r „De Fruitcentrale" Iste soort Druiven 50 cent per pond. Buitenland Stenen Watermolen te Dirksland fervor min^óda^ 25ste Jaargang CHB. WEEKBLAD OP GEBEFOBMEËBDË GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN 31 OCTOBER *^tt h&t 3<.ykoenót I er=> B. V. d. VEER BANANEN 70 cent pex pond Profiteert van de gelegenheid. Zie de Fruit-etalages Hoe het vroeger was Gebouwd in 1731 - Afgebroken in 1915. MEDITATIE ,In de schuilkelder" Zaterdag 1 November 1952 No. 2161 BedactiebureauPr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHARNIS TELEFOON K1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8 Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729 Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017 Verschynt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag ABONNEMENTSPRIJS: f 1.70 PER KWARTAAL, ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bij contract speciaal tarief. 31 October is de dag van de herden king van de Kerkhervorming. Op vele plaatsen in ons land verenigen brede scharen zich in de kerkgebouwen om het grote feit te herdenken dat Dr Kaarten Luther zijn stellingen aansloeg aan de deur van de slotkapel te Wit- tenljerg. Daarmede was de strijd voor en op de grondslag van Gods Woord begonnen immers Luther grondde zich in zijn stellingen op Gods Woord. Brak met de scholastiek bewijsvoeringen ont leend aan kerkvaders, om de leringen van de Kerk, waar ze strijdig bevonden werden met Gods Woord, aan de tradi tie, aan de bepalingen van Synoden en aan de uitspraken van mensen, ook al noemden ze zich Pausen. Gods Woord en Gods Woord alleen. Dat is het lei dend beginsel van de Hervorming. Aan alle menselijke inzettingen en verorde ningen werd de rug toegekeerd. Alleen Gods Woord is maatstaf voor leer en leven. Dat is de grondwet van het Pro testantse leven. De Bijbel ze was voor die tijd al zeer op de achtergrond geraakt. Tot een boek van welks bestaan men wist, maar dat weggeborgen in kasten en schrijnen, dat vastgelegd aan kettingen in kloosters en kerken niet open geslagen werd om daaruit de beginselen des levens te put ten. Leken en geestelijken ze kenden Gods Woord niet. Uitspraken van kerk vaders, allerlei fabelen over het leven der heiligen, nietige beuzelingen vorm den de stenen waarmede men de scha re voedde inplaats van met de eeuwig durende beginselen van Gods Woord. Grote onwetendheid en bijgeloof waren daarvan het gevolg, yaar Gods Woord wordt gemist tieren onwetendheid en bijgeloof. Dat wordt bewezen tot zelfs in deze verlichte eeuw. Waar Gods Woord gesloten wordt daar komt onwe tendheid en dom bijgeloof de geest ver vullen van zelfs de wetenschappelijke mens van deze tijd. De weg der zalig heid werd niet meer gekend, omdat de Roomse kerk de Bijbel en daarmee de weg der zaligheid voor het volk verbor gen hield. Slechts wat menselijke von den en verzinsels moesten het volk voe den. Dat nu ging veranderen. Neen niet Luther, maar God zelf heeft in de Her vorming in de Reformatie Zijn Woord aan de Kerk teruggeschonken. De Hervormers hoe hoog te eren, zijn slechts de instrumenten in 's Heeren hand om Zijn Woord weer aan de Kerk te schenken. Neen niet Luther sta bij de herdenking op de voorgrond. Van Luther moet men hoger op tot God. Die moet geëerd en geprezen omdat Hij door middel van de Hervormers de grootste gave, Zijn Woord, aan de Kerk heeft geschonken. De grootste gave. In derdaad. Neem Gods Woord weg. Niets dan een akelige nacht van duisternis blijft over. De Hervorming is waardig te worden herdacht. Luther, Calvijn, e.a. mogen als dienaren, als instrumenten niet wor den vergeten, maar God komt er de lof, eer en dank voor toe, dat Hij Zijn Woord