r Vaste oeververbinding Goeree- Overflakkee komt in een nader stadium Over classificatie „De Fruitcentrale" .J DamesVooral nu 25ste Jaargang Zaterdag 13 December 1952 No. 2173 CHE. WEEKBLAD OP GEEEFORMEEKDE GRONDSLAG VOOE DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN B. V. d. VEER *^it Uet 3^ykvenót er=> Tweede Kamer ioonde groie belangsielling voor da vraagstuk Minisier Algera beschouwde isolaiie van ons eiland zeer ongewensi /r van Dis pleiiie voor vasie oeververbinding MEDITATIE Het Paradijs-evangelie Hoe het vroeger was BIGGENMARKT TE OUDDORP V.. Minisier Algera komi binnenkort naar Goeree- Overflakkee Hamea-Gelei voor Uw haadert Niei gesproken over afdamming N.V. Brugverbinding ver zocht audiëntie bij de Minister Rattenbesfrijding RedactiebureauPr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHARNIS TELEFOON K1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8 Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870 - 2729 Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017 Verschijnt tweemaal per «'t*ek. Woensdag en Zaterdag ABONNEMENTSPRIJS: f 1.70 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bö contract speciaal tarief. De indeling van de gemeenten speci aal in drie klassen voor de ambtenaren heeft al heel wat pennen in beweging gebracht eA is tol op de dag van heden een oorzaak van grote ontevredenheid. Voor wat onderwijzers en ambtenaren aangaat is de toestand zo, dat voor een tweede klas gemeente, betrekkelijk wei nig: in aantal, vier procent van het sa laris wordt afgetrokken en voor de der de klas gemeenten, verreweg het over- gi'ote aantal, acht procent. De gemeenten van het platteland, v.'e!ke voor het allergrootste deel tot de derde klasse behoren, hebben dat altijd als een zeer grote onbiliijklieid gevoeld. De wetgever ging blijkbaar uit van de i'eUing, dat het leven op het platteland vc-cl goedkoper was dan in de stad. Een stelling, die in ds loop der jaren fel om streden is geworden. De tegenstanders wezen er niet ten onrechte op, dat het leven op het platteland geenszins goed koper kan worden genoemd, integendeel d-it et een aa,ntal factoren voor het plat teland g'tlden, die het leven juist duur der p-iaken dan in de stad. Hiit ligt niet in onze bedoelingdiep op deze kwestie in te gaan, al kunnen v.'e er moeilijk aan voorbijgaian enige opmerkingen te maken Buiten kijf is zeker, dat de stad duurder is voor wo- ninghuren en personele belasting. Dit laatste als gevolg van de hogere huur waarde, kan moeilijk een feit van door slaggevende betekenis zijn. Voor de stad wordt wel als duurder aangegeven ver lichting en verwarming. ;De betekenis van deze twee als duur der makende factoren ontgaat ons ge heel. Verwarming in de stad duurder? We zijn geneigd hét tegendeel aan te nemen. Op het platteland is het zeker niet minder koud, door de ruimere be bouwing, dan in de stad en dat de brand stof er zo veel goedkoper zou zijn dan in de stad kunnen we zeker voor het Midden, Zuiden en Westen van ons land niet aannemen, vanwege de hoge ver voerskosten. Mocht er vroeger enige plaats voor deze opvatting zijn, dan kan dit nu wel geëlimineerd worden, immers was er vroeger op het platteland enige mogelijkheid voor goedkope aanvullings brandstof, deze mogelijkheid is nu wel geheel verdwenen. Alleen opslag en be waring zou mogelijk nog een gering voordeel voor het platteland op kunnen leveren. Goedkope verlichting voor het platte land. Het komt ons voor, dat juist in dit geval, nu ook het platteland voor een groot deel geëlectrificeerd