r
„De Fruitcentrale"
Iste soort Druiven
50 cent per pond.
Buitenland
Stenen Watermolen te Dirksland
fervor min^óda^
25ste Jaargang
CHB. WEEKBLAD OP GEBEFOBMEËBDË GRONDSLAG
VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
31 OCTOBER
*^tt h&t
3<.ykoenót
I
er=>
B. V. d. VEER
BANANEN
70 cent pex pond
Profiteert van de gelegenheid.
Zie de Fruit-etalages
Hoe het vroeger was
Gebouwd in 1731 - Afgebroken in 1915.
MEDITATIE
,In de schuilkelder"
Zaterdag 1 November 1952
No. 2161
BedactiebureauPr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHARNIS
TELEFOON K1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8
Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729
Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017
Verschynt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag
ABONNEMENTSPRIJS: f 1.70 PER KWARTAAL,
ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm.
Bij contract speciaal tarief.
31 October is de dag van de herden
king van de Kerkhervorming. Op vele
plaatsen in ons land verenigen brede
scharen zich in de kerkgebouwen om
het grote feit te herdenken dat Dr
Kaarten Luther zijn stellingen aansloeg
aan de deur van de slotkapel te Wit-
tenljerg. Daarmede was de strijd voor
en op de grondslag van Gods Woord
begonnen immers Luther grondde zich
in zijn stellingen op Gods Woord. Brak
met de scholastiek bewijsvoeringen ont
leend aan kerkvaders, om de leringen
van de Kerk, waar ze strijdig bevonden
werden met Gods Woord, aan de tradi
tie, aan de bepalingen van Synoden en
aan de uitspraken van mensen, ook al
noemden ze zich Pausen. Gods Woord
en Gods Woord alleen. Dat is het lei
dend beginsel van de Hervorming. Aan
alle menselijke inzettingen en verorde
ningen werd de rug toegekeerd. Alleen
Gods Woord is maatstaf voor leer en
leven. Dat is de grondwet van het Pro
testantse leven.
De Bijbel ze was voor die tijd al zeer
op de achtergrond geraakt. Tot een boek
van welks bestaan men wist, maar dat
weggeborgen in kasten en schrijnen, dat
vastgelegd aan kettingen in kloosters
en kerken niet open geslagen werd om
daaruit de beginselen des levens te put
ten. Leken en geestelijken ze kenden
Gods Woord niet. Uitspraken van kerk
vaders, allerlei fabelen over het leven
der heiligen, nietige beuzelingen vorm
den de stenen waarmede men de scha
re voedde inplaats van met de eeuwig
durende beginselen van Gods Woord.
Grote onwetendheid en bijgeloof waren
daarvan het gevolg, yaar Gods Woord
wordt gemist tieren onwetendheid en
bijgeloof. Dat wordt bewezen tot zelfs
in deze verlichte eeuw. Waar Gods
Woord gesloten wordt daar komt onwe
tendheid en dom bijgeloof de geest ver
vullen van zelfs de wetenschappelijke
mens van deze tijd. De weg der zalig
heid werd niet meer gekend, omdat de
Roomse kerk de Bijbel en daarmee de
weg der zaligheid voor het volk verbor
gen hield. Slechts wat menselijke von
den en verzinsels moesten het volk voe
den. Dat nu ging veranderen. Neen niet
Luther, maar God zelf heeft in de Her
vorming in de Reformatie Zijn Woord
aan de Kerk teruggeschonken.
De Hervormers hoe hoog te eren, zijn
slechts de instrumenten in 's Heeren
hand om Zijn Woord weer aan de Kerk
te schenken. Neen niet Luther sta bij
de herdenking op de voorgrond. Van
Luther moet men hoger op tot God. Die
moet geëerd en geprezen omdat Hij
door middel van de Hervormers de
grootste gave, Zijn Woord, aan de Kerk
heeft geschonken. De grootste gave. In
derdaad. Neem Gods Woord weg. Niets
dan een akelige nacht van duisternis
blijft over.
De Hervorming is waardig te worden
herdacht. Luther, Calvijn, e.a. mogen
als dienaren, als instrumenten niet wor
den vergeten, maar God komt er de lof,
eer en dank voor toe, dat Hij Zijn Woord
terug schonk in de Kerk.
De Hervorming is waardig te worden
herdacht. Hervormingsdag diende een
Protestantse feestdag te zijn bij uitne
mendheid. Ben dag van blijdschap, van
vreugde voor het elkaar toezenden van
geschenken naar analogie van het Pu
rimfeest.
