r Klilll^ Inbraak te Sommelsdijk HeUerLeid en tlaameicl gewenst Nieuwe aanwinsten 20 pCt. korting Lijk gevist onder Sommelsdijk üii het Kijkvensl Balans-Opruiming Griep?•nMijnho^dl^j€^ Q 248te Jaargang Zaterdag 19 Januari 1952 No. 2083 CHRISTELIJK WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN VenoiiflKt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag Bedactiebm«an: Prius Hendrllcstraat 14 IVIlddelhamls AJjonnementspr^s 1.70 per kwartaal Zondagsdiensten Artsen. 5i.3i.5£. ^VriHdei 'vfleirgriet, die morgen 9 jaar wordt. tStre&lzmuóeutH (Roeree en 0oerHcikkee Tot 31 Januari Effen Overhemden vast boord, kleuren beige, blauw, grijs, groen, alle matenf 4.95 Moderne strepen, vast boord, alle maten f 5.85 Op alle Confectie Circa 800 gulden gestolen elke dag KING iüi REP.ER:MUNT. IS Si B ïMii MEDITATIE De nooit beschamende verwachting Kon. onderscheidingen te Middelharnis Telefoon 17 Mlddelliamis Giro 167930 Postbox 8 Telefoon Drukkerij 19 Adv.-prt|a 12 et per ram. Bö contract epeciaal tarief De zaak Aemout De zaak vAernout heeft al heel wat be roering veroorzaakt in ons land. De heer Aernout was vaandrig: bij het K.N.I.L. en werd te Bandoeng onder verdachte omstandigheden vermoord. Een en an der scheen in verband te staan met mal versaties en corrupties in het voormalige K.N.I.L. Mede in dit verband werd ook genoemd de heer Van der Futten. Van der Putten was een van de voor naamste zegslieden ten opzichte van be weerde corruptie in het voormalige K.N". I.L. We zouden deze zaak kunnen noe men de affaire Aemout-Van der Put ten. Alle mogelijke geruchten en bepaal de aanwijzingen waren tenslotte aanlei ding voor de Minister van Oorlog een commissie van onderzoek in te stellen naar de zaak Aemout en wat daarmee in verband stond. Hoge functionarisssn uit rechterlijke en ambtelijke kringen werden in die commissie benoemd. Man nen van hoge reputatie: Zaaijer, Van Harinxma thoe Sloten en Gast. Maar het K.N.I.L. was er niet meer, de heer Aernout was dood. Alleen de heer Van der Putten leefde nog. En eigenaardig hét rapport dat ver scheen leek van de stelling uit te gaan: „wat geweest is, is geweest, het K.N.I. L is verdwenen, Aernout is dood, af er mee." Niet meer uit te zoeken. De waar heid omtrent corruptie in het verleden is niet meer uit te zoeken. In verband met de omstandigheden overdraging souvereiniteit opheffing K.N.I.L, en dood van Aernout een acceptabele conclusie. Tot zover kunnen we spreken van een rapport Aemout overeenkomstig de opdracht van de Minister aan de oom missie Zaaijer verleend. Maar in het ver der wordt het zuiver een commissie Van der Putten. En niet in diens voordeel. Neen die Van der Putten is de beroer der Israels. De volle fiolen van de com missoriale gramschap worden over zijn hoofd uitgegoten. Dat er in het verle den ten opzichte van het K.N.I.L. wel een en ander niet in orde was geweest kan blgken uit de kwalificaties, die men diegenen geeft die de zaak Aernout tot klaarheid wilden brengen. Ze worden aangeduid als mensen, die er een beha gen in scheppen in de modder te roeren. Verder worden deze mensen er van beschuldigd, dat ze de eer van het K.N. I.L. willen aantasten. Maar Van der Putten krijgt de volle laag. Hij wordt voorgesteld als een onte vredene. Een psychopaat. Een nietsnut. Ja eigenlijk als een soort misdadiger. Overeenkomstig die conclusie waartoe de Commissie Zaaijer kwam werd dan ook door haar gedacht aan ontslag van Van der Putten. Aan een mogelijke straf vervolging. Aan een psychiatrisch