VWEM5Ï r KENYATTA Buitenland Wielenkkdmg „De Fruitcentrale" Iste soort Druiven Monumentale poortpalen van „De Boomvliet" 50 cent per pond. V. 25ste Jaargang CHK. WF.KKBLAD OP GEKEFORMEEKDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN De onrust in Kenya de „brandende, ópeer" HV. Ruime sortering JAPONNEN en JAPONSTOFFEN Extra goedkope aanbieding Heren-interlock, Lingerie katoen en Blauw keper B. V. d. VEER Zaterdag is het nog Druivendag Profiteert van de gelegenheid. Zie de Fruit-etalages MEDITATIE Geloofsvarwondering Hoe het vroeger was K.a.z. Zaterdag 25 October 1952 No. 2159 Redactiebureau Pr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHARNIS TELEFOON K1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8 Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij TelefK 1870 - 2729 .Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017 ABONNEMENTSPRIJS: f 1.70 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bij contract speciaal tarief. Versch^nt tweemaal per week. Woensdag- en Zaterdag Sinds enige tijd zijn in de pers be richten verschenen over de heersende onrust in Keneya, een kolonie en protec toraat van Engeland. Het is gelegen in Oost-Afrika, ten Zuiden van Ethyopië (Abessynië) tussen de Indische Oceaan en het Victcvria-meer. Het land heeft een oppervlakte van ruim 570.000 vierk km. De hoofdstad ervan is Nairobi. Het aan tal Inwoners bedraagt 5 millioen. De inheemse bevolking heeft reeds ve le jaren met grondgebrek te kampen wat voor velen van hen tot gevolg heeft gehad, dat landbouw en veeteelt geen voldoende bestaan meer opleverden. Dit bracht met zich mee dat zeer veel in boorlingen (negers- in uitermate moei lijke omstandigheden kwamen te ver keren. Daarentegen bezitten de blanken in Kenya prachtige landerijen. Deze land bouwgronden zijn verkregen door hard werken en door toepassing van de meest moderne landbouwmethoden. Maar hier staat weer tegenover, dat de inheemse bevolking deze gronden nooit zelf had kunnen ontginnen; en ook de thans nog beschikbare gronden zul len niet met de inheemse landbouw methoden met voldoende resultaat in cultuur kunnen worden gebracht. Het is een bekend feit, dat mensen, die in moeilijke omstandigheden verke ren, zeer makkelijk te beïnvloeden zijn. Het behoeft dan ook niet te verwonde ren, dat de geheime secte, de Mau Mau onder de negers een dankbaar arbeids veld vindt. Want het is de Mau, Mau, die verantwoordelijk is voor de heersenr de onrust in Kenya. Dit geheime genootschap telt voorna melijk haar aanhangers onder de Kikoe- joe's, een negerstam die meer idan 1 millioen zielen telt. Naar schatting zou thans reeds 50 S. 60 van de Kikoejoe-stam tot het lid maatschap van de Mau Mau zijn overge haald. De voornaamste doelstelling van de Mau Mau is de verdrijving van het blan ke ras uit Kenya. Als deze verdrijving een feit is wil men overgaan om het land onder de eigen bevolking te verdelen. De kracht van deze geheime organi satie ligt o.m. in een eed, die voor het lidmaatschap moet worden afgelegd en die verplicht opdrachten, door de Mau Mau verstrekt, onvoorwaardelijk en zonder enige tegenspraak uit te voeren. Bovendien moeten de leden inlichtingen over hun andere stamgenoten verstrek ken. Als deze eed is afgelegd volgt de installatie. Deze installatie gaat met een hele ceremonie gepaard. Het nieuwe lid wordt zeven maal een rauw stuk vlees om het hoofd gewonden. Vervolgens moet de nieuweling zeven maal het bloed van -een dier, waar men zegt een schaap, drinken en daarna