CI1DWEEKBIADSpGED.GR0nDSUV6 v^STëlZUID-HGairiZECU^^ ElUÜIDtn
N.r. DitgeTersmaatseMppü „ËILANDEN-NIEUWS"
Een onvergetelijk uur
B»itêtiiand
14e Jaargang
ZATERDAG 6 DECEMBER 1941
No. 1300
STICHTELIJKE
OVERDENKING
Uit het
Kijkvenster
K1783
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 19 35 OPGENOMEN HET BLAD ,0 N Z E E I L A N D E N" -18E JAARGANG
UIXCAVE VAN
Gevestigd te Mfide]]i«mls i Frln» Headiik^ m Q a Giio 167930 tmhcx 8 Tel. 17.
B^iantooi voor Zeeland: Bt B^wtensclQK Olarkt, Telef. 60.
MET DUITSCHLAND
VOOR
EEN VRIJ EUROPA.
De krant waarin het
meeste wordt geadverteerd is
„EILANDEN-NI E U WS"
Dit blad wordt ook het meeste
gelezen. Geef tijdig Uw adver-
tentiën op, om van een goede
plaats verzekerd te zijn.
niEuus
Abonnementsprijs 93 cent per 3 maanden bij vooruitbetaimg.
Verscmnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week.
Afzondermke nummers 5 centBuitenland 8 gulden per Jaar.
Adyertentte-prös 20 cent per regeL Reolanjes 40 cent
Hoofdredacteur:
TH. DE WAAL MIDDEIjHABN13 C 122.
DIT NTJMMEB BESTAAT UIT 3 BLADEN
En het was omtrent de tiende ure.
(Ev. Joh. 1 40b)
Vervolg en Slot
Onvergetelijke tiende ure! Het Is de ure
van de eerste liefde.
Alleen zij, die een begin kennen uit God,
in wier hart een wonde geslagen is, die
God alleen kan heelen, die een zielsbe
trekking kregen o,p het Lam, zoodat zij
moeten viitroepen: „Uw komst is het, die
mijn heil volmaakt" en aan wie het Gode
behaagd heeft Zijn Zoon te openbaren, ver
staan, waarom die tiende ure voor Johan
nes onvergetelijk was.
Het is de uren van redding uit het aller
grootst gevaar.
De wet vervloekt ons, de zonde veroor
deelt ons, de driemaal Heilige, met Wien
wij te doen krijgen, is geen ledig aanschou
wer van het kwaad. De vorst der duister
nis speelt met ons en zal ons- eeuwig kwel
len. De dood wacht ons. De ure van vergel.
ding slaat weldra, waarin verbolgenheid en
toorn gebracht wordt over alle ziel, die het
kwade werkt. Aan die straf zal geen einde
zijn. Wel mogen wij dit gevaar het aller
grootste noemen om voor eeuwig verloren
te gaan;
Johannes in Jezus'^armen gevoerd deelt
in de zaligheid door Christus verworven en
is gered van den eeuwigen dood.
Zoomin een schipbreukeling de ure ver
geten kan, wa,arin hij van een gewissen
dood gered werd zoomin, ja veel minder
kan de ;aiel de ure vergeten, waarin hij
door Christus werd gered van het eeuwig
verderf..
Die ure is onvergetelijk ook omdat het
grootste~^ goed ontvangen wordt. Die Mij
vindt, vindt het leven en trekt een welge
vallen van den Heere. Die ziel vindt in
Hem alles, want Christus is alles en in
allen. Welk een heilgeheim, dat er verge
ving altoos is bij Hem geweest en in Hem
te vinden gerechtigheid en het recht op
het eeuwig Ivosn.
Hoe ,^al hij, die uit de bitterste armoede
wordt verheven tot de grootste rijkdom,
ooit vergeten, wanneer dit is geschied. Hoe
veel te minder zal hij, die Christus' eigen
dom geworden is, kunnen vergeten, wan
neer dit heeft plaats gehad. De snoeren zijn
mij in liefelijke plaatsen gevallen, een
schoone erfenis is mij geworden.