on derzoek. Men merkt wel die Commissie was niet zacht in haar uitspraak. In heftige bewoordingen werd Van der Put ten commissoriaal afgemaakt. En zo ging het rapport naar de Minister van Oorlog. Maar nu komt de verrassing. De Minister legt het rapport van de Commissie Zaaijer gewoon naast' zich neer. Anderen hebben zich het geval Van der Putten aangetrokken en die komen ten opzichte van Van der Putten tot een geheel andere conclusie. De Ned. Chr. Bond van Overheidsper soneel heeft zich met het geval bemoeid en aan die activiteit is het te danken, dat de Minister het rapport Zaaijer naast zich neer heeft gelegd. De heer Van der Putten is hiermede volkomen gerehabili teerd. Maar hoe zijn zulke dingen in eeu rechtsstaat als ons land is mogelijk. We hadden de zaak Aernout. Deze is ge worden tot een affaire Van der Putten. En nu kunnen we niet anders zeggen, dan dat we hebben een zaak: Commissie Zaaijer. Een commissie die in een op gedragen onderzoek daarin niet slaagt, wat begrijpelijk is, maar die in haar rap port een zeker persoon. Van der Putten, in, een totaal verkeerd daglicht stelt. Welks rapport door de Minister naast zich wordt gelegd. Hoe komt die Com missie tot zulk een conclusie. Antipa- thiën, qua leden van de Commissie moeten toch bepaald afgewezen worden, daarvoor staat die Commissie toch te hoog. Maar hoe komt die Commissie aan haar inlichtingen waarop ze haar rap port bouwde. Inlichtingen die tot ge volg moesten hebben, dat Van der Put ten geestelijk en maatschappelijk ge broken zou zijn. Welke duistere mach ten zijn er bij en omtrent het Ministerie van Oorlog werkzaam? Een onderzoek daarnaar lijkt ons gebiedende eis. Hel derheid en klaarheid moge hier komen, door een nader onderzoek naar de ach tergronden en omstandigheden van de Commissie Zaaijer wat haar bronnen van inlichtingen aangaat. Van Zaterdag 19 Januari v.m. 12 uur t/m Maandag 21 Januari v.m. 9 uur. Middelharnls-Soirnnelsdiijk: Afwezig de artsen P. Knöps, J. J. Wieringa en C. F. Arends. Voor spoedgevallen Tj. Kuipers, arts, Telef. 240, Sommelsdyk. Dirksland-Herkingen-Melissant Afwezig dr P. Boot. Voor spoedgeval len G. Huisman, arts, Telef.'1512, Me lissant en B. Elvé, arts,. Telef. 262, Dirk- sland. Oost-Plakkee: Afwezig de artsen P. C. J. Voogd, C. W. Kramers en E. Bonman. Voor spoed gevallen P. J. de Man, arts, Telef. 20, Nieuwe Tonge en G. J. Buth, arts, Tel. 6 Den Bommel. De in de Kerstweek te Sommelsdijk gehouden tentoonstelling van het Streek museum -svoor Goeree-Overflakkee, mag zeer geslaagfl heten. Er zijn, met de schooljeugd mee, ruim 1350 bezoekers geweest. In één week tijds is dit bij zonder veel: het medeleven van de bevolking komt er wel door tot uiting. Het ligt in de bedoeling van het Bestuur om deze exposities ook in andere plaat sen van het eiland te herhalen, zodat de gehele bevolking er kennis van kan nemen. Het Bestuur mocht op deze tentoonstelling ook een tamelijk aantal nieuwe leden boeken en bovendien weer vele voorwerpen voor het museum ten geschen ke ontvangen. Hieronder geven we daarvan een opsomming. Van schipper A. de Jager Azn. te Stellendam een oude, geheel gave, pun tige kruik en een bierpul, opgevist met de S.L. 47. Schipper J. Tanis uit Goedereede die onlangs ook een mooie kruik boven wa ter bracht, en deze in bruikleen afstond, heeft deze thans eveneens voor het mu seum afgestaan. Deze kruik, die in de visserij-afdeling op de tentoonstelling werd geëxposeerd, trok zeer de aandacht Het is verheugend dat er van de Goe- reese, Ouddorpse