Chr. Schooldag te Sommelsdijl
Maakt Mossadecq
school?
Centrale Veiling
Middelharnis
Marktberichten
Sckmmmei]e
258te Jaargang
Woensdag 3 December 1952
No. 2170
CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEEEDE GRONDSLAG
VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
Twee belangrijke redevoeringen over
De nieuwe Bijbelvertaling
i^ Theologische achtergrond van de
jongste Schoolkwestie
PLAK EEN MAAND
KINDERZEGELS!
GRAANBEUBS
schrijft
EedactiebureauPr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDBLHARNIS
TELEFOON K1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8
Voor advertentiën uitsluitend Drukkerg Telef. K 1870-2729
Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017
VerscUtiiit tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag
ABONNEMENTSPRIJS: t 1.70 PER KWARTAAL
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm,
By contract speciaal tarief.
Wat gebeurt er in Irak?
Dezer dagen verschenen in de pers
[erichten, die het Midden-Oosten weer
ij het middelpunt van de belangstelling
plaatsten. In Irak hadden ernstige on
geregeldheden plaats, die aanleiding
waren, dat de regering plaats maakte
voor een nieuwe regering onder de lei-
jing van de chef van de generale staf
van het land. Het is daarom, dat wij
'jeer oppervlakkig iets over Irak's ge
schiedenis zullen behandelen, waardoor
je lezer de gebeurtenissen aldaar in on
derling verband zal weten te begrijpen.
Het land, dat thans de naam Irak
jraagt, ligt in de welbekende landstreek
Mesopothamië, het land van Euphraat
en Tigris. Geheel in tegenstelling tot de
rijkdom en welvaart, die Mesopothamië
in de grijze oudheid kenmerkten, is de
toestand van het tegenwoordige Irak.
Een bevolking van plm. 4% millioen
zielen staat bloot aan en wordt geteis
terd door ziekten en armoede. De laat
ste betrouwbare gegevens verstrekken
een huiverig beeld van de gezondheids
toestand der bevolking. De kindersterfte
is er schrikbarend. Het sterftecijfer van
kinderen onder 1 jaar bedraagt 35%;
dat van kinderen onder 5 jaar bedraagt
zelfs 50%.
In het gehele land heerst malaria.
Naar schatting bedraagt het aantal ma-
lariagevallen per jaar 800.000, waarvan
er dan ca. 50.000 met dodelijke afloop
zijn, om dan van ernstige gevolgen en
andere ziekten en kwalen, die in deze
streken veelvuldig voorkomen, nog niet
te spreken I Het ligt werkelijk nog niet
m lang in het verleden, dat cholera,
pokken, pest en typhus vreselijke slach
tingen aanrichtten.
Op politiek gebied is het in Irak even
min rooskleurig gesteld. De corruptie is
er zeer groot. Het volk wordt beheerst
door een klein aantal rijke personen,
terwijl het geregeerd wordt door even
eens een kleine groep politici. Als ge
volg van dit corrupte leven kan geen
enkele regering er lang aan het bewind
blijven. Het feit, dat de staat Irak in de
eerste 27 jaar van zijn bestaan 35 rege
ringen heeft gehad, zegt al genoeg.
Aan het eind van de wereldoorlog
1914;—1918 behoorde Irak tot die Ara
bische landen, die van het verslagen
Turkse rijk werden losgemaakt. Het
land kwam toen onder Engels mandaat.
In 1920 echter kwam het Arabisch
nationalisme reeds tot een uitbarsting.
Men kwam in verzet tegen de Engelsen,
hetgeen de Britten tamelijk veel men
senlevens heeft gekost. Het werd daar
na weer wat rustiger toen in 1921 Fai
sal I, de broer van koning Abdallah van
Jordanië, tot koning van Irak werd ge
kroond. Zijn beleid getuigde van helder
heid en verstand en dit bracht orde en
vooruitgang in dit land; ook de verhou
ding tot de Engelsen werd geleidelijk
beter. Toen in 1924 de nieuwe grondwet
in werking trad werd met Engeland
overeengekomen, dat het mandaat van
de Britten de duur van 25 jaar niet zou
overschrijden. Deze termijn zou automa
tisch korter worden als Irak eerder zou
worden toegelaten als lid van de Vol
kenbond. Reeds in 1932 gebeurde dit en,
dus eindigde het Engelse mandaat. De
overeenkomst met Engeland werd nu
veranderd in een militaire alliantie,
waarbij de Engelsen de beschikking
hielden over twee luchtbases.
