teilAriDEflUIEIJli/S
„Japie" en Schipper van Seters
van de Reddingsboot
md
Tabakscultuur
Jaarvergadering „Groene Kruis
Middelharnis-Sommelsdij k
WM 5
„Gebroken trots"
G"
in ons land
kmóeRhoekje
erg
laai:
,Blad
Woensdag 31 December21952
No. 2177
Loonadministratie pas
op 1 Januari 1954
vereenvoudigd?
Toestand werklozen
^^raa^t en draagt
GLADDE RINGEN
met levenslange schriftelijke
fabrieksgarantie.
Voorlopig geen hogere
prijzen voor Jenever
Recordjaar" voor emigratienaar
Zuid-Afrika
VERVOLGVERHAAL
ank
ten<.
eter
ëAM
h—528
p—225
p.t
>N 488
p3 toe-
iND
)N 454
p.f.
)N 376
p.f.
SLAND
p.f,
[.h.g.
|ng
)N 443
lelukklg
in
|ON 506
toege-
■ur
370
p.f.
Energie en ondernemingsgeest
mogen ook op onze eilanden de
kansen grijpen
Uitbreiding van het aantal cultuur-
jwassen voor onze landbouw is zeer
_jn te bevelen. Vruchtwisseling komt
Je hoedanigheid en de structuur van
jjze bodem ten goede.
2odat uitbreiding van onze landbouw
jewassen de belangstelling van onze
boeren verdient. Vooral wanneer die uit
breiding kan geschieden met arbeidsin
tensieve producten,
pat komt de bestrijding van de werk
loosheid ten goede. De werkloosheid
steekt op onze eilanden meer en meer
de kop op.' De seizoenwerkloosheid mag
5U gerust reeds onrustbarend worden
genoemd en met de permanente werk
loosheid staat het er ook niet best bij.
ffanneer dan aan onze cultuurgewassen
een landbouwartikel toegevoegd zou
Itunnen worden dat bovendien zeer ar-
liejdsintensief genoemd moet worden
jiE zou dat voor onze boeren nieuwe
perspectieven kunnen openen en tevens
zou menigeen er brood en werk in kun
nen vinden.
Een zodanig artikel is mogelijk de
tabak. De voorzitter van de Kamer van
Koophandel voor Utrecht deelde in de
vergadering van die Kamer van Woens
dag 17 Dec. het volgende mede: „Met
de pogingen welke worden aangewend
om landbouw en industrie voor de Ne
derlandse tabakscultuur te animeren,
worden goede vorderingen gemaakt.
ffanneer de voortekenen niet bedriegen,
zo was de mening van de voorzitter
Jtir L. Huydecoper van Nigtevecht, dan
staan wij hier aan het begin van een
ontwikkeling, die een zeer welkome uit-
lireiding van de werkgelegenheid zal
geven en voor velen in den lande een
nieuwe bron van inkomsten belooft te
ivorden." Naar op de vergadering bleek
is de bedoeling sigaretten te fabriceren
welke uit 80 procent import en 20 pro
cent inheemse tabak zal bestaan. Er
lijn reeds proeven genomen met een half
tegen halve menging van import tegen
over inheems product, waaraan de
smaak door sommigen boven die van de
80—20procent samenstelling wordt ver
kozen. De verkoopprijs van een doosje
van twintig sigaretten zal waarschijnlijk
niet meer dan 55 cent bedragen. Dat
zou voor onze nationale economie erg
mooi kunnen zijn. Daarbij zou het mes
naar twee drie kanten kunnen snijden.
Vermindering van onze import met als
gevolg verbetering van onze handels
balans.
Ben goedkoper product, dat in massa
gebruik wordt, zou het evenwicht tus
sen uitgaven en verdiensten gunstig be
invloeden. Dat uitbreiding van de agra
rische producten met uitbreiding van de
werkgelegenheid. Het is te hopen, dat
men op onze eilanden de zaak ook in
ernstige studie neemt. Aan energie en
ondernemingslust ontbreekt het onze
eilandbewoners in genen dele. En juist
op onze eilanden met hun zwakke eco
nomische structuur en hun dreigende
werkloosheid zou een arbeidsintensief
product, dat bovendien nog tot grond
slag van een beduidende industrie ge
legd kan worden al zeer welkom zijn.
