Zeven nieuwe Kaiser auto's Iets over het Nederlands strafstelsel r' J. L. DE LIGNIE, dirksland, telef. 135 Veildwang en Afzetregelingen De nieuwe bonnen weer op hei oude formaai 22ste Jaargang Zaterdag 8 October 1949 No. 1860 CHRISTELIJK WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG VOOR DE ZUID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN De reis van Prins BernharcI naar de West ^------------------------------------------------- Wetenschappelijk Genooischap Ervaringen uit het gevangeniswezen MEDITATIE Als nieuwgeboren kinderkens V niEuws Bureau: Prins Hendrikstr. 122c gMiddelharnis Telefoon 17 Giro 167930 Postbox 8 Tel.Drukkerij 19 AbonnemenlipiUs f 1.50 per kwartaal AdT.-priis 12 et. p, mm. Bij conlTact speciaal iaiief Inde loop van dit jaar hebben wij en kele artikeljtes geplaatst over het in voeren van de veilplicht voor uien op de veiling te Middelhamis. Het bestuur der Veiling heei:t mede gedeeld, dat de minister er niets voor •voelt om de veilplicht bindend voor te schrijven voor alle uientelers. De Vei ling heeft derhalve na statutenwijziging alleen dé veilplicht ingevoerd voor haar leden. Er wordt gezocht naar doeltreffende afzetregelingen en gelijk het met der gelijke ernstige problemen altijd gaat, er zijn vóór- en tegenstanders. In het Vakblad voor de Groothandel in aardappelen, groenten en fruit, lazen wij enige artikelen over deze materie. Zp zijn wel is waar enigszins uitvoe rig. Naar onze gedachte heeft de schrij ver dit gedaan om zijn onderwerp zo objectief mogelijk te behandelen. Aangezien wij hier in een uiencentra zitten en deze kwestie voor onze streek van groot belang is, meenden wij deze artikelen aan onze lezers niet te moe ten onthouden. Wel dienen wij te be denken, dat hier een tegenstander aan het woord is, doch die blijk geeft, het onderwerp te beheersen. U kunt de ori ginele artikelen vinden in het boven genoemde vakblad 3e jaargang, num mers 35—36—37 en 3S. Tot verwondering van velen is bij de afbraak van vele maatregelen, welke door de bijzondere tijdsomstandigheden geboden waren, de publiekrechtelijke veilplicht tot dusver ontzien. Dit, hoe wel de argumenten, waarmede deze veil- dwang-van-bovenaf jarenlang was ver dedigd, in deze bijzondere tijdsomstan digheden hun grondslag vonden. Velen en hun aantal groeit met de dag zien daarvoor geen enkele redelijke ver klaring. De laatste tijd nu doet een nieuw argument opgeld, dat als volgt kari wor den samengevat: In verband met ide afzet van onze producten kan het gewenst blqken be paalde maatregelen te nemen, nu dan niet; in het belang van de consument, maar In het belang van de producent. Dit geldt in het bijzonder in geval van afzet-moeil(jkheden. Fondsvorming kan tot de mJddelen behoren, die daarby worden gebruikt. Het georganiseerde be drijfsleven neme deze maatregelen zo veel mogel(jk zelf, wat voor de Over heid een zorg minder betekent. Om daar toe in staat te zijn en een sluitend ge heel te krygen. Is een ptibliekrechteiyke veilplicht HET aangewezen middel. Op het eerste gezicht een aantrek kelijke redenering. De herinnering aan de crisis-tijd uit de dertiger jaren is bij vele boeren en tuinders nog zo levendig, dat de vrees voor een herhaling van de ze treurige toestanden veler overwegin gen bepaalt. Aan de andere kant is het enthousiasme van deze nijvere, vrij heidslievende bevolkingsgroep voor Staats-ingrijpen nooit bijster groot ge weest, zodat de gedachte de moeilijkhe den in eigen huis de baas te kunnen blij ven, zeer aanlokkelijk is. Óok van de kant van de Overheid heeft de redenering z'n bekoring. De Overheid zou eraf zijn door die ene, zo eenvoudig lijkende maatregel van de publiekrechtelijke veilplicht en zou daar mede haar verantwoordelijkheid op dit punt aan het georganiseerde bedrijfs leven kunnen overlaten. Wat wHt ge meer? De publiekrechte lijke (Veilplicht wordt geschetst als het middel om aan vele en velerlei verlan gens