CMDWEEKBIADöpGED
N.V. DiïGEVERSMAATSCHAPPU „EILANDEN-NIEÜWS"
Uit het Kijkvenster.
Buitenland
„Mijnhardtjes" De Nederlandsche Pijnstillers
STICHTELIJKE
OVERDENKING
13e Jaargang
ZATERDAG 10 AUGUSTUS|1940
No. 1166
„Het gebed des Rechtvaardigen"
verhoord.
Bekendmaking
WAARIN SEDERT 1 NOVEMBER 193 5 OPGENOMEN HET BLAD .ONZE EILANDEN" -^ 1 8E J A A R Q A N Q
UITGAVE VAN -^—^-^
1.
De tijd lag achter den rug dat Is
raël, door een almachtigfe kracht
Gods was uitgeleid, uit den ijzeren
oven van Egypte en ook had dit volk
doorleefd, hoe de Roode Zee was ge
opend, ten goede voor hun, ten kwade
voor de vijanden.
Dus had de Heere op eene vol
maakte heerlijke wijze Zijn wond'ren
ten toon gespreid, opdat niemand zou
de zeggen: Ik heb zulks niet gewe
ten of aanschouwd. Dus Mirjam de
zuster van Mozes en Aaron, had ook
deze wonderen doorleefd en had zij
niet met de menigte der vrouwen be
jubeld, de vérlossing door Jehovah
verricht?
Had God Zijn toorn nadien niet ge
openbaard als het volk, niet tevre
den met 's Heeren weg, om vleescdi
had gevraagd, en zij dat in het onge
noegen Gods ontvingen? Waren er
toen niet velen gestikt met 't vleesch
tusschen hun tanden?
O, hoe vreeselijk als Gods oordeel
neerdaalt en Mirjam had dit alles
met eigen oog gezien, doch de hoog.
moed kwam in haar hart omhoog. Zij
die Mozes gelegd had in een kistje
in de Nijl. had toch het geschrei
van het jongsken vernomen en hoe
verheugd was zij met Mozes gesneld
naar haar moeder, wijl de prinses een
voedster verlangde voor dien He-
breër. Mirjam kon toch zeggen hoe
dat kind op wonderlijke wijze was ge
spaard, ondanks de toorn des Ko-
nings, door Gods arm behouden.
Welnu deze vrouw moet ervaren
als men van God is afgedwaald, dat
Gods straf niet kan uitblijven. De
Heere hoorde de stem van Mirjam
dat zij, ondanks hetgeen zij gezien
en gehoord had, afweek van den weg,
daarom sloeg de Heere haar met een
vreeselijke krankheid. Dat moest zij
nu ervaren, zij die eertijds uitblonk,
diens zon werd verduisterd. Wat een
ramp.
Mirjam werd met deze ziekte be
zocht en de oorzaak was, omdat zij
niet vertrouwde de Goddelijke roe
ping van Mozes.
Tevens was zij met jaloerschheid
vervuld tegenover haar broeder, om
dat hij eene Kuschietische ter vrouw
had genomen, hoewel het niet door
den Heere was verboden, want wel
had God verboden zich met de Ka-
naanieten te vermengen. Dat verwek
te in haar hart haat en dat wordt al
spoedig geopenbaard, wanneer zij
met Aaron haar broeder haar ziens
wijze bekend maakte.
O, hoe kan de eene tong een ander
aansteken en medesleepen en hoe
diep treurig, één die voorheen gepro
fiteerd heeft, spreekt kwaad over
Mozes, die toch alleen door Gods
kracht geroepen en geleid was 't ver
drukte volk te verlossen.
O, hoé valsch om achter den rug
van haar broeder vele beschuldigin
gen naar zijn hoofd te slingeren. Dat
is het vreeselijke werk van den vorst
der duisternis, als menschen elkaar
beleedigen achter hun rug. Aldus ge
schiedde met Mirjam en Aaron te
genover Mozeswant zij zeide„Heeft
de Heere maar alleen door Mozes ge
sproken?" Heeft de Heere ook niet
door ons gesproken? Doch hoewel zij
het niet tegen Mozes gezegd hadden,
toch werd hem bekend gemaakt hoe
zijn zuster en broeder hem wan
trouwden. Doch als hij dit vernam,
dan wreekt hij zich niet, doch daar
hij zeer zachtmoedig was, meer dan
anderen op aarde, dan blijft hij op
den Heere vertrouwen.
Als Mozes wordt gelasterd, hij
toornde niet, doch geeft 't al over
aan Dien, Die hem moest steunen.
