Grote brandweeroef ening te Melissant Uit het Kijkvenst -2«f 23ste laargang Zaterdag 23 September 1860 No. 1853 CHRISTELIJK WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN Enige opmerkingen naar aanleiding van de Troonrede OEFENEN VAN ONZE LUCHT- MACHT OP ZONDAG uit voorraad leverbaar! PRIJS: f 390.- MEDITATIE Een volk dat geen volk was Zonder samenvoeging gemeenten toch zeer goede samenwerking mogelijk Zondagsdiensten Artsen. Pijn?'n Mijnhqrdtje^Q verópreidincf l Thans bijna 55.000 rijwielen met hulpmotor Prijsstop voor magarine afgekondigd :niEUws Vers<*4jnt tweemaal per week. Woensdag en Zaterdag Bedactiebureau: Prins Hendrikstraat 133 Middelhamis Abonnementsprfls 1.50 per kwartaal Telefoon II Middelharnia Giro 167930 Postbox 8 Telefoon Drukkerij 19 Adv.-piijs 12 ei. p. mm. Bij contiact speciaal taiiei H.M. de Koningin heeft de Troonrede weer uitgesproken. Het Parlement kan zijn arbeid dus weer beginnen. Bn hoe staat het er nu eigenlijk bij In de Troonrede wordt immers een over zicht gegeven .over de te volgen poli tiek. In verband met de weinige plaats ruimte een paar opmerkingen slechts. De Troonrede is uitgedijd tot een zeer lang stuk. Ze bestaat voor een groot gedeelte in het constateren van wat in Binnen- en Buitenland zich heeft voorgedaan en ze geeft als het ware een visie, een kijk op het wereldgebeuren. Een groot gedeelte is gewijd aan de internationale verhoudingen. Een opmerking moeten we hierbij ma ken. Van beginselen is weinig meer te merken. De beginselen die weleer dit staatsstuk zo belangrijk maakten heb ben afgedaan en we krijgen via de Troonrede meer een les in de verhoudin gen op internationaal gebied, dan dat er sprake is van richtinggevende begin selen voor het Binnenlandse beleid. Het loslaten van onze zelfstandig- heidspolitiek wordt geaccentueerd en de nadruk wordt gelegd op het feit, dat West-Europa in sneller tempo zal moe ten samenwerken. Door gebruik te ma ken van het woord sneller komt het ons voor dat de Troonrede critiek staat tegenover wat bereikt werd. Inzake de Benelux werd gewaagd van belangrijke vooruitgang en inzake de samenwerking van West-Europa werden optimistische klanken vernomen. Als voorbeelden werden genoemd de sterke wil tot samenwerking in de Raad van Europa, de vorming van een Europese hetalingsunie, het Schumanplan en het Nederlandse plan voor Europese econo mische samenwerking. Onmisbaar wordt geacht de aansluiting van Duitsland bij de Europese samenwerking. We schre ven optimistische klanken. Inderdaad, want het genoemde wordt door de grote mogendheden nog fel omstreden en zo al het inzicht bestaat dat het die weg op moet, tastbare resultaten zijn er nog zeer weinig. Inzake Indonesië wordt de souverei- niteitsoverdracht gememoreerd en wordt gewezen op het pijnlijk en diep ingrijpen in veler levensomstandigheden waarin de Regering zoveel mogelijk verzachting zal trachten te brengen. Gehoopt wordt op bevredigende ont wikkeling van de handelsbetrekkingen. Ten opzicht van West-Indië en de daar plaats gevonden hebbende Staatkundige veranderingen spreekt de Regering de hoop uit, dat deze zullen leiden tot ver sterking van de banden met Nederland. Over de moeilijkheden met de Zuid- Molukken, speciaal Ambon, en de toe komstige status van Nieuw Guinea be waart de Troonrede het stilzwijgen. Betreurd wordt dat de uitgaven voor de Defensie verhoogd moeten worden. In het „dat zo spoedig de afloop van de wereldoorlog grote