DE WET BESTRIJDING
AARDAPPELMOEHEID
Openbare lessen aan de
Ambachtsschool
Schrammetje
Dappere Stellendamse redders gehuldigd
Woensaag 12 Maart 1?52
No. 2098
CHRISTELIJK WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE
EILANDEN
Crifiek op de C.H. fractie
in de Tweede Kamer
Ook al net als op
Flakkee
Ter navolging!
DE BESTE SCHOONMAAK
met VAN OENTS Boenwas
Er worden flinke ambachts
lieden gekweekt
schr^'ft:
24ste Jaargang
niEUws
VerscHiJnt tnreennaal per week. Woensdag en Zatbeudag Beidactielyareau: Prins Hendritestraat 14
Mi'^elluutnls
Abonnementspiijs 1.70 per kwartaal
Telefoon 17
Middelhamis
Giro 167930
Postbox 8
Telefoon
Drukkerij 19
Adv.-prijs 12 et
per mm. Bij
contract speciaal
tarief
In de gelederen van de Chrlstelijk-His-
torische Partij heerst ontevredenheid.
Een ontevredenheid, die in verband staat
met de gevoerde landspolitiek van die
partij.
Ontevredenheid waarvan uiting wordt
gegeven door middel van een circulaire
gericht aan de C.H. Kiesverenigingen,
Deze critiek houdt in hoofdzaak verband
met de houding van de Christelijk-His-
torische Partij bij de Souvereiniteitsover-
dracht aan Indonesië. Dat behoeft ook
geen verwondering te wekken. Een zeld
zaam voorkomende tweeslachtigheid
kwam bij de C.H. partij openbaar. Een
tegenstrijdigheid van het gevoerde be
leid vóór en né. de verkiezing zoals haast
nooit voorkomt.
Een ommezwaai als men in een geor
dende partij in zo korte tijd voor uit
gesloten zou achten. Het beleid van de
Christelijke Historische Partij heeft gro-
te teleurstelling gebracht. Zowel binnen
de partij, waarover we niet willen oor
delen, als buiten de partij waarover we
een enkele opmerking wensen te maken.
Voor de laatste verkiezing van de Twee
de Kamer was het algemeen in de ver-
kiezingslectuur en in de redevoeringen
een stelling nemen tegen het zwakke en
onverantwoordelijke beleid van onze Re
gering. Het roer moest om. Wilt ge een
ander beleid inzake Indonesië, kiest dan
de mannen van de C.H.-partij.
Daarop kwam de propaganda van de
C.H. partij voor de verkiezing neer.
En na de verkiezing? Neemt de C.H.
partij deel aan de Regering, die de Sou-
vereiniteit van lidonesië overdraagt.
Stemmen een aantal kamerleden van die
partij voor die overdracht. Met het ge
volg, dat Indonesië voor ons verloren
güig en dat van ons Koninkrijk werd
uitgeleverd. Dat de critiek oefenende
vooraanstaande mannen van de C.H.
partij geen vertrouwen meer hebben in
die kamerleden die voor de Souvereini-
teitsoverdracht hebben gestemd vinden
we alleszins verklaarbaar.
De C.H. partij door haar deelneming
aan die Regering en de C.H. Kamerle
den-voorstemmers hebben een on-Ne
derlandse politiek gevoerd en ze hebben
bfl de verkiezingsvoorbereiding hun kie
zers een rad voor de ogen gedraaid.
Geen wonder, dat ze het vertrouwen van
velen in de C.H. partij verloren hebben.
Bij de behandeling van de Kweek-
schoolwet in de Tweede Kamer viel de
stemming op een belangrijk onderdeel
zuiver Links tegenover Rechts.
In Hilversum komt een Prot. Chr.
middelbaar-technische school. Eea school
waaraan voor het Christelijke volksdeel,
daar ze de eerste van die soort zal zijn,
in ons land grote behoefte bestaat. De
Raad van Hilversum aanvaardde die
school.
Evenwel met een stemming zuiver
Rechts tegen Links. Dus Middelhamis
en Nieuwe Tonge staan heus niet alleen.
Het optreden van de Linksen in beide
plaatsen schijnt dus boven het occasio
nele uit te gaan. Het heeft er alle schijn
van dat. het een symptoon is van een
geestesgesteldheid, die een nieuwe tijd
inluidt.
