Overdracht van de herbouw^de
Ned. Herv. Kerk met net nieuwe
orgel te Middelnarnis
JAN ANTHONISZ
VAN RIEBEECK
Zaterdag 5 AptU 1952
No. 2105
CHRISTELIJK WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
6 April 1652 - 6 April 1952
Ruim 3 jaar na de
grote brand
24ste Jaargang
niEuws
Verscluijnt tweemaal per week. Woensdag: en Zart»rdag Bedactleboreau: Prins Hendrikstraat 14 MiddeUiamis AbonnementsprUs 1.70 per kwartaal
Telefoon 17
Middelhamis
Giro 167930
Postbox 8
Telefoon
Drukkerij 19
Adv.-prijs 12 et
per mm. Bij
contract speciaal
tarief
300-jarig« herdenking'sfeesten van
de stlchtinig: van het Zuidafrikaanse
volk. In Zuid-Airika van niets iets.
In 1952 en voorgaande jaren in In
donesië van veel tot niets.
Nederland heeft een grote historie.
Eenmaal in de 17e eeuw was de Repu
bliek de eerste koloniale macht van de
wereld. De kleine Republiek maakte we
reldgeschiedenis. De nauwelijks twee
millioen Hollanders beheersten de we
reldzeeën en hadden machtige volken
onder hun beheer.
Oost- en West- Indië. Azië en Ameri
ka hebben ze gedeeltelijk beheerst en de
Hollandse vlag werd gezien op alle we
reldzeeën en vertoond aan de kusten
van alle werelddelen. De bekwaamheid
en durf van onze koopvaarders en zee
lieden overtrof die van alle andere lan^
den. De Oost-Indische Compagnie was
de grootste en machtigste onderneming
van die tijd. Veel van die glorie is ver
dwenen. Slechts in namen is de Hol
landse invloed van die tijd in vele lan
den nog merkbaar. Andere volken kwa
men op, de durf ea energie zakte in, de
godsvrucht en het leven bij Gods Woord
maakten plaats voor verwekelijking en
slapte. Eén gebied is nog overgebleven.
Ben natie kan nog worden aangewezen
als het standpimt van Hollandse durf en
ondernemingsgeest.
Zuid-Afrika. Het volk aan Afrika's
Zuidpunt.
6 April is een. herdenkingsdatum. Dan
wordt herdacht, hoe 300 jaar geleden
Jan Anthonisz van Riebeek voet aan
wal zette aan de Zuidpunt van Afrika.
Het begin van de volkspartij, die het
aanzijn zou geven aan het volk van
Zuid-Afrika.
Met het oog op onze plaatsruimte mo
ge een kort overzicht aan die gebeur
tenis en zijn gevolgen gewijd. 21 April
1619 zag Jan Anthonisz van Riebeeck te
Culemborg het levenslicht. Van weers
zijde een welgestelde familie. Hij kwam
na zijn schooljaren in de leer bij een
chirurgijn en barbier. Na driejarige stu
die had hij het recht zich als chirurgijn
te vestigen. Maar zijn ondernemersgeest
stelde zich met dit beroep niet tevre
den. Verre volken, vreemde landen en
zeeën, grote avonturen wareni de drp-
men zijner jongelingschap.
Nog voor zijn 20e verjaardag vertrok
hij "als onder chirurgijn op een schip naar
de Oost op een salaris van 22 gulden
per maand. Nu begint zijn snelle ont
wikkeling en promotie. Klerk op de al
gemene secretarie te Batavia, daar valt
hij op door zijn grote accutaresse, wat
aanleiding wordt tot zijn benoeming als
secretaris van een gezantschap naar
Atjeh. Daarna onder-koopman in Japan,
van hier uit naar Fonkin in China, waar
hij tot koopman wordt bevorderd. Op
27-jarige leeftijd had hij al heel wat ge
reisd en een goede positie bereikt. Rij
ke voordelen, voor de Compagnie be
haald en ongetwijfeld ook voor zich zelf,
door zijn handel voor eigen rekening.