Die ure is ook onvergetelijk, omdat van
af die ure een geheel nieuw leven begon,
Zoo iemand in Christus is, die is een nieuw
schepsel. Het oude is voorbijgegaan, ziet
het is alles nieuw geworden. Hij leert den
Heere achteraan te kleven. Hij begeert al
ler zonde vijand voor den Heere te leven.
De Uefde van Christus dringt hem.
Hoevelen denken aan middelen om door
de tijdelijke moeilijkheden te komen en
vragen niet, waar zal ik blijven, wanneer
het tijdelijke met het eeuwige zal verwis
seld zijn?
Hoevelen grijpen het een of ander aan,
hebben wat, waarop zij hopen. Wij hebben
Christus noodig, niet een Christelijke ver
siering naar den levenden Christus, Die
Zich in Zijn ambten openbaart in het hart.
Ziet toch, dat gij buiten Christus alles mist.
Bedenk toch: Buiten Christus is geen leven
maar een eeuwig zielsverderf.
Hoelang zijt gij gespaard, al ligt de bijl
aan de wortel van de booni. Hoe menig
maal is het aanbod van genade u gebracht.
Hoe vaak zijt gij gewezen op het gevaar en
op Christus, als het Lam Gods, dat de zon
de der wereld wegneemt. Haast u om uws
levens wil! Hoe 2aiUen wij ontvlieden, in
dien wij op zoo groot een zaligheid geen
acht geven?
Ziet uw levensuren minderen snel. Wel
dra, wie .weet hoe spoedig, slaat de ure des
doods.^ Ontzaggelijk als die laatste ure
voert naar het eeuvrig verderf.
Moet een mensch dan een ure in zijn
leven weten aan te wijzen?^zoo vraagt
gij misschien.
Het is de vraag oif het goede zaad van
Gods Woord onder de bedauwing van den
Heiligen Geest nederwaarts wortelen heeft
geschoten om opwaarts vruchten te dragen.
Dan kent gij ook onvergetelijke uren.
De Heere geeft eerst het bittere en daar.
na het zoete. Eerst wet, dan EvangeUe.
Eerst de aardbeving, de wind en het vuur
en dan het suizen van eén zachte stilte.
Zijn wij, gelijk de discipelen, er alles bij
ingeschoten?
Wat Koekt gij Is het u dyidelijk gewor
den, dat gij nooit anders hebt gedaan dan
uzelf zoeken?
Hebt gij een wonderdo3nd God leeren
kennen, zoodat gij moet betuigen: „Dit is
van den Heere geschied en het is wonder
lijk in mijn oogen." Het is alles wonder
baarlijk, wat de Heere doet.
Dan kent gij dat nedervallen met Petrus
op de kieën, en als VBUcht van Zijn roepen
het volgen door het bezaaide en onbezaaide
en in dat volgen het steunen op Hem en
leven in diepe afhankelijkheid uit Hem,
Die zegt: Mijne genade is u genoeg, want
Mijn kracht wordt in uwe zwakheid vol
bracht." Dat volgen is Christus in Zijn
ambtelijke bediening in alles noodig te
hebben, als Leeraar, want hij weet den
weg niet, als Hoogepriester, want hij staat
gelijk Jozua met vuile kleederen voor God
en als Koning want het is niet mogelijk,
dat hij zichzelf regeert.
Zalige ure, die de Heere u, volk van God
schonk.
Mocht gij,veel gedenken, waÈTr de Heere
u heeft opgezocht. Blijft het vaji die ge
nade alleen verwachten.- Gij hebt te doen
met een getrouw God in Christus, Die u
lief heeft met een eeuwige liefde van vóór
de grondlegging der wereld. In Christus
bezit gij een algenoegzaam Borg. Mocht
gij veel Zijn zalige nabijheid smaken.
Meent niet, dat Johannes in die tiende
ure alles geleerd heeft. Hoeveel moest hij
nog leer>3n. Hij moet wassen en' ik minder
worden. Weldra slaat de laatste ure. Dan
wordt het geloof verwisseld in aanschou
wen. Gij" zult Hem. zien, gelijk Hij is. Ten
volle wordt dan bevestigd,: Komt en ziet!
