JC&QJteJh,§0'UcL
De Macht van (iet Kleine
UIT INDIE
KINDERHOEKJE
Zaterdag 22 Januari 1949
„E IL, A N D E N - NIE U W S"
Bladz. 3
van Oost-Flakkee zullen vollopen.
Overtuigd, dat deze aangelegen
heid de aandacht van Gedeputeerde
Staten heeft, werd niettemin nog
eens gewezen op de noodzakelijkheid
dat spoedig een besluit ter zake ge
nomen wordt.
Gedeputeerde Staten beantwoordden
deze opmerkingen aldus:
Omtrent het herstel,van de haven van
Oude Tonge en de daarin gelegen keer-
sluis, welke een onderdeel vormt van de
doorgaande waterkering van Flakkee en
in 1945 door de Duitsers is opgeblazen,
zijn uitvoerige rapporten bij Gedeputeer
de Staten in onderzoek. Met het oog op
de zeer hoge kosten van herstel van de
ze haven en keersluis in de oorspronke
lijke toestand is het noodzakelijk de
vraag onder het oog te zien, of zodanig
herstel economisch verantwoord zou zijn
en of eventueel naar een minder kost
bare oplossing dient te worden gezocht.
Uiteraard wordt hieromtrent overleg ge
pleegd met de gemeente, die de haven
in onderhoud heeft.
Gedeputeerde Staten zullen, voorzover
van hen afhangt, de beslissing hierom
trent zoveel mogelijk bespoedigen.
Vrijdagavond 14 Jan. vierde de afd.
Middelhamis van de vereniging „De
Macht van het Kleine" haar 25-jarig ju-
-bileum in het gebouw „Rehoboth" v. d.
Geref. Kerk.
De bijeenkomst werd geopend door de
heer J. Smit, diacoon te Heemstede met
het zingen en lezen van Ps. 103, waar
na hij een zegen vroeg voor deze avond.
Spr. dankte mej. Langbroek voorzit
ster van de afd. Middelhamis onder
wiens leiding de afd. zo groot geworden
is en de coUectrices voor door hen ver
richte arbeid aan deze vereniging.
Verder gaf spr. enige toelichting op
let doel dezer instelling. Hoe in vér-
schillende tehuizen, lijders aan vallende
ziekten worden verpleegd. Wat een rijk
dom gezonde mensen bezitten vergele
ken bij deze schepsels. Ook voor de ver
eniging is de oorlog niet zonder offers
-voorbijgegaan.
In 1942 werden alle gebouwen door
de N.S.B, opgeëist, toen niet werd toe
gegeven door de Duitsers in beslag ge
nomen, enkele Bestuursleden gevangen
gezet enz.
Thans echter gaat het werk weer
door. Als oorlogsschade werd een bedrag
van 250.000 uitgekeerd, wat natuurlijk
niet toereikend is, vooral waar ook door
de oorlog het patiëntenaantal zeer is ge
stegen. De vereniging ontvangt ook geen
Hijkssteun, doch wordt alleen door naas
tenliefde in stand gehouden. Vandaar
dat spreker ook de aanwezigen aan
spoorde zich te geven voor dit mooie
werk. Ieder kan hier aan meedoen, de
kosten zijn uiterst laag gehouden nl.
2% et per week.
De vereniging bezit, behalve te Haar
lem en Heemstede nog 4 consultatiebu-
reaux, nl. te Rotterdam, Leiden, Haar
lem en Apeldoorn.
Doch wat is dit, wanneer men denkt
aan de plm. 50.000 gevallen van épilep
sie die er in Nederland moeten zijn?
Het is een verheugend feit, dat het
ledenaantal na de oorlog met 40.000 is
gestegen, doch veel is hier nog te doen.
'■Verk daarom mede en geeft u niet over
aan egoïsme. Zie op Jezus, die ook de
aarde doorwandelde, genezende kranken.