De Joden vierden aldus hun blijdschap
omdat God ze verlost had uit de hand
van hun vijanden. Door de Hervorming
zijn we verlost uit de stikdonkere nacht
van bijgeloof en onwetendheid van het
Pausdom. Een meerdere erkenning van
de betekenis van Hervormingsdag mocht
onder de Protestanten wel gevonden
worden. Is niet in vele plaatsen van ons
land de Hervormingsdag aan de verge
telheid prijs gegeven.
Op andere plaatsen kan ternauwer
nood de kracht worden opgebracht om
's avonds met de gemeente te vergade
ren teneinde Gods zegeningen te her
denken.
Neen Hervormingsdag vindt onder ons
Protestanten niet de waardering: die de
ze dag verdient. Ook niet op ons eiland
en in de omgeving. Neen heilige dagen
kennen we niet. Omdat er in Gods
Woord niet over gesproken wordt, bui
ten de Z^dag. Maar daarom is het niet
verkeerd maar integendeel hoogst ge
wenst de daden des Heeren op de daar
toe geëigende dagen te herdenken. Be-
t^r en meer verantwoord dan om mee
te doen als Protestanten aan de roma
niserende invloeden en een Rooms ge
bruik mee te vieren. Op 31 October is
het de herdenkingsdag van de Hervor
ming. Het volk der Hervorming laat de
ze dag vaak onopgemerkt voorbijgaan.
Is er nog wel aanleiding om deze dag
te herdenken. Het Protestantse volk is
zo verdeeld. Voor velen is het begrip
Protestant een vrijbrief geworden om
met God en Zijn dienst te breken, om
's Heeren Woord de rug toe te keren.
Allerlei romaniserende invloeden wer
kten onder ons volk. Niet het minst in
de kerk der Hervorming. Waar velen
terug willen onder de predikanten naar
bisschoppelijke wijding en roomsgetin-
te liturgie.
Waar men zich geen dienaar des
Woords gevoelt zonder de apostolische
wijding in de lijn der bisschoppen. Waar
men de roeping Gods door Zijn Woord
wil vervangen zien door bisschoppelijke
wijding. Met daden de Hervorming ver
loochenen gaat. Is er dan nog wel re
den om 'de Hervorming te herdenken
waar men terugkeren wil naar menselij
ke inzettingen en naar geboden die van
mensen zijn. Juist in zulke tijden als
wij beleven is het noodzakelijk dat men
de Hervorming gedenkt. Dat men de da
den Gods als van onder het stof van
onze dagelijkse beslommeringen weer
helder naar voren brengt. Dat de bete
kenis van de Hervorming weer tot meer
dere bekendheid wordt gebracht. God
gaf Zijn Woord aan de Kerk. Wat wij er
mee doen blijft voor onze rekening.
Gods gave is van onnoemlijke beteke
nis. Het gebruik wat wij er van maken
ligt voor onze verantwoording. Alle ver
val, alle misbruik ligt voor onze ver
antwoording. De grote gave Gods, Zijn
Woord geschonken aan de Kerk, blijft
het grote feit waardig herdacht te wor
den. Verval 'en afval zijn groot. Tv/ist
en verdeeldheid schier grenzeloos.
Dat alles is van de mens. Vloeit voort
uit het misbruik van de gave Gods.
Maar de grote weldaad Gods blijft. En
die moet worden herdacht. Tot lering en
onderwijzing van ons en onze kinderen.
Rome wast, het brute ongeloof steekt
meer en meer driest de kop op. Het
Christendom wordt ontkerstend, zinkt
terug in de duisternis van het moderne
heidendom. De machten van ongeloof en
revolutie klopppen op de deur der ker
ken, der huizen en der harten. Schudden
aan de fondamenten van het Christen
dom. Maar 's Heeren Woord houdt stand,
't Is in de Hervorming ons geschonken
Velen onzer verloochenen het. Maar
Gods Woord houdt stand en zal zege
vieren. In de Hervorming heeft God het
geschonken. Ons ten zege niettegen
staande afval en verval, in spijt van on
geloof en bijgeloof.
Daarbij bepaalt ons Hervormingsdag.
Daarvan getuigt 31 October. Daarom is
die dag waardig herdacht te worden on
der het motto ,,God gaf ons Zijn
Woord."