is en de tarieven zeker niet lager dan in de stad zijn, er meer plaats is voor de gedachte dat de verlichting in de stad eer goed koper dan duwrder is, dan op het plat teland. Dan de prijzen van de verbruiksgoe- deren. Levensmiddelen van allerlei soort. Hoe zouden die op het platteland goed koper kunnen zijn dan in de stad. Inte gendeel. De prijzen worden verhoogd door hogere vervoerskosten, minimale omzetten e.d. Neen, dat het platteland goedkoper zou zijn is een oude dwaling, die ondertussen niet nalaat het platte land lelijk te duperen. Vanwege de voor ziening met onderwijzers en ambtena ren. De trek naar de stad duurt nog voort. Daardoor wordt het platteland be roofd van eerste klas personeel op elk gebied, want die vinden veelal hun weg naar de stad. De Staatscommissie die is ingesteld om deze zaak te bestuderen, komt tot het resultaat dat de klassificatie in hoofdzaak dient te verdwijnen, maar langs lijnen van geleidelijkheid. Telefoon 3682 Westd^k 36 MIDDELHARNIS DE SPECIAALZAAK voor GROENTEN, FRTJIT en DELICATESSEN. Keurig opgemaakte Fruitmanden en Fruitschaaltjes. Vraagt onze geurige vers gesneden SOEPGROENTE Alle ingrrëdienten voor een Rijsttafel. Psalmen-zingers in de trouwzaal Evaringen van ambtenaren burgert, stand Straks politieke demon straties bij het trouwen? Ambtenaren van de burgerlijke stand moeten na jarenlange practijk in hun ambtsbezigheden wel over een rijke er varing beschikken. Zij zouden vele hu moristische en ook diep-emstige verha len kunnen vertellen over aangiften van geboorten, overlijden, en ook bij huwe lijksaangiften en -voltrekkingen. Onlangs lazen we dat een bruidspaar voor de ambtenaar stond, gereed om zo in de huwelijksboot te stappen, waarbij, toen de beslissende vraag kwam om zich voor het leven aan elkaar, te ver binden, de bruidegom inplaats van ja, een beslist „neen" liet horen en zich op het laatste moment tot ontsteltenis van wederzijdse familie terugtrok. Zo kan een ambtenaar van de burger lijke stand voor verrassingen komen te staan. Een staaltje daarvan treffen we aan in dè correspondentienibriek van ,/De Gemeentestem", waar aan de ambte naar, die het huwelftk voltrok gevraagd werd of het gezelschap mocht zingen. We laten dit verhaat hieronder volgen. „Onlangs werd hier een huwelijk vol trokken, waarbij na de felicitatierede van de ambtenaar van de burgerlijke stand de vader van de bruid vroeg of het geoorloofd was iets te zingen. De ambtenaar van de burgerlijke stand gaf toestemming, en de aanwezigen zongen een psalm. (Er was geen kerkelijke hu welijksbevestiging, hetgeen hier be houdens bij de r.k. weinig voorkomt). Bij het publiek op straat verwekte dit geringe hilariteit, maar verder gebeurde er niets. De burgemeester maakte tegen deze gang van zaken bezwaar. Naar zijn me ning staat het de ambtenaar van de burgerlijke stand niet vrij, verlof tot zingen van een lied te geven. Men zou bijv. de Internationale kunnen gaan zin gen. Ook oordeelt hij het zingen van een psalm in een raadszaal (die voor trouwzaal wordt gebruikt) onjuist. Deze mening heb ik bestreden (ik ben niet de ambtenaar, die voornoei.d hu welijk heeft voltrokken). Naar mijn mening staat de ambtena£ir van de bur gerlijke stand ten aanzieö van zijn ambtsbezigheden onder toezicht va;', de officier van justitie en niemand anders. De ambtenaar van de burgerlijke sti^nd opent en sluit de zitting, waarin ce4- huwelijk wordt voltrokRen. 