Dat we dan in Zijn Koninkrijk werk
zaam mochten zijn.
Na deze uiteenzetting volgt een ver
toning van een fUm, over de werkvirijze
van deze vereniging en de vfrzcrging
liarer patiënten.
Wij kregen o.a. te zien, de inrichting
,,Meer en Bosch" te Heemstede en
,',BethesdaSerepta" te Haarlem.
Wanneer men nagaat hoe keurig hier
alles is verzorgd en met welk een toe
wijding de patiënten verzorgd worden,
kan men niet anders zeggen, dan dat
het geld hiervoor gegeven nuttig be
steed is.
In de pauze werden de aanwezigen een
kop koffie aangeboden hetwelk door dhr
Kaptein (Hotel Meijer) prima was
verzorgd.
Tevens had nu verloting plaats van
enkele matten en kalenders vervaardigd
door de patiënten op de inrichtingen.
Na de pauze werd voor de kinderen
een tekenfilmpje vertoond.
Daarna volgde nog een oranjeflim oa.
Het huwelijk van het Prinselijk Paar.
Het 40-jarig jubileum van H.K.H. Ko
ningin Wilhelmina en de inhuldiging van
Koningin Juliana.
Aan het eind van de avond dankte dhr
Smit alle aanwezigen en verzocht te zin
gen Ps. 68 10, waarna met gebed werd
besloten.
Oudejaarsavond overpeinzing.
Korporaal J. Vervloet van Oude Tonge
schrijft ons:
Batavia, Oudejaarsavond 1948,
Donderdagavond 30 Dec. 1948. De
Sergt. Majoor komt op onze kamer;
komt bij mij en zegt: ,,Jij bent de sigaar
je moet morgenavond op wacht."
Ik mompel een paar woorden die niet
erg krijgstuchtelijk zijn; even kijkt hij
verwonderd op; is hij niet gewend; dan
draait hij zich om, begrijpend, morgen
is het immers Oudejaar!!
Vrijdagavond, de duisternis gaat val
len, de jongens zitten aan de tafel in
de wacht een paar oliebollen op te peu
zelen die gebracht zijn. Allen verkeren
in een downstemming; herinneringen
van het Oad en Nieuw van verleden
jaar worden opgehaald; hoe was toen al
les; anders, de een weet dit nog; de an
der dat.
Dan wordt het bele jaar even onder de
loupe genomen, verschillende herinnerin
gen komen naar boven, de laatste dagen
iri Holland; het afscheid; de reis; nieu
we actie en het vraagstuk dat allen be
zig hoadt; hoelang zitten we nog hier?
Veel is er niet te zeggen, af en toe
wordt er een sigaret opgestoken, som
migen nog een Oké van het Niwin-pak-
ket. Zo draait de tijd voort die ons voert
naar het Nieuwe Jaar.
De wacht loopt heen en weer; het tik
takken van de voetstappen klinkt in de
stilte; de maan schijnt zacht in de tro
pische nacht, die als zó romantisch
wordt beschreven, de sterren schitteren
aan den hemel. jViijn gedachten gaan
Beste Jongens en Meisjes!
Deze week moet ik wel dadelijk met
het raadsel op de proppen komen, daar
anders de zaak deze taaand niet op zijn
pootjes terecht komt. We krijgen het
3e JANUARIBAADSEL:
Het geheel bestaat uit 64 letters en is
een gedeelte uit Psalm 103.
33-63-58-27-35 is een specerij. 61-44-21-
53-16 is een zoon van Nun (denk aan de
verspieders in Numeri.)
8-47-54-21-39-12 was de geboorteplaats
van Paulus.
21-6-60-24-57-17-42-20-31 is een andere
naam voor de Joodse Raad.
29-37-1-15-30 is een legerplaats der kin
deren Israels (Num. 33.)
64-2-46-56-52 was een koning die zeven
jaren en zes maanden in Hebron gere
geerd heeft.