offers moeten worden gevraagd" proeft ge de teleur stelling van het humanisme dat helaas geen rekening houdt met de voortschrij ding van de zonde en ongerechtigheid en het verachten van Gods geboden, dat de oordelen Gods oproept. Als nieuwe vraagstukken worden ge noemd de noodzakelijke opvoering der nationale weerbaarheid en de sterke stij ging van de prijzen der grondstoffen waardoor Nederland in ongunstige con ditie komt. Dientengevolge noemt de Troonrede een mogelijke herziening van de rang orde der uitgaven van de Overheids- werkzaamheden. Verlaging der belastin gen zal geen plaats kunnen vinden. Het monetair evenwicht te handhaven zal moeilijker worden en het herstel van de betalingsbalans zal nog grotere zorg en inspanning kosten. Gewezen wordt op het wenselijke en noodzakelijke van industrievestiging en op de bevordering van de emigratie met het stimuleren van landaanwinning en inpoldering. Kunsten en Wetenschap pen, als van groot belang geacht voor het Regeringsbeleid. Inzake het Onder wijs zullen onderwijsvoorzieningen ge troffen worden in verband met de maat schappelijke behoeften. De Troonrede spreekt het ook uit dat ons volk zich zeer zal moeten inspannen, als ze zegt: „Vast staat, dat een gróte krachtsinspanning van heel ons volk nodig zal zijn om aan de gewijzigde ver houdingen het hoofd te bieden. De Regering zal al het mogelijke doen om het evenwicht te bevorderen tussen de eisen die de collectieve veiligheid vor dert en het economisch sociaal en cul tureel welzijn van ons volk. De Troonrede is een Staatsstuk ge worden op internationaal plan. De moeilijkheden, spanningen en ge varen die de wereld beroeren vindt ge er in terug. Een opsomming van allerlei noodza kelijke dingen voor het leven van het volk op materialistisch plan. Helaas van enige noodzaak om tot Gods Woord en Getuigenis terug te ke ren is geen sprake. Het is een constaterend stuk van wat het leven der volken beroert. Van een opheffen van de banier van de eeuwige beginselen van Gods Woord als voorwaarde voor veiligheid en wel vaart is geen sprake. En daarin toch alleen is de bestendi- S-ng en vermeerdering van onze veilig heid, vrijheid en welvaart slechts ge legen. De Troonrede is daardoor geworden tot een teken des tijds. God er buiten. Met de beginselen van Gods Woord heeft men afgedaan. Die zijn als niets geacht, De tijden van onze neutraliteits, of zelfstandigheidspolitiek zijn voorbij. Gestreefd wordt naar steeds grotere verbanden. Europa moet één geheel worden. Ze ker voorzover het nog niet achter het „ijzeren gordijn" is opgenomen. Voorzo ver alle krachten van West-Europa sa men gebundeld worden om het Commu nistische gevaar te verstaan is daar al les voor te zeggen. Maar op ander gebied is voor ons land de grootste voorzichtigheid gebo den. Een totale eenheid van Europa is voor ons land een groot gevaar. Omdat grote geestelijke goederen dan dreigen verloren te gaan. Neen voor de Verenigde Staten van Europa gevoelen we niets, daarvoor zijn de gevaren die er uit voort kunnen vloeien te groot. Immers West Europa is in zijn grote meerderheid aan de dienst van God ont vallen. Met het Woord Grods en de Ge boden des Heeren wordt niet meer gere kend. Het internationale is voor ons volk altijd een groot gevaai; geweest. Onze Vaderen hebben er menigmaal tegen gewaarschuwd. Een sprekend voorbeeld van het ge vaar dat in internationaal optreden ligt hebben we dezer dagen weer moeten constateren. De