'Tu'^^en dS^ twee tijdstippen heefj hij O' i'ng ia de gang van zaken. Voorts uu '^'•^■t~- schil te worden gemaakt -tut,sen eenj psalm (die op een huwelijkssluiting M trekking heeft of kan hebben) en ee» pohtiek of nationaal lied, dat i/ierop geen betrekking heeft, en zal de ambte naar van de burgerlijke stand er ver standig aan doen een psalm eventueel wel toe te staan en een politiek of na tionaal lied niet. In overleg met de burgemeester wordt uw mening gevraagd." De redacteur van het blad tekende hierbij aan: „Met de geachte inzender zijn wij van oordeel, dat het ter beoordeling van de fungerende ambtenaar van de burger lijke stand staat te beshssen, of ter ge legenheid van een .burgerlijke huwelijks voltrekking gezongen zal worden, ja dan neen. Intussen kunnen wij ons wel voorstellen, dat zodanige gang van za ken critiek uitlokt, in zoverre dat aldus enigszins eigenaardig en riskant dit zijn wij met de burgerneester eens de gebruikelijke grenzen van de burgerlijke huwelijksvoltrekking worden overschre den." Wij kunnen ons voorstellen dat het voor die ambtenaar moeilijk was om te weigeren. Maar anderzijds zijn we het Woensdagavond 8 uur heeft de Tweede Kajner de beraadslaging over de be groting Verkeer en Waterstaat voortgezet. Op een andere plaats in ons blad is verslag gegeven van hetgeen door Kamerleden van verschillende fracties over het punt vaste oeververbinding Goeree-Overflakkee hebben gezegd. De ur gentie van het vraagstuk kwam in beide zittingen duidelijk naar voren, wat Minister Algera in zijn antwoord aan de diverse sprekers onderschreef. Hij beschouwde de isolatie van ons eiland zeer ongewenst en hoopte zich zeer binnenkort van de situatie persoonlijk op de hoogte te stellen. Het verliindinga-vraagstuk Goeree- OverflakkeeVasteland had deze week 'in de Tweede Kamer, bij de behandeling van de begrotihg van Verkeer en Wa terstaat ^rote belangstelling. In de zit tingen van Dinsdag- en Woensdagavond kwam dit punt in meerdere redevoerin gen naar voren. Om de belangrijkheid was het Dagelijks Bestuur van de N.V. Brugverbinding Goeree-Overflakkee H eksche Waard met meerdere commis* ■isgen op de gereserveerde tribune met die burgemeester eens, dat hij hier- tegen appèl aantekende. Warme i^r het zingen bij een huwelijks- i ^'oltrekking regel zou worden, krijgen i v/6 straks politieke demonstraties in de troiiWLaieii. Dan zal er de Internationale *j of een ander politiek lied klinken! De ])salmen-zingers hadden hun gods dienstige uitingen beter kunnen bewaren vooi' de gezellige sfeer thuis. De avond met elkaar stichtelijk doorgebracht met een geestelijk lied. Béter nog, het hu welijk nadat het van de burgerlijke stand was voltrokken, kerkelijk laten beves tigen voor God en Zijn heilige gemeen te. Dan ligt men in de lijn van Gods Woord. Maar niet in vroom-doenerij in de trouwzaal eeii psalm zingen. De vader had ook kunnen vragen, mag ik hier een gebed doen. Dat is farizeïs- tisch gedoe. De verstandige zal tijd en wijze weten, leert ons de Spreukendich- ter. Bovendien schept het precedenten, dat de ambtenaar allerlei ander zingen ook toe moet staan. Bij het decorum van de huwelijksplechtigheid voor de Overheid past naar onze mening een stichtelijk woord, maar het zingen late men na. Omdat dit andere gevolgen met zich kan meebrengen. WAARNEMER. vertegenwoordigd, alsook de verslagge ver van ons blad. Van de sprekers die Woensdagavond aan het woord kwamen, was het alleen de heer Ir. N. C. v. Dis (S.G.P.) die het betreffende punt aansneed. Wij la ten hieronder volgen, wat er door deze afgevaardigde over werd gezegd. De heer van Dis wees de Minister op de onhoudbare vervoerstand