CHQWEEKBLADÖpGED.Gnoni]filA6vöÖRciZIJID-HOainZEElJW^
N.V. UitgeTersmaatscliapiiiJ „EILANDEN-NIEUWS"
Uit het Kijkvenster.
7
STICHTELIJKE
OVERDENKING
13e Jaargang
ZATERDAG 8 MAART 1941
No. 1224
Die GRIEI^aanval
wordt gestuit!
AKKER'S Abdijsiroop
Brinkman Zoon
WAARIN SEDERT 1 NOV EMBER 1935 OPGENOMEN HET BLAD .ONZE BIL AN DEN" - 18E JAARGANG
UITGAVE VAN
Zoowel de werken van den vorst
des levens, als van den vorst des
doods zullen openbaar worden. Dit
zien wij als de Zone Gods Zijn plaats-
bekleedend werk gaat verrichten, het
welk de Vader op Zijn hand gezet had
om te doen. Nauwelijks heeft Hij op
vele plaatsen zijn zondaarsliefde te
genover diepgezonkenen betoond of,
de vijandschap wordt openbaar, om
dat het slangenzaad niet kan dragen
het werk van het Vrouwenzaad „Je-
zu." Doch hoe meer de Zone Gods
zich ontfermde over ellendigen, des
te meer spanden de duivelskinderen
saam om te verderven hetgeen hun
in den weg staat. Zoo zal elke
ziel het doorleven, als de Heere een
hand van genade aan dezulken ge
legd heeft, dat de macht der helle
saamspant ter vernietiging, wat door
Christus is gewrocht.
Doch hoe ook dezulken bestreden,
hoeveel hsten en lagen gelegd, de ziel
die door den hemel wordt bearbeid,
vlucht schreiend, onder de mokersla
gen van hun zielstyran, in het ver
borgen tot den troon der Genade.
Welnu, omdat nu de Zoon des Va
ders Zijn werk ten volle ontplooide,
werden de dienaren van den tempel
xüSit haar vervuld, omdat Jezus' werk
lijnrecht indruischte tegenover hun
goddeloos werk.
Vandaar dat zij in den tempel, dus
in Gods huis vergaderd zijn om te
bespreken, hoe men dien Nazarener
zou dooden. Dus zij openbaren door
hun doen dat onder hun tong adder
vergif wordt gevonden en alzoo wa
ren zij ten volle dienende den engel
uit den afgrond.
Maar als dezen vergadert zijn, dan
worden wij gewezen op een andere
bijeenkomst, nml. in het huis van Si
mon den melaatsche, d.w.z., die van
Zijn melaatschheid gereinigd was.
Bethanië een plaats alwaar Jezus
meermalen geweest was en wonde
ren verricht, daar Zijn bijeen Hij,
over wiens leven en dood in den tem
pel beraadslaagd werd, met Zijn dis
cipelen. Maar als zij daar te saam zijn,
nadert een vrouw, die eertijds veel
van den Heere had ontvangen. Zij
had persoonlijk 's Heeren onuitputte
lijke liefde ervaren en die weldaad
was voor haar „onvergetelijk." Hoe
dierbaar had zij 't ervaren, eertijds
in het moeras van zonde zich verlus
tigend, nu gebracht op den smallen
weg ten leven.
Hoe groot is het voorrecht voor elke
ziele, die daarvan mag en kan getui
gen, waar de Heere zulken vandaan
gehaald heeft en welk een binnen-
vverk zij mogen ervaren. Wehiu, ge
lijk des satans werk gezien en ge
hoord wordt, zal 't alzoo zijn met het
werk des AUerhoogsten, Die zonder
aanzien des persoons, opwekt uit den
dood ten leven.
De lijdensweg Was door het Lam
k)ds aangekondigd en nu ontsloten.
Maar op dien weg zou de Zoon Gods
ervaren, dat zijn Goddelijk erbarmen
door wederliefde werd beantwoord.
Want voor Maria was het een ziels-
geheim, dat zij het goede gesmaakt
had, uit de hand desgenen, Die Zijn
genade aan haar had bewezen.