eveneens zeven maal in het hart van datzelfde dier bijten; Ook schijnt de nieuw toegetredene nog zeven sneden in de rechterarm te krij gen, waarbij het bloed wordt opgevan gen en later weer op de borst van het geïnstalleerde lid wordt gesmeerd. Na al lerlei bezweringen e.d. is de neger dan in de Mau Mau ingelijfd. Verbreking van de afgelegde eed brengt de wraak van de Mau Mau over zulk een. Het is dan ook begrijpelijk, dat de eenmaal toege treden leden de eed niet licht zullen, ver breken. Daarvoor zit de primitieve in boorling nog te veel in de kluisters van het bijgeloof. Het is echter niet alleen de Mau Mau, die de laatste tijd meer en meer voor het voetlicht treedt. Het staat thans wel vast, dat de Mau Mau hulp in andere vormen ontvangt van de voornaamste politieke organisatie der inheemse bewo ners van Kenya, de Afrikaanse Unie. In de afgelopen zomer heeft deze Unie reeds van zich doen spreken, toen zij weigerde mee te werken aan de toen gehouden verkiezingen voor de wetge vende raad. In verband daarmee werd destijds al een der vooraanstaande figu ren van de Afrikaanse Unie gearres teerd. Bij de gehouden razzia's van deze week zouden talrijke personen, die me de-verantwoordelijk waren voor de on rust in Kenya gevangen genomen zijn. Hieronder is Jomo Kenyatta, leider, van de Afrikaanse Unie voor Kenya, die ja renlang heeft geijverd voor bestuursher- vormingen. Zijn naam betekent: „bran dende speer". Het werd hoog tijd dat drastisch werd opgetreden. Moord en brandstichting namen hand over hand toe. Op het platteland heerste een waar schrikbewind. Hutten werden in brand gestoken en zij, die weigerden zich aan te sluiten bij de Mau Mau wer den afgerandseld of omgebracht. Ook het vergiftigen van vee behoorde tot de strijdmethoden van de Mau Mau. Het is te hopen, dat de Engelse versterkingen, die in Kenya zijn aangekomen, de toe stand spoedig meester zullen zijn. In ieder geval zal met krachtige hand moe ten worden opgetreden. L V. ERGER DAN EEN TOL Het moderne verkeer eist goede we gen en geen verkeersobstakels. Tijd is geld, Geen oponthoud. Onze tijd houdt van opschieten. Tollen, verkeersobsta kels, als enge bruggen, smalle wegen, gevaarlijke hoeken, en veren. Ze moeten opgeruimd. Veren, ze moeten zo ze uiterst frequent zijn vervangen worden door bruggen. Liefst door tunnels, zo als bij Rotterdam en onder het IJ waar ook plannen voor zijn. En veren. Zo er geen bruggen of tunnels kunnen Komen dan een frequente bediening met moder ne ponten, waar de auto's met het groot ste gemak op en af kunnen rijden, zon der dat ze in elkaar moeten worden ge past als de deeltjes van een ingewik kelde puzzel. En toch er is nog een tol en een veer. Maartensdijk en Middelhamis. De laatste der Mohikanen. Maartens dijk met zijn tol. Een tol met een taai leven. Wijlen ridder Floris Vos heeft de tol in de twintiger jaren reeds bestormd. Maar nog is ze er. 't Was mogelijk aan leiding dat Floris Vos later.als geducht tolbestormer in de Tweede Kamer is gekomen. Maar de Maarteadijkse tol is er nog. Inspijt van de promoties en avances va.n Floris Vos. Tot grote ergernis van de weggebruikei's. Een tol op een hoofdverkeersweg in het centrum van ons land. Een vreselijk anachronisme in deze tijd. Maar Maar tensdijk moet de weg onderhouden. Waar de provincie Utrecht deze weg als een tertiaire vreg- klassificeert wat de gemeente Maartensdijk slechts een bij drage van 900.per km opbrengt en waar deze weg een jaarlijkse uitgaaf vordert van 150.000 gulden daar kan Maartensdijk