De onafhankelijkheid van Irak bracht
met zich mee, dat de politici hun duister
spel onder de zo licht ontvlambare en
gemakkelijk op te hitsen bevolking van
het Midden-Oosten, vrij konden spelen.
Het duurde dan ook niet lamg of de pe
riode van uiterlijke rust nam een einde.
Opgezweepte militairen richtten onder
Assyrische christenen ontzettende bloed
baden aan.
Kort daarna, nog in 1933, stierf ko
ning Faisal I, wiens beleid zulke gunsti
ge vooruitzichten bood. Van dit alles
kwam bijster weinig terecht onder de
opvolger, Faisal's zoon Ghazi, die wat
talenten en andere eigenschapen betreft,
niet in de schaduw van zijn vader kon
staan.
Ghazi zag geen kans orde en rust te
herstellen, zodat de onzekerheid voort
duurde. Het jaar 1936 bracht de eerste
militaire staatsgreep. Drie jaar later
overleed Koning Ghazi, toen hij met zijn
auto tegen een boom reed. Ook dit on
geval grepen duistere politici aan om
anti-Engelse leuzen rond te strooien.
De Engelsen zouden namelijk de hand
hebben gehad in dit ongeluk, daar- zij de
schroeven van de stuurstang zouden
hebben doorgezaagd.
De zoon van Koning Ghazi, de vierja
rige PaisallI, volgde zijn vader op on
der regentschap van Ghazi's neef Abdul
Ilah, die als pro-Engels bekend staat.
Dit regentschap duurt tot 1953, als Fai
sal II 18 jaar wordt.
De door Koning Faisal T gevoerde po
litiek van samenwerking met Engeland
was in 1939 al lang weer verdreven door
het „Weg met de Britten". Ook de as-
mogendheden, Duitsland en Italië heb
ben gedurende de Tweede Wereldoorlog
een intensieve propaganda gevoerd te
gen de Engelsen. Deze propaganda vond
nog ondersteuning, doordat in 1941 de
fegering van Rashid Ali al Quailani
fJoor de tweede militaire staatsgreep aan
de macht was gekomen en deze regering
sterk nazi-gezind was. Doch ook deze
regering, kon het niet lang bolwerken
en de in 1943 aan het bewind komende
regering Nouri-Said, de oudste en mach
tigste politicus van Irak, zorgde ervoor,
dat het land weer de zijde der geallieer-
De Chr. Scholenbond hield Vrijdag 28 November j.l. haar jaarlijkse schooldag.
Deze keer werd deze schooldag alleen 'smiddags gehouden. Men had twee be
langrijke onderwerpen ophet agenda, n.l. een rede van Prof. L. H. v. d. Meyden,
hoogleraar aan de Theol. School der Chr. Geref. Kerken te Apeldoorn over: „De
nieuwe Bijbelvertaling" en een rede van Dr. H. J. Langman, Ned. Herv. Pred.
te Amsterdam over de Theologische achtergrond van de jongste schoolkwestie.
Het bezoek van deze vergadering was bevredigend; voor één middag was men
echter beter met één onderwerp geweest, daaj er te weinig tijd overschoot
voor discussie.
De bijeenkomst werd geopend door de
voorz. de heer A. v. Eek te Stellendam,
die opgaf te zingen Ps. 89 1. Vervol
gens las hij Matth. 25 1430 uit de
nieuwe vertaling en ging voor in gebed.
In zijn openingswoord releveerde spr.
dat het de 7e Schooldag was, die nu ge
houden werd. Uit de opkomst bleek dat
deze dagen werden gewaardeerd, al kon
den besturen en andere belangstellenden
beter zijn vertegenwoordigd.
Hij heette de heer Mathijssen, Inspec
teur bij het L. onderwijs welkom, als
mede de beide sprekers. Prof. v. d. Mey
den van Apeldoorn en Dr. Langman van
Amsterdam.
Spr. had de rectorale oratie van 19
Sept. over de materie van de nieuwe Bij
belvertaling gelezen waardoor bij hem
en bij het Bestuur het plan was opgeko
men Prof, V. d. Meyden op deze School
dag te laten spreken. De nieuwe vertar
ling is geen vraagstuk van de kerken
alleen, maar ook voor de scholen, zei
spr. Goede voorlichting is nodig om een
juiste conclusie te kunnen trekken.
