Irt
Buitenland
.90
.50
lis
CHK. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG
VOOR DE ZÜID-HOLLANDSE EN ZEEUWSE EILANDEN
'^^ezond pessimisme en
een vraagteken
H.H. Correspondenten
kor-
het
af.
IIAnDEH-IIIEUWS
Bureau: Prins Hendrikstraat 122c
jliddelhamis, Telef. 17, Giro 167930
postbox 8. Telefoon Drukker^ 19
ZATERDAG 6 AUGUSTUS 1949 gZste JAARGANG No. 1843
Abonnenaentsprfls 1.50 p. kwartaal
Advertentieprijs 12 et. p. millimeter.
Bij contract speciaal tarief.
De vertegenwoordiger van de Indo-
jesische republiek bij de Verenigde Na-~
lies, de heer Palar, verklaarde verleden
«eek te Singapore, toen hij op weg was
m Amerika naar Indonesië, dat hij
jiet de Indonesische communisten te
gen de Nederlanders zou vechten, als
Je Nedeflandéfts fetsf van de Indonesiërs
trachtten af te dwingen, dat deze niet
wilden, óf indien zij hun leger tegen de
Indonesiërs gebruikten. „Als wij in Den
gg geen overeenstemming bereiken",
verklaarde Palar, „moeten wij voor
bereid zijn op andere mogelijkheden. De
guerillastrijd zou dan op grotere schaal
kunnen worden voortgezet."
Zo! Dus: Mèt Moskou tégen Neder
land!! Als wij het soms nog niet moch
ten weten, dan weten wij het nu toch
leker wèl
De heer Palar, die tot voor enige ja
ren voor de Partij v. d. Arbeid in de
Tweede Kamer zitting had schijnt graag
met bedreigingen aan het adres van Ne
derland te werken. Wij mochten althans
reeds eerder van „vriendelijke" uitla
tingen van deze heer kennis nemen. En,
wij moeten het eerlijk bekennen, de heer
Palar schijnt een goede leerling geweest
te zijn van zijn grote opperhoofd Soe-
Itarno. Ook deze mijnheer hield er van
Blinder liefelijke bewoordingen te kie
zen om zijn „sympathie" voOr de Nedér^
landers uit te drukken. Men denke
slechts aan de woorden, uitgesproken
tijdens de Japanse bezetting: „Alle
Amerikanen en Nederlanders moet de
hals worden afgesneden!"
Afgaande op hetgeen door Palar werd
gezegd kunnen wij opmerken, dat hij,
nu hij in Indonesië is aangekomen, wel
licht spoedig in staat is aan zijn be
dreiging kracht bij te zetten. De be
richten uit Indonesië leveren goede
grond om dit te veronderstellen. Het of
ficiële weekoverzicht nl. van de mili
taire toestand in Indonesië maakte al
melding van het feit, dat de terroristi
sche groepen steeds meer onder com
munistische invloed komen te staan.
Maar, och, zijn we niet wat al te pes
simistisch? Er is toch zeker nü wel re
den tot gezond optimisme, nu tussen
Nederland en de republiek overeenstem
ming is bereikt inzake de order „staakt
tiet vuren"
„Het Vrije Volk" van Vrijdag 29 Juli
schreef temninste boven het commu
niqué, dat uitgegeven werd na afloop
van de besprekingen te Djokja, met gro
te, vette letters: Besprekingen te Djok
ja met succes bekroond.
Het blad heeft blijkbaar gedurende
de achter ons liggende ongelukkige ja
ren van praten en nog eens praten met
de revolutionnaire republiek, nog niets
geleerd. Ieder weldenkend mens zou, na
zovele teleurstellende overeenkomsten",
met argwaan het resultaat van deze
overeenkomst afwachten. Echter, niet
alzo „Het Vrije Volk."
Het is blind voor de feiten. Of houdt
het moedwillig de ogen gesloten?
Aan het bericht, betreffende de uit
latingen van de vroegere partijvriend
Palar besteedt „Het Vrije Volk" slechts
weinig aandacht. In hetzelfde nummer
van Vrijdag jl. kon men het zéér be-
taopt lezen, temidden van andere be
richtjes, in de rubriek „Van hier, van
daar, van overal", een rubriek,- waarin
het minder belangrijke nieuws wordt on-
(iergebracht.
