pi^^rr^Weg^
SCHREIEDER
Schouten spreekt
op Flakkee
Kantongerecht Sommelsdijk
-^•«s:
CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG
voor de ZUID-HOLLANDSCHE en ZEEUWSCHE EILANDEN
(De saak
NEDERLAND HEEFT XEVEEL
OUDE PERSONENAUTO'S
1648 1948
Herdenken of bedenken
fr
,,Hij die hier binnen gaat.
Laat alle hope varen 1"
EIIAflDEII-IIIEUl/S
Bureau: Prins Hendrikstraat 122c
Middelhamis, Telef17, Giro 167930
Postbox 8. Telefoon Drukkerïj 19
WOENSDAG.16 JUNI 1948 20e JAARGANG No. 1728
Abonnementsprijs 1.50 p. kwartaal
Advertentieprijs 12 et. p. millimeter
Bg contract speciaal tarief.
De Nederlandse Dagbladpers heeft,
een enkel blad uitgezonderd, felle cri-
tiek geuit tegen het op vrije voeten stel
len van de Kriminaldirektor der Sicher-
heltspolizei. Men is allerwege van
mening, en wrij delen die opinie, dat die
vrijlating een belemmering vormt, om
het beruchte Engeland-Spiel, dat zulk
een bloedspoor onder ons volk heeft na
gelaten, nader uit te zoeken.
De procureur-fiscaal van het Bijzon
dere Gerechtshof, Mr. Zaaijer, moet uit
de pers kennis nemen, van een scherp
commentaar, tegen het getuigschrift,
dat hij Schreieder bij zijn bevrijding
heeft meegegeven n.l. „dat het een knap
en correct politieman is."
Deze zaak is, begrijpelijk, tot in de
Tweede Kamer doorgedrongen, waar
vragen aan de orde kwamen van de
heer Goedhart (arb.) die door minister
van Maarseveen werden beantwoordt.
Men staat er altijd weer verbaasd
over hoe „ambtelijk" zulke vragen wor
den beantwoordt.
De Minister betoogde, op de verkla
ring van de Haagse procureur-fiscaal,
dat Schreieder een zeer knap politie
man is, deze blijkbaar in technische zin
is bedoeld. Dat hij „correct" was, slaat
kennelijk op het feit dat Schreieder de
door hem of zijn ondergeschikten ver
hoorde arrestanten behoorlijk behandel
de en tegen mishandeling van hen
waakte en optrad. Keurig gezegd! Of
de vraagsteller er mee tevreden is, wa
gen we te betwijfelen!
Twee dingen zijn uit het antwoord
van Minister van Maarseveen wel ko
men vast te staan; n.l. dat Schreieder
nog altijö kan worden vervolgd en dat
het uitzoeken van het Engeland-Spiel
niet in de doofpot wordt gestopt. De
Minister noemde Schreieder „knecht
van een barbaars regiem" en zijn ge
drag uit zedelijk oogpunt te laken.
Wij geven hier een citaat weer uit de
Dagbladpers, .om te laten zien, dat men
allesbehalve tevreden is, en men weinig
vertrouwen heeft in de maatregelen,
waarover Minister Maarseveen in de
Kamer sprak.
De Nieuwe Courant uit zich daarover
als volgt:
„Deze maatregelen komen boven
dien rijkelijk laat en alleen daarom
reeds zal het onderzoek op grote be
zwaren stuiten. Toch achten wij het
zaak uiting te geven aan ons ver
trouwen, dat het onderzoek met be
kwame spoed en zonder aanzien des
persoons zal geschieden. Het Bngland-
Spiel dreigt een cause célèbre te wor
den, of in goed Nederlands: een poli
tiek en justitieel schandaal. Indien
Nederland inderdaad nog een rechts
staat is, zal hier opening van zaken
moeten worden gegeven en bestraf
fing moeten volgen van hen, die door
'laakbaar gebrek aan verantwoorde
lijkheidsbesef honderden mensenle
vens nutteloos verloren deden gaan.