Verlotingen Amesius Schopen
hauer, Kuiper en Geesink over
het lot Loterij voor christelijke
en weldadige doeleinden. In
strijd met Gods gebod.
Het is tegenwoordig een merkwaar
dig verschijnsel, dat bij „Winkel-weken",
bazars en andere gelegenheden om hei;
publiek te trekken, de verlotingen zo
zeer in zwang komen. Men weet daarbij
handig de Loterij-wet te ontduiken door
een liefdadige instelling in te schakelen,
om zodoende aan de greep van de jus
titie te ontkomen. Maar niettemin blijf t
het ,een verloting", een .kansspel" en
de belijders der Waarheid, die er krach
tens hun beginsel tegen moesten zijn,
doen er bewust of onbewust aan mee.
Het kan daarom nut hebben, om over
verlotingen en het lotsspel in het alge
meen, iets te schrijven. Het is toch wel
noodzakelijk te weten, in hoever een
christen van het lot gebruik mag ma
ken.
Loten behoort tot het buitengewone
middel (dus niet het gewone) om de be
stiering van den Almachtige te weten.
De Heilige Schrift spreekt daarom zelf
van het lot: het doet de geschillen op
houden (Spr. 18 18) en het lot wordt
in de schoot geworpen, maar het gehele
beleid daarvan is van den Heere." En
nog op veel meer plaatsen wordt in de
Bijbel van het lot gesproken. In Israels'
Godsdienstig en burgerlijk leven kwam
het lot telkens als een geoorloofde han
deling voor. Ook nu nog mag het lot
gebruikt worden, in gevallen, waar het
niet anders kan.
Amesius gaf van het lot de volgende
definitie: „dit lot is een bede, om een
Goddelijk getuigenis te kennen te ge
ven, tegenover bloot natuurlijke zaken,
tot het doen opheffen van strijd." Hij
noemt het dus bidden", een heilige
zaak. Wanneer een andere wijze van be
slissen mogelijk is, mag men dus het lot
niet gebruiken. Wel is het geoorloofd
wanneer er bv. bij bestuursverkiezingen
(na herhaalde stemming) een precies
gelijk aantal stemmen is, dan kan het
niet anders, of het lot moet de gekoze
ne uitmaken.
Het lot kan dus genoemd worden „een
beroep op Gods Voorzienigheid." En
waar dit zo is, komt hieruit vast te
staan, dat het zondig is, van loterij en
kansspel gebruik te maken. Het lot is
heilig en het wordt door de wereld in
de sfeer van het onheilige getrokken.
Het gaat om de kansen, om de ,,gril van
het fortuin." Daarom ook is het kaart
spel uit den boze. Schopenhauer, de on
gelovige Duitse wijsgeer noemde het
kaartspel: „een verklaard bankroet aan
gedachten; want omdat de spelers geen
gedachten hebben uit te ruilen, ruilen
zij kaarten uit, en zoeken elkaar gul
dens af te nemen!" De religieuse bezwa
ren gaan echter dieper: geluk en for
tuin 'zijn de geheimzinnige machten die
naast of in de plaats van God worden
geplaatst. Wie wint heeft fortuin, wie
verliest wordt door „Fortuna" niet ge
diend.
Dr. A. Kuyper in E Voto (I blz. 219)
is daar ook tegen te velde getrokken.
„Van meet af zo schrijft hij zijn
onze vaderen kloek en kras tegen alle
lotspel opgekomen." Men moet, zo zegt
hij daar zichzelf en zijn kinderen niet
aan wennen, want daarmee sterkt men
de zondige-neiging van zijn hart en doet
ongemerkt afbreuk aan zijn geloof. Als
men ziet, hoe lieden van aanzien aan de
speelbank soms hun halve vermogen op
een worp zetten en zelfs prinsen en vor
sten daaraan meedoen; hoe op de beurs
in effecten en waren gespeeld wordt
met een drift en een hartstocht, die aast
op het goed, dat hun de fortuin in de
schoot zal werpen; dan voelt men eerst
récht, hoe ontzettend diep onze maat
schappij aan het geloof aan Gods voor-
Telefoon 2682 Westdijk 36
MIDDELHABNIS
DE SPECIAALZAAK voor
GROENTEN, FRUIT en
DELICATESSEN.
Keurig opgemaakte
Fruitmanden en Fruitschaaltjes.