Het zou ons niet verwonderen als het
oude g-ezegde: „Oude liefde roest niet"
in dit verband kon worden toegepast.
Wij hadden het bericht van Palar het
hefst gekroond gezien met de vetge
drukte kop: Voomitzlchten: gezond -
P^ssinüstlsoh, terwijl we aan de kop bo-
^en het communiqué over de overeen-
Komst „staakt het vuren" wel hadden
willen handhaven, met dit verf.chil ech-
'sr, dat er achter, in volle glorie en even
^stgedrukt, een vraagteken zou hebben
Seprijkt. Wij geloven, dat dè,n de zaak
yan de meest realistische kant zou zijn
bezien.
Er is feest op Soesldqli. In een gelukkig gezin wordt een verjaardag
gevierd, zoals die in elk Nederlands gezin wordt herdacht. Irene is
nu hel middelpunt van alle wensen en van het huiselijke feest. Zij is
deze dag oofc het middelpunt in de gedachten van allen, die met
ons Vorstenfiuis medeleven.
Irene Emma Elisabeth, Prinses van Oranje-Nassau, Prinses van
Lippe-BiesterfeldJVfoge riet ons gegeven zijn, nog menigmaal de
verjaardag van haar, wier naam de vrede draagt, met hlijde opge-
wehlneid Ie herdenken. Spare Qod haar tot iti lengte van dagen, tot
vreugde van Yorstenhuis en Vo/r.
NIET TE HERSTELLEN LEED.
Leed en ellende heeft de Duitse be
zetter over ons land gebracht. Veel is
en wordt door de tijd verzacht, maar
deze generatie zal nooit al de ellende
kunnen vergeten, de lidtekens blijven
deze menselijke leeftijd schrijnen. Vaak
worden de wonden weer opnieuw open
gereten.
Het leed dat over de Nederlandse Jo
den' gekomen is, is niet te beschrijven.
Een klein 'gedeelte slechts is aan de
Duitse wreedheid ontkomen. Niet min
der dan ongeveer honderd-duizend Jo
den zijn op de meest gruwelijke wijze
omgeliomen. Geluljkig heeft ons volk
de verraders en handlangers van het
Duitse schrikbeeld niet meegerekend,
zich het lot van de Joden aangetrok
ken en geholpen waar het kon. Velen
zijn bij het onderduiken geholpen. Niet
altijd kon afdoende hulp worden gebo
den en niet zelden vielen de Joden toch
in handen van de beulen. Sommige Jood
se ouders, ^elf niet in staat aan de Duit
sers te ontkomen wisten hun kinderen
in veiligheid te brengen, andere Joden
weer waren met geheel hun gezin on
dergedoken, maar werden gegrepen,
maar vonden nog gelegenheid hun kin
deren in veiligheid te stellen. Zo zijn
een belangrijk aantal Joodse kinderen
terecht gekomen in niet-Joodse gezin
nen, waar ze als pleegkinderen werden
opgevoed. Uit de aard der zaak kregen
ze daar een opvoeding in de geest der
pleegouders. Ze een Joodse opvoeding
te geven was in de bezettingsjaren ge
heel onmogelijk en ook na de bevrijding
was die mogelijkheid zo goed als uit
gesloten.
Door de Regering is in der tijd een
commissie ingesteld voor oorlogspleeg
kinderen. Een commissie die verdienste
lijk maar moeilijk werk heeft verricht.
In die commissie zaten ook orthodoxe
Joden, die zich tenslotte uit de commis
sie hebben teruggetrokken omdat ze
met de gang van zaken zich niet ver
enigen konden.
De werkzaamheden van de commissie
waren vaak uiterst moeilijk.
Tussen pleegouders en pleegkinderen
wareni vaak banden ontstaan haast even
sterk als tussen ouders en kinders.
Nu stond de commissie voor een
uiterst moeilijke beslissing.
Opgemerkt moet worden dat er van
een uiterste wilsbeschikking van de
ouders meestal geen sprake was. De
Joodse gemeenschap eiste de kinderen
op; uitgaande van de veronderstelling
dat ze daarmee handelde in de geest
van de Joodse ouders, om ze een Joodse
opvoeding te geven. Teruggave aan de
Joodse gemeenschap betekent en voor
de pleegouders en voor de pleegkinde
ren groot verdriet en ellende.