Dan is er ook gelegenheid voor
rechtsherstel van hen, die, nu, als
slachtoffer van al deze geheimzinnig
heid, als slechte vaderlanders ge
brandmerkt werden."
De KNAC raamt het totaal aantal
motorrijtuigen per 1 Juni 1948 op
226.300, verdeeld als volgt: personen
auto's 76.000, bussen 4800, motorrijwie
len en driewielers 79.000, vrachtauto's
en tractoren 66.500. Op 1 Mei 1940 wa
ren deze getallen resp. 104.000, 76.000,
4700, 71.500, 66.500.
De kwaliteit van het motorrijtuigen
park staat nog aanzienlijk ten achter
bij dat van vooi\de oorlog.
Voor wat betreft het personenwagen-
park, dat thans meer dan anderhalf
mtial intensiever wordt gebruikt dan
voor 1940, moge dit blgken uit het feit,
dat ongeveer 3/5 deel van vooroorlogse
fabrikaat is.
„Indien Nederland nog een rechts
staat is" schrijft dit blad! En bepaald
vleiend voor onze justitie is ook niet,
wat de heer L. de Jong directeur van
het Bureau Oorlogs-documentatie publi
ceert:
Dat de Nederlandse wetgever, het
beter wetend dan het Internationale
Hof in Neurenberg, geweigerd heeft,
de Duitse Sicherheitsdienst als misda
dige organisatie te bestempelen,
waarvan alleen al het lidmaatschap
voldoende zou zijn voor een strenge
straf, is erg genoeg; en dat men
Schreieder, omdat hij niet eigenhan
dig moorden pleegden, vrijuit laat
gaan, is slechts gevolg van dit na
tionale falen. Daarna had Nederland
op zijn best zwijgend van schaamte
dit heerschap over de grens kunnen
petten.
Wanneer wij deze zaak en véle ande
re rechtspraken bezien, ook van politie
ke delinquenten, dan moeten wij zeg
gen, dat de waardigheid van de Neder
landse rechtspraak sterk is ingeboet.
In het begin, na de bevrijding hadden
we de „volksgerichten" waar het volk
zélf recht deed en wat werd toegelaten,
om de massa te bevredigen. Daar is
veel bij gebeurd, wat in een woord
schandalig te noemen is. De leken
rechtspraak, die bij de berechting van
politieke delinquenten is ingesteld, heeft
ook niet bevredigend gewerkt. Geen
wonder, dat de juristen er appèl tegen
aantekenden.
De „volks-gerichten" werden toege
laten om de publieke opnie te bevredi
gen. In de zaak Schreieder is de publie
ke opninie wel zeer onbevredigd gela
ten. En het, Nederlandse recht, dat ver
re buiten onze grenzen zulk een hoge
naam had, is na de oorlog sterk aan het
wankelen.
Ds. V. d. Kooy van Nieuwe Tonge
schreef in het Geref. Weekblad een ar
tikel onder bovenstaande titel, ter her
denking van de Munsterse vrede en hoe
de Nederlandse Gewesten in 1648 als
vrije en souvereine Staten en Landen er
kend werden.
Aan het slot van dit artikel schrijft
Ds. V. d. Kooij het volgende:
„Bedenken wij in het heden dus. wat
de historie ons te zeggen heeft in het
herdenken.
Nederland kwam na langen en vaak
hangen worstelstrijd vrij als een Gere
formeerde Republiek, met de Hervorm
de (Gereformeerde) Kerk als Vader
landse Kerk.
En nu?
Wordt niet de handhaving der Gere
formeerde beginselen in leer en leven
losgelaten
In leven: waar het woord Gerefor
meerd" maar een leuze in zelfingeno-
mendheid is en geen keuze des harten
in waarheid.
En aangaande de leer: reeds gehele
streken van ons Vaderland keerden zich
van de oude leer af mettertijd.
We denken ook aan het ontwerp
nieuwe kerkorde. Eist zij uit
drukkelijk de handhaving der
oude leer? Wordt die band aan het ver
leden, die onder het synodaal bestuur
nog eeri officiële erkenning vond in al
gemeen reglement; art. 11, losgemaakt
ten vervolge op al de bestuurlijke slap
heid in de practgk!
