CHP.WEEKBLAD5p6EP.6R0nD5IA6 vöSBolZUID-HOLLEnZEEUWJCHE EILAHDEn KERSTOVERDENKING N.V. üiïGEVERSMAATSCHAPPIJ „EILANDEN-NIEUWS" Uit het Kijkvenster. 13e Jaargang ZATERDAG 21 DECEMBER 1940 N0.T204 ZIE! 4 WAARIN S E DERT 1 N O V EM B ER 19 35 OPGENOMEN HET BUAD .ONZE EILANDEN" - 18E JAARGANG UITGAVE VAN Muziekhandel C. W. H. SNOEK thans: Postkantoor Galerij ----- MAGAZIJN „RIO" :^óstkan[feor Galerij/ A22 Cobisingel/y KERKBOEKEN VOORMONSTERING VAN PAARDEN OP FLAKKEE. Abonnementsprijs 90 cent per 3 maanden bfl vooruitbetaling. VerschSnt iedeten Wocnsiag en Zitcrdng 2 maal per week. Afzonderlqke aummen 5 cent Buitenland 8 gulden per jaai Gevestigd te Middeiharais Frins Hendrikstr. 122 G Giro 167930 Fostboz 8 Ttl. 17, Byiiantoor voor Zeeland: St. BIaarteiiB>^k Markt, Telef. 59. Advertentie»pti)s 20 cent per regel. Reclames 40 et.; Dienst» aanvragen en aanbiedingen van 16 t^els 80 et.; Boek«aan- kondixing 10 cent per regel Contracten belan^ryk lager Zie, «en maagd zal zwanger wor den en zij zal een Zoon baren. Jes. 7 14a. Zie, een engel des Heeren stond bij hen en de heerlijkheid des Hee ren omscheen hen. Luc. 3 .9a. Zie, ik verkondig V groote blijd schap. Liuc. 2 lOm. ZIE, een maagd zal zwanger worden en zij zal een Zoon baren. Het woord der profetie br| Jesaja is in den Kerstnacht vervuld. Het was de tijd van het vierde wereldrijli. De scepter was van Juda geweiten. Keizer Augustus Is ge- bruiltt om Jozef en Maria op de plaats te brengen, die God van eeuwigheid had be paald en had laten bekend maken door den profeet Micha. En het geschiedde, als zij daar waren, dat de dagen vervuld werden, dat zij baren zou. En zij baarde haren eerstgeboren Zoon en wond Hem in doeken en legde Hem neder in de kribbe, omdat voor hen geen plaats was in de herberg. Het behaagde den Heere de boodschap van den Kerstnacht te laten brengen. Menschen heeft de Heere daartoe niet gebruikt, ook Jozef en Maria niet. Zij hadden zeM nog zoo'n groote be hoefte aan vertroosting en versterking.-De Heere vrtl wonderen en wonderen doen hoe ren en zendt een engel. Is dat geen aan- biddelijke weg? Daarom zingen zij straks in God verblijd, aan Hem gewijd, van 's Heeren wegen. Zie een engel des Heeren stond bij hen. Een engel des Heeren stond bij de her ders, die in de velden van Bethlehem de nachtwacht hielden over hunne kudde. Wie zou er aan herders hebben gedacht De Heere zendt Zijn engel niet tot Rome's keizer, ook niet tot Judea's Viervorst, ook niet tot de Joodsche leidslieden. Is het niet wonderlijk, dat God al die aanzienlijken, geleerden en hooggeplaatsten voorbijgaat en Zich wendt naar het veld even buiten Bethlehem en de blijde boodschap des heils in dien nacht aan e.envoudige herders laat bekend maken? Waarom aan dezulken? Waarom 5p zulk een wijze? Waarom in die mate? Waarom op dien tijd? Het is enkel het vrije van Gods ^welbe hagen! De Heere verkiest hetgeen niets is, het nederige, het zwakke, het ellendige, het verachte, opdat de uitnemendheid der kracht zij Godes en niet uit ons. Er blijft voor Gods Kerk in dien wég ook niets an ders over dan verwonderen, bewonderen en zingen van Gods goedertierenheden. ZIE een engel des Heeren stond bij hen en de heerlijkheid des Heeren omscheen hen. Een heerlijkheid boven de glans der zon verdreef eensklaps de duisternis. De nacht wordt dag. Zoolang de mensch zon der God in de wereld leeft, is het nacht. Wanneer God in den Zoon Zijner eeuvrtge Uefde Zich openbaart, wordt het licht. God is Ucht en gansch geen duisternis is in Hem. In dat licht leert de mensch zich kennen als enkel duisternis en wordt hij vervuld met walging van zichzelf. Hij leert zich te