5-62-1-3-26-11-48 is een andere naam
voor de Jod'én, waaraLan Paulus een
zendbrief schreef.
61-34-7-14-1 is een andere naam voor
Sinaï.
40-16-24-1-9 is een van de 12 verspieders
(Num. 13.)
10-50-4-23-58 is een maat in Israël.
lP-43-29-2-12 was één der vrijsteden.
25-29-18-59-Z-28-54 was een knecht van
Abraham.
De 13-34-41 en de 33-16-49-44-38 zijn vij
anden van het Godsrijk, door vuur ver
slonden (Openb. 20.)
Die het éne 45-47-29-51-48-55 ontvangen
had, verborg het in de aarde (.Matth. 25)
En ramoth en C-2-22-32-43-36 handelden
zij op uw markten (Ezech. 27.)
Dit raadsel werd ingezonden door
Bertha Melissant, Stellt^iidam.
De regenkaarten op Nieuwjaarsdag
bleef nog wat nadruppelen, zodat ik nu
nog harteUjk te bedanken heb: Joke,
Annie, Dies, Bram, Kees en Jo-uit-de-
hoofd-stad.
Kees, Jan en Ni^, 9uddorp. Wie heeft
eigenlijk de brief geschreven? Dat staat
er niet goed bij. De prijzen waren dus in
orde? Dat doet me genoegen.
Anthonie L., Nieuwe Tonge. Je neef
trof het dus. Je kan beter kijken naar
een optrekkend leger, dan dat je zelf
ook uit naar het Oud en Nieuw van ver
leden jaar; hoe was toen alles anders;
nu zitten wij hier in een oude afge
dankte radiowagen; de muskieten zoe
men om je hoofd in eindeloze rijen. Al
len worden steeds stiller, naarmate de
klok naar de twaalf draait; iedereen is
met zijn eigen gedachten bezig; wacht
inzichzelf tot de eerste slagen van de
klok het Nieuwe Jaar aan zullen kon
digen. Stil kruipt de tijd voort tot
eensklapstaameenf. twee....
drie, tot twaalf;
dan worden handen gedrukt, elkander
veel heil en zegen toegewenst en vooral
een spoedige terugkeer naar hen, waar
het nu nog geen Nieuwjaar was; het
tijdsverschil is immers 7 uren? Maar de
klok staat niet stil; de tijd gaat snel en
zó zal naar wij hopen; de tijd ook weer
komen, dat wij terug keren zullen naar
ons kleine landje met z'n duinen, vlakke
stranden en de met goudgeel graan be
groeide velden.
mee moet. Hij kan het daar wel uithou
den, denk ik. Van de nieuwe klok heb
ik gelezen. Heb je die klok ook gezien?
Clara B., Nieuwe Tonge. Met de brei
pen is er dus meer te doen, dan met de
schrijfpen. Je kan elke keer niet even
veel nieuws hebben ook, hè? Hoe vond
je de prijs
Piet van L., Nieuwe Tonge. De ijspret
heeft niet lang geduurd. Maarde
winter is nog niet voorbij. Er kan nog
genoeg komen. Was de „Chinese dolk"
mooi? Was 't niet griezelig?
Annie B. C, TVieuwe Tonge. Een hoop
nieuwelingen er bij, of dat te druk voor
me is? Neen, ik kan wel een beetje
werk aan, hoor! Vroeger heb ik een
beetje kunnen rijden, maar of het nu
nog zou gaan? Ik heb in geen jaren
schaatsen onder mijn voeten gehad.
Corrie O., Bijnsburg. Ja, ik ben ook
tot een uur of één óp geweest. Dan
wordt het zachtjes aan bedtijd, hè Van
Sietje's broer heb ik niets ontvangen.
Greetje komt vast weer terug, want ze
heeft niet eens afscheid genomen.