Doch hoe Mozes ook zachtmoedig
bleef en zwfeeg, kon zijn God niet zwij
gen, daar Gods eer en werk was aan
gerand en des Heeren deugden niet
geloovig werden omarmd. Daarom
spreekt de Heere dat zij zich moesten
afzonderen, want de Heere wilde niet
dat dit kwaad zou voorttelen.
Nu stonden zij voor het aangezicht
des Heeren in de ten'te Gods en ter
wijl Mozes meermalen voor zijn God
geijverd had, ontsloot nu de Heere
Zijn ijver voor Zijn kind. Want God
had de duivelsche uitspraak van Mir
jam vernomen, daar zij haar broeder
niet eerde, kon de Heere niet toela
ten dat Mozes zijn kind bevlekt werd,
daarom antwioord Hij vanuit den he
mel. Gij hebt niet gevreesd Mijn werk
te betwisten, welnu gij zult ervaren
dat 't niet ongestraft blijft.
En terstond daalt de wolk omlaag,,
de wolk verdwijnt en daar staat Mir
jam melaatsch wit als de sneeuw.
Zij droeg het teeken van Gods mis
noegen, daar die ziekte vreeselijk was
en zoo stond Mirjam met Gods vloek
beladen. Vreeselijk is deze ziekte door
allen gevreesd en geweerd, en steeds
klonk de uitspraak ,.onrein, onrein
De melaatschheid was ontzettend
en daarmede werd Mirjam bezocht.
Mozes moest zijn aangezicht bedekken
van wege den glans des Heeren, Mir
jam moest een sluier nemen om haar
schande te bedekken.
Hoe vreeselijk is het met den
mensch gesteld, niets geheeïlf aan
hem, daar de gansche menschheid
met melaatschheid is geslagen, om
dat men een heilig God heeft belee-
digd in het Paradijs. Hoe donkerden
dor is het in de ziel van Mirjam, doch
ook in aller ziel geworden, omdat
men de levende fontein verlaten heeft
en bakken uitgehouwen, gebrokene
bakken die geen water houden. De
oorzaak dier straf was, dat zij niet
geloofde dat haar broeder zulk een
Goddelijke opdracht had ontvangen.
Ach hoe zweeg die- zachtmoedige,
doch hoe vreeselijk was het Goddelijk
antwoord. Mozes mocht weer erva
ren. „Ik zal voor U strijden en gij
zult stille zijn."
Het droevigst is, dat 't vergift ba
rer tong haar broeder Aaron verleid
had en zij Mozes verdacht maakte, een
heilig God wantrouwde, omdat zij
niet onder, doch boven hem wilde
staan. Was 't alzoo niet in 't Paradijs?
Omdat men den gevallen engel meer
geloofde dan dien Heiligen God,
dronk men het vergift uit den beker
des satans en daarom draagt de gan
sche menschheid Gods straf. Dus
werd Mirjam door God. geslagen met
melaatschheid en droeg dat kleed der
schande, voor 't aangezicht van
gansch Israël.
L.
V.
VERBOD OM NA ELF UUR OP STRAAT
TE :2lJN OPGEHEVEN.
VAN SEVENTER'S
POSTZEGELHANDEL
2 St. 10 ct.
12 St. 50 ct.
niEuws
Abonnementsprfls 90 cent per 3 maandenbü vooruitbetaling.
Verschint lederen Woensdag en Zatprdag 2 maal per week.
Afzonderlïike ftummer» 5 cent Buitenland 8 gulden per jaai
Gcvesügd te Mlddelhainfa Prins Hendrikstr. 122 O Giro 167930 i Postbox 8 Teï. 17,
Bjpcantoor voor Zeeland: St. Maartenaayk Marbt, Telef. 69.
Advertentie<pi|{s 20 cent per regel. Reclames 40 et.; Dienste I
aanvragen en aanbiedingen van 16 r^els 80 et.; Boekmaan* I
kondiging 10 cent p« t^el Contracten belangr^k lager.
,,0, God, heel haar toch!"
(Num. 12
3b.)
(Wordt vervolgd)
Onze thee en onze tabak Ker-
keraden, die het rooken afkeurden
Betekende dominé's Afgoden,
die in rook opgaan De vondst
ivan Salomon Dpits.
Nu wij wat krap in onze thee ea tabak
beginnen te zitten, is het misschien inte
ressant, onze lezers daarover iets te ver
tellen.