Doch hoe, wanneer zal zij haar
..ederhefde openbaren en w-aar zal
ZIJ haar geheim ontsluieren? Zij ver
nam, waar haar-Weldoener met de
Zijnen was en nu wordt zij door des
Heeren Geest naar Hem toegedreven
opdat zij m tegenstelling der geveins
den haar liefde zou ontsluiten. Want
als het gezelschap des Heeren bijeen
is, dan trad zij vrijmoedig in dat
nuis en haar geschenk heeft ze mee
gebracht, n.l. een albasten flesch, ge
vuld met kostbare zalf. Niets is te
veel voor Hem, Die zich aan haar
ziel dierbaar geopenbaard had, van
daar, als zij Jezus ziet aanliggen, dan
wil zij niet spaarzamelijk, doch ten
volle haar zielsgeheim ontsluieren,
want ze breekt die flesch en giet die
zeer kostelijke nardus over het hoofd
harer geliefde. Zij beantwoordt ten
volle hetgeen zij persoonlijk uitgena
had ontvangen. Zie, dat was nu de
wfare liefde van die geloovige maagd,
als zij Hem zalft van wien zij de zal
ving des Geestes had ontvangen.
Uwen Naam is als olie, die
uitgestort wordt daarom hebben U de
maagden lief; ziedaar, hier vloeit de
nardus als de Bloedbruidegom aan
de rbnde tafel zit en dezelve ver
spreidt haar geur. O, indien zij ge
kund had, zij had haar hart gebro
ken, zooals zij de flesch had gebro
ken, doch die gebroken flesch met
nardus is het beeld van het hart dier
begenadigde. Hoe wonderlijk, niet
waar, eertijds de wereld met volle
teugen genoten, nadien door den he
mel bevoorrecht en nu ontsloot zij
voor haar Zielsvriend en de Zijnen
hetgeen in haar hart woonde en door
haar doen werd beantwoord. „Za
lig voorrecht die ziel, die daar ken
nis aan heeft."
Doch als die bevoorrechte ziel haar
wederliefde ontsloot, dan verstaat de
Heere, waarom zij dat deed; daarom
was het voor Jezus tot dierbare blijd
schap, dat Zijn werk, op Zijn lijdens
weg, zoo dierbaar werd beantwoord.
Doch als Mada zulks gedaan heeft
en de zaal met geurenden nardus
vervuld was en allen gezien hebben
wat die vrouw gedaan heeft, dan zien
wij in den geest hoe dat de slang zich
kronkelt .om dien disch. Want haar
werk Wordt bestreden, emdat zij doar
haar daad den levenden Christus ver
heerlijkt, daar de vijand niet kan dul
den dat het Lam Godö op zulk een
wijze vereerd werd.
Doch ook, omdat die vrouw eer
tijds in de vang des tyrans lag, maar
door Christus daaruit verlost, daar
om kon satan zulk een lofprijzing
niet dulden en blies met zijn geest
als vergift in de harten van eenige
dischgenooten. Waartoe dit verlies?
O hier vernemen wij het schuifelen
der slang, want door die uitspraak
ontsluit men dat niets verstaan werd,
hetgeen Maria gedaan had, want zij
beschouwden die zalf als verloren.
Daar verheft zich de stem van Ju
das.
„Deze zalf had duur verkocht kun
nen worden en het geld den armen
gegeven."
Hoe klonk de stemme des duivels,
den armen gegeven, terwijl Judas een
dief was en die zalving beschouwde
als een verlies, in schijn voor de ar
men, doch in werkelijkheid voor zich
zelf. Zwijgend luistert Maria naar de
ze bestrijding. Zij heeft niets anders
gedaan dan beantwoordt de liefde
van haar zielsbruidegom.
Doch nu treedt de Zone Gods als
beschermer op, tegenover allen die
het bestreden, maar in 't bijzonder
tegenover den duivel in menschenge-
daante, Judas.
Laat af van haar, zoo klinkt de
stem des gezalfden, want Ik weet,
dat zij aan mij een goed werk ge
wrocht heeft. Weet dat gij die zoo
beschermend optrad voor de armen,
dezen zult gij altijd bij u hebben,
maar mij hebt ge niet altijd, want de
vijand maakt zich gereed om mij te
verslinden.
