r Dirksland wordt voor de 41ste maal vacant Gemeente-financiën te Middelharnis staan er gezond voor „De Fruiteentrale' „Gebroken trots Hotel Brooshooft te Dirksland Kindje verkouden? 253te Jaargang Zaterdag 27 September 1952 No. 2151 CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDE GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Verhoging productiviteit in landbouw en visserij Amerikaanse schenking ter waarde van 9 millioen Bodemzorgen Laudbouwhuishoudschool Varkenspest te Dirksland Vier pionieirs ^U- '^it ket ^Cykvenót B. V. d. VEER ^tteuic ^Jervolefverhaal V Hoe het vroeger was V.. MEDITATIE Zingende en luisterende gevangenen EedactiebureauPr. HENDRIKSTRAAT 14, MIDDELHARNIS TELEFOON K1870-2017 GIRO 167930 POSTBOX 8 Voor advertentiën uitsluitend Drukkerij Telef. K 1870-2729 Na 6 uur 's avonds Telef. K 1870 - 2017 Veisch\jnt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag ABONNEMENTSPRIJS: f 1.70 PER KWARTAAL ADVERTENTIEPRIJS 12 cent per mm. Bij contract speciaal tarief. Ook voor onze eilanden van belang? In een nota aan de Tweede Kamer heeft de minister van financiën meege deeld, dat met de regering van de Ver. Staten van Amerika overeenstemming is bereikt over de besteding van een bedrag van 9.06 millioen gulden van het saldo op de speciale rekening bij de Ne derlandse Bank, waarop de tegenwaar de in guldens wordt gestort van de dol larschenkingen, voortvloeiende uit de economische en militaire hulpverlening. Dit geld zal worden bestemd voor de volgende projecten: 1. De verbetering van de cultuurtoestand van landbouw gronden met relatief lage opbrengsten, o m. rondom het IJsselmeer, in de Betu we en in Friesland 3.400000. 2. De verbetering van veestallen, koel- gelegenheden en sterelisatie van melk- gereedschap, ter opvoering van de melk productie 2.400000. 3. iDe verbetering van de productie, distributie en verwerking van vis en vis producten o.m. door het aanschaffen van een nieuw onderzoekingsvaartuig ten behoeve van een beter contact met de vissende vloot, en het bevorderen van het onderzoek op het gebied van de con servering en verwerking van vis. 4. De verbetering van de waterhuis houding van cultuurgronden o.m. betrek king hebbende op de Eianvulling van het zoetwatertekort en de bestrijding van de verzilting van het slootwater 750000. 5. De verbetering van de verbouw van veevoeder en de bevordering van de teelt van nieuwe gewassen, zoals hennep waarmee beoogd wordt aan de vraag naar vezels voor de touwslagerijen, wel ke in de laatste jaren sterk is toegeno men, te voldoen 500.000. 6. Het in goede banen leiden van de mechanisatie van kleine boerenbedrijven 400.000. 7. Het onderzoek en het hoger onder wijs in de landbouwhuishoudkunde 250.000. 8. De bevordering van de landbouw- technlsche scholing in het kader van het boeren en land-arbeidersjongeren- werk 210.000. Gaan we dit lijstje eens na, dan blijkt het dat een en ander voor de landbouw en visserij van ons land van grote be tekenis kan zijn. Ook wel voor onze eilanden. Zo bv. de teelt van nieuwe gewassen. Als nieuw gewas wordt hennep genoemd. Zo in ons land dit product kan worden verbouwd, dat zou aanzienlijke besparing van de viezen tengevolge kunnen hebben. Dat niet alleen. Maar ook voor de vruchtwisseling. Enige uitbreiding van het aantal gewassen voor vruchtwisse ling zou de landbouw zeker ten goede komen. Te drukke verbouw van aardappelen gaat niet. Ook met uien kan men niet te vaak terug komen. Suikerbieten zijn ook echte rovers van de bodem. Tegengaan