EIUVnDEH-tllElJWS
JOHN BUNYAN
Kantongerecht Sommelsdijk
Men Terrassing
3e Blad
Zaterdag 16 October 1948
No. 1762
(1628-1088)
Diezelfde dag echter, midden in het
spel, kwam er plotseling eèn stem uit
de hemel, die diep in zijn ziel drong,
zeggende: „Wilt gij uwe zonden ver
laten en naar de hemel gaan, of ze be
houden en ter helle varen?" Hij stond
als aan de grond genageld en terwijl hij
omhoog blikte, meende hij in zijn ver
beelding de Heere Jezus te ontdekken,
die in gramschap op ^em neerzag. Te
gelijkertijd zag hij zijn vroegere grove
zonden voor zich en het was alsof een
stem sprak, dat het nu toch te laat was
om nog bekeerd te worden en vergeving
bij Jezus tè zoeken. Vertwijfeling greep
hem aan en menende, dat de genadetijd
voorbij was, besloot hrj in de zonde
voort te gaan. Ellendig is mijn toestand,
zo redeneerde hij, ellendig indien ik mijn
zonden laat varen en ellendig indien ik
ze blijf bedrijven; ik moet toch ver
doemd worden, en dan is het om het
even, of ik om veel of om weinig zonden
verloren ga. Hij wierp zich dan ook als
een dolle weer op zijn spel en wanhoop
te volkomen aan de hemel\ Die was
voor altoos toegesloten, zo meende hij.
Onbeschrijfelijk was de zielestrijd, die
hier in enkele ogenblikken gestreden
werd. De hemel gesloten, de hel ge
opend en als enige troost: de zonde!!
De volgende schok, die aan het ver
harde gemoed van Bunyan werd toege
bracht, werd nog sterker gevoeld, om
dat ze van een kant kwam, vanwaar
hij ze het allerminst verwacht had. Hij
stond eens bij het winkelraam van zijn
buurman en vloekte, volgens zijn oude
gewoonte als een razende. Het was ver
schrikkelijk om aan te horfen! Hij had
zijns gelijke dan ook niet. En wie was
het die Bunyan daar aansprak? Ben
vrouw, die algemeen bekend stond als
„een losbandig, goddeloos wijf." Ze kon
het niet nalaten op te merken, dat zij
nooit zo vreselijk had horen vloeken en
zweren, dat het haar bang- maakte en
hij de goddelooste knaap was, die zij in
haar leven had gehoord, en die wel in
staat was om alle jongens in de stad
totaal te bederven, wanneer zij met hem
omgingen. De berisping van deze vrouw
was een „angel", die hem tot in het
diepst van zijn ziel wondde. Het bracht
een omkering te weeg, die al zijn kame
raden verbaasde, ja hun bijna een won
der toescheen. De mond, die tot dusver
steeds vloeken en lasteringen uitwierp,
liet geen vuile taal meer horen, zozeer
was het geweten verplet en overtuigd.
Een uitwendige hervorming kwam tot
stand, maar nog zonder inwendig "gees
telijk leven. Hij ging God beloften doen,
die hij telkens weer verbrak; hij toonde
berouw en beloofde weer beterschap. Er
lag echter geen vernieuwing des har
ten aan ten grondslag; de springader
des levens bleef verontreinigd.
Verandering is geen vernieuwing.
Tenzij dat iemand wederom geboren
wordt, hij kan het Koninkrijk Gods niet
zien! In het leven van een mens kan
o zo veel plaats grijpen, zonder dat het
waarachtig zaligmakend is. Dat kwam
Bunyan op een wonderlijke wijze aan
de weet. Twee arme, vrome vrouwen
spraken met elkander over de wederge
boorte, het werk Gods in haar harten
verheerlijkt, hoe zij van haar ellendige,
natuurlijke staat overtuigd waren ge
worden, hoe God hare zielen had be
zocht met Zijn liefde in de Heere Jezus,
en door welke woorden en beloften zij
verkwikt en vertroost werden en in
staat gesteld, de verzoekingen des dui
vels te weerstaan. Zij spraken over de
verleiding des duivels, de verdorvenheid
haars harten en haar ongeloof. Ja, zij
verfoeiden haar eigengerechtigheid,
waarmede zij voor een heilig en recht
vaardig God niet zouden kunnen be
staan. Dit waren ongehoorde klanken
voor Bunyan, die dit gesprek onmerk
baar kon opvangen, terwijl hij aan zijn
werk was. Hij verstond, dat deze vrou
wen een blijdsphap smaakten, die hij
niet kende. Het scheen hem toe, dat
zij een nieuwe wereld gevonden hadden.
Hij moest het eerlijk bekennen: Wat die
vrouwen bezitten, mis ik. Zijn ziel werd
bewogen en hij begon zijn eigen staat
voor de eeuwigheid te wantrouwen. Er
werd een gemis in zijn hart geboren.
Die troost van Gods dierbaar Woord
kende hij niet. Gods beloften waren niet
op hem van toepassing. De arglistigheid
DOOR VRIENDSCHAP
VERBONDEN.
Van alle landen in Europa heeft Zwit
serland wel het meest de sympathie van
ons land. En wederkerig gevoelde men
in Zwitserland veel voor het kleine land
aan de Noordzee. Vanwaar die weder
zijdse sympathie?
Beide landen zijn klein en beider his
torie heeft punten van overeenstem
ming. Beide landen vechten zich vrij van
een overmachtige overheerser. Zwitser
land vocht zich vrij van de Oostenrijk
se overheerser en ons land van het
machtige Spanje. Zeker heeft de grote
gebeurtenis van de 16e eeuw, de Her
vorming er het hare toe bijgedragen.
Zwitserland het land van de Hervor
mers, het land, waar het Calvinisme
zulk een machtige invloed heeft ver
worven. Waar Parel - Calyijn en Beza
hebben geleefd en gewerkt en zoveel
voor het Calvinisme hebben gedaan.
Hoe velen van uit ons land hebben hun
lessen gevolgd, hoe groot is daar
door de invloed van die mannen op de
Hervorming in ons land geweest. Geen
wonder dus dat er van eeuwen her sym
pathie tussen beide landen werd gevon
den. Ook andere banden zijn tussen
beide landen gelegd.
Banden van economischen aard. Ons
land was vaak transito-land voor de
producten, die van over zee naar Zwit
serland werden 'gevoerd.
Rotterdam en Amsterdam verzorgden
steeds een groot gedeelte van de Zwit
serse invoer en onze Rijnvaart was voor
een belangrijk deel geïnteresseerd bij
het vervoer naar Zwitserland.
Veel Nederlanders hebben in de loop
der jaren Zwitserland bezocht als toe
rist en daardoor zich in het land der
hoge bergen vrienden verworven. En op
zoveel andere, wijze is de band van
vriendschap tussen beide landen gelegd
en verstevigd. De verhoudingen tussen
Nederland en Zwitserland zijn altijd uit
stekend geweest en gerust kan gezegd
worden dat beide landen door onafge
broken vriendschap verbonden zijn ge
weest.
en boosheid van zijn eigen hart had hij
nimmer ten volle gepeild. Nooit had hij
acht geslagen op geheime gedachten.
Ook wist hij niet, hoe hij des duivels
verzoekingen zou weerstaan. De Heili
ge Geest maakte dit eenvoudig gesprek
tot een zegen voor het hart van de ke-
tellapper. Het bracht hem tot naden
ken. Al dieper werd hij overtuigd en
zijn bekommernis werd groter; hij werd
een ongelukkig mens. Hij had tegen God
gezondigd en lag buiten Zijn gemeen
schap om eigen schuld. Gods Geest ging
hem zodanig overtuigen, dat hij van Da
vids ervaringen geen vreemdeling bleef:
Mijne tranen zijn mij tot spijs dag en
nacht en al Uwe baren en Uwe golven
zijn over mij heengegaan. (Ps. 42). Ja,
de Heere zegt:' Ik zal u straffen, en zal
het ordentelijk voor uwe ogen stellen
(Ps". 50 21). Dat volk, dat de Heere
zich verkoren heeft, krijgt met God te
doen. Ook Bunyan moest het doorleven
tegen een goeddoend God gezondigd te
hebben. Hij kwam met God in rekening
te staan. Dagen van benauwdheid en
droefenis moest hij toen meemaken.