en Stellendamse vis- se»s veel medewerking is; alle vreerride voorwerpen die in hun netten komen,, zullen voor ons museum worden bewaard. Een andere visser, dhr C. Lokker te Goedereede, bracht een stuk gebeeld houwd eikenhout boven, vermoedelijk af komstig van een houten oorlogs-fregit. IJzeren schepen waren er toen nog niet. De uitsnijding stelde voor een vuurmond met kogels. Er zijn in vorige eeuwen op onze kusten meerdere zeeslagen ge leverd; van de gezonken vaartuigen die onder het zand zijn geconserveerd, wordt zo af en toe wel eens een stuk boven ge haald. Er zit aan zo'n simpel stuk hout vaak een hele geschiedenis vast. Dezelf de visser gaf ook nog een fosiel been, vermoedelijk afkomstig van een vroege re holen-leeuw. Aan de heer E. A. Snijder, de voorz. van de Visserij-vereniging, Havenhoofd, Goedereede, die voor het Streekmuseum het contact legt met de vissers, wer den ook weer voorwerpen afgestaan, zo als wervels, schelpen enz. Een van de Stellendamse vissers heeft toegezegd voor het museum kreeften, krabben enz. te zullen opzetten. Het be stuur is daarvoor zeer erkentelijk. De heer R. P. de Blok, Middelharnis schonk een modderspa en de heer H. K. V. Eek, (wethouder) te Middelharnis een primitief zaaimachientje. Deze voorwer pen zijn zeker meer dan 100 jaar oud. De heer D. Joppe te Sommelsdijk stond enige kledingstukken af, die in het mid den van de vorige eeuw gedragen wer den, o.m. een trouwrvest, 2 blouses (jak jes) en een kinderschortje. Een zeer mooi geschenk was ook een oude klok van dhr A. Witvliet te Middelharnis, een klok die ruim honderd jaar in dezelfde familie de tijd heeft aangegeven. Deze klok, met slinger-uurwerk, loopt nog uitstekend. Dhr v. d. Vlies (leraar Ambachts- schonk een modderspa en de heer M. K. inktvis en een slangenvel ten geschen ke. Ook met meerdere kleinere voor-\ werpen werd het museum verrijkt. Dhr A.. Peekstok, Molenlaan, Sommelsdijk schonk een mee-spa en een vijzelstam- per; dhr A. C. Slinger te Nieuwe Tonge een ouderwetse pijp; dhr A. Vis te Som melsdijk een solferpot; dhr J. v. d. Boo- gert, S'dijk een haardplaat; Mej. Stien de Bloeme een illegaal blaadje: „De Wervelwind"; 'dhr C. A. v. Loon, Oude Tonge een hooitrekker en een kvmst- mest-schepje; dhr J. Buijsse Middelhar nis het „Onze Vader", geschreven op de groote van een dubbeltje; dhr J. Ie Comte te Sommelsdijk een tondeldoos; dhr J. Bom Donkereweg, Middelharnis twee oude munten „Zeelandia"; dhr Goe- koop te Goedereede een meekrap-stem pel in etui; dhr C. Tieleman, Middelhar nis een programma van de Reederijkers- kamer; Dr Boot te Dirksland een groot vergiet van aardewerk; dhr G. van 't Ge loof te Dirksland een kleiner vergiet van aardewerk; dhr Leydens te Melissant een boekje over „keur voor vrachtschip pers te Ooltgensplaat"Dr G. J. Buth te Oen Bommel, de dissertatie van dr Landheer, over het Pl^kkeese dialect en een boekje getiteld „De Navorser", waarin een gen. stuk voorkomt van de familie Bakker-de GraaffBurgemeester D. Rijnders, Middelharnis diverse bij voegsels tot het Staatsblad van het Ko ninkrijk der Nederlanden; dhr R. Bree- man, Ooltgensplaat een dorsvlegel; Weth Dijkers, Sommelsdijk een tondeldoos en andere voorwerpen, alsook de berijmde catechismus door een zekere de Bloeme, destijds visser te M'harnis; Gemeente secretaris Knape een serie Winterhulp- speldjes; dhr J. Doornbos en de heer J. Kommers te Middelharnis een serie oude munten. Vermeldenswaard is ook dat bij op gravingen op de Wurft te Sommelsdijk een oud kruikje te voorschijn kwam, benevens enige tegels, die straks ook in het museum zullen prijken, Ben zeer mooi geschenk was een groot model van een Moerdijkse vissloep, com pleet getuigd, geschonken door de heer Waling van Stellendam. Deze vissers vaartuigjes visten in de helft van de vo rige eeuw ook op het Haringvliet. Het scheepje zal door 'dhr G. Wijnhoff te Middelharnis voor zover nodig worden gerestaureerd. Het museum is dus weer een hoeveel heid van de meest uiteenlopende voor werpen, waaruit de geschiedenis van ons eiland spreekt, rijker geworden. Mogen wij op enkele dingen die het museum nog niet bezit, de aandacht ves tigen? Wie heeft af te staan een hals- juk, een weerglaasje, vroeger in gebruik bij de visserij, een oude hand-koffiemo- len met koper beslag, een beddepan en tiimen en koperen voorwerpen? Alles is welkom de geschonken stukken wor den zorgvuldig gesorteerd, zo nodig ge repareerd en gedetermineerd. Zij zullen straks in het museum in het Kerk- straatje te Sommelsdijk een goede plaats krijgen. miDDElHARNIS OÜOI-TONGE De laatste tijd komt in de gemeenten Middelharnis en 'Sommelsdijk nog al eens een inbraak voor. In ons vorige nummer maakten we melding van de inbraak bij de Caago, waarvan de dader zich vrij willig aan gaf, thans hebben weer een aantal diefstallen plaats gehad en staat de politie weer voor nieuwe problemen. In de nacht van Maandag op Dins dag is ingebroken in de rijwiel-repara tie-werkplaats van de heer J. Koppenaal te Sommelsdijk, op de hoek van de Lan- geweg, recht tegenover de zaak van de N.V. Vis van Heemst. De dader(s) ver- schafte(n) zich toegang door een ruit in te slaan en ontvreemdde uit een lade een portefeuille met circa 7 800 gul den. Het was nooit de gewoonte van dhr Koppenaal dat hij geld in zijn zaak liet, maar doordat hij 's Maandags een kar wei aan een motorfiets had te doen, had hij zijn portefeuille in de lade gelegd en 's avonds vergeten mee te nemen. Waar schijnlijk is dit gezien en heeft men 's nachts zijn slag geslagen. De politie heeft de zaak in onderzoek en enige personen in verhoor genomen. Ook werd aangifte gedaan van dief stallen van zink en lood, materiaal dat tegenwoordig flink aan de prijs is, en waarop blijkbaar wordt geaasd. Bij de garage van Gebrs. van Splunter te Middelharnis werd de benzinepomp geforceerd, door iemand die voor zijn auto gratis benzine wilde tanken. Hij kreeg echter geen kans, want op deze pomp stond een electrische motor en de stroom stond af. Alles bij elkaar is het nog al wat en er blijkt uit, dat verdachte individuen door het nachtelijk duister omhuld in onze gemeenten hun sinister spel uit voeren. De rijkspolitie heeft echter wel grotere diefstallen dan deze in het volle licht gezet en haar vangarmen zullen weer wel zo zijn uitgestrekt dat ook deze die ven een der dagen tegen de lamp lopen. Dinsdagavond is op de Alg. Begraaf plaats te 'Sommelsdijk het lijk geborgen van een (vermoedelijk) oude man, dat was aangespoeld op het gors bij de heer van Vliet. Het lijk was in zeer verre staat van ontbinding, zodat de identiteit niet meer was vast te stellen. De stoffelijke resten zijn Donderdag ter aarde besteld. Nogmaals de oude en nieuwe ver taling Het gebed van Ds Bo- german We bergen die oude bijbel nog niet op! Op de redactie-tafel van de Kijkven- sterman zijn weer een paar brieven ge komen. Het was pro- en contra over hetgeen we vorige week schreven over onze oude Statenbijbel. Contra, omdat toch deze oude Statenbijbel had afge daan en terwille