OpvoedingSr problemen Buitenland -2-tf^ CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG voor ie ZUID-HOLLANDSCHE en ZEEUWSCHE EILANDEN MEDITATIE Spotten met het heilige Mededeling 1 Jannaii a.s begint het nienwe kwartaal. Geeft U thans op a's atonné I EiiAnDEn-niEui/s Bureau: Prins Hendrikstraat 122c MiddeUiamis, Telef. 17, Giro 167930 Postbox 8. Telefoon Drukkerij 19 ZATERDAG 18 DECEMBER 1948 21e JAARGANG No. 1780 Abonnementsprijs 1.50 p. kwartaal Advertentieprijs 12 et. p. millimeter. Bij contract speciaal tarief. Onze tijd is boordevol kwalen. Jawel, noem ze maar op. Het jeugdprobleem. De ontspoorde jeugd. U kunt zo nog een heel rijtje noemen. Allemaal met „jeugd" er in. Nu willen wij niet ontkennen dat er een grond van waarheid in al deze din gen zit. Eén ding moeten wij echter niet ver geten: Als wij deze tijden heden gaan beoordelen, dan nemen wij de vroegere als maatstaf. En de vertegenwoordigers van die vorige tijden zijn de ouderen. En de voorwerpen van de beoordeling en de veroordeling zijn de jongeren. Het is wel onmiskenbaar, dat wij in een tijd van morele achteruitgang leven. Het is om bang van te worden. Maar, is het nu billijk om uitsluitend de jeugd als de oorzaak van deze ach teruitgang te beschouwen? De gedra gingen en de opvattingen der jeugd zijn wel kenmerken van deze achteruitgang, maar daarmede is hier niet uitsluitend de schuld te zoeken. Wij mogen ook niet slechts weeklagend bij het verval blij ven staan, en misschien, met een groot woord over de oordelen Gods, onze han den in de schoot -vouwen! Wij mogen ons er evenmin afmaken met te verwij zen naar de algemene achteruitgang. Want wil behoren tot deze gemeenschap, en zijn een deel van dat geheel. Of hef fen wij slechts een klaagzang aan om in het licht te stellen, dat wij persoon lijk dat wij in onze engere kring, al thans niet zó ver weg zijn als wij de al gemene toestand tekenen? Ook dat komt voor. Het is bij vele klagers wellicht de hoofdzaak. En dan is de prediking van het bederf der tij den niet anders dan prediking van eigen voortreffelijkheid. Wellicht voelen wij het diep in ons binnenste, dat er bij ons veel is, dat niet klopt, dat er veel is dat om reformatie roept, maar wij troos ten ons met de gedachte dat anderen nog veel erger zijn. Dat is een onwaarachtige houding, en wellicht zijn dit symptonen van een diep bederf, van een (laten we het lelijke woord maar gebruiken)van een stui tend farizeïsme. Zo er iets is dat vele jongeren aanstoot, dan is het wel dit, dat ze zien, dat ze voelen, dat er bij ons een klove gaapt tussen belijden en beleven, en dat holle vaten het mees te klinken. Wij kunnen de jeugd wel kapittelen. Wij kunnen er wel de zedemeester over spelen, wij kunnen het verval der tijden wel steken op de jonge mensen. Maar, dit mogen wij vooral niet ver geten: dat zij slechts de vruchten tonen van onze innerlijke practrjk, hoe deze ook met een schonen schijn rnoge be dekt zijn. Wat wij zien in het opkomend geslacht, daarin hebben wij, als in een spiegel, ons eigen aangezicht te aan schouwen. Wij kunnen ons innerlijk zijn camou fleren met onze belijdenis, met onze tra dities, met onze vrome woorden. Deze vallen bij de jeugd vaak weg, en dan zien wij onze eigen naaktheid, onze eigen voosheid. En wij weeklagen, maar eigenlijk het meest, omdat bij hen de tradities niet meer zo sterk nawer ken, dat het holle en ledige van onze werkelijke practijk er door aan het oog onttrokken wordt. Het