Dat de mannen; van Links terugkeren
tot die zuivere ouderwetse ideeën van
tegenstand tegen het Christelijk onder
wijs. Hun terminologie wijst daar wel
heen. Als men speciaal van Nieuwe
Tonge, het verslag leest is men geneigd
om te kijken, of men soms niet een krant
van veertig, vijftig jaar terug in de hand
heeft.
Ja zelfs de hartstochtelijkheid van die
dagen vindt men er in terug. De bewo
genheid van gemoed. Het moeilijk zich
rustig houden, al gelukte dat uiteinde
lijk toch.
Inderdaad in de bovengenoemde plaat
sen scheen het of de schoolstrijd weer
herleeft was. Want dat die mannen him
program en de beginselen hunner leids-
lieden zo slecht zouden kennen en ver
staan is toch te absurd om aan te ne
men.
Welke lering er van uit gaat? Dat
het Christelijk Onderwijs bij Links niet
veilig is.
Dat van liberaal tot socialist en com
munist een eenheidsfront zeer gemak
kelijk tot openbaring komt indien het
Chi-istelijk Onderwijs er bij betrokken
wordt. Feiten, die we, vooral op ons
eiland niet mogen vergeten. Het huma
nisme, de voedingsbodem van al wat
links staat is de vijand van het Chris-
teradom. Als het tegen het Christelijk
Onderwijs gaat, dan haalt men zijn wa
pens uit het humanistische tuighuis. Dat
doet de Liberaal, maar ook de Socialist
en de Communist. Vergeten we niet, dat
ze een gemeenschappelijk tuighuis heb
ben. Het tuighuis van het humanisme.
Dat van het Bijbels Christendom een ge
slagen vijand is.
We lezen in de nieuwsbladen:
„Dr Edith Summerskill, het socialis
tische Britse Lagerhuislid heeft bekend
gemaakt, dat zij een wetsontwerp zal
indienen ten einde de bokssport in En
geland te verbieden. Ik geloof dat het
op de weg van de vrouwen ligt de man
nen eindelijk eens een lesje in gedrag te
geven. In een wereld waarin we ons
uiterst best doen de vrede te bewaren,
zie ik niet in waarom we toestaan dat
De groepscommandant der Rijkspolitie de heer S. iW. de Heer te Middelhamis
heeft in het maandblad „CONTACT" (Uitgave Politiehonden-dresseurclub Goe-
reeOverflakkee) een artikel over bovengenoemde Wet geschreven, wat wg ook
in ons blad overnemen. Nog steeds blijkt, dat de bevolking nog niet genoeg
doordrongen is van de noodzakelijkheid van de stipte naleving van deze Wet,
daar hierdoor misgewassen ern exportbelemmeringen, kunnen worden voorkomen.
In dit artikel beziet de schrijver de
bepalingen! welke gelden voor de eige
naars en gebruikers van percelen tuin-
grond, beneden 10 are (1000 m2) daar
ik veronderstel, dat de grotere aardap
peltelers in hun eigen vakbladen vol
doende over deze aangelegenheid zullen
worden ingelicht.
De aardappelmoeheid wordt veroor
zaakt door het aardappelaaltje, dat zich
alleen kan vermeerderen in de wortels
van aardappelen en tomaten.
In eeni jaar, dat men op bemest ter
rein aardappelen teelt, zal het aantal
aaltjes tien maal zo groot worden, aan
gezien het zich zeer snel vermeerdert.
Het gevaarlijke van deze ziekte is,
dat niet direct is aan te tonen, of de
grond besmet is. Zieke gewassen ont
staan pas enige jaren later en dan is
het eigenlijk al te laat.
De beste maatregel die grote verbrei
ding van de ziekte kan voorkomen is:
WISSELBOUW.
Ben eventuele, nog niet waarneemba
re besmetting van de grond, zal geen
kans krijgen) een ernstige omvang aan
te nemen, wanneer men na het telen
van aardappelen in enig jaar de cysten
dat gedeelte, waarop in 1951 aardappe-
leni werden geteeld.