van en naar dit eiland en bepleitte de noodzaak voor een vaste oeververbinding voor Goeree- Overflakkee. Hij wees er op hoe de af voer van landbouwproducten van dit welvarende eiland stagneert en ander zijds de aanvoer van benodigde produc ten wordt bemoeilijkt. Hij bracht de bewindsman onder het oog dat dit tot grote schade was van de landbouw- en andere bedrijven en wees de miinister om één punt te noemen op het jaar lijks teloor gaan van grote hoeveelhe den bietenblad en -koppen, die bij een beter vervoer naar het weidegebied zou den kunnen worden gebracht. Nu wordt er jaarlijks voor een bedrag van ruim f 80.000.onder de grond gestopt! Met klem wees spr. er de minister op hier een betere vervoersgelegenheid te scheppen. Ziende op de onhoudbare toe stand was een brug noodzakelijk. Het uitvoerige rapport inzake onder zoek dezer vaste verbinding was dezer dagen gereed gekomen en door Ged. Staten aan de Staten van Z.-Holland ter hand gesteld. Het was hem bekend, dat de localiteit op Goeree-Overflakkee bereid was een belangrijke bijdrage te leveren, door de „En ik zal vijandschap zetten tus sen u en deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar zaad; datzelve zal u de kop vermorzelen en gij zult het de verzenen vermorzelen." (Gen. 3 15) Nog enkele weken en de kerk des Heeren gedenkt, naar de orde van haar vierdagen, dat in de volheid des tijds „het Woord is vlees geworden" en Hij geboren werd, Die op aarde kwam om de werken des duivels te verbreken en Zijn volk te verlossen uit de dood tot het leven. Dat heilsfeit, dat ons vere nigd rondom de kribbe van Bethlehem, herdenken wij thans in deze advents dagen. In deze weken openen wij het Evan gelie, dat ons predikt de eerste belofte van de Middelaar Gods en der mensen. Deze eerste belofte is reeds vol van de liefde Gods, welke aan Zijn volk de Zoon van des Vaders welbehagen schonk tot verlossing en zaligheid Zijner uit verkorenen. Deze belofte werd gehoord in die plaats, waar de mens van zijn God is afgevallen door vrij- en moed willige ongehoorzaamheid. Let toch op het wonder van genade! Want eer de vertoornde God één woord van gericht spreekt tot de gevallen mens, ja, eer Hij hem zijn gerechte straf aankondigt, scheurt Hij met het licht der redding de wolken van donkerheid, die het Paradijs vervullen, en stelt in het vooruitzicht de komst van het Zaad der vrouw, dat de kop der slang ver pletteren zal. Die overwinning zegt de Heere dan ook de satan aan. In die slang richt de Heere Zich tegen de sa tan en zonder ondervraging kondigt Hij het gericht aan en in dit gericht ligt opgesloten de verlossing der uitverko renen. Deze adventsboodschap predikt ons dadelijk twee dingen, die onze volle aandacht waardig zijn. Hoe duidelijk blijkt hier, dat verlossing van een ver loren zondaar een werk Gods is. Dat „Ik" staat hier op de voorgrond om bij de aanvang alle roem aan de zijde van het schepsel af te snijden en alle eer aan God te geven. Neen, de gevallen mens kdn en wil ook niet de geslagen breuk tussen God en zijn leven herstel len. De mens kan wél vermeien, maar niet herstellen. Hij kan wél de dood en de eeuwige verdoemenis over zich ha len, miaar hfl kan niet het verloren le ven zich weer deelachtig maken. Doch wat nu bij de mens onmogelijk is, dat is mogelijk in die weg, welke de Vader in de Middelaar ontsloten heeft. Maar het blijkt ook, dat deze verlos sing alleen mogelijk is door vijandschap. De mens immers sloot in zijn afval van God, vriendschap met de satan, en al leen door een daad Gods in de mens