De achtergrond van de jongste ge
beurtenissen te Hardegarijp, de rede die
Dr. Danginan zou houden, zou naar
spr.'s mening niet minder de belangstel
ling hebben. Spr. drukte de wens uit,
dat het een alleszins leerzame middag
zou worden.
Hij naemoreerde daarna nog enige
personalia, o.m. de heer van Leeuwen
(die door ziekte niet aanwezig kon zijn)
die kort geleden zijn 40-jarig jubileum
had gevierd.
Dan sprak de voorz. de heer Kijkuit
te Middelharnis toe, die dit eiland gaat
verlaten en naar Gouda vertrekt. Spre
ker wenste hem en zijn gezin 's Heeren
zegen toe in zijn arbeid die hem daar
wacht.
Spr. eindigde zijn openingswoord met
een opwekking tot die aanwezigen, die
nog geen lid waren van de z.g. Grote"
om tot die vereniging toe te treden.
Ook hoopte hij dat de afdelingsvergade
ringen drukker zouden worden bezocht.
De nieuwe Bybelvertaling.
Prof. van der Meyden het woord ver
krijgend, begon met te zeggen, dat de
nieuwe vertaling van de Bijbel van veel
critiek en veel discussie het onderwerp
was. Wij zijn daar dankbaar voor, zei
VRAAG'T BENSJN
/WED.KURVINKSDROGIiTER'J
KERKSTR. 160 - OUOOOKP
den koos. Het scheen nu, dat de rust in
Irak zoji weerkeren.
Na de laatste wereldoorlog was dit
echter ook weer voorbij. Irak nam deel
aan de Palestijnse oorlog tegen Israël.
Het resultaat mag bekend heten.
Te Portsmouth werd in 1948 tussen
Engeland en Irak een nieuw verdrag ge
tekend, ter vervanging van dat van
1932. Als gevolg hiervan braken opnieuw
ongeregeldheden uit ^n tot op heden is
dit verdrag nog steeds niet bekrachtigd.
Het nationale streven van Irak zou met
dit verdrag niet gediend zijn. Vorig jaar
heeft Irak bij Engeland aangedrongen
op herziening van het verdrag. .v
Wel werd in Februari van dit jaar
tussen de regering van Irak en de En
gelse Iraq Petroleum Company een over
eenkomst gesloten, die voorziet in een
gelijke winstdeling. Blijkbaar hebben
de Britten uit Perzië wijze lessen ge
leerd. De olieproductie in Irak bedraagt
per jaar 30 millioen ton. De opbrengst
van de olievelden bij Kirkoek en Basra
kan door de nieuwe overeenkomst in 3
jaar tijds oplopen van 31 millioen Pond
St. tot 59 millioen Pond St. per jaar.
Deze gelden zouden dan door een Raad
van Ontwikkeling, die is ingesteld, wor
den aangewend voor werken, die de wel
vaart van Irak ten goede komen, zoals
het bouwen van electrische centrales,
wegenaanleg, scholenbouw, waterbouw
kundige werken enz.
Maar er is in Irak een steeds duide
lijker wordende roep om de olie-industrie
naar het voorbeeld van de Perzen, te
nationaliseren.
Dit is ook in de laatste onlusten weer
duidelijk tot uiting gekomen.
Men verwacht echter niet, dat spoe
dig met Engeland zal worden gebroken.
Het feit. dat generaal Mahmoed van re
gent Abdul Bah opdracht kreeg in de
plaats van de afgetreden regering Moesr.
tafa al Ohuari, een nieuwe regering te
vormen, zou in die richting wijzen.
Niettemin zal men er ernstig rekening
mee moeten houden, dat in het Midden-
Oosten nieuwe moeilijkheden tot ontwik
keling zullen komen.
I. V.
spr., de Bijbel is voor ons de gids naar
de eeuwigheid en daarom van het hoog
ste belang. Dat er zoveel over is ge
schreven en gezegd, bewijst dat de Bij
bel nóg gelezen wordt. En het valt ook
te begrijpen, dat men die Bijbel, waar
van men drie eeuwen in deze vertaling
heeft gebruik gemaakt, niet zo maar
aan de kant zet. Hoevelen, zo vroeg spr.
zijn er al die eeuwen niet door die Bijbel
getroost en tot God gekomen? De Sta
tenvertaling is een prachtwerk en er
was niet een enkele vertaling, die de
Statenvertaling heeft geëvenaard.