Ze te laten bij de pleegouders bete
kent voor de Joodse gemeenschap een
zeker verlies. Zeer nauwgezet heeft de
Commissie zich van haar taak gèkwe-
In verbaiKl met vacantie van het
personeel vam «Ie idrukkerQ gelie
ven de correspondenten a.s. week
hun copy ZO VROEG MOGELIJK
in te zenden.
REDACTIE EN
ADMINISTRATIE
ten. Uitgaande van het primaire recht
der ouders en slechts daarvan afwe
kende in uitzonderingsgevallen. Het
standpunt van de Joodse commissiele
den kwam er op neer dat alle Joodse
kinderen voor de Joodse gemeenschap
werden opgeëist, zonder rekening te
houden met de belangen der kinderen.
Een standpunt dat er zeer sterk op lijkt
dat de belangen van de Joodse gemeen
schap hoger werden aangeslagen dan
het belang der kinderen. De Tweede
Kamer heeft zich achter de Commissie
gesteld, overtuigd als ze was, dat de
Commissie al het mogelijke heeft gedaan
om rekening te houden zowel met de
belangen van de Joodse gemeenschap
als met het belang der kinderen. AJ
met al een pijnlijke geschiedenis, een
overblijfsel van de vele oorlogsellende.
Volkomen herstel van deze ellende is
niet mogelijk. Dit geval van de Joodse
oorlogswezen is van dien aard dat vele
wonden nog weer zijn opengereten en
de onmacht tot herstel bij vernieuwing
is gebleken.
Defensie-besprekingen
Verschillende Amerikaanse stafoffi
cieren bevinden Zich thans in Europa,
om met de Westerse landen, bespre
kingen te voeren over de verdediging
van West-Europa.
Nu het Atlantische Pact in de Ame
rikaanse senaat is aangenomen, kan de
President met zijn hulp plannen rusti
ger verder doorwerken.
De vraagstukken, die nu aan de or
de komen, zijn van zeer ingrijpende
aard.
Voor 1940 waren wij geheel vrij en
hadden ons contractueel niet verbonden.
Thans is de toestand geheel anders,
aangezien ook Nederland tot de Wes
terse Unie is toegetreden.
Waar het nu op aan komt, is de vol
gende vraag. Zullen onze soldaten wor
den ingezet, tot het verdedigen van de
grenzen van ons eigen land, of wordt
Nederland geheel of gedeeltelijk prijs
gegeven, terwijl onze weermacht in dé
strijd wordt gebiecht op een ander
front?
Wanneer bij een e.v. aanval een ge
deelte van Nederland wordt ontruimd,
dan wordt dat gedeelte direct bezet
door de vijand. Vernieling van verkeers
wegen, fabrieken enz. heeft dan plaats,
voor zover dit in het verdedigingsplan
is vastgelegd.
Waar ons land klein is, zou een e.v.
gedeelte dat verdedigd wordt, lelijk in,
het gedrang komen.
Zo'n gedeelte zou dan doelwit zijn van
lucht- en artillerie bombardementen. Het
zou dan hoofdzakelijk gaan, om onze
zeehavens. Wat zijn Vlissingen en Ant
werpen niet belangrijk geweest voor
aanvoer van materiaal en manschappen
in de laatste wereldoorlog.
Zou daartegen Nederland dadelijk ge
heel worden losgelaten, dan leveren wij
onze mannen en zonen, om de uitein
delijke overwinning, die men hoopt, me
de te bevechten, terwijl de bevolking
wordt overgeleverd aan de bezetter, met
alle daaraan verbonden gevolgen.
Wij hebben ons verbonden voor een
gezamenlijke verdediging, waarbij niet
land voor land afzonderlijk wordt be
zien, maar waarbij wordt beoogd het
tot staan brengen van een aanvaller, en
het zo mogelijk terugdringen daarvan
nadat hrj tot het defensief is gedwon
gen geworden.
Ieder gevoelt, van hofe groot belang,
de a.s. besprekingen zij^ inzonderheid
ook voor ons kleine land.\
In de commissie voor buitenlandse
zaken van Met Amerikaanse Huis van
Afgevaardigden is de Franse generaal
(Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom.)