Komt in en beërft het koninkrijk, dat u
bereid is van vóór de grondlegging .^er we
reld. Komt en ziet, aanbidt en zingt
eeuwig van Gods goedertierenheên.
E.
Ds. Ls.
til
TJlt oude notulen De predikamt-
veekooper Schrale tractemen-
ten in de 16e ©euw De room.
sche zuurdeesem.
In den eersten tijd na de Hervorming
was het niet zoo gemakkelijk overal goede
predikanten te krijgen. Daar haperde nogal
eens wat aan. Vandaar, dat er op de ker
kelijke vergaderingen en classicale bestu
ren dikwijls veel klachten binnen kwamen.
Zoo was er 1593 een predikant te Spij-
kenisse, Egidius Notheus, die er de liefheb
berij op nk hield om' tevens veekooper te
zijn. Of genoemde predikant het deed om
er wat bij te verdienen, dan wel oif het zijn
„hobby" was, heb ik niet kunnen uitmaken.
In ieder geval, er kwam bij het classi-
'oaal bestuur van Rotterdam tegen Egidius
Notheus van Spijkenisse een klacht in,
waarbij men hem beschuldigde van „zee-
kere mishandelinghe van coopmanschap."
Men riep Ds. Notheus in een vergadering
van het classikaal bestuur ter verantwoor
ding, maar de man verscheen niet.. Tosn
eenige leden van het classicaal bestuur
een onderzoek instelden, bleek, dat de do
mino door den schout van Spijkenisse in
het „ghijsselhuys" gezet was en daar reeds
enkele weken vertoefde,' zoodat hij ook
niet preeken kon. Het bleek, dat wegens
een „differentie" met den baljuw deze in
sluiting was- geschied.
Het rapport van het onderzoek, dat door
de heei»3n van het classicaal bestuur om
trent het optreden van den predikant van
Spijkenisse is uitgebracht, is opgenomen
in de kerkelijke acta van 13 October 1592.
Het luidt als volgt:
„dewijle Egidius Notheus, dienaar in
„Spijkenisse eenighe jaeren ooophandel
„ghedreven heeft naer syn eygen beken-
„tenisse ende tot sulcken eynde hem in
„de herberghe by ander gheselschap heeft
„laten vinden, alwair hy oock op een
„scekere tyt eenighe koeijen heeft ver-
,,cbcht,' opsteeckende ende doenderopstee.
,,cken telckens een daelder tot den prijs
„den meestbiedende, op sulcke wyse als
,,dè accyasn verpacht worden, ende by
,,de waerdinne van Pernis hem heeift lae-
„ton verluyden, dat hem het hooft wee
,,dede, als hy niet en mochte markten,*
„daarmede syn groote lust, die hy daer-
,,inne hadde, te kennen ghevende, soo
„verclaeren de broeders, dat Egidius
„voorseyd hem in die/voorverhaelde din-
„ghen grotelix verloopen heeft, doende
,,dat een predicant niet en betaemde en
,,de groote argernisse ghevende, wagr-
„deur hy naer-'t gemesn gherucht niet
„weerdich gheacht en wert den naeme
„van een predicant te draegen, ghelyk
„tselve mede tot oneere ende blammatie
„van den dienst int' ghemeen is streok-
„kende."
Het classikaal bestuur delibereerde lang
over deze zaak en algemeen was men van
oordeel, dat de man bezw^rlijk kon wor
den gehandhaafd. Man besloot dat hij ,,van.
synen dienst ghesuspendeert sal blyven,
totdat hy hiervan syn scliuld bekent ende
de argernisse ghebetert sal hebben."
Ds. Notheus werd van dit besluit in ken
nis gesteld en hij haastte zich in een uit
voerig schrijven schuld te bekennen, waar
bij hij verzocht weer in zijn dienst te wor
den hersteld.
Men willigde dit verzoek in op voor
waarde, dat aan de gemeente Spijkenisse
zijn scnuldbekentenis „tot weohneminghe
van de argernisse dezer door een ander, die
daer zoude gaen predicken, van den pre-
dickstoel sal worden voorghelesen."