internationale lucht macht waartoe Nederland ook behoort heeft grote oefeningen gehouden. Ook op Zondag 27 Augustus. Onze lucht macht heeft dafraan ook deelgenomen. Oefeningen op Zondag in groot verband. Onze Regering heeft daaraan haar goed keuring gegeven en daaraan meege werkt. Een gevaar van de internationale ver bondenheid. We schreven boven dat West Europa aan de dienst van God is ontzonken. In de landen van Rooms en Socialistisch bestuur is geen plaats meer voor de Heere en Zijn Woord. Wat vraagt men in België en Frankrijk nog naar de Zondag. Onze Regering had haar medewerking moeten weigeren. Pal moeten we staan voor Gods ge boden. Om des Heeren wil. Maar ook om ons volk, waar toch nog brede la gen gevonden worden, die Gods Dag ge respecteerd willen hebben. Onnodig oefenen kan wel eens leiden tot hoog nodige werkelijkheid. Gods oordelen zijn over de aarde. In het afbreken van de zonde en de ongerechtigheid ligt besten diging van onze vrede. Het is of men de oordelen af wil bidden, God wil ter gen. Dat toch over ons volk de Refor matorische kracht mocht komen. Een heilige gver mocht ons uit onze lauw heid en vadsigheid doen opstaan. Een kreet van protest mocht uit ons volk opstijgen om ernstig te protesteren te gen het misbruik en de schending van Gods Dag. De Heere moge ons volk in Zijne wegen doen wandelen. OFFERS BRENGEN Daarop zal het in de toekomst neer komen. Off erg. van persoonlijke en financiële aard. De zaken van onze landsverdedi ging, de soldaterij komt weer geheel op de voorgrond. Er is in de laatste vijf jaar veel ge confereerd, veel gepraat, veelbenoemd ja veel besloten zelfs maar weinig ge daan op het gebied van de landsverde diging. Dat is een verschijnsel dat niet alleen in Nederland is voorgekomen maar in de gehele wereld behalve dan in Rusland. Daar heeft men gewerkt en gehandeld. De oorlog was voorbij. De soldatenjas kon worden uitgetrokken. En dat deed men in de vrije wereld. Alle landen de mobiliseerden. Rusland demobiliseerde niet. Dat heeft men wel geweten. Maar men leefde van de ene spanning naar de andere en men stelde zich gerust met de gedachte. „Er komt toch geen oor log. Immers de atoombom is in handen van Amerika. Over 10 of 20 jaar, ja dan misschien wel. Korea is gekomen. Alarm in alle vrije landen. Het oorlogsgevaar dreigend dicht na bij. Onthullend tevens, dat Rusland met zijn voorbereidingen niet stil heeft ge zeten en de les lerend, dat de vliegtui gen waarvan men een meerderheid meen de te bezitten niet zo doorslaggevend zijn als men gedacht had. Zou mogelijk het atoomwapen ook minder afdoend zijn, dan men wel ge meend had? En nu komt de oorlogs voorbereiding los. Leger, vloot en luchtmacht moet uit gebreid worden. Honderden millioenen moeten beschik baar gesteld worden. En dat terwijl de begrotingen sluiten met reusachtige tekorten. Het kan niet anders. Offers moeten worden gebracht. Ook financieel. Een groot gedeelte van ons volksinkomen, men spreekt van ongeveer 10%, moet aan de militaire uitrusting besteed wor den. Al die vele millioenen moeten aan het economische leven worden onttrok ken. Moeten door de belastingbetalers opgebracht worden. Het kan niet an ders. Onze vrijheid, ons vrije volksbe staan is er mee gemoeid. Samen met de andere vrije volken moeten de offers worden gebracht om de vrijheid in stand te houden. Rusland bewapende zich, de vrije lan den ontwapenen zich. Er is een grote achterstand. Er is een