Dit bracht hem in strijd met de Com
pagnie. Voor het euvel van die tijd, par
ticuliere handel van de kooplieden, waar
mede zij schatten verdienden moest hij
zich te Batavia verantwoorden, waar hij
van zijn rechters mogelijk vele malen
schuldiger dan van Riebeeck, veroordeeld
werd tot verbeurdverklaring van het
maandgeld dat hij nog tegoed had, een
som van 132 gulden. Erger was dat hij
van zijn koopmansschap werd ontslagen
en niet meer terug kon keren naar
Fonkin waar hij voor de Compagnie zeer
goede zaken had gedaan. In 1648 kwam
hij te Amsterdam waar hij in het huwe
lijk trad met Maria de Quellerie, een
vrouw van Hugenootse afstamming, die
haar man steeds tot grote steun is ge
weest.
Maar de durf en couragie, de zin
naar avontuur kon hem niet rustig te
Amsterdam doen blijven. Een paar toch
ten worden ondernomen naar Groen
land en West-Indië. Dan hoort hij van
het stichten van een verwervingsplaats
aan Kaap de Goede Hoop. Daar was gro
te behoefte aan. Sint-Helena, dat als
zodanig reeds vele jaren dienst deed kon
de uitbreiding niet volgen. Jan Antho
nisz van Riebeeck biedt zijn diensten
aan de Compagnie aan. Hij stelt een ge
schrift op over de uitvoerbaarheid van
het plan, zelfs was er geldelijk voordeel
mee te halen, dit staat de „Heren Ze
ventien" wel aan. De Compagnie stelt
hem aan als koopman en opperhoofd van
de nieuwere onderneming op een maand
salaris van 75 gulden. Een drietal
scheepjes worden uitgerust. 24 Decem
ber 1651 vertrekt van Riebeeck uit Am
sterdam. 6 April komt hij in de Tafel-
baai dicht bij het tegenwoordige Kaap
stad voor anker en 7 April 1952 zet hij
voet aan wal op Afrika's grond. Een
nieuwe natie wordt geboren. Noch de
Compagnie, noch van Riebeeck hebben
idee gehad van de grootsheid voor dit
feit. „Die advancement soeckt zal geen
naarstigheid sparen", het devies van
Van Riebeeck is wel in vervulling ge
gaan. Groot zijn de moeilijkheden ge
weest.
Uitermate moeilijk pionierswerk heeft
hij moeten verrichten. Zo moeilijk was
de arbeid, dat hij elf dagen na zijn aan
komst doorzending verzocht voor be
langrijker werk in Indië aan de bewind
hebbers van de Compangnie. Was zijn
verzoek ingewilligd geworden, hij zou
slechts 8 maanden aan de Kaap hebben
vertoefd. Hij is er tien jaar gebleven.
Zo is Jan van Riebeeck tegen wil ea
dank de stichter geworden van Neder
lands Zuid-Afrika. Van Riebeeck had
grootse plannen. Het moest een flinke
Nederlandse volksplanting worden. Een
tweede Vaderland.
Na tien jaar van harde arbeid ver
kreeg hij zijn wens. Hij kreeg een. op-
De Ned. Herv. Kerk te Middelhamis, sinds eeuwen staande In het centrum
van het dorp, is opnieuw herbouwd, thans na de grote brand die het gebouw
op 30 December 1948 trof. Schoner dan de laatste generaties het gekend heb
ben is de kerk uit zijn as verrezen. Onder leiding van een kvmdig en kunstzin
nig architect werd een stijlvolle restauratie tot stand gebracht, waarbij de kerk
zowel binnen als buiten aan schoonheid en doelmatigheid heeft gewonnen. Thans
wordt de gehele grote ruimte voor de kerkdiensten benut. Het koor dat na
de brand van 1904 van het schip door een muur met daarboven het orgel werd
afgescheiden vormt nu een ruimte met het middenschip, zodat een en ander
nu totaal een lengte van 48 meter beslaat. De hoofdingang is ook op de oor
spronkelijke plaats terug gebracht, namelijk onder de toren: dit kon geschie
den dank zij de medewerking van de burgerlijke gemeente. En tenslotte is
ook het nieuwe orgel voltooid, een machtig instrument, gebouwd door dhr Leef-
lang te Middelhamis, welks geluid het kerkgebouw tot in alle hoeken kan vullen
Woensdagmiddag vond in een plechtige bijeenkomst in de kerk de overdracht
van het bouwwerk plaats, eerst door architect en bouwlieden aan de kerk
voogdij, daarna door de president-kerkvoogd aan de kerkeraad.