van de verzilting. Het hangt er maar van af hoe men dat op vat. Zeer ruim dan zouden onze eilan den er ook van kunnen profiteren, al ligt het voor de hand, het beding wijst er op, dat hoofdzakelijk het vastland van Zuid Holland er van profiteren zal. Verder is het een lange lijst: verbete ring cultuurgronden, verbetering vee stallen, koelgelegenheden, maatregelen voor de visserij, verbetering waterhuis houding, uitbreiding verbouw veevoeder, teelt van nieuwe gewassen, mechanisatie kleine boerenbedrijven, maatregelen op het gebied van het hoger onderwijs in de landbouwhuishoudkunde en de bevor dering van de landbouwtechnische scho ling. Mogelijk ook voor onze eilanderu niet zonder betekenis. We hebben vertrou wen, dat onze landbouworganisaties op hun qui-vive zijn. De invoering van de hulpmeststoffen heeft het uiterlijk van ons land aanzien lijk gewijzigd. Het aantal h.a. woeste grond is met tienduizenden ha. afgeno men. Dat is speciaal te danken aan het beschikbaar komen van hulpmeststof fen. Sedert het meer gebruikmaken van kunstmest, vanaf het begin dezer eeuw zijn de opbrengsten veel hoger gewor den. Door de chemische meststoffen is de oppervlakte cultuurgrond erg uitge breid en zijn de opbrengsten veel hoger geworden. Vroeger was de hoeveelheid cultuur grond op de zandstreken evenredig met het aantal stuks vee, vooral schapen. Het aantal schapen bepaalde de grootte van het landbouwbedrijf van de boeren op het zand. Door het gebruiken van kunstmest werd de boer, ook de zand- boer onafhankelijk van het vee en kon hij de oppervlakte van zijn bouwbedrijf uitbreiden. Ook de opbrengsten op de kleigronden met name ook op onze eilan den, de oudere boeren kunnen het zich nog wel herinneren, zijn zeer veel ho ger geworden. Toch is de waarde van de kunstmeststoffen ook wel overschat. Sommigen gingen zover dat ze zelfs de waarde van de natuurlijke bemesting in twijfel gingen trekken. De kunstmest was ^Ues. Anderen gingen nog verder en verbrandden hun natuurlijke mest. De landbouwwetenschap heeft daarin een kentering gebracht. Men kan door toevoeging van hulpmeststoffen: de op- In de jl. Dinsdagavond gehouden raadszitting te Middelharnis heeft de voorzitter Burgemeester D. Rijnders me dedelingen gedaan over de stand van de gemeente-finantlën. De rekening 1951 had een batig slot, groot 20.125.terwijl er een: reserve was van ruim 300.000. Wij geven hier een overzicht van de cijfers: Bekening 1951 Batig slot gewone dienst 14.425. Nog te verhalen 5.700. Netto batig slot 20.125. Daar de vnnst 1951 hiervoor voldoen de ruimte bood is men tot een versterk te afschrijving groot 14.000.overge gaan. Door deze versterkte afschrijving is de finantiële positie van de gemeen te versterkt. Het nadelig saldo van de gewone dienst tot en met 1949 beliep 16.811.77 Netto batig slot 1950 52.576.23 Netto batig slot 1951 20.125,— Overschot op de gewone dienst na afsluiting van het dienstjaar 1951 55.889.45 Hierbij moet worden ge voegd, de in 1951 ontvan gen uitkering gemeente fonds 1951 38.104.98 Gedeblokkeerde reserve in het gemeentefonds 1948 34.639.55 idem 1949 40.354.80 idem 1950 40.694.53 reserve vrijgekomen oude gasfabriek 93.700. In totaal reserve 303.383.32 De gewone dienst van het jaar 1952 zal een veel ongunstiger beeld bieden. Hoewel uiteraard nog slechts globaal geschat, kan worden verwacht, dat deze dienst een tekort groot 20.000 zal aan wijzen. Het zal ongetwijfeld zeer prettig idee zijn, dat er met het uitzicht op dit te kort, een flinke reserve aanwezig