Grote brandweeroef ening
te Melissant
Uit het
Kijkvenst
-2«f
23ste laargang
Zaterdag 23 September 1860
No. 1853
CHRISTELIJK WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
Enige opmerkingen naar
aanleiding van de Troonrede
OEFENEN VAN ONZE LUCHT-
MACHT OP ZONDAG
uit voorraad leverbaar!
PRIJS: f 390.-
MEDITATIE
Een volk
dat geen volk was
Zonder samenvoeging gemeenten toch zeer
goede samenwerking mogelijk
Zondagsdiensten Artsen.
Pijn?'n Mijnhqrdtje^Q
verópreidincf l
Thans bijna 55.000 rijwielen
met hulpmotor
Prijsstop voor magarine
afgekondigd
:niEUws
Vers<*4jnt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag Bedactiebureau: Prins Hendrikstraat 133 Middelhamis Abonnementsprfls 1.50 per kwartaal
Telefoon II
Middelharnia
Giro 167930
Postbox 8
Telefoon
Drukkerij 19
Adv.-piijs 12 ei. p.
mm. Bij contiact
speciaal taiiei
H.M. de Koningin heeft de Troonrede
weer uitgesproken.
Het Parlement kan zijn arbeid dus
weer beginnen.
Bn hoe staat het er nu eigenlijk bij
In de Troonrede wordt immers een over
zicht gegeven .over de te volgen poli
tiek.
In verband met de weinige plaats
ruimte een paar opmerkingen slechts.
De Troonrede is uitgedijd tot een zeer
lang stuk.
Ze bestaat voor een groot gedeelte in
het constateren van wat in Binnen- en
Buitenland zich heeft voorgedaan en ze
geeft als het ware een visie, een kijk
op het wereldgebeuren.
Een groot gedeelte is gewijd aan de
internationale verhoudingen.
Een opmerking moeten we hierbij ma
ken. Van beginselen is weinig meer te
merken. De beginselen die weleer dit
staatsstuk zo belangrijk maakten heb
ben afgedaan en we krijgen via de
Troonrede meer een les in de verhoudin
gen op internationaal gebied, dan dat
er sprake is van richtinggevende begin
selen voor het Binnenlandse beleid.
Het loslaten van onze zelfstandig-
heidspolitiek wordt geaccentueerd en de
nadruk wordt gelegd op het feit, dat
West-Europa in sneller tempo zal moe
ten samenwerken. Door gebruik te ma
ken van het woord sneller komt het
ons voor dat de Troonrede critiek staat
tegenover wat bereikt werd.
Inzake de Benelux werd gewaagd van
belangrijke vooruitgang en inzake de
samenwerking van West-Europa werden
optimistische klanken vernomen. Als
voorbeelden werden genoemd de sterke
wil tot samenwerking in de Raad van
Europa, de vorming van een Europese
hetalingsunie, het Schumanplan en het
Nederlandse plan voor Europese econo
mische samenwerking. Onmisbaar wordt
geacht de aansluiting van Duitsland bij
de Europese samenwerking. We schre
ven optimistische klanken. Inderdaad,
want het genoemde wordt door de grote
mogendheden nog fel omstreden en zo
al het inzicht bestaat dat het die weg
op moet, tastbare resultaten zijn er nog
zeer weinig.
Inzake Indonesië wordt de souverei-
niteitsoverdracht gememoreerd en wordt
gewezen op het pijnlijk en diep ingrijpen
in veler levensomstandigheden waarin
de Regering zoveel mogelijk verzachting
zal trachten te brengen.
Gehoopt wordt op bevredigende ont
wikkeling van de handelsbetrekkingen.
Ten opzicht van West-Indië en de daar
plaats gevonden hebbende Staatkundige
veranderingen spreekt de Regering de
hoop uit, dat deze zullen leiden tot ver
sterking van de banden met Nederland.
Over de moeilijkheden met de Zuid-
Molukken, speciaal Ambon, en de toe
komstige status van Nieuw Guinea be
waart de Troonrede het stilzwijgen.
Betreurd wordt dat de uitgaven voor
de Defensie verhoogd moeten worden.