niet buiten de opbrengst van een tol. Werd deze weg gerekend tot de secun daire dan werd Maartensdijk een vergoe ding uitbetaald van 1400.per km. Een enigszins betere basis. Maar al met al op deze drukke verkeersweg bestaat i nog een tol. De duizenden auto's die er passeren moeten tol beTal^n. Vanzelf een oponthoud. Op zeer drukke dagen een obstakel. En toch geregeld een kwestie van vaart minderen of even stoppen. Een paar minuten gaan licht verloren. Ongerief, ongemak en ergernis voor de talrijke weggebruikeTS. Maar dan het veer van Middelhamis. Erger dan een tol. Vanzelf een veer blijft een veer. Maar 't is een groot ver schil of een veer met moderne boten be diend wordt of met boten krachtens bouw en ouderdom geheel ongeschikt voor autovervoer. Met moderne ponten is een veer eer\ verlengstuk van de weg. Zoals het nu is is het een obstakel in het verkeer. Bij de Maartendijkse tol een oponthoud van enige minuten. Hier van mogelijk evenveel uren. Met een zeer hoog veer- recht. En dan het passen en meten met de wagens. Een geschikte plaats om examen af te nemen voor het rijbewijs. Zeker wat de behendigheid in het sturen betreft. Om maar niet te spreken van schrammen en lichte beschadigingen. Maartensdijk heeft zijn tol. MiddelhaT- nis en Flakkee zijn veer. Beide verkeers obstakels. Maar het veer is erger dan de tol. Voor de tol wat ongerief en on gemak. Voor het veer niet zelden tijd verlies van vele uren en daarenboven dure veergelden welke een zware druk leggen op de economie van ons eiland. Afrika Sedert enkele jaren broeit het in de Afrikaanse koloniale gebieden. Frankrijk heeft het moeilijk in Tunis, Marokko en Algiers, terwijl in het Zuir den van Afrika de inheemsen het lang niet eens zijn met de blanken. üi de Zuid-Afrikaanse republiek komt het ieder ogenblik tot botsingen. Geluk kig is hiervan de aard nog niet ernstig en blijft het bij dreigementen en losse stakingen, doch dat neemt niet weg, dat de ontevredenheid er is en blijft. De negers willen dezelfde rechten heb ben als de blanken. Wanneer hier niet met uiterste voorzichtigheid wordt te werk gegaan, wordt in de toekomst ge vreesd voor ernstige onlusten. Het communisme wint onder de zwar- Ooltigenspiaat Ambachtsheren hebben op Goeree en Overflakkee altijd grote betekenis ge had. Ook in de kerk. Velen herinneren zich nog wel hoe menige gemeente bij een beroep de goedkeuring van de heer van het dorp nodig had. Vaak was dit een formaliteit en handelde de am bachtsheer volkomen naar de wens van de kerkeraad. Soms echter dreef hij zijn eigen zin door. Dertig jaar geleden kwam in de Ned. Herv. Kerk een eind aan de rechten van derden bij het be- roepingswerk. Er zijn goede en minder goede am bachtsheren geweest. De goeden hebben voor de kerkelijke gemeenten menigmaa' grote betekenis gehad. Stierf zo'n goe de ambachtsheer, dan werd dat door de gemeente oprecht betreurd. Wij behoeven ons daarom niet te ver wonderen over het hier volgend bericht uit Ooltgensplaat, dat de reactie der ge meente beschrijft op het overlijden van de ambachtsheer. Het bericht dateert uit het begin van 1794 en begint: „Op 't onverwagtst wierd deze Gemeente op Zaterdag den 28 December 1793, in diepen rouw ge dompeld, door 't ingekomen bericht, dat twee dagen te vooren, 's namiddags om trent drie uuren, in 's Gravenhage, in den ouderdom van ruim 68 Jaaren, aan de gevolgen van een accident aan 't been, was overleden, onze zeer geliefde Ambachtsheer, de Hoog Edel Welgebo ren Heer Frangois Heer Cornells Baron