Deze plechtigheid van de overdracht werd bijgewoond door een groot aan
tal kerkelijke en burgerlijke genodigden en autoriteiten, benevens door allen die
betrokken zijn geweest bij de herbouw, de aannemer en de uitvoerders, bene
vens de werklieden. Voorts gaven vele kerkbesturen van onderscheiden rich
ting, zowel uit Middelhamis en Sommelsdijk als uit andere dorpen van het
eiland, blijk van belangstelling.
President-kerkvoogd Adr. van den
Nleuwend^k leidde deze bgeenkomst en
liet aanvangen met het zingen van het
4e vers van Ps. 48, om daarna een ge
deelte te lezen uit 1 Kron. 29 en voor
te gaan in gebed. Dan heette hij alle
aanwezigen hartelijk welkom, met name
de vertegenwoordigers van Synode en
Classis en het gemeentebestuur van
Middelharnis^ waarbij ook een aantal
raadsleden.
De pres.-kerkvoogd leidde de gedach
ten der aanwezigen terug naar de droe
ve datum van 30 Dec. 1948 toen men
de kerk in vlammen zag opgaan. Op de
zelfde dag nog zijn kerkeraad en kerk
voogdij bijeen gekomen ova zich op de
toekomst te beraden en aanstonds kreeg
men bewijs van een brede stroom van
medeleven. Ook kreeg men gulweg aan
biedingen voor het gebruik van andere
gebouwen voor de kerkdiensten, zodat
de oudejaarsdienst in de kerk te Som
melsdijk gehouden kon worden, een
dienst, die geen der kerkgangers ooit zal
vergeten. Onmiddellijk zfln de handen in
een geslagen om. te komen tot weder
opbouw. Maar de moeilijkheden waren
groot en vele. Er waren in ons land nog
tientallen verwoeste kerken. Maar er is
naarstig gewerkt en spr. bracht hier lof
en hulde aan architect Meischke en aan
de heer G. Kroos, waarbij vooral de
laatste zich als expert voor de schade
vergoedingen zeer heeft onderscheiden.
Architect Meischke maakte het her
bouwplan, dat direct aanvaard werd. In
Augustus 1949 kon met de herbouw een
aanvang worden gemaakt. Dank zegde
spr. in het bijzonder ook aan de com
missie van advies, waarin zitting had
den Burgemeester, Ds Goedhart, de ex
pert voor de brandverzekeringen Ir de
Ruyter, aannemer C. Kroos en de heren
La Fleur, K. van der Sluis, P. Snqder,
H. van Veen en A. van der Velde.
De kerkvoogdij, aldus deelde de heer
Van den Nieuwendijk mede, heeft gedu
rende deze jaren van herbouw voor eer^
zware opgave gestaan, maar thans kan
dienen van H. Avondmaal, van H. Doop
en voor trouwen. Het orgel is op de
vergrote ruimte afgestemd. Buitenpor
talen werden bygebouwd en door mede
werking van de gemeente werd de in
gang op zijn oorspronkelijke plaats ge
bracht. Ook is een consistorie bijge
bouwd. De vroegere stenen vloer van
het koor is nu van hout, verwarmingen
verlichting werden electrisch, een do-
ventelefoon en versterkerinstallatie zijn
mede aangebracht.
De banken zijn vervaardigd van Sla
vonisch eikenihout. De historische leu
ningen van de preekstoel konden op
nieuw uit de brand worden gered en
sieren weer de trap van de kansel. Ook
het antieke doophekken staat weer in
de kerk. Het financiële resultaat is, dat
de begroting vrijwel niet is overschre
den. Spr. weet dit gunstige resultaat
aan de uitkeringen van de verzekerin
gen en deze op hun beurt aan de heer
Kroos, die hij hiervoor gaarne in het
Kerk en orgel zoals het was vóór de brand.
iij met blijdschap en dankbaarheid zien
op wat stand is gebracht.
Een stuk historie
Architect Meischke releveerde, dat de
kerk dateert uit het midden van de 17e
eeuw, nadat deze voordien gewijd was
St. Michiel ea de H. Johannis. De kerk
is enige malen afgebrand, het laatste
herstel kan nu herdacht worden, aldus
spr., die zei verantwoording te willen
doen -zonder daarbijj in cijfers te ver
vallen van wat de bouwlieden gedaan
hebben. Voor de brand was van het ge
bouw slechts drievierde in gebruik voor
de kerkdiensten en er waren te weinig
zitplaatsen. Bij het nieuwe plan is te
rug gegaan naar de toestand van voor
1904. Bovendien is er een nieuwe kan
sel in gebouwd, werd de toegang naar
de galerij verbeterd en is in de tuin
meer en beter gelegenheid voor het be-
dracht voor Indië. Daar kreeg hij een
post op Malakka. Tenslotte is hij in 1677
als secretaris van de Raad van Indië
overleden. Jan Anthonisz van Riebeeck
is een van die krachtige 17e eeuwse
Hollanders.