terug schonk in de Kerk. De Hervorming is waardig te worden herdacht. Hervormingsdag diende een Protestantse feestdag te zijn bij uitne mendheid. Ben dag van blijdschap, van vreugde voor het elkaar toezenden van geschenken naar analogie van het Pu rimfeest. De Joden vierden aldus hun blijdschap omdat God ze verlost had uit de hand van hun vijanden. Door de Hervorming zijn we verlost uit de stikdonkere nacht van bijgeloof en onwetendheid van het Pausdom. Een meerdere erkenning van de betekenis van Hervormingsdag mocht onder de Protestanten wel gevonden worden. Is niet in vele plaatsen van ons land de Hervormingsdag aan de verge telheid prijs gegeven. Op andere plaatsen kan ternauwer nood de kracht worden opgebracht om 's avonds met de gemeente te vergade ren teneinde Gods zegeningen te her denken. Neen Hervormingsdag vindt onder ons Protestanten niet de waardering: die de ze dag verdient. Ook niet op ons eiland en in de omgeving. Neen heilige dagen kennen we niet. Omdat er in Gods Woord niet over gesproken wordt, bui ten de Z^dag. Maar daarom is het niet verkeerd maar integendeel hoogst ge wenst de daden des Heeren op de daar toe geëigende dagen te herdenken. Be- t^r en meer verantwoord dan om mee te doen als Protestanten aan de roma niserende invloeden en een Rooms ge bruik mee te vieren. Op 31 October is het de herdenkingsdag van de Hervor ming. Het volk der Hervorming laat de ze dag vaak onopgemerkt voorbijgaan. Is er nog wel aanleiding om deze dag te herdenken. Het Protestantse volk is zo verdeeld. Voor velen is het begrip Protestant een vrijbrief geworden om met God en Zijn dienst te breken, om 's Heeren Woord de rug toe te keren. Allerlei romaniserende invloeden wer kten onder ons volk. Niet het minst in de kerk der Hervorming. Waar velen terug willen onder de predikanten naar bisschoppelijke wijding en roomsgetin- te liturgie. Waar men zich geen dienaar des Woords gevoelt zonder de apostolische wijding in de lijn der bisschoppen. Waar men de roeping Gods door Zijn Woord wil vervangen zien door bisschoppelijke wijding. Met daden de Hervorming ver loochenen gaat. Is er dan nog wel re den om 'de Hervorming te herdenken waar men terugkeren wil naar menselij ke inzettingen en naar geboden die van mensen zijn. Juist in zulke tijden als wij beleven is het noodzakelijk dat men de Hervorming gedenkt. Dat men de da den Gods als van onder het stof van onze dagelijkse beslommeringen weer helder naar voren brengt. Dat de bete kenis van de Hervorming weer tot meer dere bekendheid wordt gebracht. God gaf Zijn Woord aan de Kerk. Wat wij er mee doen blijft voor onze rekening. Gods gave is van onnoemlijke beteke nis. Het gebruik wat wij er van maken ligt voor onze verantwoording. Alle ver val, alle misbruik ligt voor onze ver antwoording. De grote gave Gods, Zijn Woord geschonken aan de Kerk, blijft het grote feit waardig herdacht te wor den. Verval 'en afval zijn groot. Tv/ist en verdeeldheid schier grenzeloos. Dat alles is van de mens. Vloeit voort uit het misbruik van de gave Gods. Maar de grote weldaad Gods blijft. En die moet worden herdacht. Tot lering en onderwijzing van ons en onze kinderen. Rome wast, het brute ongeloof steekt meer en meer driest de kop op. Het Christendom wordt ontkerstend, zinkt terug in de duisternis van het moderne heidendom. De machten van ongeloof en revolutie klopppen op de deur der ker ken, der huizen en der harten. Schudden aan de fondamenten van het Christen dom. Maar 's Heeren Woord houdt stand, 't Is in de Hervorming ons geschonken Velen onzer verloochenen het. Maar Gods Woord houdt stand en zal zege vieren. In de Hervorming heeft God het geschonken. Ons ten zege niettegen