van Aerssen van Sommelsdijk, Heere van Sommelsdyk, St Adolphsland, dat men noemt Ooltgensplaat en den Bom mel, Vryheer van Spyk, Heere van Craaijestein, beschreven in. de Ridder schap van Edelen van Holland, en' we gens dezelve gecommitteerd in 't Colle- gie van de Edele Mogende Heeren Raa- den van Staaten der Vereenigde Neder landen, Drossaard van Gorinchem, Be windhebber der Oostindische Compag- TEU 1** nie. Hoog Heemraad van Delftsland, Luitenant Houtvester van Holland, ênz. enz., wordende deszelfs verlies niet al leen by de Hoog Edele Welgeboorene Vrouwe Everdine Petronella, Gravinne van Hoogendorp, Douarière van Aers sen en Sommelsdyk en verder Hoogade- lyk Geslacht, maar ook by alle de In gezetenen dezer Heerlykheid zeer be treurd." Enkel ijdelheid Nadat ds Joh. Luiningh op 29 Decem ber zijn gemeente over het afsterven van de ambachtsheer had ingelicht, hield hij op Zondag 12 Januari 1794 een lijkrede „na dat 't ontzielde lyk den 6 January, in 't Hoogadelyk Familiegraf te Som melsdyk, rouwstatig was bygezet." „Ten grondslage van zyn Verhande ling", zo gaat de plaatselijke bericht gever voort, legde ds Luiningh Psalm 39 6 uyt: „Ziet, gy hebt myne dagen een handbreed gesteld, en myn leeftyd is als niets voor u; immers is een yder mensch, hoe vast hy staat, enkel ydel- heid, Sela! en zulks met veele aandoe ning, zo van Spreeker als van Toehoo- rers, welke inzonderheid werden opge wekt ter overdenking van hun eigen broos en kortstondig leven, om al vroeg hunne dagen te leeren tellen, om een wys hart te bekomen. Hebbende 't den WelEd. Achtbare Ma gistraat dezer Plaats by derzelver eer ste samenkomst, behaagt, op eene zeer vereerende wyze, aan zyn Commissie, hun genoegen deswegens te kennen te geeven, en hem voor 't doen van gemel de Lykrede, op 't vriendelykst en ver- plichtendst te bedanken." Natuurlijk werd de overledene ook te Sommelsdijk herdacht. Daar preekte ds M. H. Callenfels over Job 41 2b „Wat onder de ganse hemel is, is het Mijne". Hier' viel de nadruk derhalve op de be- trekkfelijkheid van alle aardse bezit, waarmede Baron van Aerssen van Som melsdijk zo rijk gezegend was. Herldngen Een aantal jaren later, in 1890, stierf mr Reinier Frederik van Staveren, „in zijn Ed. leven Heer van Herkingen en Boxenisse, Oud Raad in de Vroedschap en Hoofdofficier der stad Rotterdam, Be windhebber der gewezen geoctroij eerde Oostindische Compagnie, mitsgader Di recteur van den Levantschen handel." Zijn overlijden werd kort na 28 Au gustus 1809 kerkelijk herdacht. „Onze zeer geliefde Leeraar, de wel eerwaarde zeer geleerde Heer B. Priderichs, heeft den eerstvolgenden dag des Heeren de gedachtenis van deze waardigen overle denen plegtig gevierd met eene doelma tige Lijkrede over Ps LXXXIX 49a Wat man leeft er, aie den dood niet zien zal? In dezelve schetste zijn Eerwaarde ons des overledenen Christelijk en voor de Maatschappij en geleerde wereld zoo nuttig, als werkzaam leven zeer juist af, ,en wekte ons op, om ,terwijl er geen mensch gevonden wordt, hij mag oud of jong, deugdzaam of goddeloos, rijk of arm, sterk of zwak, geëerd- en verheven boven anderen in aanzien, of minder aanzienlijk, geleerd of ongeleerd zijn, welke den dood niet zien zal, aan onze sterfelijkheid te gedenken, en ons in tijds tegen den dood en eeuwigheid te bereiden." Telefoon 683 Westdflk 36 MIDDELHABNIS DE SPECIAAr,ZAAK voor GROENTEN, FRUIT en DELICATESSEN. Keurig opg<emaakte Fmitmanden en Fniitschaaltjes. Vraagt onze geurige vers gesneöien SOEPGROENTE Alle ingrediënten