grote dreiging van gevaar. Daarom is er geen andere uitweg. Daar om moeten offers worden gebracht. Ook van persoonlijken aard. Veel jon ge mensen zullen weer de wapenrok moeten aantrekken. Hun aantal zal ge leidelijk toenemen en steeds groter wor den. Hoeveel plannen in de toekomst van deze jonge mensen wordt door hun oproeping doorkruist. Wat een ellende en moeilijkheden van allerlei aard op velerlei gebied zijn daar het gevolg van. Maar de toestand ver eist het. De Communistische dreiging laat geen andere uitweg. Daarom moe ten offers worden gebracht, want het gaat om het hoogste goed, om de vrij heid. Om het zijn of niet zijn. Om het le ven in vrijheid of in slavernij. Daarom zijn de offers verantwoord omdat het hoogste goed op het spel staat. SERVICE STATION TELEFOON 60^ V MIDDELHARNIS Half jaar garantie Volledige service doorgeheelNederlandl Vrijblijvend alle gewenste inlichtingen Demonstratie en proefrit GRATIS! Nog eens over de bejaarden. Er zal wel geen lezer van ons blad zijn die bezwaar maakt nog even met de belaiigen van onze bejaarde mede burgers te worden bezig gehouden. Het Centraal Bureau voor de Statistiek is bezig de resultaten van de volkstelling van 1947 uit elkander te rafelen en heeft deze week cijfers gepubliceerd over de ouden van dagen. Hun aantal stijgt nog steeds en dat stemt tot blijdschap, omdat ook de zul- gelingsterfte mooi daalt. Ge zoudt toch zeggen, Nederland is een gezegend land en het is ook Bijbels: jongens en meisjes spelend op de straten en de ouden zul len vanwege de veelheid der dagen een stok in de hand hebben. In 1920 telde ons land 404003 perso nen van 65 jaar en ouder; in 1930 491918 en in Mei 1947: 683139. Dat was in 1920 5.8%, in 1930 6.1% en in 1947 7.1%. Van deze 683139 in 1947 waren er 40.000 in tehuizen en gestichten en 88.000 waren alléén wonend. Aangezien het aantal bejaarden nog steeds stijgt wordt er algemeen studie van hun omstandigheden gemaakt. Spe ciaal hun huisvesting vraagt de aan dacht. Hoe ouder men wordt hoe meer het huis zich aan onze veranderde le venswijze en levens mogelijkheid moet aanpassen. Kleine gerieflijke woningen met veel gemak, die rustig gelegen zijn, worden nu verlangd. Het' is jammer dat ook hier de woningnood een woord me- despreekt, waardoor men nog niet zo grief de gewenste kleine huizen kan bouwen. Sommigen willen een groep kleine wo ningen voor oude mensen in een apart deel ener gemeente bouwen, maar an deren wijzen er terecht op, dat er dan o zo veel afwisseling van bewoners ont staaten ja, dat bemerkt men niet zo sterk als zij door de jongeren heen wonen» In de steden treft men nog wel grote oudeliedengestichten aan. Men is alge meen doende deze zo gezellig mogelijk te restaureren, opdat het gestichtsidée zo veel mogelijk vermeden worde. En ten platt'elande zou ik gaarne ook voor alle bejaarden in tehuizen willen plei ten: maak de kamers eens wat aange namer, de meubilering wat frisser, een gezellig hoekje bij het raam... Ja, men moet er wat voor voelen om met deze bejaarden om te gaan. Soms zijn zij eigenwijs, maar, hebt al 60 of 70 jaar lang mensen medegemaakt, redeneringen aangehoord, plannen zien in duigen val len, en al zo meer? Het is toch geen wonder, dat zij met een schat van erva ring, wat gereserveerd staan tegenover veel, waar wij voor vechten. Ja, ik be gin zelfs te vermoeden, dat die oudjes niet eens alles kunnen vertellen. Ik ge loof, dat zij veel leeds in liefde mede- nemen in het graf omdat toch maar weinigen het kunnen peilen. De alleenwonenden. Naar hen mag ons denken zeker wel uitgaan. De oude man die zijn vrouwtje nog heeft, heeft aanspraak. En het moedertje steunt heimelijk toch nog op haar baasje; wel zeker, zij hebben al zo'n halve eeuw sa men lief en leed gedragen. Maar nu de eenzame. De man of de vrouw alleen. 