Spr. wilde de onwaardige dingen die
over de nieuwe vertaling gezegd zijn,
laten rusten. Men heeft het genoemd:
,,een lokken afsnijden als bij Simson",
een humanistische beschouwing, dwaas
heid, stenen voor brood, vergif, uit de
hel en de kerk-te-gronde richtend.
Veel daarvan komt uit domheid voort
zei spr. Maar wanneer predikanten, die
een volledige opleiding hebben genoten
daarin voorgaan, is dit schijnvroom spel
veel goddelozer, dan veel domme stak
kers er van gesproken hebben!
De kwestie staat dus midden in de
geestelijke strijd, een strijd tussen licht
en duisternis. Spreker ging dan een aan
tal Schrlftuurplaatsen na, waar men bij
zonder critiek op heeft.
Allereerst stond hij stil bij 2 Tim. 3
vers 16: Al de Schrift is van God inge
geven enz. De nieuwe vertaling (voor
taan aan te duiden door n.v.) luidt: „Elk
van God-ingegeven Schriftwoord is ook
nuttig om te onderrichten". Ziet U wel,
zeggen ze, die vertalers loochenen Gods
Woord; Gods Woord staat in de Bijbel!
Spr. exegeseerde dit aldus, dat niet al
leen deze tekst, maar ook elke Schrift-
plaats van die heilige Schriften nuttig
was, enz. Wie iets van Grieks afweet,
zal weten dat mei) telkens te maken
krijgt met grammaticale kwesties. Men
legt het nu uit, alsof het zou bedoelen,
dat er ook Schriftplaat'sen voorkomen,
die niet van God zijn. Er is iets voor
handhaving van deze tekst in de Staten
vertaling, maar in het Grieks staat het
niet, zei spr. Een onzuivere vertaling
brengt schade voor de Kerk. Het is
noodzakelijk dat het Woord Gods zo
zuiver mogelijk wordt doorgegeven.
Over de samenstelling der vertalings
commissies is ook heel wat gezegd en
geschreven, zei spr. Men noemde het een
„gemengde hoop". Er was een dominé,
'die sprak zelfs van „een zootje!". Het
zouden godloochenaars zijn en waarheids
verkrachters! Ze vertalen wat er staat,
zeiden sommigen. Moet men dan verta
len wat er niet staat, vroeg spr.?
Vast staat dat de Kerk moet waken.
Bij de commissies voor de vertaling van
het Oude Testament stond de regel
vast, dat de vertalers alleen zouden
spreken over de vertaling. Het stand
punt van ethischen en ethisch-gerèform.
komt niet aan de orde. Als dat zo was,
zou er niet een enkel Gereformeerd The
oloog aan meedoen, zei spr.
Nu kan men zeggen, we vertalen die
Bijbel niet opnieuw. Dat was échter vol
gens spr. niet naar de mening van de
Koning der Kerk. De Godsopenbaring
dient zo zuiver mogelijk tot ons te
komen.
Om te vertalen is nodig: kennis van
talen, van handschriften, van archeolo
gische vondsten, van gewoonten en ook
kennis van het land van Palestina en
de omliggende landen. Hoofdzaak is,
dat men zich laat leiden door Gods
Geest, dat men ?;ich één weet, met het
Woord van God. De vertalers, moeten
er diep van. doordringen zijn, dat het
gaat om de Godsopenbaring, om wat
God gesproken heeft, zo klaar en duide
lijk weer te geven. Bogerman (voorz.
Synode Dordt 16181619) zou zeggen:
„Gods stem duidelijk te laten horen."
Een vertaling kan ook zeggen, wat
God niet gezegd heeft. Spr. haalde aan
Deut. 28 66: „En uw leven zal tegen
over U hangen." Hoe kan dat? Een
schilderij kan t.o. iemand hangen. Maar
het leven? De n.v. luidt: „Zonder op
houden zal uw leven in gevaar verke
ren." Ook haalde spr. de tekst aan, waar
staat: ,,van alle zijden uitgeplukt", dat
geldt van een vogel, maar niet van een
mens. De n.v. luidt: „en alle schouders
ontveld". De oude vertaling was beslist
foutief en ook onduidelijk.
In Jer. 6 27 staat: „Ik heb XJ onder
Mijn volk gesteld tot een wachttoren";
n.v. „tot een toetser onder Mijn volk".