Niet altijd hebben wij in ons landje thee
gedronken, want in de 16e eeuw was het
bier in Nederland nog de algemeene volks
drank. Toen de Oost-Indische Compagnie
de thee vanuit China begon in te voeren,
trachtte zij het gebruik van deze nieuwe
drank zooveel mogelijk te bevorderen.
We hadden toen niet de couranten-recla
me, zooals thans, (of liever kort geleden)
waarin met schreeuwende letters stond:
„Thee doet je goed!" hoewel de propaganda
echter van niet minder inslaanden aard was
Een dokter, die hiervoor door de Compag
nie vermoedelijk flink werd betaald, schreef
in een ,,Tractaat van het exelentste cruijt
thee" de thee voor als een wonder genees
middel, dat alle kwalen verdreef.
„De thee, verdrijft zware droomen, ver
ligt de hersenen van zware dampen, ver
ligt en geneest alle duizelingen en pijnen
des hoofds, maakt het gezlgt klaar, ver
drijft overtollige slaa,p, verjaagt de dom
migheid, courageert het harte, doet de
vrees wijken, scherpt het vernuft, versterkt
de memorie en lescht de dorst."
Hij raadde bovendien aan per dag min
stens 8 of 10 koppen te drinken en vond
er zelfs geen bezwaar in, wanneer naen
50 of 100 koppen thee achter elkaar ver
zwolg.
Het valt te begrijpen, dat de Compagnie
met een dergelijk tractaat zeer ingenomen
was. Meer en meer werd de thee aange
prezen als een voortreffelijk geneesmiddel.
In de loop van de 17e eeuw werd de thee
niet alleen in deftige kringen, maar ook
door den eenvoudigen burger gedronken,
al vonden de deftige burgers de thee een te
voornaam kruid, om door den eenvoudigen
burgerman te worden genoten.
Bij anderen vond de nieuwe drank ver
zet: in een oud geschrift lazen we, „thee-
drinken was goddeloos, nutteloos, de thee
was onwaard, dat ze uit verre landen ge
bracht werd en dat de gekken er zooveel
voor uitgaven." Dit kon echter niet belet
ten, dat de thee in de 17e en 18e eeuw
de algemeene volksdrank werd.
Met de tabak is het ongeveer op dezelfde
manier gegaan; in de loop der 16e eeuw,
zoo vertelt de Nederlandsche geschiedschrij
ver Emanuel van Muteren, werd tabak pas
in Europa bekend! „Door verscheijdene
togten^van verschei|e scheepvaarden is er
uit West-Indien vaniBrasilien en de kusten
van Peru, gebragt eln gedroogd kruit, dat
men bij ons Nicota,nfe, en in Indien Tobac-
C(J noemt, gedroogd in den rook; dit is nu
in Europa eerst bekend gewerden binnen
deeze 20 of 25 jaaren, en komt in meeni-
gerhande fatzoen voor: opgewonden en ge
rold; dit gebruiken zij, wat gedroogd tot
poeder, met een zilvere of steene gebakke
pijpje, daartoe eigentlijk gemaakt of ge-
baltken, van eenen vinger lang, en voor in
een bakje, een halve hazelnoot groot, dat
zij met het poeder vullen en steeken daar
het vuur in met eene kool of kaers," en zui
gen daarvan in lijf of mond en dien vol
rook hebbende, blazen dien weder de neus
gaten uit en dat zo lang, totdat het alles
uitgebrand is, en doen dat zoo dikwijls hun
goeddunkt, en dat noemen zij elkander een
pijptabak toedrinken. Veele gebruiken dat
alle uren van den dag, na en voor den eten
's morgens vroeg en 's avonds laat, en dee
ze menschen verlekkeren zoo daaraan, ge
lijk de dronkaards aan wijn en bier en kun
nen zig dat niet ontwennen, zijnde van na
ture verwarmende en verdwelmende de
harsenen; is in 't eerst goedkoop geweest
en verkogt voor eenen gulden 't. pond, dat
nu tot zes, tien, twaalf guldens en meer,
naar deszelf s deugd en zoort, verkogt werd.
De Medicijns van onze eeuw weten de kragt
van dit gedroogd kruid niet, als onlangs
eerst bekend; de meesten achten het kwaad
vermits niet kan geloochend werden, dat
alle gebrande dampen rook maken, en alle
rook maakt zoet, en dat zoet in 't hoofd
en harsenen kan niets goeds voortbrengen...
Toen het „toeback-rooken" in ons land
meer en meer in gebruik kwam, ondervond
het aanvankelijk fel verzet; er waren ver
ordeningen, waarvan er een luidde: „al wie
toeback rookt, zal met de sweepe gecorri-
gheert worden!"