In het „dat zo spoedig de afloop van
de wereldoorlog grote offers moeten
worden gevraagd" proeft ge de teleur
stelling van het humanisme dat helaas
geen rekening houdt met de voortschrij
ding van de zonde en ongerechtigheid
en het verachten van Gods geboden, dat
de oordelen Gods oproept.
Als nieuwe vraagstukken worden ge
noemd de noodzakelijke opvoering der
nationale weerbaarheid en de sterke stij
ging van de prijzen der grondstoffen
waardoor Nederland in ongunstige con
ditie komt.
Dientengevolge noemt de Troonrede
een mogelijke herziening van de rang
orde der uitgaven van de Overheids-
werkzaamheden. Verlaging der belastin
gen zal geen plaats kunnen vinden. Het
monetair evenwicht te handhaven zal
moeilijker worden en het herstel van de
betalingsbalans zal nog grotere zorg en
inspanning kosten.
Gewezen wordt op het wenselijke en
noodzakelijke van industrievestiging en
op de bevordering van de emigratie met
het stimuleren van landaanwinning en
inpoldering. Kunsten en Wetenschap
pen, als van groot belang geacht voor
het Regeringsbeleid. Inzake het Onder
wijs zullen onderwijsvoorzieningen ge
troffen worden in verband met de maat
schappelijke behoeften.
De Troonrede spreekt het ook uit dat
ons volk zich zeer zal moeten inspannen,
als ze zegt: „Vast staat, dat een gróte
krachtsinspanning van heel ons volk
nodig zal zijn om aan de gewijzigde ver
houdingen het hoofd te bieden.
De Regering zal al het mogelijke doen
om het evenwicht te bevorderen tussen
de eisen die de collectieve veiligheid vor
dert en het economisch sociaal en cul
tureel welzijn van ons volk.
De Troonrede is een Staatsstuk ge
worden op internationaal plan.
De moeilijkheden, spanningen en ge
varen die de wereld beroeren vindt ge
er in terug.
Een opsomming van allerlei noodza
kelijke dingen voor het leven van het
volk op materialistisch plan.
Helaas van enige noodzaak om tot
Gods Woord en Getuigenis terug te ke
ren is geen sprake.
Het is een constaterend stuk van wat
het leven der volken beroert.
Van een opheffen van de banier van
de eeuwige beginselen van Gods Woord
als voorwaarde voor veiligheid en wel
vaart is geen sprake.
En daarin toch alleen is de bestendi-
S-ng en vermeerdering van onze veilig
heid, vrijheid en welvaart slechts ge
legen.
De Troonrede is daardoor geworden
tot een teken des tijds.
God er buiten. Met de beginselen van
Gods Woord heeft men afgedaan. Die
zijn als niets geacht,
De tijden van onze neutraliteits, of
zelfstandigheidspolitiek zijn voorbij.
Gestreefd wordt naar steeds grotere
verbanden.
Europa moet één geheel worden. Ze
ker voorzover het nog niet achter het
„ijzeren gordijn" is opgenomen. Voorzo
ver alle krachten van West-Europa sa
men gebundeld worden om het Commu
nistische gevaar te verstaan is daar al
les voor te zeggen.
Maar op ander gebied is voor ons
land de grootste voorzichtigheid gebo
den. Een totale eenheid van Europa is
voor ons land een groot gevaar. Omdat
grote geestelijke goederen dan dreigen
verloren te gaan.
Neen voor de Verenigde Staten van
Europa gevoelen we niets, daarvoor zijn
de gevaren die er uit voort kunnen
vloeien te groot.
Immers West Europa is in zijn grote
meerderheid aan de dienst van God ont
vallen. Met het Woord Grods en de Ge
boden des Heeren wordt niet meer gere
kend. Het internationale is voor ons volk
altijd een groot gevaai; geweest.
Onze Vaderen hebben er menigmaal
tegen gewaarschuwd.
Een sprekend voorbeeld van het ge
vaar dat in internationaal optreden ligt
hebben we dezer dagen weer moeten
constateren. De internationale lucht
macht waartoe Nederland ook behoort
heeft grote oefeningen gehouden. Ook
op Zondag 27 Augustus. Onze lucht
macht heeft dafraan ook deelgenomen.