In Jer. 52 34 lezen we het woord te
ring" nog, daarbij denkt men teveel aan
die gevreesde ziekte, waarom er het
woord „levensonderhoud" voor is ge
kozen.
De vraag is wel eens opgekomen, moet
men niet „vrij" vertalen? Een van de
rabbi's (uit de commissie) zei: „Wie
letterlijk vertaalt is een godloochenaar."
Dit is overdreven, letterlijk vertalen is
echter onrtïogelijk, al moet het geen pa
raphrase worden.
Spr. haalde een tekst aan met moge
lijkheden en moeilijkheden, n.l. Richte-
ren 11 31 over Jephta's belofte en of
fer. Het komt er op neer, dat wat uit
Jephta's huis zou gaan, na de behaalde
zege, den Heere zou zijn gewijd. Het
gaat hier om een paar kleine Heebreeuw-
se lettertjes, waar de beroemde Kimchi
van zei: „en/of" den Heere gewijd.
De vertalingscommissie had een debat
op 2 vergaderingen over de tekst Joel
2 23: „Hij zal U geven dien Leraar
der gerechtigheid". De n.v. luidt nu. ter
gerechtigheid, vooruitziende op de grote
Leraar die komen zou. Dit, naar aan
leiding van gevonden handschriften.
Er moest zei spr. veel rekening ge
houden worden met de tekst van de ver
schillende Hebreeuwse en Griekse hand
schriften. Uit het Hebreeuws waren het
er alleen al 4500! Xn al die handschriften
vindt men soms maar één tekst, die ge
lijkluidend is met de Statenvertaling!
Hier komt men op het punt tekst-critiek
zei spr. niet te verwarren met Bijbel-
critiek. 't Gaat om het oorspronkelijke,
de handschriften zijn vele malen over
geschreven, waardoor het oorspronkelij
ke (door vergissingen) niet precies is
te benaderen. Daarom is biddend onder
zoek nodig. Zo wees spr. op Jes. 9:2:
,,Gij hebt de blijdschap niet groot ge
maakt" O.V.; dit woordje „niet" wordt
in de handschriften niet gevonden.
Daardoor krijgt de tekst een ajidere
betekenis.
In Rom. 9 28 is in de Statenverta
ling sprake van een afgesneden zaak.
Daarop wordt veelal door het volk Gods
het volle accent gelegd. De n.v. heeft
hiervoor: „volledig en snel", het woord
afsnijding is verdwenen. Spr. wees op
de Griekse vertaling van de Hebr. tekst
uit de Septuagint, waarmee bij de Jesaja-
teksten rekening moet worden gehou
den.
Ernstiger en beslist onjuist was vol
gens spr. de tekst in de Statenvertaling
uit Jes. 18 2 en 7; „een volk dat ge
trokken is en geplukt". Hoe kan dat,
vroeg spr.? Figuurlijk? Het staat er
niet; er staat: „tot een rijzig en glan
zend volk", (nv.) De Statenvertaling
heeft in Jer. 7 13: „de kuil en de ket
jes". De n.v. heeft: „gewelfde vertrek
ken."
Ps. 68 20 Statenvert.: „Geloofd zij
de Heere, dag bij dag overlaadt Hij ons".
De n.v. heeft: „Geprezen zij de Heere,
dag en dag draagt hij ons." Dragen, last
opleggen, als in 1 Kon. 12 11. De Sta
tenvert. spreekt van overladen de
grondtekst zegt echter dat de Heere de
Zqnen draagt."
Ps. 75 3 zette spr. in een geheel an
der licht. Statenvert.: „Als ik het be
stemde ambt zal ontvangen hebben, zal
ik gans recht richten". Er kwam eens
een candidaat met deze roepingstekst
tot zijn gemeente; elke gemeente heeft
hij echter verwoest, zei spr. Er is hier
geen sprake van een mens, maar van
God. Dat Ik, 'is de Heere. Het woord
ambt komt in die tekst niet voor; het
gaat over het tijdstip, tijdsbepaling;
n.v.: „Wanneer Ik het tijdstip gekozen
heb, dan zal Ik rechtmatig richten".
God geeft de vijanden niet over aan vril-
lekeur; als de tijd rijp is zal Ik geheel
recht richten! Dan komt Mijn gerech
tigheid openbaar. Dit predikt bemoedi
ging aan hen, die schijnbaar aan de vij
anden zijn overgeleverd.