No. 3 geeft een perceel tuingrond aan,
dat in 1951 geheel met aardappelen was
bepoot. Hierop mogen in het jaar 1952
en 1953 in het geheel geen aardappelen
worden geteeld, doch kan men pas in
het jaar 1954 weer voor Vs gedeelte met
aardappelen, bepoten.
Tenslotte kan het nog voorkomen, dat
iemand in 1951 op de helft van zijn per
ceel tuingrond aardappelen heeft ver
bouwd.
Dit heeft tot gevolg, dat zo iemand
in 1952 op het gedeelte waarop in 1951
geen aardappelen werden geteeld, aard
appelen kan verbouwen, doch slechts op
1/3 gedeelte van het gehele perceel.
Ook op dat perceel mogen echter in
1953 in het geheel geen aardappelen
worden geteeld, doch kan pas in 1954
weer begonnen worden met het verbou
wen! van aardappelen op 1/3 gedeelte van
het gehele perceel, te beginnen op dat'
gedeelte, waarop in 1951 aardappelen
werden geteeld.
Indien dus bij de te houden controle in
1952 blijkt, dat door de gebruiker van
het perceel tuingrond weer aardappelen
worden geteeld op hetzelfde gedeelte.
(dit zijn de moederdieren) laat uitster
ven. Een rusttijd van twee jaren na elk
aardappelgewas is hiervoor voldoende.
Artikel 2, Ie lid van de Wet Bestrij
ding Aardappelmoeheid, verbiedt dan
ook, om in de eerstkomende twee jaren
na een aardappelgewas, op hetzelfde ter
rein wederom aardappelen te poten.
In het jaar 1951 zijn in iedere gemeen
te door de Politie de volkstuintjes en de
tuintjes bij de woningen gecontroleerd,
terwijl daarbij tevens een schetstekening
is gemaakt, waarop Is aangegeven op
welk gedeelte van die tuin toen aard
appelen werden geteeld.
Ter veruidelgking zijn hierbij drie
verschillende van die schetstekeningen
afgedrukt. Het gearceerde gedeelte op
die tekeningen, was in 1951 met aard
appelen bepoot.
No. 1 geeft een' perceel tuingrond aan,
dat in 1951 voor Va met aardappelen
was bepoot. Hier is dus de juiste wijze
van wisselbouw toegepast. Op het ande
re 2/3 gedeelte kan nu in het jaar 1951
en 1953 voor 1/3 gedeelte van het gehele
perceel met aardappelen worden bepoot.
Daarna kan men in 1954 weer aard
appelen verbouwen op het Vs gedeelte
van 1951.
No. 2 geeft een perceel tuingrond aan,
dat in 1951 voor 2/3 met aardappelen
was bepoot. In het jaar 1952 kan nu
het overblijvende 1/3 gedeelte met aard
appelen worden bepoot, doch in het jaar
1953 mogen dan op het gehele perceel
bouwland geen aardappelen worden ver
bouwd.
In het jaar 1954 kan dan weer 1/3 ge
deelte van het perceel tuingrond met
aardappelen worden bepoot en wel in
de mensen elkaar bij wijze van spelletje
verwonden."
Zo melden de couranten, We schrijven
ter navolging. Ook in ons land komt de
bokssport voor. Ook in ons land wordt
deze mensonterende gruwel toegelaten.
Van grote scharen kijklustigen. Al de
ruwheid en ontaarding ten toon gespreid
voor een decadent publiek. Dat er zijn
genoegen in vindt, dat twee mensen een
strijd aangaan op leven en dood. Een
publiek dat geniet van de worsteling van
twee mannen, die met hijgende borsten
en met bezweten lichamen voor geld el
kaar trachten zodanig te raken, dat ze
„knock out" geslagen worden.
In Engeland komt men op himianisti-
sche gronden tot het voorstellen van een
verbod. Maar dan in ons land? Dan laat
men deze uitbarsting van de beschaving
ongehinderd toe. Niettegenstaande het
Goddelijk gebod „Gij zult niet doden."
Want de bokssport voert ook tot dood
slag. En dan de uitbreiding „hate en
kwetse" zoals de Catechismus er op
grond van Gods Woord aangeeft.