te voldoen, als, een grondslag voor doeltreffende maatregelen om crisis toestanden te voorkomen en op te van gen, als een mogelijkheid het Overheids ingrijpen te beperken en de eigen ver antwoordelijkheid van het bedrijfsleven op de voorgrond te stellen. Is deze publiekrechtelijke veilplicht inderdaad zulk een wónder-middel? Is de in onze kring gangbare uitdrukking: „veildwang"' eigenlijk niet onrechtvaar dig? Laten wij met ons antwoord maar met de deur in huis vallen: de publiek rechtelijke veilplicht is zulk een middel niet, de benaming veildwang voor de publiekrechtelijke van bovenaf opge legde veilplicht, in, tegenstelling tot een privaatrechtelijke, van onderop in vrij heid aanvaarde veilplicht, volkomen ver antwoord. Wij zullen trachten dit antwoord af doende te motiveren. Reeds aanstonds valt het op, dat de boven-aangehaalde redenering niet zo sterk is, als op het eerste gezicht leek, wanneer wij slechts de moeite doen ze iets critischer te bekijken. Ze zegt veel, maar ze bewijst niets. Na wat algemene opmerkingen over de mogelijkheid van "zetmaatregelen en van fonds-vornjing en over de wenselijkheid dit alles zoveel mogelijk aan het georganiseerd bedrijfs leven over te laten (waarvan de juist- -sid door niemand wordt ontkend), volgt et gedachten-sprongetjej „En daartoe nu publiekrechtelrjke veilplicht het geschikte middel',, Waarom? Omdat men blijkbaar ver onderstelt, dat het veilen de normale, meest geëigende wijze van afzet voor onze producten is en dus bij het nemen Van maatregelen een veilplicht, die he lemaal past bij de geijkte en gebruike lijke afzet-methode, de eerste voor de hand liegende maatregel is. Maar'dit is nu juist het punt, waarop net aankomt en dat in discussie is! Met andere woorden: &ls het veilen de normale "en economisch nuttige afzet- Vorm is, kan een veilplicht zin hebben; als daarentegen het veilen niet in die mate de aangewezen afzet-vorm is. heeft een veilplicht helemaal geen zin en wordt ze terecht als een ongemoti veerde veildwang gevoeld. Reeds wat dit betreft, berust de zo mooi lijkende re denering op een denk-fout, omdat ze er van uit gaat, dat het veilen de aange wezen afzet-vorm is, wat juist bewezen moet worden. De redenering geeft op de brandende vraag omtrent de geldigheid van de veil plicht dus geen antwoord, ze verplaatst de moeilijkheid slechts naar de Èmdere vraag: In hoever is het veilen voor on ze producten de aangewezen en gebrui- kêmke en dus economisch nuttige me thode van afzet? Deze denk-fout blijkt ook over-dui- delijk, wanneer wij een vergelijking trek ken met andere branches. Ook dó,é.r kunnen zich afzet-moeilijkheden voor doen en hebben deze zich in het verle den voorgedaan. Ook daAr kan fonds vorming noodzakeUjk zijn. Ook ddar zal het georganiseerde bedrijfsleven liever de zaken in eigen hand houden, dan de Regering in de détails te laten treden. Maar niemand zal déar bv. voor rogge of voor varkens een veilplicht verdedi gen. Om de eenvoudige reden, dat het veilen daar niet bekend is. De noodza kelijke afzet- en órdeningsmaatregelen passen zich in elke branche aan bij de gebruikelijke productie- en afzet-vor- men, maar zijn vanzelsprekend nimmer beslissend voor deze afzetvor- men. Het zou ook de omgekeerde we reld zijn, als de maatregelen zich niet aanpasten aan de gebruikelijke practijk van productie en afzet, maar omgekeerd de productie en afzet-vormen verwron gen zouden worden ter wille van de maatregelen.' (Wordt vervolgd) Prins Bernhard, zal de reeds eerder aangekondigde reis naar de Antillen en Suriname maken met een smaldeel oor logsschepen en zich daartoe te Rotter dam inschepen aan boord van de „Ka- rel Doorman" en, tot de aankomst in Curagao, aan boord van dit schip blijven. Het ligt in het voornemen, dat het bezoek aan de Kleine Antillen zal wor den gebracht aan boord van de lichte kruiser Jacob van Heemskerk.