't Valt voor beiden hard, ofschoon de vrouw zich altijd beter weet te verzor gen dan de man. Onder de ouderen dan 65 jaar zijn ook veel meer vrouwen dan mannen; 357000 vrouwen tegenover 326000 mannen, een verschil van circa 31000. De levenskansen van de vrouw staan beter dan die van de man. i Hoe dat zij, man of vrouw, elk hart kent zijn eigen smart. En het is volko men begrijpelijk dat de oudere mens al leen maar met de oudere mens kan pra ten. Beide hebben dan levenservaring gemeen. Daar zijn wat wrak geslagen levens scheepjes. Daar liggen ze ten laatste nog voor anker! Indien ook maar voor anker! Avond- schaduvi/en neigen zich. Wij gaan de weg van alle vlees. Is het wel met U? zo vraagt de profeet aan de Sunamietische vrouw (2 Kon. 4) Die vraag klemt al tijd, doch vooral in de levensavond. En klemt ze nu maar, dan rijst de bede, Heere, verlaat mij niet nu de grijsheid daar is! En wonderlijk, als Ps. 92 ons de weldaden der genade beschrijft, dan En zal Mij ontfermen over Lo- Ruchama; en Ik zal zeggen tot Lo-Ammi: gij zijt Mijn volk; en dat zal zeggen: O, mijn God! (Hosea 2 22b.) II. De profeet moest het van Godswege profeteren. Zo is het in den Woorde Gods opgenomen en zowel het Oude Testa ment als, gelijk wij aanhaalden, 't Nieu we Testament verkondigt zulks, het souverein wonder van dit eeuwig wel behagen: Uitverkoren door de Vader, in de Zoon, door de toepassing des Heili gen Geestes. Eén in Wezen, drie in Per sonen, en zulks geleerd en uitgewerkt in het hart van de uitverkoren zondaar, en dit langs lijnen van geleidelijkheid. Zalige eenzaamheid, wanneer zulks mag bepeinsd en toegepast worden als de realiteit der zielebeleving. Immers zulks zou niet zijn verstandsbespiege ling, maar levenservaring. De eeuwig- heidsgedachte over een verloren, maar in het bimdelke der levenden ingesloten volk zal worden bekend gemaakt en ge openbaard. Immers zij zouden zeggen: „en dat zal zeggen." Taalkundig is dat enkelvoud. Ach, dat onze ogen water waren en onze oogle den een springader van tranen om de breuk te bewenen. In openbaring zijn we niet meer één, maar we liggen geschei den en de breuke Jozefs wordt niet be weend. We kunnen het er bij houden, dat de ene zegt: Ik ben van Paulus, en de andere: ik ben van Cefas, waar toch bij ogenblikken gesmacht wordt naar gemeenschap van dat volk, waarvoorde Koning en Heere en Meester bad: „Va der, dat zij één zijn". Welnu, laat dan de gescheidenheid met smart worden beleefd, maar laat de Godsgedachte der eenheid, der enkel voudigheid ervaren worden, en dat zal zeggen: „O mijn God." Als een moeder in barensweeën het levende kind ter wereld heeft mogen brengen, en zij amechtig de eerste le vensopenbaring beluistert, is er een stil le overdenking: O God, een levend kind. De eerste smartkreet wordt gehoord. Er is leven. Welnu, geliefde lezer of lezeres, hetzij in Zeeland of in Friesland, of waar ook: zulks zal levenservaring bij ons moeten worden: de eerste schreeuw naar de le vende God. Naar de levende God, want Ezau schreeuwde met een gans bittere schreeuw; en Kaïn schreeuwt en Ju das, raaar