Ds. Notheus bewilligde daarin en hij
mocht weer zijn ambt waarnemen.
Het duurde echter niet lang of ,de koop
mansgeest werd den man weer te machtig.
De notulen van het classikaal bestuur ver
melden althans weer talrijke klachten. Ds.
Notheus kreeg een wenk om zijn ontslag
aan te vragen „en sich elders te laeten ghe.
bruyken ter plaetse daer hy beroepen
mochte werden".
Ds. Notheus bewilligde en slaagde er in,
in Lopik een standpl?,ats te krijgen, waar
bij de broeders te Spijkenisse hem een
attestatie meegaven,-'die eindigde met de
bede „den medebroeder in liefde op te nee-
men ende in den dienst des Heeren te wil
len ghebruyken."
Nu was het vroeger wel zoo, dat de trac-
tementen van de heeren predikanten niet
aan de hooge kant waren en in pastoriën
met groote gezinnen armoede werd gele
den. Ernstige verwijten werden aan de
overheid gericht die de tractementen zoo
laag hield, dat er wel naar een nevenver-
diisnste moest worden omgezien. Zoo kwam
in 1593 op de Synodale vergadering te
Brielle ter behandeling of een predikant
brandewijn mocht maken en verkoopen.
Er was-n.l. een predikant op een van onze
Zuid HoUandsohe Eilanden, die een com
plete distilleerderij had ingericht en zelfs
de omgeving afreisde om zijn spiritualiën
te verkoopen. De Synode oordeelde dit „niet
stichtelick te zijn, dewijle benefifens de dis
tractie van_ zijn am,pt sulcke neéringe in
haer selven vijl is, voor eenen dienaar des
Woorts."
De schrale predikantstractamenten in dien
tijd, noopte de predikantsvrouwen somtijds
om er een winkel of nering op na te hou
den, om voldo3nde in het onderhoud van het
gezin te kunnen voorzien. Een dorpsdomi
nee beklaagde zich, dat er in zijn gemeen
te zooveel gierige boeren waren, die hun
predikant ,,met onbewoghen herte" hon
ger lieten lijden en zelf „den buyk vol en
rond aaten".
Het ls een klacht, die in vroeger tijd
niet tot de uitzonderingen behoorde. Een
bekend predikant omstreeks Ï600 klaagde
„Mijn dienst is wel geëerd, mijn stand
is veel verheven"
'k Heb invloed in de kerck en veel ge-
zags daarneven.
Maar toch mij pijnt de zorg, gansch
karig zijn mijn beten.
En ga 'k ter eeuw'gen rust, men zal
mij dra vergeten."
En neem dan eens wat de gevierde Dordt
sch~fe predikant Jacobus Borstius, ,de statjge
deftige, welsprekende en Indrukwekkisnde
kEinselredenaar" ïn een tijdpreek terneer
schreef,
„Men leeft weelderlgh en overdadigh
„en banquetteert en gastreert en leeft
„voor-den buyck en het broose lijf, doch
„laet de sielesorgers maar al te veel ge-
„breck lijden, soo dat se met allerlei
„vreemt werck disn asem in-haar keel
„m.oeten houden.
Ei3n dorschenden os moet men niet muil
banden, zei Salomo. Nu, ik geloof, dat on
ze predikanten, vergeleken met dien tijd,
geen klagen hebben!
Die oude paperassen! Daar kan men heel
wat leerzaams uit opidiepen. 'n Vriend van
mij te Bruinisse, die veel in de oude acta
van het consistorie der Herv. Kerk vanaf
1590 snuffelt, vond daarin, dat de kerken-
raad in dien tijd een hooge opvatting had
van haar taak, ten opzichte van de vie
ring van den dag des Heeren. Aan den
Heer van Bruinisse werd een reformatie"
gevraagd, tegen het drijven van de mee-
stove^-) op Gods dag, afschaffing van het
„uitroepen" van allerhande „aencomende
waeren" vóór en na de predicatie en onder
meer ook ,vernietinge en anhihilatie van
de jaerlijksche kerkmissen als een over
blijfsel des pausdoms". Of de resolutie ook
uitgevoerd werd, was nergens te vinden,
maar het is althans prijzenswaard, dat men
ten dezen alle .pogingen in het werk stel
de.