is. Er blijkt uit deze cijfers, dat de ge meente-finantlën te Middelharnis er ge zond voor staan. Ook dit jaar zal er op de Landbouw- huishoudschool weer verschillende cur sussen gevolgd kunnen worden. Voor de oudere meisjes en jonge moe ders een cursus voor Kinderverzorging en Opvoeding. De vorige cursus had zulk groot succes, waardoor deze cursus vast veel bijval zal vinden. Voor degenen, die graag lekker wil len gaan koken of mooie handwerken willen maken, bestaat ook gelegenheid om zich hierin te bekwamen. Voor iede re vrouw is er deze winter op de Land- bouwhuishoudschool een cursus, waarin zij plezier zal hebben. Zie voor verdere mededelingen de ad vertentie elders in dit blad. Naar men ons mededeelde is eenl ge val van Varkenspest te Dirksland ge constateerd. De varkens waren van dhr L. Guldemeestbr, die de dieren direct heeft afgemaakt. De Gekro heeft de ca davers weggehaald. Wanneer ds J. Koele, door het aan vaarden van een beroep naar Nijkerk, binnenkort afscheid neemt van Dirks land, zal de Ned. Herv. Gemeente al daar voor de 41ste maal een vacature hebben. Hoewel men over de eerste jaren na de kerkhervorming ter plaatse weinig gegevens bezit, staat wel vast, dat van 1574 tot 1595 reeds een vijftal voorgan gers te Dirksland het Woord hebben bediend. De eerste was Michael An- drieW, die in 1574 in de gemeente ar beidde. Enkele jaren later is hij naar Zevenhuizen bij Gouda vertrokken, waar hij evenwel in 1581 uit het ambt werd ontzet. De eerste vacature was ontstaan. Ge durende de volgende jaren hebben ach tereenvolgens de predikanten J. Dorp, J. J, Steengraft, J. Groninganus en, J. de Vroet de gemeente geleid, totdat in 1595 Cornells Arnoldi te Dirksland be vestigd werd. Van toen af heeft men een geregelde bediening gehad. Merkwaardig dat van de hier genoem de voorgangers een drietal elders als eerste predikant hebben gediend. Ds Andriesz werd de eerste predikant van Zevenhuizen, ds Steengraft in 1620 de eerste te Schermerhom (nadat hij vele jaren te Groot-Schermer werkzaam was geweest) en ds Arnoldi in 1598 de eer ste te Maassluis. De opvolger van ds Arnoldi, Johannes Dammaimus, die van 1598 tot 1615 in Dirksland stond, handhaafde deze tradi tie en werd eerste predikant van Zun- dert en een jaar later wederorh van Rijsbergen. Zo heeft de gemeente vier predikanten voortgebracht, die elders als predikant zouden optreden. Vier schrijvers Vier andere voorgangers van Dirks land hebben echter meer de aandacht getrokken, namelijk door hun geschrif ten. Gosuinus Buytendyck (1616^1619), de heftige contra-remonstrant; Jacobus Fruytier (16871691), de niet minder Dan rug, keel en borstje inwrijven met brengsten maar niet ongelimiteerd ver hogen. Een punt kan bereikt worden dat toevoeging van meerdere chemische meststoffen geen effect meer sorteert. Men begint er over te klagen, dat ge bruik van uitsluitend chemische mest stoffen de bodem verarmt. De oude kracht van de grond ongunstig beïn vloed. Het rijke orgarüsche bodemleven schadelgk beïnvloed en op de duur een te kort aan kunstmeststoffen doet ont staan waardoor bodemuitspoeling eni verstuiving in de hand wordt gewerkt. Gelukkig heeft een en ander de aan dacht van de boeren en van de land bouwwetenschap in toenemende mate, zodat men wel alle krachten zal inspan nen om bodemverarming te voorkomen. heftige Voetiaan; Joharmes van der Kemp (16921718), de vermaarde cate- chismusverklaarder; Cornells Cornelius Brinkman (17741789), uitgever van Lodensteins boetpredicaties. Nog verschillende