Vraagt onze geurige vers gesne^n
SOEPGBOENTE
AUe ingrediënten voor een
Bijsttafel.
zienigheid ontvallen is en er lust aan
heeft om te drijven op het fortuin."
Prof. Dr. W. Geésink in ,,Van 's Hee
ren Ordinatiën" npenit het .loten. „Pro-
fanatie van den Naam des Heeren. Het
is met name op dezen grond dat alle
lotspel door onze gereformeerde mora
listen is veroordeeld. Zij zagen er voor
de Christen, een zonde in tegen het der
de gebod."
Als we zo „het loten" zien, dan leidt
dit tot de consequentie, dat we ook aan
z.g. onschuldige loterijen niet kunnen
deelnemen. Vanzelfsprekend blijft er
voor de Staatsloterij geen enkel goed
woord over, maar ook de zgn. welda-
digheidsloterijen zijn om die redenen te
veroordelen. Er kan nu geen bazar wor
den gehouden, of er moet een verloting'
aan worden verbonden. En nu is dit wel
voor een liefdadig doel, maar in zijn
diepste wezen is het toch het misbruik
van het lot. Men verwacht de zegen niet
van God, maar van het „geluk", en men
doet daarmee tekort aan de erkenning
van Gods voorzienig bestel. Er is wel
een gradueel verschil tussen de „loterij
van de wereld'" en die der christelijke
liefdadigheid" essentieel zijn ze echter
een.
Wij meenden goed te doen zij het
in het kort daar eens op te wijzen.
Wij vragen ons vaak af bij gelegenhe
den- als boven genoemd, weet men geen
andere attracties te vinden om het pu
bliek te trekken dan door een loterij?
Het kansspel moet altijd weer worden
ingeschakeld, het gaat ten deze van
kwaad tot erger. We zijn het met Dr
Kuiper eens, dat wij, noch onze kinde
ren, daaraan moeten wennen.
Wij menen, dat organisators, die op
de grondslag van Schrift en Belijdenis
staan, hierop hebben toe te zien en zich
er tegen hebben te verzetten.
WAARNEMER.
Indo-China
Het Vietnamese volksleger heeft 14
dagen geleden in Vietnam weer het of
fensief geopend tegen de Franse strijd
krachten. Volgens de berichten opere
ren zij niet ongunstig.
Omdat de eerste mededelingen tame
lijk verontrustend waren voor de Fran
sen is er in het Franse parlement een
verklaring afgelegd.
Toegegeven v/erd dat de Franse troe
pen zich terugtrokken voor de zware
druk.
De Vietnamese volkslegers worden
ook gesteund door communistische vrij-
vrtlligers. Op Chinees grondgebied moe
ten de troepen gelegenheid hebben ge
had om zich te hergroeperen en zich be
hoorlijk van nieuw materiaal te voor
zien.
De Fransen zijn de zwarte rivier over
getrokken en hadden hoop aldaar de
Communisten te keren. Op een tweetal
plaatsen moet echter de vijand ook
reeds de rivier zijn overgestoken en plm
10 km de Franse verdediging zijn bin
nengedrongen.
Tot nu toe zijn de Franse reserves
nog niet in de strijd geworpen. Verwacht
wordt, dat deze in actie zullen komen
als de plaats Hanoi in gevaar komt.
Frankrijk heeft reeds meer dan 2
jaar bij Amerika aangedrongen op de
levering van wapens en steun zowel aan
manschappen als aan geld!
Terecht wijst Frankrijk op het feit,
dat de strijd in Indo-China gelijk is
aan de oorlog op Korea.
Hoe het verloop verder zal zijn, dur
ven wij thans nog niet zeggen. Dit is
echter zeker, dat de strijd aldaar met
zorg wordt gadegeslagen. De luchtmacht
kan vanwege het ongunstige weer bijna
niet ingrijpen.
Soedan
Volgens de Jaatste berichten moet ge
neraal Naguib met de leider van de Soe-
danese Oemma partij onderhandeld heb
ben over de toekomstige status van de
Soedan. Zij moeten airede een voorlopig
accoord hebben bereikt, dat door beide
partijen is ondertekend.
Ruim een maand geleden hebben En
geland en Egypte eveneens besprekin
gen gehad over de Soedanese kwestie.
De hervormingen, die Engeland voor
stelde, moeten toen grotendeels zijn
overgenomen.
