CHDWEEKEMAD N.V. UITGEVERSMAATSCHAPPIJ „EllANDEN-NIEUWS" Brood uit den hemel. J HENIGER Jr. Uit het Kijkvenster. STICHTELIJKE OVERDENKING 13e Jaargang ZATERDAG 14 SEPTEMBER 1940 No. 1176 Bekendmaking WAARIN SEDERT 1 N O V EM B ER 1935 OPGENOMEN HET BLAD .ONZE E ILAND EN" - 18^ JAARGANG UITGAVE VAN Het manna schaduwt af het brood des levens in Christus op aarde neer gedaald. De Heere Jezus leert de schare in de synagoge te Kapemaum: „Voor waar, voorwaar zeg Ik u, Mozes heeft 'u niet gegeven het brood uit den he mel, maar Mijn Vader geeft u het wa re broodwant het brood Gods is Hij, Die uit den hemel nederdaalt en Die der wereld het leven geeft." Op de vraag der Joden: „Heere geef ons altijd dat brood," klinkt het antwoord des Heeren: „Ik ben het brood des levens." Waar schonk de Heere het man- nabrood? Het was in de woestijn. Door 's Heeren arm het diensthuis Egypte uitgeleid, werd het volk Isra ël de huilende wildernis ingeleid. Naar menschelijke berekening waren zij allen ten doode opgeschreven. De woestijn leverde geen voedsel op. En aldaar deed de Heere het brood uit den hemel regenen. Welk een ontwaken! Als de kinde ren Israels de deur hunner tenten open sloegen, lag voor hen, achter hen, aan alle zijden het witte, reine mannaveld. Is het wonder, dat de een den an der toeriep: Man! Wat is dat? Zoo schenkt de Heere in de Woes tijn van dit leven -het geestelijk Is raël in den Heere Jezus het levens brood. Van nature wegen wij ons geld uit voor hetgeen geen brood is en on zen arbeid voor hetgeen niet verzadi gen kan. Wanneer nu een zondaar, gelijk de verloren zoon tot zichzelf komt, wordt deze wereld hem een woestijn. Hij leert zien, dat de wereld geeft steenen voor brood. De grootste wil dernis leert hij kennen in zijn eigen hart, waar enkel onkruid tiert. De waarheid wordt waarheid in zijn bin nenste: „Uit u geen vrucht in der eeuwigheid." Diepe weg, wanneer een zondaar bij het ontdekkend licht van den Hei ligen Geest op aUes den dood leert schrijven, het leven uit eigen hand verliest en Gods recht toevalt, dat hij niets anders verdiend heeft dan den eeuwigen dood. In die woestijn wordt vrije genade verheerlijkt, de taal der verwonde ring geleerd: „O God des aanziens," de verkiezende liefde Gods groot ge maakt. Wat schonk de Heere in het man- nabrood? Alles wat het volk op de reis door de woestijn noodig had. De onwedergeboren mensch zoekt,, uit de aarde aardsch, de eene genie ting na de andere in de wereld en er is niemand, die kan zeggennu ben ik voldaan. De wedergeborene vindt in den Heere Jezus, het brood des le vens, alles wat hij noodig heeft voor tijd en eeuwigheid. Christus leert in Joh. 6: „Die tot Mij komt, zal geenszins hongeren en die in Mij gelooft, zal nimmermeer dorsten. Zoo iemand van dit brood eet, die zal in der eeuwigheid leven." Maar ook de keerzijde is eeuwig waar. „Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, tenzy dat gij het vleesch eet van den Zoon des menschen en Zijn bloed drinkt, zoo hebt gij geen leven in uzelven." Met een dubbel „voorwaar, voor waar zeg Ik u," wordt ons gebood schapt: Buiten Jezus is geen leven maar een eeuwig zielsverderf Asaf vindt in Gods heiligdom in den Heere alles. Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde. Pauliis leerde alle dingen schade en drek achten bij de uitnemendheid der kennis van Jezus Christus. Hebt gij reeds leeren verstaan, dat alles buiten den Heere Jezus de dood is? Is het uw smart geworden, dat gij het altijd buiten den Heere in de we reld en in uzelven hebt gezocht? Is het uw. kruis geworden, dat gij dagelijks na ontvangene genade het altijd weer zoekt buiten dat levens brood Dat leert klagen: Ik ellendig mensch, wie zal mij verlossen van het lichaam dezes doods. Kent gij die levende klacht? Dat zijn de voetstappen in de woestijn. ANNO 1872 De Nederlandsche Roode Kruis Ambulance, onder leiding van Dr. F. H. Meihuizen, is uit Finland in Den Haag teruggekeerd. (Foto Polygoon). MAGAZIJN „RIO" ----- iiAnDEntiiEUW Aboimementsprfla 80 cent per 3 maandenbg vooruitbetaling. VerschUbt iederen Woensdag en Zaterdag 2 maal per «eek. AfzomderQike aummeis 5 cent Buitenland 8 gulden per jaar Gevestigd te Middelliainb i Frins Hendiikstr. 