In dit Gedenk jaar is het verleden een
aanklacht tegen ons!
Ook „het heilig schrift der historie",
dat ons melding maakt van den bloe-
digen strijd om de waarheid, getuigt te
gen ons. En God is Rechter!
1648—1948. Een feestelijk jaar blijkt
dit gedenkjaar niet te zijn. Werd er ge
kend een droefheid naar God? We
mochten allen wel zeggen: „Wg hebben
God op 't hoogst misdaan."
16481948. Drie honderd jaren Ne
derland. Spreekt het ook van een be
gin en een einde?
De Nederlandse Staat werd gekozen
uit de belijdenis der kerk. Hij zinkt er
ook mee weg. Is er dan geen reden tot
treuren, ja, wenen? Als men Vaderland
en Moeder Kerk stervende ziet, behoor
den wij dan niet te schreien?
Maar onze blik zie ook vooruit. Het
ontga dan aan onze aandacht niet, dat
het oude Kanaan, bij het verzinken van
het Wester Kanaan, weer aan beteke
nis wint. De HEERE is getrouw. En die
Verbondsgetrouwe God, gedenke ^om
Zijns Zoons wil, ook onder ons volk een
overblijfsel, naar Zijn Naam, genoemd.
Ga daarvoor de smeking op!"
Verzachb-Geneest
De Heer J. Schouten, de Leider der
Anti-Revolutionaire Partij, hoopt op 23
Juni a.s. op ons eiland een verkiezings-
rede te houden onder de titel „Hoge
goedieren".
Aanvangsuur en plaats zullen nader
bekend gemaakt worden.
Zitting vain Vrijdag 11 Juni 1948.
C. V. Putten, Dirksland, niet versch.,
had zonder achterlicht gereden en bij
controle door de politie een grote mond
opengedaan. „Ik kan niet begrijpen dat
je op zulke onnozele dingen let", had
hij gezegd en tal van uitlatingen gebe
zigd, die de am.btenaar van het O.M.
beneden alle peil vond, waarom hij 10.
of 4 d.h. eiste. De Kantonrechter be
krachtigde deze eis en veroordeelde hem
conform. „Er schijnen mensen te zgn,
die vergeten, dat in deze verworden
wereld de politie met argus-ogen waakt
over de ongerechtigheden", voegde hij
aan de uitspraak toe.
J. L. Koert, had te Ouddorp een aan
rijding veroorzaakt met een motorfiets.
Verd. erkende het feit, doch zeide mid
den op de weg gereden te hebben om
dat het uitzicht zo slecht was. Get. W.
V. Alfen verklaarde dat verd. niet snel
reed en zijn motor tamelijk-beschadigd
werd. De eis luidde 20.— of 8 d.h.
Uitspraak idem.
W. A. Roelofs, St. Jansteen had te
Middelhamis op de Kruising Langeweg
V. Aerssenstraat geen voorrang verleend
aan het van. rechts komende verkeer,
waardoor een aanrijding ontstond, met
een P.T.T. auto. Verd. verkla,arde geen
signaal gegeven te hebben, doch zeer
langzaam te hébben gereden. Get. Pel-
likaan zei ook, dat men van rechts niets
had zien aankomen. De botsing had
plaats toen het kruispunt reeds was ge
passeerd. Het O.M. eiste 20.— of 8
d.h. waarmee verd. zeide zich niet te
kunnen verenigen. Hij meende het on
geluk niet te hebben kimnen voorko
men, olhdat hij al voorbij de kruising
Wé,s.
De Kantonrechter was het niet mêt
hem eens. Hij vond, dat verd. langza
mer gereden moest hebben. „Een stroom
*- Dé kreupele hond, de haas en de
rattenfarm.
Een hondenführer
De bakker, die advocaat had
moeten worden.
van vreemdelingen verontrust met hun
auto hier de omgeving en als enige
herinnering laat men enkele wrakstuk
ken na, die doen vermoeden dat het
vroeger een auto was", concludeerde hij
De Kantonrechter zal aangeredene
van Roon nog eens horen.