Het is een schande voor een beschaafd
land. Voor een Christenland. Helaas hoe
diep zijn we voor de Regering van Land
en Volk van Gods Woord en Wet afge
weken. Naar 's Heeren Woord wordt
niet meer omgezien. Gods Wet wordt
veracht en op zij gezet. tHit de Raad
kamer van onze Regering is Gods Woord
verwezen. De gruwelen van de heidenen,
zoals de bokssport worden toegelaten en
beschermd.
Droevig verval en Inzinking. Droevig
verlaten van de beginselen van Gods
Woord.
Van welke beleving alleen heil te ver
wachten Is.
waarop hij dat in 1951 heeft gedaan, be
gaat hij een overtreding van artikel 2,
Ie lid dezer wet.
Men dient echter goed te bedenken,
dat artikel 2, 2e lid van deze Wet ver
biedt, om in enig jaar aardappelen te
telen op meer van Vs van de oppervlak
te van een stuk grond, dat kleiner iè
dan 10 are.
Wanneer dus bij de controle in 1952
blijkt, dat iemand bv. de helft van zijn
perceel tuingrond met aardappelen heeft
bepoot begaat hij een overtreding van
artikel 2, 2e lid dezer Wet.
Ingevolge Artikel 8 dezer Wet, kan
op last van de Minister op kosten van
de overtreder en desnoods met behTüp
van de sterke arm, worden teniet ge
daan, respectievelijk verricht, hetgeen in
strijd is met enig bij of krachtens deze
Wet gegeven voorschrift is of wordt
verricht, respectievelijk nagelaten.
Hierdoor is het dus mogelijk, dat bv.
de aardappels die zijn gepoot in een ge
deelte van een perceel tuingrond, waar
op het vorige jaar ook aardappels zijn
verbouwd, moeten worden uitgeroeid,
ook al zouden) deze aardappelen bv. nog
maar juist boven de grond staan.
I Hetzelfde kan ook gebeuren met dat
gedeelte van de gepootte aardappelen,
hetwelk meer dan 1/3 gedeelte van het
gehele perceel tuingrond beslaat.
Tenslotte zij nog vermeld, dat door de
Directeur van de Plantenizektenkundige
Dienst te Wageningen op verzoek van
belanghebbende van het in Artikel 2,
Ie lid van de Wet genpemde verbod in
zoverre ontheffing kan worden verleend,
dat op grond, waarop in enig jaar de
aardappelen zijn gerooid vóór 20 Juni, of
zoveel eerder als door de Directeur zal
worden bepaald, reeds in het tweede
daarop volgende jaar aardeppels mogen
worden gepoot. Dit geldt dus alleen voor
de zgn. vroege aardappelen.
Het verzoek moet telkenjare vóór 1
Juni worden ingediend bö genoemde Di
recteur. Op of kort na de rooidatum
wordt dan onderzocht, of inderdaad alle
aardappelen op het betreffende perceel
zijn gerooid. Is dit het geval, dan krijgt
men verlof, na twee jaar op hetzelfde
gedeelte weer aardappelen te poten. Zijn
ze niet gerooid, dan geldt weer de be
paling, dat men pag na drie jaar weer
op hetzelfde gedeelte aardappels mag
poten.
Bij de gehouden controle in 1951 is
in de meeste gemeenten nog niet over
gegaan tot het opmaken van een pro
ces-verbaal, indien een overtreding van
deze Wet werd geconstateerd, doch men
dient er rekening mee te houden, dat in
het vervolg, van de overtredingen die
bij de gehouden controle worden gecon
stateerd, onverwijld proces-verbaal zal
worden opgemaakt.
Ieder aardappelteler dient zich bewust
te zijn van het grote gevaar, dat de aard
appelmoeheid met zich brengt. Dan zal
het naleven van de gegeven voorschrif
ten voor hen niet moeilijk zijn, al zal
in verschillende gevallen hieruit een di
rect nadeel voor betrokkenen voort
vloeien.
Dit nadeel is echter klein, vergeleken
bij de schade die zal ontstaan, wanneer
men zich thans niet aanpast aan de
nieuwe omstandigheden. De aardappel
moeheid is er nu eenmaal en we moeten
er rekening mee houden.
Juist van de volkstuiners en diegene
die een stukje tuin bij hun woning heb
ben, moet de medewerking bg het uit
voeren van de Wet groot zijn.