Werken eni avonturen werden door
hen niet ontzien. Van Riebeeck wordt
geschetst als een man van prettig kun
nen, in het bezit van een grote mate
van optimisme en Godsvertrouwen.
IJver en werklust waren zeer groot.
Hij was een man met veel tact en be
leid. Hartelijk en minzaam inzonderheid
voor die onder hem stonden. Zijn mede
lijden was spoedig opgewekt. Maar als
het nodig was, dan wist hij van aanpak
ken. Dan wist hij een strenge en recht
vaardige tucht te handhaven. Zijn bete
kenis ligt in de stichting van de Volks
planting aan de Kaap.
Zijn naam blijft verbonden aan Zuid-
Afrika. Hollanders eerst, daarna ver
sterkt met Franse Hugenoten en later
aangevuld met vervolgden uit Duits
land. Zo is daar een natie gevormd,
waarvan de Zuidafrikaanse Boer de na
zaat is. Een Calvinistisch volk. Eén door
de band aan Gods Woord. Gods Woord,
om het bezit waarvan Fransman en
Duitsers zich er kwamen vestigen. Zo
werd het sterke en krachtige Boerenras
gevormd, dat door zijn onafhankelijks-
heidzin nog de kern uitmaakt van het
volk van Zuid-Afrika.
Jan Anthonisz van Riebeeck heeft
daar aan de Kaap iets uit niets ge
maakt.
Nu herdenken we met het Zuidafri
kaanse volk de stichting van de Kaap.
Feestelijkheden zijn reeds enige maan
den aan de gang, die weldra het top
punt zullen bereiken.
Nu gaat men er heen met prachtige
toonschepen, met vernuftige vliegtuigen
in minder uren, dan vroeger in weken.
Deputaties, geschenken, redevoeringen
het hoort alles bij deze herdenking, 't Is
op zijn plaats, dat mem er memorie, ge
dachtenis van houdt, 't Houdt in herin
nering een groots stuk van onze histo
rie. Tóen ons volk groot was door zijn
daden, maar klein voor God. Toen men
boog voor het Woord van God. Toen
men 's Heeren Woord de ereplaats gaf
in de vergaderingen en besprekingen.
Thans houdt men er feest.
Bejubelt men de grote daden van het
voorgeslacht. Dat krachtig en! fier de
volken ontzag afdwong omdat het
kracht en sterkte vond in het IWoord
Gods.
Thans herdenkt en bejubelt men de
daden van het voorgeslacht. Wordt Jan
Anthonisz van Riebeeck en zijn kwali
teiten in het volle licht geplaatst. Maar
men speurt niet meer naar de bron van
kracht en moed, het Woord Gods. Jan
van Riebeeck en terecht z^jn nagedach
tenis wordt gehuldigd. Maar naar de
bron waaraan onze voorouders hun
kracht ontleenden vraagt men niet. De
vreze Gods en het leven naar en uit
Gods Woord. Met de gevolgen, dat een
ruïne van onze grootheid is gebleven.
Dat ons Koninkrijk werd vernietigd.
Dat in Indonesië veel tot niets werd ge
maakt. Dat Indonesië tegen taak, plicht
en roeping werd prijsgegeven. Dat een
volk werd prijsgegeven aan vemietigenh
de en vernielende machten. Dat een volk
in opkomst en ontwikkeling werd te-
ruggevrorpen in chaos en verwildering.
Dat veel wat door ons volk in Indonesië
werd bereikt voor afbraak werd van de
hand gedaan. Veel tot niets gemaakt.
Zuid-Afrika en Indonesië. Beide be
langen van de Compagnie, van ons volk.
Het eerste van niete tot iets, door stoe
re werklust en energie, het tweede van
veel tot niets, door onverantwoordelijke
politiek en valse leuzen. Dat is het droe
ve beeld dat we in 1952, het 300-jarig
herdenken van de stichting van Zuid
Afrika ons volk moeten voorhouden.
openbaar hulde en dank wilde betuigen.