andere bekende pre dikanten heeft Dirksland voortgebracht, zoals dr A. Ham (17191723), die later veertig jaar te Rotterdam zou staan; ds L. Grendel (17971809), een merkwaar dige figuur in de tijd der Franse over heersing; ds G. A. Hoog (18541858), zoon van de bevindelijke prediker I. M. J. Hoog te Schiedam, zelf naderhand lange tijd dominé te Haarlem; of anders ds D. P. M. Huet (1871—1875), die eig'enaardige predikant met snel wisse lende sympathieën voor allerlei richtin gen. Deze heeft in Dirksland een der vele omkeringen in zijn leven meege maakt. Bekend is van hem, dat hij later enige jaren overtuigd spiritist was. Hij kwam echter tot inkeer en heeft nog ge ruime tijd te Goes het evangelie gepre dikt. Geeiii proponentsplaats Van de 41 herders en leraars te Dirks land zijn er 'ongeveer twaalf als candi- daat in de gemeente gekomen. Dirks land is echter geen proponentsplaats zo als bv. Herkingen. Meestal koos men voor de grote gemeente een predikant met enige ervaring. Tot 1693 was Dirks land gecombineerd met Herkingen en tot 1863 met Melissant. Slechts vier voorgangers zijn te Dirksland overleden (van één hunner, ds Van der Kemp, is het graf in de kerk aanwezig)vijf zijn er met emeri taat gegaan, één is uit de dienst ont slagen. Het merendeel der voorgangers heeft echter een beroep naar een ande re gemeente aangenomen. Het langst arbeidde te Dirksland ds H. L. Murmikebult, die in 1809 als pro ponent kwam en in 1839 met emeritaat ging. Hij leefde nog tot 1851. Tweemaal heeft de gemeente een langdurige va- caturetiid gekend, namelijk van 1875 tot 1879 en van 1881 tot 1885. Levensles van Menander. Kwaad spreken en de gevolgen. De kip en de veren. Kwade samensprekingen bederven goede zeden. Dit is een spreekwoord, dat de oude Grieken al gebruikten. De Griek se wijsgeren hadden de ervaring, dat kwaadspreken de goede zeden onder mijnde, het was met de wet der zeden in strijd. Dit spreekkwoord, afkomstig van de Griekse dichter Menander moet in de oudheid algemeen bekend hebben ge weest. Er ligt eenl wijze levensles in. De Apostel Paulus gebruikt het ook; wij vinden het woordelijk in 1 Cor. 15 33. Hij wil daarmee de Corlnthiërs op de juiste wijze tot nuchterheid brengen en liem er op vijzen zó niet door te gaan met zondigen in leer en in leven. Telefoon 683 Westdijk 36 MIDDELHAKNIS DE SPECIAALZAAK voor OROENTEN, FRUIT en DELICATESSEN. Keurig opgemaakte Fruitmanden en Frultschaaltjes. Vraag^t onze geurige vers gesneöien SOEPGKOENTE Alle ingrediënten voor ©en Rljsttafel. Zie de Etalages. Het Vervolgverhaal „Vaders Jongen" loopt ten einde. Het heeft onze lezers en lezeressen zéér voldaan. Wij ontvin gen vele brieven van instemming over dit hartroerende verhaal. Onze redactie heeft alles in het werk gesteld om weer een boeiend verhaal te kunnen brengen. Dit is ons gelukt. Juist met de ingang van het nieuwe kwartaal beginnen we met 99 door Hendrik Noonnaa Dit verhaal spreekt van de echte boe- rentrots, waarbij voor zit, dat een boe rendochter met een boer moet huwen. En omgekeerd een boerenzoon met een boerendochter. De burgerman is niet in tel. Boer Arend Steendam is zo'n man. Zijn knappe dochter Kea wordt verliefd op een onderwijzer, die in het dorp aan de Mulo was benoemd. Dat duldt Arend Steendam die er warmpjes inzit niet, en werkt zoveel als 't kan tegen. Zo'n kale schoolmeester! Eer stort de boerderij in puin, eer ik toestemming geef, is zijn devies. Hij jaagt zelfs zijn dochter de deur uit. En de boerderij stort in puin! Om het schootsveld vrij