- De overtocht naar Suriname zal per vliegtuig geschieden. Het smaldeel zal op 2 Januari uit Ne derland vertrekken. J\[o de beperhende hepalingen betreffende het verhruil van couranten- papier z^n opgeheven, hebben wq besloten het oude formaat, waann ons otad ,,Eilanaen-nieuu;s" i^oorfieen perscfieen, weer in te voeren. Onze lezers zullen er eerst weer even aan moeten wennen, maar een groot blad in handen te nemen is toch altijd prettiger dan een klein blad. „Eilanden-nieuws geeft reeds ruim 20 jaar in deze streek voorlichting op alle gebied en wij stellen ons voor, dat onze abonné's de ver groting van ons blad met vreugde zullen begroeten. Onze veelz^dige redactie doet alle moeite om Eilanden-nieuws" zo actueel mogelijk te doen zijn. waardoor het zich in een steeds toe nemend aantal abonné's mag verheugen en waardoor er in ..Eilanden- nieuws ook steeds meer wordt geadverteerd. De Direcfte, N.V. ..Eilanden-nieuws", Middelhamis Maandagavond kwam het Weten schappelijk Genootschap voor Goeree en Overflakkee in algemene ledenvergade ring bijeen. De voorzitter Dr Stoel, be groette de aanwezigen heel hartelijk en gaf terstond het woord aan Mr Hem- penius, welke tot onderwerp had geko zen: „Iets over het Nederlands straf stelsel." Het is onze voorzitter geweest, aldus Mr Hempenius, die op de gedachte ge komen is om een bepaald onderwerp door twee leden van ons 'Genootschap te doen belichten en daarbij toen ge vraagd heeft of de heer Fruijt van Her tog en ik het Nederlandse strafstelsel wilden behandelen. Na een bespreking tussen- ons beiden hebben vrij dan ook besloten de stof te verdelen, omdat de heer Fruijt van Hertog door zijn werk kring meer met de practische en ik met de theoretische kant van de zaak in aan raking ben geweest. Wanneer wij, aldus spreker, het le ven van de mensheid vanaf de vroegste tijd gadeslaan, zien vrij, dat dit steeds door zekere regels wordt beheerst, om dat anders het leven in gemeenschap on mogelijk zou zijn. Het eerste wat ons treft zgn de regels van het godsdien stige leven en de ceremoniën. Komt de gemeenschap iets hoger, dan zien we regels over het huwelijk- en het eco nomisch leven. Dit noemt men met een verzamelwoord „normen." Uit die nor men kwamen echter weer regels naar voren en daardoor kwam een bepaalde groep in gevaar. Dit wilde men voorko men en daarom verbond men hieraan zgn. „sancties". Deze regels nu zijn van zo groot belang, dat de Staat zelf op de nakoming daarvan toeziet en bij over treding zelfstandig en zonder rekening te houden met de persoonlijke wensen van de benadeelde daartegen reageert door middel van straf. Daarnaast vin den we een grote groep rechtsregels, waarbij de Staat wel belang heeft bij de nakoming, doch waarvan hij de nale ving aan de burgers overlaat. Op dit laatste (het Burgerlijk Procesrecht) zullen we niet verder ingaan, doch wel op het strafrecht. Allereerst komt dan de vraag in ons op, wat is straf? Straf is een doelbe wust toegebracht leed hetzij aan de per- voor het tydvak van 9 t.m. 22 Oct. '49 Voedingsmiddelenkaarten 909 341 Vlees (A, B, D) 100 gram vlees 342 Vlees (A, B) 300 gram vlees 343 Vlees (D) 100 gram vlees 347 Algemeen (A, B) 125 gram koffie 346 Algemeen (A, B) 200 gram kaas of 250 gram korstloze kaas 354 Algemeen (D) 100 gram kaas of 125 gram korstloze kaas 352 Algemeen (B) 200 gram kaas of 250 gram korstloze kaas (De letters achter de bonnummers ge ven de kaarten aan, waarop de betref fende bonnen "voorkomen.) Bonkaarten ZA, ZB, ZC, ZD, ZF, MD, IVIH 811 (bijz. arbeid, a.s. moeders en zieken.) Geldig zijn de bonnen gemerkt met de letter B. Bovenstaande bonnen kunnen reeds op Vrijcag 7 October worden gebruikt. De niet-aangewezen bonnen 325, 327, S28, 329, 330, 331, 332, 333, 335, 336, 337, 338, 339 Algemeen kunnen worden vernietigd. soon, hetzij aan de goederen van de ge strafte. Hierop volgt dan terstond de vraag, wat is het doel van deze straf? d.i. be veiliging der rechtsorde door uitstoting van de misdadiger, enz. Immers, wie