van de taal de nieuwe vertaling in kerken en scholen moest worden ingevoerd. Zo'n geluid valt ons niet vreemd. We hebben immers zelf geschreven, dat we op dit punt tot de conservatieven behoren! Weet U wat wel merkwaardig is, dat op onze scho len voor middelbaar en gymnasiaal on derwijs Vondel en Huygens en meer an dere klassieken toch ook nog worden gelezen en bestudeerd zo ze oorspron kelijk zijn geschreven, maar dat nu die verouderde bijbel aan de kant moet. Schrijver dezes wil helemaal niet be weren, dat een nieuwe vertaling als stu die-materiaal niet nuttig kan zijn. Hij wil ook helemaal niets afdoen aan het grote werk dat hier, is verricht. Maar toch wil hij op de brés blijven staan om de Statenvertaling in kerk, school en huisgezin te behouden. (Daarom deed het ons goed ook klanken van instemming te vernemen. Een abonné schreef ons: „De nieuwe vertaling kan dienen om de Statenvertaling in kleine bijzaken, die wel eens minder duidelijk zijn vertaald Ja allen, die U verwachten, zullen niet beschaamd worden; zij zul len bschaamd worden, die trou- welooslijk handelen zonder oor zaak. (Ps. 25 3.) Al Gods ware kinderen hebben een verwachting, die nooit beschaamd. In Psalm 25 heft David zijn ziel op tot God en komt met grote zekerheid te gewa gen van de verwachting die hij voor tijd en eeuwigheid van God heeft in Christus. De verwachting van Gods Kerk is niet van zichzelf of van de wereld, die is ge heel buiten hen in het voorwerp hunner verwachting, in God. De volkomen vervulling in God, die er was in de staat der rechtheid, het ware geluk dat daarin was, heeft de mens verloren door de zonde, door de val in het verbondshoofd Adam. Daar staat nu die diepgevallen, doem- waardige en schuldige mens. Hij is alles kwijt. Alle gemeende verwachting, die de mens nu nog heeft is ijdel en ontvalt hem bij de dood en ontvalt hem voor eeuwig. Of die verwachting moet buiten de mens zijn, in Christus en van God. Daar op doelt David als hij zegt op God te vertrou'wen en daaraan de bede ver bindt: „Laat mij niet beschaamd wor den." David wist het zo goed, dat de mens zo arm is, die zonder de Heere, leeft, geen hoop op Hem heeft en zonder za ligmakende genade daar heenwandelt. Bij de dood en in de oordeelsdag valt alles weg en laat de wereld ons los. Maar nu was de Heere Davids God geworden en hij mocht het zeggen, dat hij Zijn kind en knecht was. De Heere was zijn deel geworden, op goede gronden, naar Gods eeuwig welbehagen, wat zo duide lijk in deze Psalm uitkomt. David, benauwd zijnde van zijn ver volgers, neemt zijn toevlucht tot God. Hij bidt om genade en belijdt zijn zonde en vraagt of de Heere hem Zijn wegen mocht leren, dit alles in de grootste onwaardigheid en diepste afhankelijk heid. Na alle reeds ontvangen genade belijdt hij zijn hulpeloosheid en zonde, doch tevens hoe hij dorst naar God en zijn vertrouwen op God stelt. Hij bidt om de leiding van de Geest des geloofs en getuigt van de verwach ting, die Gods kinderen van de Heere hebben en daarin niet zullen beschaamd worden. Da'vid betrekt er de ganse kerk hier op aarde bij allen, zegt hij. Met zichzelf, met mensen, met daar op te vertrouwen en daarvan hun ver wachting te hebben, komen ze zeker beschaamd uit. Maar daar waakt de Heere voor. De vijanden des Heeren die in eigen verwachting leven en sterven die trouwelooslijk handelen zonder oor zaak, zullen daarin beschaamd worden. Doch niet alzo Gods ware volk. David en verder „allen" hebben door de Geest des geloofs goede, vaste en hechte gron den, zij hebben een nooit falende ge- loofsverwachting, omdat die haar grond vindt buiten de mens in God om Chris tus' 'Wil. Die verwachting is voor tijd en eeuwig held en rust in Gods eeuwig welbeha gen op het eeuwig en gans volmaakte Borgwerk van Christus. Het volk des Heeren, dat die verwachting kent, is in zichzejf arm, ledig en ellendig, maar eeuwig gelukzalig in Christus. God wordt daarin verheerlijkt en het is hun tot eeuwig heil. Daarom gaat hun hoop en verwach ting ook in alle druk over dood en graf tot in het eeuwige leven, het is een eeuwigheidsverwachting. 'Want indien zij alleen in dit leven op Christus waren ho pende, zo waren zij de ellendigste aller schepselen. Maar nu zijn zij in hope za lig en die hoop beschaamt niet, want de liefde Gods is in hen uitgestort. iDavid roept het voor hemel en aarde uit, voor de gehele wereld, in geloofs- oefening en gemeenschap met God: „ja allen, die XJ verwachten zullen niet be schaamd worden." Mijn lezer, wie ge ook zijt en waar ge zijt, dat dit ook onze verwachting mocht zijn of worden in deze ondergaande we reld. De Heere ontdekke en zuivere U en mij om dit ene te beleven. Al gaat heel de wereld onder, deze verwachting des geloofs nooit. Waar ook Gods volk op aarde leeft, zingt ervan zoals in Ps. 27 7: Zo ik niet had geloofd, dat in dit leven Mijn ziel Gods gunst en hulp genie ten zou Mijn God, waar was mijn hoop, mijn moed gebleven Ik was vergaan in al mijn smart en rouw. Zingt ervan, ten spijt van druk en vij anden. Velen van Gods volk zijn heen gegaan, zij hebben de volheid van het geen zij verwachten, verkregen. De wereld, ieder die deze verwachting mist, die trouwelooslijk handelt, zal be schaamd worden. De Heere verhoede het dat ge daarbij zoudt behoren. Welnu, Hij zij ieder die 'dit leest ge dachtig en schenke TJ de genade, die om niet te verkrijgen is, uit Zijne volheid. S. B. R. op het eerste gezicht, door vergelijking volkomen duidelijk te doen worden. De Statenvertaling daarentegen is een ge schenk van God aan het Nederlandse volk. En zo'n geschenk geeft Hij goed èn maar ééns!" Wie de geschiedenis van de totstand koming van de Statenvertaling kent, moet zich altijd weer verwonderen, hoe God de Heere hieraan kennelijk Zijn zegen gegeven heeft. Lees maar in de acta van de Synode 16181619, hoe in een van de zittingen (op Maandag 19 November 1618) de Bijbelvertaling tot een onderwerp van bespreking werd ge maakt. De praeses Ds Johannes Boger- man ging uit naam van de achtbare ver gadering, waarbij zeer veel geleerde the ologen uit binnen- en buitenland tegen woordig waren voor in eén ■vurig en krachtig gebed, waar bij het nalezen nu nog wat van uitgaat. Dit gebed is te lang om het in deze rubriek op te ne men, maar enkele volzinnen willen wij er toch uit citeren. „Wijs Gij dan, o Heere, in dezen zwa- rèn en hemelsen arbeid ons den weg, dien wij veilig kunnen inslaan, zonder gevaar vervolgen en op gelukkige wijze alsmede met een zuivere consciëntie ten einde toe aflopen. Geef ons, die in den Naam Uws Zoons zijn vergaderd, over eenkomstig tPw beloften, Uwen Geest, de Geest der waarheid, der wijsheid, der voorzichtigheid, der onderscheiding, des vredes en der liefde, als praeses, als leidsman en als leraar. Open de ogen onzes verstands, ontsteek de fakkel der zaligmakende kermis in ons en leid ons in Uwe waarheid, opdat wij aanschou wen de wonderen Uwer wet. Maak on zen wil vrij van alle aanklevende boos heid, wederspannigheid en halstarrig- heid. Buig en neig de wil tot die din gen, welke U welgevallig en aangenaam zijn. Wijd en heilig al onze begeerten te Uwen gunste, opdat 'wij niets bedenken, overleggen, willen, verlangen, uitspre ken en besluiten dan wat met Uw Woord overeenstemt, U aangenaam en Uw kerk bovenal nuttig is." Ondanks tegenslag en moeite, zelfs met opoffering van gezondheid is er in rus- telozen arbeid elf lange jaren aan ge arbeid, be 66-jarige Ds Baudartius schreef aan Ds Revius, een der reviso ren: „lek en hebbe myn leven lanck noyt so geblockt als ick nu in myn oude daegenhen doe." Wonderlijk was des Heeren bescher mende hand over deze Bijbel-overzetters. De pest woedde zo vreselijk in de stad Leiden, dat in een week tijds 1500 men sen ten grave werden gedragen en nie mand hunner, noch iemand uit hun ge zinnen, werd door de dood weggenomen. De vertalers waren alle godvruchtige Dit grootse werk is ook zeer nauw keurig geschied. De nauwgezette ver taling, waarover de Godgeleerden uit alle landen lof hebben gesproken, werd nagezien door een groot aantal geleer de ,,overzieners", die de moeilijkste pim- ten samen bespraken. Twee, drie, tien... twintig, weten immers meer dan één! De vertalers waren alle godvruchtige mannen, doorzuurt in de Gereformeer de leer, bedeeld met een rijk geestelijk inzicht. Zij wisten, dat het met het Ne derlands en Hebreeuws, Nederlands en Grieks zo is, dat de ene taal de dingen zo en de andere ze zus noemt. Letterlijk vertalen moet daarom onmogelijk wor den genoemd. iDoor de keuze van hun woorden moest worden voorkomen dat bepaalde opvattingen zouden kunnen worden gevoed, of, dat de tekst voor tweeërlei uitleg zou vatbaar zijn. Dat werd op de Synode zeer juist gevoeld, waarom gesmeekt werd om de bedie ning en bedauwing van Gods Geest, ge lijk uit het krachtige gebed van Ds Bo- german blijkt. En hadden de vertalers vaak met de taal te worstelen om de juiste uitdrukking te vinden, de beroem de kanttekeningen werden gesteld, soms om een letterlijke vertaling te geven, soms ter opheldering en verduidelijking. De Statenvertaling is inderdaad een van God gegeven geschenk, een monu ment, dat de eeuwen zou verduren. Ge slacht aan geslacht heeft er de God van hemel en van aarde in mogen ontmoe ten, die zich in wil laten met diep ge vallen zondaren, sprekende tot hen in de Nederlandse taal. Wij hebben in de nieuwe vertaling meerdere stukken gelezen en hoe nuttig ter opheldering deze ook zijn, veel klinkt er ons in als een dissonant. Mogelijk dat we een volgende keer eens enige ver gelijkingen zullen geven, om dit nu te doen zou ons bestek te lang worden. Wij schamen ons niet op te komen voor de handhaving van onze Staten vertaling, waar ruim drie eeuwen lang God de Heere Zich in beliefde te openba ren tot ontdekking van zondaren, tot troost en vrede voor de ziel, beide in le ven en in sterven. Die oude bijbel weg bergen als een antiek stuk en de nieu we vertaling er voor in dé plaats, daar aan doen we niet mee. WAARNEMER. Door de Minister van Oorlog werden aan de navolgende oudmilitairen erete kenen voor Orde en Vrede toegekend en door burgemeester D. Rijnders dezer da gen uitgereikt: J. Albrechts, Ie Wei straat 9; C. Bresijn, Julianan van Stol- berglaan 26; J. de Leeuw, Rottenbur gerweg 11; C. A. Peeman, Nieuwstraat 51; J. de Vos, Oost Voorgors 53; V. Vijf- huizen, Vingerling 33 en J. Looij, Ring 24, allen te Middelharnis. C. van Antwerpen, Kreekstraat 29 en H. Beket, Nieuwstraat 18, Sommelsdijk^

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1952 | | pagina 1