Oefeningen op Zondag in groot verband.
Onze Regering heeft daaraan haar goed
keuring gegeven en daaraan meege
werkt.
Een gevaar van de internationale ver
bondenheid. We schreven boven dat
West Europa aan de dienst van God is
ontzonken. In de landen van Rooms en
Socialistisch bestuur is geen plaats
meer voor de Heere en Zijn Woord.
Wat vraagt men in België en Frankrijk
nog naar de Zondag. Onze Regering had
haar medewerking moeten weigeren.
Pal moeten we staan voor Gods ge
boden. Om des Heeren wil. Maar ook
om ons volk, waar toch nog brede la
gen gevonden worden, die Gods Dag ge
respecteerd willen hebben. Onnodig
oefenen kan wel eens leiden tot hoog
nodige werkelijkheid. Gods oordelen zijn
over de aarde. In het afbreken van de
zonde en de ongerechtigheid ligt besten
diging van onze vrede. Het is of men
de oordelen af wil bidden, God wil ter
gen. Dat toch over ons volk de Refor
matorische kracht mocht komen. Een
heilige gver mocht ons uit onze lauw
heid en vadsigheid doen opstaan. Een
kreet van protest mocht uit ons volk
opstijgen om ernstig te protesteren te
gen het misbruik en de schending van
Gods Dag. De Heere moge ons volk in
Zijne wegen doen wandelen.
OFFERS BRENGEN
Daarop zal het in de toekomst neer
komen.
Off erg. van persoonlijke en financiële
aard. De zaken van onze landsverdedi
ging, de soldaterij komt weer geheel op
de voorgrond.
Er is in de laatste vijf jaar veel ge
confereerd, veel gepraat, veelbenoemd
ja veel besloten zelfs maar weinig ge
daan op het gebied van de landsverde
diging. Dat is een verschijnsel dat niet
alleen in Nederland is voorgekomen
maar in de gehele wereld behalve dan
in Rusland. Daar heeft men gewerkt en
gehandeld.
De oorlog was voorbij. De soldatenjas
kon worden uitgetrokken. En dat deed
men in de vrije wereld. Alle landen de
mobiliseerden. Rusland demobiliseerde
niet. Dat heeft men wel geweten. Maar
men leefde van de ene spanning naar
de andere en men stelde zich gerust met
de gedachte. „Er komt toch geen oor
log. Immers de atoombom is in handen
van Amerika. Over 10 of 20 jaar, ja
dan misschien wel. Korea is gekomen.
Alarm in alle vrije landen.
Het oorlogsgevaar dreigend dicht na
bij. Onthullend tevens, dat Rusland met
zijn voorbereidingen niet stil heeft ge
zeten en de les lerend, dat de vliegtui
gen waarvan men een meerderheid meen
de te bezitten niet zo doorslaggevend
zijn als men gedacht had.
Zou mogelijk het atoomwapen ook
minder afdoend zijn, dan men wel ge
meend had? En nu komt de oorlogs
voorbereiding los.
Leger, vloot en luchtmacht moet uit
gebreid worden.
Honderden millioenen moeten beschik
baar gesteld worden.
En dat terwijl de begrotingen sluiten
met reusachtige tekorten.
Het kan niet anders. Offers moeten
worden gebracht. Ook financieel. Een
groot gedeelte van ons volksinkomen,
men spreekt van ongeveer 10%, moet
aan de militaire uitrusting besteed wor
den. Al die vele millioenen moeten aan
het economische leven worden onttrok
ken. Moeten door de belastingbetalers
opgebracht worden. Het kan niet an
ders. Onze vrijheid, ons vrije volksbe
staan is er mee gemoeid.
Samen met de andere vrije volken
moeten de offers worden gebracht om
de vrijheid in stand te houden.
Rusland bewapende zich, de vrije lan
den ontwapenen zich.
Er is een grote achterstand.
Er is een grote dreiging van gevaar.
Daarom is er geen andere uitweg. Daar
om moeten offers worden gebracht.