De economische belangen, die met de
teelt gemoeid zijn, zgn maar klein, maar
de resultaten voor de gemeenschap zijn
groot, wanneer men zich houdt aan ^/s
wisselteelt en ook andere voorschiften
stipt opvolgt.
Wisselbouw bij de aardappelenteelt is
thans een noodzaak voor een goede be
drijfsvoering, medewerking van het be
drijfsleven in al zijn geledingen is nood
zakelijk om te slagen in de strijd tegen
deze ziekte.
Alleen door eendrachtige samenwer
king zal de ramp van de aardappelmoe
heid voor ons land zijn te beperken en
wellicht af te wenden.
In de Ambachtsschool te Middelhamis was het vorige week een drukte van
belang. Meni hield er de jaarlijkse openbare lessen en zoals altijd werden deze
ook nu druk bezocht door ouders en door adspirant leerlingen. De school toon-
tlvm^MJ^L^^'^^' «^^^smidsvuren brandden hoog op, de scherpe lasbranders
verblmdden de ogen en deden myriaden vonken in het rond spatten, de draai-
banken zoemden, bij de timmerlieden klopten de hamers en hiilden frais- en
vlakbanken. Alleen bij de schilders was het stil. Daar kon men bewonderen hoe
de jeugdige leerlmgen keurige letters op schilden zetten en hoezeer men ook in
die afdelmg volkomen bij is met het laatste op het gebied van de techniek.
In aanwezigheid van het college van directeuren van de Koninklijke Zuidhol
landse Maatschappij tot redding van schipbreukelingen heeft de president-di
recteur, de heer Murk Leis, de bemanningen van de reddingsboten Jan Leis en
Koningin Wilhelmina gistermiddag gehuldigd in het directiekantoor van L.
Smit en Co.'s internationale sleepdienst te Rotterdam. Br zijn nog nooit zoveel
bemanningsleden bijeen geweest om te worden onderscheiden, zei hij.
Nog nooit In de geschiedenis van de
ze reddingsmaatschappij zijn in zo korte
tijd, zelfs niet In een jaar, zoveel schip
breukelingen aan wal gebracht als in de
laatste tijd. In twee maandèïi werden
168 mensen gered, van wie de President
Jan Leis er 129 voor haar rekening nam.
Op deze verheugende dag valt een
schaduw door hét heengaan van Arie
Brinkman, die een uitstekend schipper
en een pracht man was, aldus de heer
Leis. Hö roemde evenzeer de mannen,
die nu voor hem stonden. Zg zgn er
een voorbeeld van, dat de mens niet
alleen rechten, maar ook plichten
heeft. Wij zijn trots op jullie vervolg
de hij, en ona hele volk kan dat op
jullie zijn.
De heer Leis heeft daarna de medail
les gelegd op de borst van «de koene
zeelui en hun de er bij behorende oor
konden overhandigd. Schipper W. de Ja
ger van Stellendam ontving de gouden
medaille, die ook posthuum was toege
kend aan schipper Brinkman. Hg heeft
sinds 1926 175 mensen gered. De redding
van de mensen vsm de Ganges noemde
hij de moeilijkste.
De overigen kregen de grote zilveren
medaille. W. van Seters, voorheen eer
ste machinist op de Koningin Wilhelmi
na en sinds 1 Februari schipper op de
President Jan Leis, heeft 167 geredden
op zijn naam staan. De andere Stellent-
dammers zijn stuurman M. van Soest,
tweede machinist N. Roon, en de matro
zen A. de Jager, H. van Soest en G.
Roon. Laatstgenoemde is pas 21 jaar en
is sinds kort aangesteld als machinist
H. Bénarid, eerste machinist van de
President Jan Leis, is de oudste in dienst
van de maatschappij. Hij redde sinds
1921 405 mensen. De overigen te Hoek
van Holland zgn stuurman A. Troost, de
tweede machinist F, de Weers, en de
matrozen S. Visser, H. de Weers en Hl
Boon. De laatste heeft onlangs ontslag
gevraagd, omdat W}-' naar de Rgnvaart
gaat.
Bij die schilders zagen wij geverfde
panelen, zo mooi, zo glanzend,hier en
daar met een matte lijn er in gepolijst
dat iedere huisvrouw wel zal wensen
de kamer zo opgeschilderd te hebben.
En bij de autoherstellers zagen wij, hoe
de jongens onder het oog van de leraar,
bezig waren met auto- en tractormoto
ren, met electrische uitrustingen enz. De
school bruiste van leven en plezierig la
waai. Hier wordt de Plakkeese jeugd
het ambacht geleerd en kunnen de jon
gens zich laten prepareren op een be
roep in de industrie. Met dagschool,
avondschool en leerlingenstelsel heeft
men een uitgekiend en afgerond systeem
van vakonderwijs, hetwelk er voor zorgt,
dat de jongelui bij normale aanleg
juist voor het bereiken van de dienst
plichtige leeftijd, klaar zijn. Er zijn er
zelfs, die voor hun 20e het diploma ge
zel halen!
Dat zag er dus allemaal erg moedge
vend uit. Een fijne school, een grote
school, met een uitgebreide staf van le
raren, boordevol materialen en machines,
met een lesrooster en leermethoden, die
er voor zorgen, dat de jongens in kortst
mogelijke tijd een zo groot mogelijk do
sis kennis en kundigheden wordt bijge
bracht! En toen wij dit alles overzagen
dachten wij natuurlijk aan het grote pro
bleem van onze streek: aan de werk
loosheid, die deze winter op Flakkee wel
heel erg om zich heen grijpt. (Wij ver
wijzen naar de opgave van het arbeids
bureau te Middelhamis, geplaatst in het
Zaterdagnummervan 8 Mrt. jl. volgens
welke het aantal boven 1200 ligt!) Het
bestuur van de school en dhr Kamstra
volijverig in de weer, als strijd, voor
school, onderwijs en jongens en vooral
voor de toekomst van de aanstaande
vaklieden moeten daaraan ook ge
dacht hebben en wij werden) getroffen
door een groot bord, waarop een eigene
aardig rekensom te lezen stond, een som,
waarvan de uitkomst bij de Flakkeese
oudelui op het hart wordt gedrukt.
Wij lazen op dat bord:
Rekiens^m vtoor ouders:
begin van de cursus
1 April, ouderdom van uw zoon
13 14 jr.;
't eind van de cursus:
Uw zoon heeft de leeftijd van
16 17 jr.
De leertijd van de patroon,
begin van het leerlingstelsel.
Bij het eind van deze leertijd
is Uw zoon oud 18 19 jr.
Begin van de militaire diensttijd.
Uw zoon telt op en de uitkomst is:
„Hij, die een technisch beroep heeft
geleerd.
Verdient de kost, waar hij
verkeert!"
En zo'n uitkomst ziet er ook moed
en hoopgevend uit! Temeer, omdat het
verleden de proef al op :de som leverde:
tallozen, die hun eerste vakonderwijs op
de Plakkeese ambachtsschool ontvingen,
hebben op oudere leeftijd als gedegen
vaklui, als patroons of in fimcties bij
grote bedrijven of het onderwijs, zich een
goed stuk brood veroverd.
Met deze feiten en omstandigheden
voor ogen trof het ons, dat directeur
Kamstra momenteel een wat pessimis
tisch geluid liet horen over de aangifte
van nieuwe leerlingen. Dat loopt niet zo
hard als anders. Mogelijk, dat diverse
ouders de uitslag afwachten van de test,
welke men op het arbeidsbureau voor
het bepalen van de beroepskeuze weer
is gaan uitvoeren. Zodat de aangiften
wat langer uitblijven dan anders. Maar
overigens meende de heer Kamstra, dat
nog maar al teveel Plakkeese ouders
niet doordrongen zijn van de grote toe
komstwaarde van het vakonderwijs op
de Technische School W. C. van As. De
directeur verklaarde ons, dat hg zich
niet kon onttrekken aan de indruk, dat
teveel ouders zich laten verleiden om
hun jongens naar het land te sturen, in
het vertrouwen van een goede financi
ële uitkomst van de uienoogst; voorts,
dat teveel ouders te weinig bereid zijn
om zich offers te getroosten die ove
rigens inderdaad wel eens heel zwaar
kunnen zijn —1 voor de toekomst van
hun kinderen, waar het in het gezin in
feite toch in de eerste plaats om moet
gaan.
En toen de directeur ons dat zo zei,
dachten wij vanzelfsprekend weer aan
dat leger der 1200 werkloze Plakkeese
mannen, wier handen zo zij een tech
nisch beroep hadden geleerd zo gaar
ne in de Industrieën elders in het land
aanvaard zouden worden. En daarom
hopen wij voor de toekomst van de Plak
keese jongeren, dat de aangifte voor de
Ambachtsschool toch nog tot een maxi-
miun zal stijgen!
rNGEBRTimNAME NIEUWE OKGEL
IN PE HERBOUWDE
HERVORMÖE KEKK
Woensdag 2 April a.s. zal het door de
firma Leeflang gebouwde nieuwe orgel
in de Herv. Kerk alhier officieel in ge
bruik worden genomen.
Het ligt in het voornemen om aan
de middag van die dag plm. 4 uur een
bijeenkomst te beleggen in het kerkge
bouw voor genodigden.
O.m. zullen worden uitgenodigd Bur
gemeester en Wethouders en raadsleden,
alle kerkeraden van de plaatselijke kerk
genootschappen, architect en bouwers,
afgevaardigden van Monumentenzorg
enz. Op deze middag zal ook de offici
ële overdracht van het kerkgebouw
plaats vinden door de Kerkvoogdij aan
de Kerkeraad.
Te half zeven zal er een speciale kerk
dienst worden gehouden, waarin de pas
tor loei Ds H. Goedhart zal voorgaan,
waarbij dan het nieuwe orgel voor het
eerst zal worden bespeeld.
De datum van ingebruikname was
eerst 26 Maart, maar moest om techni
sche redeneni een week worden uitge
steld.
Ér zijn deze winter heel wat avonden
geweest, dat er bij Schram aan de bel
werd getrokken en bij opening van de
deur een of meer dames of heren me
een lijst onder de neus duwden met het
vriendelijk verzoek of ik die eens in wil
de zien en 20 mogelijk ook een steentje
bij wou dragen voor een of andere ver
eniging of goed doel. Van al die ver
tegenwoordigers of -sters der respectie
ve verenigingen of „goede doelen" kreeg
ik te horen dat er veel geld nodig was
in verband met de dure tijden, met an
dere woorden of ik maar zo diep moge
lijk in m'n portemonnaie wou tasten om
het lek te helpen stoppen. Bij elkaar
geteld is het nog een aardig bedrag per
jaar, wat er aan allerlei lijsten weggaat.
Het Is begrijpeUjk dat door in geldelijke
zorgen verkerende verenigingen en in
stellingen een beroep op de publieke me
dedeelzaamheid wordt gedaan, maar men,
moet niet vergeten, dat het publiek en
met name de middenstand waar altijd
het meest dringend op de deur wordt
geklopt, bezwaarlijk aan alle aanvragen
om hulp kan voldoen.
In een orgaan van de Nederlandse
Nieuwbladpers las ik dezer dagen een
stukje, dat ik de lezers niet wil ont
houden. Het betreft hier een antwoord
van een meneer, die door een vereniging
aangezocht werd om enige financiële
steun aan hun berooide kas te willen
verlenen.
Hij schreef als volgt:
Mijne Heren,
Het spijt mü, U te moeten! berich
ten, dat het mij onmogelijk is, aan
Uw verzoek te voldoen. Mijn finan
ciële toestand is, dank zij de toe
passing van de arbeidswet, de ar
chiefwet, de armenwet, de auteurs
wet, de beurswet, de bankwet, de
begrafeniswet, de boterwet, de
dienstplichtwet, de drankwet, de ge
zondheidswet, de hinderwet, de in-
validiteitswet, de kieswet, de lote-
rijwet, de motorwet, de mimtwet
enz., tot en met de vestigingswet,
de werkloosheidswet en de ziekte
wet, die op een weerloos publiek
worden losgelaten, ietwat onover
zichtelijk geworden.
Door de verschillende wetten ben
ik zo terneergeslagen, uitgekeeld en
uitgeput, uitgebuit, uitgewonnen,
uitgetrokken en uitgeperst, dat ik
niet meer weet, waar ik ben, wat
ik ben, hoe ik ben en of ik er nog
ben.