Welke orgellessen heb je? Ik bedoel:
de balk of de nieuwe methode
Krgn en Comelis G., Onddorp. Nou
Krijn, ik kan je geen ongelijk geven. Ik
mag en kan je niet tegenhouden ook.
Je bent als een trouwe soldaat geregeld
op post geweest en we hebben het aar
dig met elkaar kunnen vinden. Maarten
zal hartelijk welkom zijn. Jan is vrien
delijk bedankt voor het raadsel.
tietje Z., Middelhamis. Je aanbod is
heel aardig, je nieuwe boeken te mogen
lezen, maar ik heb niet veel tijd om te
lezen. Ik heb nooit eens een ogenblik
dat ik niet weet wat ik doen moet. Is
opa nogal geduldig Dat hebben we niet
van onszelf.
Joke v. d. G., Melissant. Een goed rap
port, Joke! Niet één onvoldoende. Je
hebt heel wat geschreven.- Hoe lang ik
oom van de krant ben Tja, ik denk van
wel twintig jaar. Straks krijg ik een
medaille van vetleer'voor trouwe dienst.
Nellie Ie C, Sommelsdijk. Heeft je zus
veel verteld van Rijssen? Het is eenheel
andere streek dan Flakkee. Ik denk dat
je er later ook wel eens komt. Met die
mijnwerkersjongen wordt Maarten Lu
ther bedoeld, niet
Stinie Ie C, Sommelsd^k. Wat hebben
jullie prachtig papier! Maar als jij zo
druk brieven-schrijven moet, dan zal het
gauw op zijn. Maakt Karel het nog
goed
Jaantje S., Middelhamis. Ik kan alles
heel goed begrijpen. Brieven zijn voor de
„jongens" heel veel waard. Wat wij klei
nigheden noemen zijn bij hen van grote
waarde.
Hanny de W., Middelhamis. 't Is weer
een hele brief geworden op je leuke
postpapier. Wij hebben één kip meer dan
jullie; narcissen en hyacinthen dit jaar
niet. Zo gauw als 't kan kom ik.
AUemaal de hartelijke groeten van
OOM KG.
BBDBIJFSVERGUNNING VOOR
VEEHANDEL NIET MEER NODIG
Voor de binnenlandse handel in run
deren (inclusief slachtvee, vette- en
nuchtere kalveren) varkens, paarden en
schapen is geen bedrijfsvergunning meer
vereist. Men is thans nog alleen gebon
den aan een erkenning van het betrok
ken Bedrijfschap.
«4
C door H. ZEEBERg")
Maar dat betekende z ij n ondergang,
als er niet op de een of andere wijze
Terandering ten goede kwam. En die
verandering zag hij niet, hoe hij ook
wikte en woog. Br was slechts één op
lossing: naar Salomons gaan en deze
de gehele stand van zaken' vertellen,
zonder enige terughoudendheid. De kans
bestond, dat deze, om een zakenschan-
daal, waarbij zijn schoonzoon betrokken
was, te vermijden, hulp verleende, zij het
dan onder harde voorwaarden, die zou
den neerkomen op een onder curavele
stellen.
Heine's trots verzette zich met
kracht tegen deze mogelijke oplos
sing, maar hij besefte, dat hij de ver
nedering zou moeten ondergaan, wan
neer er niet een andere weg gevonden
kon worden.
Tot verbazing en blijdschap van Gre-
tha was hij zeer vriendelijk, toen hij
thuis kwam, niettegenstaande hij toch
op de hoogte moest zijn, daar haar va
der gezegd had, liem te zullen bellen.
„Vader heeft opgebeld", zeide hij on
middellijk. ,,Wat zeg je van het voorstel
van Dr Pinkman?"
„'k Weet niet'", aarzelde zij. „Ik vind
het zo vervelend, je alleen te moeten
laten. Je hebt zoveel zorgen en 'k zovi
die graag met je delen".