te krijgen, moest de ar- tillerij de boerderij in 1940 opruimen! Toen heeft de boer moeten toegeven. Bij zijn weggejaagde dochter, die intus sen met de „meester" was gehuwd en reeds een zoon had, die naar hem was genoemd, moest hij onderdak vinden Er zit weer veel spanning in dit ver haal en we twijfelen niet of het zal onze lezers en lezeressen weer uitstekend be vallen! De „kwade samensprekingen" be stonden in dit geval in afwijkingen van de leer. Sommigen van de Corinthiërs hadden een averechts begrip van de op standing en stelden Paulus, die een ge zonde leer bracht in een kwaad dag licht. Wij in onze tijd zouden zeggen, ze begonnen er onder elkaar over te rodde len. Maar ze kregen er geducht van langs: hij striemde ze, met de gesel van Gtods Woord. Dat was ook nodig, want het waren de tegenstanders van de Waarheid, die de verbreiding van het Evangelie in de weg stonden. Het aangehaalde spreekwoord is nog altijd van kracht. Niet omdat het van die Griekse dichter, maar omdat het naar het Woord van God is. Kwade samen sprekingen, in welken zin ze ook gebe zigd worden, verderven veel, zo niet al les. Daardoor is men soms tot oorlog gekomen en zijn koninkrijken gevallen. Het is oorzaak van moord en doodslag geweest eni nog telkens daagt men er elkaar mee voor de rechterstoelen. Fa milies zijn er door verwoest eü vrienden zijn er door gescheiden. Geen wonder, dat de Apostel Jacobus uitroept: ziet ook eenl klein vuur, hoe groten hoop hout het aansteekt!" De tong is ook een vuur, een wereld der ongerechtigheid; alzo is de tong onder onze leden ge steld, welke het gehele lichaam besmet en ontsteekt het rad onzer geboorte en VTOrdt ontstoken van de hel." Door las ter en kwade samenspreklng staat men onder de heerschappij van satan, men is stuurloos en komt er door tot de erg ste dingen. De schade van de naaste wordt er onafzienbaar door. De laster is een zeer vuil wapen. De uitwerking er van is vreselijk, de scha de die er door wordt aangericht is niet te overzien. Br is geen verweer tegen. Dat komt, omdat men in het algemeen gauwer van iemand het kwade dan het goede gelooft. Och, over de goede eigenschappen van iemand is men vlug uitgepraat. Weet ge hoe dat komt Omdat men in de mening verkeert, dat men die deugden ook wel in zich heeft. Maar over het kwade van een ander valt heel wat te praten. En die praat er weer verder over tegen, an deren en die weer, enzovoort! De draag- wgdte is er niet van te overzien. Zo was er iemand die geheel ten on rechte zijn naaste in een kwaad daglicht had geplaatst. Hij kwam later tot in keer en vroeg vergeving. Weet ge wat hem toen geantwoord werd? Vergeven kan ik het wel. Maar de kip hebt ge nu geplukt en de veren zijn overal heen ge waaid. Probeer ze nu eens bij elkaar te rapen. Daarmee kon die man naar huis. Zo is het ook met kwade samenspre kingen. Een man van kwade tong zal niet bevestigd worden zegt David in de 140ste Psalm. Hoe noodzakelijk is het, om op onze woorden te letten! Wat moesten ten deze onze woorden weinig, ons ja, ja, en ons neen, neen zijn. De levensles van Menander en daarmede de les van Gods Woord moest ons maar veel bezig hou den. Want wij struikelen alle in vele. WAARNEMER. Boven deze rubriek staat „Hoe het vroeger was", terwijl dit plaatje een beeld geeft van een Hotel, dat wat betreft het exterieur ongeveer nog hetzelfde i§. Alleen de naaststaande stalling is geheel verdwenen, of lie ver gezegd geheel verbouwd. Van oudo tijdon af heeft te Dirks land op deze plaats een dorpshotel