Men heeft mij genoodzaakt te be
talen voor: inkomstenbelasting, ver
mogensbelasting, personelebelasting
straatbelasting, grondbelasting, pol
derbelasting, wegenbelasting, ver
zekeringsbelasting, beursbelasting,
omzetbelastmg, gemeentefondsbe
lasting, overheidsbelasting, onder
nemingsbelasting, vennootschapsbe
lasting, winstbelasting, verevenings
belasting, dividendbelasting, super
dividendbelasting, commissarisbe
lasting, loonbelasting, successiebe
lasting, schoolgeldbelasting, honden
belasting, suikeraccijns, gedistilleerd
accijns, benzine-accijns, tabaks-ac
cijns, zegelrecht, registratierecht,
statistiekrecht, invoerrecht en on
recht.
Ik ben aangezocht of verplicht bij
te dragen voor de vrijheidsbond, de
dierenbond, de volkenbond, de vrou
wenbond, de padvindersbond, de
vakbond, voor het crisisfonds, het
arbeidsfonds, het Emmafonds, kin
derbijslagfonds, bgzonder ongeval-
lenfonds en begrafenisfonds.
Er wordt druk op mij uitgeoefend
om als steun te dienen) voor het
Rode Kruis, het groene kruis, het
oranjekruis, het gele kruis, het
zwarte kruis en een regenboog van
andere kruizen.
De regering en allen, die mij in
haar naam regeren, hebben mij zo
geregeerd, dat üc niet meer weet,
wiens eigendom ik ben. Ik ben ver
dacht, verhoord, verplicht, onder
vraagd, berispt, gestraft, bekeken,
onderzocht, nagegaan, gecontro
leerd, gezuiverd, verwisseld, ont
bonden, gecommandeerd, ingeschre
ven, uitgeschreven en heen en weer
geschreven.
Ik heb tot nu toe mijn leven zoek-
gebracht met het invullen, uitschrij
ven, overschrijven, halen, bekrach-^
tigen en tekenen van formulieren.
Ik heb reeds honderden malen ver
klaard, dat ik geboren ben en zo
ja, waar en waimeer, maar men
schijnt mij slecht te geloven, omdat
men mij voor allerlei folteringen no
dig heeft.
Ik schijn een onuitputtelijke bron
te vormen voor het verschaffen! van
geld tot het bevredigen van ieders
tegenwoordige of toekomstige wen
sen en van elke nood en behoefte
van het menselijk ras.
Het enige wat mij nog aan het
leven bindt, is mijn nieuwsgierig
heid: üc ben benieuwd wat er nog
meer komt, maar zoals ik reeds
hierboven vermeld heb, kan ik tot
mijn spijt niet aan U verzoek vol
doen.
Tot zover de briefschrijver. Wanneer
we zo de verschillende belastingen en
wetten nagaan waaraan een Nederland
se burger moet helpen betalen, dan vra
gen we ons wel eens af, hoe kan er nog
een cent voor een liefdadig doel over
schieten. We zijn overbelast met lasten
en kimnen haast geen stap doeni of we
moeten er voor betalen. En tóch zijn de
Hollanders over het algemeen goedgeefs.
Als de nood aan de man komt staat men
er nog voor, waar de dubbeltjes van
daan komen. Denk maar eens aan de
„Haak-in-actie" en dergelijke dingen
meer. En als het Groene Kruis in Men-
heerse zich het vuur uit de sloffen loopt
om een vrirjkgebouw te krijgen, dan ko
pen we allemaal tóch nog een paar olie
bollen om dat mooie doel te verwezen
lijken, ook al kan het haast niet lijen.
Zit de naaivereniging met de handen in
't haar, omdat de naai- en breispullen zo
duur zijn, dan scharrelen we weer een
paar kwartjes extra op om de ngvere
vingers, die overigens belangeloos voor
een goed doel werken, aan het werk te
houden. Maar toch zouden we nog veel
meer kunnen doen wanneer we niet op
allerhande manieren als een citroen wor*
den uitgeknepen.
Zal dat nog eens ooit veranderen?
SCHRAMMETJE.