het is niet naar de levende God. Hoe is hier onderzoek noodzakelijk om consciëntiewerk van waar zaligma kend werk te onderscheiden. Hier is Gods Geest voor nodig, anders bedriegt de mens zich voor de grote eeuwigheid. Als de levendmakende genade niet is geschonken, kan de mens zich niet on derzoeken, immers de natuurlijke mens kent de dingen niet die des Geestes Gods zijn, hij begrijpt ze niet, ze zijn hem dwaasheid. Het is de waarachtig heid der eenzijdigheid, als een verloren kind van Adam het ervaart: En ik ging u voorbij en Ik zeide; leef in uwen bloe de, ja leef. Hoe wordt deze leer geloochend door een grote schare, waar de leiders dezes volks spreken over een veronderstelde of slapende wedergeboorte, en geleerd wordt door doctoren in de theologie, dat er genade in de wortel is. Ligt er dan niets in de wortel? We antwoorden hier volmondig ja op; echter geen genade, maar alleen bederf. O! misleide schare, misleide jongelingen en jongedochters, die al loochent ge soms verstandelijk deze leer, opgevoed wordt, niet het minst door de zogenaamde Christelijke liederen dezer tijden, waarin een bezit uitgejubeld wordt, zonder dat men ooit een gemis heeft leren kennen, O, welke ontzaglijk donkere tijden worden er be leefd en zulks zonder enig besef, dat bij beslissend einde, geen verandering mo gelijk is. Hoe verandert satan zich als een en gel des lichts. Evenwel, het vaste fun dament staat. De Heere kent degenen, die de Zijnen zijn. Boven dit geestelijk koninkrijk schreef de Koning, dat het uit de dood overgaat in het leven door de onmisbare inwendige roeping, Paulus wordt geïnspireerd om het Ti- motheus te schrgven, en het aan de Kerk achter te laten: „Die ons heeft za lig gemaakt en geroepen, met een hei lige roeping, niet uit de werken, maar naar Zijn eigen voornemen en genade," De mens wordt in zijn doodstaat levend gemaakt, om het te leren uitroepen: O Maandagavond is in de gemeente Me lissant een grote gecombineerde brand weeroefening gehouden door de geza menlijke brandweren van de gemeenten Dirksland, Melissant en Herkingen. De leiding voor deze avond berustte bij dhr P, L. A. Tieleman, commandant van het Brandweercorps Melissant. Door hem waren twee oefeningen ge projecteerd nl. een oefening bij dag licht en een avondoefening. De daglichtoefening behelsde het blus sen van een brand op de boerderij, van dhr H. van Rossum aan de Kraaienisse- dijk. Waterwinplaats was de haven van Dirksland, afstand van waterwinplaats tot boerderij was 715 m, waar de brand volgens schema met zes stralen geblust zou moeten worden. Door moeilijkheden om de eerste brandspuit aan de haven te plaatsen is deze oefening mede om des tijdfc wille niet geheel afgemaakt, de brandspuiten stonden opgesteld naar de rangorde van hun capaciteit, in ge val van brand zal het zeer goed moge lijk zijn, blussingswerkzaamheden te Van Zaterdag 23 September v.m. 12 uur t.m. Maandiag 25 Sept. v.m. 9 uur Mididelharnis-Sonunelsdijk Afwezig de artsen P. Knöps, C. F. Arends en A, Kievit, Voor spoedgeval len Tj. Kuipers, arts, Telef, 240, Som- melsdijk. Dirlcsland-Herkingen-Melissant Afwezig B. Elvé, arts. Voor spoedge vallen G, Huisman, arts, Telef. 1512, Melissant en dr P. Boot, Telef, 127, Diiksland. Of>st-Flakkee: Afwezig de artsen E, Bouman, C, W, Kramers en P, C, J, Voogd, Voor spoed gevallen P, J. de Man, arts, Telef. 20, Nieuwe Tonge en G, J, Buth, arts, Tel. 0, Den Bommel. geldt van de ouden, die in dat Huis wo nen, dat zij groen en fris zijn, om..'