Ook van persoonlijken aard. Veel jon
ge mensen zullen weer de wapenrok
moeten aantrekken. Hun aantal zal ge
leidelijk toenemen en steeds groter wor
den. Hoeveel plannen in de toekomst
van deze jonge mensen wordt door hun
oproeping doorkruist.
Wat een ellende en moeilijkheden van
allerlei aard op velerlei gebied zijn daar
het gevolg van. Maar de toestand ver
eist het. De Communistische dreiging
laat geen andere uitweg. Daarom moe
ten offers worden gebracht, want het
gaat om het hoogste goed, om de vrij
heid.
Om het zijn of niet zijn. Om het le
ven in vrijheid of in slavernij. Daarom
zijn de offers verantwoord omdat het
hoogste goed op het spel staat.
SERVICE STATION
TELEFOON 60^ V MIDDELHARNIS
Half jaar garantie
Volledige service doorgeheelNederlandl
Vrijblijvend alle gewenste inlichtingen
Demonstratie en
proefrit GRATIS!
Nog eens over de bejaarden.
Er zal wel geen lezer van ons blad
zijn die bezwaar maakt nog even met
de belaiigen van onze bejaarde mede
burgers te worden bezig gehouden. Het
Centraal Bureau voor de Statistiek is
bezig de resultaten van de volkstelling
van 1947 uit elkander te rafelen en
heeft deze week cijfers gepubliceerd
over de ouden van dagen.
Hun aantal stijgt nog steeds en dat
stemt tot blijdschap, omdat ook de zul-
gelingsterfte mooi daalt. Ge zoudt toch
zeggen, Nederland is een gezegend land
en het is ook Bijbels: jongens en meisjes
spelend op de straten en de ouden zul
len vanwege de veelheid der dagen een
stok in de hand hebben.
In 1920 telde ons land 404003 perso
nen van 65 jaar en ouder; in 1930
491918 en in Mei 1947: 683139.
Dat was in 1920 5.8%, in 1930 6.1%
en in 1947 7.1%.
Van deze 683139 in 1947 waren er
40.000 in tehuizen en gestichten en
88.000 waren alléén wonend.
Aangezien het aantal bejaarden nog
steeds stijgt wordt er algemeen studie
van hun omstandigheden gemaakt. Spe
ciaal hun huisvesting vraagt de aan
dacht. Hoe ouder men wordt hoe meer
het huis zich aan onze veranderde le
venswijze en levens mogelijkheid moet
aanpassen. Kleine gerieflijke woningen
met veel gemak, die rustig gelegen zijn,
worden nu verlangd. Het' is jammer dat
ook hier de woningnood een woord me-
despreekt, waardoor men nog niet zo
grief de gewenste kleine huizen kan
bouwen.
Sommigen willen een groep kleine wo
ningen voor oude mensen in een apart
deel ener gemeente bouwen, maar an
deren wijzen er terecht op, dat er dan
o zo veel afwisseling van bewoners ont
staaten ja, dat bemerkt men niet
zo sterk als zij door de jongeren heen
wonen»
In de steden treft men nog wel grote
oudeliedengestichten aan. Men is alge
meen doende deze zo gezellig mogelijk
te restaureren, opdat het gestichtsidée
zo veel mogelijk vermeden worde. En
ten platt'elande zou ik gaarne ook voor
alle bejaarden in tehuizen willen plei
ten: maak de kamers eens wat aange
namer, de meubilering wat frisser, een
gezellig hoekje bij het raam... Ja, men
moet er wat voor voelen om met deze
bejaarden om te gaan. Soms zijn zij
eigenwijs, maar, hebt al 60 of 70 jaar
lang mensen medegemaakt, redeneringen
aangehoord, plannen zien in duigen val
len, en al zo meer? Het is toch geen
wonder, dat zij met een schat van erva
ring, wat gereserveerd staan tegenover
veel, waar wij voor vechten. Ja, ik be
gin zelfs te vermoeden, dat die oudjes
niet eens alles kunnen vertellen. Ik ge
loof, dat zij veel leeds in liefde mede-
nemen in het graf omdat toch maar
weinigen het kunnen peilen.