staande afval en verval, in spijt van on geloof en bijgeloof. Daarbij bepaalt ons Hervormingsdag. Daarvan getuigt 31 October. Daarom is die dag waardig herdacht te worden on der het motto ,,God gaf ons Zijn Woord." Verlotingen Amesius Schopen hauer, Kuiper en Geesink over het lot Loterij voor christelijke en weldadige doeleinden. In strijd met Gods gebod. Het is tegenwoordig een merkwaar dig verschijnsel, dat bij „Winkel-weken", bazars en andere gelegenheden om hei; publiek te trekken, de verlotingen zo zeer in zwang komen. Men weet daarbij handig de Loterij-wet te ontduiken door een liefdadige instelling in te schakelen, om zodoende aan de greep van de jus titie te ontkomen. Maar niettemin blijf t het ,een verloting", een .kansspel" en de belijders der Waarheid, die er krach tens hun beginsel tegen moesten zijn, doen er bewust of onbewust aan mee. Het kan daarom nut hebben, om over verlotingen en het lotsspel in het alge meen, iets te schrijven. Het is toch wel noodzakelijk te weten, in hoever een christen van het lot gebruik mag ma ken. Loten behoort tot het buitengewone middel (dus niet het gewone) om de be stiering van den Almachtige te weten. De Heilige Schrift spreekt daarom zelf van het lot: het doet de geschillen op houden (Spr. 18 18) en het lot wordt in de schoot geworpen, maar het gehele beleid daarvan is van den Heere." En nog op veel meer plaatsen wordt in de Bijbel van het lot gesproken. In Israels' Godsdienstig en burgerlijk leven kwam het lot telkens als een geoorloofde han deling voor. Ook nu nog mag het lot gebruikt worden, in gevallen, waar het niet anders kan. Amesius gaf van het lot de volgende definitie: „dit lot is een bede, om een Goddelijk getuigenis te kennen te ge ven, tegenover bloot natuurlijke zaken, tot het doen opheffen van strijd." Hij noemt het dus bidden", een heilige zaak. Wanneer een andere wijze van be slissen mogelijk is, mag men dus het lot niet gebruiken. Wel is het geoorloofd wanneer er bv. bij bestuursverkiezingen (na herhaalde stemming) een precies gelijk aantal stemmen is, dan kan het niet anders, of het lot moet de gekoze ne uitmaken. Het lot kan dus genoemd worden „een beroep op Gods Voorzienigheid." En waar dit zo is, komt hieruit vast te staan, dat het zondig is, van loterij en kansspel gebruik te maken. Het lot is heilig en het wordt door de wereld in de sfeer van het onheilige getrokken. Het gaat om de kansen, om de ,,gril van het fortuin." Daarom ook is het kaart spel uit den boze. Schopenhauer, de on gelovige Duitse wijsgeer noemde het kaartspel: „een verklaard bankroet aan gedachten; want omdat de spelers geen gedachten hebben uit te ruilen, ruilen zij kaarten uit, en zoeken elkaar gul dens af te nemen!" De religieuse bezwa ren gaan echter dieper: geluk en for tuin 'zijn de geheimzinnige machten die naast of in de plaats van God worden geplaatst. Wie wint heeft fortuin, wie verliest wordt door „Fortuna" niet ge diend. Dr. A. Kuyper in E Voto (I blz. 219) is daar ook tegen te velde getrokken. „Van meet af zo schrijft hij zijn onze vaderen kloek en kras tegen alle lotspel opgekomen." Men moet, zo zegt hij daar zichzelf en zijn kinderen niet aan wennen, want daarmee sterkt men de zondige-neiging van zijn hart en doet ongemerkt afbreuk aan zijn geloof. Als men ziet, hoe lieden van aanzien aan de speelbank soms hun halve vermogen op een worp zetten en zelfs prinsen en vor sten daaraan meedoen; hoe op de beurs in effecten en waren gespeeld wordt met een drift en een hartstocht, die aast op het goed, dat hun de fortuin in de schoot zal werpen; dan voelt men eerst récht, hoe ontzettend diep onze maat schappij aan het geloof aan Gods voor- Telefoon 