verbreekt God, o wonder van souverei- ne genade, die gesloten vriendschap door vijandschap te stellen. Dat zal al Gods volk ervaren, omdat zij opgeno men zijn in dat eeuwig verbond, waar van Jezus Christus Hoofd en Middelaar is. Daar zingt de kerk van in aanbid ding en verwondering vanwege het vrije Gods: Dit werk is_door Gods alvermogen, Door 's Heeren hand alleen geschied. Het is een wonder in onz' ogen, Wij zien het, maar doorgronden 't niet! Mijn lezer, heeft het uw aandacht al eens getrokken, dat, waar de satan niet nfieer verlosbaar is met al de gevallen troongeesten, de mens, hoe rampzalig ook door zonden, nog wél verlosbaar is. Is dat niet het Evangelie, waarvan ook de engelen gezongen hebben: ,,In men sen een welbehagen" Moet dat ook niet van de daken gepredikt worden? En wa.t zal het uitmaken voor hen. die le ven onder de bediening van dat Evan gelie, als zij op zulk een grote zaligheid geen acht geven. Is het niet groot, dat wij nog leven?... Is het niet groot, dat God ons naar Zijn rechtvaardig oordeel nog niet weggestormd heeft in de eeu wige rampzaligheid, maar ons nog ho ren laat, dat onvoorwaardelijk aanbod van genade? „Maar", zegt u, „wat kan ik er aan doen, als ik tóch niet behoor bij die verkorenen des Heeren?" Men zegt: „Vraagt er maar om, maar ik hoor, dat al mijn bidden, al wordt het met tranen vermengd, een stank is in Gods neus gaten. Is het dan maar niet beter, om het na te laten en alles maar lijdelijk af te wachten?....;." Ik gevoel mij verplicht om u twee gevaarlijke klippen voor te stellen; en wel, Ie. de klip van werkheiligheid, en 2e. de klip van zorgeloosheid. Zou onze werkheiligheid dat vermo gen hebben om onze gesloten vriend schap met de duivel te breken? Zouden wij kunnen voldoen aan de eis van Gods rechtvaardigheid ,daar onze beste wer ken met zonde besmet zijn?Laten wij ons dat toch niet voorstellen. Neen, bedenkt toch, dat wij niet verloren gaan, maar dat wij uit kracht van de erfzonde verloren liggen, zelfs van het uur van onze ontvangenis af. O, de hoop van de eigengerechtigden is als een spinneweb, dat geen vastigheid heeft en geheel wordt weggevaagd. Men hoopt op Gods barmhartigheid en men neemt de toezeggingen, die de Heere aan Zijn volk geeft, met een historisch geloof aan, maar men vergeet, dat God ook' rechtvaardig is, en dat men met een genomen belofte (zoals er helaas velen zijn) voor God niet kan bestaan. Leest onze tekst, daar horen wij, wat er ge beurt, als de Heere een goed werk be gint. O, onderzoekt u toch nauw, want het gaat op een eeuwigheid aan. Maar even gevaarlijk is de klip van zorgeloosheid. Men gaat de schuld op God werpen. Men gaat de genade-mid delen, waaraan wij gebonden zijn, ver achten. Men gaat zorgeloos, als in No- achs dagen voortleven, tot de dood ons als een wandelaar overvalt. Heeft u wel eens zulk een sterfbed bijgewoond, als de ogen te laat open gaan?Dat woord: ,,Had ik maar, had ik maar naar den Heere gezocht!", maar te laat, ja, voor eeuwig te laat. Geliefden, daar is een weg, ja de weg der middelen, waarop ik u van 's Hee ren wege wijzen moet. Is dat niet het gebed? (Ps. 25-2). Niet om het gebed, o neen, dan zou er wéé,rdigheid in zijn, maar op het gebed, want de Heere wil er van den huize Jacobs om gebeden worden. Vooral nu het Kerstfeest nadert waarin de Vader zelf een weg ontsloten heeft. Was Jezus niet gekomen, dan had gij een voorwendsel, maar dat is nu weggenomen. En nu gaan wij niet zeg gen: „Neemt die Jezus maar zo aan!", o neen, want wat zou u met Hem moe ten doen, als u niet