De alleenwonenden. Naar hen mag
ons denken zeker wel uitgaan. De oude
man die zijn vrouwtje nog heeft, heeft
aanspraak. En het moedertje steunt
heimelijk toch nog op haar baasje; wel
zeker, zij hebben al zo'n halve eeuw sa
men lief en leed gedragen. Maar nu de
eenzame. De man of de vrouw alleen.
't Valt voor beiden hard, ofschoon de
vrouw zich altijd beter weet te verzor
gen dan de man. Onder de ouderen dan
65 jaar zijn ook veel meer vrouwen dan
mannen; 357000 vrouwen tegenover
326000 mannen, een verschil van circa
31000. De levenskansen van de vrouw
staan beter dan die van de man. i
Hoe dat zij, man of vrouw, elk hart
kent zijn eigen smart. En het is volko
men begrijpelijk dat de oudere mens al
leen maar met de oudere mens kan pra
ten. Beide hebben dan levenservaring
gemeen.
Daar zijn wat wrak geslagen levens
scheepjes. Daar liggen ze ten laatste
nog voor anker!
Indien ook maar voor anker! Avond-
schaduvi/en neigen zich. Wij gaan de weg
van alle vlees. Is het wel met U? zo
vraagt de profeet aan de Sunamietische
vrouw (2 Kon. 4) Die vraag klemt al
tijd, doch vooral in de levensavond. En
klemt ze nu maar, dan rijst de bede,
Heere, verlaat mij niet nu de grijsheid
daar is! En wonderlijk, als Ps. 92 ons
de weldaden der genade beschrijft, dan
En zal Mij ontfermen over Lo-
Ruchama; en Ik zal zeggen tot
Lo-Ammi: gij zijt Mijn volk; en
dat zal zeggen: O, mijn God!
(Hosea 2 22b.)
II.
De profeet moest het van Godswege
profeteren. Zo is het in den Woorde Gods
opgenomen en zowel het Oude Testa
ment als, gelijk wij aanhaalden, 't Nieu
we Testament verkondigt zulks, het
souverein wonder van dit eeuwig wel
behagen: Uitverkoren door de Vader, in
de Zoon, door de toepassing des Heili
gen Geestes. Eén in Wezen, drie in Per
sonen, en zulks geleerd en uitgewerkt
in het hart van de uitverkoren zondaar,
en dit langs lijnen van geleidelijkheid.
Zalige eenzaamheid, wanneer zulks
mag bepeinsd en toegepast worden als
de realiteit der zielebeleving. Immers
zulks zou niet zijn verstandsbespiege
ling, maar levenservaring. De eeuwig-
heidsgedachte over een verloren, maar
in het bimdelke der levenden ingesloten
volk zal worden bekend gemaakt en ge
openbaard.
Immers zij zouden zeggen: „en dat zal
zeggen."
Taalkundig is dat enkelvoud. Ach, dat
onze ogen water waren en onze oogle
den een springader van tranen om de
breuk te bewenen. In openbaring zijn we
niet meer één, maar we liggen geschei
den en de breuke Jozefs wordt niet be
weend. We kunnen het er bij houden,
dat de ene zegt: Ik ben van Paulus, en
de andere: ik ben van Cefas, waar toch
bij ogenblikken gesmacht wordt naar
gemeenschap van dat volk, waarvoorde
Koning en Heere en Meester bad: „Va
der, dat zij één zijn".
Welnu, laat dan de gescheidenheid met
smart worden beleefd, maar laat de
Godsgedachte der eenheid, der enkel
voudigheid ervaren worden, en dat
zal zeggen: „O mijn God."
Als een moeder in barensweeën het
levende kind ter wereld heeft mogen
brengen, en zij amechtig de eerste le
vensopenbaring beluistert, is er een stil
le overdenking: O God, een levend kind.
De eerste smartkreet wordt gehoord. Er
is leven.
Welnu, geliefde lezer of lezeres, hetzij
in Zeeland of in Friesland, of waar ook:
zulks zal levenservaring bij ons moeten
worden: de eerste schreeuw naar de le
vende God. Naar de levende God, want
Ezau schreeuwde met een gans bittere
schreeuw; en Kaïn schreeuwt en Ju
das, raaar het is niet naar de levende
God. Hoe is hier onderzoek noodzakelijk
om consciëntiewerk van waar zaligma
kend werk te onderscheiden. Hier is
Gods Geest voor nodig, anders bedriegt
de mens zich voor de grote eeuwigheid.
Als de levendmakende genade niet is
geschonken, kan de mens zich niet on
derzoeken, immers de natuurlijke mens
kent de dingen niet die des Geestes
Gods zijn, hij begrijpt ze niet, ze zijn
hem dwaasheid. Het is de waarachtig
heid der eenzijdigheid, als een verloren
kind van Adam het ervaart: En ik ging
u voorbij en Ik zeide; leef in uwen bloe
de, ja leef.
Hoe wordt deze leer geloochend door
een grote schare, waar de leiders dezes
volks spreken over een veronderstelde
of slapende wedergeboorte, en geleerd
wordt door doctoren in de theologie, dat
er genade in de wortel is. Ligt er dan
niets in de wortel? We antwoorden hier
volmondig ja op; echter geen genade,
maar alleen bederf. O! misleide schare,
misleide jongelingen en jongedochters,
die al loochent ge soms verstandelijk
deze leer, opgevoed wordt, niet het
minst door de zogenaamde Christelijke
liederen dezer tijden, waarin een bezit
uitgejubeld wordt, zonder dat men ooit
een gemis heeft leren kennen, O, welke
ontzaglijk donkere tijden worden er be
leefd en zulks zonder enig besef, dat bij
beslissend einde, geen verandering mo
gelijk is.
Hoe verandert satan zich als een en
gel des lichts. Evenwel, het vaste fun
dament staat. De Heere kent degenen,
die de Zijnen zijn. Boven dit geestelijk
koninkrijk schreef de Koning, dat het
uit de dood overgaat in het leven door
de onmisbare inwendige roeping,
Paulus wordt geïnspireerd om het Ti-
motheus te schrgven, en het aan de
Kerk achter te laten: „Die ons heeft za
lig gemaakt en geroepen, met een hei
lige roeping, niet uit de werken, maar
naar Zijn eigen voornemen en genade,"
De mens wordt in zijn doodstaat levend
gemaakt, om het te leren uitroepen: O
Maandagavond is in de gemeente Me
lissant een grote gecombineerde brand
weeroefening gehouden door de geza
menlijke brandweren van de gemeenten
Dirksland, Melissant en Herkingen. De
leiding voor deze avond berustte bij dhr
P, L. A. Tieleman, commandant van
het Brandweercorps Melissant.
Door hem waren twee oefeningen ge
projecteerd nl. een oefening bij dag
licht en een avondoefening.
De daglichtoefening behelsde het blus
sen van een brand op de boerderij, van
dhr H. van Rossum aan de Kraaienisse-
dijk. Waterwinplaats was de haven van
Dirksland, afstand van waterwinplaats
tot boerderij was 715 m, waar de brand
volgens schema met zes stralen geblust
zou moeten worden. Door moeilijkheden
om de eerste brandspuit aan de haven
te plaatsen is deze oefening mede om
des tijdfc wille niet geheel afgemaakt,
de brandspuiten stonden opgesteld naar
de rangorde van hun capaciteit, in ge
val van brand zal het zeer goed moge
lijk zijn, blussingswerkzaamheden te
Van Zaterdag 23 September v.m. 12
uur t.m. Maandiag 25 Sept. v.m. 9 uur
Mididelharnis-Sonunelsdijk
Afwezig de artsen P. Knöps, C. F.
Arends en A, Kievit, Voor spoedgeval
len Tj. Kuipers, arts, Telef, 240, Som-
melsdijk.
Dirlcsland-Herkingen-Melissant
Afwezig B. Elvé, arts. Voor spoedge
vallen G, Huisman, arts, Telef. 1512,
Melissant en dr P. Boot, Telef, 127,
Diiksland.
Of>st-Flakkee:
Afwezig de artsen E, Bouman, C, W,
Kramers en P, C, J, Voogd, Voor spoed
gevallen P, J. de Man, arts, Telef. 20,
Nieuwe Tonge en G, J, Buth, arts, Tel.
0, Den Bommel.
geldt van de ouden, die in dat Huis wo
nen, dat zij groen en fris zijn, om..'....
ja, om te spreken van hun genieting,
van hun goede uren? Neen, om te ver
kondigen dat de Heere recht is. Met de
kostelijke belijdenis: Hrj Is mijn Rots
steen en in Hem is geen onrecht!
Dan vallen er eeuwigheidsglanzen op
het levenspad!
WAARNEMER, j
verrichten, mits gecombineerd wordt
opgetreden.
Door dhr van Rossum werden enige
dozen sigaretten aan de brandweerlie
den aangeboden die onder dank werden
aanvoard.
Was deze oefening bedoeld als droog,
ru zou de natte oefening volgen. Er
werd \erzameld op het gemeenteplein
en terwijl de commandanten en onder
commandanten de oefening bespraken in
de bovenzaal van café v.' d. Werf, wer
den in de beneden zaal de manschappen
onthaaJd op één consumptie aangeboden
door het brandweercorps Melissant en
één consumptie aangeboden door het
brandweercorps Dirksland.
De avondoefening bevatte de volgen
de opgaveer waren 4 objecten in brand
nl,' de Ned. Herv, Kerk, de Openb, L,
School, het gem. huis en de Chr. school.
De waterwinplaats lag op een gemid
delde afstand van plm, 600 m van de
objecten, elk object zou geblust worden
met 3 stralen. Dit was geen gemakke
lijke opgave.
De werkwijze was als volgt: Aan de
waterwinplaats stond de grote brand
spuit van Dirksland met 340 m pers
slang, waarop de brandspuit van Me
lissant stond aangekoppeld. Deze leg
de 160 m slang uit en toen een twee-
wegverdeelstuk met 100 m werd recht
door gegaan de Voorstraat op. De af-
takking ging naar de Ned, Herv, Kerk
daar werd weer een tweewegverdeel-
stuk geplaatst met een aftakking naar
de Ned. Herv, Kerk en een naar de
Openb. L. School, aan het einde van de
ze aftakkingen werden driewegverdeel-
stukken geplaatst zodat elk object met
drie stralen bestreden kon worden,
Aan het einde van de door Melissant
uitgelegde 100 m slang stond de brand
spuit van Herkingen,
Herkingen had tot taak eerst 60 m
slang uit te leggen dan een tweeweg-
verdeelstuk waaraan aangekoppeld een
driewegverdeelstuk zodat het gem, huis
met drie stralen bestreden kon worden,
van af het tweewegverdeelstuk werd
nog 40 m slang uitgelegd, hierop stond
de tweede brandspuit van Dirksland aan
gekoppeld, deze bracht nu drie stralen
uit op de Chr, school.
Ondanks de lange afstand en de veel
heid der stralen was de druk aan de
straalpijpen zeer goed te noemen.
Er werd nog even geëxperimenteerd
door de brandspuit van Herkingen uit
te schakelen, benevens de objecten Ned.
Herv, Kerk, Openb. L. School en Gem.
huis. Toen werd dus alleen op de Chr.
School gespoten, waarbij de druk prima
was.
Gebruikt materiaal was o.a.:
960 m persslang, 2%" en 180 m 2"
3 stuks driewegverdeelstukken
4 stuks tweewegverdeelstukken
12 stuks straalpijpen
2 stel slangenbruggen.
God! Van de waarachtigheid van het
Godsbestaan wordt de uitverkoren zon
daar in het uur der minne overtuigd.
Ik zal Mij hun openbaren, gelijk Ik aan
de wereld niet doe. Aan deze medede
ling gaat een begeerte gepaard. Het
aangeschoten hert, dorst naar ge
meenschap. Zo gaat Godskennis voor
de kennisse van de Heere Jezus.
En als de mededeling door Geestesbe-
arbeiding in de ziele valt, dat die God
die ontdekte; niet ontfermd,
geen volk (en dit in het binnenst
hartelijk werd onderschreven en onder
tekend) dan spreekt: „en dat zal zeg
gen: o mijn God!", dan krijgt dat Sion
een onwaardigheidsgeloof in zichzelf en
een waardigheid in God. Dan kunnen
geen assurantiën of verzekeringen der
wereld meer aan de hand worden gehou
den. Dat is vlak werk, want als de
Heere werkt, wie zal keren? Zulk een
volk zou denken, zalig te worden zonder
de kennisse des Heeren Jezu Christi.
Maar daar zorgt de Heere Zelf voor,
Dat volk wordt door de Heilige Geest
onderwezen. Een levensvraag wordt hun
voorgehouden. Een vraag, die geen en
kele Theologische school of imiversiteit
kan beantwoorden nl,: hoe is gemeen
schap mogelijk met die God, die vlekke
loos heilig is, in Zijn deugden? Bange,
donkere tijden worden ervaren, als geen
antwoord hierop wordt beluisterd, maar
heb moed, gij verdrukte door onweder
voortgedrevene, ongetrooste, in Achors,
dal, in het dal des dobds zal de deur
der hope worden geopenbaard. Die God
aller genade zal leren door die Poort
in te moeten gaan, opdat zien bezit
zou mogen worden. De Heere schenke
ontdekkende genade, opdat een bezit
tend volk, een missend volk moge wor
den gemaakt; opdat die Middelaar mo
ge gekend worden. Die er de dood voor
in moest gaan, en zulks wilde om als
de Opgestane mededeling hiervan te
doen, opdat door Hem weder herstelling
in het „O m ij n Go d" zou worden
beleefd. Zij in zichzelf in de dood, het
leven in Hem.
Gij hebt o Heer' in 't doodlijkst
[tijdsgewricht,
Mijn ziel gered, mijn tranen willen
[drogen!
Dat volk schreeuwe uit de levens
ervaring van het gemis, en
het bevoorrechte Sion schreeuwe naar
levensgemeenschap: „O mijn
God."
V.B.
Volgende weeh VRIJDAG 29
SEPTEMBER a.s. zal ons
hlad „Eilanden - nieuws" op
Goeree Oüerjiakkee nuia-
aan-nuis verschenen.
Advertentiën voor dit nummer
worden gaarne vroegtijdig in
gewacht.
Redactie en Administratie.
Burg. van Heijst was bij de beide
oefeningen aanwezig. Ook de gem, secr,
en meerdere raadsleden gaven van hun
belangstelling blijk.
Nadat het materiaal was opgeruimd
en ieder het zijne weer had, werd verza
meld in café v. d. Werf, Hier werden de
corpsen toegesproken door Burg, van
Heijst die begon met de commandant
Tieleman te complimenteren met de zo
zeer geslaagde oefening. Vervolgens
werden de corpsen In him geheel gepre
zen om de vlotte samenwerking en de
goede geest, ondanks het feit dat het
zeer laat werd. De Burg. memoreerde
dat de gemeenten voor goed materiaal
zorgden en dat de manschappen dit pri
ma wisten te gebruiken. De E.H.B,0,er
dhr L, Witvliet werd dank gebracht
voor de samenwerking, hoewel het ver
heugend was dat hij geen daadwerke
lijke hulp behoefde te verlenen. Nadat
de Burg. nu namens het gem. bestuur
van Melissant een consumptie had ge
offreerd, werd plm. 23 uur gestart naar
huis toe. Het was een zeer leerzame
avond geweest voor de div. corpsen, de
samenwerking en graad van geoefend
heid waren prima.
------O------- '1
Het aantal rijwielen met hulpmotor,
dat in ons land in gebruik is, bedroeg
volgens een telling van het Centraal
Bureau voor de Statistiek op 1 Aug.
1950 54.822.
Op 1 Augustus 1949 waren er nog
slechts 4.500 rijwielen met hulpmotor.
In één jaar tijds bedraagt de toene
ming dus ruim 50.000 stuks.
De door de Minister van Landbouw,
Visserij en Voedselvoorziening in de
Tweede Kamer der Staten Generaal aan
gekondigde beschikking met een prijs
stop voor margarine wordt afgekondigd
in de Nederlandse Staatscourant van
Donderdag 14 September 1950. De prijs
stop houdt in, dat margarine ten hoog
ste mag worden te koop aangeboden of
verkocht tegen de prijzen, welke op g
September 1950 algemeen gebruikeiyk
waren.