Het bezoek van H.H.K.K.H.H. Prinses-Regentes Juliana
en Prins Bernhard op a.s. Maandag.
(De Kerk en de Tram.
MEDITATIE
Ingaan in 't Heiligdom.
Nadere bijzonderheden
Dirksland, Melissant en Her
kingen krijgen een nieuwe
Burgemeester.
EIIAnDEn-IIIEUl/S
Bureau: Prins Hendrikstraat 122 c
ICddelhamls, Telef. 17, Giro 167930
Postbox 8.< Telefoon Drul^erq 19
CHR. WEEKBLAD OP GEREFORMEERDEN GRONDSLAG
voor de ZUID-HOLLANDSCHE en ZEEUWSCHE EILANDEN
ZATERDAG 25 OCTOBER 1947 20e JAARGANG No. 1665
Abonnementsprijs 1.50 p. kwartaal
Advertentieprijs 12 et* p. millimeter
By contract speciaal tari^.
Voor ons ligt de Kerkbode voor de
Ned. Herv. Gemeenten in de Ring Tho-
len" van 18 Oct. 1947. We snuffelen
daar wat in. Het Kerknieuws heeft on
ze bijzondere belangstelling. Het brengt
ons op de hoogte van het kerkelijk leven
in onze streek.
De kerk heeft onder ons nog een do.
minerende overwegende plaats. We we
ten het, er is veel vorm, doch ons volk
erkent nog in grote meerderheid de
plicht om op te gaan naar Gods huis om
het Woord te horen.
Een goede gewoonte. Ook een gewoon
te van de Heere Jeeus. Hij gfing naar
gewoonte op de Sabbath naar de Syna
goge, niet wit gewoonte. Het moge onder
ons meer en meer zo worden.
De grote afval van de kerk, zoals wij
die bijv. in statistische gegevens meer
malen onder het oog kregen, betreffende
onze hoofdstad, wordt hier gelukkig niet
gevonden.
Wel constateren we verval. De „op
gaande" schare wordt kleiner. De tijd
geest ondermijnt ook bij ons het ge
hoorzaamheidsbesef aan het bevel Gods,
om op de Zondag naarstig ten huize
Gods te komen, het Woord te horen, de
sacramenten te gebruiken en de armen
Christelijke handreiking te doen.
Daarom is een opwekking tot getrou
we opkomst naar de kerk noodzakelijk,
ja eis voor degenen, die als predikant
of ambtsdrager, in het kerkelijk leven
een vooraanstaande plaats innemen.
Moeten wij die eis niet brengen onder
het ambt aller gelovigen?;
„Kom ga met ons en doe als wij!"
Leeft niet teveel, ook onder ons: „Ben
ik mijns broeders hoeder?" Vergeten we
toch nooit wie dat gezegd heeft. Nie
mand zal begeren Kaïn te heten.
Doch genoeg.
De dominee van St. Filipsland blijkt
in deze zijn plicht te verstaan. Hij roept
zijn mensen op trouw ter kerk te ko
men. En hij biedt met zijn kerkeraad
hen daarbij de helpende hand, door de
kerkdienst op Zondagmorgen 10 min. te
verzetten. Nu kunnen de „buitenmen
sen" met de tram komen en nog op tijd
in de kerk zijn.
'Eerlijk gezegd valt de opwekking van
dominee in deze vorm ons tegen.
Hij acht het, en terecht, een smaad
traag te zfln in de dienst des Heeren.
Doch, dat men die traagheid moet la
ten varen door op Zondag gebruik te
maken van een openbaar yervoemaiddel
wil er bij ohs niet in.
Wij menen dit in flagrante strijd te
zijn met de heiliging van de Zondag en
zouden nimmer durven adviseren zoals
dominee deed.
Ook achten wij het gebruik maken
van de tram op Zondag in strijd met de
Zondagsrust naar Gereformeerde opvat
ting, volgens welke alle slaafse arbeid
verboden is. Wij kunnen het vervoer van
kerkbezoekers in dit verband niet zien
als een werk van noodzakelijkheid. Het
kan naar onze mening anders, en moet
anders.
Waar een wil is, is een weg.
De weg die dominee noemt, achten
wij absoluut ongeoorloofd.
Het personeel van de tram doet dienst
ook zonder kerkgangers-passagiers,
doch wij zouden door ons kerkbezoek
geen mede-verantwoordelijkseid durven
nemen voor hun~ arbeid. -
We braken nu de grenzen der chris
telijke vrijheid.
In dit geval wordt de grens bepaalt
door het karakter van de Zondag, zijnde
de Dag des Heeren.
Wij kunnen het niet anders zien als
«ntwflding wanneer men op Gods dag
Dewijl wij dan. Broeders, vrijmoedig
heid heiblben om in te gaan in het
I Heiligdom door het bloed van Je.
zus, op enen versen en levenden
weg, welke Hij ons ingewijd heeft
door het voorhangsel, dat is doof
Zijn vlees, en dewijl wij hebben een
grote Priester over het huis Gods,
zo laat ons toegaan met een waa,r-
aohtig hart, in volle verzekerdheid
des geloofs, onze harten gereinigd
zijnde van het kwade geweten en
het lichaam gewassen zflnde met
rein water.
Hebr. 10 19—22.
Paulus schrijft aan de Heibreën. Voor
de gelovigen uit de Joden was deze
Ibrief bestemd. Met welk een lieflijken
drang spreekt de Apostel de gelovigen
uit de Hebreen aan. Broeders zijn ze
hem, die eenzelfde dierbaar geloof heb
ben ontvangen en der Goddelijke natuur
deelachtig zijn geworden. Het doel van
zijn schrijven is hen te vermanen, hoe
in Christus, de grote Hogepriester over
het huis Gods alle voorgaande plechtig
heden des Ouden Verbonds zijn vervuld.
CShristus is m^eerder Hoogepriester dan
Aaron; Zijne offerande van meerder
waardij dan alle voorgaande offers.
Christus (heeft met éne offerande in
eeuwigheid volmaakt degenen, die gehei
ligd worden.
In onze tekst spreekt de Apostel van:
ingaan in het Heiligdom en dat met
vrijmoedigheid. Welk Heiligdom is dit?
Gezinspeeld wordt op de TabernaJtel,
waarin het Heilige der heiligen. Daarin
was de Arks des Verbonds met het Ver
zoendeksel. In dat binnenste Heiligdom
ging alleen de Hogepriester eenmaal (des
jaars, en dat niet zonder bloed, hetwelk
hij offerde voor ziohzelven en voor des
volks misdaden. Maar dat Heiligdom
en het ingaan in hetzelve met reukwerk
en het bloed was slechts een schaduw.
Neen, van dat heiligdom spreekt de Apos
tel niet. Hij doelt niet op enige plaats
hier op aarde, maar hij spreekt van de
hemel, de vaste plaats van Gods eeuwige
woning. Hij getuigt van het Heiligdom
des hemels, waar God woont en troont
met Majesteit en Heerlijkheid. Daarom
ook wel genaamd: de troon der genade.
„I^aat ons dan met vrijmoedigheid toe
gaan tot de troon der genade; opdat wg
barmhartigheid mogen verkrijgen, en
genade vinden om geholpen te worden
ter 'bekwamer tijd."
Het is door Christus dat de hemelen
geopend zqn en de toegang tot God is
ontsloten. Daarvan sprak Christus tot
Zijne discipelen, „al wat gij van de Va
der bidden zult in Mijnen Naam, dat zal
Hrj u geven, want de Vader zelf heeft vt
lief." Dat ingaan in het Heiligdom des
hemels is dan ook niet anders, dan har
ten en handen op te heffen tot God. Im
mers, op het gebed loopt het leven van
Gods volk uit. De Heere voert Zqn volk
met smekingen en geween. Het gebed is
het middelpunt van de redelijke Gods
dienst. Neen, zonder gebed kunnen Gods
kinderen niet. Het is de ademtocht hun
ner ziele, de kracht des harten.
En dat met vrijmoedigheid. „Wg
hebben vrijmoedigheid" zegt de
Apostel. Neen, hij zegt niet. wij nemen
vrijmoedigheid. Dat is eigen aan een ge
slacht, dat rein is in zijne ogen en van
zijn drek niet gewassen is. Die nemen
vrijmoedigheid, of 'liever vermetelheid of
roekeloosheid.
Wordt vervolgd.
Wij zijn thaiis in de gelegenheid 'onze
lezers in grote lijnen het programma van
het hoog bezoek aan Flakkee op a.s.
Maandag mede te delen.
Wanneer de Vorstelijke'peVsonen des
morgens te Hellevoetsluig arriveren, zal
aldaar de begroeting plaats hebben door
Mr. L. A. Kesper, Commissaris der Ko
ningin, in de Provincie Z. Holland, waar
bij tevens aanwezig ajn het college van
B. en W. van Hellevoetsluis. Per s.s.
„Minister Lely" van de R.T.M, zal hel;
hoge gezelschap naar Middelharnis va
ren. Gedurende deze vaart zal Mr. L. J.
den Hollander te Middelharnis inlichtin.
gen verstrekken over de wensen van
Flakkee inzake de ^aste oeververbin
ding.
Op het havenhoofd, waar de begroe
ting op Flakkeesen bodem zal plaats
hebtoen door Burgemeester Rijnders en
het gemeentebestuur van Middelharnis,
zullen enige sportverenigingen uit Mid
delharnis en omgeving zomede enige
Chr. Jeugdorganisaties zijn opgesteld.
van een openbaar vervoermiddel geibruik
maakt, ook al gaat men naar de kerk.
De bijbel geeft ons naast het reeds ge
noemde geen opsomming van wat mag
en niet mag op de Zondag. Wij wensen
ook geen farizeïstische geboden voor te
staan, of ter beleving voor te dragen.
Met de tijden veranderen ook de ge
woonten en gebruiken, doch in de dienst
des Heeren zijn wij naar onze mening
gebonden aan Zijn onverandermk Woord
Is men gezond en is er gelegenheid de
verkondiging des Woords te horen, men
make er gebruik van. Het is het middel
tot de zaligheid. Men doe er zo nodig
wat moeite vpor. Helaas is het spoedig
te koud of te warm of te ver; helaas
zijn daarnaast nog duizend-en-één uit
vluchten gangbaar. We gaan daar niet
op in. Men bedenke, dat het visnet wordt
uitgeworpen in de zee.
Begeert men „gevangen" te worden
men begeve zich daar waar Gods vis
sers het net uitwerpen. En dat het net
vol worde.
Is men niet gezond, of invalide, of
zijn er omstandigheden, die ons binden,
men grijpe dan ook de kansen, ons ge
geven. Er is overjarig en nieuw koren
in overvloed, en „Neem het iboek des
Heeren en lees."
Daarna- wördt^geredea■tOïSiaaupi-de'Uia:.
ven (kaai) en zullen de Vorstelijke Per
sonen zich lopende over de Voorstraat
naar het Raadhuis begeven.
Op de Voorstraat zal de schooljeugd
der Lagere School (plm. 1000 kinderen)
worden opgesteld, welke een zanghuldé
zullen brengen, door het zingen van een
Welkomstlied van de hand van Mevr.
Volwerk-Hommel.
De Transport-colonne van het Rode
Kruis, de Padvinders en de Muziekver.
,,Sempre Crescendo" zullen ook op de
Voorstraat aanwezig zijn, terwijl ook het
puibliek zal worden toegelaten.
Na ontvangst in de Raadzaal zal
Burg. Rijnders een rede houden, waarin
hij de belangrijkste aspecten van het
eiland naar voren zal brengen.
Een aantal vertegenwoordigers van
diverse instellingen en bevolkingsgroe
pen van het eiland zullen mede op het
Raadhuis aanwezig zijn, door welke en
kele geschenken zullen worden aange
boden. Ook behoort het Echtpaar A. F.
Rosendaal^van de Sande (de schoon
ouders van dhr. Jacobi) die juist Maan
dag hun diamanten huwelijksfeest hopen
te herdenken, tot de genodigden.
Wanneer Middelharnis wordt verlaten,
zal allereerst naar Stad aan 't Haring
vliet worden gereden, waar de school
jeugd en plaatselijke verenigingen zullen
defileren. Het diamanten echtpaar v. d.
Mast-Swartz zal het Prinselijk Paar een
geschenk aanbieden.
Vervolgens gaat het naar den Bom
mel, waar een rondrit door de gemeente
wordt gemaakt. Op de boerderij „Groe
newoud" van dhr. Leo Jacobs, een uit
de oorlog illegale plaats, zal een ontmoe
ting plaats hebben met vertegenwoordi
gers der illegaliteit. Daarna wordt de
reis voortgezet naar Oude Tonge, waar
een korte uiteenzetting zal worden ge
geven door Burg. van Dijk over de be
staansmiddelen der gemeente, de ver
langens der bevolking inzake de vaste
oeververbinding, de electrificatie van
Oost Flakkee en de herbeplanting der
gemeente. In een optocht van wagens
zal een en ander op symbolische wijze
tot uitdrukking worden gebracht.
Daarna is Achthuizen het doel van
de tocht. Waar Z.K.H. Prins Bernhard
een krans zal leggen aan de voet van
het gedenkteken voor de oorlogsslacht
offers onder de burgerbevolking.
iv^e-Ooltgensplaat zal een parade wor-i.i
den gehouden van rollend materieel, het.
welk gebezigd wordt bij het vervoer van
landbouwproducten. De voertuigen zul
len de ontwikkeling op dit gebied der
laatste 15 jaar weergeven.
Onder de koffiemaaltijd, die te Oolt-
gensplaat gehouden worden zullen Burg'.
Rijnders "en ir. van Beekom spreken
resp. over het werk der Flakkeese Ge
meenschap, en de gevolgen van de inun
datie, alsmede de maatregelen tot her
stel daarvan.
Na Ooltgensplaat wordt N'Tonge be
zocht, waar een defUé van verzamelde
ruiters van Flakkee zal plaats hebben,
terwijl te Herkingen, waarheen daarna
gereden wordt, de Visba,nk, waar nog'
steeds de Princevlag op staat, zal wor
den bezocht. Ook hier zal een cadeau
worden aangeboden.
Zie .voor vervolg pag. 2 Ie kolom
Bij Koninklijk besluit is per 1 Novem
ber a.s. tot burgemeester, van Dirksland,
Melissant en Herkingeh benoemd de
heer D. VAN HEUST te Middelljurg.
De heer van Heijst was voorheen
werkzaam aan de Provinciale Griffie in
Zeeland; thans is hij directeur bij de
Stichting herstel Zeeland, afdeling Wal
cheren.
De nieuwbenoemde is plm. 38 jaar
oud; politiek behoort hij tot de Antl-
Rev. partij, en kerkelijk tot de Geref.
Kerk. Hij is gehuwd en vader van vier
kinderen.
Deze benoeming houdt tegelijkertijd in
het eervol ontslag van waam. bunge-
meester Ottink, welke sedert de bevrij
ding, dus 2% jaar lang deze functie te
Dirksland heeft bekleedt.
De heer Ottink is bij alle lagen der be.
volking zeer gezien en een e.v. benoe
ming van zijn persoon, zou zeer zeker
zijn toegejuicht. De heer Ottink heeft
echter niet gesolliciteerd en blijft aan
het bedrijf van de fa. Kooman Co
verbonden.