.... ja, om te spreken van hun genieting, van hun goede uren? Neen, om te ver kondigen dat de Heere recht is. Met de kostelijke belijdenis: Hrj Is mijn Rots steen en in Hem is geen onrecht! Dan vallen er eeuwigheidsglanzen op het levenspad! WAARNEMER, j verrichten, mits gecombineerd wordt opgetreden. Door dhr van Rossum werden enige dozen sigaretten aan de brandweerlie den aangeboden die onder dank werden aanvoard. Was deze oefening bedoeld als droog, ru zou de natte oefening volgen. Er werd \erzameld op het gemeenteplein en terwijl de commandanten en onder commandanten de oefening bespraken in de bovenzaal van café v.' d. Werf, wer den in de beneden zaal de manschappen onthaaJd op één consumptie aangeboden door het brandweercorps Melissant en één consumptie aangeboden door het brandweercorps Dirksland. De avondoefening bevatte de volgen de opgaveer waren 4 objecten in brand nl,' de Ned. Herv, Kerk, de Openb, L, School, het gem. huis en de Chr. school. De waterwinplaats lag op een gemid delde afstand van plm, 600 m van de objecten, elk object zou geblust worden met 3 stralen. Dit was geen gemakke lijke opgave. De werkwijze was als volgt: Aan de waterwinplaats stond de grote brand spuit van Dirksland met 340 m pers slang, waarop de brandspuit van Me lissant stond aangekoppeld. Deze leg de 160 m slang uit en toen een twee- wegverdeelstuk met 100 m werd recht door gegaan de Voorstraat op. De af- takking ging naar de Ned, Herv, Kerk daar werd weer een tweewegverdeel- stuk geplaatst met een aftakking naar de Ned. Herv, Kerk en een naar de Openb. L. School, aan het einde van de ze aftakkingen werden driewegverdeel- stukken geplaatst zodat elk object met drie stralen bestreden kon worden, Aan het einde van de door Melissant uitgelegde 100 m slang stond de brand spuit van Herkingen, Herkingen had tot taak eerst 60 m slang uit te leggen dan een tweeweg- verdeelstuk waaraan aangekoppeld een driewegverdeelstuk zodat het gem, huis met drie stralen bestreden kon worden, van af het tweewegverdeelstuk werd nog 40 m slang uitgelegd, hierop stond de tweede brandspuit van Dirksland aan gekoppeld, deze bracht nu drie stralen uit op de Chr, school. Ondanks de lange afstand en de veel heid der stralen was de druk aan de straalpijpen zeer goed te noemen. Er werd nog even geëxperimenteerd door de brandspuit van Herkingen uit te schakelen, benevens de objecten Ned. Herv, Kerk, Openb. L. School en Gem. huis. Toen werd dus alleen op de Chr. School gespoten, waarbij de druk prima was. Gebruikt materiaal was o.a.: 960 m persslang, 2%" en 180 m 2" 3 stuks driewegverdeelstukken 4 stuks tweewegverdeelstukken 12 stuks straalpijpen 2 stel slangenbruggen. God! Van de waarachtigheid van het Godsbestaan wordt de uitverkoren zon daar in het uur der minne overtuigd. Ik zal Mij hun openbaren, gelijk Ik aan de wereld niet doe. Aan deze medede ling gaat een begeerte gepaard. Het aangeschoten hert, dorst naar ge meenschap. Zo gaat Godskennis voor de kennisse van de Heere Jezus. En als de mededeling door Geestesbe- arbeiding in de ziele valt, dat die God die ontdekte; niet ontfermd, geen volk (en dit in het binnenst hartelijk werd onderschreven en onder tekend) dan spreekt: „en dat zal zeg gen: o mijn God!", dan krijgt dat Sion een onwaardigheidsgeloof in zichzelf en een waardigheid in God. Dan kunnen geen assurantiën of verzekeringen der wereld meer aan de hand worden