2682 Westdijk 36 MIDDELHABNIS DE SPECIAALZAAK voor GROENTEN, FRUIT en DELICATESSEN. Keurig opgemaakte Fruitmanden en Fruitschaaltjes. Vraagt onze geurige vers gesne^n SOEPGBOENTE AUe ingrediënten voor een Bijsttafel. zienigheid ontvallen is en er lust aan heeft om te drijven op het fortuin." Prof. Dr. W. Geésink in ,,Van 's Hee ren Ordinatiën" npenit het .loten. „Pro- fanatie van den Naam des Heeren. Het is met name op dezen grond dat alle lotspel door onze gereformeerde mora listen is veroordeeld. Zij zagen er voor de Christen, een zonde in tegen het der de gebod." Als we zo „het loten" zien, dan leidt dit tot de consequentie, dat we ook aan z.g. onschuldige loterijen niet kunnen deelnemen. Vanzelfsprekend blijft er voor de Staatsloterij geen enkel goed woord over, maar ook de zgn. welda- digheidsloterijen zijn om die redenen te veroordelen. Er kan nu geen bazar wor den gehouden, of er moet een verloting' aan worden verbonden. En nu is dit wel voor een liefdadig doel, maar in zijn diepste wezen is het toch het misbruik van het lot. Men verwacht de zegen niet van God, maar van het „geluk", en men doet daarmee tekort aan de erkenning van Gods voorzienig bestel. Er is wel een gradueel verschil tussen de „loterij van de wereld'" en die der christelijke liefdadigheid" essentieel zijn ze echter een. Wij meenden goed te doen zij het in het kort daar eens op te wijzen. Wij vragen ons vaak af bij gelegenhe den- als boven genoemd, weet men geen andere attracties te vinden om het pu bliek te trekken dan door een loterij? Het kansspel moet altijd weer worden ingeschakeld, het gaat ten deze van kwaad tot erger. We zijn het met Dr Kuiper eens, dat wij, noch onze kinde ren, daaraan moeten wennen. Wij menen, dat organisators, die op de grondslag van Schrift en Belijdenis staan, hierop hebben toe te zien en zich er tegen hebben te verzetten. WAARNEMER. Indo-China Het Vietnamese volksleger heeft 14 dagen geleden in Vietnam weer het of fensief geopend tegen de Franse strijd krachten. Volgens de berichten opere ren zij niet ongunstig. Omdat de eerste mededelingen tame lijk verontrustend waren voor de Fran sen is er in het Franse parlement een verklaring afgelegd. Toegegeven v/erd dat de Franse troe pen zich terugtrokken voor de zware druk. De Vietnamese volkslegers worden ook gesteund door communistische vrij- vrtlligers. Op Chinees grondgebied moe ten de troepen gelegenheid hebben ge had om zich te hergroeperen en zich be hoorlijk van nieuw materiaal te voor zien. De Fransen zijn de zwarte rivier over getrokken en hadden hoop aldaar de Communisten te keren. Op een tweetal plaatsen moet echter de vijand ook reeds de rivier zijn overgestoken en plm 10 km de Franse verdediging zijn bin nengedrongen. Tot nu toe zijn de Franse reserves nog niet in de strijd geworpen. Verwacht wordt, dat deze in actie zullen komen als de plaats Hanoi in gevaar komt. Frankrijk heeft reeds meer dan 2 jaar bij Amerika aangedrongen op de levering van wapens en steun zowel aan manschappen als aan geld! Terecht wijst Frankrijk op het feit, dat de strijd in Indo-China gelijk is aan de oorlog op Korea. Hoe het verloop verder zal zijn, dur ven wij thans nog niet zeggen. Dit is echter zeker, dat de strijd aldaar met zorg wordt gadegeslagen. De luchtmacht kan vanwege het ongunstige weer bijna niet ingrijpen. Soedan Volgens de Jaatste berichten moet ge neraal Naguib met de leider van de Soe- danese Oemma partij onderhandeld heb ben over de toekomstige status van de Soedan. Zij moeten airede een voorlopig accoord hebben bereikt, dat door beide partijen is ondertekend. Ruim een maand geleden hebben En geland en Egypte eveneens besprekin gen