In de aangehouden zaak van Tiele-
man te Nieuwe Tonge werd mej. Kop
penaal gehoord.
-„Dat heeft veel moeite gekost om
jou hier te krijgen", zei de rechter. Hoe
kwam dat?
Ik moest'het potje koken voor
m'n oude man, meneer!"
„Vergeet niet, dat het Kantonge
recht vóór het potje van je man gaat,
hoor!"
Get. verklaarde dat het paard van
Tieleman door 't hele dorp liep en scha
de in de tuinen veroorzaakte. De amb
tenaar eiste tegen verd., die niet ver
schenen w'as 10.o'f 4 d.h. en de
Kantonrechter sprak eenzelfde vonnis
uit.
G. P. A. Spieringhs, niet versch. had
een aanrijding te Ouddorp veroorzaakt.
Verbalisant Breedveld bleef bij zijn pro
cesverbaal en Get. Jan Grinwis ver
klaarde aangereden te zijn door verd.
omdat deze aan de linkerkant van de
weg reed en ze zaten te „jutteren" aan
de auto; het ging niet goed.
Het O.M. eiste 25.— of 10 dh. Uit
spraak 20.of 10 d.h.
P. J. Heintjes, Oude Tonge had met
een vrachtauto op de Molendijk ach
ter een hengst gereden op zodanige wij
ze, dat dit dier ging steigeren en hij
bijna de geleider tegen de voeten reed.
Verd. was het met de dagvaarding
niet eens. Htj zei de auto gestopt en
niet vlak achter ide hengst gereden te
hebben. De geleider had de stok uitge
stoken om naar links over te steken.
Get. G. Jonker, verklaarde de hengst
te hebben zien steigeren, doordat de
auto te kort op zijn hielen zat.
Deze zaak werd aangehouden om get.
de Graaf nog te horen.
C. Wolfert, Dirksland had zijn hond
niet teruggeroepen, toen deze een haas
achtervolgde. Verd. beweerde dat zijn
hond een gewone straathond, een rat
tenvanger was, die meestal op drie po
ten huppelt en niet in staat is een haas
te vangen.
Wijdlopig verteld verd. de onmisbaar
heid van zijn kreupele' viervoeter, om
dat hij in de buurt van een „ratten
farm" woont, waar wel een millioen
ratten huizen. „Ik denk dat het net an
dersom is. Edelachtbare: de hazen heb
ben mijn hond opgezocht!"
„Je bent een man van logische deduc
ties en ijzeren consequenties" zei de
rechter.
Met voorbeelden uit de praktijk
trachtte verd. de kantonrechter aan te
tonen, dat alleen hij de man was, die
door jachtopziener van Broekhoven
werd gezocht.
„Heb je nu je hart voldoende gelucht
over de treurige toestanden op dit ge
bied?" vroeg de rechter.
„Ja! zei verd. Maar van Broekhoven
heeft me nooit gewaarschuwd dat ik
mijn hondje thuis moest houden. Hij
heeft zelfs het beest geschopt! En die
hazen, ze vreten alles op!
Get. v. Broekhoven verklaarde dat de
hond van verd. zó kreupel is, dat htj
een haas inhaalt! Hij had verd. ge
waarschuwd, maar zijn hond niet ge
schopt.
„Je hebt me nooit gewaarschuwd",
beet verd.
„Ik heb je wèl gewaarschuwd! Je
hond loopt altijd achter hazen aan!"
„Van Broekhoven -wil een honden
führer zijn", legde verd. uit. „Allemaal
wil hij ze doodschieten; dat is dictator
achtig!"
„Ophouden" zei de Kantonrechter,
die verd. vrij moest spreken omdat niet
bewezen was, dat de jachtpartg te
Dirksland had plaa.ts gevonden.
Daar keek verd. van op.
„Maar je krijgt een mooie striep door
je naam, die boekdelen spreekt; denkt
daaraan", zei de rechter toen verd. met
Zie voor vervolg pag. 2 Ie kolom