Hij gaf er geen antwoord op. Een stem
in zijn binnenste zei hem: „zij is dui-
zendmaïil beter dan jij; zij gelooft wer
kelijk, dat je zorgen alleen de zaak be
treffen'".
„'t Is ook vervelend", zeide hij dan,
,,maar ik geloof, dat Dr Pinkman gelijk
heeft. Het zal goed voor je zijn, eens
enkele maanden in een andere omgeving
te zijn".
,,'t is misschien het beste. Maar liever
bleef ik hier. Als ik daarginds alleen
ben, pieker ik toch ook. Kunnen wij
beiden niet gaan, Heino? Je kunt hier
de zaak wel verkopen en elders begin
nen of een zaak overnemen. Dan helpt
vader. Hij heeft het mij stelling beloofd.
Niet hier. Want vader houdt vol, dat
het hier niets wordt".
In een ogenblik van wat h ij zwak
heid noemde, had Heino het wel willen
uitschreeuwen: „Ik snak ook, om weg
te komen, maar ik ben hier aan handen
en voeten gebonden". Maar hij perste de
lippen even op elkaar en antwoordde
dan: „Het is een fictie van je vader,
Gretha. Lakt «^ns. er niet meer over
praten. Ik zal wel zien, mij te redden, al
zal dat met grote moeilijkheden gepaard
gaan".
Hij zag haar niet aan. Anders zou hij
bespeurd hebben, hoe een trek van he
vige, pijnlijke teleurstelling zich op haar
gelaat aftekende.
,,lk wou, dat het kon", hield zij aan.
Vader meent trouwens, dat er geen en
kel bezwaar tegen is. Hij is bereid, je
flink te steunen".
De gedachten en overwegingen vlogen
Heino door het hoofd. Het aanbod van
Salomons was aanlokkelijk. Het zou ook
uitvoerbaar zijn, wanneer hij een groot
deel van het dan te verkrijgen kapitaal
kon bezigen, om met „Amsterdam" ge
heel in het reine te komen en al zijn
schulden te kunnen betalen. Maar dat
zou alleen kunnen, wanneer Salomons
volkomen op de hoogte was. En dat zou
in elk geval het laatste zijn, wat hij
deed.
Hij ontmoette haar vragenden blik.
„Ik wil er nog eens ernstig over den
ken", zei hij dan vriendelijk. „Maar voor
lopig gaat het toch niet. Trouwens, het
is vóór alles beter, dat je dan geheel op
krachten bent. Daarom moet allereerst
de raad van de dokter worden opge
volgd. Wij kimnen dan later zien".
„Dat moeten wij dan maar doen", be
rustte Gretha, hoewel duidelijk bleek,
dat het niet van harte ging.
„Wij zullen zien, een geschikte plaats
te vinden. Of is er al over een plaats ge
sproken? In het buitenland?"
,.0, alsjeblieft niet. Moeder sprak van
de Veluwe, maar het Gooi Bussum,
Laren of Hilversum is mij ver ge
noeg. Ik wil zo dicht mogelijk bij huis
blijven. Want je komt toch van Zater
dag tot Maandag bij mij Jongen, je
zult het zo eenzaam hebben. Soms denk
ik, ik blijf maar thuis. Ik ben wel een
wrak sinds de dood van zusje, maar
als je het wilt" zij drukte sterk
op deze woorden ,,kan ik je toch nog
enige gezelligheid aanbrengen. Ik vsdl je
leed en tegenslag wel helpen dragen,
Heino. Ik geloof, dat je mij verkeerd
beoordeelt".
Heino voelde het zachte verwijt, dat
zij tot hem richtte. Hij werd er, ondanks
zichzelf, tot in zijn ziel door geroerd. Zij
had hem nóg lief, hoewel hij dat in geen
enkel opzicht had verdiend. Zij was on
eindig veel beter dan hij. Zij vertrouwde
hem. En hij was dat vertrouwen abso
luut onwaardig.
(Wordt Vervoiga)
I