gehad over de Soedanese kwestie. De hervormingen, die Engeland voor stelde, moeten toen grotendeels zijn overgenomen. Om deze reden is de Engelse regering tamelijk optimistisch gestemd en hoopt zij dat dit netelige probleem, dat enkele jaren grote zorgen heeft gebaard, tot oplossing zal worden gebracht. De bedoeling^ van generaal Naguib zijn nog moeilijk te peilen. Er zijn ogen blikken, dat hij zich betoond als een zeer rustig en inschikkelijk diplomaat, die langs wettige weg op verstandige'wijze het goede voor zijn volk zoekt. Andere ogenblikken, vooral als het binnenlandse aangelegenheden betreft, doen vrezen, dat hij zeer eenzijdig als dictator optreedt en de belofte, dat hij Egypte democratisch geregeerd wil zien, meer woorden dan daden zijn. Om echter een juist oordeel te vor men, zou men volledig van alle omstan digheden op de hoogte moeten zijn. Engeland Het optreden van Bevan en zijn vol gelingen deden zeer terecht de vrees ontstaan, dat de Engelse Labourpartij verscheurd zou worden. De polder van Dirksland is een laag gelegen pol der. In vroegere tijden kwam het voor, dat bij hoge vloeden het water door dammen en vloeiplanken uit het dorp moest worden gehouden. Om hierin te voor zien is in het jaar 1731, op last van Dijkgraaf en Ge zworenen en met goedvinden d'er In gelanden, een zeer mooie, stenen wa termolen gebouwd, om op deze wijze het overtollige wa ter weg te wer ken. Van 'deze bij zonder fraaie wa termolen, die he laas is afgebroken, geven we hieron der een afbeelding. De molen stond in de polder „Dirks land" en sloeg het water in de Boe zem, die op de haven uitloost. Als een bijzonderheid kan over de ze molen worden gemeld, dat de wa termolenaars bijna uitsluitend uit één familie waren. De eerste, die de molen bediende was Bastiaan Molenaar van 1731 tot 1764. Daarna kwam de bediening in de familie Zoon: Cornells Zoon werd in 1764 molenaar, die opgevolgd werd door Hermanus Zoon, die molenaar was tot 1836. Hij kwam ongelukkig aan zijn einde, want hij werd bij stormweer door de molen doodgesla gen. Dan volgde Jan Zoon van 1836 tot 1894; Klaas Zoon, van 1894 tot 1914; Marinus Zoon van 1914 tot 1942 en thans Leendert Zoon van 1942 tot heden. (de.laatste niet als molenaar, maar als machinist.) Letterlijk ging dit beroep dus wel van vader op zoon. Jan Zoon, met ho ge zijden pet, die op de foto naast de molen staat, vervulde deze taak ruim 58 jaar. Had hij in onze tijd geleefd, zou hij zeker geridderd zijn geworden. In 1915 is de molen afgebroken; een stomp is er blijven staan. iSr is een diesel-gemaal ingebouwd. Het Kon. Ned. Metereologisch In stituut te De Bilt heeft bij dit stroomgemaal een regenmeter staan en ook een apparaat om de wind kracht op te nemen. Het valt zeer te betreuren dat deze mooie molen bij het inbouwen van het Dieselgemaal is afgebroken. Een artistiek stuk, dat het vlakke land schap beheerste, is er, o.i. onnodig, door weggenomen. Jammer. De Bevanieten hadden een eigen nieuws blad, richtten eigen verenigingen op en hielden aparte vergaderingen voor hun groep. Na het Labourcongres, dat de vorige maand gehouden is, hebben de leiders de koppen bij elkander gestoken en de touwtjes strak aangehaald. Bij U schuil ik Ps. 143 9b. Deze Psalm is door David gemaakt op één van zijn vele zwerftochten, benauwd zijnde door zijn vijanden. De dood grijnsde hem tegen, de on dergang dreigde. Uitkomst zag hij ner gens. Wat doet David in deze zorgelijke omstandigheden Gaat hij steunen op eigen krachten? Hulp zoeken bij vreemde mogendhe den? Vertrouwt hij op zijn gemobiliseerde leger Op zijn staatsmanskunst? Neen, Da vid heeft het geleerd: Vest op prinsen geen betrouwen. Waar men nimmer