Mijn kruis zie Ik al in de verte,
doch ook zie Ik dat mijn werk voor
eeuwig nut zal zijn voor Mijn kruis
kerk. Maar de Heere gaat verder en
spreekt, wijzende op haar, die haar
zielsgeheim had ontsluierd en haar
daad wordt bestreden, Zij heeft Mijn
lichaam gezalfd, ter voorbereiding
mijner begrafenis.
Hoe beantwoordt de Gezalfde de
taal uit den afgrond, maar ook het
doen der zwijgende Maria. En nu
wordt het werk van Maria bekroond,
ten spijt van den gevallen engel,
want overal alwaar dit reine Evan
gelie verkondigd wordt, zal tot ge
dachtenis van haar gesproken wor
den, dus altoos als het levende Woord
wordt uitgedragen, zal gewaagd
worden van het werk des ifeeren ge
wrocht aan in zichzelf verlorenen,
en ook de wederliefde van de Bruid
des Heeren.
Zoo bekroonde Jezus het v/erk van
haar, die haar zielsgeheim had ont
sluierd, bestreden door de vijand, ter
verheerlijking Zijns Vaders, tot troost
van allen, die met Maria kimnen ge
tuigen, wat zij be\findelijk doorleefd
hebben. j
Zoo zal ook hêt'werk, hetwelk de
Heere aan Uwe zible gedaan heeft,
o levend gemaakt |volk, wel bestre
den worden, doch 'weet dat, hoe de
'djand Uw ziel benauwe, gij zijt en
blijft in 's Heeren liand."
Want Maria en 8|l 't verkoren volk
vveet wat dien eeuwiggezalfden tot
hun ziele gesproken heeft.
Ik heb U in Mijnjbeide handpalmen
gegraveerd. Het vferk des drieëeni-
gen zal altijd bestr^en worden, maar
's Konings kindren^ voorwien Hij de
pers heeft gestreden, zullen eeuwig
gekroond worden, j want hun kruis
blijft hier. Daarom] zullen alle maag
den, geloovigen, m der eeuwigheid
hun wederliefde met MIaria in des
Koningspaleis openbaren, om als
eeuwig gezalfden des Geestes met
den Gezalfden altoos één te zijn.
Zoo zal de toekomst zijn voor de
Bruidskerk des Heeren, altoos duren
de vrede, om Hend te verheerlijken
vanwege de w'eldaafi hun geschiedt.
L. V.
het beproefde hoest-geneesmiddell
MAGAZIJN „RIO"
PosH^antoor Qalcrij
A22 Coölsingir
irifiPitiniM
n imimi ii
iiahdeii-iiieuws
GcYMÖsd te Middelhaxnis Priru Hendrikstr. 122 C Giro 167930 Postbox 8 Tel. 17.
BybantooT voor Zeeland: St. Maartensdijk Markt, Telef. 59.
Abonnementsprtjs 90 cent per 3 maanden bij vooruitbetaling.
Verschijnt lederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per week.
Afzonderltjke nummers 5 cent Buitenland 8 gulden per jaar,
Advertentie-prijs- %<i cent per regel. Reclames 40 et.; Dlenst-
aanvragen en aanbiedingen van 16 regels 80 et.; Boekaan-
kondiging 10 cent per regel Contracten belangrijk lager.
Haar zielsgeheim ontsluierd bestreden
doch dierbaar bekroond.
(Mathh. 26 6—7.)
Duizenden hebben reeds vroeger de ver
rassende werking van Akker's Abdijsiroop
bij griep-aanvallen ondervonden. Door haar
hoest-siillende werkmg, haar ziektekiem-
doodende eigenschappen, haar gunstigen
invloed op de borst, keel en ademhahngs-
organen is de bekende, vanouds geprezen
Humoer rondom een boek uit 1740
Schortinghuls en mjn ivljf dier
bare nieten Eerherstel Scherpe
onderscheiding noodzakelijk.
Daar is nog altijd groot rumoer rondom
het boek van Schortinghuls, „Het Innige
Christendom." Twee eeuwen geleden, in
1740 is het al geschreven en nü, in 1941,
„redenkavelt" men er altijd nog over.