122 C Giro 167930 i Fostbo^ 8 Tel. 17, Bpiantoor Toor Zeeland: St. Maartenailök Mailit, Telef. 69. Advertentici>pi^ 20 cent per regel. Reclames 40 ot.; Diensti aanvragen va. aanbiedingen van 1—6 t^els 80 cf.; Boek^aan^ kondiging 10 cent <ptc r^el Contracten belangiQk lager. I ■■■■■l^HHMHHBHi^lBHIIHH^HIiraH^^HHHH Toen zeide de Heere tot Mozes: Zie, Ik zal voor ulieden brood jiit den hemel regenen: en het volk zal uitgaan en verzamelen elke dagm^at op haren da^. (Exodus 16 4a.) (Wordt vervolgd.) Ds. H. A. L. voorheen Kipstraat 85-87 hoek Pannekoekstraat N V Van huskruit en verwoestingen Ramp in Delft in 1654 Wederop bouw door de gemeenschap Zor gen en bezorgd z:ljn. Schepper en schepsel. Met ontzetting vernemen we dagelijks wat het luchtwapen in dezen oorlog ver mag. Kolommen druks zijn gewijd aan het geen deze week Londen heeft getroffen. Het moet iets ontzettends zijn zich in zoo'n donkere millioenen-stad te bevinden, ter wijl vijandelijke vliegtuigen in het lucht ruim golven en een regen van bommen la ten neerstuiven. Rotterdammers, die het in eigen stad meemaakten, weten wat dat is. Waar moet men zich verschuilen? Het moet een gewaarwording zijn, alsof de oor- deelsdag is aangebroken. Geschiedvorsers zullen tevergeefs zoeken de' weerga van dergelijke verwoestingen te vinden. Bilderdijk heeft in proza en poëzie zijn tijdgenooten en het nageslacht onder richt hoe Leiden in 1807 door het in de lucht springen van een kraakschip met bus. kruit werd geteisterd, maar dat is kinder spel bij het hedendaagsch gebeuren Gehee- le steden worden nu op hun grondivesten omgekeerd. De uitvinding van het'buskruit is de eer ste stap geweest in de richting, die men is gegaan met de moderne oorlogswerktuigen. Springstoffen van allerlei aard immers zijn het, die van weerszijden worden gebruikt om den vijand te treffen. Men weet nu, nu er duizenden bij duizenden kilo's springstof fen worden verwerkt er heel 'wat voorzicht- tiger mee om te gaan, dan toen het veel minder gevaarlijke buskruit alleen in zwang wa's. In de stad Delft is tenminste in 1654 door een onverklaarde onvoorzichtigheid daarmede een vreeselijke ramp gebeurd. De stadskruittoren was namelijk tot ber stens toe met dit gevaarlijke goedje gevuld. Zekere commies Soetens, met het toezicht op het veilig bewaren dezer springstof, be last, ging in den morgen van 12 October 1654 tusschen 10 en elf uur den toren binnen, om er een hoeveelheid jachtkruit uit te ha len. Door een oorzaak, die nimmer is be kend geworden, ontstond een ontzettende ramp: een verschrikkelijke ontploffing greep plaats met al de daaraan verbonden gevolgen. Ben geweldige knal, rookkolommen en vuurzuilen, gevolgd door explosies en in stortingen! De zwaar gebouwde kruittoren vloog als een kaartenhuis ineen, meer dan 200 woonhuizen werden totaal verwoest, boomen uit den grond gerukt, daken en ra men van verder gelegen huizen afgerukt en beschadigd. De steden in den omtrek, Rotterdam, Schiedam, Vlaardingen, Den Haag, Gouda dreunden van de ontploffing en overal in Holland had men de Indruk alsof een aardbeving plaats greep. Vele kunststukken werden vernield en algemeen beschouwde men het als een wonder Gods, dat het prachtige grafmonument ter eere van den Vader des Vaderlands, Prins Wil lem van Oranje, in de nieuwe kerk, niet het minst geleden had. Er gebeurden ook toen wonderen, zooals dat ook bij de bom-aanval te Rotterdam is geschied. Bij die ramp te Delft, ergens in een beschadigd huis stond een wieg, waarin een paar tweelingen zich ge zond en wel bevonden, terwijl over de, wieg heen het ontzielde lichaam lag van de moeder. Een éénjarig» kind in zijn kin derstoeltje werd eveneens ongedeerd te voorschijn gebracht, nadat het ruim twin tig uur onder het puin van een neergestort huis was bedolven geweest. Bejaarde men schen van 70 en 80 jaar werden na uren delvens naar boven gehaald, terwijl een vrouw, die