een rechtsregel oveirtreedt, krggt bij een onbelangrijke overtreding een bekeuring en in andere gevallen wordt hij gearres teerd en in verzekerde bewaring ge houden. Wat kunnen die straffen Koal zijn? Zoals ik U daar straks gezegd heb, is de straf van oudsiher een reactie van de gemeenschap geweest tegen daden, die het voortbestaan van een groep be dreigden. De reactie van de gemeen schap werd vroeger bepaald uitsluitend door het belang van het voortbestaan van die giemeenschap en geheel los dus met name van de persoon van de da der, waauonder de daad begaan werd en de oorzaken die tot de daad geleid had den. In die oude tijden was de reactie dan ook heftig. In zeer vele gevallen werd de dood straf toegediend. Daarnaast geseling, schandpaal en niitstoting uit de stam, die vrij wel met de dood gelijk stond. Eerst veel later kwamen de vrijheids straffen, t.w, gevangenisstraf, hechtenis en op het allerlaatst de jeugdstraffen naar voren. De doodstraf. Zoals U weet is thans de doodstraf in ons Vaderland door practisch regelma tige toepassing van het gratierecht, sinds 1870 afgeschaft. Zij bleef dus al leen bestaan in het Militaire strafrecht. Thans is de doodstraf ten aanzien van zeer belangrijke delicten gedurende de bezettingtitijd gepleegd, weer ingevoerd. Wat nu hiervatt te zeggen? Er zijn, zoals U weet, speciaal in Calvinistische kringen, principiële voor standers van de doodstraf, waarbij zij zich beroepen op de woorden van Paulus: „De Overlieid draagt het zwaard niet tevergeefs." Dit is natuurlijk: een geloofskwestie, waarover men verschillend kan denken. Allereerst in hoeverre het geloof in de ze het recht mag beïmyloeden. Er zij nog aan toegevoegd dat ins het oude Israël aan de doodstraf epn zeer strenge be perking werd opgelegd, met vrij plaat sen, e.d. Voor diegene, die ontkennen dat deze uitspraak op ons recht invloed mag heb ben, ligt de zaak niet zo gemakkelijk. Allereerst is het bezwaar, dat de doodstraf, eenmaal voltrokken zijnde, onherroepelijk is. Dit laatste is juist. Doch het is de vraag of dit het door slaggevende element mag worden ge noemd. Het principe-bezwaar richt zich ook op een ander punt, nl. over de aard der straf. Een straf is een bewust toege bracht leed, waaraan als eerste ver eiste moet worden gesteld, dat men de gevolgen kan overzien. Dit is bij de dood straf onmogelijk. Wat er na dit leven zal gebeuren, is een geloofskwestie. Wij weten het niet. Nu wordt door de prin cipiële tegenstanders het volkomen on juist geacht om op iemand een straf toe te passen, waarvan men de consequen ties in geen enkel opzicht kan overzien en dit verwijt wordt door hen te meer scherp gericht tot de voorstanders, die zich hierbij op de Bijbel beroepen, aan gezien men bij toepassing de mogelijk heid tot bekering uitsluit en waarbij dus in de gedachtengang van die geloofs leer het dus niet een kwestie is van tijd, <}och van eeuwigheid. Tussen beide opvattingen is een even wicht gevonden. Men heeft initiatief aangevoeld, dat er lieden zijn, die voor het voortbestaan der gemeenschap gevaarlijk zijn, dat zij daaruit gestoten moeten worden, omdat zij de gehele volksgemeenschap te gron de hebben willen richten. Vandaar de herinvoering van de doodstraf voor een aantal politieke delicten. Zoals gezegd kwam tegen de dood straf in de 19e eeuw verzet en men is toen gekomen tot de vrijheidsberoving. De grondgedachte hiervan is, dat men de misdadiger gedurende een zekere tijd uit zijn omgeving weghaalde en hem dan in de cel gelegenheid gaf om over zijn zonde na te denken. Dit hielp ech ter niet, want zodra de misdadiger ont slagen werd, ging hij- op de vroeger in geslagen weg voort. Vandaar dat er de Maatschappij tot zedelijke verbetering van de gevangenen werd opgericht (re classering.) Ervaringen uit het gevangeniswezen In aansluiting hierop houdt de heer Fruijt van Hertog, thans leraar aan de R.H.B.S. en vroeger bestuurslid van de