heil bij vindt. In deze ernstige tijdsomstandigheden, neemt hij de toevlucht tot de Enige, die helpen kan. En in blijde, vertrouwende geloofsjubel klinkt het: „Bij U schuil ik". Is deze belijdenis ook de onze Ook wij beleven weer benauwende tijden. Twee machtige wereld beschouwingen, Communisme en Humanisme (al of niet christelijk getint) dreigen geheel de we reld te gaan vervullen. Helaas, het zijn geen geesten uit God, Er wordt vandaag aan de dag gepro beerd om Beëlzebub met de Satan te verdrijven, en naar 't Woord der Schrift is dit onmogelijk. Het is om deze reden, dat we maar zo weinig vertrouwen kun nen hebben in alle maatregelen die op militaire en politiek-terrein genomen worden. Op gevaar af voor achterlijk versleten te worden, durven wij nog al tijd Gods Woord onderschrijven dat ons leert. Wie God verlaat, heeft smart op smart te vrezen. Zo ziet U de wereld zich klaar maken om zichzelf straks in een ongekend, haast niet in denkbare vernietiging te storten. Is 't wonder dat de gestichten voor krankheid der zinnen totaal gevuld zijn? Dat zelfmoord aan de orde van de dag is? Dat de massa zich stort in een roes van jolijt en festijn, om maar een ogen blik niet te behoeven denken aan dat wat is en komen gaat? Velen vragen twijfelmoedig: ,,Wie zal ons het goede doen zien?" Juist dan, klinkt 't van de lippen van Gods kind: ,jBiJ U schuil ik." Machtige schuilkelder! Daar treft U geen bom, daar deert U geen gas. En dan bedoel ik, dat in de eerste plaats niet letterlijk. Zeker Gods bewarende hand is in de geschiedenis zo vele ma len door Zijn kinderen gevoeld. En zon der de wil van hun hemelse Vader zal er nimmer éên haar van hun hoofd ge krenkt worden. Maar dit is 't machtigste 't heerlijkste niet. Tenslotte lazen we in de krant, dat er thans in Amerika, iemand in de rotsen een grot heeft ont dekt die absoluut veilig is voor iedere aanval van Atoom of H.-bornmen. Neen 't heerlijke, 't machtige van deze schuil- Jtelder is, dat we daar 't rumoer van de Wereld volkomen vergeten. Daar zien we Jezus en Jezus alleen. Dan klinkt 't op: Maar 't is mij goed, mijii zaligst lot Nabij te wezen }3ij mijn God, of ook: In de grootste smarten. Blijven onze harten In de Heere gerust. Daar worden we niet op rantsoen ge steld. De Heere heeft brood en water, wijn en melk, boter en honing genoeg voor allen, die schuiling bij Hem zoeken. Geen vrees beklimt daar 't gemoed voor degenen, die 't lichaam kunnen do den. Als God vóór ons is, wie zal tegen ons zijn? Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Paulus zingt in die schuilkelder: Ik ben verzekerd, dat noch dood, noch leven, noch enig schepsel mij zal kunnen scheiden van de liefde Gods. Bij U! Kent ge dien God? Kent ge Hem als Uw schuilplaats in nood? Bij U m'n Koning en m'n God verwacht mijn ziel een heilrijk lot. Wie zijn 't nu eigenlijk, die deze schuilplaats kennen? We lezen van David, dat tot hem in de spelonk van Adullam kwamen, de be nauwden, die een schuldeiser hadden en die bitter bedroefd van geest waren. Benauwden. Aangevochten door Sa tan, wereld en eigen vlees. Benauwden door de bange tijd, door hun openstaande schuld. Ik zie voor 's vijands haat gevloden Mijn leven in 't stof vertreên. Ik lig helaas gelijk de doden Omringd door nare duisterheên. Die een schuldeiser hadden. Hebt U er een Dat ge het met de dichter moest erkennen: 'k Erken mijn schuld, die U tot straf bewoog. God is onze schuld eiser. Onze schuld is zo peilloos groot en wij zijn zo dodelijk arm. Duizend talen ten schuld en geen penning om te be talen. Bitter bedroefden. Bedroefd om hun zonden. Bedroefd om hun tegenstand te gen de Heere. Bedroefd omdat ze geen uitkomst