Ook wees spr. op de tekst Jes. 59 19,
een veelgeliefde tekst voor dominé'és,
die een tijdrede houden bij een kerkgroep
waar ze niet preken mogen. In tegen-
stelUng met de St.vert. geeft de n.v. dat
„Hij komt als een ontstuimige rivier,
door de adem des Heeren voortgezweept.
Ook de woorden, dood, graf, hel, ver
doemenis onderwierp spr. aan een be
schouwing en gaf uitleg van de woorden
she-ol, hades, gehenna. In Ps. 16 10
staat „Gij zult mgn ziel in de hel niet
verlaten". Nieuwe vertaling: „want Gij
geeft mijn ziel niet prijs aan het doden
rijk, noch laat uw gunstgenoot de groe
ve zien." Spr.'s eigen vertaling was:
„want Gij zult mijn ziel niet prijs geven
aan de doodsdiepte."
Er is veel critiek op deze vertaling
geweest, zei spr. David is echter niet in
de hel geweest. De She-ol kan ook ver
taald worden door verderving; spr.'s
eigen vertaling was „grafverderf". Het
Griekse woord hades betekent graf,
dodenrijk, doodsdiepte. Het laatste be
nadert het begrip „hel" zei spr. Het
woord She-ol heeft meerdere betekenis
sen, zelfs het graf van Gods kind.
Over de zware woorden verdoemenis
en verdoemen Lucas 6 37 o.a. was veel
te doen geweest. De n.v. heeft „oordelen
en veroordelen". In dit verband haalde
spr. de tekst aan: Zo is er geen verdoe
menis meer voor degenen die in Chris
tus Jezus zijn. Letterlijk is, dat er geen
veroordeling is tot verdoemenis.
Sprekers conclusie was dat de nieuwe
vertaling Gods Woord veel zuiverder
weer geeft.
Over de kerkelijke Invoering wilde hg
op deze vergadering niet uitgebreid
spreken. In zijn laatste brochure had hij
tot voorzichtigheid gemaand. Onze va
deren spraken van „doorvoering met
veel zoetigheid", het diende met grijs
heid en beleid te geschieden.
Spr. hoopte dat de nieuwe vertaling
dienstbaar zou worden gesteld tot bloei
van het geestelijk leven en het de hoof
den en harten van hen die God vrezen
gaat beheersen en ze er heilig voor zou
den worden ingewonnen. Gods kinderen
moeten zeggen: dit is Gods gedachte,
de stem des Heeren. Dan is het doel
bereikt.
Duizenden hunkeren er naar, zei spr.
Niemand werke echter mee om er scheu
ring door te verwekken, vermaande spr.
Eens is de strijd volstreden. Dan zijn
wij öf in de heerlijkheid óf in de ramp
zaligheid. Van nature liggen we allen
onder het oordeel der verdoemenis. La
ten we niet strijden over woorden en
zelf vergeten van het oordeel vrijge
sproken te worden zei spr. Welgelukza-
lig allen, die vrij zijn omdat Gods Geest
toegepast is ten eeuwigen leven. Welge-
lukzalig, die niet alleen het Woord hoort
maar het ook kent. Kent, de rijkdom
van den Gekruiste, in Hem verzoend
te zijn.
Discussie.
Er was weinig tijd voor discussie en
dat was bij dit onderwerp wel heel jam
mer. Toch werden er een aantal vragen
gesteld, die in tempo werden beant
woord. Een paar stippen we aan: er
werd gevraagd over de leiding van Gods
geest in de vertalings-commissies bij vo
gels van zo diverse pluimage; de zware
en moeilijk te lezen zinnen; of de nieu
we vertaling niet een kerkelijke revolu
tie zou brengen en wat te denken van
Gereformeerde schrijvers, die spreken
dat de stem van God in de Statenverta
ling voor drie-kwart niet is te horen
noch te verstaan; wat geadviseerd moet
worden voor het gebruik op de scholen;
hoe er het gewone kerkvolk voor rijp te
maken; het gebruik van de buigings-n.
enzovoort.
