormen en neemt dus over een grote oppervlakte de groeistof- fen tot zich. 4. Bestrijding van boterbloemen tot ongeveer half Augustus, dus net voor de tweede bloei begint. Al met al zien wij dus dat, indien de maatregelen ter bestrijding van onkruid in grasland tijdens het voorjaar en in de voorzomer door drukke werkzaamheden in het gedrang komen, in de nazomer en bij gunstig weer zelfs nog in het najaar ruimschoots gelegenheid bestaat tot che mische onkruidbestrijding in grasland. Proeven hebben bewezen dat onkruid bestrijding in de nazomer een zeer dui delijke verbetering van de gehele zode bewerkstelligt. Bovendien is het resultaat van een la te bespuiting dat de weilanden schoon de winter in gaan. De Prot. Chr. groepen, bestaande uit de Herv. A.R., de A.R. en de S.G.P., hebben voor de a.s. gemeenteraadsver kiezing weer besloten met een gecombi neerde lijst uit te komen. Deze lijst ziet er als volgt uit: 1. J. Vroegindeweij2. M. K. van Eek; 3. J. H. Koppelaar; 4. P. de Blok f; 5. N. H. Beversluis; 6. P. Krijgsman Az.; 7. P. de Jong; 8. T. van Dieren; 9, F, van Es; 10. P. Tieleman; 11. J. v, 4 Slik Mz.; 12. P. Kattestaart; 13. C. Mak- kenze; 14. Joh. P. Nieuwland; 15, Tli, de Waal; 16. C. Vroegindeweij. Het is tragisch dat de heer P. de Blok die op deze lijst voor de Herv, A.R. voorkomt, op zo onverv.rachte wijze is overleden. De lijsten voor de verkiezing waren echter al ingediend en bij Samson te Alphen a.d. Rijn in druk. Naar wij vernemen doet men van gemeentewege moeite dit nog te herzien; waardoor dus een opschuiving zal plaats hebben. De zes minerale zouten die KrusuiiJ bevat sporen lever, nieren en ingewanden aan tot actievere werking, het bloetl gaat sneller stromen, onzuiverheden worden afgevoerd en zo worden rheu matische pijnen gesmoord in de kiem In duizenden zelfs hardnekkige gevallen bracht Kruschen baat. Waarom zoudl gij dan Uzelf te kort doen? 1/ (27). DOOR J. VAN DEN BOSCH Een last viel van haar hart, toen zij hoorde: „Nu, mevrouw, 't is op het ogen blik niet, wat ik vreesde. Misschien loopt het nog los. Maar voorzichtigheid is geboden. Het kan een langdurig ziekbed worden. Houd u moed. Mogelijk halen we het met haar er bo venop". Ha, dat was goed nieuws. Zij lette eigenlijk niet op de gereserveerdheid waarmee de medicus sprak: op het ogenblik niet, wat hij vreesde; misschien loopt het los; misschien halen we het... Verruimd liet zij de dokters uit en vertelde Constance, dat zij wel spoedig beter zou zijn. ,,'k Geloof het nietj moeder", zei het kind. Zo'n eigenwijs ding van zes jaar. Zij had het wel een draai rond de oren willen geven. Maar dit was toch al te gek; zo'n ziek schaap En waarom keek dat kind toch zo? 's Avonds heel laat kwam haar man thuis. Hoewel zig op was van vermoeid heid, was zij niet naar bed gegaan, wat anders haar gewoonte was. Hij was korzelig; informeerde niet eens naar Constance; vond het onzin dat zij zo laat nog present was. Zij vertelde van de dokters. „Zie je wel. 'k Heb het wel gezegd. Die lui moeten altijd de rekening opja gen. Die andere komt niet weer hoor. Het kind is natuurlijk ziek, maar straks is dat weer in orde. Zij was altijd sterk." „Ga nog even naar haar toe. Zij slaapt niet. Een half uur geleden vv^as ik nog bij haar". ,,Gaat het niet goed, Herman?" vroeg zij opeens. „Ik dacht ,,0, 't gaat best, hoor. Maar het kan altijd nog beter..." zeide hij, in enen on verschillig. „We kunnen wel zoveel willen", waag de zij op te merken. Hij stiet een basterdvloek uit. „Als je alles gehad hebt, krijg je dat nog", zeide hij. Woedend zij wist niet waarom liep hij het vertrek uit. Ging toch nog even, het deed haax goed, naar Con stance. Tien minuten later hoorde zij hem in de logeerkamer. Toen werd het stil. Met brandende ogen en luide hart kloppingen lag zij wakker in de een zaamheid. Uren nog. HOOFDSTUK XVI. En het kind stierf. Toen Cor die Zondagmiddag op 'n be scheiden belletje, de deur opentrok stond beneden aan de trap een jong meisje, Cor schatte haar op ruim 20 jaar dat zich voorstelde als de „juffrouw van de Zondagsschool' „Ik heb uw dochtertje enkele malen gemist en nu kom ik eens informeren, in de hoop, dat u mij dat niet kwalijk neemt". ,,0, helemaal niet, juffrouw, komt u boven. Constance