voor een Rijsttafel. te bevolking veld en wekt de mensen op tot ontevredenheid. Te New Brighton een voorstad van Port Elizabeth, gelegen aan de Zuid kust van Afrika, is het Zaterdagavond tot ernstige ongeregeldheden gekomen. De politie arresteerde bij het station 2 inlanders, die beschuldigd werden van diefstal. Het publiek liep echter te koop en hebben deze twee arrestanten be vrijd. Hierna trok een zeer luidruchtige me nigte de stad in, staken de auto's in brand, vernielden winkelruiten en sloeg aan het plunderen. De modernste bios coop, speciaal bestemd voor niet blan ken, werd in brand gestoken, terwijl de directeur en de filmoperateur werden gedood. In totaal zijn 11 mensen om het leven gekomen, 4 blanken en 7 inlan ders, 27 personen werden gewond. De politiemacht is versterkt, terwijl talrijke arrestaties zijn verricht, vooral onder de leidende personen. Ook in de staat Kenya is het onrus tig. Aldaar treedt op een geheim ge nootschap van inlanders, genaamd Mau Mau. Deze vereniging kweekt de ras- senihaat aan en is fel anti-Europees ge tint. Sluipmoorden worden zowel op blan ken bedreven als op inlanders, die het blanke bestuur steunen. Gedurende de laatste maand hebben 40 moorden plaats gehad. De regering heeft aan Engeland ver zocht militaire hulp te verlenen. Vier duizend soldaten worden per vliegtuig vanuit Egypte overgebracht naar Ke nya, terwijl de Britse kruiser Kenya, te Mombasa is binnengelopen. De Engelse minister voor Overzeese Gebiedsdelen Lyttelton zal zich a.s. week naar Kenya begeven, om zich persoonlijk van de toestand op de hoogte te stellen. De laatste berichten melden dat het op treden van Engeland ontzag heeft ge wekt bij de bevolking. Aan de Goudkust en in Centraal Afri ka zijn er ook wrijvingen. Door de meerdere omgang met Euro peanen tracht men daar de gewenste hervormingen meer langs de weg van geleidelijkheid te krijgen. De sociale toe standen zijn vaak nog zeer ongunstig. In de mijnen van Rhodesia werken bv. blanken en zwarten. De lonen van de zwarten zijn lager dan van de blanken en dat werkt zeer funest. De vakvereniging van de blanke mijn werkers weigert iedere samenwerking met de vereniging der zwarten. Het is een moeilijk probleem, dat nog niet zo makkelijk is op te lossen. Het optreden der blanken heeft bij de negers een zeer sterk minderwaardig heidsgevoel gewekt, dat gemakkelijk in haat kan overslaan. Betere samenwerking tussen blank en zwart en wegneming van wantoestan den op sociaal terrein, zou veel kun nen bijdragen tot een betere verstand houding. Korea In Korea is de strijd weer ontvlamd. Zondagnacht hebben meer dan 4.000 Chinezen een aanval gedaan op de cen trale stellingen. Van Geallieerde zijde moet men toe geven dat de Communisten enig voordeel (Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom) „Gij hebt mijn rechterhand gevat" (Psalm 73 23b.) Asaf stond niet hoog toen hij Psalm 73 'dichtte. Het was geen bouwen en ver trouwen op eigen kracht, maar een be trouwen op de Heere, dat hem deed spreken: „ik zal dan geduriglijk bij U zfln." Hij kon en mocht dat doen, omdat zijn: ik zal, gegrond was op een: Gij hebt van des Heeren zijde. „Gij hebt mijn reohter;hand gevat." Daar is een: Ik zal van het onherbo- ren hart, een roekeloos voornemen tn eigen kracht, dat uitloopt op bittere te leurstelling. Dan is er .geen „Gij hebt" aan vooraf gegaan. Dan is het een huis zonder fun dament. Deze week geven we een plaatje van de fraaie stenen poortpalen voor de inrit van de hofstede „Boomvliet" te