Prof. V. d. Meyden antwoordend zeide
betreffende Gods Geest in die commis
sies, dat die niet te vinden was. De me
dewerking is in alle eensgezindheid ge
schiedt onder aanroeping van Gods
Naam. Wat de lange zinnen betrof, zijn
deze bij de vertaling van het Oude Test.
vermeden, in de Nieuwe Vert. kwamen
ze meer voor. Over de vraag of de
nieuwe vertaling een revolutie zou
brengen op kerkelijk gebied, oordeelde
spr., dat die er al was. De nieuwe vert.
was echter niet tegen te houden, oplage
na oplage werd verkocht. Het merk
waardige was echter, dat niet minder
bijbels van de Statenvert. werden gesle
ten. (De vraag of het juist is, dat Ger.
schrijvers de Statenvert. voor driekwart
onleesbaar noemen, werd niet beant
woord). Met de invoering op de scholen
maande spr. tot voorzichtigheid, dat
was eigenlijk een zaak van de ouders.
Het kerkvolk kan er alleen rijp voor
worden gemaakt door eerlijke voorUch-
ting. Het gebruik van de buigings-n was
mede te danken, dat Prof. Aalders daar
verzot op was; spr. achtte dit een on
dergeschikt punt.
Na deze discussie werd gepauzeerd,
waarna het onderwerp van Dr. Lang
man aan de beurt kwam. Het verslag
daarvan moeten wg tot een volgend
nummer laten ove»6taan.
Velling van Vr^dag 38 November 1952.
Lapcton Superbe 18; Jonathan 423;
CoT!. Orange 419; Groninger Kroon 7;
Comtesse de Paris 6; Prinses de Nobel
i^12; Goudreinetten 614; Golden De-
hcious 1023; Gieser Wildeman 1026;
St .Remy 510.
Uienveiling van Dinsdag 2 'Dec. 1952.
Grove 20.04; Middel 20.53—20.74; drie-
lingen 26.21; Picklers 35.02; Stek 3.50.
Aanvoer 42.000 kg.
VEEMABKT.
ROTTERDAM, 1 Dec. Aangevoerd 1656
dieren, w.o. 1949 vette koeien, 607 var
kens. Prijzen per kg: vette koeien 2.70
—2.85, 2.50-^2.60, 2—2,10, varkens lev.
gew. 2.04, 2 en 1.95. Aanvoer vette
koeien als vorige week met stugge han
del, 2e kwal. niet geheel prijsh., verder
onv. Enkele prima's iets boven notering.
Varkens aanvoer ruim, handel stroef, de
Ie en 2e kwal. aanmerkelijk lager, 3e
kwal. onveranderd. Enkele prima dieren
even boven notering.
ROTTERDAM, 1 Dec. Binnenlandse
granen (officieuze noteringen per 100
kg franco Rotterdam)Tarwe zonder
vochtconditie 25.50^26.80; op vochtcon-
ditie tot 26.70; voedergranen flauw, zo-
niergerst 32.5033.50; wintergerst 31.75
—32.50: haver 27.25—28.25; rogge 26.25
26.75; mais geschoond tot 37.50; peul
vruchten kalm, erwten 4556; schok
kers 4561; bruine bonen tot 78.
Bij de vele verenigingen, die ons eiland
al telt, is nog niet zo heel lang geleden
een nieuwe gekomen: de ,,vogelvereni-
ging". Natuurlijk moet U dat niet al te
letterlijk opvatten, maar er uit lezen,
dat het een vereniging vanvogelliefheb-
bers is, anders zou U misschien gaan
denken, dat de vogels ook al behoefte
hebberi zich een vakverbond aan te me
ten. Het bestuur der vereniging heeft
sinds de oprichting niet.stil gezeten en
veertien dagen geleden was het zo ver,
dat de eerste „vogelshow" kon worden
gehouden. Nu, die was de moeite van
het bezichtigen waard.
Schrammetje heeft er met Trijn, die
een ware natuurliefhebster is, een kijkje
genomen en de vele bijeengebrachte vo
geltjes bewonderd. Het was inderdaad
een lust om de beestjes eens rustig van
dichtbij te kunnen waarnemen. We wa
ren evenals de andere bezoekers verrast
over de schitterende kleuren van onze
gevederde vrienden. Er viraren vogels in
zachte pasteltinten tot vlammend rood-
met-zwart en overal zag men het helle
geel van de bij iedereen bekende kanarie
pietjes, die, naar we zagen, intussen ook
reeds in zachtere kleuren aan de markt
zijn. Wanneer we zo'n tentoonstelling
bezoeken, valt het ons op, dat de natuur
ons niet alleen in bloemen en planten,
dieren en vissen, maar ook in vogels
een rijke kleurschakering biedt, die ons
de grootheid van de Schepper duidelijk
leert. AJs het gaat om kleurcombinaties
dan behoeven we slechts bij de natuur
in de leer te gaan. Het komt ons voor,
dat het een aangename bezigheid is, al
lerlei vogels in hun doen en laten gade
te slaan en vooral om ze zelf te kweken.