De vorige kansel droeg een lezenaar uit
de 2e helft van de 17e eeuw. Samen
met de heer Kroos heeft spr. deze le
zenaar die zwaar gehavend uit de
brand tevoorschijn kwam laten her
stellen en het was spr. een genoegen
deze tegelijk met het gehele gebouw en
mede namenis de aannemer aan het
kerkbestuur over te dragen, waarbij spr.
de hoop uitte, dat tot in lengte van da
gen het Woord op deze lezenaar moge
rusten.
Veramtwoordeiykheid
Namens de Synodale Commissie voor
wederopbouw van kerken sprak Mr Ter
Linde, die gaarne de gelegenheid aan
greep om de kerkelijke gemeente in Bij
belse zin geluk te wensen, nu zij van
God dit gebouw weer krijgt. Deze spr.
vergeleek het grote, nieuwe en schone
gebouw met de onogelijke gebouwtjes,
die hij menigmaal elders bezoekt en die
er o.a. blijk van geven hoezeer kerken
vaak mishandeld zijn,
„Welk een ongelofelijke verantwoor
delijkheid om hier te mogen voorgaan
en om hier te mogen zitten, maar welk
een voorrecht tevens!" zo riep deze spr.
uit, die zich dankbaar verklaarde, dat
met deze herbouw dit kerkgebouw aan
de gehele Herv. Kerk van Nederland is
terug gegeven. Mr Ter Linde besloot
met de bede, dat deze kerk nog lang
een teken moge zijn van een ernstig
zoeken naar een leven in Jezus Christus.
lievenswerk van orgelbouwer
Leeflang
Dr Vente droeg, mede namens orgel
bouwer Leeflang, als adviseur en ont
werper het orgel over aan het kerkbe
stuur. Spr. zei niet te weten het hoe
veelste orgel dit is, dat in de Herv. Kerk
van Middelhamis staat, maar wel weet
hfl zeker dat het het grootste is. „Waar
om werd het zo groot, tweemaal groter
dan het vorige?" aldus stelde hij de
vraag om er op te antwoorden, dat ook
de kerkruimte zeer veel groter werd en
dat vooral de afstand van voor tot ach
ter in de kerk aanzienlijk werd. En bo
vendien wilde de kerkvoogdij zo'n groot
orgel laten bouwen. Spr. meende dat de
kerkvoogdij hiervoor de dank van de
gemeente toekomt en zelfs van het ge
hele eiland.
Dank zegde spr. vooral aan de heer
Leeflang, die met nooit aflatende liefde
en met voortdurende energie er aan ge
werkt heeft en van wie het stuk le
venswerk is. Spr, uitte zijn beste wen
sen voor het gebruik van het orgel, dat
bij het begeleiden van de gemeentezang
het belangrijkst zal zijn, maar waarvan
spr. hoopte dat het ook in culturele zin
zgn hoge waarde zal mogen bewijzen.
Prov. Class. Bestuur
Namens het provinciaal classikaal be
stuur voerde wegens verhindering
van Ds Postma
Ds Woithers uit
Oude Tonge het
woord. Ook deze
wenste de gemeen
te van harte geluk
met het prachtige
gebouw en hij
hoopte, dat veleen
er Christus zullen
lereni kennen en
tot het eeuwige le
ven gebracht zul
len worden en dat
de gemeente er in
de volheid van
Gods zegen in zal
mogen verkeren.
Classis Brielle
'Ds Koele uit
Dirkslamd sprak
namens de classis
Brielle en vertelde
mede getreurd te
hebben toen de
kerk verbrandde,
zoals hij nu ver
heugd was om de
ingebruikname van
kerk en orgel. Er
is in de Herv. ge
meente van Mid
delhamis gebeden
en gewerkt beide.
Men is actief ge
weest en dat heeft
tot deze herbouw
geleid. In de strak
heid der Ignen van
het orgel zag spr.
iets van de stoer
heid van het Calvi
nisme. Ook Ds
Koele hoopte, dat
deze kerk tot in lengte van jaren voor
de Dienst des Woords gebruikt zal mo
gen worden, dat het orgel de dienst naar
eer zal begeleiden en dat in dit gebouw
Christus gepredikt en gekend zal wor
den als heer en HeUand.