Maar dan brak de zon der hoop weer
door de wolken en dierbare beloften
Gods daalden in zijn ziel, die hem voor
vertwijfeling bewaarden, gevolgd door
schaduwen des doods, die zijn ziel in
duisternis hulden en alle hoop uitwis
ten. Dan weer schoot de Satan zijn vu
rige pijlen af op zijn verwonde ziel.
Tevergeefs, de Heere staat voor Zijn
eigen werk in en reeds worden de vruch
ten openbaar. Hij, die tevoren zelf over
zijn vloeken bestraft werd, gaat nu heen
om anderen te waarschuwen en te ver-
nianen. Uit liefde tot Gods naam eü
uit medegevoel voor het zieleheil van
zijn voormalige vrienden. Gods Woord
wordt hem lief en zijn ziel is aan God
verbonden; nu zijn zijn zielsogen ge
opend voor het heil, dat nooit vergaat
en zijn hoop is op Gods genade geves
tigd. „Wij hebben gehoord, dat de Ko
ningen van Israël goedertieren Konin
gen zijn." Daar was Bunyan geen
vj-eemdeling van gebleven. Maaral
hebben we er van gehoord, daarmee zijn
we er nog niet. Hoe Gods weg verder
was, zullen we D.V. de volgende maal
horen.
(Wordt vervolgd.)
(VERVOLG)
J. van Dam, S'dijk, gefietst op tram
baan, 3.of 2 d.h.
J. Saers, S'dijk, niet verschenen, geen
goede voet- en handrem aan auto
17.50 of 15 d.h.
C. Groen, S'dijk, niet versch., geen
goede voetrem aan auto, 10.of 6
dagen hechtenis.
A. Prins, Oude Tonge, niet versch..
Geen spiegel aan auto, 4.of 2 d.h.
C. Trommel, Melissant, niet versch.
geen rijbewijs, 10.of 10 d.h.
J. J. Pieterse, Oude ITonge, niet ver
schenen, gelopen op verboden weiland,
3.— of 2 d.h.
J. C. V. d. Werf, Melissant, auto
mobiel- en garagebedrijf gedreven zon
des vestigingsvergunning.
Verd. aei motor en tractoren te her
stellen en het erg te vinden om een luxe
wagen van een klant door te sturen, hoe
wel hij dezo niet repareren mag. Ver
der is hij alleen te Melissant, die dit
werk doet. Zelfs de politie stuurt wel
eens mensen naar hem toe om repara
ties aan auto's te verrichten, wat verd.
met voorbeelden illustreerde. Verd. zei
te studeren voor het diploma, maar de
Ambtenaar wees hem er op, dat hij dan
tot zolang geen auto-reparaties mag
verrichten.
De eis luidde 30.boete of 12 d.h.
De rechter zal op verzoek van verd.
schriftelijk vonnis wijzen.
D. Kleijn, Ouddorp, niet versch,, ge
reden zonder rem op carrier 2.of
1 dag hechtenis.
J. V. Noort, O'Plaa't, niet versch, in
gras van ander gelopen 3.of 2 d.h.
St. V. d. Velde, Nieuwe Tonge, niet
versch'. Geen rijbewijs 10.of 4 d.h.
L. A.' V. Dam, O'Plaat, niet versch.,
overtreding leerplichtwet, 15.^of 8
d.h., omdat hij zeer onverschillig en on
beschoft is.
P. A. Duhen, Dirksland,, niet versch.,
geen rijbewijs 15.of 6 d.h.