Vandaar dat Schram deze keer zijn
hoekje eens gebruikt om de aandacht op
deze vereniging te vestigen en vooral
de jongeren aan te sporen er eens nader
kennis van te nemen.
Het is gebleken, dat er nog belang
stelling leeft bij de Flakkeeënaars voor
onze vogels, want het aantal kijkers op
deze show heeft zeker zevenmaal de
verwachting van het bestuur overtrof
fen. Dit mag een aansporing zijn om op
de ingeslagen weg voort te gaan en
wanneer men bij leven en welzijn nog
eens zo'n expositie organiseert, mag ste
ker wel naar een grotere ruimte worden
uitgezien, waar de bezoekers wat roya
ler kunnen worden ontvangen. Mogelijk
zouden de vogels dan met de vissen ge
combineerd kunnen worden, want het
zou zeker interessant zijn eens bijeen te
zien, wat de aquarium-liefhebbers op
ons eiland presteren. Er was op deze
show thans slechts één aquarium, dat
echter de volle belangstelling van de
aanwezigen genoot. Het is een pracht-
hobby zo men dat noemt, om ook het
leven der vissen te bestuderen en zelf
vissen te kweken.
Schram zou graag zien, dat in deze
richting op ons eiland en ook op de an
dere eilanden wat meer werd gewerkt.
Er worden nog zoveel guldens wegge
gooid aan volkomen nutteloze dingen,
maar het geld, dat aan natuurliefhebbe
rij wordt besteed is wèl-besteed geld.
Er valt ontzettend veel naee te leren
en zij die zich Intensief op de kweek
toeleggen in hun vrije tijd, kunnen er
bovendien nog zoveel mee verdienen,
dat het persoonlijk genoegen hun geen
cent kost. En van een ruime kooi of
volière met vogels, öf een schitterend
aquarium geniet het hele gezin.
De knutselaars onder de jongelui kun
nen zelf met betrekkelijk weinig kosten
een volière of aquarium maken. Daarom
ouders, spoort uw kinderen aan om in-
plaats van nutteloze dingen na te jagen,
zich op dit terrein te begeven en er hun
daadwerkelijk steun bij te verlenen. U
zult eens zien, hoeveel genoegen daar in
schuilt. Zijn ze er eenmaal mee begon
nen, dan steekt de een de ander aan,
dat zult U zien. De moeite die men er
aan besteedt, wordt door het genot er
van rijkelijk beloond. Het straat-slente
ren wordt er door tegengegaan, het
bindt de jeugd aan huis. Dat is een zeer
voornaam punt. Want nog maar al te
veel loopt de jeugd op wegen en straten
allerlei kattekwaad en baldadigheden uit
te voeren. Het kan daarom zijn nut
hebben eens op de mogelijkheid van de
ze ontspanning te wijzen.
En nu we het toch over de vogels
hebben, vergeet dan niet, nu het kouder
wordt, om voor hun eens wat voer bui
ten te strooien. Rijg eens wat pinda's
aan een draadje en hang deze aan een
boomtak. U zult eens zien, hóe de kool
mezen daar op af komen. Of spijker
eens een stukje spek aan een boom,
dat is voor deze beestjes een lekkernij.
Laten we met elkaar de vogels door een
koude winter heen helpen, vooral als
het straks vriest en sneeuwt en er ner
gens wat te pikken valt als de^ mensen
hun niet helpen. Ze zullen er U dank
baar voor zijn en de zangvogels zullen
het komende voorjaar deze dank uiten
door ons te verheugen met hun helder
gefluit. En middellijk worden wij ge
bruikt om het vogelenheir in stand te
houden van het fijngebouwde roodborst
je tot de zwarte raaf toe, welke de
dichter ten Kate liet spreken als:
Een mistroostig geslacht,
In 't livrei van de nacht,
Arme stiefkind'ren zijn wij der wouden.
Hij, die d' adem ons schonk
Heeft ons vedergepronk.
Heeft de gave des lieds ons onthouden:
Maar d' Almachtige let
Op ons schreiend gebed:
Ook ons ravengekras is een hulde
Aan den God der Natuur,
Wiens aanbidd'lijk bestuur
Alle nooddruft verwekte en vervulde!
SCHRAMMETJE.