jeugdprobleem is ons probleem. Leer de jongeling de eerste beginselen van zijn weg, oud geworden zijnde^ zal hij daarvan niet afwijken. Dit is het probleem van onze dagen, dat wg aan onze kinderen de tucht niet leren. En hoe kimnen wij hun de tucht Ieren, als wij niet zelf de tucht aanvaar den? Al meer wordt het gezien, dat bij het mensdom het driftleven de overhand krijgt. Dat is volstrekt niet alleen bij de jeugd zo, dat is ook zo bij de ouderen. Maar bij de jongeren wordt het wat be ter gezien. Wij, ouderen, moeten terug naar een christelijke levenspractijk, naar een klaar besef van onze verantwoorde lijkheid voor God, en voor allen die door Hem over ons gesteld zijn. Dan hebben wij ook eerst het rechte besef, dat wij onze kinderen, en allen wa9,rover wij gesteld zijn, op te voeden hebben onder de J;ucht van Gods Woord. Dat het drift- leven moet worden ingetoomd, dat ver antwoordelijkheidsbesef moet worden gekweekt. Veroordelen wij de vorm? Volstrekt niet. Deze is in onze staat van onvol komenheid niet te missen. Maar wrj veroordelen het hebben van de-vorm-alleen. Moge God ons hart roeren om bij het opvoedingsprobleem te beginnen bij onszelf. ZIEI^E FLAKKEESE MELITAIBEN IN INDIE. Voor zijn terugkeer naar Holland wU de heer J. Boomsma proberen zieke Flaltlkeese militairen op te zoeken in Soerabaja, Batavia en Bandoeng en omgeving. De familie wordt verzocht hun adres op te ge ven aan de heer M. Boomsma, Voor straat 234 te Middelhamis, en wel voor Soerabaja voor 1 Januari, voor Batavia en Bandoeng voor 15 Jan. Alle opgaven schriftelijk, met leger adres en ziekenadres. China. De missie van Mevr. Tsjang Kai Sjek is mislukt. De Amerikaanse onderminis ter van buitenlandse zaken, Lovett, heeft verklaard, dat zijn land China zal blijven steunen, volgens het Marshall plan en hierin geen wijziging zal wor den gebrapht. Mevr. Tsjang Kaisjek is er dus niet in geslaagd, noch president Truman, noch minister Marshall te be wegen, China krachtiger te steunen dan voorheen. Het moet voor haar ongetwij feld, zeer moed benemend zijn geweeSt. Haar reis naar Amerika had toch ten doel, om nog een laatste poging te on dernemen en te beproeven, krachtiger en doeltreffender hulp te verkrijgen. Tanks en vliegtuigen zouden mogelijk nog enige kentering hebben kunnen te weeg brengen, wanheer de communisten niet eveneens door Rusland hieraan ge holpen werden. Gelet op het feit, dat Generaal Tsjang Kai-Sjek nu geheel op eigen ontoerei kende middelen is aangewezen, zijn er reeds bladen, die melden, dat de natio nale Chinese regering op haar laatste benen loopt. De verbinding tussen de plaatsen Tientsin en Peiping is verbroken. De communisten hebben door snelle vorde ringen kans gezien de verdedigingsli nies te doorbreken. Volgens waarnemers uit de hoofdstad Nanking verbaast men zich er over, dat de strijd hier zo snel verloopt. Generaal Foe Tso-yi had een zeer ster ke troepenmacht tot zijn beschikking en men had verwacht dat hij de commu nisten geruimen tijd had kunnen op houden. Het schijnt echter dat deze generaal met de communisten in onderhandeling is getreden, en heeft gecapituleerd. Indien dit waar is, dan mogen wij ge^ rust de vraag stellen, waarop Tsjang Kai Sjek nu nog zijn hoop kan bouwen als zijn beste generaals, de een na den ander zich overgeven. Vooral voor de soldaten moeten deze berichten bok zeer verlammend werken, en wanneer de verdediging in elkander zakt, is het met China gedaan. Generaal Tsjang Kai Sjek heeft tij dens zijn regering niet veel voorspoed gehad. Wat hij ook heeft beproefd, het is hem niet gelukt China van corruptie te zui veren, en dit moet mede, ook wel een ■van de oorzaken zijn van zijn huldigen tegenslag. Met behulp van Amerika had hij on getwijfeld een overwicht op de commu nisten. Deze hulp moet echter zo slecht zijn aangewend, dat zij eerder de com munisten dan de wettige regering ten goede is gekomen. Engeland. Winston Churchill, heeft vorige week Vrijdag, in het Lagerhuis weder een rede gehouden over de buitenlandse po litiek. De Engelse regering Churchill „En ik zeide: Ach Heere, Heere! zij zeggen van mij: Is hij niet een verdichter van gelijkenissen?" Ezech. 20 49. (SLOT;) En hoe menigeen van Gods volk, rust niet, na aanvankelijke ontwaking, in zijn wettische woelingen in zijn gestaltelijk levei), in 2ajn traneii, in zijn roepen en zuchten, aan al zijn werkzaamheden ge noeg hebbende. Hoe kan ook bij hen niet openbaar komen: „Is deze niet een verdichter van gelijlienissen" als ze gewezen worden op die God, die vertoornd is door de zonde en die uitroept: Al wiest ge U met salpeter en naamt U veel zeep, zo is toch Uwe ongerechtigheid voor mijn aangezicht getekend, die met ons werk, niet te bevredigen is, maar alleen ver heerlijkt wordt, door het werk van Zijnen eeuwigen Zoon? Het werk van Christus behaagt God en alle werk voortgebracht door de mens is mede van God ver vloekt. Het Gode welgevallige werk van Gods volk is de gedurige beoefening van de geloofsgemeenschap met Christus. En daartoe ook is het zo noodzakelijk geen rust te hebben voor ge in die Mid delaar gebracht zijt. Uit Adam in Hem overgegaan zijnde. Het aanwijzen van die oorzaak is: „geen verdichten van gelijkenissen", want de toom Gods is geopenbaard aan den hemel over alle goddeloosheid en ongerechtigheid der mensen. Zijnde buiten Christus, zijt gij, o mens, onder dien in Gods Woord geopenbaarde toorn. Wie ge nu ook zijn moogt, wat ge in Uw leven van God ontving. God vordert, ook van Zijn volk een hem betamelijke wandel, want niet een iegelijk, die daair roept Heere, Heere, maar die doet dé wil Zijns Vaders, spreekt Christus, zal in gaan in het Koninkrijk der Hemelen. Het is geen verdichten van gelijkenissen als Gods Woord en Zijn knechten, dat woord brengende, aandringen op die hei lige, Gode betamelijke wandel, dat voort brengen der goede werken in en door de gemeenschap van Christus. O, neemt dan acht op dat woord, dat nog ondel ons is, dat nog gebracht wordt, dat U nog wijst dat God toomt en zo ge U niet bekeert Hij toornende komen zal; dat nog U de weg virijst, om, bekennende Uwe ongerechtigheid, te gen God gezondigd te hebben, voor God in te vallen, opdat Hij U voere tot Chris tus en die gekruist, met uitsluiting van alles dat van de mens is, U verkondigt; dat nog, U wijst op die Bron van kracht voor Gods Volk, opdat ze uit Hem hun ne vruchten verkrijgende het pad zijner geboden wandelen zou. Hoort toch, o, mens! Zo gij Zijn stem, dan heden hoort, Verhardt Uwe harten niet. Want als dan ook Gods knechten voor Gods aangezicht verschijnende, zullen moeten getuigen, ach, Heere HEERE, zij zeggen van mij: Is hjrj niet een ver dichter van gelijkenissen? het zal vrese lijk zijn. Laat die aanklacht van dien getrouwe Godgezant tegen zijn volk, in de dag der dagen niet het getuigenis zijn van hen, die U toeriepen, U tot God te be keren. Veracht Gods genade niet, als een Ezau, spottend met het heilige, als Israël, dat zich andere goön naar hunne lust verkoren heeft De Heere betuigt nog onder U, zoals veeleer, onder Israël: „Hoort Mij, zei ik toen onder U betuigen. Wat hebt gij te doen; Och, dat Israël, Zich op mijn be vel. Onder Mij wou buigen. (Ps. 81 9) A. V. hield een ernstig pleidooi om met Spanje weer volledig de diplomatieke betrek kingen te herstellen. Ook verklaarde hij zich voorstander, om de staat Israël te erkennen. Wat betreft Duitsland, zou hij gaarne zien, dat Frankrijk het initiatief nam, om de Duitsers weder in de Europese samenleving terug te brengen. Wat aan gaat de Europese eenheid, viel hg de regering ernstig aan. Wanneer deze een heid in 1939 of 1940 bereikt had kvm- nen worden, zou het wereldbeeld onge twijfeld thans een ander aanzien hebben gehad. Ook besprak hij het boek van Gene raal Eisenhower. Hij prees de generaal als een eerlijk en oprecht man, die hard gewerkt heeft, voor de Amerikaans Britse samenwerking. Churchill erkende, dat hij op strate gisch gebied het niet altijd met Eisen hower eens was en binnenkort daarover nadere mededelingen zou doen. Over China maakte Churchill zich grote zorgen en hij verzocht de regering alles in het werk te stellen dat de En gelse belangen, zo nodig met de wapens zullen worden verdedigd. Frankrijk. De derde Assemblee der V.N. is Zon dagmiddag te Parijs gesloten. - Drie maanden hebbefn de afgevaardig den van 56 landen vergaderd. Duidelijk hebben deze vergaderingen aangetoond, dat evenmin, als de Vol kenbond de netelige wereld kwesties kon oplossen, de-Verenigde Naties dit ook niet kunnen doeilT De samenkornsten hebben zeer veel gel(i gekost, doch enig nuttig werk is er niet geleverd. De oorzaak liiervan is, dat men de geschillen niet durft oplossen, uit vrees dat een derde wereld oorlog hiervan het gevolg zal zijn. Wanneer men over zulk een vergade ring goed na denkt, moet men toch ern stig medelijden krijgen met de volkeren der wereld. De grote mogendheden met elkander tezamen vergaderd om de wereld te re geren, kunnen het niet gens worden en trachten alle klippen te omzeilen om de bom maar niet te doen barsten. Hoe duidelijk komt hierin uit, het Woord des Wegens invallende Kerstdagen zal ons Blad a.s. week slechts éénmaal verschijnen, nl. op Donderdag 23 De cember. De postabonnees op en bui ten het eiland kunnen dan die week ons blad nog ontvangen, wat anders eerst de week daarop zou zijn. H.H. Correspondenten en adverteer ders gelieven er rekening mee te houden dat hun copy Woensdag a.s. in ons bezit is. In <ée Nienwjaarsweek verschijnt de krant eveneens slechts éénmaal en wel D.V. Donderdag 30 December. Nieuwjaarsadvertenties voor dit num mer zo spoedig mogelijk inzenden. Redactie en Administratie. Heeren: „Zij hebben Mijn Woord ver worpen. Wat wijsheid zouden zij hebben?" Een hechte grondslag, waarop de vrede zou kunnen worden gebouwd, wordt gemist. Het fundament Gods Woord ont breekt, vandaar dat de fundamenten waggelen en de muren van het huis scheuren. Als de Heere er in blaast,- stort het ganse gebouw weder ineen. Zaterdagnacht is met 35 stemmen voor, 15 tegen, en 8 onthoudingen, het Britse voorstel om een verzoenings commissie van 3 leden te benoemen, in zake Palestina nog aangenomen. Deze 3 leden zouden zijn Frankrijk, Turkije 'en Amerika. Deze commissie zou moeten trachten een verzoening tussen de Arabieren en de Joden tot stand te brengen. Zal zij hierin slagen?

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1948 | | pagina 1