gehou den. Dat is vlak werk, want als de Heere werkt, wie zal keren? Zulk een volk zou denken, zalig te worden zonder de kennisse des Heeren Jezu Christi. Maar daar zorgt de Heere Zelf voor, Dat volk wordt door de Heilige Geest onderwezen. Een levensvraag wordt hun voorgehouden. Een vraag, die geen en kele Theologische school of imiversiteit kan beantwoorden nl,: hoe is gemeen schap mogelijk met die God, die vlekke loos heilig is, in Zijn deugden? Bange, donkere tijden worden ervaren, als geen antwoord hierop wordt beluisterd, maar heb moed, gij verdrukte door onweder voortgedrevene, ongetrooste, in Achors, dal, in het dal des dobds zal de deur der hope worden geopenbaard. Die God aller genade zal leren door die Poort in te moeten gaan, opdat zien bezit zou mogen worden. De Heere schenke ontdekkende genade, opdat een bezit tend volk, een missend volk moge wor den gemaakt; opdat die Middelaar mo ge gekend worden. Die er de dood voor in moest gaan, en zulks wilde om als de Opgestane mededeling hiervan te doen, opdat door Hem weder herstelling in het „O m ij n Go d" zou worden beleefd. Zij in zichzelf in de dood, het leven in Hem. Gij hebt o Heer' in 't doodlijkst [tijdsgewricht, Mijn ziel gered, mijn tranen willen [drogen! Dat volk schreeuwe uit de levens ervaring van het gemis, en het bevoorrechte Sion schreeuwe naar levensgemeenschap: „O mijn God." V.B. Volgende weeh VRIJDAG 29 SEPTEMBER a.s. zal ons hlad „Eilanden - nieuws" op Goeree Oüerjiakkee nuia- aan-nuis verschenen. Advertentiën voor dit nummer worden gaarne vroegtijdig in gewacht. Redactie en Administratie. Burg. van Heijst was bij de beide oefeningen aanwezig. Ook de gem, secr, en meerdere raadsleden gaven van hun belangstelling blijk. Nadat het materiaal was opgeruimd en ieder het zijne weer had, werd verza meld in café v. d. Werf, Hier werden de corpsen toegesproken door Burg, van Heijst die begon met de commandant Tieleman te complimenteren met de zo zeer geslaagde oefening. Vervolgens werden de corpsen In him geheel gepre zen om de vlotte samenwerking en de goede geest, ondanks het feit dat het zeer laat werd. De Burg. memoreerde dat de gemeenten voor goed materiaal zorgden en dat de manschappen dit pri ma wisten te gebruiken. De E.H.B,0,er dhr L, Witvliet werd dank gebracht voor de samenwerking, hoewel het ver heugend was dat hij geen daadwerke lijke hulp behoefde te verlenen. Nadat de Burg. nu namens het gem. bestuur van Melissant een consumptie had ge offreerd, werd plm. 23 uur gestart naar huis toe. Het was een zeer leerzame avond geweest voor de div. corpsen, de samenwerking en graad van geoefend heid waren prima. ------O------- '1 Het aantal rijwielen met hulpmotor, dat in ons land in gebruik is, bedroeg volgens een telling van het Centraal Bureau voor de Statistiek op 1 Aug. 1950 54.822. Op 1 Augustus 1949 waren er nog slechts 4.500 rijwielen met hulpmotor. In één jaar tijds bedraagt de toene ming dus ruim 50.000 stuks. De door de Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening in de Tweede Kamer der Staten Generaal aan gekondigde beschikking met een prijs stop voor margarine wordt afgekondigd in de Nederlandse Staatscourant van Donderdag 14 September 1950. De prijs stop houdt in, dat margarine ten hoog ste mag worden te koop aangeboden of verkocht tegen de prijzen, welke op g September 1950 algemeen gebruikeiyk waren.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1950 | | pagina 1