vernederen, te verootmoedigen en in verbrokenheid des harten te bekennen, dat God goed is en dat hij gansch verwer pelijk is. Dat maakt het wonder uit, dat de Heere met zulk een bemoeienissen maakt in Christus Jezus. Zgn Zoon. ZIE, ik verkondig u groote blijdschap. De herders waren begenadigde menschen en toch vreesden zij. Als zij de nabijheid van een engel niet konden verdragen, wat ,zal het dan zijn voor een onbegenadigd mensch voor Gods rechterstoel te moeten verschijnen! Het was bij de herders geen slaafsche maar een kinderlijke vrees. En die vrees heeft een gezegende uitwerking. Die vreeze verootmoedigde hen. Dat doet de vreeze Gods altijd. Die vreeze werkt altijd, dat zulk een klein, nietig en verwerpelijk in eigen oog wordt. En op dezulken ziet de Heere in genade en gunst. Wat heeft Gods kerk toch met een wonderdoend God te doen! De engel roept hen toe: Vreest niet. Tevens wordt hun geboodschapt, waarom zij niet behoeven te vreezen. Wat zou een kind van God er mee gebaat zijn, wanneer de engel alleen maar gezegd had: «Vreest niet. Weet gij, wie daar mee gebaat is? Een, die nooit om God is verle gen gemaakt. Als die maar weet, dat hij niet behoeft te vreezen, is het hem genoeg. Een kind van God is het evenwel niet ge noeg. Zulk een heeft in zijn hart een won de, door den Heiligen Geest geslagen en die wonde kan nooit genezen worden dan door den Heere alleen. De Heere doet nooit een half werk en laat boodschappen, waarom de herders niet behoeven te vreezen. ZIE, ik verkondig u groote blijdschap. Bij Jesaja, belooft de Heere: „Het volk, "dat in duisternis zat, zal een groot licht zien. Maria, de moeder des Heeren zingt: „Groote dingen heeft aan mij gedaan, Hij die machtig is "en heilig is Zijn naam." Johannes de Apostel schrijft: „Ziet hoe groote liefde ons de Vader gegeven heeft". De Apostel Paulus vermaant: „Hoe zul len wij ontvlieden, indien wij op zoo groot een zaligheid geen acht geven." Aan de herders in de velden van Efratha verkondigt een engel groote blijdschap. Wanneer worden de dingen groot? Dan, als God er in gezien wordt, want God al leen is groot. Alle blijdschap, waarvan de Heere Jezus niet de oorzaak is, is ijdel, voorbijgaand en eindigt in eeuwige smart. ZIE, ik verkondig u groote blijdschap. Die blijdschap is groot, omdat zij van God is, door Christus is verworven en door den Heiligen Geest wordt toegepast. Die blijdschap is van God. De mensch kan zich die niet geven, maar God schenkt ze. Die blijdschap is door Christus verworven, vrucht van Zijn lijden en sterven. De Heere schenkt die groote blijdschap uit de volheid van Christus Jezus. Ze wordt alleen geno ten door dezulken, die door den Heiligen Geest geworden zijn een groot zondaar, ja de voornaamste der zondaren in eigen oog. Maria vertolkt dat heilgeheim in haar lofzang: „Mijn ziel maakt groot den Heere en mijn geest verheugt zich in God mijn Zaligmaker." De oorzaak van die blijdschap is de ge boomte van Christus. De engel Gabriel sprak tot Maria: „Dat-Heilige. Dat uit u geboren zal worden, zal Gods %oon genaamd wor den." In dat geboren Klndeke, in Wien het Gode behaagt heeft, dat in Hem al de vol heid der Godheid lichamelijk wonen zou wordt de zonde en de schuld uitgewischt, de wet voldaan en een eeuwige gerechtig heid verworven. Kennen wij iets van die zaken of bleven ze voor ons bedekt? Het komt er op aan de Christus den Za ligmaker te bezitten. Dit is het ééne noo- dige. Al hadden wij alles moeten missen maar den Heere Jezus bezitten, wij zouden onuitsprekelijk gelukkig zijn. Blijven wij van Christus verstoken, wij zullen Hem' ontmoeten", niet als 't Lam maar als een Leeuw, als de