gestaan. Dirksland was immers het centrum van Flakkee en een kruis punt voor de verbinding Holland- Zeeland. Er was een overzetveer van af Hellevoetsluis naar het Dirksland- se Sas, vanwaar een Provinciale weg een van de eerste op ons eiland leidde tot Herkingen, waar weer een overzetveer naar Zeeland voerde. Het valt te begrijpen dat er op die tocht vaak in het Dorpshotel werd aange land. Tientallen jaren heeft de familie Brooshooft dit Hotel en de stalhou derij gedreven. Het was het vertrek en het eindpunt voor de omnibus- dienst op de Middelharnisse boot. Een broer van de Hotelhouder, Hen drik Brooshooft, was op deze omni bus jarenlang koetsier. Het Hotel Brooshooft was eemnaal per jaar een trefpunt voor de lote- lingen. Dirksland was de plaats waar de loting voor de militaire dienst plaats vond en waar de jongelui uit alle dorpen van het eiland samen kwamen. Dan was er te Dirksland meest versterkte politie, daar het nog al eens op een vechtpartij uitliep. Het ging er wel eens Spaans toe! In 1912 is het Hotel van dhr PI. Brooshooft overgegaan aan dhr H. V. d. Doel; in 1929 aan de tegenwoor dige eigenaar dhr L. I. Polderman. Uiterlijk is het gebouw vrijwel in de zelfde staat gebleven. De stalling, welke zich t.o. het Hotel, naast het huis van dhr Pen ning bevond, is verbouwd tot woon huis en betrokken door de familie v. d. Linde. Thans woont er de familie den Baars. Aan de muur boven de deuren was een paardekop bevestigd, die naar de stalling aan de Secretarieweg werd overgebracht. De paardekop is nog te zien aan de muur in het metse laarspakhuis van de heer Duhen. Het Hotel Polderman wordt nog steeds druk bezocht door Handels reizigers, ook werd er jarenlang des Donderdags beurs in gehouden. De heer Polderman heeft, omdat meer ruimte nodig werd, voor het houden van de bem^ t.o. het Hotel een apart pand laten bouwen, «nl. het gebouw „Odeon" wat ook dient als vergader zaal. Binnenkort hopen we een foto te kunnen geven van het oude dorpsho tel, dat op de plaats van het tegen woordige stond. Men heeft dan een aardige vergelijking. Wij zeggen voor het gebruik van deze foto bij voor baat hartelijk dank. En omtrent middernacht .baden Paulus en Silas en zongen Gode lofzangen; en de gevangenen hoorden naar hen. (Hand. 16 25.) Er gebeuren daar in de kerker won deren. Voor ons onbegrijpelijke dingen en toch voor Gods kinderen geen onbe kende dingen. Wat niet te- begrijpen is, is daarom nog niet onbekend. Vraagt het maar aan Gods kinderen die er niet vreemd van bleven. Twee vrijgekochten en derhalve vrij- gemaakten zijn in de gevangenis gezet. In de binnenste kerker, hun voeten in de stok. Erger kan het niet zouden we zeggen. Nu ja, het viel wel mee, want men had hen dood kunnen geselen. Dat zou voor die beide mannen niet anders dan -winst geweest zijn, hoe smartelijk dan het lijden ook zou geweest zijn. Wat hadden die twee dan wel voor misdadigs gedaan? O zij hadden Christus gepre dikt en de noodzakelijkheid der waar achtige bekering; dat dit eeü uitsluitend werk Gods is. Daarom worden ze gegre pen en in de gevangenis geworpen. Ze hadden gemeenschap aan het lijden Christi. Ik vermoed dat de eerste tijd niet meegevallen zal zijn. Althans we lezen dat ze omtrent middernacht be gonnen te zingen. Wat ze dan wel vóór middernacht gedaan zullen hebben? Het staat er niet bij, maar het is toch wel opvallend dat ze pas te middernacht aan het zingen zijn gezet. Wie zal zeggen hoe hun ziel zal gefolterd zijn. Was dat nu de weg die God met Zijn kinderen en knechten