Dronkaards en tabakzuigers werden als
één soort lieden beschouwd. Kerkeraden
keurden het rooken zoo sti*ng af, dat zij
soms de nieuwe lidmaten plechtig lieten
beloven: ,,'t fenijnich cruijt toeback, een
werck en inventie des satans, te vlieden
als een pestlocht." De Brabantsche popu
laire dichter Adriaan Poorters achtte de
tabak zóó schadelijk, dat hij schreef: „Van
den taback sterven de verkens en de men
schen vaeren der niet veel beter aif."
Anderen legden er weer de nadruk op,
dat het rooken van tabak het denkvermo
gen zou versoherpen: „Als men in eenig-
heijdt (eenzaamheid) zit en een pijpje
smookt met 't eene been over 't ander,
vetrekt eenigszins het chagrijn en de herse
nen worden soodanigh gesuijvert, dat men
hoev langer hoe meer begint te sien en te
oordeelen."
Hoe men er over dacht, de tabak heeft
als genotmiddel ruim zijn weg gevonden.
Zoo zelfs, dat ons land een der meest-
verbruikende naties was van heel de wereld
Wij hebben er wel eens op gelet, wanneer
we foto's zagen uit andere landen, dat de
heeren slechts zelden een sigaar of pijp in
den mond hadden, terwijl men de Nederlan
ders niet denken kan Zonder sigaar of de
zoo populair geworden sigaret.
Had men in vroeger tijden, zooals wij
boven aanhaalden, van kerkeraadszijde be
zwaar tegen lidmaten, die „toeback sogen",
dat is al vrij vlug veranderd. De consisto
riekamers moesten eigenlijk wel een extra
schoonmaakbeurt hebben voor de stank van
de rook. In sommige kerkeraden zette de
koster voor de vergadering de tabakspot
midden op tafel en legde de pijpen gereed.
Want de broeders hadden ieder hun eigen
lange Goudsche pijp. En hoe feller het de
bat, hoe straffer er werd gerookt. Dan kon
men de rook snijden.
Uw Waarnemer was, enkele jaren gele
den, op verjaars-visite bij zijn predikant.
Voor die gelegenheid nam hij een klein kist
je sigaren mee. Het was al het „zooveelste"
de dominé stapelde ze naast z'n stoel op.
„Gerookt vleesch bederft niet" placht hij
te zeggen. Hij stoomde van den morgen tot
den avond.
Oif rooken geoorloofd is? Het is een in
gewortelde volksgewoonte. Ik weet van een
andere predikant, die er last van kreeg.
Niet, wat zijn gezondheid betreft, maar
consiëntieus. De verslaafdheid van het
rooken was hem tot zonde geworden en hij
'liet het. Toen hij door een collega eens
gevraagd werd, waarom hij het rooken na
liet, antwoordde hij: Broeder, het zijn
altemaal afgoden!" Het laconieke antwoord
was: „en ik laat mijn afgoden in rook ver
vliegen!"
Alle verslaafdheid is zonde, .Zoowel van
een teveel gebruik van wijn als van tabak.
Laten we dat vaststellen. Wie er gewetens
bezwaar van heeft, die late het. Men moet
nooit iets tegen zijn geweten doen. Maar
veroordeelen wie het wèl doet, is niet op
zijn plaats. Het is er naar, hoe dat legt.
Salomon Duits, bij de meesten onzer wel
bekend, liep berooid, zonder een cent op
zak, door de straten van Amsterdam. Hij
had begeerte in een pijpje tabak, maar koo-
pen kon hij het niet. Deze verzuchting lei
hij ook, evenals hij zoovele ander kleine
dingen deed, den Heere voor. En zoowaar,
daar vindt hij een geldstuk, waarvoor hij
het genotmiddel koopen kon. De bede om
het pijpje tabak, werd in den hemel ver
hoord. De Heere gunt Zijn kinderen wel
wat.
WAARNEMER.
De Burgemeester van Middelliamis maakt
b'èkend, dat het verbod om zicli tusschen
elf uur des aivonds en vier uur des morgens
op den openbaren weg te bevinden, waar
van de afkondiging is gedaan op 13 Juni
1940, MET INGANG VAN VRIJDAG 9
AUGUSTUS 1940 IS OPGEHEVEN.
MIDDELHARNIS, 8 Augustus 1940.
De Burgemeester voornoemd,
L. J. DEN HOLLANDER.
Deze bekendmaking is in alle gemeenten
van het eiland Goeree-Overflakkee afge
kondigd.
Het
Russische parlement
is op 1 Augustus j.l. te Moskou bijeen ge
weest.