KI. Tanis, Ouddorp, had groenten in
zijn vleeswinkel gehad. Verd. zei dat hij
van de slagerij niet bestaan kan, dus
mede een groentezaak exploiteert, wel
ke buiten gedreven wordt. Bij slecht
weer zet men kersen enz. wel eens in
de slagerij. Dit deed spr. nu al 12 jaar.
„Er zit toch geen bezwaar in ook",
meende verd. „In de kruidenierswinkels
verkoopt jnen van alles, worst, vet en
vis incluis, en dat mag wel!
De ambtenaar meende dat dit wel een
gerechtvaardigde grief van de slagers,
was, maar men heeft te rekenen met de
wet op het vleesbedrijf, Verd. werd ver
oordeeld tot 7.50 of 5 d.h.
Voor het niet tijdig sproeien van aard
appelen tegen de coloradokever werden
veroordeeld: J. Maliepaard, Stad aan
't Haringvliet 10.terwijl een hele
groep Stadtenaars ook voor hetzelfde
feit ter verantwoording werden geroe
pen, die echter allen de schuld naar de
sproeiers verlegden. Hun zaken werden
aangehouden tot de volgende zitting.
B. A. de Gast, Dirksland, had als
autoverhuurder geen verzekering tegen
wettelijke aansprakelijkheid, afgesloten.
„Waarom deed je dat niet?"
„Uit principiële overwegingen".
„Maar je mag toch je boeltje wel
verzekeren?"
„Ik meen juist vail niet!"
De ambtenaar was van oordeel, dat
aan de wettelijke bepalingen dient te
worden voldaan en eiste 15.of 6
dagen hechtenis.
„Bij welk kerkelijk genootschap
behoort U?"
„Bij de Geref. Gemeente."
„Maar je kerkelijke voorgangers
zegge» zelf, dat het een persoonlijke
zaak voor je is. Als die er nu persé op
stonden, dat je het niet mocht doen, was
het nog wat anders! Ik moet je echter
vrij spreken, omdat er een element in
de dagvaarding ontbreekt, maar het is
jammer dat we dergelijke mensen voor
zoiets voor het Kantongerecht krijgen,
't Is veel beter om te verzekeren, want
je komt er toch niet van onder.
K. Saarloos, Oude Tonge had een
luchtbuks vervoerd, wat verd, bekende.
Hij schoot altijd mussen bij van Schel
ven en toen hij een keer daarheen op
weg was, zag hij een aardig plukje
mussen zitten, die hij niet kon nalaten
„te pikken." De ambtenaar eiste 10.
of 10 dagen met verbeurdverklaring van
de buks: Omdat verd. soebatte de buks
terug te krijgen, daar deze van een
an3er was en bij feestelijke gelegenhe
den te Oude Tonge niet gemist kon
worden,«veroordeelde de rechter hem
alleen tot 10.boete.
T". Quist, Oude Tonge, had koeien
laten lopen op land van van Vught dat
met tarwe bezaaid was. Verd. verweer
de zich, dat v. Vught zgn dammen ver
breed had, waardoor de hekken te smal
werden, terwijl er ook geen vleuken aan
de hekken zaten, zodat vermoedelijk de
koeien daardoor op het land gekomen
zijn. Werd aangehouden om get. van
Vught te horen.
Adr. Scherpenisse, Herkingen, had
langs, de weg geschreeuwd, wat verd.
ontkende. Een zijner kameraads, de
Geus, had volgens hem geschreeuwd.
De ambtenaar geloofde er niet veel
van, hield zich aan het procesverbaal
en eiste i.boete. De rechter wilde
echter verbalisant Veltkamp nog horen.
K. de Jong, Herkingen stond voor het
zelfde feit terecht. Ook hij ontkende
en stak het op de Geus. Wordt even-
een^ aangehouden.
Joh. V. d. Berg, S'dijk niet versch.,
had autobanden opgestookt, wat een ge
weldige stank in de buurt verspreidde
;Eis 10.boete, doch de rechter
hield dit geval een maand aan.
L. de Korte, Oude Tonge, had zonder
vestigingsvergunning het schildersbe
drijf uitgeoefend. Verd. zei in loondienst
bij landbouwer Buijs geweest te zijn,
doch geen onderneming te hebben, Buijs
had hem divers schilder- en teerwerk op
gedragen. Ook had hij bij C. Bugs een
zolder geverfd. De ambtenaar zag er
wel enigszins een ontduiking van de
vestigingswet in, doch verd. hield vol
alleen werkzaamheden in opdracht van
anderen uit te voeren, hij moet er van
eten. De ambtenaar eiste 4.of 2
d.h., doch de rechter wilde eerst J. Buijs
nog eens horen.
Jac. Luijendijk, Ouddorp, liet zich op
rijwiel voorttrekken door auto 5.-
of 2 d.h.
L. Bakker, Dirksland, niet versch.,
had kruisnetstokken vervoerd op fiets
4.— of 2 d.h.
voot elke vrouwen- en meisjeshand,
vooral in herfst en winter, is een
tube Hamea Gelei (Mijnhardt) pr. 75 et.
NIEUWE BONÏ^EN VOOR TABAK
.Wijziging in de bonaanwijzing.
Van 24 October af zullen de bonnen
voor tabak tegelijk met de bonnen voor
voedingsmiddelen worden bekend ge
maakt.
In de bonnenlijst van 21 October zul
len derhalve bonnen worden aangewe
zen voor 6 rantsoenen tabak (tabaks-
kaart) en 2 rantsoenen tabak (gecom
bineerde kaart), bestemd voor het tijd
vak van 24 October t.m. 6 November.
In verband hiermede worden voor de
week van 17 t.m. 23 October van de
tabakskaart de bon Tabak 1X6 voor
twee rantsoenen sigaretten of kerftabak
en van de gecombineerde kaart de bon
Tabak 119 voor één rantsoen sigaret
ten of kerftabak aangewezen.
EMIGRATIE NAAR AUSTRAUE
THANS MOGELIJK
Mede als gevolg van het ontbreken
van voldoende scheepsruimte was emi
gratie naar Australië tot nu toe op gro
te schaal niet mogelijk. Thans is hierin
een wijziging ten goede gekomen. Medio
December zal n.l. een emigrantenschip,
het s.s. „Volendam", met een plaats
ruimte voor 1450 man, een reis naar
Australië maken. Er is in dat land gro
te behoefte aan arbeiders, vooral op het
platteland. Met name ook voor niet vak
arbeiders zijn er goede kansen, mits het
maar flinke jonge kerels zijn die, hoe
wel zij geen bepaalde opleiding hebben
genoten, toch enige kennis van b.v.
landbouwwerkzaamheden hebben. Zij
moeten bereid zijn de handen uit de
mouw te steken en voldoende intelli
gent om vlug aan te leren. Handigheid
om met machines om te gaan is voor
al van waarde.
Bij voorkeur worden ongehuwden ge
vraagd, of echtparen zoSder kinderen
in de leeftijd van 2035 jaar. Ook kun
nen een beperkt aantal gezinnen met 1
of 2 kinderen worden geplaatst.
Degenen die voor emigratie naar
Australië belangstelling hebben kunnen
zich daartoe aanmelden bij de Geweste
lijke Arbeidsbureaux en bijkantoren,
waar ook nadere inlichtingen omtrent
werkgelegenheid, lonen enz. worden ver
strekt. Degenen die zich reeds eerder
bij de Stichting Landverhuizing Neder
land voor emigratie naar Australië heb
ben aangemeld, doch wegens gebrek aan
passage mogelijkheid nog niet konden
vertrekken, kunnen thans volstaan met
dit aan het Arbeidsbureau van hun
woonplaats mede te delen, waardoor
hun aanvraag automatisch in behande
ling wordt genomen.