vraagt telkens naar u, maar 'k weet uw naam en adres niet" „U had bericht naar de school kun nen zenden", zeide de ander. ,,Is Con stance ziek?" In de huiskamer gezeten, hoorde de juffrouw het verhaal, dat haar ontroer de; ja,, zeer ernstig ziek; de huisdok ter vertrouwde het geval niet en haalde er een specialist bij; toen zagen beiden het niet zo ernstig in, maar daarna was er een inzinking gekomen; er viel nog niets van te zeggen; de dokter gaf tel kens hoop, maar geen zekerheid; het ging op en neer. ,,Och, hoe droef. Zij was er enkele malen. Maar zo'n leerlinge heb ik nog nooit gehad. Vol, ik zou bijna zeggen heilige aandacht. Zij sprak er thuis ze ker wel over?" ,,Ja, vooral de eerste malen", zei Cor mat. ,,U is vermoeid" meende de onder wijzeres. ,,Hebt U het niet te druk met uw zieke dochtertje'" „Ja. We hebben aan een verpleegster gedacht. Maar de dokter meent, dat ik dan toch geen rust heb. En daar kon hij wel eens gelijk in hebben. Het morgen meisje is nu gisteren vertrokken. Mor gen komt er een voor dag en nacht. Dan heb ik de handen meer vrij voor... Con stance." Het opgekropte leed moest zij uiten tegen iemand, al was die dan een vreem de. „Ziet u de toestand donker in?" vroeg de ander deelnemend. „Ik vrees dat ik haar verlies", snik te Cor. „U moet niet direct het ergste den ken; de dokter geeft toch nog hoop zegt U". „Ik vrees het ergste. Het kind denkt het ook". ,,Dat zij sterven gaat?" ,,Ja", knikte Cor sprakeloos. Dan stond zij moeizaam op. ,,Zij heeft meermalen naar U ge vraagd. Ik zal even zeggen, dat U er is. Och neen, gaat U direct maar mee. Behoedzaam „een enkele maal komt het voor, dat zij slaapt", fluisterde ze opende ze de deur. ,,,Nu moet je eens kijken, wie er is, Constance", zeide zij opgewekt. Over het nóg bleker geworden ge zichtje, ingevallen ook, gleed een stra lende glimlach. En een mager handje kwam van onder het dek. „De juffrouw", riep Constance, 'k Heb zo naar u verlangd, U moet van Jezus vertellen. Moeder doet het niet. Beschaamd wendde Cor zich af en liep dan het vertrek uit. Met een brok in de keel. En een schrijnend gevoel van zelfverwijt. In de huiskamer hield zij broer wat bezig. Ruim een kwartier later liep zij weer naar boven. Met haar handje in die van de onderwijzeres lag Constance te luis teren naar de zachte stem van het jonge meisje, dat vertelde. Het gezichtje van het kind was één stralende blijdschap. Met enige jalouzie dacht Cor: ik kan er geen lachje op toveren en deze vreemde „Nu houd ik op, Constance. Anders word je te moe, weet je. En dat mag niet". „Komt U weer terug?" smeekte het kind. „Als moeder het goed vindt, zeker". Meteen wierp de bezoekster een vra gende blik op Cor, die knikte. „Moeder vindt het goed, Constance. Dan kom ik morgen weer eens kijken, hoor. En als je nu weer eens bang bent, doe dan, wat ik gezegd heb. Vraag al tijd, maar aan de Heiland: Heere Je zus, wil mij helpen". En dat doet Hij. Je zult het zien. Dag kind, tot morgen dus, hoor." Terug in de huiskamer: „Ik ben on derwijzeres aan een school in de huurt. Vindt U het goed, als ik elke dag een half uurtje kom, zolang het nodig is' Ik dring mij niet op, maar het irf snakt naar een woord van bemoedigin?" een woord, waaraan 't houvast heeft, 'i Is een zeldzaam diep doordenkend kind" ,,Ja", zei Cor, „ze doet vragen, die U' niet beantwoorden kan. Als U wilt ko men heel graag. Zij schijnt er behoeft! aan te hebben. En een ziek kind ka» men toch niets weigeren. Maar wanneer kunt U dan Haar va der weet er niet van, ook niet van Zondagsschool, 't Is ook beter, dat niij» man er onkundig van blijft". ,,Elke middag, even vier uur. Is dat goed?" „Ja, juffrouw, dat is in orde. Ik wonder U. U kent Constance nauwelp' en U komt geregeld". „Ik ken haar al voldoende. Dat kiw moet door het Woord bearbeid wordeii Zij heeft er behoefte aan. Ik mag li""'^ niet aan haar lot overlaten. Ik spre* zo vrij mogelijk met U, want ik veron derstel dat U niet geheel onkundig Anders had U de kinderen niet naai' Zondagsschool gezonden". Cor gaf opzettelijk geen antwoord* deze opmerking. En de ander drong zi"^' niet op, begreep alleen, dat hier iets n'^' in oi'de was. (Wordt vervolgf"

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1953 | | pagina 2