De kermis in genoemd dorp is gebleven,
al stierf .zij zoo langzarrierhand haar ei-
»gen dobd. Door de oorlogsomstandigheden
is ze voorloopig atfgeschaft.
Och, naar Rome willen we niet gaarne
genoemd worden, maar we zijn nog zoo
met den roomschen zuurdesem doortrokken
We vieren ook bedekt of meer openlijk
ons Sinterklaasfeest. Men proeft het niet
aan een sinterklaasje, zegt men dan. Maar
intusschen eeren we gewild of ongewild
de „verdienstelijkheden" van een heilige en
werken de superstitie" in de hand Is het
niet zoo We zijn zoo roomsch. Ook op zoo.
veel ander gebied! Door der heiligen en
,',onze verdienstelijkheden" zullen we nooit
en te nimmer zalig worden. Geheel onheili-
gen, onwaardigen in zichzelf zullen, alleen
door Christus verdienste heilig verklaard
worö3n. Dat maakt alleen bekwaam „om
deel te hebben in de erve der heiligen in
het licht." (Col. 1 12.)
WAAiRNEMER
In die oude meestoven-stove, schuur
werd mede oftewel cichorei gedroogd. Red.)
HET AANVRAGEN VAN LOONBELAS-
TINÖBOEKJES.
Met ingang van 1 Jan. 1942 moet iedere
arbeider, die als regel slechts korten tijd
(b.v. hoogstens een maand aaneen) bij
denzelföan werkgever werkzaam is, in het
bezit zijn van een loonbelastingboekje. Dit
boekje kan worden aangevraagd op de vol
gende plaatsen en tijdstippen. Voor gehuw
den is noodig, dat het trouwboekje wordt
meegebracht.
Te Middelhamis op Dinsdag 9, Don
derdag 11 en Dinsdag 16 December a.s.,
telkens des namiddags van 57 uur in
het bovenzaaltje naast het Gemeentehuis.
Op 9 becember voor hen die wonsn in
de wijken A, B. en C, op 11 December
voor hen die wonen in de wijken D, E en
F, en op Dinsdag 16 December voor de
bewoners van alle overige wijken.
Te Sommelsdijk op Woensdag 10, Vrij
dag 12 en Woensdag 17 December a.s., tel
kens des n.m. van 57 uur in de Bewaar
school aldaar. Op 10 Dec. voor b3n die
wonen in de wijken A en C, op 12 Dec.
voor hen, die wonen in de wijk B en op 17
Dec. Voor alle overige wijken.
Te Oude Tonge op Maandag 8, Dinsdag
9 en Woensdag 10 December a.s., telkens
van 38 uur n.m., in de Oude School al
daar.
Voor hen, die wonen in wijk B te den
Bommel op Donderdag 11 December a.s.,
des n.m. van 38 uur in het café Tram
station te Achthuizen.
Te Nieuwe Tonge op. Dinsdag 9 enWoens
dag 10 December a.s., telkens des n.m, van
48 uur in de'hulpschool aldaar.
Te Herkingen op Donderdag 11 December
des n.m. van 48 uur ten Gemeentehuize.
Te Stad aan 't Haringvliet op Vrijdag
12 December des n.m. van 48 uur in de
Openbare Lagere School.
De spanning tusschen Japan en
Asneirika
neemt toe. Zoowel 'van Japansche als Ame-
rikaansche zijde zijn de regeeringen op het
ergste voorbereid. In Nederl. Indië is de
luchtmacht gemobiliseerd. Japan concen
treert sterke vlootstrijdkrachten in de Z.
Chineesche Zee, waartegenover ook Enge
land ook eveneens zijn vloot versterkt.