Dirksland (eigenlijk: Eralingen, Sommelsdijk). Deze palen dateren uit het begin van 1600 en waren de ingang tot het jaohtslot, dat volgens overlevering nog van de van Aers- sens moet geweest zijn. Wij konden dit echter niet bevestigd vinden. Ze ker is, dat het tot de familie van der Dussen moet hebben behoord, wat ook blijkt uit een van de wapens, die op de palen voorkomen. Het wapen van de familie van^der Dussen is doorsneden van goud en blauw, waar over heen een St. Andrieskruis geblokt van rood en zilver in twee rijen; het andere, behoort aan de familie Slicher, een wapen in goud met een rode dwarsbalk waarboven drie hoefijzers en waaronder een molenijzer beide tn blauw. De familie van der Dussen en Slicher waren aan elkaar verwant, woonden in Delft en hadden grondeigendommen op Goeree Overflakkee. In het begin van de 15de eeuw stond de Boomvliet nog in verbinding met het buitenwater. Dit water vormde een afscheiding tussen Dirk sland en de Oude Plaat. Schepen vtoe- ren er door en aan dit water was het jachtslot Boomvliet" gelegen, wat toentertijd een bosrijk oord was. Op het slot „Boomvliet" hebben de gro te heren hun vertier gezocht en vaak jachtpartijen gehouden. Later is het meer in cultuur ge bracht voor de landbouw. De plaats is eeuwen door van familie op fami lie gegaan. Zover na te gaan is was de eerste, die de hofstede boerde Jacob Wil lemszoon Buth, geb. 1696, overleden 1724. Het huis op de Boomvliet draagt het jaartal 1698. Op dit huis staat een windwijzer in de vorm van een koopvaardijschip, daar de van der Dussen's niet alleen grondbezit ters, maar ook reders moeten ge weest zijn. Genoemde Jacob Willemszoon Buth is dus niet oud geworden (28 jaar) die een zoontje van drie jaar naliet, Arent Jacobszoon Buth. Zijn voogd was zijn oom Hendrik. Arent volgde zijn overleden vader op de Boom vliet. Hij is driemaal gehuwd geweest Ie vr. Jacomina v. Es, overl. 1748 in het kraambed; 2e vr. Jannetje Broodshoofd, overl. 1751 in het kraambed; 3e vr. Lydia Zaaijer. Uit dit derde huwelijk werd geboren Jo hannes Arentszoon Buth die zijn va der na diens dood in 1778 opvolgde. Johannes Arentz. Buth, geb. 1755, overl. 1824 ging later naar Onwaard, waar hij ook een boerderii had. Hij was kerkmeester en tevens schepen van Sommelsdijk. Hij was gehuwd met Crijntje Tiggelman van Oolt gensplaat (geb. 1755, overl. 1823). Na het vertrek van Johs. Buth Az. naar Onwaard, werd de hofstede be- boerd door Adr. Tiggelman (ver want van zijn vrouws kant) wiens dochter, Maria Tiggelman huwde met Beye Buth, geb. 1813, overl. 1883. Hij ging van de stee af in 1871. In 1871 huwde Krijn den Baars met Adriana Buth (dochter van Beye Buth) die daarna op de hofstede kwam er er van 1871 tot 1912 heeft geboerd. In 1912 kwam op de hofste de A. van Es; gehuwd met Jacoba den Baars. Diens zoon Klaas Krijn van Es de tegenwoordige eigenaar, kwam op de hofstede in 1939. (Ge gevens uit het werkje „het Geslacht Buth") Achter deze poort met de prach tige inrijlaan hebben dus geslachten gewoond en het is merkwaardig dat hier de eeuwen door één familie het landbouwbedrijf heeft uitgeoefend. De poortpalen zelf zijn helaas niet meer in de oorspronkelijke staat, ze bestaan uit gele steen en zijn gece ment. Maar we zijn toch blij dat ze nog bestaan, te meer daar er zo'n ryke geschiedenis aan verbonden is. Maar Asaf zegt in geloofsverwonde- ring: „Gij hebt mijn re.chterhand ge vat. Niet: ik heb Uw rechterhand gevat. Maar Gij, Heere, de mijne. De rechterhand» dat is, om zo te zeg gen, de uitvoerende macht van ons. En zo wilde Asaf 't zelf doen. Maar met dat zelfhandhaven komt iedere gelovige om. Wij kunnen het niet en wij kxmnen het nooit. Ook Asaf kon 't niet. En daar om greep God zijn rechterhand. De Hee re deed hem niet omkomen in de wor steling zijner ziel. Asaf had het zelf dus niet gedaan, O neen, Asaf had, zo de Heere niet ge grepen had, de Heere losgelaten en hij had eeuwig omgekomen. Maar dit is het grote voor hem: de Heere heeft mijn rechterhand gevat'. Verstaat ge dit nu wel goed, lezer? Gij mijn rechterhand gevat. Gij, de Heere, die mij niet nodig hebt en die mij los kon laten. Gij, o grote Ontfermer, hebt mijn hand gevat. Mijn hand, die U niet ge noeg vertrouw en waardeer, die U ge duriglijk achterstel en spoedig verdenk. Welk een ontferming! Welk een peil loze diepte'van genade en trouw! <Mj mijn rechterhand gevat. Gij zijt tot mij gekomen met Uw ondersteunende gena de, om mijn wankelende schreden te schragen. Gij hebt mijn rechterhand ge vat, om mij vast te houden, opdat ik U niet verlate en nu wilt Gij mij leiden in het spoor der gerechtigheid. En nu kan niemand mij meer in de diepte sleuren en uit Uw hand rukken, want -r- zij zullen niet verloren gaan in der eeuwig heid. Hij. die door Zijn hand de wereld doet beven, houdt door haar kracht Gods volk in stand. „'Gij hebt mijn rechterhand gevat." Dat leert elk kind des Heeren verstaan, dat in Christus door God werd gegrepen, voor 't' eerst of bij vernieuwing. Want ook degenen die de Heere vrezen, ken nen van die Asafs problemen. Ook zij worstelen zo menigmaal maar dan leren ze het uit genade weer verstaan met Asaf: wat God in Christus beg^int, houdt Hij vast; en wat is dat onuitspre kelijk groot! En dat moet er ook zijn bij de mens die nog onbekeerd voortleeft, anders gaat het eeuwig mis. Als dat er niet is, is er geen leven, maar een verwerpelijk zijn voor het aangezicht des Heeren. Gij moogt uzelven dan sieren met heilskle- deren in de werkplaats der eigengerech tigheid geweven, voor God de Heere zijt gij naakt! Gij moogt u troosten met een schat van goede werken en menen rijk en verrijkt te zijn, voor God zijt gij arm. Gij moogt u dan voordoen met een schijn van godzaligheid, de kracht derzelve mist ge. Hoe groot wordt dan des Heeren ge nade voor de zondaar, dat Haj vat de rechterhand desgenen, die belijden moet: Ik ben een groot beest bij U! Want hoe sterk is de vijandschap des natuurlijken mens! Hij wil niet buigen voor de Aller hoogste. Maar God vat de rechterhand Zijns vijands. En dan ligt de zondaar verbro ken in het stof. Dan buigt een hardnek kige Saulus voor de wil van de Koning der kerk. Dan leert een vrome Farizeër zich kennen als een goddeloze, die om niet zal moeten gerechtvaardigd. En zo moet de Heere telkens onze rechterhand grijpen. Hij doet dit als Hij U als een brand hout uit het vuur rukt. Wanneer Hij U ontdekt aan uwe zonde en verloren staat. Hij grijpt uw rechterhand als ge dreigt weg te zinken onder Gods recht vaardigheid in het eeuwig verderf. Hij grijpt dien als ge geleid wordt tot de Middelaar Gods en der mensen. Als Je zus U dierbaar wordt. Hij grijpt die hand als Hij U leidt in de Borggereoh- tigheid van Christus. Hij neemt U bij de rechterhand om U te leiden tot de Va der. Ja, Hij grijpt en houdt die rechter hand van U tot de laatste snik; tot ge eeuwig thuis zijt! Zalig dan, wie met Asaf kan instem men: „Gij hebt mijn rechterhand) gevat!" Ds N. de Jong.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1952 | | pagina 1