Rechter, Die wrake zal doen over alle versmaadheid Hem aangedaan. Wij hebben elkaar te waarschuwen voor onszelf. De grootste vijand dragen wij in ons hart. Het is altijd een rust zoeken bul ten Christus. Wij hebben elkander ook te waarschuwen voor den geest des tijds. Een verrot fun dament kan nooit de bouw dragen. Wij moeten van dat oude fundament worden afgebracht om op het van God van eeuwig heid gelegde fundament te worden gebouwd. Wij moeten bekeerd worden, niet alleen van de zonde, van de wereld maar bovenal van onszelf. Is het ons in waarheid om die zaken te doen geworden, wij hebben gezien, als de Heere komt, brengt Hij alles mee. Zijn komst is het, die het heil volmaakt. Wacht dan, ja wacht, verlaat u op den Heere. Zoek de ledigheid nooit zelf te vullen. In de werkplaats van den Heiligen Geest zal de ledigheid steeds grooter worden. In die ledigheid wil Christus geboren worden, daar in zijn, daar Zich openbaren in Zijn genade en gunst. Waar dat geschiedt, wordt door leefd: U is de Zaligmaker geboren. Daar wordt het vrije van Gods genade doorleefd. Hoe sterker die genade is, hoe dieper de ziel zich nederbuigt en aanbidt het eeuwig wonder, verheerlijkende God. Ds. L. v/h J. G. Vlieger - Kaasmarkt 7, Coolslngel A 17 Telef. S7874 Van Housdestraat 5 Rotterdam Weer alle Muziek leveiljiaar. Beljerlandschelaan 61 ROTTERDAM Z. TELEF. 72337 Ruim gesorteerd in Pendules en Wekkers, Gero - Zilmeta, Glas en Porcelein. iharis-g«vié«Hga'. 1 Uw oude vertrouwde adres was eerst Hang 'b/d Zeevischmarkt, en nu GOTJDSCHE SINGEL D 1 D. BOLLE ROTTERDAM Naar lager niveau De bezoekende Hand Gods over ons Mopperaars en murmiureerders De Heiland in bezet gebied Hoe zullen wij Kerstfeest Vieren We leven nu in een tijd, dat met de le vensmiddelen uiterst zuinig moet worden omgesprongen. Het gaat; er mondjes-maat naar toe, er is schier geen artikel of er zijn bons voor noodlg, waarbij men nog blij moet zijn dat men zijn kwantum op de bon kan krijgen. Met bons alleen zijn we echter niet klaar, we moeten ook geld heb ben om te koopen. Het prijspeil is nu ruim 25 procent gestegen en de verdiensten zijn er niet beter op geworden. Er komt voor moeder de vrouw die met de bons en met het schamele weekloon moet omspringen om ieder zijn deel te geven heel wat kijken- Een gulden is niets zegt ze dan. En ze draait 'm wel tienmaal om eer ze 'm uit geeft. Ik heb er altijd bewondering voor, vooral als die moeders hun zorgen en moei ten waardig dragen. Er is veel gemopper en gemor dat het nu zoo anders wordt het valt te begrijpen. Vader straks .zonder werk en geen uitzicht op steun, want die is afgeschaft. Och, het was vroeger zoo ge makkelijk: geen werk meer naar de steun. Soms wel éen heel jaar lang. Er werd ook wel eens misbruik van gemaakt. Niet? Ja, nu niet boos worden op Uw Waarne mer. Hij heeft het wel eens meer gezegd, dat het zoo niet kon blijven. En Waarnem-er is net als U, hij is gauw geraakt als men de dingen zegt zooals ze zijn. Men moet niet aan ons leventje komen! Rijk en arm we moeten van het niveau waar we op zaten af en een paar trap'pen lager gaan zitten. Dat valt nooit mee. Ik geef toe, dat de sociale toestand zoo'n vijftig jaar geleden, toen er van steun hee- lemaal geen sprake was, en de menschen in den zomer de schuld die ze 's-winters gemaakt hadden, bij den bakker en den kruidenier moesten afbetalen, verre van rooskleurig was. Daar was voorzeker spra ke van uitbuiting van den arbeider. Maar zeker is ook, dat er meer tevredenheid was. En die tevredenheid schepte een heel andere sifeer. Een Engelsch spreekwoord zegt: To be contented is better than mo ney tevreden te zijn is beter