Molotof heeft een verklaring afgelegd
over de buitenlandsche politiek.
Hij memoreerde de groote successen wel
ke door Duitschland waren behaald; hoe
een land als Frankrijk na slechts 1%
maand oorlog, zich volledig had moeten
overgeven.
Engeland staat nu alleen, en hoopt op
de hulp van Amerika.
Volgens het oordeel van Molotof is er
van beëindiging van den strijd voorloopig
nog geen sprake.
Wat betreft de verhouding tot Duitsch
land, deze is nog even hecht als voorheen.
Alle .pogingen de vriendschap tusschen Rus
land en Duitschland te verbreken, lijden
schipbreuk.
v.h. Keizerstraat 1, Visschersdijk,
IS THANS GEVESTIGD:
Nieuwe Binnenweg 137 - Rotterdam
In- en Verkoop.
De verhouding tot Engeland was onge
wijzigd, verbetering kon niet worden ver
wacht, en was ook niet noodzakelijk.
Nieuwe gezichtspunten werden niet ge
opend. De meest belangrijke passage was
die, wat betreft de verhouding tot Duitsch
land en Italië. Daaruit bleek, dat voor-
hands nog geen wijziging te verwachten is.
Doordat de vriendschapsbanden hechter
worden, is er eer een verbetering dan een
verslechtering van de betrekkingen te ver
wachten.
"Een nieuwe wrijving tusschen
Engeland
en Japan, houdt de gemoederen in span
ning.
Japan heeft een paar Engelsche onderda
nen gearresteerd wegens spionnage en op-
zettelijlte tegenwerking der Japansche re
geering.
Engeland van zijn kant heeft negen Ja-
paneezen gearresteerd n.l.
Londen 4; Rangoon 3.
Singapore 1; Hongkong 1.
Heel de Japansche pers is hierover he
vig verontwaardigd en eischen dat de
scherpste maatregelen tegen Engeland ge
nomen zullen worden.
In de .Zes grootste steden van Japan wor
den betoogingen gehouden tegen Engeland.
De onmiddellijke invrijheidstelling der ge
vangen genomen Japanners wordt geeischt,
terwijl men tevens verlangd dat iedere En
gelsche invloed in Japan of zijn koloniën
geheel dient te verdwijnen. De leus is:
„Geen Engelschen meer in Japan."
Door de diplomatieke vertegenwoordigers
worden zeer drukke besprekingen gevoerd,
welke echter niet schijnen te vlotten.
Japan volhardt bij zijn eischen en dreigt
met verbreking der politieke betrekkingen.
De oplossing der geschillen tusschen
Roemenië
en Hongarije vlot ook nog niet erg.
Aan de verlangens van Bulgarije zal Roe
menie wel toegeven. In de hoofdsteden
Boekarest, Boedapest en Sofia wordt hier
over druk geconfereerd en een oplossing
der Dobroedsja kwestie schijnt niet ver
meer te zijn.
Anders staat het met de wenschen van
Hongarije inzake Zevenburgen: De Hon-
gaarsche eischen gaan zoo ver, dat zonder
arbitrage wel geen oplossing mogelijk zal
zijn.
De Duitsche pers schrijft hierover dat
het de eigen schuld van Roemenië is, dat
het offers moet brengen.
Aan de andere zijde wordt aangedrongen
dat Hongarije niet al te zeer op oude his
torische rechten zal blijven staan. De tijden
en omstandigheden zijn zeer gewij,zigd, en
daarmede moet ook Hongarije rekening
houden.
De nieuwe regeling moet echter zooda
nig zijn, dat nieuwe verwikkelingen in de
toekomst moeten worden voorkomen.
Omtrent de
Duitsche aanval
op Engeland wordt druk gesproken en
geschreven.
Al wordt den eersten September niet de-
finitieif genoemd, toch wordt dezen datum
genoemd als de dag waarop de bezetting
van Engeland een feit zal zijn.
De Berlijnsche correspondent der N. R.
Ct. schrijft dat de inval in Noorwegen aan
de Duitschers op dit gebied zeer veel heeft
geleerd.
Om een goede samenwerking te hebben
tusschen de strijdkrachten te land, ter zee
en in de lucht is helder zicht noodig.
Wlordt door mist of nevel de samenwer
king gestoord of verbroken, dan biedt dit
den vijand zeer groote voordeden, omdat
de bedreigde doelen dan niet op de juiste
wijze worden aangevallen. Er ontstaat dan
een leemte, waarvan de verdediger profijt
kan trekken.