Om deze reden is de Engelse regering
tamelijk optimistisch gestemd en hoopt
zij dat dit netelige probleem, dat enkele
jaren grote zorgen heeft gebaard, tot
oplossing zal worden gebracht.
De bedoeling^ van generaal Naguib
zijn nog moeilijk te peilen. Er zijn ogen
blikken, dat hij zich betoond als een zeer
rustig en inschikkelijk diplomaat, die
langs wettige weg op verstandige'wijze
het goede voor zijn volk zoekt.
Andere ogenblikken, vooral als het
binnenlandse aangelegenheden betreft,
doen vrezen, dat hij zeer eenzijdig als
dictator optreedt en de belofte, dat hij
Egypte democratisch geregeerd wil zien,
meer woorden dan daden zijn.
Om echter een juist oordeel te vor
men, zou men volledig van alle omstan
digheden op de hoogte moeten zijn.
Engeland
Het optreden van Bevan en zijn vol
gelingen deden zeer terecht de vrees
ontstaan, dat de Engelse Labourpartij
verscheurd zou worden.
De polder van
Dirksland is een
laag gelegen pol
der. In vroegere
tijden kwam het
voor, dat bij hoge
vloeden het water
door dammen en
vloeiplanken uit
het dorp moest
worden gehouden.
Om hierin te voor
zien is in het jaar
1731, op last van
Dijkgraaf en Ge
zworenen en met
goedvinden d'er In
gelanden, een zeer
mooie, stenen wa
termolen gebouwd,
om op deze wijze
het overtollige wa
ter weg te wer
ken. Van 'deze bij
zonder fraaie wa
termolen, die he
laas is afgebroken,
geven we hieron
der een afbeelding.
De molen stond in de polder „Dirks
land" en sloeg het water in de Boe
zem, die op de haven uitloost.
Als een bijzonderheid kan over de
ze molen worden gemeld, dat de wa
termolenaars bijna uitsluitend uit
één familie waren.
De eerste, die de molen bediende
was Bastiaan Molenaar van 1731 tot
1764.
Daarna kwam de bediening in de
familie Zoon: Cornells Zoon werd in
1764 molenaar, die opgevolgd werd
door Hermanus Zoon, die molenaar
was tot 1836. Hij kwam ongelukkig
aan zijn einde, want hij werd bij
stormweer door de molen doodgesla
gen.
Dan volgde Jan Zoon van 1836 tot
1894; Klaas Zoon, van 1894 tot 1914;
Marinus Zoon van 1914 tot 1942 en
thans Leendert Zoon van 1942 tot
heden. (de.laatste niet als molenaar,
maar als machinist.)
Letterlijk ging dit beroep dus wel
van vader op zoon. Jan Zoon, met ho
ge zijden pet, die op de foto naast
de molen staat, vervulde deze taak
ruim 58 jaar. Had hij in onze tijd
geleefd, zou hij zeker geridderd zijn
geworden.
In 1915 is de molen afgebroken;
een stomp is er blijven staan. iSr is
een diesel-gemaal ingebouwd.
Het Kon. Ned. Metereologisch In
stituut te De Bilt heeft bij dit
stroomgemaal een regenmeter staan
en ook een apparaat om de wind
kracht op te nemen.
Het valt zeer te betreuren dat deze
mooie molen bij het inbouwen van
het Dieselgemaal is afgebroken. Een
artistiek stuk, dat het vlakke land
schap beheerste, is er, o.i. onnodig,
door weggenomen. Jammer.
De Bevanieten hadden een eigen nieuws
blad, richtten eigen verenigingen op en
hielden aparte vergaderingen voor hun
groep.
Na het Labourcongres, dat de vorige
maand gehouden is, hebben de leiders
de koppen bij elkander gestoken en de
touwtjes strak aangehaald.
Bij U schuil ik
Ps. 143 9b.
Deze Psalm is door David gemaakt op
één van zijn vele zwerftochten, benauwd
zijnde door zijn vijanden.
De dood grijnsde hem tegen, de on
dergang dreigde. Uitkomst zag hij ner
gens. Wat doet David in deze zorgelijke
omstandigheden
Gaat hij steunen op eigen krachten?
Hulp zoeken bij vreemde mogendhe
den?
Vertrouwt hij op zijn gemobiliseerde
leger
Op zijn staatsmanskunst? Neen, Da
vid heeft het geleerd: Vest op prinsen
geen betrouwen. Waar men nimmer heil
bij vindt.