vereniging tot zedelijke verbetering der gevangenen Secr. der Reclasseringsraad en Patroon van Pro Juventute een cau serie over „Ervaringen uit het gevange nis wezen." Als eerste punt roert spreker aan de misdaad en merkt daarbij op, dat de mogelijkheid tot verval van misdaad bij En als nieuwgeboren kinderkens zijt zeer begerig naar de redelijke onvervalste melk, opdat gij door dezelve moogt opwassen. (1 Petr. 2 2.5 I. De Apostel Petrus schrijft aan de we dergeborenen die in die landstreken woonden, welke in het begin van het eerste hoofdstuk worden genoemd. Zij moesten zich ontdoen van de zonden die in het vers aan onze tekst voorafgaande, worden opgesomd. Zij moesten die af leggen zoals men een kleed aflegt dat niet meer past of staat. Dus niet voor een ogenblik verruilen meteen ander, om het later weer voor de dag te halen. Maar afleggen, voor altijd zich er van ontdoen. Want die zonden zijn niet al leen af te keuren, gelijk dat met de zonde het geval is, maar belemmerd ook op een ontzettende wijze het geestelijk leven. De fatsoenlijke wereldling heeft er zelfs een afkeer van. Hoeveel temeer moet dan Gods volk zich van deze zon den verre houden. En toch is dit een kwaad dat op kerkelijke erve soms we lig tiert. Was dit in Petrus' dagen ook niet het geval geweest, zo°zou hij geen vermaning dienaangaande gegeven heb ben. De Apostel stelt daarom een betere zaak daar tegenover. Hij vergelijkt de wedergeborenen met pasgeboren kinde ren in de natuur. Die hebben melk no dig. Naar mate dat deze zich gezond ontwikkelen, vragen zij om meer melk. Zijn zij zover, dat zij de melkfles reeds kennen, zo strekken zij begerig de hand jes er naar uit. De onvervalste melk, dat is de onvermengde dus die niet met wat anders gemengd is, het beste voe dingsmiddel voor die kleinen. Daardoor groeien zij flink op, naar de begeerte en tot blijdschap der moeder. Zo gebruikt Petrus deze beeldspraak inzake de geestelijke groei der weder geborenen. Immers leven deze in tegen stelling van de onwedergeborenen. Deze laatsten zijn geestelijk dood. De weder geboorte is daarom noodzakelijk. Want zonder deze kan men naar het Woord van Christus het Koninkrijk Gods niet ingaan. Evenwel is het een genadegave Gods, gewrocht door Woord en Geest in het hart. Zomin een kind in de na tuur zichzelf het leven gegeven heeft, of kan geven, zomin kan dat ook de mens inzake het geestelijk leven. Niettegen staande heeft de natuurlijke mens er vragend aan God naar te staan. Wan neer nu de wedergeborene, wedergebo ren is, is hij dat niet dadelijk met be wustheid voor zichzelf. Een ander, die door genade reeds lang die weldaad ge schonken is, mag het bij zo iemand con stateren, hij zelf echter durft het niet. Maar de vrucht wijst het uit .Wederge boren zijn. is nieuw leven ontvangen van God door de Heilige Geest. Dat leven strekt zich uit naar levensgemeenschap met God. In hetgeen dat vroeger zijn leven was, vindt hij nu de dood. Niets daarvan bevredigt meer. Het gevoel van het Godsgemis maakt hem droevig en treurig. Want de droefheid naar God werkt een onberouwelijke bekering tot zaligheid. Dat leven kan zich niet hand haven zonder levensvoeding. Het hart vraagt naar troost, naar hemels onder wijs. Wijlen Ds Groen. (Wordt vervolgd) een ieder aanwezig is, doch dat de zwak ke morele aanleg hierbij een grote rol speelt. Oorzaken zijn: verkeerde opvoe ding, verwennen, misplaatst eergevoel, gebrek aan normale bezigheid enz. Daarnaast bestaat de abnormale mis daad (aangeboren gebrek), morele zwakzinnigheid (idioten, debielen) en psychopaten (zielszieken). Als volgend punt vestigt spreker de aandacht op de criminaliteit (misdadig heid) als sociaal verschijnsel. Door de snelle groei der bevolking in de grote steden breidt deze zich zeer sterk uit. Dit wordt nog versterkt door de licha melijke degeneratie, de uithuizigheid der vaders, de schijnwelvaart, enz. Ook is "ér verband te brengen tussëli misdaad en schoolgang. Hoe minder let ters men gegeten heeft, des te meer misdaden worden gepleegd. De armoede voert meestal niet tot misdrijf. De mees te misdaden worden door mannelijke personen tussen 10 en 30 jaar gepleegd, omdat deze meestal plotseling het ge mis aan leiding hebben. In 1913 waren er in totaal 13.119 ge vangenen, terwijl dit aantal in 1946 ge stegen was tot 47.826, uitgezonderd de politieke delinquenten. De mentaliteit de- misdadiger is te splitsen in actieve en passieve misda digers. Ben actieve kent geen angst en verdriet en staat overal cynisch onver schillig tegenover. Een passieve daaren tegen doet dit meestal uit nood o.a. va gebonden, bedelaars. In het geestelijke leven tonen beide groepen een tekort aan abstract begrip en voeren dan ook dik wijls het gezin ten gronde. Eenmaal in de gevangenis wordt hij niet verbeterd, doch wel verbitterd. Slecht enkelen be zitten gemeenschapsgevoel. De waarheid weten ze heel moeilijk van de leugen te onderscheiden. De misdadiger is zorge- Ipos als een kind en het bijgeloof van hem is zeer sterk. Religieus staat de misdadiger net zo hoog als de andere personen. In de gevangenis. De laatste jaren is men bezig het ge vangenis wezen te moderniseren. Dit is m.i. geen verbetering. Het personeel in de gevangenis is meestal niet paedago- gisch geschoold en kan zich daarom heel moeilijk het leven van de gevangene in denken. Ik heb het zelf meegemaakt, aldus spr., dat een gevangene toestemming kreeg van de Minister om zijn stervende moeder te bezoeken. Op last van de directeur stond deze man geboeid aan zijn moeders sterfbed. De gevangenis bestaat uit een hoofd gebouw, waarin zich de cellen, obser vatiecellen, ziekencellen, strafcellen en bezoekeellen bevinden. In het bijgebouw bevindt zich o.m. een kerk, die trapsge- vrijae fvtnhoog loopt en tussen elke plaats bevindt atch een schot, zodat men el kaar niet kan zien zitten. Tweemaal per dag wordt men gelucht. De gewone cel is 3% m lang, 3 m breed en 214 m hoog en in de meeste gevallen komt er geen zonlicht in. De inventaris bestaat uit een tafeltje, een krukje met 3 poten, een bed van stro, een kruik water, een bord, een houten mes en vork en een Bijbel. Vlak bij de deur zit een bel, ten einde de oppasser te kunnen waarschu wen. De kleding bestaat uit een jasje, met borstzak, een pantalon zonder zak ken en een paar klompen. De voeding bestaat de eerste twee da gen uit water en brood. Voor de helft van het geld dat men daar verdient, mag men in de cantine iets laten ha len, bv. suiker, boter, melk, enz. Des Zondags is men vrij van arbeid en mag men aan het kerkbezoek deel nemen. Pogingen tot ontvluchten komen slechts zelden voor. Van tijd tot tijd mag men bezoek ontvangen, doch dan weet de gevangene door de emotie meestal niet wat hij zeggen moet. Te genover het bezoek van een reclasse- rings ambtenaar staan ze meestal afwij zend. Het enige wat ze dan goed kun nen, is liegen. Na enkele malen wordt het contact beter en soms worden het dikke vrienden. Na enkele gevallen uit de practijk te hebben toegelicht, besluit spreker met deze woorden, dat in de gevangenis dik wijls veel goeds gevonden wordt en vaak heb ik bij mij-zelf gedacht, waarom jij wel en ik niet. Hierna volgde sluiting. die de gebmikers een ongelsend comfort verschaf feir, lopen er tlians reeds op Flakkee. V ziet ze hierboven afgebeeld. Stuk voor stuik zfln zowel de autover- huuiiders als particulieren vo^ lof over de prestaties van deze oersterke^ in Nederland gebouwde- wagen. De voorname carosseilé met vlotte en toch ingeliotiden lijnen, de extra ruimte en de „gl^jdentfo" wegligging zowel als de motor, de aanidryving, de remmen, de electrische uitrusting en het instrumentenbord hebber( met één slag deze Vader landse wagen populair gemaakt. Wil* V ler meer van weten, kom dan eens praten met de vertegenwoordiger

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1949 | | pagina 1