leert de diepte van uw geestelijke ellende door de werking des Heiligen Geestes. Leert de tijd nog uitkopen, daar de dagen boos zijn, en de deur der genade nog open staat. Rijk van troost mogen wij onze tekst noemen voor Gods strijdende kerk op aarde. Hoe wordt de overwinning van Christus over de satan en zijn rijk in dit woord duidelijk bewezen. Al zal de satan de verzenen van het vrouwenzaad (Jezus Christus) vermorzelen, Jezus Christus zal satans kop vermorzelen. Die rijke troost staat voor 's Heeren volk vast onder al hun strijd en moeite. Immers, zij strijden tegen een vijand, die door hun gezegende Middelaar is vermorzeld. Dan zal het wel aan hun kant zijn een nauwelijks zalig worden, maar op het Kerstfeest, geleid door de Geest naar de krib van Bethlehem, zul len ze roemen met Jesaja: „Zie^ deze is onze God. Wij hebben Hem verwacht, en Hg zal ons zalig maken!" Kampen. Ds. A. Verhagen Onderstaand plaatje geeft een beeld van de biggentmarkt te Ouddorp, zoals die een kleine vijftig jaar geleden werden gehouden. Het wss toen de gewoonte, dat de biggenboer mét een stouw" biggen (het woord stouw komt van op-elkander-gestuwd) op bepaalde punten in een dorp kwam, waar gegadigden een krulstaart konden uitzoeken. Op het plaatje ziet men zulk een groep biggen aan de Boompjes te Ouddorp. (plm.- 1900) Tegenwoordig komt het niet meer voor, dat de biggen door de straten van onze dorpen worden gestuwd. De schooljeugd had daar toen groot vermaak bij, vooral wanneer er één van de groep afdwaalde, die moest worden achterhaald. Dat pretje is nu over, omdat de handelaren de biggen in een veewagen vervoeren en bij de boeren op het erf rijden om hun handel af te doen. Dit plaatje is niet alleen interessant om deze oude biggenjnarkt, maar ook, omdat de omgeving aan de Boompjes sindsdien zoveel is veran derd. Het gebouw met de drie ramen werd toen als Christelijke School ge bruikt, éér de nieuwe school was ge bouwd. Thans is er de smederij van dhr. M. v. Damme in gevestigd. Daarnaast, waar een vrouw uit het bovenraam kijkt, was toen de smede rij van dhr. de Mooij. Op het ogen blik is daar de zaak van dhr. M. Goedegebuur in gevestigd. Van de personen die op de foto kenbaar zijn werd ons medegedeeld, dat de jongen die bij het kalfje staat dhr. Jan Komtebedde is, die in café Komtebedde woont. De man met de zijden pet en pijp in de mond is zijn vader. De ouderen uit Ouddorp zul len van deze foto wellicht meerde ren herkennen. Het valt op, dat in de tijd dat de foto genomen is, de zijden pet en ook de z.g.n. petten met blinkende klep, veel werden gedragen. benodigde 13 millioen gulden voor de te bouwen brug voor eigen rekening te nemen. De overige negen millioen, be nodigd voor toeleidende wegen e.d., zou den voor rekening van Rijk en Provin cie komen. Gezien dit mooie aanbod bepleitte spr. bij de minister, dit plan tot uitvoer te brengen. Zolang de brug er niet was, zouden de bestaande veerverbindingen dienen verbeterd te worden. Eerst laat in de avond kwam minis ter Algera aan het woord ter afhande ling van de begroting en beantwoording van de verschillende sprekers. Komende op het vraagstuk van ,de vaste oever verbinding G. O., merkte Z.Ex. op, dat de werkzaamheden om tot dit doel te geraken berusten bij Stichting Flakk. Gemeenschap en de N.V. Brugverbin- ding Flakkee^Hoeksche Waard. De bevolking toont hierbij een voor uitstrevendheid, die z.i. zeker tot het welslagen zal bijdragen. Intussen was ook het rapport inzake de vaste oever verbinding verschenen, wat door zijn ministerie in studie werd genomen. Dezer dagen had hem een brief be reikt van het Dag. Bestuur van de N.V. Brugverbinding, die echter nog moest worden bestudeerd. Hoewel de minister de inhoud van de ze brief niet meedeelde, is ons bekend dat hierin is vervat, dat de localiteit bereid is om de nodige offers te bren gen, teneinde de bouw van de brug te verwezenlijken. Bij het bestuur van de N.V. Brugverbinding leeft de gedachte, dat de bouw van de brug zou kunnen plaats hebben door de N.V. zelf, voor wat betreft de boven- en onderbouw, in dien Rijk en Provincie de aanleg van de toeIeidingsdam,men en toeleidingswe- gen voor haar rekening zouden nenien. Aan de minister is gevraagd of hij deze gedachte in principe wil aanvaar den als grondslag voor verdere onder handelingen en besprekingen. De minister zijn rede over dit punt vervolgend, merkte op, indien men tot de bouw van een brug zou besluiten, hiermee enige jaren zouden zijn ge moeid. Gemeend wordt, dat dan de be staande veren dienen te worden verbe terd. Nagegaan zal worden op welke wijze andere verbeteringen zouden kun nen worden aangebracht. De minister beschouwde de isolatie van het eiland zeer ongewenst. Hij hoopte zich binnenkort persoon lek op de hoogte te stellen en erkende de urgentie van dit vraagstuk. Opmerkelijk was in dit korte betoog dat minister Algera over dit voor Goe ree-Overflakkee zo belangrijke vraag stuk hield, dat hij in dit verband niet sprak over afdammings- en ontziltings- plannen. Dit is enigszins hoopgevend, daar het vraagstuk aan deze kapstok niet zal worden opgehangen. Het komt ons voor, gezien de aandrang die van de Kamer uitging en ook gezien het antwoord van de minister, dat er spoe dig iets gaat gebeuren. De bouw van een brug over het Ha ringvliet en het Vuile Gat, zou, zo is aan het Bestuur van de N.V. Brugver binding door bruggenbouwers medege deeld, na aanbesteding in twee jaar ge reed kunnen zijn. De beslissing ligt in het Parlement of dit werkelijkheid zal worden. Door de N.V. Brugverbinding Goeree- Overflakkee en Hoeksche Waard is aan minister Algera gevraagd om het be stuur van de N.V. tesamen met een vertegenwoordiger van het Provinciaal Bestuur te ontvangen en daarbij te mo gen verzoeken dat het aanbod van de localiteit aanvaard wordt bouw van de brug door de N.V., terwijl Rijk en Provincie voor wegen enz. zorgen dat het plan tot bouw van de brug vol gens het ontwerp van de Dienst Brug genbouw van Rijkswaterstaat kan wor den uitgevoerd en dat de minister een wetsontwerp zal voorbereiden ter hef fing van een bruggeld. Ook in deze winter willen we de strijd aanbinden tegen de bruine rat. Overal waar deze voor de mens zo schadelijke en gevaarlijke vijand voortleeft zal weer rattenbestrijdingsmiddel uitgelegd moe ten worden. Als bestrijdingsmiddelen zullen toege past worden finirat-broodblokjes. Deze middelen zijn practisch ongevaarlijk voor mensen en huisdieren. Knaagdie ren, zoals konijnen, maken hierop even wel een uitzondering. Als bestrijdingsperiode is bepaald 17 tot en met 19 December a.s. De gemeen ten Middelharnis en Sommelsdijk ver lenen hun medewerking o.m, door tegen geringe vergoeding lokaasporties ter beschikking te stellen. Per 10 lokaas porties wordt slechts een bedrag van 20 cent gerekend. Gelegenheid tot afhalen van het lokaas zal worden gegeven op Woensdag 17 December a.s. van 1012 uur en van 1517.30 uur te Middelhar nis in kantoor Raadhuisstraat No. 5 en te Sommelsdijk in de hal van het Ge meentehuis.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1952 | | pagina 1