houdt? Ze waren toch geroe pen en begenadigd? Ze waren toch geen eigen gekozen weg gegaan? En dan in de gevangenis? O, het eenvoudige woord is nog steeds waar; dat Gods weg is in de zee en Zijn pad in diepe wateren en Zijn voetstappen worden niet gekend. Zo is des Heeren leiding met Zijn volk. Hij werkt alle dingen tot Zijn eer en -wrocht aJle dingen om Zijns zelfs wil, ook de goddeloze tot de dag des kwaads. En nu gebeurt het wonder dat ontegenzeg gelijk de Heere Zijn knechten daar licht over geeft. Ze vragen daji niet óm maar vlug uit de gevangenis te worden ver lost, maar ze mogen het met God eens worden, verstaande dat het allereerst gaat om de ere Gods en dan begiimen ze te zingen. Lofzangen te zingen. Het is toch wel een wonder, een onbegrijpe lijk wonder. In de gevajigenis met al de ellende daaraan verbonden en (ïode lof zangen zingen. Ja zo doet God nu. Van welke aard de gevangenis ook moge zijn en in welke verdrukking of moeite Gods kinderen ook geleid worden, de Heere heeft ze op Zijn tijd doen ervaren dat Hij de God der oneindige vertroosting is. Denk aan David in de 42e Psalm, waar hij zingt: 'k Zal zijn lof zelfs in de nacht zingen daar ik Hem verwacht. Zie dat is het wonder van genade. Dat kuimen we niet maken, wel na doen maar dan is het niet anders dan bedrog voor ons zelf en voor een ander. De gevangenen hoorden naar hen. Het is geen wonder ook, dat die mensen in de gevangenis met verwondering geluis terd hebben naar die twee wonderlijke mannen in de binnenste kerker. Hoe is dat in de wereld toch mogelijk om te zingen en nog wel lofzangen te zingen in de binnenste kerker. Ja. dat is inder daad ook niet te begrijpen voor het na tuurlijk verstand. Die andere gevange nen zullen wel heidenen geweest zijn, vreemd van redelijke godsdienst, maar al hebben wij van jongs aan geleefd on der de prediking van het evangelie, dan verstaan we dat evenmin zonder hart- vernieuwende genade en zonder dade lijke genade. O mijn lezers, zowel de jonge als de meer op leeftijd gekomenen, dat we dat geheim mochten kennen. Dat kan door het oog van de kraai niet wor den ontdekt, en blijft voor de jonge hoogmoedige dieren verborgen. Dat de Heere Zich onzer ontferme en doe bui gen onder Zijn souvereine eis. De Heere vraagt maar niet naar wat goede be doelingen, neen Hij vraagt Zijn beeld terug. We leven nog en het is nog niet te laat. We mochten metterdaad ver waardigd worden aan de troon der ge nade te leren bidden: O God, wees mij zondaar 'genadig. Het is een uitermate bange tijd op allo terrein des levens. De oordelen Gods zijn op de aarde, en toch heeft de Heere Zijn kerk de belofte gegeven dat zo lang als de zon en de maan zijn zal. Zijn Naam van kind tot kind zal worden voortge plant. Het geve Zijn volk lofzangen tö zingen in de binnenste kerker opdat de gevangenen nog eens mochten luisteren naar dat wondere gezang van Gods gunstgenoten. Te midden van alle be roering geve Hij Zijn kinderen te roe men in de verdrukking naar des apos tels woord. Laat smaden en lasteren wie lasteren wil, maar onze Koning is van Israels God gegeven. Gegeven weet ge, niet een beredeneerde Jezus, maar een eerlijk gegeven Koning, opdat die ons blijke een Schutsheer en Behoeder te zijn. Die over eü in ons heerschappij voere en doe buigen onder Zijn aanbid- dellijke raad en Gods getuigenis. De Heere make Zijn Naam groot onder jong en oud tot roem Zijns Naams die heer lijk is. U. Ds J. V. d. Berg,

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1952 | | pagina 1