drie otf vier dagen na de ramp uit de puinhoopen werd getrokken in haar verbijstering vroeg of de wereld vergaan was. Zij weigerde te gelooven, dat alleen de Delftsche kruittoren in de lucht was ge sprongen. Deze catastrophale gebeurtenis is voor t' nageslacht bev/aaid in de „Per fecte relatie van 't springen van het Maga zijn binnen Delft," 12 Oct. 1654. De wederopbouw van Delft heeft men aanstonds ter hand genomen. Op last van classes en synoden werden in alle kerken collecten gehouden, die aanzienlijke som men opbrachten. De arme dakloozen wer den bij particulieren en in de Delftsche gast- en weeshuizen vriendelijk opgeno men. Het meeste voor de wederopbouw de den de Staten des lands. Delft werd 4 jaar vrijgesteld van de verpanding van alle hui zen, grondbelasting en heffingen op vaste goederen. De stad DeKt was destijds aan geslagen voor f 29495.bijna 30.000 gul den. Die hun geheel vernielde huizen op de plaats der oude moest laten bouwen, werd een vrijstelling van niet minder dan veer tien jaar verleend. Zoo werd van overheidswege 'de stede lijke gemeenschap en de bevolking van Delft de helpende hand toegestoken en door bijdragen van kerken en particulieren, kwam men na eenige jaren, de ramp weer te boven. Wat nimmer te herstellen was. was het verlies van eenige hondei-den men- schenlevens. Dat is nu nog zoo. Verloren goed mag erg zijn, maar verlies van men- schenlevens is niet te herstellen. De voedselvoorziening is, zooals we laatst schreven, in oorlogstijd een belangrijk vraagstuk. Menig huismoeder is er ook mee bevangen, want er is eenige practijk uit den vorigen oorlog. Bij duizenden zijn de inmaakglazen gevuld met allerlei groenten en vele andere producten zijn voor bederf gevrijwaard in de provisiekast opgelegd. Groente en fruit was dit seizoen voor het grijpen en niet duur, zoodat wie er het gla zen fust voor had, gelijk had er voldoende van te steriliseeren. Zorgen is goed, fels het tot in het rede lijke blijft. Bezorgd-zijn is af te keu ren. Wie kan met bezorgd te zijn eene el tot zijn lengte toedoen? Men kan het hoofd breken over zooveel dingen, dit op de distributie en dat op de bon, stooksel, voedsel, deKfeel, kleeding er is geen eind van. Al die dingen worden zoo moede dat men er moe van wordt. Ik hoorde deze week een vrouw lamenteeren, dat ze nog wel dit zou willen koopen en dat zou willen inslaan, maarde middelen ontbraken. „Zoo," zei de andere vrouw, „dan hebt U nog niet naar Boven gekeken. Want daar is alles. Van den Vader zijn alle goede giften afkomende. En op 't oogenblik hebt U nog van alles volop. De Schepper heeft z'n schepsel dus nog niet in de steek gelaten en krachtens schepping zal Hij voor zijn schepsel blijven zorgen." Het komt er,nu maar op aan hoe onze verhouding tot den Schepper is. We kijken meer naar beneden dan naar Boven. We zijn als die viervoeters die de eikels onder de boomen eten, zonder opzien waar ze van daan vallen. Rechthebbende schepselen. Ik lees van de jonge raven, dat God hun '-~-.*j gekrijsch hoort. Zoo zal Hij ook hooren dien, die dag en nacht tot Hem roept. En die in waarheid roept is ook met het toege- worpene tevreden. WAARNEMER. Bejjerlandschelaan 61 KOTTEKDAM 1. TELEF. 72227 Ruim gesorteerd in Pendules en Wekkers, Gero - Zilmeta, Glas en Porcelein. De Burgemeesters van het eiland Goeree- Overflakkee mateen het volgende bekend op bevel van den hder Leider der S.S.-eenheden op Goeree en Overflalkkee: Aan alle bewoners viam het Eiland GOEREE EN OVERFLAKKEE Teneinde de militaire bescherming van het Eiland Goeree-Overflakkee te verzeke ren, wordt het navolgende verordend: 1. Alle verordeningen van de Duitsche Overheid en militaire dienstposten, die voor bescherming van het eiland noodzakelijk zijn, zijn door iedereen onmiddellijk op te volgen. 