In onze lezerskring zullen er ongetwij
feld velen zijn, die „Het Innige Christen
dom" van Schortinghuls kennisn^ anderen
weer niet; waarom het zijn nut kan heb
ben, dat ook wij ons zoeklicht daar eens
op zetten.
Wilhelmus Schortinghuls werd 23 Febr.
1700 te Winschoten geboren. Hij bezocht
de Latynsche school, later studeerde hij
aan de Groninger Hoogeschool. In 1723
werd hij predikant te Weener in Oost-
Friesland. Van de „fijnen" moest hij toen
niet veel hebben, maar door Gods Voor
zienig bestel werd zijn ambtgenoot Henri-
cus Klugkist het middel tot zijn bekeering.
Schold hfl eerst op de gezelschappen, later
dichtte hij er een bundel „Geestelijke ge-
sangen," voor om op de bijeenkomsten der
vromen te zingen. Ook heeft hij nog een
bundel „Bevindeiyke gesangen" uitgege
ven, welke beide meermalen zijn herdrukt.
Zijn „gesangen" kregen echter niet die ver
maardheid, die het hierboven genoemde
werk „Het Innige Christendom" ten deel
viel. Het lijvige werk van 600 blz. bevat
25 samenspraken tusschen een geoefende,
een begenadigde, een kleingeloovige en een
onbegenadigde.
Dit boek van Schortinghuls wordt ook
wel genoemd het boek der dierbare vijf
nieten. De oorzaak daarvan ligt in een
passage in de veertiende samenspraak van
het boels, waar de schrijver de Begenadigde
laat zeggen: „Ootmoet was mij een weer-
galose cieraat, wenschende niet anders als
ootmoedig te wandelen en mij te bukken
voor den Hoogen Godt. Mich. 6 6. Nu
leerde Ik die dierbare vtjf Nieten bij eige-
Yoor den landman is het voorjaar reeds begonnen. De stoere
paarden trekken de ploeg door de vette klei.
-.. (Foto Polygoon),
ne bevinding enigsinds kennen en practl-
zeren:
ik wil niet,
ik kan niet
ik weet niet
ik heb niet en
ik deuge niet.
Daar had je 't lieve leven gaande, toen
Schortinghuls daarmee voor den dag
kwam!. De Proffessores Theologiae der
Academie van Stad en Lande, meenden,
indien deze uitdrukking niet rechtzinnig
verklaard werd, dat ze aanleiding kon ge
ven tot heillooze dwalingen.
Ze legden Z.Eerw. twaalf vragen voor,
Schortinghuls antwoordde er aldus op: „dat
hij niets wist, als hij niet geleerd
werd; ni^t wilde, naar den vleesche;
niet kon uit zichzelf; niets goeds
had in zichzelf en niet deugde in
zichzelf, zoover hij vleeschelijk was.
Dit erkennen de onbekeerden in waar
heid niet, maar begenadigden zien het
door het licht des Geestes." -
Ergens anders beroep Schortinghuls
zich in zijn verdediging op de teksten als
Openb. 3:17; Matth. 5:3; Ps. 72:12,; 2
Kron. 20 12 en zegt, dat de geloovigen:
„so verre sy in Christo sijn, konmsn en mo
gen seggen, door Hem, die haar ligt, ge
rechtigheid, leven en kragt is, ik weet
alles, ik wil alles, ik kan alles, ik vermag
alles, ik hebbe alles en ik ben Hem in alles
weerdig, Die mij weerdig maakt, maar er-
erkenne ook niet minder, «dat sy in haar
selve, so verre sy nog een bijblijvende ver-
dorvenheyd hebben, moeten seggen, ik
weet niet, ik wil niet, ik hebbe niet, ik
kan niet en ik deuge niet."
De Professoren waren met dit ant
woord tevreden. Zij approbeerden het werk
en verklaarden den auteur voor rechtzinnig
Eén der hoogleeraren, Prof. van Velzen,
gaf aan dit boek zelfs een aanbeveling in
dichtvorm mee en noemde het: een nuttig
werk in geestelooze dagen.