dan geld. Ik zal dat nu niet met voorbeelden illustree- ren, maar toch, men raakt erin zekeren zin van onder de bekoring als men de ouderen hoort vertellen, hoe verheugd ze allen wa ren als men zoo'n beetje rond kon komen; de kinderen goedgekleed, wat dekens op bed, kolen in 't hok, spek aan de zolder. En hooge eischen had men niet. En nu hadden we 't zoo best, zegt men dan en 't moet nu al minder en minder. De levens-verhoudingen beginnen nu radicaal te veranderen. Men vloekt er tegen in, dat het nu zoo anders wordt. Geen wondey, van nature doet men dat. Wij droomen im mers van geluk, van verkrijging van een hemel op aarde. Het moet al beter worden, ons al beter gaan. Maar is het niet de Hand des Heeren die dit alles doét Letten we daar wel op En waarom doet Hij dat Hebben we recht, ten? Wij bijten in den stok waarmee we geslagen worden. We zijn nu in de advents-weken, de ver wachting van de komst onzes Heeren in l^MMmuma^-: Wü?^Mg^M-^M!f>S^0M)g^W^^^^^^^^^J!S^MliMiWS, De Friesche Meren, die sinds jaren him hoogste waterstand hebben bereikt, ver oorzaken in geheel Friesland enorme overlast. Nieuwebrug is geheel geïsoleerd. I (Foto Polygoon). het vleesch. Toen zag het er ook niet roos kleurig uit op de aarde. Ook door de toe komstverwachtingen van het toenmalige Israël werd een streep gehaald, immers zij verwachten een aardsch Koninkrijk, maar Zijn Rijk is niet van hier. Harde lessen moesten er geleerd worden, maar het mee- rendeel vrilde er niet aan. Het was maar voor diegenen die het was weggelegd de gangen van dezen Vorst te zien. Ik lasch hier even tusschen in dat de Heiland ook in bezet gebied wandelde, tus schen mopperaars en murmureerders. Hebt U daar wel eens erg in gehad? En Hij be taalde schatting dien Hij schatting en tol, dien Hij tol schuldig was. Vreemde" zaak. Maar toch was Hij de El Schaddai, de ster ke God, de Vrede-vorst, die macht gege ven is in hemel en op aarde. En die Zijn Kerk bij de Hemelvaart toeriep: Vreest niet, Ik heb de wereld overwonnen. Wie bij Hem schuiling heeft gevonden zal de stormen des tijds weten te doorstaan. Zoo gaan we het Kerstfeest .tegemoet. Een Kerstfeest, donkerder dan wellicht ooit te voren. Zwaar zijn de wolken van het gericht Gods, de volkeren zijn als 't ware dronken van den toorn Gods. Kunnen wij nu de hoofden vol blijdschap omhoog heffen, naar de Ster der Hope, verwachtende de komst van Sions' grooten Koning? Dat zou toch moeten! De oordee- len Gods die op de aarde zijn, moesten ons geen vrees aanjagen of onze consiëntie ver ontrusten, maar met vreugde moesten wij Hem tegemoet zien, die tot Zijn Kerk zegt: Zie, Ik kom haastiglijk. Heft Uwe oogen op en vreest niet al die dingen moeten geschieden. En nog is het einde niet. In hetgeen zich thans op de v/ereld vol trekt, worden de ritselingen gehoord van Zijn wederkomst. Die daarnaar uitziet is een echt advents-kind, die .zoekt het niet bij een kerstboom, bij mistletoe, dennegroen en twinkelende lichtjes maar kent een andere vreugde die de wereld niet kent. Zooals we zeiden, de Christus geboren in een tijd van overheersching, in een door de Romeinen bezet gebied. Ten tijde dat Keizer Augustus „de geheele wereld" liet beschrijven en Cyrenius Stadhouder was. Genoeg wij leven nu ook in bezet gebied en vieren in bezet gebied het Kerstfeest. Als nu de Christus eens wierd geboren in ons hart, in dien beestenstal van zonde en ongerechtigheid, wat zou dat groot zijn. Dan pas zou zoo'n ziel met harte-vreugd kunnen zingen: Eere Zij God in de hoogste hemelen, vrede op aarde, in de menschen een welbehagen. Dan werd Kerstmis 1940 om nooit meer te vergeten! WAARNEMER. Teneinde Heeren Paardenhouders van eenlge voorlichting te dienen, inzake de voormonstering van paarden, acht de com missie het wenschelijk, door middel van on ze plaatselijke bladen een en ander te pu- bliceeren". Dit kan een vlot verloop van de keuring in hooge mate bevorderen. De voormonstering zal plaats hebben in 5 gemeenten op ons eiland en wel als volgt: Voor Ooltgensplaiat, Den Bonunel en Achthuizen te ACHTHUIZEN bjj den smid C. Jacobs op 23 Deceanber 1940 Voor Oude en Nieuwe Tonge te OUDE TONGE in de Eimuastra<at op 24 Decemiber 1940. Voor Middelharnis, Sommelsöijk en Stad aan 't Haiingvliet te MTODEL- HAKNIS op den Waterweg nabaj ga rage Fris op 37 December 1940. Voor Dirksland, Melissant en Her- kingen, te DHiKSLAND op den Sec retarieweg bij den smid Boogerman op 28 December 1940. Voor Ouddorp, Goedereede en Stel- lenöiam te GOEDEREEDE op den Achterweg bij den smid Beoaiud op 30 December 1940. Zooals reeds eerder gemeld, moeten alle paarden boven 3 jaar, behalve fokhengsten, op deze voormonstering verschijnen. Voor liet eventueel thuis laten van paar den tengevolge van een besmettelijke ziek te, ernstige kreupelheid of anderzins, moet een attest van een dierenarts worden over gelegd. Ten bewijze van het drachtig zijn van paarden, dat niet uiterlijk zichtbaar is, moet een verklaring- van een dierenarts worden getoond. Voor de op de Centrale keuringen ge primeerde paarden moeten de bewijzen van premiewaardigverklarlng worden meege bracht. Bij het ter keuring aanbieden van de paarden moet het organisatienummer van den eigenaar Van de paarden worden opge geven. Indien de eigenaar niet zelf ter keu ring aanwezig is, gelieve hij er voor te zorgen, dat zijn knecht dit organisatienum mer weet. Het ligt in de bedoeling van de commis sie, er zooveel mogelijk naar te streven, dat overbodig wachten, wordt voorkomen. De paardenhouders- zullen dus niet tegelijk, maar na elkander worden opgeroepen en wel op zoodanig tijdstip, dat de keuring geen vertraging ondervindt. De Heeren Burgemeesters .zullen door middel van hun veldwachters den paarden houders persoonlijk doen aanzeggen, op welk uur men op de monstering aanwezig moet zijn. Wij vertrouwen er op, dat men zich stipt aan het opgegeven uur zal hou den. Wlij waarschuwen er nadrukkelijk op, dat paardenhouders, die eventueel geen aanzeg ging mochten krijgen, niettemin verplicht zijn, met hun paarden op de monstering te verschijnen. Niet-verschijning is niet alleen STRAFBAAR maar kan ook inbeslagname van de paarden tengevolge hebben. Eigenaars van paarden die hun paarden op eens anders naam ter monstering aan bieden zijn niet alleen zij doch ook hij op wiens naam dit geschiedt, strafbaar. De paarden worden direct na keuring, zoowel de goedgekeurde-, als de afgekeur de, op de Unkervoorhoef van een brandmerk voorzien. Voor de goede orde is het noodzakelijk, dat de paarden van één zijde worden aan gevoerd en van de andere zijde worden af gevoerd. De monstering moet als 't ware als een film verloopen. Dit is heel goed mo gelijk, als allen hieraan hun volle medewer king verleenen. Aan aller medewerking twijfelen wij geen oogenblik, omdat wij steeds bij de vele voorkomende maatregelen nimmer Eunders hebben ondervonden. Op de keuring zullen eenige knechts van ons aanwezig zijn, wier aanwij.zingen. men stipt gelieve op te volgen. Deze knechts zijn te herkennen aan een kaartje op hun jas, waarop een P. is aangegeven. U nogmaals beleefd Uw medewerking verzoekende en, gezien het jaargetijde, U gunstig weder toewenschende, teeken ik. Dé PI. Bureauhouder, H. VAN HEEST,

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1940 | | pagina 1