zien. Zeer gebogen en versla gen, moe van 't klagen, ga ik al de dag in 't zwart. Zie, zulken vinden een schuilplaats bij Hem. Zulken biedt Hij zijn Zoon tot een ver zoening der zonden. En die Zoon roept 't dezulken toe. Komt tot Mij, die ver moeid en beladen zijn en Ik zal U rust geven. Daar in „De" schuilkelder, in Chris tus, worden de benauwden tot rust ge bracht, als Hij 't fluistert: „Zie Ik ben Uw heil. Bij Mij zijt ge veilig voor alle aanslagen." Daar wordt ervaren dat de schuld eiser bevredigd is in 't offer Zijns Zoons en dat Hij geen zonde meer in zijn Ja cob en geen overtreding in Zijn Israël ziet. Daar worden de bedroefden getroost door Hem, die méér troosten kan, dan een moeder troost. Daar wordt de rust geschonken in 't vette van Zijn huis gesnaaakt. ,,Saevis Aranquilles in undis". Veilig te midden van de woedende golven. Laat dan de hemel donker zien. De bange wereldzeeën aanstormen. De bergen verzet worden in 't hart van de zee. Die deze schuilplaats kennen zullen vernachten in de schaduw des Almach- tigen. Temidden van allerlei ramp en leed mogen ze 't moede hoofd laten rus ten in de trouwe Middelaarsarmen van Slons Borg en hun reeds sluimerende lippen prevelen vertrouwend: „Bij U schuil ik!" M'harnis. C. J. Kesting. Op het congres zelf konden velen de houding van Attlee, de leider der La bourpartij, niet verklaren. Men had van hem verwacht, dat hij van tijd tot tijd de Bevanieten te lijf gegaan zou hebben en ze er van langs zou hebben gegeven. Hij zat echter op een nota-bloo het een of ander te tekenen en deed net als of hij het gehoorde niet zo erg vond. Na het congres gaf de Labourpartij duidelijk te verstaan, dat zij het optre den der Bevanieten niet langer kon ge dogen. De Labourpartij moest naar buiten één eenheid vormen en de besturen wa ren geroepen de met een meerderheid genomen besluiten, uit te voeren. Een partij in de partij kon niet wor den toegestaan. Zij stelde een ultimatum en eiste, dat opgerichte verenigingen naast de wettelijke verenigingen der partij moesten worden ontbonden. Bevan heefteen vergadering belegd en daarop al de Labour parlementsleden uitgenodigd. Hij wilde zijn beleid uiteen zetten en een debat trachten uit te lok ken. Op slechts een heel enkele uitzonde ring na zijn er geen andere parlements leden verschenen, dan die van zijn eigen groep. Met enige zorg vroeg men zich af wat de Bevan groep zou doen, want als deze groep de partij zou verlaten, was het zeker, dat bij een volgende verkiezing Labour niet weer aan het bewind zou komen. Bovendien werd gevreesd, dat het communisme dan ook grotere invloed zou krijgen en dat, om meer aanhang te winnen, de Bevanieten de Labourpar tij zouden gaan overbieden. Zoals de stand van zaken nu is, is Bevan voorlopig gezwicht voor de druk der partij leiding. Hij heeft de eis inge willigd om zijn groep te ontbinden. Hiertegenover staat, dat de partij lei ding een concessie heeft gedaan en in de commissies van het partij bestuur voor de Bevanieten enkele plaatsen heeft ingeruimd. Zo zou Bevan zelf ge kozen zijn in de internationale commis sie, die beslist over de buitenlandse po litiek, die de Labourpartij voorstaat. Voorlopig is het bezwaar voor scheu ring van de baan. Al wordt de groep van Bevan ontbonden, zijn ideeën vin den echter steeds grotere aanhang. De toekomst zal het leren of het mo gelijk is verder de eenheid te bewaren. Kenya De Engelse minister Lyttelton is be reids in Kenya gearriveerd. Hij heeft te Nairobi direct een persconferentie be legd. Hierop deelde hij mede, dat in het (Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom)

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1952 | | pagina 1