De verdenking is echter al de jaren door
tegen Schortinghuls gebleven. Spottend
sprak en spreekt men nog van het boek
der dierbare vijf nieten.
We hebben eens een boekje gelezen van
Ds. van Helsdingisn te H.I. Ambacht, waar
in hij poogt de valsche mystiek aan te
toonen en daarbij herhaaldelijk dominé
Schortinghuls kwalificeert. Dit boekje
wordt aanbevolen door Gereformeerde, Her
vormde en Chr. Geref. collega's, o.m. ds.
van Grieken en de Chr. Ger. predikant ds.
Jansen.
Bij het lezen van deze brochure, moet
njpn wel tot de conclusie komen, dat er
een groote spraakverwarring bestaat om
het juiste verschil te constateeren tusschen
de ware, Christelijke niystiek en de ver
scheidenheid van valsche mystiek buiten
Christus om. In de discussie over Schor
tinghuls moet men juist over het begrip
mystiek en mysticisme op zijn hoede zijn.
In de Groninger Kerkbode" was er een
tijd geleden een zekere „Marnix", die in
zijn „Groninger brieven"' ook schreef over
mystiek en mysticisme en in dat verband
ook Schortinghuls noemt. Hij zegt daar;
De mensch is „niets," maar in het bevin
delijk schouwen en leven alles." Alle gren
zen worden vervaagd. Het gaat om de
toestanden der ziel. Er komt een „innig
Christendom."
Naar aanleiding van een ingekomen brief
MAGAZIJN „HOLLANDIA"
v.lj. GOUDSCHEWEG, thans:
HERLAERSTRAAT 28 b
(Noordsingel, t.o. Gerechtsgebouw)
ROTTERDAM
Een kenrcollectie Waschmaohines,
Wringmachines, Stofzuigers enz.
Beijerlandschelaan 61
ROTTERDAM Z. TELEF. 72227
Ruim gesorteerd in Pendules en
Wekkers, Gero - Zllmeta, Glas en
Porcelein.
Fbans gcvcsf igd
gaat „Marnix" later breedvoerig Schorting.
huis en zijn boek be (ver) oordeélen.
In de Halve-Guldens-Editie van Mazijk's
Uitg. bureau te Rotterdam is echter kort
geleden een „Eerherstel voor Schorting-
huis" verschenen. Marnix c.s. krijgt er ge
ducht van langs! De schrijver is J. T.
Meesters inderdaad een meester in de
polemiek! Grondig heeft hij Schorting
huls' werken bestudeerd en ook hetgeen
zijn tegenstanders schreven. Hij geeft een
scherpe definitie van de zaken, waar het
vooral bij de discussie over Schortinghuis
om gaat: piëtisme, mysticisme, mystiek,
rationalisme, conventikels, geloof, bevin
ding letterkennis en dergelijke. Ik zou wel
willen dat ieder onzer lezers dit mooie boek
je voor een halve gulden kocht, er is veel
uit te leeren en er wordt een juist licht op
Schortinghuis' werken geworpen. Men koo-
pe het en leze dan ook het „Innige Chris
tendom" eens grondig na. De negende sa
menspraak is, gezien den pennestrijd, die
Schortinghuis in zijn leven zelf en die men
na zijn dood over hem gevoerd heeft al bij
zonder leerzaam. Daar zegt hij onder
meer; Zoo komt het voor, dat leeraren
van Gods Kerk prediken Van Christus en
van geloof en békeering, maar als zij een
mensch ontmoeten, in wien Christus waar
lijk een gestalte heeft en die van al deze
dingen bevindelijk en naar het leven
spreekt, dan zegt de een, dat het f emelarij,
de ander, dat het gekheid is. Zij spreken
hun eigen belijdenis met woordsn en daden
tegen. O arm Christendom, roept Schor
tinghuis tenslotte uit, waartoe geraken 'wij
door de letter zonder Geest! Hij citeert
in dit verband van Lodensteyn
O Heer, bewaar ons voor de letter,
Die duisenden vermoord, of set'er
Het stempelop van Uwen Geest!
Schortinghuis was niet volmaakt, en had
zijn feilen, zooals ieder kind van God die