Dorpsgiemeenschap dient Chris-
tusTgemeensoliap te zym!
Burgemeester Rijnders sprak namens
de burgerlijke gemeente woorden van
gelukwens. Natuurlijk, zo zei spr., gaan
de gedachten terug naar de brand, maar
ook naar het verheugend feit, waaruit
bleek, dat er direct moed en geloof wa
ren om aan te pakken voor de her
bouw. Die is niet eenvoudig geweest.
Het heeft heel wat gekost ona tot de
herbouw te komen, zoals er ook vele
overwinningen nodig waren opdat in
eenheid de schouders onder het werk
gezet zouden worden. Bij deze herbouw
was de burgerlijke gemeente ook be
trokken. De kerk staat in het hart van
het dorp, in het stedebouwkundig cen
trum. Daarom heeft de gemeente alle
medewerking verleend. Bovendien is de
toren eigendom van de burgerlijke ge
meente en werd deze bij de restauratie
betrokken. Spr. was er dankbaar voor,
dat de gemeenteraad er de gelden voor
voteerde. „Als gebouw is deze kerk al
belangrijk", zo vervolgde burgemeester
Rijnders, „maar het is veel meer dan een
gebouw" en spr. hoopte dat van hieruit
de nieuwe Handelingen 2 mochten
beginnen, want in deze tijd van ondraag
lijke spanningen en van nihilisme is er
maar één tegenwaarde, nl. Jezus Chris
tus en het geloof in Hem. Van de kerk
moet de kracht uit gaan om te bewij
zen, dat de dorpsgemeenschap ook een
Christengemeenschap is. Spr. hoopte,
dat dit een kerk met een open deur
voor de maatschappij buiten zal zijn,
dat de grenzen gesloopt zullen worden
en dat de Levende Boodschap tot in al
le onderdelen der gemeenschap zal door
dringen. Bij dit alles kan het orgel niet
gemist worden en spr. verklaarde zich
blij om de grootse beslissing in dezen,
hopende dat de organist er de volle lof
van Psalm 150 zal weten uit te halen.
Dank aan de bouwers!
De heer Van den Nieuwendijk betuig
de daarop dank aan de sprekers en
richtte zich nog eens in het bijzonder
tot de heer Kroos als aannemer en ge
volmachtigde van de kerkvoogdij. Hij
heeft buitengewoon gewerkt, belange
loos en uit liefde voor de kerk. Tevens
bedankte de president-kerkvoogd alle
arbeiders, die dikwijls lastig maar ook
veel mooi werk te verrichten hebben ge
had. Voorts bedankte spr. Dr Vente, ar
chitect Meischke en dhr Kroos voor het
mooie geschenk, en de heer Leeflang en
alle anderen, hopend niemand vergeten
te hebben.
Vervolgens noemde de heer Van den
Nieuwendijk het een aangename plicht
kerk en orgel over te dragen aan de
kerkeraad, hopende dat deze het huis
des gebeds zou aanvaarden en dat de
Heere de kerkeraad kracht moge schen
ken, opdat de kerk zal dienen tot uit
breiding van Gods Koninkrijk en tot
verheerlijking van Zijn Naam.
Aanvaarding van de Kerkeraad
De voorzitter van de kerkeraad,
ouderling E. van der Boom, aanvaardde
gebouw en orgel van de kerkvoogdij
met grote dankbaarheid. Veel moeiten
en zelfs veel verdriet is aan deze tot
standkoming vooraf gegaan, maar nu
was het de ure van vreugde en blijd
schap. Namens de ganse gemeente zeg
de spr. dank voor de grote ijver en vol
harding, waarmede door kerkvoogdij,
bouwlieden en alle anderen gewerkt is.
Ook de gemeente heeft blijk gegeven
haar taak te verstaan, zij heeft gebe
den tot God en God heeft de harten
geneigd om te geven. Spr. zag in de
herbouwde kerk een vrije gift van Gods
genade en hij hoopte, dat God de kerk
met Zijn zegen moge kronen. Naast
vreugde was er toch ook droefheid in
spr.'s hart en wel als hg zag op de ver
gankelijkheid van het leven; velen, die
mede hvui gift hebben neergelegd en die
hoopten op deze dag, hebben die niet
Froniaanzicht van het machtige, nieuwe orgel in de
herbouwde Ned. Herv. Kerk te Middelhamis.
meer mogen beleven, zij zijn door de
dood weggerukt. Spr. herdacht ook de
vroegere voorgangers van de gemeente
en stond er voorts bij stil, dat er nu wel
verheuging is om de nieuwe tempel,
maar dat alleen zitten in de tempel niet
voldoende is. Hij hoopte, dat hier zonda
ren uit de duisternis getrokken zouden
worden en van de weg der zonde naar
die der zaligheid zullen worden geleid,
en hoopte dat dit de vrucht zou mogen
zijn van herbouw en overdracht.
Dank aan de pastor loei
De heer Van den Nieuwendijk bracht
dan nog dank aan Ds Goedhart van wie
hij getuigde, dat deze een zware taak
heeft vervuld en dat de predikant bui
tengewone dank toekomt, in het bijzon
der voor het verzorgen van de financi
ële kant van de herbouw. Het speet spr.
dat Ds Goedhart niet aanwezig was en
hij hoopte, dat deze gevoelens van dank
hem zullen bereiken. Dank zegde de
president-kerkvoogd ook aan de andere
predikanten, kerkvoogdijen, en kerkera
den voor het afstaan hunner gebouwen
gedurende de tgd van de herbouw.
Slot
Ouderling v. d. Boom sloot met dankge
bed en liet de plechtigheid eindigen met
het zingen van Ps. 89 1, ,,'k Zal eeuwig
zingen van Gods goedertierenheen",
waarbij het machtige geluid van het
grote orgel, bespeeld door de heer Keij-
zer, de kerk geheel vulde.
Bouw en disipositle van het
nieuwe Orgel
Voor het nieuwe, grote orgel in de
herbouwde Ned. Herv. Kerk te Middel
hamis trad als adviseur op Dr M. A.
Vente te Utrecht. Deze geleerde promo
veerde indertijd op een proefschrift, dat
handelde over de historie en de bouw
wijzen van de Nederlandse kerkorgels.
In overleg met de orgelbouwer, de heer
Ernst Leeflang te Middelhamis kwam
de adviseur tot de bereikte omvang en
indeling. In de afwerking van het front
sprak uiteraard de restaurateur van de
kerk, architect Meischke een woordje
mede. De houtbewerking van het front
geschiedde door de heer C. Boeter, meu
belmaker te Middelhamis.
De breedte van het orgel is 9 meter,
de hoogte bijna 10 meter. Het is ge
bouwd volgens het principe van de oude
Nederlandse kerkorgels, met de speel
tafel tussen rug- en hoofdwerk in, aan
de zijden de machtige pedaalwerken en
het hoogst, tot in de toog van de kerk,
het zgn. bovenwerk. Gedurende de laat
ste eeuw, zo vertelde ons de heer Leef
lang, werd deze bouwwijze bijna niet
meer toegepast, Jnaar sinds enkele ja
ren is men er op terug gekomen.
De speeltafel heeft drie klavieren en
een pedaalwerk, het orgel beschikt over
43 stemmen en er zijn meer dan 3200
pijpen ingebouwd. Ook met de speelaard
heeft men terug gegrepen naar het
oude, namelijk naar het mechanisme. In
de laatste jaren bouwde men wel orgels,
die een geheel electrische bediening had
den. Hier koos men de mechanische
toetsstructuur, echter electro-pneumati-
sche registratuur. De grote pijpen zijn
16 voets.
Het pedaal gaat van C tot f 1 met
30 toetsen, waarbij o.a. bourdon, praes-
tant, subbas, roerquint, nachthoom, ba
zuin, trompet, schalmei enz. Het rug
werk C g3 telt 56 toetsen, evenals
het hoofdwerk, (C g3 met o.a. cor
net, fagot en trompet) en het bovenwerk
(C g3 met o.a. koppeHluit, gems
hoorn, flageolet, cymbaal, schalmei en
tremulant.
De koppels veroorloven het samen
spelen van rugwerk op hoofdwerk,
hoofdwerk op rugwerk, bovenwerk op
hoofdwerk, rugwerk op pedaal en hoofd
werk op pedaal.
Het machtige instrument is gebouwd
boven de hoofdingang van de kerk, te
gen de toren aan en het beslaat de ge
hele breedte van het gebouw, waarin
het ook overigens een dominerende
plaats inneemt. In tegenstelling met de
vele Nederlandse kerkorgels, die in de
tijd van het Baroc werden gebouwd, is
(Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom)