y.tacl aan *t /Caringvliet Bij Ruwe Handen,^ PUROL 30 et. ^unA>€iAv 2 Bladz. EILANDEN-NIEUWS Woensdag 29 Jamuari 1947 ontvangt zijn nienwen bnrgemeester Fleurig waaien de vlaggen in den fris- schen vrieswind te Stad aan 't Haring vliet. De burgerij staat gereed haar nieuwen Burgemeester te ontvangen. Als deze per auto bij de „Weel'' arriveert, en ontvangen wordt door de heeren Sol daat en Saarloos, blazen de muzikanten der muziekvereen. V.I.O.S. zich bolle wangen en begroeten hem met luide fan fares. De Stadsche schooljeugd is mede aanwezig en in optocht gaat het dan den langen Molendijk over naar de kom der gemeente, waardoor een rondrit wordt gemaakt, die weer bij de Openbare School eindigt. Het ruime gymnastiek. lokaal is vol genoodigden en publiek, als de nieuwe Burgervader, vergezeld van zijn a.s. Echtgenoote, door Weth. Sol daat wordt binnengeleid. Dan opent wnd. Burgem. Braber deze bijzondere raadsvergadering met ge bed en leest daarna de Koninklijke be noeming van burgemeester A. L. C Prinkman voor. Vervolgens heet hij hem van harte welkom, en spreekt den wensch uit, dat de Heere hem wijsheid moge schenken om de bevolking van Stad als Burgemeester, maar ook als Burgervader te dienen. Vele zaken zul len Uw aandacht vragen, zegt spr. De haven van Stad, die een der drukste vaji het eiland is, waar millioenen kUo's veldvruchten over verwerkt worden, is door de Duitschers vernield. Plannen voor vernieuwing worden gemaakt; een brandspuit is aangekocht; een klok be steld. Als hoofd van het gemeentegezin hebt U te maken met menschen van ver schillende neigingen, belangen, politieke en godsdienstige richting, maar toch zult U de genegenheid van de burgerij kun nen winnen. Spr. betuigt zijn dank aan ambtenaar v. d. Boogert, die wegens ziekte verhinderd was aanwezig te zijn en hoopt dat hij den nieuwen burgemees ter evenzoo tot steun mag zijn als deze hem gedurende zijn waarnemingsperiode geweest is. 'Ook dankt hij allen, die hem dien tijd zijn taak hebben verlicht. Bij de aanvaarding van deze eervolle betrek king, treden wij U welwillend tegemoet, aJdus spr. Na hem 's Heeren zegen op zijn arbeid te hebben gewenscht, hangt hij den burgemeester het teeken zijner waardigheid, de ambtsketen, om. Burgemeester Brinkman daarna het woord voerende, sprak als volgt: Mijnheer de Loco-Burgemeester, Mijne Heeren, Wanneer ik voor de eerste maal in Uw midden verschijn en als Voorzitter van den Raad Uwer gemeente het woord neem, is het mij een behoefte, naast God, in de eerste plaats mijn eer biedigen dank uit te spreken jegens Hare Majesteit de Koningin, dat het haar heeft willen behagen mij tot burgem. van Stad aan 't Haringvliet te benoe men. Voorts betuig ik mijn oprechten dank aan Zijne Excellentie den Minister van Binnenl. Zaken die mij heeft voor gedragen en aan ZijnHoogEdelGestrenge den Heer Conunissaris der Koningin in deze provincie die mij op de voordracht heeft willen plaatsen, uit welker aandeel in de voorbereiding van mijn benoeming mij gebleken is, dat beiden mij dit ambt waardig hebben gekeurd. Het zal dan ook mijn ernstig streven zijn dit blijk van het in mij gestelde vertrouwen nim mer te beschamen. En waar ik het voor recht heb U mijnheer Sillevis als ver tegenwoordiger van den Heer Commissa ris der Koningin dezer provincie in ons midden te mogen zien, stel ik er prijs op U hartelijk welkom te heeten, waaraan ik moge toevoegen, dat Uwe tegenwoor. digheid bij mijn Installatie mij zeer aan genaam heeft getroffen. Mijnheer de Loco-Burgemeester. Door mij het teeken mijner waardig heid om te hangen hebt ge de verant woordelijkheid voor het wel en wee der gemeente Stad aan 't Haringvliet, welke sedert Juni 1946 op Uwe schouders heeft gerust op mij overgedragen. Ook al gaat het in de gemeente nog zoo rua- tig, toch waart gij de man op wie het aankwam. Ik ben er dan ook van over tuigd mede namens de geheele Raad te spreken, wanneer ik U op dit oogenblik bijzonder dank zeg voor de wijze, waar op door U tijdens de vacature het bur gemeesterschap is waargenomen. Ook dank ik U zeer voor de sympathieke woorden en wenschen zoojuist tot mij gericht. Moge het U gegeven zijn de belangen onzer gemeente in Uw functie van wethouder nog vele jaren te dienen. Mijne Heeren. Voor U zoowel als voor mij is het heden, 24 Januari 1947 een overgang. Ruim 20 jaren werd het burgemeester schap Uwer gemeente en het Voorzitter schap van Uwen Raad door één en den zelfden persoon bekleed. Wij staan thans aan het begin van een nieuwe periode, waarin wfl, (gij en ik) gezamenlijk de belangen der gemeente zullen hebben te behartigen. Gaarne geef ik U de verzekering, dat ik al mijn krachten zal geven om die plaats die mijn ambtsvoorganger, de heer Nieborg, zoovele jaren in Uw mid den heeft ingenomen, tot Uw aller te vredenheid ,,naar ik hoop" te vervullen. Toen ik voor enkele weken mijn eerste bezoek aan IJwe gemeente, welke ik thans ook de mijne mag noemen, bracht, was ik verrast door de wijze waarop U heeren Wethouders mij tegemoet zijt ge treden. Ik mocht onder meer vernemen welk een prettige sfeer er steeds heersch- te in de vergaderingen van Uwen Raad. Het deed mij goed dit te mogen hooren! Wil ik mijn taak naar benooren vervul len, dan heb ik noodig het onverkort vertrouwen en de volle en gestadige me dewerking van U, heeren Raadsleden. Het is natuurlijk mogelijk, dat onze op vattingen wel eens zullen verschillen, maar ik vertrouw, dat wij ook bij ver schil van meening elkander zullen wil len verstaan en alleen dit doel voor oogen zullen houden, het waarachtig zoeken en voorstaan van de belangen der gemeente Stad aan 't Haringvliet en hare burgerij. Het is mijn oprechte wensch dat ieder zonder breedsprakigheid het zijne zegt en dat ondanks verschil van politiek in zicht de juiste toon zal worden gevonden en bewaard. Laat ons in goede harmonie met lust en volharding samenwerken! Ook op U, heeren wethouders, doe ik nogmaals een beroep. Laten wij elkan der wederzijds verstaan en als College één van zin ons wijden aan het gemeen tebelang. U, mijne Heeren, verwacht van mij wel niet een bepaald program! U verwacht van mij ook niet een serie be loften! Wel wil ik U zeggen, met volle toewijding te zullen beginnen, mij in te werken in al datgene, wat het belang der gemeente betreft. Voorloopig zal ik mij laten leiden door de plaatselijke toe standen en gewoonten, om daarna, wan neer ik ingewerkt zal zijn, met Uwe hulp, te trachten te verbeteren wat ver betering behoeft en te vervolmaken, wat naar mijn meening nog niet is, zooals het wezen moet» Vanzelfsprekend zal hierbij rekening worden gehouden met de financieele toestand der gemeente, welke dank zij het gevoerde beheer, naar ik mocht vernemen, voor deze tijden niet bepaald ongunstig is te noemen. Echter niet alleen het gemeentebelang vraagt onze volle aandacht, zeer zeker ook de belangen van het eiland Goeree- en Overflakkee! Toen Zijne Excellentie de Heer Minister van Binnenl. Zaken onlangs een bezoek bracht aan ons eiland, in tegenwoordigheid van den Heer Commissaris der Koningin in deze provincie, heeft deze zich uitgesproken dat zijn belangstelling niet alleen uit zou gaan naar den wederopbouw en het herstel der landbouwgronden van ons door den wreeden oorlog zoo zwaar ge troffen eiland, doch ook naar de electri- citeitsvoorziening van het Oosten van het eiland, alsmede naar een vaste oever, verbinding. Mogen deze plannen, waarbij ook onze gemeente ten nauwste is be trokken, spoedig tot verwezenlijking worden gebracht. Aan onzen steun en medewerking mag het niet ontbreken! Gaarne breng ik dank aan den Heer van den Boogert, die zeer tot mijn spijt wegens ziekte verhinderd is hier aan wezig te zijn, voor de wijze waarop met zorg en toewijding het secretariaat de zer gemeente gedurende de vacature is waargenomen en eveneens voor de har telijke ontvangst bij mijn eerste bezoe ken a:an Stad. Van enkele keeren kent men elkaar nog niet, echter men heeft een indruk. Wij zullen dagelijks met el kander in contact staan. Gaarne ver trouw ik Op zijn medewerking bij het werk, dat ons wacht en geef hem de ver_ zekering, dat hij daarbij op mijn volle steun kan rekenen. Ook op U, die op welke wijze dan ook aan deze gemeente zijt verbonden of haar diensten bewijst doe ik een beroep. Dat gij heeren van de Rijkspolitie het bij mijn eerste bezoek aan de gemeente noodig hebt gevonden Uwe opwachting te maken is voor mij waarborg, dat ge U, ook al zijn de verhoudingen burge- meester-politie, gansch anders dan voor heen, op het standpunt stelt, dat over leg in politiezaken geboden is. Ik mocht U reeds zeggen, dat samenwerking door mij ten zeerste op prijs wordt gesteld. Mijne Heeren. Ge zult willen begrij pen, dat het heden voor mij een vreug devolle dag is, omdat met het aanvaar den van dit mooie ambt, één mijner idealen in vervulling is gegaan. Ik geef U de verzekering, dat het mijn wensch en voornemen is de belangen dezer gemeente en haar inwoners te dienen met alle gaven mij geschonken. Boven de partijen staande zal ik mij beijveren met een ieders belang rekening te houden. Allen zonder onderscheid zullen bij mij vinden een open oor en hart. Spoedig hoop ik met mijn a.s. echt genoote mijn intrek in de gemeente te nemen om alsdan met U mee te mogen leven in Uw aller wel en wee en belang te stellen in aller lot. Tenslotte doe ik een beroep op gansch de burgerij. Met de bede, dat God mij kracht en wijsheid moge geven om mijn ambt naar behooren te vervullen verklaar ik hier mede, mijne heeren, het Voorzitterschap van Uwen raad te hebben aanvaard. De heer Saarloos sprak namens de A.R.-fractie en bekent dat de benoeming van den nieuwen bur gemeester tot hem niet aangenaam in de ooren geklonken is. Niet dat hij iets tegen den persoon van burg. Brinkman heeft, maar wij hadden het ambt liever aan één onzer ingezetenen gegund, zegt spr. We hebben er ons echter bij neer te leggen. Spr. hoopt dat de nieuwbenoem de tot aller voldoening de gemeente naar betere tijden mag leiden. H.M. de Ko ningin ,van wien gij Uw benoeming hebt ontvangen, regeert bij de gratie Gods. Als U het zoo ook aanvoelt, dat ge ver antwoording schuldig zijt jegens den Gezagsgever, zal Uw werk U zeker vol doening schenken. Be heer Kreeft legt den nadruk op de zware verant woordelijkheid die op de schouders van den burgemeester rust. Als men de taak van burgemeester als ambtenaar opvat, is men nog geen burgervader. Het doet spr. genoegen dat de burg. gezegd heeft als persoon boven de partijen en per soonlijkheden te zullen staan. Spr. wijst nog op een belangrijk, niet genoemd punt: de volkshuisvesting, dat wegens de financieele omstandigheden stuksge wijs en met overleg bezien zal moeten worden. Ook de nood onder de jeugd is groot en wij zullen deze een nieuw ideaal moe ten geven om hun als mensch weer een toekomst te verschaffen. Waar spr. de P. V. d. A. representeert, zal dit verschil van inzicht geven, doch hij hoopt dat dit niet tot persoonlijke veeten zal lei den en er een goede samenwerking zal zijn ook met het deel der bevolking, dat hij vertegenwoordigt. Wethouder Soldaat, die het gras al voor zijn voeten wegge- maaid ziet, wenscht den burgemeester geluk met zijn benoeming. Spr. hoopt, dat deze dag, die een feestdag is in zgn leven, een onvergetelijke mag zgn in den Ruwe huid, Ruwe lippen met meer crème-karakter, daarom geliefd door de vrouw. Doos 40 et goeden zin. Spr. hoopt dat hij de juiste man op de juiste plaats mag zijn, die de gemeente met raad en daad zal bijstaan. De rampzalige gevolgen van inundatie en evacuatie ten spijt is de begrooting '47 sluitend, mede dank zij het beleid van Uw voorganger. Hooge eischen zul len worden gesteld aan een goed finan cieel beleid. De haven zal belangrijke of fers vragen. Dat de electrificatie er nog niet is, is een leemte, een teeken van achterlijkheid; de omstandigheden met de gasfabriek hebben dit echter weer. houden. Spr. hoopt dat de burgemeester recht door zee zal gaan, zonder aanzien des persoons of politieke richting en hij zich spoedig op Stad thuis zal voelen. Burgemeester Brinkman hoopt met Gods hulp voor Stad te zul len zijn wat hij kan, meer kan en wil hij niet beloven. Owd-Burgemeester Nieborg zegt na zijn felicitatie, dat Stad, waar hij 22 jaar Burgemeester was een mooie gemeente is. Hij kan veel goed§ zeggen van de bevolking. Met dhr. Braber, die reeds 30 dienstjaren heeft is het goed samenwerken en het personeel is goed, accuraat en eerlijk. Spr. feliciteert de ouders met het succes van hun zoon en wenscht den nieuwen burgemeester Gods zegen op zijn arbeid toe. Namens de polderbesturen feliciteert de heer A. v. d. Tol en hoopt dat de burgem. tot heil der gemeente werkzaam mag zijn. In 1527 is de polder Oude Stad al ingedijkt en in 1532 stonden er al 81 huizen. Het ging toen vlugger met de woningbouw als nu! De Polders willen zich gaarne plaatsen onder het wettig gezag en roept in gevallen waarin gemeente en polders elkaar noodig hebben den steun van den burgem. in. Spr. hoopt dat het hem wel moge gaan en de gemeente mèt de pol ders mogen groeien en bloeien en hg mag medewerken aan de electrificatie en de vaste verbinding. Ook hij wenscMe hem Gods zegen op zijn aibeid toe. Als oudste predikant sprak Ds. v. d. Hoor» en riep een welkom namens de verschil lende kerken toe. Al wordt het aantal menschen dat van de kerk vervreemdt grooter, toch staat deze nog in het mid delpunt. Er is reden tot dank dat U met ons hetzelfde geloof belijdt en met de kerk van Jezus Christus trouw mee leeft. De kerken in ons dorp willen graag met den burgem. samenwerken tot bloei van het gemeenschapsleven. Spr. hoopt dat de burgem. een trouw getuige van Jezus Christus zal zijn en temidden van eenvoudige, geloovige menschen, opbou wen aan geloof en liefde. God geve U, aldus spr. gelukkige jaren tot zegen van deze plaats. De Weled. Heer Taaie, hoofd der O.L.S., feliciteert mede na mens zijn collega Visser, die in het zie kenhuis ligt en hoopt dat de burgem, het onderwijs een warm hart toedraagt, Ook brengt hij de gelukwenschen over der plaatselijke vereeniglngen, waar bij de Oranjevereeniging de zetel van Eere. Voorzitter nog open staat. Spr. wenscht hem een prettige werkkring toe. Burgemeester Rijnders van M'hamis roept hem als buurman een hartelijk welkom toe, ook in des kring van Burgemeesters, waarvan fiij Voorz. is en waar altijd een sfeer van collegialiteit en groote openheid heerscht. Het verheugt spr. dat zijt buurman de streek reeds in zijn rede ge noemd heeft, waarvoor groote proble men als electriciteit, verbinding vaste wal, het verkeersvraagstuk, hulp aan geinundeerden om oplossing vragen, waarvoor mannen noodig zijn, die be reid zijn, zich geheel te geven. Deze be reidheid wordt ook van U verwacW,

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1947 | | pagina 2