In deze ernstige tijdsomstandigheden,
neemt hij de toevlucht tot de Enige, die
helpen kan. En in blijde, vertrouwende
geloofsjubel klinkt het: „Bij U schuil
ik".
Is deze belijdenis ook de onze Ook
wij beleven weer benauwende tijden.
Twee machtige wereld beschouwingen,
Communisme en Humanisme (al of niet
christelijk getint) dreigen geheel de we
reld te gaan vervullen.
Helaas, het zijn geen geesten uit God,
Er wordt vandaag aan de dag gepro
beerd om Beëlzebub met de Satan te
verdrijven, en naar 't Woord der Schrift
is dit onmogelijk. Het is om deze reden,
dat we maar zo weinig vertrouwen kun
nen hebben in alle maatregelen die op
militaire en politiek-terrein genomen
worden. Op gevaar af voor achterlijk
versleten te worden, durven wij nog al
tijd Gods Woord onderschrijven dat ons
leert. Wie God verlaat, heeft smart op
smart te vrezen. Zo ziet U de wereld
zich klaar maken om zichzelf straks in
een ongekend, haast niet in denkbare
vernietiging te storten.
Is 't wonder dat de gestichten voor
krankheid der zinnen totaal gevuld zijn?
Dat zelfmoord aan de orde van de dag
is? Dat de massa zich stort in een roes
van jolijt en festijn, om maar een ogen
blik niet te behoeven denken aan dat
wat is en komen gaat?
Velen vragen twijfelmoedig: ,,Wie zal
ons het goede doen zien?"
Juist dan, klinkt 't van de lippen van
Gods kind: ,jBiJ U schuil ik."
Machtige schuilkelder! Daar treft U
geen bom, daar deert U geen gas. En
dan bedoel ik, dat in de eerste plaats
niet letterlijk. Zeker Gods bewarende
hand is in de geschiedenis zo vele ma
len door Zijn kinderen gevoeld. En zon
der de wil van hun hemelse Vader zal
er nimmer éên haar van hun hoofd ge
krenkt worden. Maar dit is 't machtigste
't heerlijkste niet. Tenslotte lazen we in
de krant, dat er thans in Amerika,
iemand in de rotsen een grot heeft ont
dekt die absoluut veilig is voor iedere
aanval van Atoom of H.-bornmen. Neen
't heerlijke, 't machtige van deze schuil-
Jtelder is, dat we daar 't rumoer van de
Wereld volkomen vergeten. Daar zien we
Jezus en Jezus alleen. Dan klinkt 't op:
Maar 't is mij goed, mijii zaligst lot
Nabij te wezen }3ij mijn God, of ook:
In de grootste smarten.
Blijven onze harten
In de Heere gerust.
Daar worden we niet op rantsoen ge
steld. De Heere heeft brood en water,
wijn en melk, boter en honing genoeg
voor allen, die schuiling bij Hem zoeken.
Geen vrees beklimt daar 't gemoed
voor degenen, die 't lichaam kunnen do
den. Als God vóór ons is, wie zal tegen
ons zijn? Wie zal ons scheiden van de
liefde van Christus? Paulus zingt in die
schuilkelder: Ik ben verzekerd, dat noch
dood, noch leven, noch enig schepsel mij
zal kunnen scheiden van de liefde Gods.
Bij U! Kent ge dien God? Kent ge
Hem als Uw schuilplaats in nood? Bij
U m'n Koning en m'n God verwacht mijn
ziel een heilrijk lot.
Wie zijn 't nu eigenlijk, die deze
schuilplaats kennen?
We lezen van David, dat tot hem in
de spelonk van Adullam kwamen, de be
nauwden, die een schuldeiser hadden en
die bitter bedroefd van geest waren.
Benauwden. Aangevochten door Sa
tan, wereld en eigen vlees.
Benauwden door de bange tijd, door
hun openstaande schuld.
Ik zie voor 's vijands haat gevloden
Mijn leven in 't stof vertreên.
Ik lig helaas gelijk de doden
Omringd door nare duisterheên.
Die een schuldeiser hadden. Hebt U
er een Dat ge het met de dichter moest
erkennen: 'k Erken mijn schuld, die U
tot straf bewoog. God is onze schuld
eiser. Onze schuld is zo peilloos groot en
wij zijn zo dodelijk arm. Duizend talen
ten schuld en geen penning om te be
talen.