2. Alle personen, die voor 1 Sept. 1940 hun vaste woonplaats, d.w.z. die in geschreven zijn in het bevolkingsre gister, niet op het eiland Goeree- Overflakkee gehad hebben, moeten, voor zoover niet reeds geschied, on middellijk het eiland verlaten. Uitgezonderd hiervan zijn personen die op afdoende wijze kunnen aantoo- nen dat zij tenminste van 1 Sept. 1940 aif hun vaste werkkring in een bepaalde plaats, of bij een bepaalde onderneming (Spoorwegen enz.) heb ben. 3. Zooals reeds in de dagbladen werd be kend gemaakt, is het verboden zich vanaf heden in den tijd van 22 uur tot 4 uur buiten of op straat op te houden. 4. Het is verboden in den tijd tusschen zonsondergang en zonsopgang de bui tendijken, de gorzen en alle havenin- vaarten, voorzoover ze niet tot het bewoonde gebied binnen de gemeente behooren, te betreden. Overtreders van deze bepa,ling wor den onmiddellijk gearresteerd. Bij pogingen tot ontvluchting wordt onmiddellijk met scherp geschoten. 5. Gedurende de duisternis mogen geen Voertuigen onderweg zijn. Artsen die voor dringende geneeskundige hulp overland moeten rijden, hebben In ieder af zonderlijk geval van te voren het S.S. commando te Middelharnis telefonisch hiervan in kennis te stel len, teneinde moeilijkheden te voor komen. Zij moeten de te berijden route opge ven en hun speciale vergunning vol gens de in de dagbladen bekendge- geven richtlijnen, bij zich dragen. 6. De Duitsche Weermacht neemt geen enkel risico op zich voor personen- en/of materieele schade bij motorrij tuig-ongevallen. Teneinde alle wegge bruikers voor schade te bewaren wordt verordend dat alle doorgangs straten en -wegen vrij gehouden moe ten worden. Overdag moeten alle weggebruikers tegenkomende of hun inhalende Weermachts-wagens zoo snel mogelijk uitwijken. 's-Nachts mogen geenerlei voertuigen, machi nes of dergelijke op de doorgangs straten of -wegen staan. 7. Op de volgende verordeningen van den Heer Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied wordt bijzonder verwezen, naar: a. Verordening No. 12/1940 waarna op alle strafbare feiten, die zich tegen de Duitsche Weermacht, niets daar van uitgezonderd, richt, de Duitsche Krijgswetten van toepassing zijn. b. Verordening No. 25/1940, waarna het zenden of ontvangen van berichten, onverschillig van welken aard, door radio of door seinen, alsmede door reisduiven verboden is. IN ZWARE GEVALLEN KAN BIJ OVERTREDINGEN MET VOORBE DACHTE RADE VEROORDEE LING TOT TUCHTHUISSTRAF BESP. DE DOODSTRAF VOLGEN PARAGR. 12. c. Verordening No. 45/19'40. Verbod be treffende het onkenbaar maken van motorrijtuigen. d. Verordening No. 52/1940. Toepassing van het Duitsche strafrecht in straf- zaken, die zich tegen het Groot- Duitsche Rijk, het Duitsche Volk, de N.S.D.A.P., alsmede tegen Duitsche Staatsburgers richt. 8. Vanaf 1 October 1940 moet ieder be woner boven 15-jarigen leeftijd een identiteitsbewijs met foto voortdu rend bij zich dragen. 9. Sabotage-gevallen, van welken aard ook, b.v. onkenbaarmaking van weg wijzers, het doorsnijden van telefoon geleidingen e.d., worden naar de be palingen der Duitsche krijgswetten gestraft. Indien de dader niet kan worden op gespoord, dan is de gemeente op wel ker grondgebied de strafhandeling werd begaan, daarvoor verantwoor delijk en kan ten alle tijde ter ver antwoording geroepen worden. 10. Voor voldoende bekendmaking en op volging van vorenstaande verorde ningen zijn de Burgemeesters van de onderscheiden gemeenten verantwoor delijk. MIDDELHARNIS, 9 September 1940. DE LEIDER DER S.S. EENHEDEN OP GOEREE EN OVERFLAKKEE. TABAK EN SIGAREN ONDER DISTRIBUTIEWET. 's-GRAVENHAGE, 9 Sept. Bij beschik king van den secretaris-generaal van het departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart ingevolge de Distrlbutiewet 1939 (distributie van tabak en tabakspro ducten), in het heden verschenen Verorde ningenblad gepubliceerd, zijn onbewerkte tabak en tabaksproducten aangewezen als distributiegoederen in den zin van artikel 4 van de Distrlbutiewet 1939. De voor de uitvoering hiervan noodige bepalingen worden door den secretaris-ge neraal van het 'departement van Handel, Nijverheid en Scheepvaart vastgesteld en in de Nederlandsche Staatscourant bekend gemaakt.

Krantenbank Zeeland

Eilanden-nieuws. Christelijk streekblad op gereformeerde grondslag | 1940 | | pagina 1