De Amerikaansche regeering heeft aan
Japan opheldering gevraagd over het zen
den van troepen naar Indo-China. Aan de
beantwoording van die vraag is geen ulti
matum nog termijn verbonden. Beide re-
geering3n blijven zwijgen, althans de bla
den geven geen nadere inlichtingen.
Het blijft derhalve afwachten op verdere
mededeelingen of feiten, want het is uit
de ten dienste staande gegevens heel moei
lijk op te maken, hoe de juiste situatie
is, en wat vermoedelijk het einde van de
besprekingen zal zijn. Zeer waarschijnlijk
zal Japan tot de een of andere daad over
gaan, waarop Amerika en Engeland rea-
geei;en. De A. B. C. D.-mogendheden ma
ken het Japan zeer moeilijk, maar beproe
ven buiten conflict te blijven. Hbe lang
zal deze toestand nog duren?
Bijzondere aandacht heeft deze week ge
trokken het vergaan van de Australische
kruiser
Sydney.
De Duitschers hebben indertijd een koop-
vaardijschip omgebouwd tot hulpkruiser.
Deze kruiser „Cormoram" genaamd, heeft
soms maanden lange tochten gemaakt, en
verschillende zeeën bevaren. Van Engel-
sche zij.de wordt, e;:kend, dat de Cormoran
negen schepen tot zinken.heeft gebracht,
doch van Duitsche zijde beweert men dat
het aantal nog grooter is. Het juiste aan
tal wordt echter thans' niet opgegeven om
de Engelsche admiraliteit geen nadere aan.
wijzingen te geven.
In November 1914 heeft de „Sydney" de
zeer bekende Duitsche kruiser „Emden in
den grond geboord. Hierop heeft nu de
Cormoran revanche genomen. De kruiser
Sydney mat 6830 ton. De bemanning be
stond uit 42 officieren en 603 manschap
pen.
De Cormoran is vanwege de ernstige be-
scha-digingen eveneens verloren gegaan
Een deel der bemanning heeft de Australi
sche kust kunnen bereiken.
Voor Autsralië. is dit een gevoelig verlies.
A!s tweede verlies wordt gemeld, dat de
torpedojager ,,Paramatha" eveneens tot zin
ken is gebracht. Dit schip had een beman
ning van 141 personen.
Thans bestaat de Australische vloot nog
uit 5 kruisers, 5 torpedojagers, eenige tor
pedobooten en wat speciale vaartuigen.
In Noord Afrika verloopt de strijd voor
de
Ungelschen
niet naar wensc. De verwachting ia ge
weest, dat na enkele dagen van ifellen strijd
de Duitschers het op hadden moeten geven
en dat Engeland het verloren gegane ter
rein weer opnieuw kon bezetten. Uit de
berichten blijkt, dat van beide zijden veel
gebruik gemaakt wordt van tanks en an
der gepantserd materiaal. Volgens de Duit
sche weermacht bericht, zouden de Duit
schers 814 gepantserde voertuigen hebben
buitgemaakt of vernield en 127 vliegtui-
gan hebben neergeschoten.
Aanvankelijk leek het een obgenblik als
of de Duitschers in een moeilijke positie
geraakten, waardoor van Engelsche zijde
de verwachting werd uitgesproken, dat de
strijd zich gunstig ontvirtkkelde. De Duit
schers hebben zich echter niet alleen krach
tig verdedigd, maar ook weer hersteld.
De vraag blijft nu, wat de Engelschen
zullen doen. Nieuwe formaties in den strijd
werp3n of voorloopig het offensief weer
opgeven? Naar onze meening zou dit laat
ste voor Engeland zeer nadeelig zijn. Men
kan weleens voor een tijd propaganda ma
ken met de leuze:
„Alle slaigen verliezen, doch de laatste
winnen"
maar het groote prestige verlies, moeten
wij hier niet uit het oog Verliezen. Al is
de strijd ongelijk, hier staan nu de Duit
schers en Engeland tegenover elkander, en
wanneer de numeriek zwakkere Duitschers
toch nog de sterkere blijken te zijn, slaan
de Engelschen'een leelijk figuur. W}at riioet