Bitter bedroefden. Bedroefd om hun
zonden. Bedroefd om hun tegenstand te
gen de Heere. Bedroefd omdat ze geen
uitkomst zien. Zeer gebogen en versla
gen, moe van 't klagen, ga ik al de dag
in 't zwart.
Zie, zulken vinden een schuilplaats bij
Hem.
Zulken biedt Hij zijn Zoon tot een ver
zoening der zonden. En die Zoon roept
't dezulken toe. Komt tot Mij, die ver
moeid en beladen zijn en Ik zal U rust
geven.
Daar in „De" schuilkelder, in Chris
tus, worden de benauwden tot rust ge
bracht, als Hij 't fluistert: „Zie Ik ben
Uw heil. Bij Mij zijt ge veilig voor alle
aanslagen."
Daar wordt ervaren dat de schuld
eiser bevredigd is in 't offer Zijns Zoons
en dat Hij geen zonde meer in zijn Ja
cob en geen overtreding in Zijn Israël
ziet.
Daar worden de bedroefden getroost
door Hem, die méér troosten kan, dan
een moeder troost.
Daar wordt de rust geschonken in
't vette van Zijn huis gesnaaakt.
,,Saevis Aranquilles in undis". Veilig
te midden van de woedende golven.
Laat dan de hemel donker zien.
De bange wereldzeeën aanstormen.
De bergen verzet worden in 't hart
van de zee.
Die deze schuilplaats kennen zullen
vernachten in de schaduw des Almach-
tigen. Temidden van allerlei ramp en
leed mogen ze 't moede hoofd laten rus
ten in de trouwe Middelaarsarmen van
Slons Borg en hun reeds sluimerende
lippen prevelen vertrouwend: „Bij U
schuil ik!"
M'harnis.
C. J. Kesting.
Op het congres zelf konden velen de
houding van Attlee, de leider der La
bourpartij, niet verklaren. Men had van
hem verwacht, dat hij van tijd tot tijd
de Bevanieten te lijf gegaan zou hebben
en ze er van langs zou hebben gegeven.
Hij zat echter op een nota-bloo het
een of ander te tekenen en deed net als
of hij het gehoorde niet zo erg vond.
Na het congres gaf de Labourpartij
duidelijk te verstaan, dat zij het optre
den der Bevanieten niet langer kon ge
dogen.
De Labourpartij moest naar buiten
één eenheid vormen en de besturen wa
ren geroepen de met een meerderheid
genomen besluiten, uit te voeren.
Een partij in de partij kon niet wor
den toegestaan. Zij stelde een ultimatum
en eiste, dat opgerichte verenigingen
naast de wettelijke verenigingen der
partij moesten worden ontbonden.
Bevan heefteen vergadering belegd
en daarop al de Labour parlementsleden
uitgenodigd. Hij wilde zijn beleid uiteen
zetten en een debat trachten uit te lok
ken.
Op slechts een heel enkele uitzonde
ring na zijn er geen andere parlements
leden verschenen, dan die van zijn eigen
groep.
Met enige zorg vroeg men zich af wat
de Bevan groep zou doen, want als deze
groep de partij zou verlaten, was het
zeker, dat bij een volgende verkiezing
Labour niet weer aan het bewind zou
komen.
Bovendien werd gevreesd, dat het
communisme dan ook grotere invloed
zou krijgen en dat, om meer aanhang
te winnen, de Bevanieten de Labourpar
tij zouden gaan overbieden.
Zoals de stand van zaken nu is, is
Bevan voorlopig gezwicht voor de druk
der partij leiding. Hij heeft de eis inge
willigd om zijn groep te ontbinden.
Hiertegenover staat, dat de partij lei
ding een concessie heeft gedaan en in
de commissies van het partij bestuur
voor de Bevanieten enkele plaatsen
heeft ingeruimd. Zo zou Bevan zelf ge
kozen zijn in de internationale commis
sie, die beslist over de buitenlandse po
litiek, die de Labourpartij voorstaat.
Voorlopig is het bezwaar voor scheu
ring van de baan. Al wordt de groep
van Bevan ontbonden, zijn ideeën vin
den echter steeds grotere aanhang.
De toekomst zal het leren of het mo
gelijk is verder de eenheid te bewaren.
Kenya
De Engelse minister Lyttelton is be
reids in Kenya gearriveerd. Hij heeft te
Nairobi direct een persconferentie be
legd. Hierop deelde hij mede, dat in het
(Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom)