Öe GRonówet
J
■l'J:f.'
Buitenland
-z*
VAN THORBECKE
100 JAAR
MEDITATIE
Bij Ruwe Handen,
Abonneert U op ons blad!
Hoe te reizen
EIIAIIDEn-niEUl/S
Bureau: Prins Hendrikstraat 122c
Middelhamis, Telef. 17, Giro 167930
Postbox 8. Telefoon Drukkerij 19
CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG
voor de ZUID-HOLLANDSCHE en ZEEUWSCHE EILANDEN
ZATERDAG 6 NOVEMBER 1948 21e JAARGANG No. 1768
Abonnementsprijs 1.50 p. kwartaal
Advertentieprijs 12 et. p. millimeter.
Bij contract speciaal tarief.
Woensdag 3 November was het hon
derd jaar geleden, dat de Grondwet van
1848, deGrondwet van Thorbecke,
rechtsgeldigheid verkreeg. Aan dit feit
willen we in dit artikel enige aandacht
schenken.
Het zou een hele serie artikelen ver
gen, om de totstandkoming van deze
Grondwet met al wat er aan vooraf
gegaan is, uit te beelden: Een paar
feiten willen we echter aanstippen.
De Grondwet is een wet, die ten eer
ste de hoofdregelen van het in een land
geldende regeringssysteem bevat en ten
tweede formeel hoger rechtskracht heeft
dan de gewone wet, door de bijzondere
wijze v/aarop ze tot stand gekomen is
en gewijzigd kan worden.'
Nu was de Grondwet van Thorbecke
niet de eerste Grondwet, maar een ge
heel herziene. De oorspronkelijke Grond
wet dateert van 1813, toen het Franse
juk werd afgeschud, de Oranje's werden
teruggeroepen en Willem VI niet als
Stadhouder, maar als Willem I, als sou-
verein vorst, werd uitgeroepen. Deze
souvereiniteit werd aanvaard onder be
ding, dat een Grondwet de rechten en
plichten van vorst en volk zou vast
leggen.
riet was er ver vandaan, dat deze
eerste Grondwet bevredigend van aard
en strekking was. Het goede element
er in, bevatte, dat ze de souvereiniteit
opdroeg aan het Oranjehuis.
Rechtstreekse verkiezingen werden toen
niet ingevoerd. In 18'15 kwam er een
herziening tot stand, toen krachtens het
protocol van Londen, België bij Neder
land was gevoegd, waarbij tevens aan
de bestaande Kamer der Staten Gene
raal een Tweede Kamer werd toegevoegd.
In 1840 kwam weer een herziening, door
de afscheiding van België. Bevrediging
vond echter het bestaande systeem niet.
In 1848, nu 100 jaar geleden, in een
tijd van veel woelingen, onder de indruk
der revoluties in het buitenland, (Groen
V. Prinsterer voltooide toen zijn boek
„Ongeloof en Revolutie") onderging de
Grondwet een zodanige wijziging, dat
van een „nieuwe" Grondwet gesproken
kan worden.
Thorbecke is er de geestelijke vader
van. Het stelsel der rechtstreekse ver
kiezingen werd ingevoerd, waardoor de
politieke bewustwordnig der onderdanen
werd opgewekt. Door deze Grondwets
herziening werd het Nederlandse Staats
burgerschap geschapen. Naar dit poli
tieke ontwaken had Thorbecke echter
niet alleen gestreefd, maar ook zijn tijd
genoot Groen van Prinsterer. In één
adem moeten wij hem er bij noemen,
ook al zaten in de grondwet-commissie
alléén liberalen.
Bij de totstandkoming van de Grondwet-
Thorbecke, was Groen v. Prinsterer" zijn
politieke tegenligger. De Grondwet van
1848 had ten grondslag de rechten van
de mens boven de rechten van God en
Zijn geopenbaarde wil. Thorbecke was
de man van de menselijke rede, van
het verstand; Groen van Prinsterer
placht te zeggen: „men regeert, noch
bij wetten, noch bij besluiten alleen,
maar door beginselen." Die beginselen
waren voor hem hetgeen God in Zijn
Woord gebiedt. Dat was hem het hoog-
ate. En daaraan was deze Grondwet
vreemd. De grote waarde van een Grond
wet in ons Staatsbestel erkende Groen
van Prinsterer wel, maar op anderen
grondslag. Toch zag hij er mogelijkhe
den in voor zijn eigen beschouwingen,
waarom hij er zich later op beriep.
In een hoofdartikel „Volkssouverehii-
teit en Christelijk politiek leven", in ons
blad van 2 October j.l., werd er op ge
wezen, dat, hoezeer, de rechten van de
mens er in uitkomen boven de rechten
van God, die Grondwet echter aan ieder
de mogelijkheid biedt zijn gevoelens en
meningen op allerlei levensterrein voor
te steian.
De Grondwet sluit de mogelijkheid
niet uit, dat de Christelijke partgen hun
program uit dragen en naar de verwe
zenlijking hunner beginselen streven. In
hun programs is verwerkt, dat ze de
Grondwet wel als uitgangspunt nemen,
maar er naar staan om het revolution-
nair beginsel er uit vje.% te nemen en
te trachten de erkenning van God als
de enige Souverein en de in de Heilige
Schrift geopenbaarde verordening Gods
er in te verankeren.
Daarom heeft de Grondwet grote be
tekenis. Thorbecke is eeil Staatsman
van grote allures geweest. Dat kan nie
mand ontkennen. Onzen wetstijl heeft hij
geschapen. Als zodanig heeft Groen
van Prinsterer hem ook geëerd. „Mijn
vriend en vijand tevens" zong Alber-
dingh Thym da Costa toe, wat van
Groen tegenover Thorbecke ook zou
kunnen gezegd. Het Staatsbestel in goed
geordende banen leiden was hun beider
doelstelling, maar op geheel uiteenlo
pende grondslagen.
Br mogen aan de Grondwet van 1848
vele bezwaren kleven, omdat ze niet die
geest ademt, die wij zouden wensen, de
ze Grondwet is toch een monument van
nationale betekenis geworden.
Bij de 100-jarige- herdenking van de
totstandkoming van deze Grondwet, aan
de grondslag waarvan in eeuw tijds wei
nig is veranderd meenden wij in dit ar
tikel de aandacht te moeten vestigen.
RIJWIEL VERBOD WESTDIJK—
ZANDPAD TE MIDDELHAKNIS
Het verbod per fiets over de Westdijk
en het Zandpad te mogen rijden is een
grote handicap. In de eerste plaats voor
de bewoners, maar zéker voor de mid
denstandszaken.
Deze zullen er grote nadelen van on
dervinden. Moet iemand vlug een bood
schap halen, wat hij per fiets kan doen,
haalt hij die boodschap niet in een zasfe
die niet per fiets is te bereiken. Zo zou
den er tientallen voorbeelden kunnen
genoeriïd.
Nu worden er in ruime mate onthef
fingen verleend, althans op bepaalde
uren. Maar deze onheffingen zijn voor
de bewoners, voor de middenstanders
zélf en voor hen die er noodzakelijk
zijn moeten, krantenbezorgers enz. Dit
heft het bezwaar niet op.
In een adres hebben de niidden-
standszaken over dit besluit geappéleerd
en tenietdoening van dit besluit ge
vraagd. Het adres is naar B. en W. ge-
renvoyeerd, maar er is in de raadszit
ting van Maandagavond eerst flink over
gedebatteerd. Geen der raadsleden bleek
deze maatregel sympathiek.
We zijn het eens met de Burgemees
ter, dat de overheid het publiek moet
beschermen. Maar laat men dan tegen
het in-gevaar-brengen van het verkeer
flink wat procesverbalen uitdelen!
De overtreders moeten dan gestraft,
maar niet de neringdoende Middenstand!
Op de Westdijk en het Zandpad klopt
de hartader van het zakenleven te Mid
delhamis. Het is óók zaak van de Over
heid de Middenstand, die zulke gewel
dige hoge belastingen moet betalen
(denk maar aan de Ondememingsbelas-
ting!) te steunen.
Een verbod als hier genoemd brengt
het zakenleven grote schade.
Optreden van de politie wat betreft
verkeers-regeling, zou veel verbeteren.
En dan een verbod voor de Zaterdag
middag b.v., daar zou niemand iets op
tegen hebben.
Maar het is te hopen, dat het inge
diende adres tot gevolg mag hebben, dat
dit besluit, wat voor de neringdoenden
zal blijken zeer schadelgk te zijn, wordt
opgeheven.
MIJNHARDT
ïtuwe Huid, Ruwe Lippen. 30 et.
Het meest actuele Nieuwsblad met
veel variërende artikelen.
,,Welgelukzalig is de mens, wdens
sterkte in U is, in welker hart de
gebaande wegen zijn." Ps. 84 6
Deze Psalm is een pelgrimslied. Wan
neer voormaals de Israëlieten op gingen
naar de feesten te Jeruzalem zong" men
dit lied. Hun weg ging soms door moei
lijke streken en onder de hete Oosterse
zon.
Maar op die wegen vonden ze ook
weer wel een waterfontein en heerlijke
schaduwrijke plaatsen ter verkwikking.
Hun weg was afwisselend, nu eens een
ongebaande, ruwe weg, dan weer ge
baande gladde wegen.
Wij zijn allen reizigers, pelgrimreizi
gers naar graf en eeuwigheid, ja wie
zegt ons dat wij daar nog ver vandaan
zijn, misschien wel heel kort nabij, en
mogen wij dan spreken dat onze sterk
te in den Heere is?
Van nature hebben wij onze sterkte
in ons zelf. Rond ons eigen „ik" draait
alles om heen. De Heere hebben wij
niet nodig. Ja wel wanneer wij ziek zijn,
of in angstige benauwdheden verkeren
zoals dat in de afgelopen oorlogsjaren
zo menigmaal het geval was, maar
dat was ook maar tijdelijk, want nau-
vrelijks is de benauwdheid een weinig
voorbij, of liet oude leven gaat gewoon
ddbr.
Wij wanen ons sterk, maar onze sterk
te is niets dan zwakheid, gelukkig maar
wanneer wij dat door 's Heeren ontdek
kende genade mogen zien, want dan pas
zien wij onze zwakheid, en dat doet ons
uitdrijven tot de Heere. Onze sterkte
voert ons naar de rampzaligheid. Maar
de sterkte bij de Heere gezocht, brengt
de eeuwige zaligheid. De dichter zegt
hier „welgelukzalig is hij wiens sterkte
in U is."
Hoewel hij nog niet in Jeruzalem is,
maar er heen op weg, wordt hij hier
toch al reeds „welgelukzalig" geheten,
en toch gaat hun weg nog zo menig
maal door moeite en beproeving. Maar
de Heere is hun sterkte, die zegt: „doe
uwen mond wijd open, en Ik zal hem
vervullen."
Hij is in de bange nood, hun rots, hun
deel hun eeuwig goed. Ja welgelukzalig
die mens, die zo zijn sterkte van Hem
mag ontvangen, en in welker hart de
gebaande wegen zijn. Uitwendig zijn de
wegen zo vaak hobbelachtig, maar de
dichter spreekt hier van gebaande we
gen „in het hart."
Gebaande wegen in het hart, dat wil
zeggen, dat hij er altijd mee werkzaam
is. En dat geeft hier al reeds genot,
dat is een voortgaan van kracht tot
kracht.
Wij zijn rijker begenadigd dan het
oude Israël die alles nog maar in scha
duwen zag. Wij staan achter de feiten
van Bethlehem en Golgotha, en Pasen
en weten dat Christus over dood en 'hel
getriumfeerd heeft, en gezegd: „Ik ben
de v^e^^, de waarheid en het leven."
Hij is alleen de gebaande weg, slechts
door Hem is de toegang tot het Sion
dat boven is te bereiken. En nu is het niet
alleen nodig te weten dat Hij de weg
gebaand heeft, maar deze gebaande weg
zullen wdj in ons hart moeten hebben.
De noodzakelijkheid hiervan laat de
Heere nog onder de verkondiging van
Zijn Woord bekend maken en hoe is dan
ons opgaan, is dat evenals de oude pel
grim met een lied in het hart? Of gaaij
wij op druk pratend over al het geen.
dat de wereld biedt? Dan is er in ons
hart een gebaande v/eg voor de wereld,
en onze sterkte in ons zelf, waar wij al
tijd bedrogen mee uitkomen.
Rampzalig, die niet bedenken de din
gen die Boven zijn. De Heere laat ons
nog op allerlei wijze waarschuwen, toch
niet te vertrouwen op eigen sterkte.
Zaiig die ziel die hier op: weg en reis
mag instenamen met de dichter: „Wel
gelukzalig is de mens, wiens sterkte in
U is, in welker hart de gebaande wegen
zijn."
P. D. D. K.
Amerika.
Alle voorspellingen ten spijt, ook die
van het Gallup-instituut, is Truman ge
kozen als
president der Verenigde Staten
van Noord-Amerika. v
De nog niet geheel volledige uitslag
is als volgt:
Truman 22.288.591 stemmen
Dewey 20.420.065 stemmen
Wallace 1.030.780 stemmen
Thurmond 864.303 stemmen
Het Huis van Afgevaardigden (Twee
de Kamer) zal nu bestaan uit:
Democraten 246 nu 185
Republikeinen 188 nu 243
Labour 1 nu 2
Vacant .-. nu 5
Totaal
435
435
De Senaat (Eerste Kamer) wordt als
volgt:
Democraten
Republikeinen
Totaal
54
42
96
nu 45
nu 51
Het stemmenverschil is niet zo heel
groot, een bevrijs dat Dewey een ge
duchte tegenstander is geweest, of dat
vele kiezers Truman niet begeerden en
daarom Dewey genomen hebben.
Het is nU voor de derde maal dat
Dewey het tegenover de Democraten
heeft moeten afleggen.
Hij heeft aan Truman het volgende
telegram gezonden:
„Mijn welgemeende gelukwen
sen met uw verkiezing én de
beste wensen voor een goede re
geringsperiode. Ik roep alle
Amerikanen op om zich achter
u te scharen in uw pogingen
om de natie sterk te houden en
de vrede in de wereld te be
waren."
Verwacht wordt, dat de republikeinse
ministers uit de regering zullen treden.
Mogelijk zal ook minister Marshall heen
gaan, omreden hij meningsverschil ge
had heeft, over Palestina en de in te
nemen houding tegenover Stalin.
President Truman is Roosevelt opge
volgd, na diens vrij plotselinge over
lijden. Hij was toen niet door het volk
gekozen.
Bovendien bestond de meerderheid,
zowel van het huis van Afgevaardigden
als van de Senaat, uit Republikeinen,
die hem nogal eens dwars gezeten
hebben.
Thans is Truman door het volk zelf
verkozen. Bovendien heeft hij een par
lement, dat in meerderheid bestaat uit
democraten.
Daardoor is hij meer in staat zijn de
mocratische denkbeelden, in daden om
te zetten, en zal de halfslachtigheid, die
men hem dikvnjls verweten heeft, plaats
maken voor een meer doelbewust op
treden.
Het grote probleem, waarmede de we
reld worstelt, is Rusland, en algemeen
neemt men aan, dat -Truman thans meer
kracht zal bijzetten aan zijn persoon
lijke inzichten om alsnog een betere
verhouding te bewerkstelligen.
Wallace, die voorheen democraat is
geweest en uit de partij is getreden, en
nu min of meer gerekend wordt tot de
Amerikaanse communisten, heeft het
niet ver kunnen brengen.
Er was geschat dat zijn invloed bij de
arbeiders, alsmede de negers groter zou
zijn geweest, doch de uitslag heeft ge
toond, dat de aanhang niet zo gewel
dig is.
Thurmond, welke ook uit de democra
tische partij is gegaan, heeft het even
min, tot een belangrijk aantal stemmen
kunnen brengen.
Zo ziet men, dat vooral bij een twee
partijen verkiezing, verrassingen niet
zijn uitgesloten.
Cbina.
Het probleem China, dat al maanden
grote zorg baarde, is plotseling accuiA
geworden.
Vervolg pag. 2