Of onze bodem er geschikt voor zal
zijn? Niet overal maar waar onze bo
dem varieert van zeer zware kleigrond
tot zavelgronden van op sommige plaat
sen zelfs lichte aard, ja tot zandgrond
en zelfs zeer lichte zandgrond, we den
ken aan de duingebieden van Goeree en
Schouwen, daar is alle kans dat er voor
de verbouw van tabak op onze eilanden
wel geschikte bouwgrond te vinden is.
Dat het particulier initiatief de mo
gelijke kansen moge benutten. En zo
dat onverhoopt op onze eilanden te kort
moge schieten, dat dan de Overheid het
initiatief moge nemen om stimulerend
op te treden.
Immers grote belangen zijn er mee
gemoeid.
Denken we allen maar aan de werk
loosheid nu reeds, maar erg dreigend in
de toekomst, dan mogen geen kansen
onbenut blijven om daarin verbetering
te brengen. En de bereiding? iDe tech
niek is ver gevorderd. Droging, fermen
teren e.d., de chemische wetenschap zal
er licht wat op weten te vinden.
We hopen van harte, dat deze moge
lijkheden door de Voorzitter van
Utrechts ICamer van Koophandel' aan
gewezen ook op onze eilanden aange
grepen mogen worden. Energie en on
dernemingsgeest is er op onze eilanden
naar we vertrouwen in voldoende mate
aanwezig.
Mededeling van Ir. Geuze
In de algemene vergadering van de
Z.L.M, heeft ir. M. A. Geuze medege
deeld te verwachten, dat tussen Pasen
en Pinksteren 1953 bij de Tweede Ka
mer zal worden ingediend een ontwerp
tot vereenvoudiging van de loonadmi
nistratie. Verloopt de behandeling naar
wens, dan kan op 1 Januari 1954 de
nieuwe regeling, die voor alle landbou
wers en middenstanders een grote op
luchting zal betekenen, ingaan. Wordt
de zaak weer op haar beloop gelaten,
dan zullen de landbouworganisaties en
de andere vrije, vooral middenstandsor
ganisaties, op 1 Juni 1953 haar rechten
hernemen en maatregelen treffen, die
onmiddellijk effect zullen hebben. ,,Wij
zullen dat doen op een in het oog lo
pende, demonstratieve, maar natuurlijk
niet revolutionnaire wijze", zo vervolg
de de heer Geuze daaraan toe.
Het landelijke comité van werklozen
en D.U.W.-arbeiders heeft een brief ge
richt aan de raad van ministers met
de bedoeling „de aandacht van de re
gering te vestigen op de schrijnende so
ciaal-economische toestand, waarin-dui
zenden gezinnen van werkloze arbeiders
verkeren, een toestand die voor een
zeer groot gedeelte wordt veroorzaakt
door de wijze, waarop de werkloosheids
wet wordt uitgevoerd."
Het comité somt in zijn adres een
aantal maatregelen op die de regering
naar zijn mening dient te nemen.
----------O----------
SCHOOLABTSENDIENST OPGELEGD
AAN VIJF GEMEENTEN
Met 17 stemmen tegen hebben de Pro
vinciale Staten van Zuid-Holland Vrij
dag jl. de gemeenten Maassluis, Maas
land, Rozenburg, Schipluiden en Wate
ringen een gemeenschappelijke school-
artsendienst opgelegd. Ged. Staten had
den voorgesteld afwijzend te beschikken
op het verzoek van de gemeente Wate
ringen omi een gemeenschappelijke re
geling voor het geneeskundig schooltoe
zicht met de schoolartsendienst .West
land". De A.R. en de S.G.P. stemden te
gen. In de K.V.P. was de stemming ver
deeld.
Mevrouw dr W. M. Posthumus-van der Gpot overhandigt namens
jury de eerste prijs, groot 10.000 aan mevrouw H. C. Pijlman-
Bovenschen, Amsterdam, die de grote wasmiddelprijsvraag won
door alle fouten uit de gelukskrant aan te strepen en bovendien
het rijmpje „Had Witte de With van Radion geweten, dan had hij
vast Witter dan Wit geheten." Het geld kwam goed van pas voor
een ziek kind en voor een verhuizing naar een gezondere woning in
Hilversum!
De jaarvergadering van de afdeling
MiddeUiarnis-Sommelsdijk van de Ver
eniging Groene Kruis en Wijkverpleging
werd gepresideerd door voorzitter dok
ter Kuipers, die in zijn openingswoord
woorden van herdenken wijdde aan de
nagedachtenis van de overleden secre
taris, de heer H. van Es, die gedurende
24 jaren de vereniging heeft gediend en
die o.a. het Kraamcentrum overeind
heeft gezet. De vergadering, die door
30 leden bezocht werd, nam enige ogen
blikken van stilte in acht om de nage
dachtenis van het ontvallen bestuurslid
te eren. De voorzitter releveerde dan
verder de voornaamste feiten uit het
afgelopen jaar, waarbij uiteraard met
name de jubileumviering naar voren
kwam. Nogmaals betuigde dokte Kui
pers de dank van het bestuur jegens de
medewerkenden in het actie-comité, dat
volhoudt te streven naar het verkrijgen
van de voor een wijkgebouw benodigde
gelden. Het wijkgebouw maakt momen
teel hoofdzaak uit bij de plannen van
het bestuur. Met Ir Meischke uit Rot
terdam werd imniddels contact opgeno
men voor het ontwerpen van het ge
bouw.
De statuten, die in de vorige verga
dering opnieuw werden vastgesteld, zijn
enige malen tussen bestuur en hoofdbe
stuur heen en weer gereisd. Binnenkort
is nu wel de goedkeuring te verwach
ten.
De vergadering behandelde de jaar
stukken, waarbij ook de rekening 1951
en de begroting voor 1953. Namens de
commissie tot nazien adviseerde de heer
H. van Heest tot goedkeuring.
In de begroting 1953 zijn voorname
posten opgenomen voor de fondsen, die
zijn ingesteld voor het wijkgebouw en
voor nieuw materiaal. Met aanschaffen
van nieuw materiaal zal zoveel moge
lijk gewacht worden totdat het wijkge
bouw er is. Andere belangrijke bedra
gen betreffen de salarissen der beide
zusters, die tesamen pim. 6000 gld. be
lopen en wel de grootste uitgaaf vor
men, waar het bestuur inkomsten tegen
over heeft te stellen.
Alle stukken werden goedgekeurd.
Op voorstel van de heer Sypkens
werd de waarnemend secretaris, de heer
Heijboer, thans bij acclamatie definitief
in zijn functie benoemd.
Tijdens de rondvraag kwam nog al
lerlei ter sprake, waarbij de heer van
Heest de exploitatiemethode en moge
lijkheid van het wijkgebouw aansneed.
Na de pauze besloot men de avond
met vertoning van de Zuid-Hollandse
Groene Kruisfilm, waarvoor de heer
Boomsma zijn apparatuur ter beschik
king stelde en die ook de filmvertoning
verzorgde.
In de Nieuwe Rotterd. Courant lazen
we onderstaand aardig verhaal, over
„Japie" de opstapper op de reddings
boot „Leis" van Schipper van Seters.
Schipper van Seters is zo men weet
een oud-Stellendammer, waarom onze
lezers dit verhaal zal interesseren.
BAS
„Vermoedelijk zouden wij hem er
niet eens zo'n groot plezier mee doen,
als wij hem hier bij naam en toenaam
noemden, want zelf vindt hij het hele
maal niets bijzonders wat hij heeft ge
daan. Hij is er ook van overtuigd -
en die mening delen wij met hem
dat zijn maats onder gelgke omstan
digheden precies hetzelfde zouden heb
ben verricht, maar daarom en daar
in verschillen wij dan met hem van opi
nie is het toch nog niet zo iets heel
alledaags.
Laten wij hem Japie noemen. Japie,
geboren en getogen Hoeker, is opstap
per van de reddingsboot. Hij behoort
dus tot de kern vrijwilligers, waarmee
de reddingsboot wordt bemand. Schip
per en machinist zijn in vaste dienst,
de anderen zijn „opstappers"- Japie
heeft een kwaal, een herinnering aan
het concentratiekamp, waarin hij we
gens illegaal werk lange tijd heeft ver
toefd en waar hij nogal ernstig is mis
handeld. Dïe kwaal openbaart zich op
gezette tijden, de dokter verricht dan
een lumbaalpunctie en Japie' moet een
paar dagen het bed houden. De Hoe
kers weten dan: „Het is weer zover met
Japie".
Is het wonder, dat toen schipper Van
Seters opdracht kreeg met de Leis bij
vliegend stormweer er op uit te gaan,
omdat er liefst twee schepen tegelijk
in moeilijkheden zaten, hij Japie niet
liet roepen? Want Japie tobde juist
met zijn kwaal. Een bootsman van de
Marine, die toevallig langs de Bergha
ven kwam, op weg naar het station, om
een avond in Rotterdam te gaan passa
gieren, hoorde dat er een man minder
aan boord zou zijn. Hij bedacht zich
geen ogenblik, maar stapte het jnaga-
zijn binnen, zocht een paar pa^ssende
waterlaarzen uit, trok een leren jas aan,
sjorde een reddingvest om, bevestigde
zijn lijfseizings, zette een Zuidwester-----
en klaar was hij. Schipper "Van Se 15
kende hem wel en hij wist, dat hij JO
bruikbaar mannetje mee kreeg.
Maar intussen had Japie er <ie lucht
van gekregen, dat de ,,boot uit ging".
Buurman, opstapper als hij, was ge
waarschuwd, tenminste dat leidde hij
af uit de geruchten, die boven het
gebulder van de stormwind uit tot zijn
legerstede doordrongen uit het huis
naast-aan, Bovendien, er stond een avito
voor buurmans deur. Japie liet zijn
vrouw even informeren.
Ze gaan uit voor een mof en een
Zweed, rapporteerde zij. Met was Japie
uit bed gesprongen, hij wurmde zicii in
zijn broek, schoot zijn leren pantoffels
aan, greep naar zijn colbertje en ren
de naar buiten. Zijn vrouw draafde hem
met zijn sokken na; die kon zij nog net
in de al wegrijdende auto mikken.
Zo verscheen Japie op het plankier,
juist op het moment, dat van de Leis
de trossen werden losgegooid. ll3en
sprong en hij was aan boord.
iI Japie? riep de schipper verbaasd.
Tuurhjk, is er wat?
Je kan toch zo niet mee, zonder
oliegoed en op je sloffen?
Wat dachie dan?
Kruip jij dan maar bij de radio,
dan zit je tenminste droog.
Mopperend dook Japie in het kleine
achteronder, schroefde de deksel boven
zijn hoofd vast zette de koptelefoon op
en begon aan het radio-telefonie-toestel
te morrelen. Even een proef gesprek je
met de wal.
't Is voor de bakker, rapporteer
de Japie en hij zette zich schoor in de
uiterst beperkte ruimte.
Nog was de Leis de Berghaven niet
uit of de schuit begon al te steigeren.
In de Waterweg werd het een woeste
dans, tussen de pieren was het een
heksenketel en eenmaal buiten, in de
branding, stond de Leis soms compleet
op zijn staart, om het volgende ogen
blik voorover te ploffen, alsof hij zijn
neus in de grond wou boren. Dan weer
lag hij plat op zijn zij, nu eens over
bak-, dan weer over stuurboord. Maar
steeds richtte het dappere scheepje
zich weer op en ha-joep, hajap voor
waarts ging het door de stikdonkere
nacht, dwars door het schuimende, kol
kende water.
Uren later keerde de Leis terug; men
had geen hulp behoeven te verlenen en
de zware tocht was dus in zekere zin
voor niets gemaakt; maar niemand kan
weten van hoeveel morele steun de na
bijheid van de reddingboot is geweest
voor de opvarenden van de in moeilijk
heden verkerende schepen.
In de Berghaven schroefde Japie het
deksel weer los en hij dook op uit het
enge hokje.
Wel, vroeg iemand aan de wal,
was het bruin weer buiten?
Weet ik niet, bromde Japie, daar
birmen kon ik geen p.st zien
En hij haastte zich naar bed om zijn
kuur voort te zetten."
Een verhoging van de accijns voor
jenever vóór 1 Januari is niet te ver
wachten. Bij de behandeling van de Be-
nelux-overeenkomst inzake de accijns
in de Tweede Kamer heeft de regering
toegezegd, dat niet tot nieuwe verho
gingen zou worden besloten alvorens de
Kamer hieraan haar goedkeuring zou
hebben gehecht.
Als er in de toekomst dus nog een
verhoging voor gedistilleerd komt, zal
dit langs een langere ambtelijke weg
moeten gaan.
Goede vooruitzichten voor volgend jaar
Op een Zaterdag gehouden bespreking
tussen de commissaris voor de emigra
tie, mr. ir. B. W. Haveman, en de heer
G. L. Dickerson, voorzitter van het
Zuid-afrikaanse emigranten-keuringsco-
mité en emigratie-attaché bij de Zuid-
afrikaanse ambassade, is gebleken, dat
de vooruitzichten voor de emigratie van
Nederlanders naar de Unie van Zuid-
Afrika zeer goed zijn te noemen, zodat
verwacht kan worden dat in 1953 het
recordjaar 1952, toen meer dan 5000
emigranten htm goedkeuring voor blij
vende vestiging in de Unie hebben ont
vangen, zal worden overtroffen.
In het komende jaar zal een nog gro
ter aantal Nederlanders zich in Zuid-
Afrika kunnen vestigen. In verband
hiermee is reeds vastgesteld dat zes
(dit jaar vijf) schepen met emigran
ten in 1953 naar Zuid-Afrika zullen ver
trekken. Bovendien zal de K.L.M, voor
dit doel maandelijks een speciale vlucht
uitvoeren.
Bij de onderhandelingen werd vast
gelegd dat Zuid-Afrika ook volgend
jaar behoefte heeft aan geschoolde
krachten in de maalindustrie, de
bouwnijverheid, de mijnen en de elec-
triciteitsbedrijven en dat met het oog
op de industriële ontwikkeling van de
Unie tal van kleinere bedrijven diver
se categorlën van arbeiders die over
een zekere beroepsbekwaamheid be
schikken, zullen aanstellen.
Ook Nederlandse vrouwen zullen in
Zuid-Afrika voldoening gevend werk
kunnen vinden. Immers de „South Afri
can nurses services" zullen in Neder
land opgelegde verpleegster gaarne aan
stellen. Ten slotte behoeven de departe
menten van landbouw, bosbouw en na
turellenzaken geschoold personeel.
Beste jongens en meisjes!
Dit kinderhoekje zal geplaatst wor
den na de Kerstdagen, maar toch volgt
hier nog een raadsel, dat betrekking
heeft op het feit van Christus' geboor
te.
4e DECEMBEBRAADSEL
.1X
2. X
3. X
4. X
5. X
1. Naam aan Daniël gegeven. 2. Schrij
ver van de Romeinenbrief (zie laatste
hoofdstuk). 3de Heere met bhjd-
schap (Ps 100). 4zij God in de
hoogste hemelen. S. Letter. 6. Zoon van
Noach. 7. Zacharias en Maria kregen
een boodschap van een 8. Koning
die het Kindeke Jezus wilde doden. 9.
Ezechiël zag in een gezicht een vallei
vol met dorre (hoofdstuk 37).
Op de kruisjeslijn komt een Naam te
staan van de Heere Jezus (Jesaja's pro
fetie.)
Dit raadsel werd ingezonden door
Sjaah van DJjke, Zoetermeer.
COEBESPONDENTIE
Leni de G., Middelharnis. Nu is die
„gewichtige" maand haast ten einde en
meteen ook het jaar. Is alles naar ge
noegen gegaan? Het zal wel een hele
drukte zijn geweest. Afijn, ik zal het
straks wel horen.
Gerrit v. d. B., Den Bommel. Ja, 't
was een druke Novembermaand, wat de
raadsels betreft. Maar je hebt je er kra
nig doorheen geslagen! Het sleedje rij
den was spoedig gedaan, maar we zijn
nog midden in de winter, dus de slee
nog maar. niet weggeborgen. Dus Adrie
is nu zes. Dan zal 't niet lang meer du
ren, of hij mag naar de grote school,
als hij 't beleven mag.
Koos van L., Nieuwe Xonge. Dat was
koud, om van achter bij Piet op de fiets
te moeten zitten. Was je fiets nogal
gauw gemaakt? Je rapport was best.
Wat hebben jullie dat dl vroeg gekre
gen!
Nico F., Ouddorp. Zijn die koepeen
bevroren Pijn, datjullie ze vóór het
vriezen uit hadden. Ja Nico, de tijd gaat
heel snel. Als je dat nu al vindt, dan
zal je later wel zeggen: nu gaat het nog
vlugger dan toen ik schooljongen was.
Ans de G., Middelharnis. Een beetje
kan ik het wel zien, dat je de brief met
een slaperig gezicht hebt geschreven.
Dat is nog zo mis niet: op een verjaar
dagsvisite gehaald en gebracht met de
auto!
Lenie van D., Zoetermeer. Is EUyhet
nu al goed gewoon op de kleuterschool?
Ik kan 't goed begrijpen, dat het wat
vreemd voor haar was. Ze is nog jong,
hè? Het'is altijd een hele reis naar
Zeeland, hè? Wat ga jij al vlot schrij
ven, Lenie! 't Is helemaal geen „school-
hand" meer.
Bas A-, Oud Vossemeer. Vond je het
boek zo mooi? Dat doet me genoegen.
Nou, als je graag leest, kwam het ze
ker van pas. Moet je veel leren voor de
catechisatie? Maak je dat het steeds in
orde is?
Ary de G., Middelharnis. Dat was
een hele reis, Ary! Een schommelende
boot, een oude kraakwagen van een
tram en dan nog wat „bussen."! Maar
je bent er toch gekomen. Dat is leuk
verzonnen, die R. Treuzel M.!
Sjaak van D., Zoetermeer. Hier staat
je naam voor de tweede keer in de
krant deze week. Heb je dat raadsel
helemaal zelf gemaakt? 't Is goed hoor!
Met schrijven ga je aardig vooruit, zie
ik. Je hebt eens extra je best gedaan,
niet?
Neeltje G., Ouddorp. Er was zó veel
te vertellen, dat het een lange brief is
geworden. Dat jasje zal zo vlug niet
klaar zijn als de sokjes. Het is een he
le brei, nietwaar Is het een mooi werk
je"
Jobje A., Oud Vossemeer. Twee wer
ken tegelijk gaat meestal maar erg be
zwaarlijk. Maar je brief is toch klaar
gekomen en nog op tijd gearriveerd. Ik
vind dat je nogal behoorlijk moet leren
voor één week. Heb je de „Zondagen"
misschien op school al geleerd? Dan
scheelt het natuurlijk een heleboel.
Allemaal. Dit is weer het laatste Kin
derhoekje van het jaar 1952. Weten jul
lie nog dat het eerste .hoekje" in dit
jaar in de krant stond? Toen hadden
we nog een heel jaar vóór ons en het
leek zo lang. Maar nu? Waar is het
gebleven? Het is o zo vlug voorbij ge
gaan. Zo is er weer een jaar van ons
leven, heen. En dat jaar komt nooit
meer terug. Ben nieuw jaar komt; weer
een hele tijd die vóór ons ligt. En we
hopen en wensen dat we ook dat ko
mende jaar weer zullen doorléven. Maar
dat is niet zeker. Hoeveel mensen zijn
in 1952 gestorven! Mensen die we zo
goed hebben gekend. Er waren ook kin
deren bij. Die lange rijen namen van
mensen die henengingen, hebben ons
wat te zeggen. Ze roepen ons toe: dit
jaar wij, een volgend jaar gij.
Bij het horen van die roepstem mocht
bij ons de bede wel geboren worden:
„Heere, leer ons alzo onze dagen tellen,
dat we een wijs hart bekomen. Een wijs
hart, dat is een hart met wijsheid be
deeld. En het beginsel der wijsheid is
de vreze des Heeren. Dat die vreze des
Heeren ons deel mocht zijn of worden.
Dan stonden we niet alleen in het leven
en ook niet alleen in de dood. Dat zou
een groot geluk, ja het grootste geluk
wezen. Dan waren we geborgen in de
Ark van Behoud, dat is Christus.
Mocht de Heere ons om die genade
leren bidden. Dan zou het goed met ons
gaan.
Jongens en meisjes, dat zijn mijn
laatste woorden in 1952.
Zoals jullie wel begrepen zult heb
ben, is het nu de tijd van inzenden. De
oplossingen van de Decemberraadsels
mag ik weer wel van jullie ontvangen,
hè?
De hartelijke groeten van
OOM KO.
Ingen
13Ï5-276
Island
lig 1953
Island
mende
SLAND
relukkig
)ON'507
gelukkig
AND
1953
DOOR
HEBMAN NOOBMAN
25)
„Ik begrijp het niet alleen niet,
omdat ik Abels moeder ben, maar tóch
niet. Niemand begrijpt dat. Of is u van
mening, dat op uw dorp de mensen uw
man gelijk geven? Hebt u er al met de
dominee over gesproken, zoals Abel
deed? Weet u diens mening? Die denkt
er precies zo over, als wij. Gaat u maar
informeren. Ook de dominee is van oor
deel, dalj uw man die eis niet stellen
mag en hij zal er bij gelegenheid met
Uw man over spreken ook. Het is ons
een volkomen raadsel."
„Als u er zó over denkt, kan ik
lïeter heengaan", zegt de boerin pijnlijk
getroffen: zij wist nog niet, dat er zó
op het dorp over gepraat werd en dat
dominee er ook reeds in gekend was.
„Het.spijt mij, dat ik u niet terwil-
le kan zijn", meent mevrouw Lasterie,
nu toch wat zachter gestemd, „maar
Wat u van mij vraagt kan ik onmoge
lijk doen. 't Is iets tussen Abel en uw
dochter, heus. U en uw man kunnen
daar toch niets aan veranderen, en wij
ook niet. We kunnen alleen raad ge
ven."
„Dat vraag ik alleen", klemt Kea's
moeder zich aan een stroholm vast.
^- „Neen, u zegt, dat ik mijn zoon
mpet bewerken, om van Kea af te zien.
En dat weiger ik natuurlijk. Als u Abels
moeder was, zoudt u dat ook niet wil
len doen. Ik begrijp nietHebt u aan
Kea gezegd, dat zij Abel links moet la
ten liggen?"
De boerin zit in het nauw. Vanzelf
heeft zij dat niet. Omdat zij veel te
goed weet, dat het Kea geheel ernst is.
Haar bedoeUng is juist geweest, me
vrouw Lasterie te bewegen, haar zoon
te bewerken. Als dat mocht gelukken,
bestond de mogelijkheid, bijna de zeker
heid, zo denkt zij tenminste, dat Kea
dan ook zou inzien, dat een verbintenis
onmogelijk was. En dan keerde de vre
de en rust weer terug op de boerderij.
Dan was het gemopper van haar man
uit. Dan gingen Kea en haar vader weer
gewoon en hartelijk met elkaar om. Op
de duur zou het "bij Kea wel slijten en
eenmaal, wie weet, kwam er toch een
boerenzoon in haar leven, wie zij haar
hand kon schenken en had Arend zijn
zin,
Maar nu was dit alles vergeleken, want
deze moeder was niet van plan haar
zoon te beïnvloeden.
„Welke raad hebt u uw zoon ge
geven?" vraagt zij met moeite, bang
voor het antwoord.
„Helemaal geen raad, mevrouw
Steendam. Dat was niet nodig. Hij had
al met de dominee gesproken en reeds
een besluit genomen. Een besluit, dat
mijn man en ik goedkeurden. Uw doch
ter denkt er, geloof ik, ook zo over".
„Maar wat is dat dan? Ik weet
van niets".
„Neemt u mij niet kwalijk, maar
praat u dan niet met Kea over deze ge
wichtige zaak?"
„Wat helpt m,e dat? Zij wil uw
zoon niet loslaten',,
1„En Abel wil haar niet loslaten.
Daar hebben de jongelui gelijk in, als
zij werkelijk van elkaar houden. Maar
U behoeft niet bang te zijn voor inmen
ging van mijn zoon of van wie ook. Hij
zal het u en uw man niet lastig maken.
Die twee kunnen en zullen wachten. Wie
weet, de tijd komt, dat uw man inziet,
een verkeerde eis te hebben gesteld.
Mevrouw Steendam" mevrouw Las
terie glimlacht „we zitten hier bijna
als twee kemphanen tegenover elkaar,
maar we zijn toch zusters in het geloof,
nietwaar? Als God die twee nu bij el
kaar heeft gebracht wat we toch mogen
geloven, zou een mens dan iets er aan
kunnen doen, om hen te scheiden? Is
het dan niet veel beter, als we samen
de zaak voor de Heere brengen? Uw
man ook en wij, die er bij betrokken
zijn, wij allemaal?"
„Mijn man, is niet kwaad. Hij
houdt dolveel van Kea. Zijn enige kind!'
„Juist daarom. Ik ken uw man
niet. Maar ik wil graag geloven, dat hij
niet kwaad is. Hij heeft alleen een ver
keerd idee. Hij meent, dat Kea bepaald
met een boer moet trouwen en dat an
ders zijn boerderij verdwijnt. Dat nu is
verkeerd van hem gezien.
Hij jaagt met die eis zijn eigen kind
tegen zich in het harnas. Hij bereikt
zijn doel toch niet. Gelooft u, dat Kea
zal toegeven en met een ander trou
wen En onderstel dat nu eens ik
geloof er niets van, dat heb ik maar al
te goed aan mijn zoon bemerkt!
maar stel het nu eens, zoudt u dan uw
dochter, uw einig kind, ongelukkig wil
len zien?"
„Ik wil Kea gelukkig zien", snikt de
boerin opeens.
Een groot medelijden bevangt moeder
Lasterie.
Spontaaan slaat zij haar arm om de
hals harer bezoekster, en zegt: „Dat zal
zij zijn met Abel, mevrouw. Geloof mij,
wat hém betreft, Kea denkt er precies
zo over, mag uw man Kea onterven.
Het geld speelt hier geen rol. Alleen
zuivere liefde. En nu vraag ik, als moe
der van Abel, aan u iets. Tracht Uw
man te doen inzien, dat zijn eis onbillijk,
onrechtvaardig en liefdeloos is. En als
hij dat voorlopig niet kan inzien, laat
ons dan rustig Gods tijd afwachten. Die
twee kunnen wachten. Echte liefde heeft
geduld."
HOOFDSTUK XXIV.
Als Steendam en zijn vrouw, na met
de trein teruggekomen te zijn van
Utrecht, op de fiets van het dorp naar
„Westhove" gaan, ontmoeten ze Abel,
die eveneens per rijwiel is. Hij is, al
thans in de zomermaanden, altijd bloots
hoofds, dus de hoed kan hij niet lichten.
Maar hij maakt een lichte buiging met
het hoofd. De boerin groet onopgemerkt
terug. De boer kijkt nors voor zich.
„Die heeft van de gelegenheid ge
bruik gemaakt en is op de boerderij ge
weest of in de buurt" zegt hij. „We kun
nen niet samen meer weg." Hij is er zo
zeker van, dat zijn vrouw in deze zaak
aan zijn kant staat, dat hij haar een
voudig als bondgenote annexeert en als
wachteres over Kea aanstelt.
„Ik geloof het nog niet, dat Las
terie bij Kea geweest is. Hoe zou hij
weten, dat wij weg waren? En hij is
een veel te fatsoenlijke man, om zoiets
te doen. Is hij niet open tegenover jou
geweest?"
„Ach wat, hij heeft nu eenmaal
zijn zinnen op Kea gezet, en dan doen
zulke lui van alles. Een kale onderwij
zer en een rijke vrouw, daar is wat voor
te zeggen!" merkt hij smalend op.
„Maar het zal niet gebeuren! Die twee
moeten gescheiden blijven. Als die vent
niet van het dorp verdwijn, stuur ik
Kea een jaar of langer het huis uit. Ze
kan wel naar Kees in Tiel gaan".
Begin daar nu niet aan. Arend!
Dat geeft maar praatjes. Weet je wel,
dat er nu al in het dorp gepraat wordt
over ons?"
„Best mogelijk. Daar zal die Las
terie wel voor gezorgd hebben. Net wat
voor zo iemand. Hij gaat ons zwartma
ken, de ezel. Alsof dat helpen zou! En
zo een noemt zich nu Christelijk onder
wijzer! En wat dat gepraat betreft, het
kan me niets schelen. Wie het laatste
lacht, lacht het best.E n dat zal ik zijn.
Als Kea hem uit het hoofd heeft gezet
en een goed huwelijk doet. Voor mijn
part duurt het twee of drie jaar, voor
mekaar komt het."
Dan zwijgt de boerin. Zij is er ze
ker van, dat haar man zich vergist in
Lasterie. Maar wat baat het, tegen de
mening van Arend in te gaan?
Thans is het daarvoor in elk geval
het geschikte moment niet. Zij hoopt
alleen, dat zij in de loop van de tijd
haar man, door zo nu en dan enkele
opmerkingen te maken, ten gunste van
Kea kan beïnvloeden. De redenering van
juffrouw Lasterie die morgen, heeft
meer invloed gehad, dan deze zelf wel
kan vermoeden!
Nauwelijks is de boer met een norse
groet binnengekomen, of hij snauwt
Kea toe: „Is die vent hier geweest?"
,yWie bedoelt u met die „vent"/
vader?"
Wordt vervolgd)